Woensdag 25 Mei 1904.
™BÜ 1T ËN LANDT"
FEUILLETON.
ZIJN WELDOENER.
V. 311.
2de Jiitirg mig.
ABONNEMENTSPRIJS
Pot 8 maanden root Amersfoortf 1,25.
Idem franco per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, raededeolingen enz., gelieve men vóór 10 nur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uilgevers: VALKH OFF Co.
Utiechtschestraat I. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Vu 1—6 regflli
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeeligï
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
den.
Kennisgeving.
'Burgemeester en Wethouders der gemeente
Amersfoort,
Gezien art. 51 der Kieswet, in verband met
art. 1 en 3 van iliet Koninklijk besluit van 8 Mei
1897 (Staatsblad' no. 144),
Brengen ter kennis van belanghebbenden
dat Dinsdag, den 7. Juni a. s. eone verkiezing
zal plaats hebben ter vervulling van de door de
periodieke aftreding van vier leden van de Pro
vinciale Staten, in gemeld lichaam zitting heb
bende voor het Kiesdistrict Amersfoort, open
vallende plaatsen.
Gedurende 14 dagen vóór- en op den dag der
verkiezing zijn ter Secretarie alhier kosteloos
verkrijgbaar de formulieren model I voor de op
gaven van candid aten, voor welker inlevering
ten Stadhuize dezer gemeente, als hoofdplaats
van het Kiesdistrict Amersfoort, op 7 Juni a. s.
gelegenheid bestaat van 9 uur voormiddag lot 4
uur namiddag.
Deze formulieren moeten inhouden den naam.
de voorletters en de woonplaats van iederen can-
didaat en onderteekend zijn door minstens veer
tig kiezers, bevoegd tot deelneming aan de ver
kiezing, waarvoor de inlevering geschiedt, ter
wijl achter den naam van ieder dier onderteeke
naars moet worden vermeld, do naam der ge
meente op welker kiezerslijst hij voorkomt.
Amersfoort, 21 Mei 1904.
Burgemeester en \V et houders voornoemd
De SecretarisDe Burgemeester,
B. W. Th. SAND©ERG. WUIJTIERS.
Politiek Overzicht
Frankrijk en het Vaticaan.
De liter Nisard, de gezant van de Fransche
republiek bij don Heiligen Stoel, heeft op
last van zijne regeering, zijn post verlaten,
en daarmede zijn, a-1 is de nuntius mgr. Lc-
renzelli nog in Parijs gebleven, de diploma
tieke betrekkingen afgebroken. Dit kon op
drieërlei wijze geschieden. Men kon: 1. tot
nader order de diplomatieke betrekkingen
staken2. den gezant terugroepen en een
zaakgelastigde op zijlne plaats achterlaten
3. den gezant verlof verleenen, zonder hem
uitdrukkelijk terug te roepen.
Van deze drie wegen, die tot hare beschik
king stonden, heeft de Fransche regeering den
tweeden gekozen. Wat dit be toekent, wordt
in de Temps aldus uiteengezet
„Toen hij den kardinaal-staatssecretaris
vroeg, of het do«or de Humanité openbaar
gemaakte stuk echt was, heeft de gezant van
Frankrijk hem niet verheeld, dat zijne regee
ring meende zich te beklagen te hebben over
eene verkeerde handeling. Door Rome te ver
laten terstond nadat hij het antwoord van
Mgr. Mercy del Val had ontvangen, heeft
de lieer Nisard dus aan zijn vertrek het ka
rakter van een antwoord gegeven. Dat is het
wat de terugroeping uitmaakt. Toen drie ja
ren geleden de heer Constans uit Konstanti-
nopel vertrok, was de kennisgeving aan de
Turksclie regeering nog nadrukkelijker. Maar
dat kwam omdat, daar de gevraagde voldoe
ning van materieelen on stelligen aard was
en do zaak eene sints lang sleepende finan-
cieele zaak was, de gezant door een ultimatum
een laatsten termijn had bepaald voor de ,on-
derteekening van het contract., dat de rege
ling zou hebben uitgemaakt. In het tegen
woordige geval was de toestand geheel an
ders. Het betrof slechts ccne vraag om inlich
tingen. Daar deze inlichtingen niet bevrecJf
gend leken, heeft de gezant gezegd„Ik ver
trek." Het is dus wel degelijk eene terug
roeping in de juiste en courante beteekenis
yan het woord."
Wat zullen de gevolgen zijn vau dezen
maatregelDe uitersten aan beide zijden ver
heugen zich in het vooruitzicht op den strijd,
dat hun hier geboden wordt. In de Autorité
drukt Paul de Cassagnac er zijne blijdschap
over uit, dat de Kerk door de nota van kar
dinaal Merry del Val tegen de Fransche re
publiek ten strijde is getrokken. Aan den
anderen kant begroeten de radicale organen
de terugroeping van den gezant der Fransche
regeering met blijdschap, als het begin van
het einde voor het Concordaat. Zoo schrijft
de Lanterne: „Het gezantschap bij het Va
ticaan zal dus verdwijnen en niet slechts voor
bijgaand, maar voor altijd. De begrootitig
van eeredienst moet van 1905 af afgeschaft
worden, cn de scheiding van Kerk en Staat
moet in de tegenwoordige periode van wetge
ving ten uitvoer gebracht worden." In den
zelfden geest schrijft de Radical „De aan
wezigheid van een gezantschap bij het Vati
can n bracht eene zekere verwarring teweeg.
Want, daar de Paus als souverein behan
deld werd, kon hij zich verbeelden, dat. men
hem ook werkelijk" als zoodanig beschouwde,
en dat was een zeer groot nadeel, dat nu
zal verdwijnen. Do gezant wordt nu terug
geroepen allengs gaan de banden los tus-
schen Staat en Kerk, langzaam wordt de
scheiding voltrokken."
Zal het daartoe komen? Er klinkt onmis
kenbaar bezorgdheid uit den- toon van
bladen als de Temps en de Débats, die er
tegen waarschuwen de zaken op het uiterste
te drijven. Daartegenover koestert de Spec
tator, het bekende Londensche weekblad, dat
juist omdat het de zaken op ©enigen afstand
beziet, misschien een beteren kijk op den
toestand heeft, niet eene zoo pessimistische
verwachting; dit blad schrijft „Frankrijk
heeft niet het- verlangen om met het Paus
dom te breken. Het heeft in zijn zegen een
zeer nuttige kaart gevonden om in de vreem
de politiek uit t© spelen, en vindt dat onge
twijfeld nog. De roomsch-katholieke Kerk is
nog steeds diep geworteld in het nationale
leven, en ofschoon er een groot geroep is om
secularisatie, zullen velen van de leiders der
beweging, die eene kerkelijke opvoeding heb
ben gehad, terugdeinzen voor den uitersten
stap. Zij zijn als de jonge mohammedaan in
een der verhalen van Kipling, die een erken
de twijfelaar was en de grootst© minachting
aan den dag legde voor zijn oud geloof, maai
bij de uitbarsting van een godsdienstig op
roer in de stad gevonden werd om het hardst
roepende' „Allah, il Allah1'' Intusschen er
kent ook de Spectator, dat er eene krachtige
en oprechte beweging ten gunste van de
scheiding in gang is, cn dat handelingen, zoo
als die, waardoor dit conflict is uitgebroken,
die beweging krachtig in de hand wei-ken.
Frankrijk.
Een gevolg van de terugroeping van den
Franschen gezant bij het Vaticaan is, dat de
onderhandelingen over de benoeming *van
nieuwe bisschoppen voor onbepaalden tijd
zijn afgebroken.
D? Nordd. Allg. Zeitung schrijft iu haar
week overzicht, dat er l1 ns geen aanleiding
is om aan gevolgen van verre strekking te
denken en dat als eene omstandigheid van
gewicht in het oog moet worden gehouden,
dat zoowel in Rome als in Parijs invloedrijke
krachten zich inspannen om het incident
spoedig bij te leggen.
De correspondent van de Frankf. Ztg.. te
Rome bericht, dat kenners van het licaan
beweren, dat paus Pi us X niet terugschrikt
voor een volledige breuk, dio overigens naar
de meening v n een lid van de Fransche am
bassade bij het Vaticaan in da wijde verte
ligt. Zeker zou de Fransche Kamer zich met
het vraagstuk der opzegging van het Con
cordaat niet vóór het najaar bezighouden, en
in do maanden, die tot dien tijd moeten ver-
loopen kunnen vele gevocligneden aan beide
kanten uitslijten.
Do Osservatore Romano, bet- Vaticaansche
orgaan, spreekt de juistheid tegen van l et
door de Agenzia Stefani gegeven bericht
over het onderhoud van 'den gezant- met den
kardinaal-staatssecretaris Deze tegenspraak
heeft eene nadere uitwerking gevonden
in de Popoio Romano, die verklaart,
dat het bericht, d Merry del Val
aan Nisard ophelderingen gegeven heeft
over de in de aan Frankrijk gerichte
nota ontbrekende zinsnede, noch den vorm,
noch voor c deel den inhoud van het
spv juist weergeeft; voorts is ook de bo
wer; een verzinsel, dat Merry del Val elk
antwoord betreffende de aan de andere sta
ten gezonden nota geweigerd heeft. Nog vei-
zekert de Popoio Romano, dat de nota wat
vorm cm inhoud betreft overeenkomt met-
de nota, cnc Leo XIII ontworpen heeft ter
wijl Rampolla staatssecretaris was, toen het
bezoek van Koning Victor Emanuel in Pa
rijs en de beantwoording daarvan door Lou-
bet in Rome beslist was. Dit strekt tot be
antwoording van de bewering, dat het inci
dent onder Leo Xni en Rampolla'niet mo
gelijk geweest zou zijn.
Als waarnemend bestuurder van het ge
zantschap bij den Heiligen Stoel zal niet
optreden de gezantschapsraad de Navenne;
cue blijft te Parijs, waar hij vertoefde toen
de gezant last kro-g om te vertrekken. Als
zaakgelastigde is voor "t oogenblik alleen de
derde secretaris, de heer de Courcel, beschik
baar, want de tweede secretaris de Sartige,
bevindt zich wegens familie-omstandigheden
te Parijs.
De nuntius te Parijs, mgr. Lorenzelli, heeft
tot dusver niet het bevel ontvangen om ver
lof to nemen.
Tot sen-+"- is het departement Girnn-
de gekozen de heer Courrègelongue met 695
ste- "->cn Zijn tegcn-candidaat. die 533 -lom
men kreeg, was antiministerieelde geko
zene beval zich aan als „republikein", zon
der bijvoeging.
In de instructie, die de Kamer van straf
zaken van het hof van cassatie voert in de
revisie van de Dreyfuazaak, is verleden Za
terdag gehoord kolonel Picouart.
Zwitserland.
Het. 'bondsdepartam ent- van koophandel
heeft gisterenavond eeno officieele nota be
kend gemaakt, dat d« onderhandelingen met
Italië tot het sluiten van een handelsverdrag
geschorst zijn.
Zuid-Afrika
De wet tot vermeerdering van het aantal
leden van het. Kaapscho parlement waarvan
de uitwerking zal zijn, dat aan het Engclsch-
gezinde element de meerderheid wordt verze
kerd, is iu den wetgevenden raad (het hooger-
liuis) aangenomen met ééne stem meerder-
heid. De stem, die den doorslag gaf, was vau
ren lid van het volbloed Afrikaander ge
slacht de Villiers.
Het Boeren-Congres te Pretoria be
sloot tot de oprichting van eene organisatie
op blijvenden grondslag. Een telegram werd
gezonden aan president Kruger, waarin hul
de werd gebracht aan den oud-president en
leedwezen werd uitgedrukt, dat hij niet iu
hun midden was
De oorlog in Oost-Azië.
Over de gebeurtenissen om en in Port
Arthur wordt bericht;
Nioetxjwang21, Mei. (Telegraph). De Ja-
pa usche operatiën te land tegen Port Arthur
hebben weinig succes. De generaals Stoessel
en Fdck gaan voort goed bestuurde en he
vige- uitvallen te doen tegen de oprukkende
Japansche troepen. Dezen vechten met sta
len volhardingverscheidene honderden van
hen zijn in de laatste dagen gedood.
Over den uitval van generaal Stösoel uiit
Port Arthur, zijn de nadere beriohten tegen
strijdig. De Japanners verzekeren, dat er in
't geheel geen uitval gedaan is, en ook te
Petersburg vindt de opvatting geloof dat een
misverstand in het telegram oorzaak is dat
pen gevecht bij Kaiping als een uitval van
bet. garnizoen der vesting beschouwd is.
Tsjifoe, 21, Ma. (Standard). Brieven uit
Port Arthur melden, dat aan alle oorlogs
schepen de herstellingen voltooid zijn, be
halve aan de Retvisan, waarmee men denkt
gereed te zijn vóór het einde van de week.
Tsjifoe, 21, Mn. (Express). Chineesche en
Russische vluchtelingen uit Dalny berichten,
dat de Japanners hunne vlag hebben ge-
heschen op eene lijn van forten, die de land
engte omspant vijf mijlen ten Zuiden van
Kintsjou. Zij houden ook eene sterke stel
ling bezet op mijlen afstand van Dalny
en hebben de Russen uit Kintsjou verdreven
met een verlies van 800 man.
De berichten over den oorlog te land
zijn ditmaal schaarsch. Uit Tokio ko
men nadere berichten over het gevecht
van Wangsjatoen bij Takoesjan, vain 20
dezer, die melden, dat het eskadron Kozak
ken bijna geheel vernietigd werd. Het werd
omsingeld door Japansche infanterie en ge
heel uiteeu gedreven. De officieren werden
allen gedood, gewond of gevangen genomen.
Inlanders berichten, dat' eenigo Kozakken te
voet ontkwamen, met achterlating van hunne
uitrusting. Velen werden dood of gewond
op het slagveld gevonden.
Uit Moekden wordt bericht, dat de kozak
ken van generaal Rennenkaplf zich van 2 Ja
pansche transport-colonnes meester gemaakt
hebben. Blijkbaar beginnen do kozakken de
Japansche gemeenschapslij non ernstig te teis
teren. Zij hadden reeds de beschikbare voor
raden vernield voordat de Japansche op-
marsch begon. Dientengevolge is liet Japan
sche leger nu in het bergachtige land zon
der leeftocht en staan zijne iiniën van ge
meenschap bloot aan een aanval.
De terugtocht van de Japanners in de rich
ting van Fengwantsjeng wordt in militaire
kringen te Londen beschouwd als eene goed
berekende strategische beweging, die schijnt
tc bedoelen, de Russen naar het zuiden te
lokken, waardoor de rechtervleugel van de
Japanners naar Pdoekden dan in een sterke
stelling zal komen. De opvatting, dat de Ja
panners zich om strategische redenen terug
trekken, wordt ondersteund door het be
richt van de landing van Japansche troepen
in Takoesjan, die het Japansche centrum in
Fengwantsjeng zouden kunnen versterken.
Nu men in 't bezit is van de berichten van
beide kanten over de verliezen, die de Japan
sche vloot voor Port Arthur geleden heeft,
mag men 't wel als zeker aannemen, dat die
zich niet bepalen tot den ondergang van het
pantsearschip Hatsuse en van den kruiser
Yoshino. Een tweede pantserschip heeft in
den morgen van 15 Mei in de buurt van de
zinkende Hatsuse een lek gekregen door een
ontploffende zeemijnhet bleef echter drij
vende en werd weggesleept. Ook de kruiser
Kasuga, die door de botsing met de Yoshino
oorzaak was van den ondergang van dit. laat
ste schip, zal wel niet geheel ongedeerd ge
bleven zijn en waarschijnlijk zich naar de
naastbij gelegen Japansche haven moeten be
geven om te worden hersteld. De groote
zwaarte der Kasuga, een der van Argentinië
aangekochte schepen, maakte 't deze mogelijk
zelfs bij sterk verminderde snelheid met ge
mak de on gepantserde zijde van dé Yoshino
in te drukken. Dit zou zelfs het geval geweest
zijn, wanneer de Kasuga slechts door den
stroom gedreven werd en niet onder eigen
stoom voerzulk eene botsing zou, wanneer
zij onder een rechten hoek plaats had, zelfs
een gepantserd schip tot zinken kunnen
brengen. Een Japansche marine-officier, ver
moedelijk de attaché van het Japansche ge
zantschap in Londen, deelde aan een mede
werker van de Daily Mail mode, dat in dit
jaargetijde in de Gele ze© zeer dikwijls mist
voorkomt; daardoor is de botsing van de
Yoshino met de Kasuga te verklaren.
De mist moet ook oorzaak zij|n, dat het Rus
sisch© tV 1 adi\vostok -eskader een verlies gele
den heeft door het op een rots loopen van
den kruiser Bogatyr. De generale staf der
marine te Petersburg heeft wel eerst tegen
gesproken, dat de Bogatvr, die een der taste
schepen is van het Wladiwostok-eskader,
schipbreuk zou hebben geleden in een later
bericht, van Russische zij-do afkomstig, wordt
echter gemeld, dat men dezen kruiser heeft
vernield, omdat het onmogelijk bleek hem
weer vlot te maken.
Ook wanneer de andere verliezen mochten
worden hersteld, dan blijft voor Japan toch
de ondergang van de Hatsuse en va.n de Yos
hino een onherstelbaar verlies, want het kan
op zijne werven wel pantserschepen bouwen,
maar moet de pantserplaten en torens uit het
buitenland ontbieden. Gedurende de eerste
drie maanden van den oorlog bleef de Japan
sche vloot voor zulke verliezen bewaard, om
dat admiraal Togo zich wijselijk er voor
wachtte om zijne groote en zware - schepen
aan het gevaar van niijnoutploffingen bloot
te stellen en den strijd meestal overliet aan
de torpedobooten met geringen diepgang en
aan de hulpschepen.
Een Eugelschc deskundige berekent het
verlies, dat de Japanners door den ondergang
van de bedde schepen geleden hebben, op
eeno tiende van hunne geheele vlootsterkte.
De Japanners hebben nu uog 5 linieschepen en
25 kruisers; do Russen beschikken in Oost-
Azië nog slechts over 2 linieschepen en 7
kruisers. Van een verlies van het meester
schap ter zee door de Japanners kan dus voor
alsnog geen sprake zijn, zoolang de nieu
we Russisch© vloot, die wordt uitgerust, niet
op het oorlogstooneel is aangekomen. Toch
blijkt uit de eigen berichten van de Japau-
ners over deze ramp, dat de behecrsching der
ROMAN
29 VAN
ALEX. RÖMER.
Hij praatte nu nog uitsluitend mot haar.
op een vroolijken, wel eeiiigszius neerbuigcu-
den toon, dien zij echter niet voelde. Zij liet
duidelijk merken, dat zij den voor haar be
stemden echtgenoot niet ongenegen was en
dat zij hem wel lief vond.
Toen Ellen na een, uurtje heenging, had
de heer Welcord ook gesproken over het on
derwijs van Angelita. Hij1 scheen liet systeem
der leerares tc begrijpen en goed te keuren.
„U handelt zeer verstandig, als u donna
Angelita niet te streng aanpaktslechts een
frisscho geest kan in zich opnemen en alleen
die leerstof blijft hechten, waarvoor belang
stelling is opgewekt, zei hij.
Toen Ellen buiten op straat stond, had) zij
één overheersohende gedachte: hij beschouw
de Angelita nu bepaald als aijni bruid.
De win tor concerten in den schouwburg
hadden ecu zekere vermaardheid. Er was veel
zin voor muziek te Sehwanau; het orkest
was zeer good en de directeur zorgde meestal
voor uitstekende solisten.
Het laatste der acht winteroonoerten zou
worden gegeven.
Ellen had een kaart gekregen en ging er
met efen vriendin heen; een jeugdig viool
speler, ovor wien veel gesproken was, zou do
toehoorders in verrukking brengen.
Dé dames verschenen in groot toilet, om
dat het Hof meestal de concerten bezocht
en de hertogelijke familie van opschik hield.
Angola en haar moeder waren, er met den
heer Weioord; Ellen zat toevallig vlak ach
ter hen.
Zij droeg een japon van roomkleurig cache-
mire, rijk met wit. zijden borduursel versierd,
die zij in Londen bij feestelijke gelegenlieden
reeds gedragen had. Angelita was in haar
nieuw matblauw toilet. De zaal, vol men-
schen in. groot toilet, bood een schitterenden
aanblik.
Ellen keek naar alle kanten rond. Zij was
hier toch vreemd' geworden iri de jaren barer
afwezigheid; menig half vergeten gezicht
dook weer voor haar op; zij zag volwassenen,
dio zij als kind gekend had; zij vond zich
zelf bijna oud.
De heca* Welcord, die vlak voor haar zat,
vroeg haar naar onkclo opvallende persoon
lijkheden cn zij gaf hem dö noodige inlich
tingen. Ook Angelita interesseerde zich zeer
voor velen uit de omgeving, die zij nog niet
kende.
Daar had' een zekere ojyschudding plaats
men dacht, dat de hertogelijke familie ar
riveerde maar het was een jonge dame in
rose zijde, met een ceintuur en halskraag
van madeliefjes, gevolgd door een heer in
uniform. Adine ven Rcdenfcls cn haar neef,
do adjudant van dén hertog, Waldemar von
Saldern.
Ellen .herkend'© hem dadelijk, ofschoon zij
hem niet had weergezien, nadat hij) haar en
Adine als jong luifcenantj© zoo verveeld had.
Hij, had nog hetzelfde lange, onnoozcle ge
zicht.
Adine zag er schitterend uit. Haar binnen
komen wekte opziende officieren, die in
groepjes onder de pilaren stonden, maakten
front toen zij- voorbij kwam on keken haar
bewonderend1 na. Zij, was spoedig door een
zwerm aanbidders omringd en tan allo kan
ten werden haar groeten toegeionden.
„Wie is dio mooie jonge daim?" vroeg de
heer Weioord
Ellen lichtte hom in Toen zij hem vertel
de, dat Adine haar speelmakkertje was ge
weest cn zij veel van elkander haldten gehou
den, keek lnj haar verbaasd aai.
„Het verwondert me, dat zij ah kind bij u
heeft kunnen passen," merkte hij op.
Ellen lachte. „Bij elkander gepst hebben
we dan ook nooitdaartoe warm onze le
vensomstandigheden te verschil leidmaar
ik had Adine toen zeer lief en, zij 'oonde mij
altijdl veel aanhankelijkheid."
„En toch
„Is elke intieme omgang nu onmogelijk,"
vulde hij aan.
Zij zag hem verschrikt aan. „Ho'weet u
dat u kent de jonge dame niet
„Neen, maar één blik op haar venïhijning
zegt mij. in welke atmosfeer zij. left een
atmosfeer, die' u nooit gedrukt heft, u
nooit drukken zal."
Ellen rilde; de persoonlijkheid vn dien
man oefende een mystieken invloed o haar
uit.
Angelita begon nu met hem te ba>talen
en Ellen leunde achterover. Daar zag 'ij op
eens haar broeder Leopold, die op eenigen
afstand tusschen de pilaren stond. Hij zag
er bleek en mager uit- on uit zijn oogem straal
de een somberen gloed. Hij keek onafgewend
in de riohting waar Adine, van oen groepje
dames en heeren omgeven, stond.
Nu keerde hij zich om; achter hem ver
scheen de kolossale figuur van mevrouw Lo-
doiska von Tremibow, ini roode, zijide, inet
schitterende brill anten aan hals en armen.
Een bos vuur roode voeren prijkte op haar
donkere lokken.
Zij sprak Leopold aan en haar levendige
gebaren verrieden hun vertrouwelijken om
gang. Hij bracht haar naar haar plaats; hij
moest naar het nummer zoeken. Dit gaf
oeuige opschudding en iedereen keek naar
het paar. Ellen zag, hoo de menschen de
hoofden bij elkander staken en fluisterden.
Toen zij eindelijk zat en Leopold door do
rijen terug ging. richtte hij het zoo in, dat
hij dicht bij Adine langs kwam. Zij keek
over haar schouder en beantwoordde zijn
groet tamelijk koel. Ellen zag, hoo hij ver
bleekte.
Nil verscheen het, Hofdat gaf weer groot© 1
opschudding. Toen ieder zijn plaats had in
genomen, viel het arkeet- inhet «moert
begon.
Ellen kon eerst- de 'muziek, een syniphonio-
van Brahms," niet genieten,zij was nog in
gedachten bij haar broeder. Waarom gaf hij
zoo openlijk te keimen, dat hij zoo vertrou
welijk omging met die Poolsche hij bracht
zich daardoor ia opspraak, cn dit kon hem
slechts kwaad doen. Zij durfde zich in 't ge
heel geen rekenschap geven van liet, angstig
vermoeden, dat op don bodem harer ziel
sluimerde.
Na de pauze trad de jonge vioolspeler op:
een mooie, geniale kop, die met zijn spel
luiden bijval oogstte. Zijn viool zong teedere
liefdezangen, jutalde en zuchtte. Ellen ver
gat een poosje alle andere gedachten en gaf
zich geheel aan den indruk van die hartroe
rende t-oonen over.
Toen hij ophield, wendde Welcord zich tot
haar; zij wisselde zachtjes ©enige woorden,
als twee, die er zeker van zijn, dat zij elkan
der zullen begrijpen. Het- waron minuten,
aan het gewone doen onttrokken, maar die
gauw genoeg weêr omvlogen.
Nu kwam het laatste nummer van het pro
gramma; een compositie van Schumann, dio'
Ellen door en door kende en dikwijls zelf
gespeeld had. Zij volgde eiken toon, en ont
waakte als uit- een droom door het gedruisch
der heengaande menigte.
Do jonge vioolspeler werd door den Her-
tog genadig toegesprokenhet gedrang in de
zaal was zoo groot-, dat men s lechts langzaam
vooruit kon komenvelen draalden nog, om
te zien, wat cr voor het podium plaats greep.
De hertogelijke familie was al heengegaan,
maar de mooie freule von Rodenfels trok nog
aller blikken tot zich. Zij was in druk ge
sprek met den jeugdigen solist en zei hom
zeker veel vleiends, want het gelaat- van den
kunstenaar straalde ©n uit elk zijner trekken
sprak bewondering voor de schoone dame.
Wordt vervolgd.