UEMTSCHE COURANT.
Donderdag 7
October 1920
No. 9392 ifc.^ÈSfcLJl 70e Jaargang
Uitgave van de Orukkcrij „DE AMERSFOORTSCHE COURANT" voorheen Firma A. H. van CIceff.
Verschijnt DINSDAG-, DONDERDAG- en ZATERDAG. ABONNEMENT per 3 maanden f 1.—franco per post f 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIÊN 1—6 regels 95 cent; elke regel meer 15 cent. Bij regel-abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale-, officleele- en
ontelgenings-advertentiën per regel 20 cent. RECLAMES 15 regels f 1.55I; elke regel meer 30 cent. Incasseerkosten worden In rekening gebracht.
Inzending van advertentiën op den dag van verschijnen uiterlijk 10 uur, voor het Zaterdagnummer uiterlijk Vrijdagavond.
REDACTEUR: K. LUBERTI, AMERSFOORT
BUREAUX KORTEGRACHT 18 EN VALKESTRAAT 19, TELEFOON 19
KENNISGEVINGEN.
MILITIE.
Voorkeur omtrent de inlijving.
De Burgemeester van Amersfoort
maakt bekend,
dat de lotelingen dezer gemeente, lich
ting 1921, die hun wenschen met betrekking
tot de inlijving niet bij den Keuringsraad
of op andere bij de geldende voorschriften
bepaalde wijze hebben kenbaar gemaakt,
alsnog vóór 10 October a.s. van deze wen
schen ter secretarie deze gemeente kunnen
doen blijken.
Amersfoort, 6 October «910.
De Burgemeester voornoemd,
A. VELS HEIJN, (l.-b.)
Aangifte voor de zeemilitie
en voor korpsen en onder-
deelen van het leger.
De burgemeester van Amersfoort
maakt bekend,
dat voor de lotelingen, die niet bij den
keuringsraad, of voor zooveel betreft
hen, die hun beroep maken van de buiten-
landsche zeevaart of van de zeevisscherij
buitenslands bij gelegenheid van het
onderzoek voor den plaatselijken- of garni
zoenscommandant In een der garnizoenen
of voor den commandant dor afdeeling
mariniers te Rotterdam, hunne wenschen
met betrekking tot da inlijving hebben ken
baar gemaakt, daartoe alsnog gelegenheid
bestaat.
Zij kunnen vóór 10 October a.s. bij den
burgemeester der gemeente, voor welke zij
hebben geloot, opgeven, of zij wenschen te
wordt- bestemd voor de zeemilitie, voor
een bereden korps of voor de administratie
troepen en voorts, zoo noodig, aan welk
korps en aan welk garnizoen zij zich het
liefst zouden zien toegewezen. Wenscht de
loteling aan de zeemilitie te worden toege
wezen, dat kan hij tevens opgeven of hij
voorkeur heeft ten opzichte van een der
voor de zeemilitie bestemde inlijvings-tijd-
vakken (Maart of Augustus).
Met de wenschen van den loteling kan
inlusschen alleen rekening worden gehouden,
indien hij voldoet aan de bijzondere elschen
van geschiktheid eventueel ten opzichte van
den dienst of het korps zijner keuze ge
steld en de dienstbelangen geen bezwaar
tegen de inwilliging van zijne wenschen
opleveren.
Voor zooveel de militie te land betreft
wordt bovendien In de eerste plaats reke
ning gehouden met de wenschen van hen,
die in het bezit zijn van het bewijs van voor
geoefendheid voor den milltledlenst.
Bij de aangifte kunnen verklaringen wor
den overgelegd ten bewijze waarvoor de
loteling bijzondere geschiktheid bezit.
Amersfoort, 6 October 1920.
De Burgemeester,
A. VELS HEIJN (l.-b.)
STADSNIEUWS.
Congres
Reinigings-directeuren.
Gistermiddag vond de opening plaats van
de 12e jaarvergadering van de Nederlandsche
Vereeniglng van Reinigings-directeuren,
welke dit jaar in onze stad, in den foyer
van de sociëteit >Amicit!a» gehouden wordt.
Een 40-tal directeuren waren aanwezig.
Daarnaast merkten wij op onze stadgenooten
de wethouder N. Veis Heijn en de heer
Des Tombe, secretaris der Gezondheids
commissie.
Te ongeveer óén uur opende de voor
zitter, de heer Ir. A. de Groot, directeur
van de Stadsreiniging te Amsterdam, de
vergadering. Hij heette de aanwezigen
weikon. in Amersfoort en dankte voor de
aanwezigheid van den heer Vels-Heyn en
andere t anwezige belangstellende nlet-Ieden.
Sedert de vorige jaar-vergadering, zeide spr.,
was de toestand voor het reinigiugswezen
veel gunstiger geworden. Wel ia alle
materiaal zeer duur, doch bet Is althans
weer te krijgen. De budgets zijn echter
daardoor overal gestegen en nu zal moeten
worden gestreefd naar het besparen van
handenarbeid, ook door het aanschaffen van
werktuigen voor tractie. Paarden zijn zeer
duur, vooral in de onderhoudskosten. Werk
tuigen eischen wel een hoogen aanschaffings
prijs, maar daarentegen zijn de onderhouds
kosten, vooral in de tijden dat zij niet benut
worden, veel geringer.
Nog is op verschillende andere wijzen
besparing te krijgen, o.a. door vuilver-
brandings-instaliatles.
Over Amersfoort sprekende zegt de hser
de Groot, dat hier veel belangrijks is tot
stand gebracht in den laatsten tijd, zoo doel
treffend als men maar zelden zal aantreffen.
Daarom is het van belang dat wij dit jaar
hier bijeenkomen.
Spr. opent dan onder applaus de vergade
ring en geeft het woord aan den heer Been
hakker, onzen bekwamen reinlgings-dlrecteur,
die dan de volgende rede uitspreekt:
Het is mij een eer en een genoegen,
geachte vergadering, thans voor U temogen
optreden, om te voldosn aan een-goede
gewoonte, namelijk om U eenige mededee-
lingen te doen over den gemeentelijken
R.einlglngs- en Ontsmettingsdienst van de
plaats, waar U dit jaar bijeengekomen zijt,
om in jaarvergadering de belangen van Uw
vak met elkander te bespreken.
Ik zal U daarbij niet vermoeien met vele
cijfers, doch mij alleen bepalen tot de ge
schiedenis van den dienst, zooals ik die zelf
in Amersfoort heb medegemaakt, sedert
mijn Indiensttreding op 1 December 1917.
Spoedig bleek een algeheele reorganisatie
van den dienst dringend noodig, zooals ook
sommigen Uwer bekend is. Dat ook het
Gemeentebestuur van de noodzakelijkheid
doordrongen was, moge blijken uit het feit,
dat in 1916 reeds een crediet van f130.000
voor verbetsrlng was toegestaan.
Dadelijk na mijn komst ter dezer plaatse,
ben ik aangevangen met de meest dringende
verbeteringen voor te stellen en dank zij de
zeer gewaardeerde medewerking van het
Gemeentebestuur, kon met forschen greep
de hand aan den ploeg worden geslagen.
Een kantoor was niet aanwezig en daar
een posthuis in de stad noodzakelijk bleek,
werd een perceel in de Muurhuizen, In het
centrum der stad, voor dat doel aangekocht,
door Openbare Werken verbouwden 18Mei
1918 in gebruik genomen.
De ophaaldienst moest over beter materiaal
kunnen beschikken, zoodat 4 vuilniswagens
met zelfsluitende kleppen en een nieuwe
ijzeren tonnenwagen werden besteld.
Het is baast onnoodlg te zeggen, dat de
aflevering langer op zich liet wachten, dan
gewenscht werd. De eerste 2 wagens
werden pas In Augustus 1918, dus 8 maanden
later, afgeleverd. De tonnenwagen en de
andere 2 vuilniswagens in Augustus 1919.
De trage levering van het nieuwe rollend
materiaal deed haar nadeeligen Invloed ook
gelden op de doorvoering van de reorga
nisatie van den loopenden dienst.
Het bleek namelijk noodig, den loopenden
dienst geheel om te werken, om daardoor
een betere arbeidsverdeeling te verkrijgen.
Een afgebakende werkwijze bestond niet.
Ieder arbeider verrichtte telkens ander werk.
Wie den eenen dag de straat veegde, reed
den anderen dag tonnen, was den derden
dag op de belt bezig; niemand had een
taak, waar hij bepaald voor stond. Nood
wendig moest dat met zich brengen, dat
het gevoel van eigenwaarde, toch elk mensch
aangeboren, niet ontwikkeld en aange
wakkerd werd, zoodat een onmiskenbare
sleur en onverschilligheid ontstond, welke
nu juist niet bevorderlijk was voor een
goeden gang van zaken.
Het ophalen van huisvuil en de straatreini
ging vroegen al dadelijk de aandacht. In
Februari 1918 werd reeds daarin verande
ring gebracht.
Ten behoeve van den ophaaldienst werd
de stad In 3 wijken verdeeld, die elk weer
in 3 deelen werden gesplitst en door 3
werklieden worden bediend.
Deze regeling blijkt uitstekend te voldoen.
Voor de straatreiniging is de stad in 5
wijken verdeeld. In elke wijk werken 2 man
A. H. v. NIEUWKERK
Aldogoudestr. 105, 105', 107 Tel. 543
IN AMEUBLEMENTEN EN
KANTOORMEUBELEN
met een handkar. Bovendien is er nog een
ploeg van 4 vegers met paard en kar, In
hoofdzaak voor de drukke verkeerswegen
en om de andere 10 man in hun werk te
ondersteunen.
Ook deze verdeellng is veel beter dan
de oude en langzamerhand is er een merk
bare verbetering in den onrelnen toestand
gekomen. Voor dezen dienst werden 6
handreinigingswagens aangeschaft, die veel
lichter zijn en beter blijken te voldoen, dan
de oude. Een nieuwe Cardanveegmachine
werd In 1918 aangekocht.
Na gehouden markten worden deze direct
schoongemaakt, 's Zaterdagsavonds geschiedt
dit door de werklieden bij toerbeurten, ter
wijl er bij droog weer eerst nog gesproeid
wordt. Het sproeimateriaal bestaat uit 3
sproeiwagens en een auto-sproeiwagen, die
in alle opzichten uitstekend voldoet en
tevens ingericht is als motor-brandspuit.
Het verwisselen der prlvaattonnen ge
schiedt, met uitzondering in 2 buitenwijken,
tusschen 7 en 12 uur v.m. Voor dit doel
zijn 3 nieuwe tonnenwagens aangeschaft.
Het ledigen van beer- en zinkputten ge
beurt op aanvrage. De beer wordt in putten
gestort en 3 maal in de week wordt ze,
evenals de mest, aan boeren uit den omtrek
verkocht. Voor het ledigen van beer- en
zinkputten is een auto-beerwagen aangekocht
en de vorige maand ontvangen.
Urinoirs worden geregeld door een man
schoongehouden. Deze arbeid beeft steeds
met de meeste zorg plaats, aangezien deze
inrichtingen nog zeer dikwijls voor doel
einden worden gebruikt, waartoe zij niet
bestemd zijn. Er wordt altijd ruim van
creollne gebruik gemaakt.
Sneeuwruimen en zandstrooien, dat vroe
ger door Openbare Werken geschiedde, wordt
ook thans door den Reinigingsdienst ver
richt. Hiervoor is in 1918 een nieuwe ijzeren
sneeuwploeg aangeschaft met verstelbare
schoepen en 2 houten sneeuwploegen over
genomen van den dienst Openbare Werken.
Modderige straten worden, alvorens ge
veegd, eerst afgespoeld met de sproeiwagens;
deze maatregel blijkt zeer goed te zijn.
Dat bij ingrijpende veranderingen in de
dienstregeling ook aandacht geschonken
moest worden aan de samenstelling van
het personeel, behoeft niet nader te worden
betoogd. Een goede uitvoering van het
werk moest worden verzekerd. Daarom
werd overgegaan tot de aanstelling van
een ten Opzichter, speciaal belast met het
toezicht In de stad en werd de reeds in dienst-
zijnde stalbaas benoemd tot 2«n Opzichter,
tevena magazijnmeester, belast met toezicht
op de mestplaats en de paarden. Voor de
administratie en bet innen der gelden werd
den dienst nog een klerk toegevoegd.
Met genoegen heb ik mogen constateeren,
dat de verschillende aangebrachte verande
ringen, door het werkliedenpersoneel als
verbeteringen werden gevoeld en dat door hen
flink is medegewerkt om de te verwachten
resultaten te bereiken.
Voor den geheelen dienst zijn nu 49
werklieden, allen in vasten dienst,
Hun werkzaamheden zijn als volgt ver
deeld
3 voerlieden voor het ophalen van huisvuil,
3 voerlieden voor het ophalen van beer-
tonnen,
j voerlieden voor den dienst van Open
bare Werken,
2 voerlieden voor het ledigen van beer-
en zinkputten,
2 voerlieden voor het ophalen van straat-
vuil en de veegmachines,
2 voerlieden voor diverse werkzaam
heden, partic. diensten, sproeien, enz.
17 voerlieden totaal.
14 werklieden, waaronder 1 voorman,
voor het schoonhouden van straten,
5 werklieden, voor het verwisselen van
beertonnen,
8 werklieden, waaronder 1 voorman, be
last met het schoonmaken en dss-
infecteeren van prlvaattonnen, het sor-
teeren en verwerken der mestspeclën
1 stalknecht,
2 chauffeurs.
2 ontametters, waarvan 1 schilder.
Aan voornaamste materiaal Is aanwezig:
Voor den ophaaldienst van aach- en huis
vuil 3 vuilniswagens.
Voor densproeldlenst1 auto-sproeiwagen,
3 sproeiwagens, 1 haspelwagen en slangen.
Voor den veeg- en sneeuwdienst2 veeg
machines, 1 ijzeren en 2 houten sneeuw
ploegen, 3 straatvullwagens, 6 ijzeren hand-
veegvuilwagens.
Voor den dienst van Openbare Werken
2 platte wagens, 3 boerenwagens en 3 stort-
karren.
Voor faecallen- en tonnendlenst1 auto-
beerwagen, 1 motorluchtpomp, 3 beertenders,
1 slangenwagen.
Voor het ledigen van straatkolken3
ijzeren modderwagens.
Verder zijn er nog 2 handwagens en 2
tweewielige karren met opzetborden voor
diverse werkzaamheden.
Daar het oude beltterrein al zeer spoedig
onvoldoende bleek te zijn en dit terrein
noodig was voor de nieuwe haven, werd,
nadat door den Heer Wethouder, den Dir.
van Openbare Werken en ondergeteekende,
In enkele plaatsen in ons land de reiniging
bezocht was, een plan ingediend voor een
geheel nieuw beltterrein met de noodlge
gebouwen.
Met algemeens stemmen werd door den
Gemeenteraad besloten tot uitvoering van
genoemd plan over te gaan en werd een
bedrag van f 300.000 daartoe beschikbaar
gesteld. Met den bouw is in Augustus 1919
begonnen en 16 September j.l. is alles
officieel door Burgemeester en Wethouders
geopend.
Wanneer men dit terrein thans beziet en
kennis neemt van de Inrichting, geloof Ik
wel te mogen zeggen, dat de gemeente
Amersfoort door deze nieuwe inrichting In
het bezit is gekomen van een modern in-
gerichten reinigings- en ontsmettingsdienst,
die In alle deelen aan de hoogste elschen
voldoet.
Bij de inrichting daarvan is gelet op de
belangen van het bedrijf, zoowel als op die
van het personeel.
In korte trekken moge Ik U de Inrichting
schetsen.
Het terrein ligt iets verder buiten de stad
dan het oude en is geheel omsloten door
een ringmuur.
Aan weerszijden van de Inrijpoort Is het
hoofdgebouw, bestaande uit een woning
voor den 2den opzichter, een schaftlokaal
voor het personeel, het magazijn en een
kantoor.
Verderop zijn opeenvolgend een wagen
werkplaats, een smederij, schilderswerkplaats,
auto-bergplaats met werkkelder, afdakken
en loodsen voor stalling van materiaal en
een stalbaaswoiiing.
Dwars op bet terrein ia do paardenstal
met twee ziekenbozen, geheel afgesloten
van de gewone stal, en een kamertje voor
de stalwacht.
In de nabijheid van de stal Is een 3-roe-
dlge hooiberg, voor de berging van 60.000
kilogram hooi, een hooizolder en haverberg
plaats. Deze laatste heeft een valpijp naar
beneden en wel zoodanig, dat de haver
slechts met gelijke porties afgenomen kan
worden.
Op het eigenlijke beltterrein zijn de
beerkelóers met daarnaast een ^verdekte
spoelinrlchting voor de beertonnen, tevens
dienstdoende voor tonnenbergplaats. Deze
spoelinrlchting Is zóó ingericht, dat de volle
beerwagens hierin rijdende tonnen worden
bij de spoelinrlchting geledigd, ln een water
bad gewasschen, daarna in een creollnebad
ontsmet en vervolgens weder klaargezet
voor de ledige tonnenwagens. Deze inrich
ting wordt aan weerszijden bediend, zoodat