P. 48. Eerst© Blad. l"ie Jaar gans* Zaterdag 26 Juli 1902. BUITENLAND FEUILLETON. In het Zonneland. d AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden yoor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Couraut verschijnt Dagelijks, mot uitzondering van Zon- et» Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 nor 's morgens bij de Uitgevers in te zen.ion. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Tan 1—5 regelsf 0.71. Elke regel meer••10* Groota letters naar plaatsruimte. Yoor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. I Uit den goeden, onden tijd,- door RVSCONI. t De Amersfoortsche jeugd uit vroegere eeuwen, kalmer, bedaarder, fatsoenlijker te> noemen, dan die van onzere tijd, wie zou liet aandurven? limners wanneer wij onze oude boeken nalezen, vinden wij een menigte reso lution tegeu „de ondaeden en stoutioheden dei jongens, en voor liet nemen dier besluiten en het toepassen der daarop volgende straf fen be tond alle reden. Doch de krasse maat regelen en de spoed, waarmee de straffen volg den op d'e misdaden, hielpen al even weinig (en dat is misschien gelukkig) als onze paeda- gogiscke en philanthropise!» zachte middelen en welmeenende vermaningen. En toelï was er indien tijd een groote macht, waarvoor allen eidderden en beefden, nl. de Meester en de Rector Hun was een macht gegeven verre boven do bevoegdheid onzer tegenwoordige schoolmonarchen. Meer dan een voorbeeld is hiervan- uit den ouden tijd aan, te wijzen. Ik wil raii beperken tot een tweetal. In de eerste plaats blijkt dit gezag van den rector uit eene comedie van Georgius Maeropedius of van Langhveldt, den bekenden Utrechtschen rec tor uit het. midden der 16e eeuw. Van zijn hand bestaan vele comedies of tragedies, waar van sommigen zijn opgevoerd door z;hie leer lingen. In een van dezen, getiteld „Rebelles", worden de lotgevallen geschilderd van 2 jon gelingen, die zic.b door hunne ongehoorzaam heid de straif door de roede hebben waardig gemaakt.. D'e jongens vinden echter steun bij hunno moeders, die daarvoor door den rector ook met de roede worden bedreigd. Daarna hollen de jongelingen door op 'fcbreede pad en worden eindelijk wegens diefstal gegrepen en ter. dood veroordeeld. Op het laatste oogen- blik komt echter de rector weder ten too- neele, die hen met. plak en roede opeisctd^ aan den dood ontrukt, maar hen zelf ond< handen neemt. Van deze bevoegdheid' der school rui en rectoren om de boosdoeners, ten wttnncvi liet jongens hunner'schoof zelfs op te eischen uit de handen der justitie en zelf de verdiende straf of eene zachtere of hardere op de misdadigers toe te passen, spreekt ook Dirck Adriaenz Valcoogh in zijn fc'kend boekje Regel der Duytsche Schoolmeesters (1607 Die schoolmeesters (ziegti hij) hebberu suloken vrijdom en macht, So gaeuw als de kinders om schoolgaan zijn gebracht Van hun ouders, Momboirs ende Ouiatcuren Terstont moet ten slaghen en straffe ghe- beuren Van den Meester, snnder haer te vraghen eenigh woort, Geduerende so lang sij; misdoen en met boos- heyb gaan voort. Was daer een scholier, die ecu groot feit had ghodaen Eenen ghequetst, oft. int. school had doot gaan alaen, En d'Overhevt wilde hem om 't feil corrigere en vangen. Hem gheesselen, toppen, en aen galgen han- ghen, So wanneer den Schoolmeester straft densel ven scholier, Soo moet afsta en dear Heer, Prins en Justi- cier, En can niet comen aen een Scholiere HZ en goc-t, Noch niemant derf hem glieven ghelt oft boot, Veel oaperte schrijver» ons ditselve doceren, De rnerle can al si i lek es afdoen ende weeren. Voort, al stonden d'ouders voor der Scholen deur, En den Schoolmeester legde liaer kint om geesselen veur En slagten gaf na zijpen wil en behaghen Soo moeten de Ouderen hetselve verdraghen. In liet. school te treden hebben sij geen macht Om 't kindt deai Schoolmeester te ontnemen met oraofit, Eer die straffinghe ghedaen is te vollen. Onbeperkt ia echter die macht natuurlijk niet. Bij overdrijving in 't straffen kon hij zich prepareeren op de ernstige gevolgen van zijn daad Valcoogh waarschuwt hiertegen dan ook zeer ernstig ..Nu raed ik den Schooldienaer dat hij se 90 niet ga sollen, Nooh stooten, dat se bloeden, of de leden breken, Want waert dat ghiij in de furie soo waert ontstoken Dat ghij' hem, smeet, bloedende verdooft, oft van sin verbae9t Dien Meester rade icfc te vertreeken soo haest, Want 't misdoet (aen den Scholier gedaen) sou druvpen baest Op ?iin cop, dus Schoolmeester houdt maet uit slaan en stuvnen, Woest ooel gesindt, niet hittigh van gemoed- den, U instrumenten sullen slechts wesen plack en roeden. Want dat daer boven is. dat is van den quaden. Wee lierai die daer comt in '9 Dorps onghe- naden Wel was dus de Meester een geducht man voor de jeuedige boosdoener^ maar zij wisten, b]jpMBb'ar ziitn niet-alziend oog te vermijden Voch te doen, wat hun hand! Vond om te» n. Als wiil de klachten lezen over de «roote baldadigheid der stront- en schooljeugd, daiv zten wit iii hunneliandelingen geen grootcr© vree», voor straf dan in onze dagen. Hoe ge makkelijk boden ook onze oude steden met. hare kleine, bochtige straten, vrachten ein stegen gelegenheid aan om te ontvluchten en naar verschillende hoeken uiteen te stuiven als d'e deftige persoon van den rector, den geVreesden, in aantocht was of indien er ge vaar bestond' voor do nadering van de diena ren van justitie, die ook toen reed's, evenals nu. liefst niet, een anderen naam door-de jon gens werden aangeduid en nageroepen, dan hun toekwam Fn dan beving voor een kort oogenblik een hevige vrees voor straf liet ge moed der jeugdige delinquenten. Want niet zacht waren do middelen onii hen tot orde eu wiishëid te brengen. Bleef het nog maar bij boeten, dat voelden hunne ouders meer dan zij», maar eene opsluiting in den toren, soms 14 dagen lang op water en brood, was waar lijk niet om mee te spotten en eene veroor- ooeling tot roede of bullepees, somtijds to ondergaan op de Groote School, joeg bij de gedachte alleen den kleinen reeds de schrik 0111 het hart, en de blos van angst op de ka ken. Want, men kan gelooven, dat die bulle pees veelal met wellust gehanteerd werd. Wij behoeven ons maar te herinneren dbn: Honde slager in Brederoo's Spaansclie Brabander, dio zijnen kwelgeesten toevoegt,: „Ick selje de bullepees soo sackereels leggen in „Dattet jou heughen selick selje bijget soo ongenadigh oftouwen „Dat je bij gantsoli ack re meute 11 op eeu der tij/dt je molight, wel selt bouwen." De man is echter kreupel, naar 't schijnt en draagt oen baar en kan zich niet wreken. En hij hoort er al weer een roepen„Aeuwen trmpool, aeuwen lampoot, heb je dat hert een reys, soo sel ick jou dat mes omdrayere in jou vley" En als hij later van zijn last be vrijd, ken onverwachts overvalt bij hun spel, dan ranselt hij er een, zoodat deze roept: „O jij slaet mijn doot", maar de geslagene ontsnapt, hem weer met de anderen en~roept „Baemeus1 hinckepinck 1 lamgat! Aeurwen lampoot Ziet- of boort gij eenig verschil tussclien de straatjeugd uit vroegere eeuwen en de onze? Eene duidelijke, ofschoon zeker niet vol ledige opgave der jongensstreken, vinden wij in eene „Memorie van de voornaamste moet wil lioh eden, die hedensdaeghs bij de Jongens alhier binnen Amersfoort gcpleeght worden (25 Junij 1649L Het beclimmen ende berooven van d'e hoven. Het. schenden van de boom en. soo op do wal als elders. Groote insolenlien die ouder de predicatien gepleeght worden Het- dobbelen en kaertspelen op de Wall ende andere publyeque plaetsen. Het zwemmen in de Stadt-sgraften soo bin nen als buy ten. Het vervolgen' ende werpen op d'e sw'aenen. Het uytgaen met roeis van half wassie jon gens. Hett naleroepen eiule schelden op dc Die naars van Justitie als met woorden van hap- seheer en de ander©. Als oock het naerroepen op sommige per- soonen, die hier vremdt in de Stadt corkd. Het- koeskhouden soo in de huysen al* op de straeten. Doch deze memorie bevat, gelijk ik zei de, lang niet alles. Iu do resolutieboeken vinden wij achtereenvolgens rify.veej meer strafbare feiten veïhtêfcf In TBOl b.'v" wordt geinterdi- ceerd, „dat Jongens met stockeu sullen moe gen lopen over straten op poene van tyen stu- vers by yeder te verbeuren ende dat douders voor de kynderen sullen staen(Dit laatste is eene toevoeging in de meeste resoluties; wanneer van ambachtsjongens gesproken wordt, worden zelfs hunne bazen voor de boete aansprakelijk gesteld). Het kwaad' zal Jiier wel niet zoo zeer zitten iu dé stokken, als wel in dat wat met die stokkenmisdreven wordt. Menige hond en menige glasruit moest het ontgelden, wanneer zij waren binnen het be reik van de stokdragende knapen, die ook de voorbijgangers niet altijd met rust lieten. En meer „stoutioheden" worden in do vele raadsbesluiten genoemd en de zorg der vroede vaderen bepaalt, zich niet tot die verkeerdhe den, die1 indruischen tegen de openbare orde. Zoo wordt in 1652 9 Febr. verboden met stelten te gaan, en wel evenals andere bij deze resolutie verboden zaken op poene van drye gulden, telckeu reyse bij do contraven- teurs to verbeuren. Mogelijk is het, dat zorg voor het lichamelijk beid de raad tot dit ver bod bracht, of wel dat onze voorouders de meening van Cats waren toegedaan, waai' bijl zegt: „De Jongens, die op stelten gaan, Sijm rechte beelden van de waen', en dat ziji omi deze hoovaardigheid bij de jeugd de kop in to drukken, zelfs verhinderen wildem, dat rij zich in letterlijken zin boven huns gelijken verhieven. Waarschijnlijk, echter zag men noch in het stelten loopen, nooh in liet kol ven en kaatsen, noch in het klootschieten, hetgeen alles in. de stad verboden werd, eeuig moreel kwaad eni op liet platte land zal het wel langer veroorloofd geweest zijn, doch in de steden werd liet, bij het toenemende ver keer, lastig en veroorzaakte somtijds schade aan particulier eigendom. Daarom werd het binnen de stad en op do wandelplaatsen ver boden, doch zeker ongestoord gespeeld buiten do muren, waar, evenals in onzen tijd, voor de jongensspelen ook langzamerhand bepaalde plekken do vaste verza.mei plaats werden voor hen, die in hun vrijen tijd hunne spieren wil den oefenen. In de bovengenoemde resolutie Werden op dezelfde straf verboden het kolven binnen d'ese stadt, het spelen met kipsen ende het werpen met slingers. Verder wordt door mid del van roepers .geinterd iceert. het treeken van do steenen uytte straeten met suyqgleer- tjes" weder op straffe van 3 gulden. Dit laatste was een blijvende ergernis; meer dan eens is er een1 officieel verbod toe ncodig. Zoo is het ook met het „klappen met zwepen, het glazen ingooien, maar vooral met de in9olentien gepleegd in de kerk. Hiertegen werden voortdurend keuren uitgeschreven zonder dat het iets hielp. Wordt vervolgd Telegrammen. Parijs, 25 Juli. De ministerraad, onder voorzitterschap van den minister-president Conrbes vergaderd, heeft heden aan den pre sident der republiek ter toekening aangebo den, een eerste decreet., waarbij de slui ting van 25 inrichtingen te Parijs ®n in hot departement Seine, die weigerden vrij willig uiteen te gaan, wordt gelast. Overeen komstig het verzoek van den prefect zal het dtMU'oot morgen voieobijnon Aan den prefect van politie zijn instruc- ties gegeven, die 'de uitvoering van het de creet tot- sluiting verzekeren. De sluitings decreten zullen voor elk departement achter eenvolgens verschijnen. Parijs, 25 Juli. De minister-president heeft aan do prefecten der departementen, waar geestelijke orden bestaan, instrucbiën gezon den, aldus luidende: Wil onmiddellijk iemand zenden naar de algemeeno overste om haar uit mijn naam en ofiiciiN'1 te waarschuwen, dat de regeering ge neigd is de orde verantwoordelijk te stellen voor de houding aangenomen door de instel lingen, die er toe behooren en waarvan de sluiting moet geschieden overeenkomstig de web van 1 Juli 1901, en voor de wanordelijk heden. welke uit deze houding kunnen voort vloeien. Parijs, 25 Juli. De zuster» van de 9chool Saint© Marie te Batignolles hebben door tus- schen komst van den president van don raad van administratie aan den commissaris van politie doen verklaren, dat zij zullen wach ten alvorens gevolg te geven aan het bevel tot uitdrijving. In do inrichting van de zusters van St. Marie in' de rue Saint Maur Girart verklaarde de gewezen secretaris Jules Gue- rin tegenover den commissaris van politie; dat zij weigeren do school voor de politie te ojienen. In het zusterhuis Providence in de ruo Haies verklaarde men eveneens, dat de zusters tob het uiterste weerstand zullen bie den. I11 andere inrichtingen deden zich dezelfde incidenten voor. Voor de inrichtingen hadden zich allerwego groepen menschen verzameld', die kreten lieten hooren van: leve de vrij heid leven de zustorsa bas la calotteGeen enkel ernstig incident viel voor. Mevrouw Loubet liet heden middag aan een deputatie van dames antwoorden, dat zij de dames niet kon ontvangen en ook niet tus- schenbeide kon komen in zaken, d'e regee- rin-1 betreffende. Parijs, 26 Juli. De zustere van het zuster huis Providence in de rue Hade© zijn heden morgen uit de sohool, waarin zij zich hadden opgesloten, gedreven. Geen enkel incident deed zich voor. Do zusters vertrokken in een omni bus naar het moederhuis. Brest, 25 Juli. Te Plondaniel versperren die inwoners den weg; do zusterschool is ge barricadeerd!, de supérieure verklaarde dat zij tot hot einde tegenstand zullen bieden. „Men zal ons moeiten fusilleeren," voegde rij er bij, „als men wil dat wij ons onderwerpen. Niemand komt de school binnen of er zal blood vloeien." Te Quimper en in andere landelijke distric ten wordt de bevolking door affiches tot -verzdt aangespoord. Te Land ern eau houdt liet volk de wacht, de vrouwen zeggen dat zij rich liever zullen laten doodschieten en men over haar lijken zal moeten treden, alvorens iemand de zus terscholen binnen komt. Do supérieure ver klaarde dat de zusters slechts voor geweld zullen wijken. De bevolking heeft posten uitgezet die als schildwachten dienst doen. Des nachts slapen de mannen op hun posten. Een sirene moet in geval van „gevaar" de bevolking waarschuwen. Tourcoing, 25 Juli. Gisteren had eene manifestatie plaats ten gunste van de zus ters der Saüite Union: eenige personen wer- 'den in hechten is genomen. Daar twee gevan genen naar Rijeeel zouden worden overge bracht, liepen hedenmorgen duizenden voor hot raadhuis to hoop. waohttjen de gevan genen op en begeleidden ze naar het station onder het geroep van „Leve de Vrijheid! Do menigte trachtte op de perrons te drin gen, doch de politie telefttc hun dilt. Er volgde een vechtpartij, waarbij ve-le personen slagen opliepen. Ischl, 25 Juli. De minister-presidenten van Oostenrijk en Hongarije kwamen heden onder voorzitterschap van den Keizer bijeen en gaven een uiteenzetting van den stand van de onderhandelingen betrekkelijk het compromis. De minister van buitenlandsch© zaken, graaf Goluohowsky, woonde de samen komst bij. Kairo, 25 Juli. Volgens offioieuse opga ven zijn heden aan het Saniwir-deportement 118 gevallen van cholera opgegeven. Kairo, 25 Juli. (Rcuterbureau). De gaa- scho stad is door cholera besmet. 38 ge vallen zijn gisteren officieel vastgespeld. He den is eene kleine vermeerdering waar te nemen. Johannesburg, 25 Juli. De aanspraken) tot vergoeding van oorlogsverlies tengevolge van de Britaolie onderwerping van <jen 0 Indische Roman DOOR Mevr. O VI K K-S O E B. itl« 4 „Dat is ook al mijjne ongelukkige natuur, Nita, ik moet mij alüijidi over een of ander ergeren, is liet niet over mij zelve, dan is het over een ander, niet nu, dan in het verle den. „Arme Martha, waarom toch Hoe kan je je dan ooit recht verheugen en genieten van het mooie leven?" „Jij hebt goed praten en kunt. het leven mooi noemen, mij liet het steeds zijin sombe ren kant. zien. 'k Heb een treurige, armoedi ge jeugd gehad, altijd omringd door melan cholieke, klagende menschen. Waar-zou ik eene optimistische levensbeschouwing vandaan moeten halen? Weet je waar ik nog het liefst aan denk? Dat er toch eens ten eind moet komen aan mijn vreugdeloos bestaan en dut het zalig meet zijn een eeuwige rust te genieten" Treurig weaiddo Nita rich af. Weken en maanden vlopien om; nu de examen dag naderde, werd. Nita toch wel wat zenuwachtig. Zou zij durven gaan? en bang, dat ze, in weerwil der verzekeringen van ha ren leermeester, nop lang niet klaar Was Repeteerde zij ijveriger dan ooit, Fitsie werd voor het eerst, zoolang hij tantie Nita kende, met een „nu niet, lieve vent," weggezonden, als liiji hare kamer binnenstapte en vertelde, dat. hij haar kwam halen. Met een beetje ge wetenswroeging zag tantie hein dan lang zaam heengaan, liet kereltje had meer dan ooit behoefte aan een speelkameraadje, daar Mied met koorts thuis lag. lederen morgen vroeg Fitsie naar zijn vriendje, doch altijd luidde het. antwoord ,.nog niet beter," en ofschoon zijne zusters zich nu dikwijls opofferden .11 Mied tracht ten te vervangen, bleef de k'eine man naar Mied uitkijken nu hij deze niet meer naar bclkvop, jiaast zich kon hebben, ruble hij ham dubbel. 'k Heb een zwaar hoofd in die ziekte van .Mied," sprak mevrouw Perkens, toen zij een» terugkwam van een bezoek aan het ventje. „Hij is ontzettend vermagerd en de koorts wil maar niet wijken" Een paar dagen later bleek het, dat me vrouw l'eu-kens maar al te goed had gezien. '9 Morgens vroeg kwam Kerto zijine mees teres vertellen, dat Mied zoo even. gestorven was. Nila vond hem schreiende aa.11 hare voeten. ,,Ja, Mied is dood." zeide mevrouw Per- kons. met. zachte, ontroerde stem, in ant woord op Nita's vragenden blik; ,laat Fitsie het niet hooren. De dispensjougen sloop snikkend heen, hij had permissie om naar huis te gaa.11 en rijn ïcomt jo i.n het. linnen to wikkelen, diatii me vrouw' Hem gegeven had als laatste kleed voor het arme kereltje, en ten einde een en ander 111 gereedheid te brengen voor het doo- denmaal. Kleine Mied werd dien zelfden avond nog begraven. En Fitsie sloop intus- sohen treurig rond en hield niet op naar Mied te vragen. Eindelijk besloot mama hem te zeggen, dat zijn vriendje voor goed hier was, doch; liSer begreep Fitsie niets vanwat hij tot dusver in zijn vierjarig le ven wug had 7. "'ii gaan, was steeds terugge komen altijd weg dat bestond niet voor hein. Toen zij op een ochtend samen buiten wa ren. en Fitsie weer over Mied begon, kreeg Nita op eens een idee. Zij haalde verscheidene papieren schuitjes, die zij; den vorigen avond voor het ventje gemaakt, had en nam hem mee naar het woeste bergstroompje, dat aan den achterkant van liet orf liep. En, terwijl het. kind met rijn eigen, kleine handjes, de prauwtjes te water liet. en zo in een oogwenk door het bruisende water zag wegvoeren, en voorgoed uit het. gezicht verdwijnen vroeg zij .Ziet Fitsie wel? deze bootjes komen nooit woêrzoo is Mied ook heengegaan en we kunnen hem niet terug roepen." Fitsie dacht even na met een ernstig ge zichtje, toen verhelderden zijne trekken en zei liij, in zijn aardig gebroken taaltje: „Als Fitzie gloot is, bouwt hij een gloote „plauiw" en haalt. Mied fwoêlom" Langzamerhand vergat hij zijn vriendje, doch nooit kwam het kereltje voorbij het bergstroompje of hij scheen zich te herinneren wat Nita hem ver teld had, en met het mollig vingertje naar het snelvlietend water wijzend, zei hij ge woonlijk niet anders dan „Mied", dooli, zijn gezichtje stond, daarbij zoo nadenkend, dat er zeker heel wat. in zijne kleine hersens orn- ging. Nita had intusschen met. augst en beven bare stukken ingezonden; toen dit echter eenmaal geschied was en zij rich zelve dus voor een „fait accompli" had gesteld, voelde het jonge meisje zich. veel kalmer en verlang de nu eigenlijk maar, dat de grooto dag daar zou zijn». Den raad van haar meester volgend, zat Nita niet tot het allerlaatste oogenblik over hare boeken heengebogen en „Moes" writ al lerlei kleine, prettige bezigheden te verzinnen om hare gedachten afleiding te geven. Te Batavia zou Nita bij do familie van juf frouw Fokkena logeerendeze was op hare kalme manier erg met. het meisje ingenomen, en had geheel uiifc zich zelve dit voorstel ge daan, na zich eerst verzekerd te hebben, dat zuster en zwager er niet op tegen hadden juffrouw Wendeler te ontvangen. Daar het juist vacantie was. vertrokken beide meisjes samen naar Batavia. Er rijn oogeublikkan in het leven, waar bij een menscli, door vreugde als het ware overstelpt, zich niet voor wil stellen, dat er grooter geluk voor hein lean, bestaan, dat hij op dat oogenblik smaakt.. Zoo ging he.. Nita, toean zij verrukt, schreiend en lachend van blijdschap, als in een roos van geluk, liet woordje „geslaagd" aan hare vrienden' te Temboiig Gocnoeng telegrapheerde. De we reld leek haar geheel veranderd, hoe waB het mogelijk, dat ze Batavia vroeger nk t mooi had kunnen vinden, rij was nu een en al be wondering voor den fraaien aanlegterwijl zij iti den frissohen morgen naar het station reed. Het meisjo verlangde zoo onuitspreke^ lijk naar wat zijl, niet heb wiste recht der vriendschap, haar tehuis lconi noemen. Op Tonibong Goenocng heerschto groote vreugde over het suocès van Ma's vriendin netje, zooals do kinderen Nita bij voorkeur noemden geen eigen dochter had met meer vreugde en trots ingehaald kunnen worden. Zij moest alle» vertellesn, Katti'e had zelfs wel wDllen weten hoe Nita's examinatoren er uitzagen. ,,'k Dacht, dat die hoeren verbazend© boe- manman waren." bekende deze, „maar het zijn juist do aardigste, voorkcanemdste men schen, die er bestaan. Ze doen keusok hun best om het je zoo gemakkelijk mogelijk te maken en rijn over een goed antwoord zoo in hun sclnk. alsof dit hun zei ven voordeel aanbracht. Noen. ik had nooit gedadit, dat examen/ doen mij zoo mee zou vallen. „Was je in het geihoel niet zenuwachtig?" vroeg Jowien „Een beetje, in het begin maar d'e oude heer. die mij toen examineerde (in geschie denis) haalde een glas water cn, nadat ik hot had leeggedronken, ben ik aldoor kalm gebleven. Op hot laatst vlotte 't zoo heer lijk. dat ik spijt had toon die vriendelijke heer zeide, dat 't. nu voldoende was" „Wat een oude snoes", riep Kaittie, on Jowiem zuclitito „Hc, als ik met mijn muziek-examens het er ook eens zco goed af modht brengen." Eni hare gedachten vervolgend, viol zij eensklaps uit„Ma, het is toch vrecselijk, dat ik daar in Keulen zoo all ecu zal zijn toe Moes, als u mij tenminste weg bracht, pa houdt hier nog zooveel over en..." Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1902 | | pagina 1