r. 224.
I"1' Jaargang.
Zaterdag I4 Februari 1903.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Militair Schetsboek.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden roor Amersfoortf 1.85.
Idem franeo per post1.75.
Afconderl^ke nummers- u.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering ran
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingon enz., gelieve men vóór 10 nnr
morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C<>.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJ8 DER ADVERTENTIËN
Tan 1—5 regain«.71.
Elke regel meer«.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eone
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Amersfoorts Keitrekking.
VL
(Ingezonden).
Er is nog 0en andere voorstelling, walarop
dte kei, op rollen voortbewogen, naar die stad!
wordt gesleept. Naar dieze- prent ia een zeel'
mooi Delftsch plateel vervaardigd; hetgeen
ook in db verzameling van „Fleliite" aamve-
ng is.
Het ia geenszins do onbelangrijkste van
alle prenten, die op de keihistorie betrek
king hebben. Zooals reeds is gezegd, stelt zij
liet naar de staid voeren van deu kei voor.
De op rollen geplaatste kei draagt een trom
petter, die veel heeft van een nar, althans
de sierlijke kleedij dier klaroenblazers dier
dagen wordt gemast. De kei is van voren ge
opend. Deze opening komt hij meerdere voor
stellingen voor, en niet zelden wordt zij ge
vuld met keitrekkers of voerlieden, of krake
lingen. muziekinstrumenten enz
Heel wat leofcuuir over de keitrekking ia
op deze plaat, te vinden, en wijl kunnen niet
nalaten die hier af te drukken.
„Waarachtige bescihrijiviiiighe van de a£-
komsrte van den Steen dei' Steen en ofte Oly-
plia ntsehe Steen, Heer Voet ban ek va.n den
18. Ad'amelingen, in 't Rijk van de knotl-
treokingeni, Vader aller Keyschle Keien,
Sehoonsoon va.n den Blauwen Steen tot Ley-
den, en Susters Susterlingh vau Heer Harde-
bol. Drost van BergeinMeyii, aangetrouwde
Swager van Pasquyn en Mofforus tot Roomen,
Kindts Kindt van Keselborgh; en Kovel key.
Bloedverwant, van den Obilischöh en Egypt'i-
seheni Piramides, Dy groot Keyren gelegen,
etc."
Voorts geeft liet 't reeds aangehaalde
..Kort verliael van de Keytrekkingh", ter
wijl daarna volgt:
„Op de groote Keystee» van den hoogliedele
Hear Jr. E. Meyster.
Wie zal der key en. keij in Meyster s kop ge>-
nesen?
De Leidsche slypsteem is voor zulk een key te
zwak
Want voelde hy zyn last em zwaarte maar,
hijl brak
Aan duiizent stukken, 'ti geien geen kleine sehia
zou
Keytrekkers diie in druk zijjn eeir, uiw loon,
kunt lezen.
Op, rep uw handen, trek, verlost hem' eerst
van 't pak,
't Geen, door de last, bedwelmt zijn schran
der harssendak.
Die kev zal groter dan den groten bergkey
Ik weet hij zal 't. hiernai. 11 weten grooter
dank,
Dan of gij. door liet sneeu. of fluyfc en trom
melklank.
Dien Olyfanaen steen had neerwaarts af doen
rollen
Wamt andiers staat bet ligt te duchten ('ti
geen elk vreest)
Dat hij in eewighyd nooit. van. die key ga-
nftest,
Ei' zo raakt. Amersfoort met hem nocihl Kchifc
aan 'b hollen,
't. Is zyn schuit niet.
Voorts:
Den geok dlie roept hier over lnyt
Kom hier, daer komt dien keyvorst uyt.
Ik hoor alree 't geluyt van Trommels en
Trompetten,
Hij begint! syn Dirifctera in order al to setten
Her an, hisran, lusfcigh, die van verre gheko-
memi zyt,
Lot. op den groten Key, aanschouwt hein,
dogh miet vlyt,
Hoe mooy liry is veroiert met koeck en lcrae-
kelingeu,
Vedels en Musyek-spel, met. Bier eni met. Ta-
baick,
Voor yeder syn gerief, voor yeder syn gjerack.
Hier komen de Dritters, die oveastoute
helden,
De welt iok om' r. has wil, Jiaer namen nieti
wil melden
Hier treckt nu Man en Wvf; doch Dritters
raaer alleen
Dio hebben alleen de eer. te trekken aeni
den steen,
Waarvan »y oook den roem van keyetreokers
dragen
800 yemiandt wil 't gelneym va.11 des en key
bevragen.
Die spreeckt. de Meyster aen, d:o u geven sal
besciheyt,
Waer diat hij komt van daen eni waer syn
kracht in leyt.
Wie van dees key-sieckt wil syn heel te mael
genese»,
Die moot onder die kap van dozen Dooktor
En soo der yemant is. die daer noch gebreok
of heeft
Die komt by Meyster, die yeder lootjens
geeft,
Vorder bevat de spotprent een Franscho
vertaling van liet. „Kort ve-rhael der Key-
t rekking"
Une Courte et Breifve description dti
transport dfun gros Caillou, large, do six
pieds, et son diamètre et hout 9 piedslequel
1111 certain Gcntilhomme a faict. eeleuer et
transporter dans la ville d'Amersfort 2 lieues
d'.. la sains se servir de ohevaux ou cliarue,
91 nou qu' avec les mains des hommes, connno
démonstre la présente figure.
Après que Ie geutilhomme par Billets avoit
faict oogntostrei, par touitcs les villes circum-
voisines eest eifluememt eti d.u transport de ce
monstrueus, caillou et fit advertir tout lel
moindie la aiuprès que Je miardiii 7me de Juin
1661, v ouluii. ach ever aal gaguere, il est soi-ti
du matin de la Ville d'Amersfort a.vec quatre
Héraut®, avec scs arames suivi de quel que
ohaiue pleine de paiiiv, biscuit et bierre, vin
et Tabacq, poiu- soulager les tireurs, le cail
lou fut euviro-nnê aveo un feston. d"Amelet-
tes ga-uffre®, violons Livre de Musiquo et pain
d'Espice.s, un des Trompetten estoit montê
sar le caillou, qui souffloit perpétuellement
pour douner recreation aux spectateurs et
par après il a< faiet avancer par grande force
ca caiillau dans la ville d'Amersfort, ooi il a
fait establir un piëdestal. sur lequel en for
me de Trophée ou piramide est posé dessus.
avcoq les armes dé la1 Ville et- les siennes, il
avait gagê pour trois mille franca et pour
aaitisfaire ii aai nairtie il fit executor sa ga-
guerre, li est presque impossible de racontei*
la multitude et foule' du peuple aooompagné
do Car oases et Charmes, des grands et petits
avec un grand applaudisseineint et joye, il
tradata lo leodemain taut scs amis somtueu-
«ement; il y avoit une telle pressd, et fouile
dio peuplasseun povre homimje rompit sal
jamlwn qu'il fut pensé le leudlemam, un a.utro
rompit son brasvoila la fin dé cette folie
et la narritiou du passés.
Daarna, volgd*' -
Andcrdalegsche nodingh van Meyster do heen-
van Bérsesteyn
Wie onsc klucht behaegt,
Die komt als morgen, daegt
- By al de Keyschie gecken,
.Die acn haer eygen Keystiecn treck'en
In 't Nimmcidorsche groen,
Daer elck vindt ^,'n Caproen
Wy sul lend er met singen,
Met dansen en met. springen
Tor eer en uwrer al
Verheffen een geschal
Dat Bosch 't r afgalmt en Boom011
Wie lust kan moigen komen,
lok nood' u al te saem
T.Tit E. Meyshers naam.
Reglit voort, tlic hoort
En tot slot.
Om.no vascr vitium ridendo flaoous amice
Ingeril, admissus circum praecordia lud.it
Een andore prent1 is in „Flehitc" te vin
den: een O.-l inktteekening, die-, zooals de
achterkant! vermeldt^ is vervaardigd door:
Mattew'ia Dé Vries
Baas Zeylemiaker,
op het eylant Zijion
tot Gaal o.
Deze door ouderdom geel geworden taeke-
ning heeft tot onderschrift:
Amomvoorder Keysneyers". Zij stelt liet
verwijldorern. van do keien, die oorzaak zijn
van 'amonachem hoogmoed en ijdelheid, voor,
waartoe eenige lieelmoestors met allerhaaido
gereedschap de schedels openen en daaruit
tfe keien, ter grootte van fEnke appels, ver
wijderen flesscheai met. medicamenten, etc.
en groote wij(dmonds flesschen, deze laatste
zeker om de keien in te oonaerveeren, zijn
op tafeltjes geplaatst. Velen, wier keien reeds
verwijderd ziin, loopen. metl groote zwach
tels om liet hoofd, ie jammeren of worden
liefderijk verpleegdanderen is men den
kei aan 't. trekken, op een wijze alsof mem
een kist. uit. bet water haalt.
E. C. J. K.
Politiek Overzicht
De obstructie in de Belgische Kamer*
De obstructie is een middel van. verweer,
dat meer en meer in gebruik komt. Zij'
dikwijl» ten onrechte aangewend, en is dan
ongetwiifeld een uiterst badenkelijk middel
Maar niet. onder alle omstandigheden i.-, -
toepassing van dit middel te veroordeelen
Ieder geval van obstructie moet op zich zelf
beoordeeld worden, wil men in billijkheid een
oordeel vellen.
Sedert Donderdag worden de debatten in
de Belgische Kamer geobstrueerd, en de om
standigheden waaronder die obstructie is be
gonnen, verdienen wel de aandacht. Eergiste
ren, vóór het begin van de zitting, was de
rechterzijde door de regeering, die op haar
steunt, bijleengeroepen tot. eene vertrof iwelij-
ko vergadering. Het heette, dat daarin ecnigo
veranderingen ter tafel gebracht zouden wor
den, die de regeering wilde brengen in het
thans aanhangige wetsontwerp op de ongeval
len-verzekering. Maar in plaats daarvan stel
de de minister-president zijne meerderheid in
kennis met een aantal wetsontwerpen, dio
moesten dienen om het tekort op de staats-
bcgroofing te dekken. Daartoe behooren eeno
belasting op de bui ten 1 and sch C' naamloozo
vennootschappen, in België gevestigd, en eeno
verhooging van do invoerrechten op alkoholi-
sche dranken. Van do laatstgenoemde wet
wordt eene vermeerdering der staatsinkom
sten van 20 miflioen francs verwacht.
Een uur later werden deze wetsontwerpen
bij de Kamer ingediend, en de regeering ver
langde, dat zij terstond in behandeling zou
den worden genomen. De oppositie ver
zette zich daartegenzij had nog niet eens
behoorlijk kennis kunnen nemen vau de voor
stellen der regeering en rekende zich dus niet
in staat er over te débatteeren. Maar do
regeering blééf staan op de dadelijke behan
deling van het wetsontwerp op de alkorhol-
belasting. Toen nam do overrompelde oppo
sitie hare toevlucht tot de obstructie als mid
del van verzet. De socialisten, met Furné-
mant aan het hoofd, organiseerden den tegen
stand, de liberalen verleende hun passieven
bijstand.
Reeds de behandeling van heit voorstel tot
urgent-verklaring werd gerekt tot half negen
des avonds. De staan 111 ing over dit voorstel
bewees, dat de regeerdngsgeeinde meerderheid
besloten was op haar post te blijven tot aan
het einde van den strijd. „Blijft gij bijl uw
voornemen volharden", riep Anseele haar toe,
„dan zult giji tot morgen vroeg zes uur moe
ten zitten; daarvoor zullen wij zorgen".
„Geheel tol uwe beschikking!" antwoordde
de katholiek Ponbhière.
De voorspelling van Anseele is letterlijk
vervuld. Gisterenmorgen om kwart over vijf
is de zitting geschorst oin te kwart voor
tweeën te worden hervat. Toen heeft men
tot 7 uur 's avonds volgehouden. Heden
begint de strijd op nieuw.
Het voorstel der regeering strekt in de
eerste plaats om het accijnsrecht te verhoo-
gen van lOo tot 15Ó frs per HL. brandewijn
van 50 graden. De invoerrechten op buiten-
landsohe gedestilleerde alkoholdxanken en
imet brandewijm vervaardigde verduurzaamde
eetwaren worden naar evenredigheid vermeer
derd. Daarentegen wordt het inkomend recht
op niet gebrande koffie met 1 Januari 1904
afgeschaft m dat op gebrande koffie vermin
derd tot 10 frs. pea 100 KG.
Het motief, dat de regeering aanvoert voor
haren wenseh o- dezen nog al ingrijpenden
maatregel meit de zweep er door te jagen, is
dat zij de speculatiën 111 alkohol voorkomen
wil. Wordt daardoor deze wijze van behan
deling gerechtvaardigd? Eene bijdrage om
daarover te kunnen oordeelen, levert
een gesprek, dat een medewerker vau de
Indépendance beige had met den oud-minister
Grauac. Deze liberale staatsman, wiens ver
diensten zijn beloond met den titel van mi
nister van staat en die aan het eveuredig-
heidsstelsel te danken heeft, dat hij thans
weder als vertegenwoordiger van Brussel in
de Kauier zitting heeft., verklaarde, dat ook hij
het wetsontwerp nog niet had. kunnen bjstu-
deeren. „Waarom is het te. doen? Ik weet
er nog heelemaal niets van. Eerst gisteren
avond lieb ik op een diner gehoord, d.vt er
nieuwe belastingen werden voorgesteld.
Maar wat deukt gij van de houding der
regeering?
Het feit, dat de urgentie wordt go-
vraagd, is voldoende te verklaren, dunkt mij
want het is er om te doen speculatiën te
vermijiden.
Door heb debat n.f te snijden?
Ja, wat dat betreft, ik herinner mijl ook
eens een wetsontwerp te hebben voorgesteld
in nagenoeg gelijke omstandigheden. Allo
bijzonderheden herinner ik raijj voor 't oogen-
blik niet. Maar ik ben er zeker van, dat ik
het debat met heb ontweken. Wanneer de
noodzakelijkheid van de urgente behandeling
onbetwistbaar is, dan is het heel eenvoudig
om, voordat net parlementaire debat begint,
te bepalen, dat de wet in werking zal komen,
van het tijdstip der indiening af. Daarna kan
de discussie volgen. Ik herinner mij zoo te
hébben gehandeld, nadat ik er over gespro
ken had n et den lieer J. B. Malou, destijds
het hoofd van de rechterzijde, die mij volko
men gelijk gaf. Dat werd door de Kamer
toegelaten.
Is er geen protest geweest van de zijde
der oppositie?
Neen, zeker niet, want het debat werd
niet ontweken Er kon geen verzet zijn.
Gij zijt dus van meening, dat de regee
rt ng een debat ontwijken wil?
Hier gaf de heer Grauxglimlachend zijne
verwondering te kennen over de door de re
geering aangevraagde nieuwe belastingen. „Br
ia iets wat niet helder is; dat ligt voor do
hand. Daar zal ik achter zien te komen."
Telegrammen.
BrusselIS Ftbr. De oppositie in de Kamer
duurt voort. De obstructie bracht een reeks
bezwaren ten berde, die doen voorzien dat he
den nacht opnieuw zitting zal worden gehou
den.
Brussel, IS Fehr De geheelc Kamerzitting
van heiden wan niet» dan een reeks twistge
sprekken tufiBohea de aanhangers der regee
ring en de onmositie.
Verschillende afgevaardigden merkten op,
dat men de zitting bobt kon. sluiten, unirint
elke behoorlijke berandslaginjg onmogelijk
was.
Dé minister-pi i«ident drong m- op ann, dat
diaidelijk o-ver liet wetsontwerp gestemd zou
worden.
Ten slotte werd de zitting om zeven uur
vleirdiaaigd. Morgen om tien uur voortzetting.
Parijs, IS Fehr. Do Kamer zette heden do
beraadslagingen voort over de kwestie der
„bouollleurs de orti. 1 bran dowijmstakers voor
eigen gebruik.)
Poincaré licfbtta uitvoerig een voorstel toe
om artikel 17 en volgenden uit de wet op de
middelen te lichten Hij acht. de concetöiën
van minister Ronvior denkbeeldig.
Dé minister verklaart, zioh tegen hef pri
vilege van de ..boniHours de cru" en bestrijdt
de splitsing, welke daarna verworpen werd
met 219 tegen 212 stommen.
ParijsIS Fehr. Binder (conservatief afge
vaardigde van Parijs) verzocht de regeering
te interpelleeren over de rol, welke minis
ters en politieke personen gespeeld hebben in
de Humbert-zaakten einde te wijpen op do
moraliteit van het. door Combes gepresideer
de kabinet.
De spreker, die op zeer heftige wijze do
parlementaire wereld aanviel, werd eerst tot
dé orde geroependaarna word de cen
suur op hem toegepast.. Ondanks do
uitnoodiging om de tribune te verlaten, bleef
hij doorspreken, waarop president Lockroy
door
MEL VAN HOORN.
Het auteursrecht ie verzekerd.)
XIX.
Ingeroest.
Ik sloeg de ramen open van mijjn boven
kamertje. dat mij, hoogetre-burger-sclioliea*,
tot slaap- en studeervertrek diende. Dé
heerlijke zomeroditendi-koelte, vol van taiin.-
geuren dio me tegenkwam, snoof ik gretig
op, en was ineens verzoend1 met mijjn voor
nemen te gaan werken, dat mo straks, toen.
ik wakker werd, een dwaas plan had gele
ken. Ik «choof mijm tafeltje tot vlak vóór
het raaan en begon te lezen en aan te teeke-
neii uit het min of meer droge boek, dat
ik gisteren-avond met een. zucht had toegeslah-
gen.
Ik had nog geen bladzijde gelezen, toen
ik, even opkijkende, beweging zag ver ach
ter in den tuin. Ik meende een figuur te
herkennen, keek met moer aaudachtJar
wel, liet was oom Henri, onze logeergast.
„Die is vroeg", dacht ik Wel wist ik, datl
oom Hein, Hein Staal, zooals ze den rit
meester noemden altijd vroeg bij de hand
was; maar dat hij nu klokke vijf al in den
tuin wandelde, en sigaren, rookte, löek me
toch iets buitengewoons.
Terwijl ik hem een poosje bleef .gadeslaan:,
bemerkte ik, dat hij op liet zelf de paadje ach
ter in den tuin heen-en-weer bleöf gaan met
groote, afgemeten pafesen. Hij was. dat bleek
uit zijn houding en heftig dalrnpen. aan
zijin sigaaa-. in gedachten verdiept, van
tijd tot) tijd stond hij even stil, maakte met
d twee handen een overtuigend gebaar,
knikte en ging dan weêr het. tuinpaadje op-
en-ueei'.
Ik werd afgeleid van het. droge boek en
was met oog en ged'atehten, meer bij oom Hein
dan bij de Duitscho vorsten, die na Fred er ik
Barbairosea mij met hun rogeea-ingsjaron kwat-
men lastig vallen..
„Kom, ik ga eens naar hem toe; hij is
toch onze logé."
Ik vondl in dit. logé-zijn eeai voldoend ex
cuus om den tuin in to gaan. Dé Duitscho
vorsten nam ik. mee, hoewel ik begreep, dat
beneden mijn belangstelling in oom Hein
liet winnen zou van die in de Hendriken, en
Frederiks.
Morgen, oom.
Morgen, jongen.
Oom Hein keek me met zijn grijze oogen
ietwat, verbaasd aan.
Wat doe- jij: zoo vroeg op?Sfcudee-
ren Moet je 's morgens om rijf uur opstaan,
om met je neus in de boeken te zitten?
Geschiedenis oom; van middag repe
titie.
Hm,mooi vaknooit genoeg
van geleerdsnap je 't of stlatmp je 't.
in je kop?Dan snap je 't niet
Ik liad weinig lust over de Duitsche vorsten
to gaan praten; ik wilde eens wat van oomi
zelf weten.
U bent. ook vroeg biji de hand.?
Hm, jameestal vroegdaar
wen1 je aan,
Maai" bent u altijd om vijf uur in
dienst?
In dienst, niet. maar dikwijls op.
We waren op een tuinbank gaan zitten
Oom keek nu strak voor zich en dampte
weer harder
Dat „enne" moest, meer beteekeuen, dacht
ik Ik kende 00111 Hein nog zoo weinig; heel
enkel logeerde hij een paar dagen in liet jaar
bij ons; ik voelde me altijd zeer tot hem
aangetrokken; hiij had zoo iets hartelijks
in z'n kijken, zoon sympathiek rimpelge
zicht met de brcedo ongopunte snor, do altijd!
sohoongesohoren kin, de kortgeknipte peper
en-zout haft-en. Mogelijk dat die korte haren,
juist als zijn grijs jongensachtig zomerpakje,
me hem zooiets als een gelijke van ons.
schooljongens, deed: lijken.
Maar van morgein keek hij wat. norscli.
EnneOom
NiksEnne, niksik slaap hier
slecht
Is 't bed niet. goed. oom? zeker te
«acht
Ik haidi wel eens gehoord van die oud-radli-
tairen, dio alleen op atroo kunnen slapen
met. huni randsel als hoofdkussen.
Oom glimlachte.
Neen, ventje, niet te zachtMaar.
ik heb hier zoo weinig beweging
Ja, oom.
E11, ik heb hier niets aan mijn hoofd...
Niefa aan uw hoofd, oom? Me dunkt.
dat is juist goed om lekker te slapen
Zoo, dunkt je dat?
Ik merkte, dat hij nu weêr wilde ghan,
zwijgemi; dat mocht niet, ik was voor eern
interview gekomen, hij moest wat loslaten
Maar oom, wiat wou u dan aan uiwt
hoofd hebben?
Wat ik aan m'n hoofdhm, drom-
melsche jongen, wat doo jij hier tc komen
praten in plaats vatn jo los to leoren?
Zoo zou 't. niet. gaan oom Hein was op
gestaan en wilde wegwandelen. Al kostte- t
1110 vanmiddag oeru vier voor geschiedenis, ik
moest oom aan 't. praten krijgen. Ik stond
ook op, do vorsten onder m'n arm, en deed
als wilde ik nieêwandelen
Waar ga jo heen vroeg oom, alsof hij
bedoelde: „als je rechts gaat, ga ik links."
Gaat u 's mee naar Boer Arend, hier
achter?
Hmehm, wat is daar te zion?
Een mooie boerderij, oom; mooie stal-
lén, zeggen zeenpeerdën.
Een oogenblik trok do norsoho trek, dio
ma vreemd geleken had, weg..
't. Is hiea- vlak bij. oom. Als wé het
achterhek uit. gaan, bent u er zoo.
We watndeldën op,
Hou jij| vaai peerden
Jawel. 00111. ik vind? zeja, eigen
lijk weet ik niet preciesgoeie beesten
geloof ikWat is eigenlijk toch, zoo aar
dig aan paarden, oom.
Hm, je lijkt, mo niet zoo doan, als
Als ik c-r uitzieVertelt, u 't maar 's.
Een peerd ia zoo „aardig", omdat lust
voor een verstandig mensch is de verklikker
op zijjn verstandBegrijp je mets van,
hc? Natuurlijk nietAls je bij een peerd
met altijd jo allemlichteerste verstand, jo
scherpste oog gébruikt, jo geduld tot in het
uiterste bewaart, is ca* liet aardige gauw af;
dan mislukti al je werk, jö maakt het beest
tot een knol, en je hebt niet» dan teleurstel-
ling
Dan lij,kt liet me niét zóó erg aardig
Toch wel, voor iemandl met oen beetje
vorstand en lust tot werken zit er jui9t wat
aardigs in dien verklikker".
-1s t moeilijk uw vak, oom?
Alles wat je goot! doen wilt, ia moei
lijk.
Is 't gauw be loeren?
Neen, man, noenhm, als jo 't
begint te snappen, ben je oud
- Ben jo dan ofid?
Zeker.Vóór je» liet fijne werken
van 't verklikkertje op jo verstand snapt, ben
jo oud.
Ik begrijp 't. niief. allemaal, oom-
Natuurlijk niet; onthoudt, maar, wat ik
jö zei; later zal je ook wel een verklikkertje
vinden, en dan komt 'b je tc pas.
O0111, houdt, u veel van uw stallen
Hmjaik ben er zoo aan gé-
wend.
We waren nu bij do boerderij. Ik was
groote vrienden, met. dén, boei- en z'n knechts.
Ik had overal vrije toegang en moclit, meen
de ik. 00111 Ilein wol meebrengen.
Vinden ze dat goed. dat we hier maar
inloopenï
Ja, oom
We keken in dé stallen, waar juist cc»
span paarden werd weggehaald voor 't
werk.
Mooie poerden, hè oom?
Hmflinke werkpaarden, dunkt me.
Oom keek eens in liet donkere afgeschoten
stukje, walar do paarden stondentoen liep
liij over den doel, plukte een bosje uit liet
hooi, besnuffelde heö
Ga je meê, vroeg hij
Ik had gedacht., dat hij meer aalndachU
aan de boerderij gegeven zou hebben.
Hoe vond u 't? vroeg ik, toen we weêit
op den. landweg waren.