X\ 11.
3de Jaargang*
Maandag 11 Juli 1904.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
GRAAF W. 62.
RSFOORTSCH DAGRLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoort f 1.25.
Idem franco per post1.75.
A Wonderlijke nummer a- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
'a morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF ft Co.
Utiechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJB DER ADVERTENTIES
f.7».
mi»
Vu 1—rag.li
Elke reëel meer
Groote fetters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelii
het herhaald adverteeren in dit Blad bg aoonffóri
circulaire, bevattendë de voorwaardén, wordt op aanvraag
toegezonden.
tot
Kennisgeving.
De "Burgemeester van. Amersfoort,
■Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer
gemeente, dat het door den Directeur van 's rijks
directe belastingen enz. te Amsterdam executoir
verklaard kohier iNo. 1 van de belasting op be-
drijfs- en andere inkomsten/ over het dienstjaar
1904/1905 aan den Ontvanger van 's-rijks directe
belastingen alhier is ter hand gesteld, aan wien
ieder verplicht is zijnen aanslag op den bjj de
wet bepaalden voet te voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaat
sen aangeplakt le Amersfoort, den 9. Juli 1904.
De Burgemeester voornoemd,
WULJOTBRS.
Politiek Overzicht-
Regeering en parlement in Engeland.
Groote verontwaardiging heerscht er on
der de oppositie tegen den eersten minister
Arthur Balfour. Hij kan niet opstaan om
het woord te nemen, of hij wordt begroet
roet kreten van afkeuring, waaruit woorden
a'- „muilbander" en „beul" hem tegonklin-
ken.
Dat is het gevolg van het besluit, dat hij
het huis heeft afgedwongen om voor de be
handeling) van de artikelen van de „licen
sing bill", het wetsontwerp op de drankver-
gunningen, een1*bepaalden termijn te stellen.
De leiders van do oppositie hebben overwo
gen, of zij hierop zouden antwoorden, door
geweld tegenover geweld te stellen, maar zij
zijn gekomen tot een negatief besluit. Het is
dus gebleven bij een protest in woordendo
heer Ral four heeft zijn voorstel zien aanne
men met 55 stemmen meerderheid, en do uit
werking van dit besluit kan men zien uit
berichten als het hier volgende, dat den
voortgang der beraadslagingen over het wets
ontwerp aldus vermeldt,,Met klokslag
vangister en av and werd het huis der
gemeente overgegeven -aan den beul, en arti
kelvan de „licensing bill" werd plicht
matig geguillotineerd."
Natuurlijk moet men die klacht, dat het
1. -is aan den beul wordt overgegeven, niet
al te letterlijk opvatten. De heer Balfour
heeft met deze drankwet gledaan wat hij h-j
eene vroegere gelegenheid gedaan heeft met
de onderwijswet en wat Gladstone indertijd
heeft gedaan om de obstructie van de Ieren
te breken. Een afgevaardigde heeft berekend,
dat als de gewone wijze van behandeling werd
gevolgd, men een en een kwart jaar zou noo-
dig bobben om alle amendementen, die op
dit wetsontwerp waren ingediend, af te doen
en de wet te voteeren. Als leider van het
Lagerhuis kon de heer Balfour er niet aan
denken zóó veel tijd beschikbaar te stellen
voor de behandeling van dit ééne wetsont
werp. Hij heeft de toestemming van het buis
gevraagd en verkregen om de behandeling in
enkele dagen te laten afloopen. En daar het
voornemen bestaat om verder alleen nog
maar de begrooting af te doen, laat het zich
voorzien, dat i et parlement op den behoor
lijken tijd naar huis zal kunnen gaan. De
resultaten van den wotgevenden arbeid zul
len mager zijn, maar don leden wordt hunne
vacant ie niet bekort.
Wat met de „licensing bill wordt beoogd,
hebben wij vroeger reeds uiteengezetwij
willen het. nog even in herinnering brengen.
De inrichtingen, waarin geestrijke dranken
worden verkocht, zijn in Engeland onderwor
pen aan het stelsel van vergunningen. Die
vergunningen moeten jaarlijks worden ver
nieuwd; zij kunnen ook worden ingetrok
ken, zonder dat dan schadevergoeding be
hoeft te worden gegeven. Lang was het een
soort gewoonterecht, dat die intrekking al
leen geschiedde wanneer de houder door
verkeerd gedrag daartoe aanleiding gaf, wan
neer door zijnie schuld de orde en de goede
zeden werden verstoord. Maar onder den in
vloed van do genootschappen, die zich de
drankbestrijding ten doel stellen, kwam meer
er meer in zwang de intrekking van de ver
gunning met bet doel daardoor het getal
drankgelegenheden te verminderen. En met
iedere vergunning, die werd ingetrokken,
ging het kapitaal te niet, dat in de inrich
ting gestoken was.
Wanneer de houders van die vergunningen
onkel op zich zelf aangewezen geweest waren,
dan zouden hunne klachten en bezwaren
misschien onverhoord gebleven zijn. Maar
sints een aantal jaren zijn de „public houses'
iu Engeland voor verreweg het meerendeel
overgegaan in handen van de eigenaars van
de groote brouwerijen en brandewijn-stoke
rijen, die over groote kapitalen beschikken
en den daaraan geëvenredigden invloed kun
nen uitoefenen. Verscheidenen hunner heb
ben zitting in het heerenhuis; in het lager
huis hebben zij vele vertegenwoordigers en
nog meer vrienden, vooral onder de conser
vatieve partij, die nu aan het bewind is. Aan
liuu invloed is het te danken, dat de regee
ring dit wetsontwerp heeft ingediend, dat in
do eerste plaats ten doel heeft het reüht
tot het verleenen van de vergunningen te
ontnemen aan de thans daarmee belaste
organen der overheid en dit toe te vertrou
wen aan hoogere regeeringsoolleges. In de
tweede plaats wordt er mede b.nogd, dat
wanneer eone vergun ui ug wordt ingetrokken
om redenen, buiten de persoonlijke schuld
van den houder gelegen, die houder daarvoor
eene schadevergoeding zal ontvangen, te be
talen door de gezamenlijke vergunninghou
ders, die overblijven en —c door die intrek
king van betere conditie worden.
Daarop koont in hoofdzaak deze „licensing
bill" neer, waarover in Engeland de gemoe
deren ziöh zóó warm maken, dat zelfs de oor
logsberichten uit O os t> Azië daarvoor moeten
achterstaan. Men kan er n.u tamelijk zeker
van zijn, dat dit wetsontwerp, ondanks de
heftige bestrijding die het ontmoet, zat wor
den aangenomen vóór het einde van deze zit
ting. De heer Balfour zal daarmede eene
nieuwe parlementaire overwinning kunnen
boeken. Daarmede zal echter zijn kabinet
niet in innerlijke kracht gewonnen hebben.
„Het bestaan van bet kabinet zoo schrijft
de Londensohe correspondent van de Indé-
pendance hangt niet zoozeer af van de
meer of minderhartstochtelijke discussiën,
die in Westminster plaats hebben, en van de
aanneming van de eene of andere wet mei.
meer of minder groote meerderheid, dan van
het goeddunken van den heer Chamiberlain.
Wanneer de heer Chamberlain bet oogenblik
gunstig rekent om zijn slag te slaan en rijno
economische politiek aan, het oordeel van het
land te onderwerpen, dan zal hij slechts een
sein behoeven te geven en do heer Balfour
zal aanstonds de ontbinding uitspreken.
Maar tot dien tijd is het, hoe heftig hij
moge worden aangevallen en hoe gerecht
vaardigd de aanvallen tegen hem mogen zijn.
weinig waarschijnlijk, dat het ministerie in
het parlement in de minderheid zal worden
gebraciht."
Frankrijk.
Minister Delcassé heeft Zaterdag het ar
bitrage-verdrag met Zweden en Noorwegen
onderteekend.
In het Staatsblad is de wet tot afschaffing
van het onderwijs der geestelijke orden af
gekondigd. De uitvoering van de wet zal be
ginnen met de sluiting van 350 orde-scholen
bij besluit van den minister van binnenland-
sche zaken. De leerlingen van deze scholen
kunnen in de op de betrokken plaatsen aan
wezige gemeentescholen geplaatst worden.
Met het begin van het nieuwe schooljaar zal
de verwisseling voltrokken worden.
In de kringen van de Parijsche mode-in
dustrie heerscht, naar gemeld wordt, groote
wanhoop ten gevolge van deu oorlog. Dit zo
merseizoen is het slechtste, dat men zich kan
voorstellen, want de bestellingen uit Rus
land, die gewoonlijk op d~ duurste en mooi
ste zaken betrekking hadden, zijn na het uit
barsten van den oorlog bijna geheel achter
wege gebleven. De Parijsche huizen klagen,
dat zij, hunne magazijnen vol kostbare stoffen
hebben, waaraan zij schatten verliezen, en
dezelfde klachten w-den aangeheven door
den Russischen detailhandel. Alle fabrikan
ten van luxe-stoffen, die zich op den uitvoer
naar Rusland hadden ingericht, lijden kolos
sale verliezen. De handelaars uit Rusland
schrijven, dat haast icc'..neen zwarte klceren
draagt, met een eenvoudige strooien hoed met
donker lint. De fabrikanten van veereu en
bloemen zijn dus almede slaciitoffere van den
oorlogstoestand. Hot is te vreczen, cl .0 de
oorlog niet alleen in Petersburg, maar ook
te Parijs in de industrie menig offer zal ver
gen.
Turkije.
Volgens een gerucht, dat in een Reuter-
telegram uit Konstantiuopel wordt vermeld,
moeten thans Rusland, Frankrijk en Enge
land onderhandelingen voeren over een her
vormingsprogramma voor de Turksche pro
vinciën in Azië,- waarin Armeniërs wonen
Naar aanleiding va i do passage van eenige
schepel van de Russische vrijwillige Zwarte-
zee-vloot door de zeeengt n, wordt bericht,
dat reeds bij den doortocht van het eerste
schip, dab onder de vlag van het Roode Kruis
volt, de Engelsche gezant te Konstanti-
nopel bezwaren opperde en verklaarde, dat
Engeland het als een schending van de on
zijdigheid zou beschouwen, wanneer de door
vaart werd toegestaan.
Daartegenover wordt opgemerkt, dat aan
de schepen van de vrijwillige vloot uitdruk
kelijk de doorvaart is toegestaan door een
verdrag van Turkïjë met de groote mogend
heden van 16 September 1891.
Vereenigde Staten.
Dé democratische nationale conventie heeft
rechter (Parker tot caiididaat bij do aan
staande verkiezing voor president van de
Vereenigde Staten gekozen.
De democratische Conventie, die alles
wat op de rountquiaestie betrekking heeft,
van haar programma heeft afgevoerd,
heeft rechter Parker, die een beslist voor
stander van den gouden standaard is,
laten weten dat zij) het vraagstuk van den
muntstandaard niet beschouwt als een on
derwerp, dat bij dezen verkiezingsstrijd van
actueel belang as. Daarom ziet zij volstrekt
geen reden, waarom Parker de candidatuur
voor het presidentschap niet zou aanvaarden.
De oorlog in Oost°Azië.
Over den oorlog zijn de volgende berichten
Tsjifoe, 10 Juli. Chineesöhe jonkvaarders,
die te Tsjifoe aankwamen uit Port Arthur,
deelen mede, dat meer dan 800 Russen, on
der wie twee officieren van hoogen rang.
den 5en Juli door Chineezen dood de stad
binnengedragen werden. Ook berichten zij,
dat een deel van de Japansche legermacht
nu minder dan zes mijlen van Port Arthur
afstaat en zich meester heeft gemaakt van
nog een fort aan de Oostzijde.
Een deel van het personeel der Russisch-
Chineesche bank kwam gisteren te Tsjifoe
aan. Zij verklaarden, dat de toestand in de
stad onveranderd was. In de afgeloopen week
werd er al door hevig gevochten op zeven
mijlen afstand van Port Arthur.
Jonken, die gisteren aankwamen, ver
klaarden, dat zij gisteren morgen op de hoog
te van Port Arthur hebben hooren schieten.
Londen, 10 Juli. Vluchtelingen uit Port
Arthur berichten, dat aan de oostzijde eene
divisie van het Japansche leger, gesteund
door de vloot, zonder ophouden strijd voert
om het bezit van eene stelling, die de stad
en het havenbekken beheersaht.
De Japansche vloot bombardeert de stad
zonder ophouden van den morgen tot den
avond. Er vallen steeds dooden en gewon
den. Particuliere woningen zijn voor ambu
lances ingericht. Aan de noordzijde van
Port Arthur hadden schermutselingen plaats.
Verkenners in de buurt van het marine
kamp beriokten, dat de Japansche vloot de
forten in de nachten van deu 2en, 3en en
4en Juli uit het Zuiden beschoot, zonder
schade aan te richten.
Volgens een Rus bezetten de Japanners
den top van den Takoesjanberg in den nacht
van den 6en Juli, en plaatsten er eene bat
terij. De Nowik liep den 7en met 4 kanon
neer booten uit en beschoot deze batterij,
die door de Russische infanterie omsingeld
en genomen werd..
De Russen beweren, dat de Japan
ners minsten® tien torpedojagers verlo
ren hebben biji hunne pogingen om de
op den uitkijk staande schepen te bereiken.
De haveningang laat de basis van den Gou
den Heuvel open, maar is verder versperd
door eene palissadeering, welke onoverkome
lijk is voor torpedojagers.
Sommige aanvallen van deze Japansche
torpedojagers wiaren bijna fanatiek, doch zij
slaagden niet. Zij gaan vooruit, zelfs wan
neer het klaarblijkelijk onmogelijk is in den
aanval te slagen, en wanneer zij ondergaan,
dan weigert de bemanning elke hulp. Zij
snijden zioh den buik open en wijzen de red
ders af.
Tsjifoe, 10 Juli. (Express). Bij den laat-
sten aanval van de Japanners op Port Ar
thur heeft de kruiser Askold, naar men be
richt, zwaar geleden.
Sjanghai, 9 Juli. (Morning Post.) Men be
richt, dat de Russen te Port Arthur aan de
oostzijde een uitval hebben gedaan en daarbij
drie kanonnen en 80 man hebben vermees-
terd.
10 Juli. (Standard.) De vloot van Port
Arthur is gisteren buiten gekomen en weer
naar binnen gegaan na eenige schoten gewis
seld te hebben met de Japansche schepen, die
op den uitkijk'lagen.
Tokio, 10 Juli. (Daily Mail). De Japanners
hebben den 4. het fort Langwantang bezet,
dat ten oosten van Port Arthur ligt, en zich
meester gemaakt van acht kanonnen.
Tokio, 10 Juli. In den storm van Vrijdag
nacht naderde de torpedoboot-flottille van
admiraal Togo's vloot Port Arthur. Om een
uur 's morgens bespeurde een boot de
„Askold en viel dit schip aan. Het resul
taat is onbekend.
Tijdens het vuurgevecht verloren de Ja
panners twee subalterne officieren, die zwaar
gewond' werden.
Tientsin, 10 Juli. Duitsdhe militaire des
kundigen in deze stad zijn van raeening, dat
de Russische stellingen te Liaojang en Hait-
sjeng onhoudbaar zijn tegen den Japansdhen
aanval, die van dne zijden plaats heeft.. Zij
verwachten dat Koeropatkrn zal teruggaan
en dat Port Arthur zal vallen.
Londen, 10 Juli. Het Japansche gezant
schap heeft uit Tokio het volgende telegram
ontvangen, van heden gedateerd
Generaal Okoe meldt, dat het tweedie
legercorps den 6en Juli een. aanvang heeft
gemaakt met de operatiën tot beschieting
van Kaiping. Nadat wij de Russen achter
eenvolgens uit hunne stellingen verdreven
(hadden, bezetten wijl eindelijk den 9en Kai
ping en de nabijgelegen hoogten.
Generaal Koeroki berioht, dat onze troe
pen den 6en Juli 300 man. Russische cava
lerie verdreven hebben uit Hsienchamg, en
die plaats, 30 mijlen ten noord-oosten van
Saimatsd gelegen, hebben bezet. Wij haddei»
geen verliezen.
Den 5en Juli verdreven wij 1300 man
cavalerie van het Chichinsky-regiment, dat
ons aanviel even ten noorden van Fensjwi-
ling. Onze verliezen bedroegen vier dooden
en drie gewenden.
De toestand op het oorlogstooneel wordt
door de Neue Freie Preose aldus beoordeeld,
dat wanneer men in staat is den kern van
waarheid op te sporen uit de talrijke berich
ten, de beschouwingen over den invloed van
het regen tijdperk op de operatiën ter zijde
te stellen en zich over de groepeering van
do wederzijdsche strijdkrachten een beeld te
vormen, al zij 't ook slechts in groote trek
ken, men tot dit inridkt moet komen, dat
er geen sprake kan zijn van een stilstand
in de operatiën, maar integendeel spoedig
belangrijke gebeurtenissen zijn te verwach
ten. De Russische en Japansche strijdkrach
ten in de streek tusschen Nioetsjwang en
Fengwantsjeng, dus de hoofdmacht aan beide
zijden, staan in nauwe voeling met elkaar.
Terwijl de Russische divisiën zijn gegroe
peerd langs den spoorweg tusschen Liaojang
en Kaiping, hebben de Japansche colonnes
den rug van het Fensjwilin-gebergte over
schreden en detaahementen vooruit gebracht
tegen de Russische troepen bij Liaojang,
Haitsjeng en Datsjitsjao, terwijl zij Kaiping
hebben bezet.
Van al deze punten zijn reeds berichten
gekomen over grootere en kleinere gevech
ten, die men niet als van weinig beteekenis
ter zijde mag leggen. Wanneer in den oor
log een feit op riah zelf niet van gewicht is,
dan kan het toah in verband met andere din
gen eene groote beteekenis hebben. Wat er
thans wordt voorbereidt, zal men eerst ver
nemen na den slag, want in geen onkelen
oorlog werd ihet geheim van de operatiën
beter bewaard dan hier. Men kan dus slechts
naar aanwijzingen oordeelen. Men moet voor
zichtig zijn om daaruit conclusiën te trekken.
Zeker is echter, dat twee legers, die zoo
nauw met- elkaar in voeling zijn, hunne
plannen niet meer van het weder afhanke
lijk kunnen maken, maar binnen zeer kor-
ROMAN
van
MORITZ VON REICHENBACH
door
HERMAN LIND.
„Kronau!" Fred's gelaat werd hoog-rood.
„Kronau heeft mijn vader toebehoord
„Nu, dan is uw vader ook de aangewezen
persoon om ons in te liohten en komt alles
op de beste wijze in orde. Mijn zoon en ik
zijn handelsmenschen, kooplieden als gij
wilt; van landbeheer hebben wij al een zeei
slecht begrip, en met pachters te werken is
een zeer vervelend iets, zoo men zelf de
kennis mist om hen te controleeren. Als het
landgoed door u wordt overgenomen, schik
ken wij dat met Wanda's vermogen, terwijl
de opbrengst van het land natuurlijk alleen
Wanda en u ten goede zal komen. Doch
dat is alles van latere zorg, de vraag is voor
't oogenblik maar, of wri het eens zijn?"
„Als het landgoed werkelijk Kronau is,
volkomenHet ging ons allen, en mij bij
zonder, aan het hart, dat mijn vader het
heeft moeten verkoopen."
„Afgedaan dus, mijn vriend. En wat da
opinio van uw regiroent-kommandanb be
treft, het Vare dunkt me, maar het beste
als wij van onzen kant daar met niemand
over spraken."
„Ja, ja, dat blijft onder onsl Als er sprake
is van het overnemen van eenig familiegoel,
vindt iedereen het even natuurlijk, dat men
daarvoor deu bonten rok uittrekt!"
„En de dames vertellen wij alles niet op
eens, maar zoo bij stukje en beetje, be
grijpt ge?"
Frëd's hart klopte sneller. Hij vergat, da
hij zich kort geleden zoo geëergerd had aan
't gezelschap en aan de toespraak van zijn
aanstaanden schoonvader. Hij dacht slechts
aan Wanda's lieve gestalte, te midden van
de bloemen, en boomen van Kronau, het
lustoord van zijn eigen jeugd, en met een
gelukkig lachje op de lippen, keerde hij tot
het lieve meisje terug, om evenwel spoedig
afscheid te nemen, want zijn hart drong
hem, nu dadelijk ook zijn vader te gaan op
zoeken.
HOOFDSTUK VUL
In de met zwart gedrapeerde zaal van
het stadsverblijf der Egdoff's stond, onder
de palmen en sparren, de kist, waarmede
het stoffelijk omhulsel van den overleden
graaf naar het familiegraf ,van Sagewïtz in
Silerië zou worden overgebracht. Een tijd
lang stond de kist verlaten tusschen de
brandende kaarsen, toen een fluisterende
stem op 't voorportaal met den kamerdie
naar enkele woorden wisselde. De kamer
dienaar trad eerbiedig naar binnen en leg
de een nieuwen krans bij de vele kransen,
welke de kist reeds versierden. Toen ging
hij heen en in de geopende deur vertoonde
zich op den drempel een jong officier, die
wel met weemoed een oogenblik staarde op
die treurige rouwpraal, doch daarop ook on
middellijk den blik liet rondwaren, alsof hij
naar iemand zocht.
Kort daarop werd er achter de palmen
een andere deur geopend. Een slanke, in
't zwart gekleede jonge vrouw trad binnen.
Zij liep naar de doodkist toe en poogde
zelfs niet de tranen, die haar langs de
wangen vloeiden, in te houden, maar door
dat tranenfloers heen zag zij toch den jon
gen officier en ging hem uit eigen beweging
een paar schreden te gemoet.
„ïhcule' Hij hield op. „Hertba! Mijn
arme Hertha
Zij reikte hem do hand, die hij in de
zijne omsloten hield.
„Het heeft niet zoo mogen zijn, dat hij
onze banden ineen legde, Hertha en toch
weet ik wel, dat hij het zou hebben gedaan,
als de dood hem niet had weggerukt. Ik
had geen rust of duur, Hertha, ik moest
hier vóór de auderen zijn. Mijn gevoel zeide
mij, dat wij elkander zouden zien, zonder
getuigen elkander zouden spreken!''
Twee dagen later zat die zelfde officier
luatenat von Oelten, die te Berlijn in gar
nizoen lag - toevallig met luitenant von
Wellcamp in dezelfde coupé.
Fred's verloftijd was om. Mevrouw Dral
ier en Wanda hadden hem tot het station
uitgeleide gedaan en Wandai had den weg
snellenden trein, zoolang deze nog in 't ge
zicht. was, met haar zakdoek nagewuifd.
Do luitenant von Oelten moest te Xburg,
de garnizoensplaats van Fred, een .verlo
vingsdiner gaan bijwonen. De hecren kenden
elkander reeds van langen datum en waren
zelfs min of meer met elkander bevriend.
„Ja," begon luitenant von Oelten met een
diepen zucht, „gij zijt- al in de haven met
het vooruitzicht op een gelukkigen echt,
maar anderen moeten voor het havenhoofd
heen en weer kruisen, in afwachting of ach
ooit een gunstig oogenblik voor hen opdoet
om binnen te zeilen."
„Als gij zelf tot die „anderen" behoort,
wat trouwens uit uw wijze van spreken nog
al gemakkelijk valt af te leiden," antwoord
de Fred, „dan wensch ik u een even gun
stig getij, als waarvan ik heb mogen profi-
teerenWanneer ge mij vier weken geleden
op dit zelfde thema hadt gébracht, zou ik
u in een minder of meer schitterende im
provisatie 'hebben verklaard, dat elk huwe
lijk een loterij is en dat de persoonlijke vrij
heid (het hoogste geluk des levens mag hee-
ten, maar thans, vrieudlief, thans juich ik
in mijn boeienGe .hebt daareven mijn
aanstaande gezien, nietwaar?"
„Ja, en ik vind het zoo volkomen begrij
pelijk, dat ge ,van ganscher harte uw vrij
heid aan zulke boeien tën offer brengt!"
„Niet waar?" vroeg Fred met een lachje
van zelfvoldoening.
„En daarbij heeft uw geluk ook den eoli-
den achtergrond, zonder welken men in on
zen tijd beter doet er geen lucht- of andere
kasteelen op na te houden."
Fred zag een oogenblik zwijgend voor zidh
heen. Die laatste opmerking was hem min
der aangenaam geweest. Toen sprak (hij
„Ja, ziet ge, ik vind het onbegrijpelijk, als
iemand ter wille vaa vorst Mammon zioh
verkoopt, zonder dat zijn hart er mede ge
moeid is, maar even onbegrijpelijk is het
aan den anderen kant, als men in 't huwe
lijksbootje stapt zonder eenige garantie voor
I een vrij onbezorgde toekomst. Men, bewijst
zoodoende immers niet alleen rich zelf,
maar ook de vrouw, die men liefheeft, een
zeer slechten dienst! Ik ken families, mijn
waarde, die om de gaven van verstand en
hart beiden een hemel op aarde verdien
den, maar door het gebrek aan de noodige
contanten i3 die hemel altijd bewolkt. Het
is helaas op de wereld niet anders. Men mag
niet met .een blik van zelfgenoegzaamheid
over de prozaïsche middelen van 't bestaan
heenrien."
„Och, can te bestaan heeft men zooveel
niet noodig, maar een meufioh wil niet
gaarne als een plant voortleven, dat is 't!
Neem 'bij voorbeeld dezen of genen uit on
zen officierskring. Door 't op en neer gaan
met de kameraden, door ouzo casino's, kort
om door den lieelen trein, dien wij voeren,
zijn wij helaas jammerlijk verwend. Moeten
wij nu laat me zoggen onze meer ver
fijnde gewoonten gaan prijs geven, als wij
trouwen? Zoo ja, dan geeft dat al dadelijk
een dissonant in 't huwelijksleven. En dan
men wil toch .niet gaarne zijn vrouw als
een Asschepoctstcrtjo tusschen de andere
dames zien zitten en men wil ook menschen
ten zijnen! ontvangon. Dat rijn allemaal
toch heel eenvoudige en billijke wenschen."
„Ik ben 't volkomen met u eons, Oelten
Wij kunnen het oog niet laten vallen op
eenig meisje zonder fortuin. Overigens ver
laat ik den dionst voor een landelijke onder
neming, daar zoowel mijn eigen wcnsclien
als die van mijn aanstaanden schoonvader
in dat opzicht wonderwel overeenkomen."
„Dan kan ik u met die verandering van
harte geluk weuechcn, Wellcamp 1"
„Merci!"
Wordt vervolgd.