Woensdag 25 Mei 1904. ™BÜ 1T ËN LANDT" FEUILLETON. ZIJN WELDOENER. V. 311. 2de Jiitirg mig. ABONNEMENTSPRIJS Pot 8 maanden root Amersfoortf 1,25. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, raededeolingen enz., gelieve men vóór 10 nur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uilgevers: VALKH OFF Co. Utiechtschestraat I. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN Vu 1—6 regflli Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeeligï het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag den. Kennisgeving. 'Burgemeester en Wethouders der gemeente Amersfoort, Gezien art. 51 der Kieswet, in verband met art. 1 en 3 van iliet Koninklijk besluit van 8 Mei 1897 (Staatsblad' no. 144), Brengen ter kennis van belanghebbenden dat Dinsdag, den 7. Juni a. s. eone verkiezing zal plaats hebben ter vervulling van de door de periodieke aftreding van vier leden van de Pro vinciale Staten, in gemeld lichaam zitting heb bende voor het Kiesdistrict Amersfoort, open vallende plaatsen. Gedurende 14 dagen vóór- en op den dag der verkiezing zijn ter Secretarie alhier kosteloos verkrijgbaar de formulieren model I voor de op gaven van candid aten, voor welker inlevering ten Stadhuize dezer gemeente, als hoofdplaats van het Kiesdistrict Amersfoort, op 7 Juni a. s. gelegenheid bestaat van 9 uur voormiddag lot 4 uur namiddag. Deze formulieren moeten inhouden den naam. de voorletters en de woonplaats van iederen can- didaat en onderteekend zijn door minstens veer tig kiezers, bevoegd tot deelneming aan de ver kiezing, waarvoor de inlevering geschiedt, ter wijl achter den naam van ieder dier onderteeke naars moet worden vermeld, do naam der ge meente op welker kiezerslijst hij voorkomt. Amersfoort, 21 Mei 1904. Burgemeester en \V et houders voornoemd De SecretarisDe Burgemeester, B. W. Th. SAND©ERG. WUIJTIERS. Politiek Overzicht Frankrijk en het Vaticaan. De liter Nisard, de gezant van de Fransche republiek bij don Heiligen Stoel, heeft op last van zijne regeering, zijn post verlaten, en daarmede zijn, a-1 is de nuntius mgr. Lc- renzelli nog in Parijs gebleven, de diploma tieke betrekkingen afgebroken. Dit kon op drieërlei wijze geschieden. Men kon: 1. tot nader order de diplomatieke betrekkingen staken2. den gezant terugroepen en een zaakgelastigde op zijlne plaats achterlaten 3. den gezant verlof verleenen, zonder hem uitdrukkelijk terug te roepen. Van deze drie wegen, die tot hare beschik king stonden, heeft de Fransche regeering den tweeden gekozen. Wat dit be toekent, wordt in de Temps aldus uiteengezet „Toen hij den kardinaal-staatssecretaris vroeg, of het do«or de Humanité openbaar gemaakte stuk echt was, heeft de gezant van Frankrijk hem niet verheeld, dat zijne regee ring meende zich te beklagen te hebben over eene verkeerde handeling. Door Rome te ver laten terstond nadat hij het antwoord van Mgr. Mercy del Val had ontvangen, heeft de lieer Nisard dus aan zijn vertrek het ka rakter van een antwoord gegeven. Dat is het wat de terugroeping uitmaakt. Toen drie ja ren geleden de heer Constans uit Konstanti- nopel vertrok, was de kennisgeving aan de Turksclie regeering nog nadrukkelijker. Maar dat kwam omdat, daar de gevraagde voldoe ning van materieelen on stelligen aard was en do zaak eene sints lang sleepende finan- cieele zaak was, de gezant door een ultimatum een laatsten termijn had bepaald voor de ,on- derteekening van het contract., dat de rege ling zou hebben uitgemaakt. In het tegen woordige geval was de toestand geheel an ders. Het betrof slechts ccne vraag om inlich tingen. Daar deze inlichtingen niet bevrecJf gend leken, heeft de gezant gezegd„Ik ver trek." Het is dus wel degelijk eene terug roeping in de juiste en courante beteekenis yan het woord." Wat zullen de gevolgen zijn vau dezen maatregelDe uitersten aan beide zijden ver heugen zich in het vooruitzicht op den strijd, dat hun hier geboden wordt. In de Autorité drukt Paul de Cassagnac er zijne blijdschap over uit, dat de Kerk door de nota van kar dinaal Merry del Val tegen de Fransche re publiek ten strijde is getrokken. Aan den anderen kant begroeten de radicale organen de terugroeping van den gezant der Fransche regeering met blijdschap, als het begin van het einde voor het Concordaat. Zoo schrijft de Lanterne: „Het gezantschap bij het Va ticaan zal dus verdwijnen en niet slechts voor bijgaand, maar voor altijd. De begrootitig van eeredienst moet van 1905 af afgeschaft worden, cn de scheiding van Kerk en Staat moet in de tegenwoordige periode van wetge ving ten uitvoer gebracht worden." In den zelfden geest schrijft de Radical „De aan wezigheid van een gezantschap bij het Vati can n bracht eene zekere verwarring teweeg. Want, daar de Paus als souverein behan deld werd, kon hij zich verbeelden, dat. men hem ook werkelijk" als zoodanig beschouwde, en dat was een zeer groot nadeel, dat nu zal verdwijnen. Do gezant wordt nu terug geroepen allengs gaan de banden los tus- schen Staat en Kerk, langzaam wordt de scheiding voltrokken." Zal het daartoe komen? Er klinkt onmis kenbaar bezorgdheid uit den- toon van bladen als de Temps en de Débats, die er tegen waarschuwen de zaken op het uiterste te drijven. Daartegenover koestert de Spec tator, het bekende Londensche weekblad, dat juist omdat het de zaken op ©enigen afstand beziet, misschien een beteren kijk op den toestand heeft, niet eene zoo pessimistische verwachting; dit blad schrijft „Frankrijk heeft niet het- verlangen om met het Paus dom te breken. Het heeft in zijn zegen een zeer nuttige kaart gevonden om in de vreem de politiek uit t© spelen, en vindt dat onge twijfeld nog. De roomsch-katholieke Kerk is nog steeds diep geworteld in het nationale leven, en ofschoon er een groot geroep is om secularisatie, zullen velen van de leiders der beweging, die eene kerkelijke opvoeding heb ben gehad, terugdeinzen voor den uitersten stap. Zij zijn als de jonge mohammedaan in een der verhalen van Kipling, die een erken de twijfelaar was en de grootst© minachting aan den dag legde voor zijn oud geloof, maai bij de uitbarsting van een godsdienstig op roer in de stad gevonden werd om het hardst roepende' „Allah, il Allah1'' Intusschen er kent ook de Spectator, dat er eene krachtige en oprechte beweging ten gunste van de scheiding in gang is, cn dat handelingen, zoo als die, waardoor dit conflict is uitgebroken, die beweging krachtig in de hand wei-ken. Frankrijk. Een gevolg van de terugroeping van den Franschen gezant bij het Vaticaan is, dat de onderhandelingen over de benoeming *van nieuwe bisschoppen voor onbepaalden tijd zijn afgebroken. D? Nordd. Allg. Zeitung schrijft iu haar week overzicht, dat er l1 ns geen aanleiding is om aan gevolgen van verre strekking te denken en dat als eene omstandigheid van gewicht in het oog moet worden gehouden, dat zoowel in Rome als in Parijs invloedrijke krachten zich inspannen om het incident spoedig bij te leggen. De correspondent van de Frankf. Ztg.. te Rome bericht, dat kenners van het licaan beweren, dat paus Pi us X niet terugschrikt voor een volledige breuk, dio overigens naar de meening v n een lid van de Fransche am bassade bij het Vaticaan in da wijde verte ligt. Zeker zou de Fransche Kamer zich met het vraagstuk der opzegging van het Con cordaat niet vóór het najaar bezighouden, en in do maanden, die tot dien tijd moeten ver- loopen kunnen vele gevocligneden aan beide kanten uitslijten. Do Osservatore Romano, bet- Vaticaansche orgaan, spreekt de juistheid tegen van l et door de Agenzia Stefani gegeven bericht over het onderhoud van 'den gezant- met den kardinaal-staatssecretaris Deze tegenspraak heeft eene nadere uitwerking gevonden in de Popoio Romano, die verklaart, dat het bericht, d Merry del Val aan Nisard ophelderingen gegeven heeft over de in de aan Frankrijk gerichte nota ontbrekende zinsnede, noch den vorm, noch voor c deel den inhoud van het spv juist weergeeft; voorts is ook de bo wer; een verzinsel, dat Merry del Val elk antwoord betreffende de aan de andere sta ten gezonden nota geweigerd heeft. Nog vei- zekert de Popoio Romano, dat de nota wat vorm cm inhoud betreft overeenkomt met- de nota, cnc Leo XIII ontworpen heeft ter wijl Rampolla staatssecretaris was, toen het bezoek van Koning Victor Emanuel in Pa rijs en de beantwoording daarvan door Lou- bet in Rome beslist was. Dit strekt tot be antwoording van de bewering, dat het inci dent onder Leo Xni en Rampolla'niet mo gelijk geweest zou zijn. Als waarnemend bestuurder van het ge zantschap bij den Heiligen Stoel zal niet optreden de gezantschapsraad de Navenne; cue blijft te Parijs, waar hij vertoefde toen de gezant last kro-g om te vertrekken. Als zaakgelastigde is voor "t oogenblik alleen de derde secretaris, de heer de Courcel, beschik baar, want de tweede secretaris de Sartige, bevindt zich wegens familie-omstandigheden te Parijs. De nuntius te Parijs, mgr. Lorenzelli, heeft tot dusver niet het bevel ontvangen om ver lof to nemen. Tot sen-+"- is het departement Girnn- de gekozen de heer Courrègelongue met 695 ste- "->cn Zijn tegcn-candidaat. die 533 -lom men kreeg, was antiministerieelde geko zene beval zich aan als „republikein", zon der bijvoeging. In de instructie, die de Kamer van straf zaken van het hof van cassatie voert in de revisie van de Dreyfuazaak, is verleden Za terdag gehoord kolonel Picouart. Zwitserland. Het. 'bondsdepartam ent- van koophandel heeft gisterenavond eeno officieele nota be kend gemaakt, dat d« onderhandelingen met Italië tot het sluiten van een handelsverdrag geschorst zijn. Zuid-Afrika De wet tot vermeerdering van het aantal leden van het. Kaapscho parlement waarvan de uitwerking zal zijn, dat aan het Engclsch- gezinde element de meerderheid wordt verze kerd, is iu den wetgevenden raad (het hooger- liuis) aangenomen met ééne stem meerder- heid. De stem, die den doorslag gaf, was vau ren lid van het volbloed Afrikaander ge slacht de Villiers. Het Boeren-Congres te Pretoria be sloot tot de oprichting van eene organisatie op blijvenden grondslag. Een telegram werd gezonden aan president Kruger, waarin hul de werd gebracht aan den oud-president en leedwezen werd uitgedrukt, dat hij niet iu hun midden was De oorlog in Oost-Azië. Over de gebeurtenissen om en in Port Arthur wordt bericht; Nioetxjwang21, Mei. (Telegraph). De Ja- pa usche operatiën te land tegen Port Arthur hebben weinig succes. De generaals Stoessel en Fdck gaan voort goed bestuurde en he vige- uitvallen te doen tegen de oprukkende Japansche troepen. Dezen vechten met sta len volhardingverscheidene honderden van hen zijn in de laatste dagen gedood. Over den uitval van generaal Stösoel uiit Port Arthur, zijn de nadere beriohten tegen strijdig. De Japanners verzekeren, dat er in 't geheel geen uitval gedaan is, en ook te Petersburg vindt de opvatting geloof dat een misverstand in het telegram oorzaak is dat pen gevecht bij Kaiping als een uitval van bet. garnizoen der vesting beschouwd is. Tsjifoe, 21, Ma. (Standard). Brieven uit Port Arthur melden, dat aan alle oorlogs schepen de herstellingen voltooid zijn, be halve aan de Retvisan, waarmee men denkt gereed te zijn vóór het einde van de week. Tsjifoe, 21, Mn. (Express). Chineesche en Russische vluchtelingen uit Dalny berichten, dat de Japanners hunne vlag hebben ge- heschen op eene lijn van forten, die de land engte omspant vijf mijlen ten Zuiden van Kintsjou. Zij houden ook eene sterke stel ling bezet op mijlen afstand van Dalny en hebben de Russen uit Kintsjou verdreven met een verlies van 800 man. De berichten over den oorlog te land zijn ditmaal schaarsch. Uit Tokio ko men nadere berichten over het gevecht van Wangsjatoen bij Takoesjan, vain 20 dezer, die melden, dat het eskadron Kozak ken bijna geheel vernietigd werd. Het werd omsingeld door Japansche infanterie en ge heel uiteeu gedreven. De officieren werden allen gedood, gewond of gevangen genomen. Inlanders berichten, dat' eenigo Kozakken te voet ontkwamen, met achterlating van hunne uitrusting. Velen werden dood of gewond op het slagveld gevonden. Uit Moekden wordt bericht, dat de kozak ken van generaal Rennenkaplf zich van 2 Ja pansche transport-colonnes meester gemaakt hebben. Blijkbaar beginnen do kozakken de Japansche gemeenschapslij non ernstig te teis teren. Zij hadden reeds de beschikbare voor raden vernield voordat de Japansche op- marsch begon. Dientengevolge is liet Japan sche leger nu in het bergachtige land zon der leeftocht en staan zijne iiniën van ge meenschap bloot aan een aanval. De terugtocht van de Japanners in de rich ting van Fengwantsjeng wordt in militaire kringen te Londen beschouwd als eene goed berekende strategische beweging, die schijnt tc bedoelen, de Russen naar het zuiden te lokken, waardoor de rechtervleugel van de Japanners naar Pdoekden dan in een sterke stelling zal komen. De opvatting, dat de Ja panners zich om strategische redenen terug trekken, wordt ondersteund door het be richt van de landing van Japansche troepen in Takoesjan, die het Japansche centrum in Fengwantsjeng zouden kunnen versterken. Nu men in 't bezit is van de berichten van beide kanten over de verliezen, die de Japan sche vloot voor Port Arthur geleden heeft, mag men 't wel als zeker aannemen, dat die zich niet bepalen tot den ondergang van het pantsearschip Hatsuse en van den kruiser Yoshino. Een tweede pantserschip heeft in den morgen van 15 Mei in de buurt van de zinkende Hatsuse een lek gekregen door een ontploffende zeemijnhet bleef echter drij vende en werd weggesleept. Ook de kruiser Kasuga, die door de botsing met de Yoshino oorzaak was van den ondergang van dit. laat ste schip, zal wel niet geheel ongedeerd ge bleven zijn en waarschijnlijk zich naar de naastbij gelegen Japansche haven moeten be geven om te worden hersteld. De groote zwaarte der Kasuga, een der van Argentinië aangekochte schepen, maakte 't deze mogelijk zelfs bij sterk verminderde snelheid met ge mak de on gepantserde zijde van dé Yoshino in te drukken. Dit zou zelfs het geval geweest zijn, wanneer de Kasuga slechts door den stroom gedreven werd en niet onder eigen stoom voerzulk eene botsing zou, wanneer zij onder een rechten hoek plaats had, zelfs een gepantserd schip tot zinken kunnen brengen. Een Japansche marine-officier, ver moedelijk de attaché van het Japansche ge zantschap in Londen, deelde aan een mede werker van de Daily Mail mode, dat in dit jaargetijde in de Gele ze© zeer dikwijls mist voorkomt; daardoor is de botsing van de Yoshino met de Kasuga te verklaren. De mist moet ook oorzaak zij|n, dat het Rus sisch© tV 1 adi\vostok -eskader een verlies gele den heeft door het op een rots loopen van den kruiser Bogatyr. De generale staf der marine te Petersburg heeft wel eerst tegen gesproken, dat de Bogatvr, die een der taste schepen is van het Wladiwostok-eskader, schipbreuk zou hebben geleden in een later bericht, van Russische zij-do afkomstig, wordt echter gemeld, dat men dezen kruiser heeft vernield, omdat het onmogelijk bleek hem weer vlot te maken. Ook wanneer de andere verliezen mochten worden hersteld, dan blijft voor Japan toch de ondergang van de Hatsuse en va.n de Yos hino een onherstelbaar verlies, want het kan op zijne werven wel pantserschepen bouwen, maar moet de pantserplaten en torens uit het buitenland ontbieden. Gedurende de eerste drie maanden van den oorlog bleef de Japan sche vloot voor zulke verliezen bewaard, om dat admiraal Togo zich wijselijk er voor wachtte om zijne groote en zware - schepen aan het gevaar van niijnoutploffingen bloot te stellen en den strijd meestal overliet aan de torpedobooten met geringen diepgang en aan de hulpschepen. Een Eugelschc deskundige berekent het verlies, dat de Japanners door den ondergang van de bedde schepen geleden hebben, op eeno tiende van hunne geheele vlootsterkte. De Japanners hebben nu uog 5 linieschepen en 25 kruisers; do Russen beschikken in Oost- Azië nog slechts over 2 linieschepen en 7 kruisers. Van een verlies van het meester schap ter zee door de Japanners kan dus voor alsnog geen sprake zijn, zoolang de nieu we Russisch© vloot, die wordt uitgerust, niet op het oorlogstooneel is aangekomen. Toch blijkt uit de eigen berichten van de Japau- ners over deze ramp, dat de behecrsching der ROMAN 29 VAN ALEX. RÖMER. Hij praatte nu nog uitsluitend mot haar. op een vroolijken, wel eeiiigszius neerbuigcu- den toon, dien zij echter niet voelde. Zij liet duidelijk merken, dat zij den voor haar be stemden echtgenoot niet ongenegen was en dat zij hem wel lief vond. Toen Ellen na een, uurtje heenging, had de heer Welcord ook gesproken over het on derwijs van Angelita. Hij1 scheen liet systeem der leerares tc begrijpen en goed te keuren. „U handelt zeer verstandig, als u donna Angelita niet te streng aanpaktslechts een frisscho geest kan in zich opnemen en alleen die leerstof blijft hechten, waarvoor belang stelling is opgewekt, zei hij. Toen Ellen buiten op straat stond, had) zij één overheersohende gedachte: hij beschouw de Angelita nu bepaald als aijni bruid. De win tor concerten in den schouwburg hadden ecu zekere vermaardheid. Er was veel zin voor muziek te Sehwanau; het orkest was zeer good en de directeur zorgde meestal voor uitstekende solisten. Het laatste der acht winteroonoerten zou worden gegeven. Ellen had een kaart gekregen en ging er met efen vriendin heen; een jeugdig viool speler, ovor wien veel gesproken was, zou do toehoorders in verrukking brengen. Dé dames verschenen in groot toilet, om dat het Hof meestal de concerten bezocht en de hertogelijke familie van opschik hield. Angola en haar moeder waren, er met den heer Weioord; Ellen zat toevallig vlak ach ter hen. Zij droeg een japon van roomkleurig cache- mire, rijk met wit. zijden borduursel versierd, die zij in Londen bij feestelijke gelegenlieden reeds gedragen had. Angelita was in haar nieuw matblauw toilet. De zaal, vol men- schen in. groot toilet, bood een schitterenden aanblik. Ellen keek naar alle kanten rond. Zij was hier toch vreemd' geworden iri de jaren barer afwezigheid; menig half vergeten gezicht dook weer voor haar op; zij zag volwassenen, dio zij als kind gekend had; zij vond zich zelf bijna oud. De heca* Welcord, die vlak voor haar zat, vroeg haar naar onkclo opvallende persoon lijkheden cn zij gaf hem dö noodige inlich tingen. Ook Angelita interesseerde zich zeer voor velen uit de omgeving, die zij nog niet kende. Daar had' een zekere ojyschudding plaats men dacht, dat de hertogelijke familie ar riveerde maar het was een jonge dame in rose zijde, met een ceintuur en halskraag van madeliefjes, gevolgd door een heer in uniform. Adine ven Rcdenfcls cn haar neef, do adjudant van dén hertog, Waldemar von Saldern. Ellen .herkend'© hem dadelijk, ofschoon zij hem niet had weergezien, nadat hij) haar en Adine als jong luifcenantj© zoo verveeld had. Hij, had nog hetzelfde lange, onnoozcle ge zicht. Adine zag er schitterend uit. Haar binnen komen wekte opziende officieren, die in groepjes onder de pilaren stonden, maakten front toen zij- voorbij kwam on keken haar bewonderend1 na. Zij, was spoedig door een zwerm aanbidders omringd en tan allo kan ten werden haar groeten toegeionden. „Wie is dio mooie jonge daim?" vroeg de heer Weioord Ellen lichtte hom in Toen zij hem vertel de, dat Adine haar speelmakkertje was ge weest cn zij veel van elkander haldten gehou den, keek lnj haar verbaasd aai. „Het verwondert me, dat zij ah kind bij u heeft kunnen passen," merkte hij op. Ellen lachte. „Bij elkander gepst hebben we dan ook nooitdaartoe warm onze le vensomstandigheden te verschil leidmaar ik had Adine toen zeer lief en, zij 'oonde mij altijdl veel aanhankelijkheid." „En toch „Is elke intieme omgang nu onmogelijk," vulde hij aan. Zij zag hem verschrikt aan. „Ho'weet u dat u kent de jonge dame niet „Neen, maar één blik op haar venïhijning zegt mij. in welke atmosfeer zij. left een atmosfeer, die' u nooit gedrukt heft, u nooit drukken zal." Ellen rilde; de persoonlijkheid vn dien man oefende een mystieken invloed o haar uit. Angelita begon nu met hem te ba>talen en Ellen leunde achterover. Daar zag 'ij op eens haar broeder Leopold, die op eenigen afstand tusschen de pilaren stond. Hij zag er bleek en mager uit- on uit zijn oogem straal de een somberen gloed. Hij keek onafgewend in de riohting waar Adine, van oen groepje dames en heeren omgeven, stond. Nu keerde hij zich om; achter hem ver scheen de kolossale figuur van mevrouw Lo- doiska von Tremibow, ini roode, zijide, inet schitterende brill anten aan hals en armen. Een bos vuur roode voeren prijkte op haar donkere lokken. Zij sprak Leopold aan en haar levendige gebaren verrieden hun vertrouwelijken om gang. Hij bracht haar naar haar plaats; hij moest naar het nummer zoeken. Dit gaf oeuige opschudding en iedereen keek naar het paar. Ellen zag, hoo de menschen de hoofden bij elkander staken en fluisterden. Toen zij eindelijk zat en Leopold door do rijen terug ging. richtte hij het zoo in, dat hij dicht bij Adine langs kwam. Zij keek over haar schouder en beantwoordde zijn groet tamelijk koel. Ellen zag, hoo hij ver bleekte. Nil verscheen het, Hofdat gaf weer groot© 1 opschudding. Toen ieder zijn plaats had in genomen, viel het arkeet- inhet «moert begon. Ellen kon eerst- de 'muziek, een syniphonio- van Brahms," niet genieten,zij was nog in gedachten bij haar broeder. Waarom gaf hij zoo openlijk te keimen, dat hij zoo vertrou welijk omging met die Poolsche hij bracht zich daardoor ia opspraak, cn dit kon hem slechts kwaad doen. Zij durfde zich in 't ge heel geen rekenschap geven van liet, angstig vermoeden, dat op don bodem harer ziel sluimerde. Na de pauze trad de jonge vioolspeler op: een mooie, geniale kop, die met zijn spel luiden bijval oogstte. Zijn viool zong teedere liefdezangen, jutalde en zuchtte. Ellen ver gat een poosje alle andere gedachten en gaf zich geheel aan den indruk van die hartroe rende t-oonen over. Toen hij ophield, wendde Welcord zich tot haar; zij wisselde zachtjes ©enige woorden, als twee, die er zeker van zijn, dat zij elkan der zullen begrijpen. Het- waron minuten, aan het gewone doen onttrokken, maar die gauw genoeg weêr omvlogen. Nu kwam het laatste nummer van het pro gramma; een compositie van Schumann, dio' Ellen door en door kende en dikwijls zelf gespeeld had. Zij volgde eiken toon, en ont waakte als uit- een droom door het gedruisch der heengaande menigte. Do jonge vioolspeler werd door den Her- tog genadig toegesprokenhet gedrang in de zaal was zoo groot-, dat men s lechts langzaam vooruit kon komenvelen draalden nog, om te zien, wat cr voor het podium plaats greep. De hertogelijke familie was al heengegaan, maar de mooie freule von Rodenfels trok nog aller blikken tot zich. Zij was in druk ge sprek met den jeugdigen solist en zei hom zeker veel vleiends, want het gelaat- van den kunstenaar straalde ©n uit elk zijner trekken sprak bewondering voor de schoone dame. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1