IS0. 167.
3" Jaargang.
Donderdag 17 December 1903.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Rozenheuvel.
ERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Par 8 maanden Yoor Amersfoortf 1.25,
Idem franco per post. 1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- on Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgeverai VALKHOFF ft O.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DEB ADVKRi'KSHIiN
Vm 1—S r.g.1.f O.W,
Elk. r.g.1 moerMIK
Groot, lett.n uv pU.tsr.lsit..
Yoor handel en bedrijf bwtun rnordnel||. bepslipger. tot
het herbuld adrerteeren in dit Blad bij abonnement. Ken.
oironlaire. berattende de roorvaarden, vordt op saarrnif
toegeaonden.
Aan hen die met I Jan. a. s.
op dit blad inteekenen, wor
den de nummers die gedu
rende de maand December
nog zullen verschijnenKOS
TELOOS toegezonden.
Politiek Overzicht
De Oostenrijkeche Rijksraad.
Met stilie trom is de Oostenrijksche rijks
raad naar huis gegaan. Weken lang is het
huis van afgevaardigden bijeen geweest, maar
er is niets, letterlijk .niets uitgevoerd. De
obstructie van de Czechcn heeft eiken posi-
1 leven arbeid in dit huis onmogelijk gemaakt.
Nu is de volksvertegenwoordiging naar *uis
en kan de regeering met toepassing van art.
34 der grondwet doen wat noodig is om do
zaken gaande te houden.
Een licl van den rijksraad, baron d'Elvert,
maakt in de Neue Freie Presse aldus de
balans van deze zitting op: ,,Wel draaide de
parlementaire molen, maar onder den druk
van de Czechische obstructie maa'de hij niet.
Zoo eindigde ook deze ritting zonder vrucht
en met minder resultaat dan ooit, en ver
schafte rij het voor de regeering gewensch-
te voorwendsel voor de schijnbare wettig
heid van het op den aanstaanden oudejaars
dag in kracht tredende artikel 14. Bezield
door de lust om te leven, zal zit zich zelf
ongecontroleerd credietwetten toestaan en
clen zwaar zieken staat geen y>nees- maar
slaapmiddelen toedienen, om zich weer over
de verlegenheid van het oogenblik heen te
helpen. Juist thans, nu Oostenrijk in ieder
opricht, niet alleen tegenover Hongarije,
maar ook tegenover de handelsverdragstaten
de beteekenis van een niet gering te schat
ten, innerlijk krachtig georganiscerden
staat be-boorde te openbaren, vertoont het
zich als prijsgegeven aan do vernielende in
vloeden van een troosteloos innerlijk kra
keel. van eene zwakheid die te exploiteeren
Js. Met lamheid geslagen zijn parlement, ho
peloos verdeeld zijne partijen, verscherpt ziin
nationale twist, verergerd rijn economisch^
toestand, onzeker de toekomstige regeling
van zijne handelsbetrekkingen tot het bui
tenland. dat is het ziektebeeld van Oos
tenrijk. En nu nog de. ondanks alle mooie
voorstellingen, ondanks alle verbloemings
kunsten der regeering. in den strijd met
Hongarije om de beteekenis en de strekking
van onze souvereine rechten wat aangaat het
- ondeelbare karakter van het leger geleden
nederlaag!"
Die nederlaag geeft men in Oostenrijk
slechts zeer ongaarne toe. Het bewijs daar
van heeft het heerenhuis geleverd, dat ver
leden Zaterdag, toen het huis van afgevaar
digden reeds naar huis gegaan was, ziine
eerste en eenige vergadering in deze zitting
hield om de mededeeling in ontvangst te
Jiemen. dat de zitting verdaagd was Tn die
vergadering werd eene zeer opmerkelijke in
terpellatie tot de regeering gericht. Het
verzoek daartoe was gedaan door den voor
zitter van het huis, den gewezen minister
president vorst Windischgratz. met onder
steuning van 65 leden, behoorende tot alle
partijen die in het huis vertegenwoordigd
zijn. Doel van de interpellatie was van do
regeering authentieke en geruststellende me
dedeelingen te verkrijgen over de op het
gemeenschappelijke leger betrekking hebben
de hervormingen, welker uitvoering de Hon-
gaarsche minister-president den Hongaar-
schen rijksdag in uitzicht heeft "esteld.
De minister-president antwoordde terstond.
Hij stelde op deur voorgrond, dat de regee
ring, met de meeningen van het hecienhuis
bekend, daaruit dc kracht put om zich be
slist te verzetten, tegen alle pogingen, die
gericht zijn. op eene eenzijdige verandering
van de compromis-wetten. Ziji blijft onver
anderd vasthouden aan haar standpunt, clat
eene verandering vanu die wetten slechts in
o-verleg van dc beide rijkshelften en alleen
langs den door de constitutie voorgeschreven
weg kan worden verkregen. Wat m 't bij
zonder de legerkwcstie betreft, ook hier is
natuurlijk niets veranderd in de oorspronke
lijke mccning van. de regeering, dat de een
en ondeelbare leiding, bestuur cn inwendige
organisatie van het leger- uitsluitend toe
komen aan don Keizer. „Dat ook voor daden
van de Kroon bmncn deze hare competentie
de verantwoordelijkheid der regeering- geidt,
volgt uit de constitut'ioneele instellingen in
bedde staten, en ik geef niet alleen, toe, dat
ieder van de beide mi nastenen. het recht heeft
dc gevolgen- vau binnen de bevoegdheid van
het hoogste legergczag aan te brengen ver
anderingen. in de instellingen der monarchie
te overwegen, maar ik reken dit. ook tot de
dringende plichten van dc regeeri ng. Mij
waren dus dc maatregelen bekend, die nu zoo
veel besproken worden, zonder dat het- nu-
bliek den inhoud nauwkeurig kon kennen,
omdat zij grootcndcels nog niet definitief
vaststaan. Ik wil echter ook in den onafge-
daneu toestand hunne- waarde niet schat
ten en- verklaar slechts dc uitwen
dige cn inwendige eenheid van bet
leger, zijne grondslagen c-.i tradition zul
len niet veranderd wardenhet leger zal
het oude blijven, enkel vc-rvuld van het ge
voel en den plicht om- troon en rijk met
den laatsten druppel bloeds te verdedigen.
Alles wat zal gebeuren, zal bestaan in be
schikkingen, die in geen- enkel opzicht in
strijd zijïi' met de gegeven staatsrechtelijke
toestanden. Zeer ver moet ik echter iedere
gedachte wegwerpen aan eeno splitsing van
het leger; ja. ik mag die ais eene misdaad
togen het rijk in zijn geheel kenschrrtni
Deze splitsing kaar cn zal met komen, zoo
lang de compromis-wetten gelden gecue
nationale aspiration kunnen tot zulk eou
avontuur leiden. Daartegen staat ons recht,
dat ook hot recht van de monarchie is om in
ongebroken volle kracht voort ie leven."
Geheel gerust gesteld was vorst Windisch
gratz, die namens de iuterpellaiiten via den
minister-president- het woord voerde, door
deze verklaring blijkbaar niet. Hij baalde
het woord aan, door den leader der oppositie
in het Ilongaarsohe. lagerhuis gesproken, dat
het programm a van zij ne nart i j voor en na
is het het verkrijgen van een „Zelfstandig
Hongaarseh leger" en dat hij dc obstructie
heeft laten varen, omdat ex resultaten zijn
verkregen, waarvan m<m nog voor weinige
jaren nauwelijks had durven droomen. Dit,
gevoegd bij de verklaring van dien leider, dat
de opporitie er op zou toezien, dat de her
vormingen loyaal cn consequent worden uit
gevoerd, had hem met de ernstigste bezorgd
heid vervuld. Die bezorgdheid zal er wel
niet op zijn verminderd, ma wat d-- Ilon-
gaarsche minister-president verleden Maan
dag in den Hongaarschen rijksdag heeft ge
zegd als antwoord op de verklaringen van
zijn. Oostenrijksche ambtgenoot in het hoe
renhuis. Daarin toch straalt, duidelijk de op
vatting door. dat de in dc organisatie van
het Hongaa>"sche leger voorgeaiouien hervor
mingen liggen buiten de invloedssfeer vau
de regeering der andere rijkshelft.
Hier bestaat verschil van opvatting, en
bij een dergelijk verschil is 't gewoonlijk do
sterkste, die zijne meening doet zegevieren.
Hoe nu vorst. Windischgratz denkt over de
vraag: Wie is hier de sterkste? blijkt uit
den vvensoh, dien hij- aap het einde van zijne
rode in deze woorden /uitdrukte „Opdat
men voor de belangen en ineeningeu der
bevolking van deze rijkshelft, kunne op
komen. is het bovenal «oodig, dat er weder
ecu geregelde parlcraeijtairo arbeid bij ons.
tot stand komt voor het afdoen van de groote
en gewichtige vraagstukken, die op hunne
oplossing wachten. Ik geloof, dat ook dan
slechte deze regeeri ng iji do gelegenheid zal
zijn het- volle gewicht van haren invloed bij
dc voor do gemeenschappelijke aangelegen
heden van het rijk verantwoordelijke raads
lieden van de Kroonv roet klom te doen gel
den. Oprecht wensrib ik daarom den minister
president toe, dat. het heen moge gelukken
de nu reeds al te lang tot stilstand gekomen,
wel is waar zeer samengestelde, maar hem*
welbekende machine wqer in gang te bren
gen, opdat het kostbare! goeddat een hoog
hartig besluit, van onzen edelen monarch in
handen van zijne volken1 .gelegd heeft' fTfoyi hij
hun parlementaire instellingen gaf, niet moge
verderven, maar gedijen en zic.h tot welzijn
van het geheel cn van aj zijne deel vu ontwik
kelen cn ontplooien."
Duitsehland.
Koning Christiaan van Denemarken eay
zijn zoon prins Waldemar kwamen gisteren
avond te Berlijn aan, en namen Htm in
trek in het Koninklijke slot. orgen zullen
zij het dejeuner gebruiken bij het Keizers-
paar in heb Nieuwe Paleis.
Frankrijk.
Iu den gisteren gehoudon ministerraad
diende de minister-president het ontwerp
'eener w' e t in, die alle o r d e g e e s t e 1 ij
ken het geven van oudenvijs verbiedt.
Het ontwerp zal Vrijdag aan de Kamer wor
den toegezonden. Het bevat de volgende be
palingen
Alle vroeger aan congregaties verleende
machtigingen tot het geven van onderwijs
zijn opgeheven. De alleen tot het geven van
onderwijs opgerichte" ordeu worden ontbon
den de liquidatie hunner vermogens ge
schiedt overeenkomstg de vereenigingswet
van 1901. Do gemengde orden, d. z. zooda
nige dio zich buiten het geven van onderwijs
ook nog aan andere beroepen wijden, kun
nen voor dit andere doel' voortbestaan. Den
minister van onderwijs wordt vijf jaren tijd
gelaten voor de uitvoering dier wet. Dc
heer Combes schat de bijdrage van den
staat, dio door toepassing dier wet voor on-
derwijs-doeleinden noodig zal zijn. op 25 mil-
lioeu francs. Het ontwerp verbiedt uitdruk
kelijk den or dénsgeestelijken het geven van
onderwijs op alle scholen, zoowel voor ager.
middelbaar of booger onderwijs. Practisch
wordt echter slechts het lager onderwijs ge
troffen, daar voor de beide andere hoogere
scholen de uitvoering van do vereenigings
wet alreeds liet einde van het onderwijs ge
ven door ordensgee6telijken bewerkstelligd
heeft.
De nationalisten hadden beproefd kapitaal
ie slaan uit cone verklaring van het in poli
tiek opzicht met hen op een lijn staande lid
van het Hof van Cassatie, Valentin,
volgens welke verklaring het Hof zich in
3899 niet. eenstemmig voor bet ver
wijzen van Dreyfus voor den krijgsraad in
Rennes verklaard had. Thans verklaart, de
advocaat-igieneraa.1, dat het wel mogelijk was,
dat de verwijzing niet eenstemmig was ge
schied, maar dat was een ondergeschikte
quaestie geweest; men had bij de beraadsla
ging tusschen Bonnes en Torus geaarzeld;
wel echter was tot opheffing van het vonnis
van het eerste Parijscho militaire gerechtshof
met aJgemeene stemmen bedoten.
De revisie-commissie zal ook nu
nog niet bijeenkomen, daar, naar men zegt,
de rapporteur Mercier niet licht voor het
einde van deze maand met zijn verslag ge
reed zal komen.
Engeland.
Verscheidene Londensche bladen berich
ten, dat de regeering besloten heeft tot
de oprichting van 26 regimenten „volunteers"
in Ierland, waar tot heden dat stelsel van
vo'kswecrbaarheid niet toegelaten was.
Italië.
Dé Italiaansche Kamer heeft het voorstel
tot conversie van de 41- procents schuld goed
gekeurd.
Portugal.
Koning Alfons, Koning Carlos,, de Koning
in en de Kroonprins jaagden Dinsdag in
hel woud van villa Vi£osa. De meeste Por-
tugeesche bladen wenrchen Portugal met het
bezoek van den Koning vau Spanje geluk
en uitten de hoop, dat do tusschen de bedde
volkeren bestaande nauwe vriendschapsban
den de ontwikkeling der beide monarchieën
op het schiereiland •bevorderen zal.
Oosten rij k-Hongarije,
Iu de Keizerlijke rede ter beantwoording
v;lfl <W der voorzitters,
de delegatien wordt gezegd:
De betrekkingen van de monarchie met
het buitenland zijn zeer bevredigend, ten
gevolge van de berniewing van den Drie
bond. Wij zijn besloten trouw te blijven aan
dit bondgenootschap en het te versterken.
De nauwe verstandhouding met Rusland
naar aanleiding van den toestand op het
Balkan-schiereiland wordt met zorg onder
houden en draagt bij tot eene vredelievende
oplossing van de geschillen, die daar onrust
brengen.
In de gewichtige en moeilijke taak. welke
Oortemijk-Hongarije en Rusland hebben
aanvaard om den vrede en den status quo
in dit gebied te handhaven, worden de beide
regeeringen krachtig gesteund door de ove
rige mogendheden.
Oostenrijk en Rusland, vrij van elke zelf
zuchtige neiging, en alleen bedoelende vrede
te brengen in bet belang van geheel Europa,
trachten gemeenschappelijk de Turkscbe
regeering te bewegen tot het nemen van die
maatregelen, welke noodig zijn om verbete
ring to brengen in den toestand der Chris
tenen.
De betrekkingem met de buitenlandsche
mogendheden zijn op bevredigende wijze ver
sterkt, dank zij de ontmoetingen van den
Keizer met de keizers van Duitsehland en
Rusland en den koning van Engeland.
De hoop wordt uitgedrukt, dat Servië on
der zijn nieuwen vorst zijne moreele weder
geboorte zal beleven in een voorspoedige toe
komst na de schandelijke misdaad.
Het legerbestuur handhaaft zijne aisehen
binnen de perken van het afgeloopen jaar.
Do rijksminister van buitenlandaeae za
ken, graaf Golnchowski, gaf beden in de Hen-
gaarsche delegatie-commisvBe een ave.-richt»
van de betrekkingen met het buitenland. Zij
ne verklaringen waren meerendeela eene na<-
dere omschrijving van wat te dezen opzichte
te vinden is in de Troonrede.
Hij legde inzonderheid den nadruk op de
vredelievende gezindheid, die alle lauden be
zielt, en verzocht de begrooting van buiten
landsche zaken met wel willend h ,-id t6 willen
goedkeuren.
Griekenland.
In. Griekenland heerscht eene ministeri-
eele crisis. De minister-president Ralli
diende heden zijn ontslag in. Hij ontried de
ontbinding van de Kamer en gaf in over
weging de meerderheid aan het bewind te
roepen.
Theotokis is ten paleize ontboden en kreeg
de opdracht een nieuw ka,bi net- te stellen.
Hij gaf den raad een cabinet d'affaires te
vormen1, welk denkbeeld echter door den
Koning verworpen werd; daarna vroeg h
24 uren uitstel om met zijtne vrienden te
raadplegen.
Oost-Azië.
Naar uit Tokio gemeld wordt, eou giste
ren de „raad der oude staats
lieden" kortweg de raad der ouderen ge*
noemd, vergaderen om het docr Rus
land aan Japan gegeven antwoord te onder
zoeken. De toekomst is donker,
de koers daalt hier steeds.
Do stakende koelies, wier buiten
sporigheden Maandag aanleiding gaven tot
het landen van Japansche mariniers in Mok-
pho, stonden in dienst van Japanners. De
Koreaansche regeering toonde rich over het
optreden van den commandant der Japan-
•Kche-kanonneerboot Saiyen, die op de volks
menigte liet vuren, opgewonden men gelooft
echter dat de zaak slechts plants,ijk be
lang heeft-. Aan do staking in Mokpho was
een algemeen boycot van Jaipan sell o koop
lieden door de Koreaansche expediteur» voor
afgegaan. Men gelooft in Tokio, dat een der
thans voor Tsjemoelpo liggen de Russische
oorlogsschepen bevel ontvangen heeft, naar
Mokpho te vertrekken.
Het is aan geen twijfel onderhevig, zegt
de Petersibuigsche correspondent van de
Köln. Ztg. in ceno corespondent ie, gedateerd
gisteren, of de ontbind ng van het
japansche Parlement heeft hier do
gemoederen een massa opgelucht. Natuurlijk
ia daarmede niet alle zorg verdwenen. De
Nowoje Wreroja verklaart: echter nu, dat
thans het Japansche volk het. woord heeft,
cn dat dient clen fina-ncieelen toestand van
Japon tot- uitgangspunt van zijn beslissing te
nemen. Om die ied©n meent- het blad, dat
den vrede in Azië geen gevaar dreigt. Japan
en masse moet begrijpen, dat. welk een treu
rig beeld zijne begrooting ook oplevert, toch
de mogelijkheid tot- verbetering aanwezig is
cn dat daartoe betere middelen zijn, dan
een oorlog. Het blad wil niet gelooven, dat
Japan's financieel© toestand tot een punt is
genaderd, waarop alleen nog een oorlog eone
outknoopiug kan vormen.
De Rccgering der Vereenigde Staten zal
een oorlogsschip, waarschijnlijk de kanon*
58 Uil hel Engelsch
vak
FLORENCE MARRYAT.
„Je dient- nu toch to zorgen, dat je op
en top een Engelscbman wordt, beste jon
gen," liet mijnheer Feotherrtone rich la
chend booren. „Mijn vrouw en ik zijn niet
voornemens, onze lieve Agnies zonder ons
het Kanaal te laten oversteken. Zij is onze
e&nigc' schat, zooals ge weet. Wij kunnen
haar evenmin missen als het licht onzer
oogen."
„D'an hadt> ge nooit uw toestemming moe
ten geven tot haar huwelijk met iemand,
die maar voor de kleinste helft een Engelsch-
man is," merkte juffrouw Macdonald scham
per aan.
„Jasper heeft ous plechtig beloofd, dat hij
Agnes nooit van haar ouders zal scheiden,"
bracht-mevrouw Featherstone in 't midden.
„En aan dio belofte zal ik mij ho-uden."
verzekerde mijnbeer Lyle. „Agnes is oen En
gelsch© van geboorte zij moet in haar
vaderland blijven wonen."
,,En jij moet je uiterste best doen, om
tot in merg en been een Engelscbman to
worden, Jasper," sprak zijn fiancee. „Het. is
nicer dan ergje» uitspraak van het Engelsch
wordt er eerder slechter dan beter op. Je
bent vandaag meer dan ooit een Fransch-
man. Eveline weet niet, hoe zij hot met je
heeftzij zit je vol verbazing aan te sta
ren. Ik wed, dat zij nog nooit iemand ter
wereld zulk afschuwelijk Engelsch heeft
hooren spreken, wel, Eveline?"
Juffrouw Rayne hield inderdaad haar blik
ken onafgebroken op Jasper Lyle gevestigd.
Het was haar, alsof zii haar cogen niet kon
afwenden vafr den man, die tegenover haar
zat, en toon Agues' woorden haar uit haar
gepeins deden opschrikken, keek zij min of
meer onthutst op haar bord.
„Je vriendin kan mij. niet uitstaan ik
had er al wel een voorgevoel van." fluisterde
mijnheer Lyle zijn meisje in het oor, zoodra
het gesprek aan tafel zoo algemeen en leven
dig was, dat hij: dit ongemerkt kon doen.
„Onzin, Jasper." antwoordde Agnes, met
een blik vol di c efheid en onsteltenis. „Haal
je toch niet zulke dWaze dingen in het
hoofd. Als je Eveline beter hebt lccren ken
nen, zult gc zelf inzien, dat zij de laatste is.
om ooit een voorbarig oordeel aangaande
iets of iemand te vellen. Zij verbaast zich
alleen over je Franseh accent anders niet."
Maar hetzij, dit aan de tegenwoordigheid
van Jasper Lyle was toe te schrijven of niet,
juffrouw Rayne was veel stiller en afgetrok-
kener dan gewoonlijk dit viel niet te ont
kennen. In diep gepeins verzonken, hield rij
haar oogen strak op haar bord gericht. Van
tijd tot tijd hief zij haar hoofd' even op, om
tersluiks een blik te werpen naar de overzijde
der tafel, waar Jasper cn Agnes op ge demp
ten toon met elkander spraken.
;,Zeg toch eens wat, Eveline!" riep Agues
haar vriendin vroolijik toe. „Wat ben je stil
Dat zijb wij niet van je gewoon Je bent an
ders altijd! zoo levendig en opgewekt. Heb
je ons niets te vertellen na. zoo'n lange schei
ding?"
„Wat moet ik zeggen sprak Eveline, door
de vriendelijke aanmaning barer vriendin uit
haar mijmeringen gewekt „Jij bent de ko
ningin van het feest, Agnes op jou rust der
halve de taak, om het gesprek te leiden. Als
ik op komraando spreken moet, weet ik heuscb
niets te vertellen. Maar mag ik je aanstaan
den heer en meester eens een vraag doen.
Bent u wel eens in Amerika geweest, mijn
heer Lyle V'
Deze vraag kwam even onverwacht- als een
pistoolschot cm scheen iedereen aain tafel té
doen ontstellen, inzonderheid den man, tot
wien zij. gericht was.
„Hoe kom je op dat denkbeeld1?" zeide Ag
nes met opgetrokken wenkbrauwen. „Hij is
daar natuurlijk nooit gèwecst."
„Ik zie niet in, waarom dat zoo natuurlijk
ia," hield juffrouw Rayne vol. „Een reisje
naar Amerika heeft in onze dagen niets to
bctcekencn eu iemand, die meer gereisd heeft,
zooals mijnheer Lvle. heeft hoogst waarschijn
lijk meer dan eens den oceaan overgestoken
Ik interesseer mij altijd bijzonder voor de
Vereenigde Staten ik heb daar familie wo
nen Misschien heeft mijnheer Lyle mijn
bloedverwanten wel eens ontmoet, of hebt gij
op uw verschillende zwerftochten Amerika
nog nooit met een bezoek vereerd, mijnheer
Lyle
In dén toon barer stem lag een zeker on
beschrijfelijk iets, dat Jasper Lyle een on
bestemd gevoel van vrees inboezemde en hein
zijns ondanks dwong, zijn oogen op te slaan.
Toen Eveline en bijt elkander thans voor
de eerste maal vlak in 't gelaat zagen, scheen
de kamer met haar rond te draaien.
„Ik ben nooit, in Amerika geweest, made
moiselle," stamelde hij.
„Nooit vroeg zij wederom, zonder haar
oogen van hem af te wenden.
Plotseling zag mevrouw Featherstone, dat
alle kleur van Eveline's gelaat week cn baar
wangen vaalbleek werden.
„Eveline, lieve," riep rij ontsteld, terwijl
zij haastig opstond en op haar gast toetrad,
„wat scheelt er aan'? Ben je niet recht wel?"
„Een duizeling overviel mij," gaf Eveline
gejaagd) ten antwoord. „Daar heb ik in het
voorjaar wel meer last van. Als u) 't goedvind'.
mevrouw1 Featherstone, zal ik van tafel op
staan en mij vast vooruit naar net talon
begeven."
„Ik ga met je mee, Eveline!" sprak Ag
nes. terwijl rij* van haar stoel overeind sprong.
Juffrouw Rayne weerde haar af met een
handgebaar, dat niet geheel en al van wrevel
was vrij te pleiten.
„Maak het mij toch niet zoo lastig. Ag
nes. Ik wil liefst alleen zijn", zeide zij. Nau
welijks had zij deze woorden geuit, of zij
had reeds berouw over haar barschheid en
voegde er op vriendelijlker toon bij: „Het
heeft niets te bet eekenen. lieve Agnes, ik
ben alleen maar een beetje duizelig. Het
zal wel weer overgaan."
Ondank*» haar herhaalde verzekeringen,
dat zij niet gaarne eenige drukte wilde ver
oorzaken en dat haar ongesteldheid! van
zeer voorbijgaanden aard was. bracht haar
aanval van flauwte tooh een algemeen© op
schudding en ongerustheid to weeg, want
Eveline was op Featherstone Hall een wel
kome, bijzonder geliefde verschijning. Zelfs
tante Sophie wa? een cn al hartelijkheid en.
belangstelling. Niemand bezat tact en .fijm
gevoeligheid genoeg, om te zien, dat Bve-
lino's plotselinge ongesteldheid meer
aan een geestelijke dan Mn oen
physieke oorzaak te wijten was. Al
dc vensters werden vagewijd open gezet
iedereen was druk in de weer, om Hoffmann-
rpiritua, vlugzout en eau-dc-colognë voor
haar tc halen, zoodat het niet lang duurde,
of al de knechts en meiden wisten, dat juf
frouw Rayne van het. heerenhuis „flauwge
vallen" was. Hoe vaak gebeurt het niet-, dat.
onze vrienden ons. in hun. onhandige' wel-
mecnendheid', op een dergelijke wijze plagen
ou martelen. Zij gunnen ons niet. dei voldoe
ning van onzen eigen strijd in een hooghar
tig stilzwijgen te strijden, om later het volste
recht te hebben te zeggen„Ik heb alleen
den zwaren kamp doorstaan." Zij rukken
ons het outbloote zwaard uit de hand, het
vizier van het' aangezicht, het harnas van
de borst en stellen ons ontwapend en weer
loos tegenover den vijand. Zij verstaan niet
de taal enzor zacht «meekeiide oogen en be
grijpen niet, wat wij bedoelen, als wij onze
gevouwen handen tot hen opheffen. Zij gaan
maar steeds voort met vragen docu en op
merkingen maken eu raad geven, tot einde
lijk het laatste stuk onzer wapenrusting ons
ontrukt is en wij ons in al ouzo zwakheid
vertooneü.
WtrêU vervol**.