W. 145.
3uc «laargang.
Donderdag 24 November 1904.
BUITENLAND.
KOLONIËN.
FEUILLETON^
MIJN GODFRIED.
RSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.35.
Idem franco, per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertontiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADYERTENTIÊN:
Van 15 regels 0.75.
Elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Yoor handel en bedrijf bestaan voordeolige bepalingen tót
het herhaald adverteéren in dit Blad bij abonnement Eene
cirenlaire, bevattende de Voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De «temoning in Rusland.
De vergadering van gemachtigden der zsm-
stwo's, do organen van ee>n beperkt zelfbe
stuur die men in Rusland bezit, heeft te Pe
tersburg plaats gehad, maar ouder eigenaar
dige omstandigheden. De nieuwe minister
van binnenlandiche zaken, prins Swiatopolk-
Mirsky, had de vergadering officiee1 samen
geroepen, omdat hij daarin eene aanleiding
zag om op gezaghebbende wijze eene uiting
te verkrijgen van do in het land heers hend©
stemming. Maar de Czaar besloot, op raad
van zijne omgeving, de bijeenkomst uit te
stellen. Dit besluit werd echter eerst .er e'f-
der ure genomen, zoodat de meeste de?i tie
niers aan de vergadering zicli reeds te Peters-
burg bevonden. Bij wijze van gunst werd hun
daarop toegestaan tcch te vergaderen. De
zaal in het stadhuis te Petersburg, die eerst
tot hunne beschikking was gesteld, werd hun
ontnomenzij moeiten in een particulier
huis bijeenkomen en dan nog onder voorwaar
de, dat de beraadslagingen geheim moesten
blijven en dat geon woord er van in de dag
bladen zou worden opgenomen. De bijeen
komst heeft dus geheel het karakter gehad
van een onder onsje, waarvan de regeering
geen notitie behoefde te nemen.
De geschiedenis van deze tot zoo bescheid© 1
afmetingen teruggebrachte bijeenkomst levert
een bewijs van den strijd, die in de hoog te
Russische klingen gevoerd wordt tusschen «ie
voorstanders van het starre behoud en de
hervorrningsgeziude 11Zij kan ook dienen cin
hen, die zich geen gouden bergen beloven
ran het optreden van prins Swiatopolk-Mirs-
ky als minister, in hunne opvatting te ver
sterken. Eenige opmerkingen, die een cor
respondent van de Temps in dit opzicht heeft
gemaakt, verdienen wel de aandiackt. Hij
schrijft
„Rusland is uitgelaten en spreekt nog
slechts van een po'iticke lente en van den
dageraad van een nieuw tijdperk. Waar komt
die geestdrift vandaan, die het in vollen oor
log, te midden van de angst voor het vader
land, aangrijpt? Dat komt omdat de nieuwe
minister van binnenlandsche zaken gespro
ken en nog eens wear gesproken heeft en
omdat het geheele land sinte zoo langen tijd
ten prooi is aan eene zenuwachtige verwach
ting naar eene politieke verlichting. Daarom
hebben die eenvoudige woorden een© ree les
verwachtingen opgewekt. Het zal welhaast
tien jaren geleden zijn, dat van den troon de
minachtend© veroordeolüig gekomen was van
de „onzinnige droomerijen'' waaraan de ver
tegenwoordigers van het land zich overgaven,
en gedurende deze tien jaren waren de on
tevredenheid en het verdriet zoozeer toegeno
men, dat een enkel minzaam woord voldoen
de is geweest om eene uitbarsting van er
kentelijkheid te verwekken.
„Wat is dat goede Russische volk toch
gemakkelijk tevreden te stellenHet is
waar, dat prins Swiatopolk-Mirsky goed ge
sproken heeft. Aan een Fransclien dagblad
schrijver heeft hij gezegd, dat hij van uit
muntende bedoelingen doordrongen was;
aan eene Joodsche deputatie uit Wilna heeft
hij gezegd, dat de Joden Ru&sasche onder
danen waren, die hem belangstelling inboe
zemden; aan eene deputatie van dagblad
schrijvers heeft hiji gezegd, dat hij de pro
vinciale pers zeer hoog schatte, wanneer zij
in dienst was van de waarheid; aan een
Duitachen journalist heeft hij gezegd, dat hij
al de nationaliteiten van liet rijk gelijke
belangstelling waard achtte; aan de amb
tenaren van zijn ministerie eindelijk heeft
Hij!, toen hij zijn ambt aanvaardde, gezegd,
dat er ondanks de t roost rij ko berichten die
er uit liet land kwamen, nog veel te doen
bleef. Zoo heeft de minister gesproken en
tot loon voor die schoone en goede woorden
heeft men hem die hartelijke begroetingen
bereid, waarvan de volken van het noorden
het geheim bezitten, wanneer zij eenmaal
hunne gewone terughouding hebben afge
legd men heeft zijne .paarden afgespannen,
om d© vreugde te hebben zijn rijtuig voort
te trekken, eene eer die vrij onaangenaam
moet zijn voor hem die h—r ontvangt; ge
meentebesturen en de meeste zemstwo's
hebben hem telegrammen van gelukwen-
sching gezonden en de burgemeester van
Moskou heeft gewaagd van de „door den
minister afgelegde belofte om voortaan op de
uit verkiezingen voortgekomen plaatselijke
bestuurslichamen te steunen, in plaats van
hun invloed te bestrijden."
„Wanneer wij van die betoogingen aftrek
ken wat de overvloeiende geestdrift van de
bevolking er aan Heeft toegevoegd, wat
blijft er dan, op den keper beschouwd, van
over? Er blijft dit over: dat voor een ge-
haten minister in de plaato gekomen is een
minister, omtrent wien iecereen het eens is
te verklaren, dat hij een zeer braaf en fat
soenlijk man is, en dio zijjn naam rechtvaar
digt, door beloften om zich heen te strooien.
Intusschen lijken deze beloften wel wat op
zeepbellen zij zijn kleurig, lief, licht, maar
het minste zuchtje kan ze wegblazen. Ik
ben in mijne ziel overtuigd, dat de heer
Plehwe zelf, zonder zich erg te oompromit-
teerem, had kunnen zeggen, dat hij gelijke
lijk belangstelde in alle onderdanen van het
rijk en dat hij zijn uiterste best zou doen
om voor de vertegenwoordigende lichamen
der provinciën het aandeel in het werk to
reserveeren, dat de wet hen opdraagt; hij
verheelde zelfs niet in particuliere gesprek
ken, dat eene grondwet hem voor Rusland
noodzakelijk voorkwam; maar hij placht er
bij t© voegen, dat het niet dadelijk noodig
was.
„De minister van binnenlandsche zaken
kan het ons dus niet kwalijk nemen, wan
neer wij eenig voorbehoud in adit nemen,
niet wat zijn persoon en zijne oprechtheid
betreft, die boven alle verdenking verheven
zijn, maar buiten die zaak staan, maar ook
wat de macht aangaat, waarover hij kan
beschikken om zijne „beloften" te verwezen
lijken. Als een opmerker, die tracht onpar
tijdig te zijn en die oprecht niet anders
wenscht dan dat de gerechtigheid door
breekt en de welvaart heerscht in dit onme
telijke en aantrekkelijke land, zullen wij
hem geen lof onthouden, wanneer hij van
de woorden tot de daad zal zijn overge
gaan, en wij kunnen nem zeggen, dat het
dan niet slechts eenige duizenden betoogers
ziin die hem de ooren doof schreeuwen met
kunne lioera's. maar dat millioenen personen
het hoofd zullen opheffen, den souverein ze
genende, die hen zal hebben toegestaan om
voortaan vrij en moedig rond te zien in het
leven."
Dultschland.
De rijksdag, die de volgende week weder
bijeen komt, zal zich waarschijnlijk in de
eerste plaats met de nieuwe handelsverdra
gen hebben bezig te,houden. Aan de Neue
Freic Presse wordt uit Berlijn bericht, dat
in do toongevende regeeringskringen het
voornemen bestaat do handelsverdragen, die
gereed zijn, terstond bij den rijksdag in to
dienen, zonder te wachten op den uitslag
van de onderhandelingen over het handels
verdrag tusschen het Duitsche rijk en Oos
ten rijk-Hongarije.
Over den stand van deze onderhandelin
gen wordt bericht, dat die steeds bevredigend
is. Al zijn er nog gewichtige vragen onop
gelost, men hoopt toch, dat het mogelijk zal
zijn het verdrag in twee, hoogstens drie we
ken volledig af te sluiten. Dan zou het mo
gelijk zijn het verdrag nog vóór het einde
van het jaar, in de tweede helft van Decem
ber, bij de betrokken parlementen in te die
nen. De Duitsche staatssecretaris graaf Posa-
dowaky is nog steeds te Weenen. Mogelijk
vertrekt hij vandaag, maar het is ook moge
lijk, dat ki> nog eenige dagen langer zal
moeten blijven.
Spanje.
Madrid, 23 Nov. De Koning ©nderteeken-
de een besluit, waarbij de regeering wordt
gemachtigd bij de Cortes een wetsontwerp in
te dienen tot onderdrukking van de auar-
chisten.
Balkan-Staten.
De Russische staatscourant bevat een rap
port van den gezant te Konstantinopel over
de uitkomsten, met de hervormingsmaatre
gelen verkregen in de vilajets Saloniki, Kos-
sowo en Monaatir. De steller van het rap
port verzekert, dat het reeds verkregen re
sultaat de hoop wettigt, dat. langzamerhand
de beginselen zich zullen ontwikkelen waarop
de hervormingsmaatregelen berusten, en die
door Rusland en Oostenrijk-Hongarije be
dachtzaam, maar tevens volhardend en met
kracht worden toegepast.
Rusland.
De minister van binnenlandsohe zaken,
prins Swiatopolk Mirsky, heeft den gouver
neur van Mohilew, generaal Klingenberg,
uit zijn ambt ontslagen. Deze was een van
de rirwsten onder de gouverneurs van Rus
land, die allen, welke niet behoorden tot de
orthodoxe kerk, als vijanden van den Russi
sche» staat beschouwden en hun dienover
eenkomstig behandelde. In de laatste weken
liep de maat van zijne tekortkomingen over
door de b'oedige ritspattingen, waaraan de
reservisten in het gouvernement Mohilew
zich schuldig maakten en waaronder inzon
derheid de Joodsche bevolking in de steden
en op het platteland te lijden had, terwijl
generaal Klingenberg niets deed om de orde
te herstellen en de onlusten te onderdruk
ken.
De oorlog in Ooet-Azië.
Van den oorlog zijn de volgende berichte Q
Londen, 23 Nvo. De Japanschs legatio
maakt het volgends telegram uit Tokio van
heden bekend: Van het belegeringsleger
voor Port Arthur wordt bericht, dat de ge
bouwen in de nabijheid van het arsenaal gis
terenmiddag in brand geraakten, tengevolge
va.n de beschieting door het Japansche ma-
rinegescbut. Om half tien des avonds brand
den de gebouwen nog.
Tsjifoe, 23 Nov. De Engelsche stoomboot
Tungcbow, die Sjanghai heeft verlaten mei.
30,000 kisten vleesch in bussen, bestemd
voor Port Arthur, is heden door de Japan
ners in beslag genomen. De aangegeven be
stemming was Kiautsjou. Do Russisch-Chi-
neesche bank had de middelen verschaft voor
deze expeditie, die 260,000 taela heeft ge
kost.
De correspondent van de Daily Express
te Tsjifoe heeft nader nog bericht, dat de
eerste van de dirie torpedobooten, dio vóór
het vertrek der Rastoropny Port Arthur ver
lieten, door den Japanachen kruiser d£a-
soega opgemerkt en beschoten werd. Naieen
gevecht, dat een uur duurde, zonk de tor
pedoboot vier Russen worden opgevisoht.
De tweede torpedoboot werd door de Ma-
tsoesjina op 25 mijl van Port Arthur inden
grond geboord. Het Japansche sahip werd
door een torpedo getroffen, die het echter
niet belet dienst te blijven doen. De derde
boot werd door twee Japansche schepen ver
volgd, tegelijk door twee torpedo's getrof
fen en zoo ernstig aan do machine bescha
digd, dat ze den strijd moest opgeven en
met de geheele bemanning in de diepte ver
dween.
Do Japanners prijsaen hoogelijik de verme
tele dapperheid, door de Russen bij deze ge
legenheid betoond.
Men bericht dat maarschalk Oyama naar
Tokio moet geseind hebben, dat alle po
gingen van de Russen om do Japanners in
den val te lokken, door hen te bewegen hun
stellingen aan de Sjaho prijs te geven, te
vergeefs zijn. Het Japansche leger heeft nu
een uitstekende en goed versterkte stelling
in bezit genomen, die hun ook veel waard
zal zij.n als zij aanvallenderwijs willen op
treden. Oyama is dientengevolge nu in staat,
al naar de omstandigheden het wenschelijk
maken, een slag te weigeren of aan te ne
men.
Uit Charbin wordt bericht, dat de nacht
vorsten zeer zijn toegenomen en dat het aan
brandstof ontbreekt. De prijzen zijn zeer
hoog. Wel zijn er niet ver va x destad
groote voorraden hout, maar de spoorweg
dienst weigert het rollend materieel om liet1
hout te vervoeren.
Het havenbestuur te Fredcrikshaven heeft
het gebruik van den havenkraan geweigerd
aan den Russischen torpedojager ProsorTiwy
ten behoeve van de herstelling van e©ne averij.
Een particuliere maatschappij zal nu het ach
terschip lichten en de herstelling van de be
schadigde schroef door duikers laten uitvoo
ren. Het Russische eskader blijft, totdat het
werk is voltooid, b:i Skaten liggen.
Uit Kopenhagen wordt aan do Temps be
richt ,dat de Russische vlootdivisie, die on
derweg is c.n zich bit de Oostzeevloot te voe
gen, niet over de Doggersbank zal gaan. Zij
zal langs de Neder! andsche kust gaan.
De Morning Post verneemt uit Washing
ton, dat volgens een in diplomatieke kringen
loopend gerucht Rusland 109 millioen roe
bels wil besteden voor den aankoop van zes
Chileonsehe oorlogsschepen. Wanneer Chili
niet in dit bod mocht willen treden, dan zou
beproefd warden Argentijnsche schepen te
koopen.
Tokio, 23 Nov. Te Yokohama zijn heden
vijf onderzeesche booten aaugekomen,.
Allerlei
vDen 8en December •orden te Londen
de kostbaarheden en kleederen van Koningin
Draga van Servië, op last liarer erfgenamen,
in liet openbaar verkocht.
Onder de kostbaarheden is een diaman
ten armband, welke do Czaar aan de on
gelukkige Koningin zond ter gelegenheid
van haar huwelijk.
Onder de kleeclefen is Koningin Draga's
bruidskleed en haar staatsiegewaad, hetwelk
gelijk was aan dat der Servische Koningin
nen van de 14e eeuw, tn waarin Koningin
Draga zich bij officieel© plechtigheden ver
toonde.
vDe erfgenamen van Rudolf Virchow,
den beroemden physioloog, hebben aan de
stad Berlijn een som van 50,000 Mark ge
schonken, om te dienen ter bestrijding van
do sterfte onder do kinderen in het eerste
levensjaar te Berlijn.
vProeven met een nieuw Britsch on-
derzeesch vaartuig, de „Submarine B", te
Barrow genomen, moeten zeer goed zijn ge-
s'aagd.
Het vaartuig bleef drie luren 'ang onder
water, kwam weder boven om zijn vaardig
heid in het voortbewegen te toonen, dook
toen weer onder en kwam twee mijlen van
de sleepboot, welk© heb vergezelde, weder
boven.
vTe Havre is weer een werkstaking in
het havenbedrijf aan den gang. Eenige man
nen zijn gekwetst 1 n poging van de werk
stakers om het vervoer van goederen te be
letten.
Ook te Cette staken do dokwerkers en
zijn ongeregeldheden voorgevallen.
vIn het Pruisische plaatsje Helden-
berg (kredts Fried berg) is dezer dagen de
rooaneoh:katholieke geestelijke vermoord ge
vonden in zijn studeerkamer. Geld en kost
baarheden zijn gestolen. De vermoedelijke
dader, de 26-jarme Oscar Hudde, zich ook
vaak noemende Berg, is waarschijnlijk naar
Nederland gevlucht Tegen hem is rechtsin
gang verleend, ook wegens twee dergelijke
inbraken in pastorieën. Op zijn aanhouding
is 1000 mark beloonimg gesteld.
OOST-IN DIÉ.
De raad van Indië. Het Indische
Nieuws van den Dag schrijft:
Het bericht, dat de raad van Indië zijn
zetel naar Buitenzorg zal verplaatsen is
voorbarig; het voorstel tot zulk een verhui
zing betreft de sanctie dor regeering, aan
gezien het regceringsreglement voorschrijft
dat de raad van Indië verblijf houdt t© Ba
tavia.
Uit Koeta-Radja werd dato 18 Octo
ber aan de Javarbod© geseind:
Gisterenmiddag werd een groep militairen
tot dekking dienende dor arbeiders aan den
Gajoeweg, op den terugtocht, op ongeveer
een uur ten zuidlen van het bivak Teupin
Blang Mané, met de klewang aangevallen
door een ruim vijftig man sterke bende.
De le luitenant dier infanterie J. M.
Scheuer en de fuselier Storm, algem stam
boek no. 39583 sneuvelden. Een inlandsch
marechausso werd levensgevaarlijk gewond.
Een inlandsch fuselier wordt vermist. Twee
repeteergeweren en een marechaussee-kara
bijn gingen verloren.
Nader wordt «aan de Java/Beide uit Koeta-
Radja gemeld:
De Atjehsohe bende, waarvan gisteren
sprake was en die nu 30 man blijkt te hob-
19 Naar hot Engelsch
YAN
JOIIN STRANGE WINTER.
„Hoe vaart u, oom Treherne", vroeg zij
deemoedig. „Wat bent u in langen tijd niet
hier geweest
„Wel, lieve meid, ik ben eenige weken in
Weenen geweest en eerst gisteren terugge
komen. Dus ik heb niet lang gewacht met
hier te komen."
„Neen", zeide zij op tevreden toon. Het
Was aardig te zien hoe het kind hiemi geheel
in beslag nam, terwijl «ail de andleren, zelfs
mevrouw Tregenna, bang voor hom waren.
„En wie is deze jonge dame?" hoorde ik
hem zoggen, terwijl hij naai* mij keek.
„Dat is juffrouw Nugent", zeide Kitty.
„Juffrouw Nugent", herhaalde mevrouw
Tregenna, „die juffrouw Mordaunt opge
volgd is."
„O ja; hoe vaart u?" zeide hij, zeer vrien
delijk mij do hand reikend. „Maar wij
hebben elkander meer ontmoet."
„Dat geloof ik niet", zeide ik glimlachend!.
„Ja wel maar, waar waar? Ik ben
er U hebt gelijk, we hebben elkander nooit
ontmoet, maar ik hob u op een avoend in do
oostelijk© zaal van het Criterion ontmoet
met den jeugdigen d'Ecie, Godfried d'Ecie".
Ik voelde dat ik vreeselijk rood! werd, ter
wijl mevrouw Tregenna mij alan stond to
staren als een Sphinx of Gorgoon.
„Juffrouw Nugent!riep zij «op een toon
vol verbazing.
Mijn hart klopte z«oo hard; dat ik bijna
geen geluid kon geven; maar na groote in
spanning gelukte het mij tooh.
„Uw geheugen is zeer goed, lord Tre
herne", zeide ik rustig, maar acht, wlat
was mijn kabne toon in tegenspraak met.
den storm, die in mijl woeddle. „De dame, bij
wie ik toen woonde, nam mij zeer dikwijls
met zich mede, en zoo «hebben wij eens met
mijnheer d'Ecie gedineerd."
„Ja, d'Ecie en Sir William Sherringham",
zeide hij met veel zelfvoldoening. „Ik heb
bijzonder op uw gezelschap gelet."
„Gij hebt er noodt over gesproken, dat gij
mijnheer d'Ecie kendet", zeide mevrouw
Tregenna op ijskouden toon.
„Ik ben daartoe nooit in de gelegenheid
geweest, mevrouw Tregenna", antwioordde ik
met wlaordigheddl. „Maar juffrouw Tregenna
wist het er is oo«k niets geheimzinnigs
in. Ik kwam bij u door barones d'Ecie
het was dus niet onwaarschijnlijk dat ik haar
zoon zou kennen."
En zij wist niet half, hoe goed ik barones
d'Ecio's zoton kende!
HOOFDSTUK XIX.
Weggejaagd.
Mevrouw Tregenna zeide op dlat ologenblik
niets m«eer ove«r dat onderwerp, e«n ik dacht
al, dat het afgehandeld zou zijn. Maar ik
had mij. vergist. Den volgenden namiddag
kwam er een boodschap boven ran mevrouw
Tregenna, dat zij mij in haar boudoir Ver
langde te spreken.
Ik ging naar benedén, niets kwaads ver
moedend. Het was een mooie dag, dé ctorst©
zachte, dien wijl gehad! hadden, want. tot nu
toe was het een koudie, treurige lente ge
weest. Dé> zon scheen heerlijjk door de ramen
der portalen, en ik was vroolijik te1 moede,
terwijl ik dé trappen af liep. Bij het binnen
treden bemerkte ik echter dadelijk, dat mij
een goede boetpredikatie te wachten stonde
want mevrouw Tregenna stond op het haar-
kleed en had een houding aangenomen, eai
barones d'Ecie zat dbodisbleek op haar ge
liefkoosde rustbank Mevrouw Tregennat liet
mij; zelfs geen tijd om .barones d'Ecie goeden
dag te zeggten, maar viel hals over kop in
het onderwerp.
„Ik heb u laten komen, juffrouw Nugent,"
zoo begon zij op haar koudste-n en hardvocn-
tigsten toon, „opdat gij eenige uitlegging
zoudt kunnen geven aan mijn vriendin baro-
nes d'Ecie, aangaande de verklaring van
Loird Treherne, dat hij u in het Criterion
met mij(nih«eer Goidfried' d.''Eoi© heeft zien
dineeren."
Ik wist, dat er wat voor mij op stond, en
dat denkbeeld maakte mij uitdagend.
Ik zette, mij pal en zag met. opgeheven
hoofd mevrouw rechtstreeks in het gelaat op
een wijze, waaruit ziji vrij. duidelijk moet
hebben kunnen opmaken, dat ik in het ge
heel niet bang voor liaar was en geen plan
had mij, om welke redén dan ook, door haar
uit het veld te laten slaan.
„Ik heb geen enkele uitlegging te geven,
zeide ik bedaard.
Mevrouw Tregenna wendde zich tot. baro
nes d'Ecie. „Hoort gij?" zeide zij tragisch.
„Ja', ik hoor het/' antwoordde barones
d'Ecie, op een toon, alsof zij verklaarde haai
doodvonnis te hebben hooren voorlezen. Daar
ik geen. aanmerking maakte, heerscht© er ge
durende eenige ©ogenblikken een doodelijkc
stilte. Eindelijk begon mevrouw Tregomiai
weder
„Dus stemt gijl toto, dat gij met mijnheel
d'Ecio in heb Criterion gegeten 'hebt?vroeg
„Neen, ik stem niets toe," zeide ik beslist,
„er vaJb niets toe tc stemmen. Ik hob u
gisteren verteld, dat ik daar gegeten heb
ik heb volstrekt niets ontkend.
„Hoorb gij)?" zeide ziji ter zijlde tot barones
d'Ëci© op Qiielodramisohen toon.
Barones d'Ecio wrong haar handen in haar
sohoöt en. schuddie het hoofd! heen on weer
op zulk een uiterst bespottelijke wijze, dat
ik bijna in lachen uitbarstte.
„En dit," aldus ging mevrouw Tregenna
op sterk verwijtenden toon voort, „is do per
soon, die gij miji hebt aanbevolen om zorg
te dragen voor mijn onschuldige kinderen,
mijn onschuldig© en onverdorven kinderen."
Toen) kon ik mijl .niet langer 'bedwingen.;
ik bairstt© het uit vain het lachen, een barte-
lijiken, klinkenden lach, terwijl de t.woe vrou
wen mij als wezenloos aanstaarden.
„U moet het mij wezenlijk niet kwalijk
nemen, dat ik lach," zeddie ik, toen ik ein
delijk mijn stem meester was, maar te oor
deel en naar hetgeen «barones d'Eció mij ver
telde, -had ik gedacht, dat u een. dame ver
lam gdet voor die kinderen. Ik heb er daarom
nooit aan gedacht u te vertellen1, dat ik wel
eens in mijn leven op diners geweest ben,
evenmin als 'het mij in het hoofd is gekomen
mevrouw d'Ecie iets vaai dat bewuste |>artijtje
te zeggo», omdat ik dacht, dat zij er van
wist."
„Partijtje!" schreeuwde Lady d'Ecie bui
ten adem. „Was er dan nog iemand bij?"
„Nog iemand?" herhaalde ik. „Ik begrijp
n niet."
„Er waren n:o«g' andtoren daar, behalvo
Godfried," verklaardé mevrouw Tregenna..
„Heeft mevrouw Tregenna u verteld, dat
ik daar alleen met. mijnheer d'Ecie gedineerd
heb?" vrcog ik. Ik begon 1xk« te worden. Ik
voelde mijn zei f bcheerschin g hoe langer hoe
minder worden.
„Mevrouw Tregenna heeft mij1, medege
deeld, dat gij dlaar mot Godfried gedineerd
hebt," amtwo«orddC' zij.
Ik richtte mij; plotseling tot mevrouw Tre
genna en deed een stap naar haar toe.
Ik moet er vrij verschrikkelijk hebben
uitgezien, want zij! sidderde letterlijk.
„Hebt ge dat verteld?" riep ik. „Gij hadt
het hart haar of iemand anders te vertellen,
dat ik alleen met. een. man in een restauratie
gedineerd heb? Gijl slechte vrouw, gij slechte,
leugenachtigo, afschuwelijke vrouw, gij he'w.
gelogen, want gij' wist., dat. het niet waar was
ik; heb u) gisteren ver beid, «dat de dame, bij
wie ik woonde, mij dien avond! medegenomen
had."
..Hoe durft gij zob tegen mij spreken?"
bracht zij cr mot moeit© uit.
„Durven? De? Een Nugentzeide ik
toornig. „Ik zou u wel durven dooden, ina|r
met een spottend lachje „gij zijt het
niet waard."
Wordt vervolgd.