t Vlaggen Wimpels 0I1NJK- SltlOilH LINT m»e faam" m G. Philippo Zoek naar geen merk, Alle soorten UURWERKEN Rij wielfabriek, Inrichting tot het repareeren van Rijwiel-frames Aanbevelend, L. HOEK, Kamp 88 Voorde a.s. Feestten. Vlaggendoek p. el AMERSFOORTSCHE WINKELWEEK EN ETALAGE-WEDSTRIJD Yalkestraat 19 Telefoon 19 Korle Gracht 9 Het Paria-meisje. IRRIGATORS Compleet vanaf f 3.75 Spuiten (gummi) vanaf f 2.— Warmwaterzakken, IJszakken, Windkussem, Groeptoestellen, Hospitaaldock Verbandklsteu, Neus-, Oor-, Lavement- en Injectiespuiten in allu genres. Buik- en Breukbanden, Suspensoirs. Patent Geneesmiddelen Eau de Cologne, Pntfumerieön uit de bekende Fransche Fabriek «Eres» N. V. Mg. „SANITAS" (opgericht in 1903). AMERSFOORT, LANGESTRAAT 102. OR* Het geïll. Boekwerk en Prljscournnt met alle inlichtingen wordt U franco gezonden tegen toe- maar doet een greep uit onze COLLECTIE EIGEN GEFABRICEERDE Amersloort' (l Kortegractit 26, tt.h. Postkantoor J ATELIER VOOR RÉPARA TI ÊN. en U blijft onze tevreden klant. Alle reparation worden bij ons vakkundig en billijk uitgevoerd. Tel. 457 Amersfoort VOLGESTORT KAPITAAL f 400 w WAARBORGKAPITAAL 4 000 01 De Bank verstrekt gelden op le Hypo theek op huizen, landerijen en boerenplaatsen tegen billijke en gemakkelijke voorwanrden. Inlichtingen te bekomen bij en aanvragen te richten tot hare Agent, de firma GELDERSCHE CREDIETYERKEN1GING MIT HHUZKN' 15 In AMKH8F00KT. maakt 't poetsen tot cca kinderspel. Spaarzaamst in 'Aöcbniik. «3* VOOR PARTICULIEREN! Ook irehei'l complete Rijwielen worden op bestelling door ons vervaardigd INGANG W K K K I' I. A A TS ST. ANNASTRAA T AJIEKSFOOliTSt Hi: RIJ TII til M A AT SCHA I» 1» IJ Westsingel OO -Teloloon 45 Luxe Rijtuigen en Livreien voor Gelegenh. Uniformen voor Begrafenissen. Directeur W. F. v. ij. ZWAAN. Groote voorraad Mannfactureiihaiidel Langestraat 5 Bij de Virkensioirt! Amersfoort ill PLAATS UWE ANNONCES IN DE en II zuil sncces lubben. Laat UW DRUKWERK aan ouderstaande adressen of bel ons even op tn mij komen bij U FEUILLETON. 33)- Hij zag haar oplettend aan, ze vroeg het zoo bijzonder eenvoudig en al was hot de waarheid, toch aarzelde hij te zeggen»üat waa hij wel eerst van plan, maarzijn oom de Bruijne van Zevenhu'y'zen werd niet heel wel, een gevaarlijke rechuttc, daarom bleef hij liever achter in den Haag.» »0. mijnheer de Bruijno woont vlak over ons In de Parkstraat, ik weet dat de toestand van den ouden heer volstrekt niet vooruit gaande is! En is je vriend er nog altijd?» »Ik ik geloof het wel.» Nu toch zag Otto heel duidelijk het lich ten van hare ondeugende oogen «Dan waren wij weken lang overburen vreemd dat ik mijnheer Frans de Mruijne nooit zag Otto Swcanecroon, de trouwe schildknaap van een ontrouwe ridder, werd doodverlegen, maar een antwoord werd hem bespaard, want open ging de groote massieve deur van Sprankelen en van uit den donkeren achtergrond der deuropening trad een oud mnn naar buiten, tenger ala Otto, gebogen bet grijze hoofd, leunend op een stokje, voorzichtig voelend naar de blauwsteeneri treden van het bordes. Otto liet Leonie alleen en ijlde zijn veder tegemoet: »Papa, hoe onvoorzichtig, zoo alleen de trap af te komen Maar dc oude heer woorde hem af, ietwat ongeduldig >Laat mijlaat mij, mijn Otto, hen ik dan al zoo gebrekkig dat je me niet eens meer in staat acht, de honneurs van mijn huis waar te nemenWaar is..., mijn logeetje?» Met een bles van spanning trad Leonie ■ader: »Hler ben ik, mijnheer Swaene- croon begon zij bedeesd. «Welkom op Sprankelen,» zeido denude heer voor baar buigend, terwijl hij zijn gelaat keerdo naar de zijdo vanwaar het geluid j van haar jonge heldere stem kwam, Hoffelijk 1 bood hij haar den arm: «Vergun me U naar Mevrouw Swaenecroon te brengen, die in het salon met ongeduld wacht op haar logeetje.» "Leonie nam zijn geleide aan en liet hem inde illusie zijn gast aan zijn arm het bordes op te leiden, het meisje zag echter maar al te goed hoe zijn voet stootte tegen elke trede voor hij die vond en hoe het zwarte stokje krom hoog onder het gewicht van zijn lichaam telkens als hij een trede hooger klom. Toch lag er over zijn geheele houding hoe gebrekkig ook, nog altijd een zekere waardigheid, een ingehouden fierheid, de zelfdehoogheid, die zij gevonden had in de oude bemoste boomen, op het oude slotplein. Ook Otto, geheel natuurlijk nu, in zijn zorgen om zijn vader al het andere verge tend, achter den ouden heer blijvend, ge reed hem te steunen zoo deze mocht strui kelen, paste met zijn gedrongen houding, zijn verslaten jasje, bij deze vervallen om- geving. Alles scheen zoo goed bij elkander I te behooren, dit verweerde kasteel en zijn gebrekkige bewoners, Zij was blijde dat I daar in de schaduw van het slotplein niet wachtte het moderne élégante coupeetje van j haar moeder, dat niet lakeien in kleurige liverei haar den weg wezen door de groote holle hal, voorbij de gebeeldhouwde trap zonder looper, naar oen klein salon aan den I achterkant van het huis, half gebouwd over den vijver, waar op den grond een heel ge- I woon vloerkleed lag van donkerbruin weefsel, I .naar waar tie wit verlakte stoelen met vier- kante ruggen, met hun gestreepte in twee tinten tabakkleurige zijden bekleedsel zoo zuiver van stijl waren als Mevrouw van i Heijmelen ze slechts wenschen kon voor haar eigen salons. Een oudnehtige dame, groot en mager, met een nietszeggend gezicht, het door ouderdom kleurloos geworden blonde haar in piatte bandeaux langs het voorhoofd ge streken, gekleed iu zwarte zijde, een japon van wel zes modes oud, een sjaal van zelf- gehaakte luchtige «ijswol» om de schouders stond op van de canapéen trad Leoaie tegemoet >Ma chère,» zeide Leonie's oude cavalier en het meisje keek hem verrast aan, toen hij <le meest gewone uitdrukking van hare moeder gebruikte: Hier heb ik het genoegen je het jongste lid van onze familie te bren gen, de eenige dochter van Madeleine Swrcuecroon.» Mevrouw Swienecroon kuste het logeetje. Wees welkom, Leonie.... niet waar zoo mag ik je noemen? Ik zal-je dadelijk je kamer wijzen, want je zult wel moe zijn van de reis. Maar wil-je niet eerst een kopje thee Doe dan je hoed af en kom eerst rustig naast mij zitten op de canapé!» Leonie werd aangenaam verrast door aller vriendelijke ontvangst, toch viel het haar op dat allen streng vermeden haar vader's naam te noemen. Zij bedacht echter hoe Otto op zijn bezoek in den Haag zinspeelde op hardnekkige familietwisten waarnaar het beter was niet te vorschen en zij besloot geduldig af te wachten tot men haar volledig In wilde lichten over deze„veeten.» Otto had zijn vader naar diens breeden armstoel geleid en toen Leonie, na hoed en handschoenen afgelegd te hebben, in het geruisch van haar zijden rokken langs den ouden heer ging, voelde zij zich plotseling vastgegrepen aan haar dun kleedje: «Wacht even, jonge dame, niet zoo vlug. Vergun een oud man eens onbescheiden te zijn Ik zou-je zoo heel graag van heel nabij willen opnemen 1 De vrouwen van ons ge slacht waren altijd mooivooral de Leonie's I Laat mij nu eens zien of de tra ditie zich opgehouden heeft tot het laatste. Ik wil onderzoeken of de extase van mijn Otto, toen hij mij je beschreef op onze ochtendwandeling, den morgen na zijn be zoek aan den Haag, een goede reden had >Papa,< riep Otto, onwillekeurig on Leonie bemerkte zijn pijnlijke verlegenheid. Hoe geheel anders was hij toch in deze omgeving als in den Haag, zoo weinig na tuurlijk I «Wat nu, mijn jongen Je raakte niet uitgepraat dien ochtend. Zeg eens mijn gezicht is wel slecht, maar mijn gehoor niet, dat verzeker ik je!» En toen zich weer ge heel keerend naar Leonie: «Mijn vraag klinkt misschien heel vreemd, maar je hebt bemerkt, niet waar, dat mijn oogen bcei slecht zijn, wil-je niet je gezicht eens heel dicht bij mij brengen Reeds knielde Leonie voor hein neer en hief haar gezicht naar hem op, haar armen steunend op zijn knieën. En hij, gewapend met een bril en een loupe hoog zich tot haar over met de eerbiedige belangstelling van een kunstkenner die een zeldzame vondst onderzoekt. Hij vroeg baar vergeving toen, terwijl de fijne vingertoppen van zijn rimpelige witte hand voorzichtig over de lijnen van haar gelaat gleden, dezen iets langer wijlen bleven op de bochtige wenk brauwen die zenuwachtig trilden hij die aan raking. Leonie bemerkte niet hoe Otto, zich al meer overboog over zijn vader's stoel, zij zag alleen het oude gezicht vlak bij het hare dat zoo sprekend op dat van liarc moeder en op Otto geleek. Zij voelde een vreemde voldoening over zich komen, toen er al meer een blijde trek op dat rimpelige gelaat kwam, als herrees onder dit vinger spel voor zijn glanslooze oogen, een mooi geliefd beeld uit het verleden. Eindelijk zeide hij«Otto, Madeleine Swienecroon heeft veel van hare schuld aan het geslacht ingeboet, dtfnkt meveel nam ze weg, maar ook veel heeft zij teruggegeven Leonie, meenende dat haar ouden neef zinspeelde op haar moeder's onberaden huwelijk, glimlachte oin Otto's angstige kiescheid toen hij waarschuwde: «Vader..!» Maar de oude heer luisterde niet naar hem, teeder als een vader nam hij het jonge gezichtje in zijn handen en kuste het op het voorhoofd: «Je komst brengt me een groote vreugdenichtjeEn Otto heeft niets te veel van je verteld. Je bent niet alleen een Swsenecroon, maar wat nog beter is, een Leonie. En de Leonies zijn altijd de mooiste en liefste vrouwen van ons geslacht geweest. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1919 | | pagina 4