L.LOEB
m
Stad Frankfurt a.M.
Eerste Nederlandsche Hypotheekbrssfbank
ROOKT
Ih'. nijpcrN
Een gelukkige uiikomsl is"1
MEUBELEN en
KLEEDINC
UTRECHT
WIJ BELEENEN
DUITSCHE RIJKS-, STAATS-
EN GEMEENTELEENINGEN.
Hollandsche Grediet- Efiectenhank
mm
Holiaiidsche Grediet- Efifectenbank
llij oll'reereii
5 pet. Nieuwe Leening
NELLY.
wanneer
schoenen
handeld wt
met de
Erdal
Luxe Crönn
VGRAVENHAGE - LANGE VIJVERBERG 9
Geeft .f 47i en 4 7. Algemeene Hypotheekbrieven tegen beur.k.er.;
RLAXDS GENIALE
BOUW M HESTER
KCHi-iKi' 8 cents siunnr.
in dezen duren tijd zijn
op gemakkelijke
6e!
bel al i ngsvoorwaardi
Ie kunnen koopett.
Wij bieden U hiervoor
een gunstige gelegenheid*
OAMZ€RMABkT-
HiT*UR6AV
VOOR WILIVAIRE ZAKEN
Onze mededeelingen over Dultsche Effecten worden op aanvraag kosteloo»
toegezonden.
Telegram-adres IIOIA'RKIIANK.
'S-URA VENHAUE
Telefoon Haag 0710,
TOERNOOI VELD
(llongo Nienwotrnal :M)
•S-ORAVENHAOE
TH-AdresHOLCREBANK Telefoon H. <1710
a<l 9!t pet., tegen den markenkoers tin den dag,
zonder provisie, plus berekening Hoiiandsch zegel.
rr .w.t———
FEUILLETON.
Ik liep hem na. Hij was mij een heel eind
vooruit. Gebiedend riep ik hetn toe te blijven
staan doch hij verhaastte slechts zijn vlucht.
Toen liet ik mij in een opwelling van razende
woede er toe brengen, mijn geweer op hem
aan te leggen. Het schot ging at
Gottfried bleef steken. Hijgend naar adem
reikte hij zijnen broeder het papier en zeide
tot hem:
Het schemert mij voor de oogen. l.ees
verder.
Maarten nam het geschrevene en las met
vaste stem. 'kalm en duidelijk, zonder op
iets cenigen nadruk te leggen:
Het schot ging af. en 'lemplin stortte
neer. Eerst toen hel ongeluk gebeurd was,
keerde mijne bezinning terug. Ik riep om
hulp. Het geraas van het onweder, dat met
volle kracht losgebroken was. verdoofde
mijn wanhopig geroep. Ik wilde van het
nabijgelegene station menschen halen. Daar
sloeg de bliksem dicht bij mij in eenen
boom en wierp mij neder. Wat er verder
met mij gebeurde, staat mij slechts nevel
achtig voor tien geest. De kastelein van
het station nam voor mij een biljet naar
Berlijn en hielp mij in een wagen. Te Ber
lijn reed ik terstond naar het Augusta-
hospitaal, kreeg daar typhus, en heb eerst
hedenmorgen als genezen het ziekenhuis
verlaten. Dit is de waarheid. Ik bezweer
het voor den Eeuwigen Rechter, aan wien
ik mij ga overleveren.
Maarten llellberg.<
Zwijgend,diep voorovergebogen, had Gott
fried toegeluisterd, zonder den blik van
den grond op te heften. Hij verroerde zich
ook nog niet toen Maarten, na afloop van
zijne eentonig opgedreunde voorlezing, het
blad papier zorgvuldig samenvouwde en
zijnen broeder kalm en droevig aanzag, als
verwachtte hij van hem de eene of andere
uiting.
Gottfried echter was niet bij machte een
woord uit te brengen.
Lange minuten, die hun eene eeuwigheid
dachten, zaten de broeders zoo zwijgend
tegenover elkander. Toen stond Maarten
op, zacht en behoedzaam -• alsof hij eenen
sluimerende niet wilde storen, ging naar
zijne schrijftafel en stak het blad, dat hij
in do hand hield, in het couvert, dat hij nu
sloot en naast den brief voor Nelly legde.
Hij schikte de beide brieven zorgvuldig zóó,
dut zij symmetrisch midden op de tafel
lagen, en staarde zóó lang op de adressen,
tot het hem schemerde voor de oogen en
lijnen en letters in elkander vloeiden. Hij
sloot de oogleden, drukte ze met duim en
wijsvinger van de linkerhand dicht, legde
de ellebogen op de leuning van den stoel,
en bleef zoo nog cetie korte wijle inzich-
zelf verzonken.
l'lotseling rees hij op. Hij hoorde de
diepe, welluidende stem van zijnen broeder,
die, zonder van houding te veranderen en
zonder den blik op te slaan, half luid en
diep ontroerd de vraag tot hem richtte:
En heb je niet aan Nelly Sand gedacht
Zeker», antwoordde Maarten, terwijl hij
nader trad. Zeker heb ik aan Nelly ge
dacht. Alleen aan jou en aan haar aan
niemand anders!.... Gottfried, jij moet mij
toch wel goed begrijpen - beter dan iemand
ter wereld zou kunnen! Toen je mij bij
ons laatste gesprek te Wanssee waar
schuwend toeriep; »De oogen zullen je nog
eenmaal opengaan voor de onmogelijkheid
van eene verbintenis met een wezen uit
ocne andere wereld van opvatting en ge
voelen! Je zult op een goeden dag voor
hot onbegrijpelijke staantoen je dit mij toe
riep, toen begreep ik het niet. Maar in die
cindelooze weken van mijne ziekte en een
zaamheid heb ik je woorden leeren ver
staan.... Wat Nelly gedaan heeft, zonder er
iets kwaads bij te denken, zonder een zweem
van eigenlijke slechtheid, zie je. dat zou
haar kortweg onmogelijk zijn geweest, in
dien zij met mij gevoeld, indien zij mij i
werkelijk begrepen bad. En juist dit dat
zij volgens hare eigene opvatting niets 1
slechts heeft gedaan - juist dit toont 1
mij zoo duidelijk wat voor altijd eene
scheiding tusschen ons maken moet. wat
telkens weder onverwachts zou opduiken
en een kloof tusschen ons delven en ons
beiden ongelukkig maken zou.... Wat zal
ik je verder nog zeggen Je begrijpt mij
nu toch!.... O, wat heb ik in die wéken
van eenzaamheid mijn arme hoofd gefolterd
Wat heb ik mij afgebeuld om eene op
lossing. van bet raadsel te vinden! Alle
mogelijke combinaties heb ik in mijn brein
verwerkt de dwaaste en onwaarschijn
lijkste. Aan alles heb ik gedacht.... alleen
niet aan de kinderlijk eenvoudige waarhuid.
dat Nelly mijn ernstig verbod heeft ge
trotseerd om geene andere reden, dan dat
zij zich schaamde mij te bekennen, dat zij
een paar honderd mark méér schuld had
dan zij mij tevoren had gezegd!.... Déze
onderstelling alleen was niet in mij opge
komen!.... En door deze dwaasheid is alles
gebeurd.... wat er gebeurd isc
Hij was gaan zitten, liet het hoofd op de
hand rusten, en ademde diep.
•Van ganscher harte heb ik er berouw
van o, moer dan ik zoggen kan! sprak
hij met trillende stem. »Wat ik in er-ne
vlaag van redelooze drift gedaan heb, dat
Iaat zich niet meer goedmaken. Maar ik
kan ten minste daarvoor zorgen, dat anderen
onder de gevolgen van mijne schuld min
der te lijden hebben al kan ik hun het
leed niet sparen.»
Gottfried zat nog altoos onbeweeglijk,
den blik op den grond gevestigd. Onder
Maarten's laatste woorden waren hem tranen
uit de oogen geweld en rolden heet langs
zijne wangen. Hij schoof den bril op h.i
voorhoofd, nam zijnen zakdoek en drukte
ilien tegen zijn gelaat.
En nu, mijn lieve Gottfried», zeide he
terwijl hij den arm om den schouder v„n
zijnen broeder legde ,nu bid ik je -
geen^ woord meer! Geen tegenwerpingen'
Uit je hart kunnen die toch niet koinei,
en wat je ook zeggen moogt. ik weet,
je mij gelijk geelt. Die overtuiging zou je
mij niet uit het hoofd kunnen praten |g
ben stervensziek. Maar de allerergste ziekte
zou voor mij het leven zijn. Er is voor
mij maar één geneesmiddel en dat ver
schaf ik mij. Dit zal je troosten - omdat
je mij liethebt.»
Hij boog zich over Gottfried heen. die
zijn gelaat nog steeds bedekt hield en onder
den zakdoek moeizaam ademde. En toen
Gottfried de wang van den rampzaligen
broeder warm tegen de zijne voelde, toen
sprong hij op. en zonder zich te schamen
over de tranen, die hem langs de wangen
stroomden, sloot hij hem hartstochtelijk in
zijn armen en kuste hem. Daarna reikte
hij hem stom de hand, drukte die vast en
zeide met half verstikte stem:
Mijn arme lieve jongen
Vaarwel!» riep Maarten, die hem tot
aan de deur uitgeleide deed, hem na, terwijl
hij over de leuning zag hue Gottfried moei
zaam de trap af ging.
Langzaam keerde hij in zijne kamer terug,
welker deur hij nu grendelde.
Als in gepeins bleef hij eenige oogen-
I-likken voor den stoel staan, op welken
Gottfried zooyen nog had gezeten. Toen
'rad hij haastig naar het venster en stiet het
open. Hij keek omlaag op de straat. Zij was
toevallig ledig. Slechts even nog zag hij
de achterwielen van een huurrijtuig, dat
juist den hoek om ging.
Hij sloot het venster en liet de gordijnen
neer. Nog eenige malen schreed hij bedaard
van het venster naar de deur en van de
deur naar het venster, alle dingen in het
vertrek nog eens aandachtig gadeslaande.
I oen trok hij jas en vest uit, ledigde vol-
gen. eene oude gewoonte zijne* zakken,
legde zijn brieventasch en zijn horloge op
de schrijftafel en zij,,,., kleederen net ge-
MUmIük,°P Cen? M"Cl' "S da.
Klndrft »°P u S' ''jn heDld °Pen-
Linde lijk stapte hij, altoos kalm, ja, met
:Z" Tr V 'pvrwicnheid op het
au de lad* i ?kenhouten k"L nam
I t l 'i 'akjc' we'ks 'nhoud
Zin i»
EINDE.