-V'. 361.
.Maandag 28 Maart 1904.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
'8 ZOMERS BUITEN.
ft" JaartEHUg.
IERSFOORTSCH DA
ABONNEMENTSPRIJS
J
Par t maanden voor Amersfoortf 1.86.
Ham franco per post. - 1.75.
Afiionderlifke nnmmers- 0.05.
Daae Courant verschijnt Dogelgki, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgever» in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF 6 Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
f «.75
0.10
Yam 1—regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tol
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eeni
oircnlaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Aan hen, aiie met I April a. s.
op dit blad inteekenen, worden
de nummers die gedurende
de maand Maart nog zullen
verschijnen, KOSTELOOS toe
gezonden.
Politiek Overzicbt
Aan den Balkan.
Haast u langzaam-' blijft het devies van
lien, die zich gelegen laten zijn aan de ver-
letering van de toestanden in het Balkan-
gebied. Sints eenige weken reeds wordt het.
(«inde van de tussohen Turkije en Bulgarije
loopeude onderhandelingen over het sluiten
van eene regeling tot oplossing van de be
staande punten van verschil, als aanstaande
aangekondigd. Maar nog altijd is dat einde
niet bereikt. Nu is het weer de BitlgUarsche
regeering, die eenige eischen heeft gesteld,
tengevolge waarvan het tot stand komen van
de overeenkomst eene vertraging moet on
dergaan. Men hoopt te Sofia, volgens den be
richtgever van d'e Neue Freie Presse, dat de
Porte hare toestemming zal verleenen tot
deze punten, die van 011 beduidenden aard
zijin, en dat de vertraging uit dien hoofde
slechts eene van enkele dagen zal zijin. Of
die hoop zal uitkomen, zal natuurlijk de tijd
moeten leeren.
Aan den anderen kant blijft de Porte het
Haast u langzaam" toepassen in de be
handeling van de plannen tot het invoeren
van bestuurshervoriningen. Het schijnt, dat
men den tijd weer gekomen acht om met Wat
meer aandrang de Porte te herinneren aan
de verplichtingen, die zij in dat opzicht heeft
aanvaard. De regeering van Griekenland
heeft in de Kamer verklaard, dat zij tot de
mogendheden het dringende verzoek heeft ge-
rioLt om voor de toepassing van de hervor
mingen in Macedonië te zorgen. En de Fran-
sehe regeering heeft het noodig geacht door
haren vertegenwoordiger te Konstantinopel
onder de aandacht van de Porte te brengen,
dat zijl volledig instemt met de door de ge
zanten van Oostenrijk-Hongarije en Rusland'
gestelde voorwaarden nopens de reorganisatie
van de gendarmerie en die voorwaarden met
allen nadruk ondersteunt. Ook hier zal men
moeten afwachten wat het effect van deze
stappen zal zijn.
Een lichtpunt in den toestand is inmid
dels de stemming onder de bevolking, die
minde rneiging toont om weder tot de wa
penen te grijpen, dan men eenigeu tijd ge
leden dacht.
De Russische gezant te Weenen, graaf
Kapnist, heeft zich onlangs tegenover een
medewerker van de Petit Parisien zeer
scherp over de Bulgaren uitgelaten. Dd mee-
ning van dezen diplomaat komt hierop neer
„Bulgarije is zeer eerzuchtig, maar het
moet zich weten te matigen en zich wel er
voor wachten, naar de raadgevingen van
overspannen en van valsohe vrienden te luis-
tefen. Ik vind geen betere vergelijking voor
Servië, Bulgarije, Griekenland, Rumenië,
enz-, dan die met neven, die in koortsachtig
ongeduld op de verdeeling van de erfenis
eener oude tante wachten. Zij zullen echte™"
nog Wel eenig geduld moeten hebben. Want
de oude tante kan wel ziek zijin, maar zij ligt
nog lang niet op sterven. Zij heeft bovendien
twee goede geneesheeren, Oostenrijk en Rus
land, die met alle krachten zich inspannen
oiu. haar in 't leven te houden.
De autonomie van Macedonië is eene be
lachelijke fantasie, die alleen kan worden
gekoesterd door mensohen, dio zich laten
verblinden door hallucinatiën of die sleohte
bijgedachten hebben. Met de autonomie zou
voor alle intriges en alle lusten de breidel
weggenomen worden door haar- zou bet
werkzaamste, onbesch aanwiste en onverdraag
zaamste ras in staat gesteld zijin, de zwak
kere nationaliteiten uit te zuigen. De auto
nomie van Macedonië zou in één woord het
zelfde beteekenen als de annexatie van Ma
cedonië door Bulgarije in den loop van
eenige maanden of hoogstens eenige jaren
En dat zal Rusland' nooit toegeven. De Bul
gareu mogen nooit geheel Macedonië bezit
ten en een almachtige staat op het Balkan-
schiereiland worden. Dat zou in strijd zijn
met de traditioneele politiek van Ruslaud
en mag daarom nooit gebeuren. Rusland kan
over 't geheel in deze landstreken geen ele
ment ten nadeele van de anderen voortrek
ken. Rusland is de natuurlijike beschermer
van alle Slaven en alle orthodoxen op het
Balkan-schiereilandhet heeft dat in t ver
leden bewezen en zal het ook in de toekomst
bewijzen. In Macedonië moet het echter den
evenaar in 't midden houden tussöhen de
Bulgaarsche, Servische, Grieksobe en Kutzo
walaöhische nederzettingen.
De Macedonische kwestie is naar mijne
meeniug zeer gemakkelijk door goede raad
garingen en door hervormingen op te lossen
Ik ben er volkomen zeker van, dat, als dc
Porte onze raadgevingen wil opvolgen, zij
deze provincie zal behouden en wel in een
verblijdenden welstand. Daartoe is echter
drieërlei noodig1. Rechtvaardige verdeo
ling van de belastingen in Macedonië, waar
toe een stelsel van inning zou moeten wor
den georganiseerd, overeenkomende met dat,
wat door de Detto Ottomane in andere Turk-
scke provinciën in praktijk is gebracht.
2. Organisatie van de gendarmerie met Euro-
peesche officieren, om den bewoners vertrou
wen in het openbaar gezag in te boezemen
en dé benden oproerlingen te dwingen tot het
nederleggen van de wapenen. 3. Aan de
rampzalige Macedonische boeren moet de mo
gelij,kheid verleend worden, weder naar hun
ne hoeven terug te keeren en in vrede te
Werken gedurende de komende voorjaars- en
wintermaanden. In zes maanden ongestoor-
den arbeid kunnen de meeste wonden diaht
gaan. Want Macedonië is een van de vrucht
baarste landen van Europa en kan zich zeer
vlug van alle slagen herstellen."
De oorlog.
„Les jours se suivent et se ressemblent"
is men geneigd op te merken bij het lezen
van de berichten, hier beneden opgenomen
over de zesde onderneming van de Japan
ners tegen Port Arthur, die tevens de tweede
brander-aanval is. Ook deze onderneming
heeft nieta aan den toestand veranderd aij
is gebleven zooals hij was.
Toch zijn er wel voorboden van eene ver-
auaéring, die aanstaande is. Vooreerst het
bericht-, dat het Russische eskader,onder rijn
nieuwen bevelhebber, admiraal Makarow,
zijne vrijheid van beweging heeft teruggekre
gen. Makarow heeft den Keizer geseind, dat
hij eergisteren met zijne pantsersohopen,
kruisers en torpedobooten is uitgeloopen tot
het verriahten van eene verkenning van de
naburige eilanden. Een correspondent van
de Times heeft het Russische eskader op dezen
verkenningstocht gezien en seinde, naar aan
leiding aaarvan, aan zijn blad„Dit doet dc
theorie te niet, dat de Russen de haven nie\
kunnen verlaten." Zij kunnen zich nu dus
verzetten tegen het overwicht ter zee, dat de
Japanners terstond bijl het begin van den
oorlog verkregen hadden.
Een ander voorteeken, dat er verandering
op til is, is het bericht van de aankomst van
den opperbevelhebber van het leger te land
op het oorlogsterren. Dat is spoediger ge
schied, dan men dacht, want generaal I^oe-
ropatkin werd daar eerst in het begin van
April verwacht. Het denkende hoofd, dat het
plan van den veldtocht te land moet orga-
niseeren, is nu dhs ter plaatse aanwezig, en
gereed om den arbeid t© beginnen.
Italië.
Op liet detn Duitschen Keizer aan boord
van de Hohenzolelru te Napels aangeboden
déjeuner bracht de Koningin van Italië den
volgenden toost uit
„Terwijl ik Uwe Majesteit een ininzamen
groet breng, druk ik al de vreugde uit, die
ik voel nu ik u weer zie. Mijn volk en ik
erkennen en beminnen in Uwe Majesteit pen
trouwen en vertrouwden vriend. Dfe banden,
dië sints zoovele jaren onze staten gelukkig
verbinden met elkaar on met een gemeen
schappelijken bondgenoot, waren tot dusver
do heebtste waarborg voor den Europeeseheu
vrede; zij zullen dat moeten blijvon, nog
nauwer toegehaald door ons geloof in ons
bondgenootschap en door de gevoelens van
onze volken, die, in bet verleden tot elkaar
gebracht door do gelijksoortigheid van de na
tionale gebeurtenissenthans verbonden zijn
door een gemeenschappelijk streven naar eene
toekomst van vreedzaanen vooruitgang. Ik
drink op de gezondheid van Uwe Majesteit,
van H. M. de Keizerin, vtarn de geheele keizer
lijke familie en van de roemrijke Duiteohe
natie."
De Keizer antwoordde: „Nu ik na ijveri-
gen arbeid rust kom vragen aan een der heer
lijke stranden van het land van Uwe Majes
teit, volg ik do inspraak van mijn hart, lat
mij steens terugveert, evenals mijne landge-
aiooten, naar hot sympathieke jtaliaansche
volk. Die gedachte van den driebond, bepaald
door ouzo doorluchtige voorgangers en door
het eerbiedw aardige hoofd van het huis Hab6-
buxg, is voor onze volken een zegen gewor
den en voor Europa de veiligje borstwering
van den vrede, onder welker hoede de vreed
zame ontwikkeling der natiën zonder stoor
nis zal voortduren. Steeds trouw aan het ge
sloten verbond, verzcek ik Uwe Majesteit
mij toe te staan, mijn glas op te nemen, den
blik slaande op de schoone Italiaansche vloot,
welker vlag met de onze wappert, den blik
slaande op de schoone golf vain Napels, waar
uit zooveel poëzie en Historische herinnerin
gen voortkomen. Ik drink op de gezondheid
van den Koning en de Koningin van Italië,
op het zoo dappere leger en de vloot en op
het sympathieke Italiaansche volk."
In de Kamer verzocht Santiui, mee-
nende daarmede de gedachten die 'de
Karner bezielen te vertolken, den voorzit
ter, aan Keizer Wilhelm en Koningin Victor
Emanuel de gevoelens over te brengen, door
het Italiaansche parlement gekoesterd bij
gelegenheid van hunne nieuwe gelukkige ont
moeting. Hij drukte den wensch uit, dat deze
ontmoeting ons langen tijd een tijdperk van
roemrijken vrede moge verzekeren. De voor
zitter bracht in herinnering de banden van
vriendschap en bondgenootschap, die de beide
natiën verbinden; hij stelde de Kamer voor
hare vreugde uit te drukken over het ver
bond, gesymboliseerd door de ontmoeting van
de beide souvereinen, en den Koning een te
legram te zenden waarin hem die gevoelens
worden blootgelegd. Dit voorstel werd met
algemeene stemmen aangenomen.
Turkije.
De Temps verneemt uit Konstantino
pel De Fransche zaakgealstigde heeft,
op bevel van minister Dolcaas' aan de
Porte vetrkalrad, dat de Fransche regee-
riug volledig instemt met de voorwaarden,
door de gezanten van Oostenrijk-Hongarije
en Rusland gesteld ten aanzien van de reor
ganisatie van de gendarmerie in de vilajeta
Saloniki, Monastir en Kossovo. Hij voegde
daaraan toe, dat zijne instructiën hem voor
schrijven met kracht do door de beide ge
noemde gezanten uitgedrukte wenschen te
ondersteunen.
De Albancesdhe opstandelingen zijn ver
zoend. en huiswaarts gegaan.
Marokko.
De „Time® - verneemt uit TangerHet
lijk van den vermisten dr. Genthe, die niet
verre van Fez vermoord werd, is op 40 mijh
len van Fez aan land1 gedreven. Het lijk had
twee schotwonden. De dorpsbewoners, die
vreesden van den moord beschuldigd te wor
den, hebben het lijk weer in den stroom ge-
stooten.
De oorlog in Oost*Azië.
Over den oorlogstoestand zijn de volgende
berichten ontvangen
Petersburg, 2(J Maart. (Officieel). Vioe-
admiraal Makarow zond heden het volgende
telegram uit Port Arthur aan den Keizer
„Ik heb de eer Uwe Majesteit te berich
ten, dat ik heden met pantserschepen, krui
sers en torpedobooten ben uitgeloopen, om
eene verkenning van de naburige eilanden te
ondernemen.
Petersburg, 27 Maart. Hedennacht is voor
Port Arthur een nieuwe poging om den ba-
veningang te versperren door branders, afge
slagen.
Vice-adiininaai Makliaroff seinde hierom
trent aan den Keizer:
„Hedennacht om twee uur deed de vijand
cejn tweede poging om den toegang tot de
binnenhaven te versperren. Hij zond vier
groote handolsstoombooten, begeleid door zes
torpedobooten, naar den doorgang. Dank zij
den zoeklichten werden de vijandelijke sche
pen opgemerkt en dadelijk door de artillerie
van de forten en va nde oorlogsschepen on
der vuur genomen Luitenant Krinizki, gezag
voerder van de wachthebbende torpedoboot
„Srilny stoomde den vijand tegemoet. Een
torpedo vernielde het voorschip van de voor
op varende Japanse lie stoomboot-, die daarop
naar rechts wendde. De beide daarachter
komende branders deden eveneens, zoodat
deze drie rechts van den doorgang zonken.
Het vierde schip wendde naar links en zonk
eveneens ter zijde van de doorvaart.
„De Srilny kwam daarop in gevecht met
dc zes vijandelijke torpedobooten en verloor
een machinist en zes matrozen aan dooden.
Luitenant Krinizki en twaalf matrozen wer
den gewond.
„Ook de tweede poging van de Japanners
om de haven van Part Arthur af te duiten,
is dus mislukt. De toegang tot de havet
blijft geheel vrij.
„Nadat de Japanseko torpodobooton te
ruggetrokkeu woren, verscheen om zes uui
des ochtends een Japanscli eskader aan don
horizon. Het Russische eskader stoomde on
der mijn bevel de Japansche bcdems 'ego-
moet en opende het geschutvuur, dat echter
spoedig gestaakt werd, omdat de Japanners
in zuidelijke riehting aftrokken."
Tsjifoc, 27 Maart. De Japanners hebben
heden weder eene onderneming tegen Port
Authur beproefd. Hunne nadering om 3 uur
in den morgen werd begunstigd door een dik
ken mist. De torpedobooten, die traohtten te
sluipen in de buitenste havenkom, waar de
Kufysisclie vloot geankerd lag, konden zich to
nauwernood uit de voeten maken.
Het Japansche eskader, dat uit zestien
kruisers en linieschepen bestond, bleef buiten
op zee en beschoot de stad. Na den aanval
trokken de Japanners zich terug in do rich
ting van de Blond eilanden.
Petersburg, 28 Maart. Een officieel tele
gram van stadhouder Alexojew aan den
Keizer uit Moekden van den 27en meldt
Bij den aanval van de vijandelijke stoom
schepen op de torpedoboot Szilny werden do
schoorsteen en de machine van de Srilny be
schadigd. De boot dreef dientengevolge in
do nabijheid' van den Gouden heuivel op het
laad, maar zij is later weer vlot geworden.
Het aantal dooden en gowouden op de 9rilny
is nog niet nauwkeurig bekend.
Omstreeks 5.35 's morgeus bespeurde men
ten zuiden van Port Arthur vijandelijke tor-
pedabooten, waarop onze batterijen het vuur
openden. Omstreeks zes uur versoheen het
vijandelijke eskader aan den horizont. Om
half zeven openden do batterijen op het
Tijgerstaart schiereiland) eveneens het vuur.
Ons eskader verliet dë liaiven. De Bajan, da
Nawik en de Askold voeren aan do spits
en gaven eveneens vuur. Wegens den groe
ten afstand van het vijandelijke eskader
werd het vuren echter spoedig gestaakt. Om
9.15 stelden onze schepen zich in linie op
de reede op, terwijll het Japansche eskader,
blijkbaar om het gevecht te ontwijken, zich
iii zuidoostelijke richting terug trok. Tegen
10 uur voormiddags verdween het eskader
aan den horizont.
Louden28 Maart. De Times ontving van
haren correspondent, die vóór Port Arthur i n
zee was, het volgende telegram van 26 dezer
Toen wij ons heden morgen naar Tsjifoe
begaven, zagen wij vijf Russische kruisers,
dio zich beggven naar het eiland' Hang-tsjing-
tau, dertig mijlen ten zuidwesten van Port
Arthur. Zij waren naar Port Arthur onder
weg. Dit doet do theorie te niet, dat de Rus
sen de haven niet kunnen verlaten. Het is
duidelijk, dab hunne schepen stelselmatig in
do golf van Petsjili patrouilleeren.
Petersburg, 28 Maart. Officieel wordt ge
meld Vioe-admiraal Makarof zond aan den
Tsaar uit Port Arthur het volgende tele
gram
Ik heb de eer Uwe Majesteit alleronder-
dar.igst te melden, dat de vijand terugge
trokken is, waarop de vloot in de haven te
rugkeerde.
De torpedoboot Srilny, die tengevolge van
beschadiging van dc machine door het vijan
delijke vuur 's nachts op een zandbank iiep,
is vlot geworden en dank rij de energie van
de bemanning de haven binnengoloopen. De
commandant Krinitzky werd licht aan den
Uit het Deemch
19 DOOR
HERMAN BANG.
Ze stonden alle drie te kijken naar de
beide Therkildsen, die in hun wit pak voor-
bi'wandelden. Ook de dokter tegenover hing
uit ziin raam.
Plotseling stoven ze uit elkaar, toen er
een luid geroep weerk'onk
„Krijgen we ook eten?"
't Was de houthandelaar, die met oen
vuurrood gezicht, midden in de deur van de
keuken stond.
„Of houdt jelui de mensohen voor den
gek?"
„Zoo", zei Brasen even kalm, „daar heb
ben we bein."
De houthandelaar bleef aan het schelden,
mijnheer Lindegaard was hem gevolgd en
zei
„Ja, diat komt niet te pas."
„Och, heeren, ach heerenzei Brasen. die
voortdurend boog, maar plotseling riep hij
razend
,,'t- Is de schuld van dat satansche vrouw
volk."
Juffrouw Brasen was weggeloopen. Ze
stond in een hoek van de keuken. Haar zak
doek kon zij niet vinden, do tranen rolden
haar over de wangen
De houthandelaal" stelde zich in postuur
middten in de keuken.
„Er is immers eten', zei hij. Zijn blik was
gevallen op de braadpan met de duiven, die
midden op tafel stond Juffrouw) Brasen
snelde naar de pan alsof mijlnheer Berg do
vogels wilde stelen.
Maar Brasen zei, terwijl hij bleef buigen
„Ja, heeren, ja heeren."
„Wat drommel, zend zo dan naar boven'
zei de houthandelaar, die plotseling milder
gestemd werd, en ging de trap weer op naar
dc eetzaal, waar hij zwaar neerviel op rijn
stoel.
„Nu komt het gevleugeltc", zei hij.
„Breng ze naai' 'boven'', oommanldeerdo
'Brasen.
Juffrouw Brasen zat in haar provisieka
mertje. Het was bijna of ze inwendig een
oogeniblik huilde. Toen stond ze op. Ze had
een idee. De dokter had een ossetong han
gen voor de verjaardag van de oude me
vrouw. Maar ze moest zelf gaan, indien haai*
plan zou gelukken
Ze ging door de keuken.
„En hier stond het", zei ze, terwijl zo een
stapel vuile messen en vorken reikte aan do
oude vrouw in de keuken.
„Waadh ze, moeder", zei ze.
De oude vrouw) nam ze aan, spoelde zo
en droogde ze af, terwijl zö een voor oen
zwaar op het aanrecht neervielen.
„Zit mijn muts goed?" vroog juffrouw
Brasen.
.,Ja. moedier", antwoordde Signe.
Juffrouw Brasen liep op haar stoffen pan
toffels over de markt naar de woning van
den dokter. Toen ze terugkwam, droeg zo do
tong in een stukje courantenjnapier onder
den arm.
De dokter keek haar na uit zijn raam.
„Ik geloof moeder", zei hij langzaam, „dat
ik mijn naam laat schrappen van de adver
tenties
Hij dacht aan de annonces, waarin hij ge
noemd werd als -baddokter.
Zijn moeder, die haar breiwerk weer op
genomen had. zei„Ja, mijn jongen, dat
heb ik reeds lang bij me zelf gedacht."
De moeder van den dokter, die na het
ongeluk voor haar bestond er geen an
der ongeluk dan net faillissement van haar
man, haar zoon reeds gedurende twintig ja
ren gevolgd had, beperkte zich bi;na altijd
tot „het bij zich zelf denken."
Bij het luik schreeuwde Kristiaan dm een
flesoh rooden wijn.
„Voor wie is het?" vroeg Brasen. „Hot
moet opgeschreven worden."
Maar Kristiaan liep weer weg, terwijl juf-
fiouw Brasen voor het luik kwam.
„Ik moet uit dc la hebben, Brasen".
„Er is niets in," zei Brasen. „En er wordt
niets opgeschreven."
Hij greep zich met beide handen in het
haar, en boog zich over een inktpot, een
kladboek en een vreomdelingenbook.
„Ndg één wijn", schreeuwde Kristiaan,
die als een trompet toeterdë van vrcugdo
over de goede zaken.
„Mtmr het moet opgeschreven worden",
zei Brasen weer en greep Kristiaan Kristeu-
sen bij den arm.
,,'t- Is voor dien man, die Svendsen heet",
zei Kristiaan en vloog weer weg
„Jezus Christus", zei Brasen. „Daar is het
rijtuig van Lustoord ook nog".
Boven in de eetzaal, waar allen tegelijk
spraken, en do Lindegaards, de Bergs en do
mevrouw uit Oostjutland rooden wijn drom-
ken uit kleine 'bierglazen, stond de Oost--
jutlandsche juffrouw en de fietser voor het
raam, waar zo speelden met hetzelfde gor-
dij nen koord.
„Moeder", zei juffrouw Lucie, toen zo het
rijtuig zag:
..Daar is Graa."
..Wie?"
„De zanger," riep dc juffrouw, die zich
naast haar fietser uit het raat» boog.
De equipage van Lustoord was door de
pooit gerold, terwijl de slanke palfrenier
van den bok afsprong en het portier opende.
„Wij kunnen dadelijk aan tafel gaan," zei
mevrouw Graa, die heel corpulent en sterk
geregen was, witte tanden bezat en tien
jaren ouder was dan haar man.
„Zooals jij wilt, mijn eigen zei de zan
ger. die tot den palfrenier gewend, vervolg
de
„U zorgt zeker wel voor den koffer."
De zanger met zijn vrouw waren reeds
op de trap, toen Blascu buiten kwam.
„Wie zijn dat, Hansen?" vroeg hij.
Lustoord's slanke bediende, die zijn bruin
behandsohoende handen in zijn zakken be
groef, antwoordde
„Dat is zoo'n zanger."
Toen do vrouw van den zanger de deur
van de eetzaal opendeed, kwam do Oost-
jat landsclie mevrouw haar reeds tegemoet.
..Maar is u hier," riep de vrouw van den
zanger uit, die luid sprak, als iemand die
gewend is gehoord te Worden.
„Ja, ja. wij rondtrekkende mensohen vin
den overal bekenden."
Al'e gasten sahöven bij elkaar, terwijl de
stoelen kraakten. De fietser moest verhuizen
naar de plaats van den bruiiiA-erbrande. op
dat de zanger en zijn vrouw naast de Oost-
jut landsche familie kon zitten.
Mijnheer Rasmussen kende den zanger
ook van de onderwlijcsersverocniging, waar
van hij' vice-president was en mijnheer Ras
mussen stelde riah voor
„Ik 'luid de oer u te hooren," zei hij, en
de zanger, die geen flauw vermoeden had,
wie de inspecteur was, antwoordde, dat hij
het zich herinnerde.
„Mijnheer Graa zong de aria uit Carmen,"
zei mevrouw Rasmussen.
De vrouw van den houthandelaar, die op
gehouden had te eten, zei dat Carmen haar
lievelingsmuziek was.
De zanger en zijin vrouw wilden soep heb
ben en Stine snelde weg, do nvuta
luid ze reeds lang afgezet en op een venster
bank gelogd, terwijl Kristiaan mevrouw
Lindegaard dessert aanbood.
„Wat is dat?" vroeg ze.
Het waren zandkoekje» van den lokker
Petersen, met groote klonten suiker op elk
koekje.
„Hans, haal even dien anderen schotel,"
zei mevrouw Lindegaard en toen haar man
was opgestaan om den schotel te halen, dien
Stine <>p het buffet had laten staan en waar
op roomhoorntjes lagen, schoof mevrouw het
gevulde wijnglas van haar man ver weg van
zijn plaats.
Wordt vervolgd.