5de Jaargang.
Dinsdag 6 December 1904.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
MIJN GODFRIED.
fï'. 157.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoort 1.25.
Idem franco per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Dozo Courant vorschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertcnticn, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij do Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKH OFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTEËN:
Van 1—5 regels 0.75.
Elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordoolige bepalingen tot
het herhaald adverteeron in dit Blad bij abonnement. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicbt
De Hibernia.
In do vorige week zijn in het huis van
afgevaardigden van den Pruisischen landdag
de algemeeue beraadslagingen gevoerd over
een wetsontwerp, dat ten doel heeft aan de
regeering invloed te verzekeren in het West-
faalsclie kolen-syndicaat.
Dit is niet de eerste stap, dien de Prui
sische staat zal doen om zicli invloed te ver
schaffen in het Rijiilandsah-Westfaalsche ko-
lengebied. In 1902 werd door den landdag
een crediet van 85 rnillioen mark toegestaan
tot het aankoopen van kolenvelden. Doel
van dezen aankoop was, dat de eigen be
hoefte aan kolen door den staat zou kunnen
worden gedekt; verder werkte daarbij ook
de wensch mede een zekeren invlced te kun
nen uitoefenen op de markt. Met het oog
daarop werd het wenschelijk. geacht 10 a 15
pot. van de kolen-productie van het Roer-
district aan den staat te brengen.
Hetzelfde doel zit ook voor bij den stap,
waarvoor nu de medewerking van den land
dag wordt gevraagd. De regeering verlangt,
dat een bedrag van 69i rnillioen mark tot
hare beschikking zal worden gesteld, om aan-
deelen aan te koopen van een der groote
steenkolenmijnen in Westfalen, de Hibernia.
De bedoeling schijnt aanvank lijk geweest
te zijn de Hibernia geheel in het bezit van
den staat te brengen. Maar om de naasting
door den staat te la nnen verkrijgen, zouden
drie vierden van het aandeelen-kapitaal be
schikbaar moeten zijn. Zoo ver heeft men
't- niet kunnen brengende Dresdener bank,
die door de regeering als tussohenpersoon is
gebruikt voor het opkoopen van aandeelen,
heeft voor een nominaal bedrag van
27,552,800 mark aan aandeelen verkregen.
Die zullen nu worden overgenomen voor 69
rnillioen, hetgeen uitmaakt 240 pet. van het
nominale bedrag.
Dit bedrag maakt de kleine helft uit van
het gaheele aandeelen-kapitaal. Het zou iets
meer dan de helft geweest zijn, wanneer het
aandeelen-kapitaal gebleven was op het oor
spronkelijke cijfer van 53i milllioen; maar
in het laatst van Juli van dit jaar is het
tot 60 rnillioen verhoogd. De regeering
meent, dat het bezit van dit bedrag, aan
aandeelen den staat een gepasten invloed in
de Hiibernia en daarmede in het Roer-district
zal verzekeren. Maar wanneer de bezitters
van de overige aandeelen allen ééne lijn trek
ken, dan blijft de staat als aandeelhouder
van de Hibernia in de minderheid. Dit is
eene zwakke zijde van het voorstel der re
geering. Men zal daarover moeten heenstap
pen, als men de zaak vul, in de lioop, dat
de toekomst de gelegenheid zal verschaffen
om te voltooien, wat nu slechts onvolledig
is te bereiken.
Het wetsontwerp is tot nacler onderzoek
naar de begrootings-commissie verzonden.
Eene minderheid, bestaande uit de natio-
naal-liberalen en de vrijzinnigen, had eene
bijzondere commissie met cat onderzoek wil
len belasten. De conservatieven en het cen
trum echter, die te zamen de overwegende
meerderheid uitmaken, beslisten, dat de
begrootings-commissie advies zou mogen
uitbrengen. Kenners van de parlementaire
verhoudingen in Pruisen voorspellen, op
grond hiervan, dat het wetsontwerp bij do
eindstemming zal worden aangenomen door
eene meerderheid, die in hoofdzaak uit de
conservatieven en het centrum is samenge
steld. Intusschen ontbreekt het ook links
niet aan stemmen, die do voordracht, behou
dens kritiek op de onderdeden, in het alge
meen gunstig gezand zijn. Zoo schrijft de
Frankf. Ztg.
„Het zwaartepunt vau het wetsontwerp
-ligt voor ons in het syndicaatwezen, en de
regeering zou hare zaak zeer dienen, wan
neer zij in deze richting eene duidelijke stel
ling innam. Niemand wil de syndicaten on
derdrukken zij zijn een noodzakelijke vorm
van ons economisch leven. Wat wij echter
verlangen, is de behartiging van de rechtma
tige algemeene belangen. Ook tegenover de
syndicaten. Nu zijn juist in Westfalen stroo
mingen tot ontwikkeling in gang, die onze
volle aandaoht verdienen. Wij zien hoe som
mige werken uit den kring van de anderen
opschieten, hoe zich een streven naar aan
eensluiting van groote kracht baanbreekt en
hoe de gdheele richting uitgaat naar de vor
ming van groote, op trusts gelijkende ver-
eenigingen van kool en ijzer. Hier vormen
zich toekomstkrachten, die de staat zidh niet
over liet hoofd mag laten groeien. Reeds om
deze reden moet het. toetreden van den staat
tot het kolen-syndicaat, hoe onvoldoende
het ook nog zij, in de hand gewerkt worden.
„Daartoe noopt nog een ander gezichts
punt. Zoodra de staat lid van het syndicaat
wordt, is hij tegenover 'het algemeen verant
woordelijk voor zijn positie nemen. Het par
lement krijgt daardoor de mogelijkheid de
houding van den staat en daarmee de syndi
caat-politiek over 't geheel kritisch te behan
delen er wordt dus een verband gevormd
tusschen de openbaarheid en 1 et syndicaat.
Deze gewichtige mogelijkheid om licht te
brengen in een tot dusver duister gebied,
is door het geringe risico, dat aan het ver
krijgen van de Hibernia-aandeelen verbon
den is, zeer goedkoop gekocht."
Duitschland.
Berlijn, 5 Dec. De rijksdag zette he
den de behandeling voort over de be-
grooting en de twee militaire wetten. De
afgevaardigde Spahn (oenitrum) bracht de
handelsverdragen ter sprake. Hij verklaar
de dat Oostenrijk dwaalt, indien het mocht
geJooven dat wij, indien het handelsverdrag
niet tot stand komt, dien staat zullen be
handelen op voet van den meest begunstig
den.
De spreker verklaarde ten aanadea van
de militaire wetten, dat het centrum dit zou
goedkeuren, indien in de commissie aange
toond bon worden, da't de te verwachten
meerdere inkomsten des rijks de kosten, der
weerplichtwet blijvend zouden kunnen dek
ken.
Bebeil richtte in een langdurige rede hef
tige aanvallen op de regeering en het cen
trum. De wereld-politiek was oorzaak, dat
de thans aangeboden begroot»ig zoo buiten
gewoon troosteloos was.
Toen de spreker zeide, dat liet toltarief
door eeii schennis van het huishoudelijk
reglement van het Huis tot stand gekomen
was, werd hij tot de orde geroepen.
Berlijn, 5 Dec. In het vei volg van zijne
rede besprak Be bel de koloniale staatkunde
en daarna de militaire kwestien, waarbij hij
wees op de ontzaglijke kosten van de ma
rine. Hij zeide o. m. dat graaf Biilow, in
plaats van zich door een Brit-sch journalist
t,e laten interviewen, het eerst in den Rijks
dag een exposé van den toestand liad be-
liooren te geven; voorts dat Rusland het
handelsverdrag met Duitschland niet zou
hebben gesloten, wanneer het niet tot over
de ooren in moeilijkheden had gezeten. Het
Russische regeeringsstelsel is ingestort tot
heil van de geheide wereld en van het Rus
sische volk, want- daardoor wordt het volk
vrij. Ten slotte merkte hij op, dat het thans
arbitrage-verdragen regent, maar dat presi
dent Roosevelt tegelijk met zijne uit-
noodiging tot een tweede vredesconferentie
een buitensporig ontwerp tot uitbreiding van
de Amerikaansche oorlogsonarine heeft ge-
teekend. Duitschland heeft tegenover Japan
al een zeer lakse onzijdigheid getoond en
partij gekozen voor Rusland.
De rijkskanselier graaf Bülow antwoordde,
dat Behel s critiek de regeering niet zal be
letten elk streven naar vrede te bevorderen.
De sociaal-democratie wil geen onzijdigheid
in den ooi'log in het Verre Oostenzij wil
een oorlog met Rusland. Dat zou koren zijn
op den sooiaal-democratischen molenwij
willen ons echter niet mengen in Rusland's
aangelegenheden. Lieten wij zulk drijven
toe, dan zouden wij onze goede betrekkingen
met onzen buurman in de waagschaal stel
len.
„Het interview met den heer Bashford
diende alleen om het onkruid te wieden, dat
Britsche journalisten bezig waren te planten
in den akker van de Duitsche staatkunde.
Dat onze vloot uitsluitend ter verdediging
dient, staat vast. Ik kan mij niet voorstel
len, dat verstandige lieden een oorlog met
Engeland zouden wenschen, en ik ben van
oordeel dat wij, ook in de toekomst, zoo ver
het menschelijke oog die kan doorgronden,
het best gediend zijn met nandhaving van
onze vreedzame betrekkingen.
„Wat Zuidwest-Afrika betreft, hebben wij
het aan de opofferingen van alle zijden te
danken, dat de opstand van de Herero's na
genoeg onderdrukt is; met de Witbooi's ho
pen wij ook klaar te komen. Maar wij wil
len volstrekt niet dé uitgehongerde Herero's
neerschieten, wanneer zij tot ons teruigkee-
ren."
De rijkskanselier zette vervolgens de
plannen van do regeering betreffende Zuid
west-Afrika uiteen; hij wees er op, dat het
departement van koloniën gemaakt moet
worden tot een zelfstandig rijks-departeonent
en dat de organisatie van Duitschland's ko
loniale troepen gewijzigd moet worden. Hij
eindigde aldus:
„Onze uitgaven voor leger en vloot zijn
op verre na niet de grootste. Een verzeke-
rings-premie van iets meer dan eene milliard
voor de veiligheid van een volk, dat drie
milliard uitgeeft voor doeleinden des gees-
tes, is niet te hoog." (Toejuichingen rechts
en in het centrum.)
Morgen voortzetting van de debatten.
Frankrijk.
Parijs, 5 Dec. De Kamer weigerde met
322 tegen 228 stemmen de urgentie aan een
voorabel van Lazies tot intrekking van de
wet op de bouilleurs de cril (eigen brande-
wijnstokers), miadat de minister van financiën
Rouvier de quaest.ie van vertroiu/wen had
gesteld.
Engeland.
Londen, 5 Dec. Ten gevolge van de ge
vaarlijke ziekte wan de hertogin van Aoet-a,
verlaat- de Koningin van Portugal heden
Londen, om zioh haar Turiju te begeven.
Italië.
Het jong geboren Italiaansclie prinsje, de
eerste zoon van den Koning en de Koningin,
is verleden Zaterdag gedoopt Meter was de
Koningin-moeder Marghcrita; getuigen wa
ren die vorst van Montenegro, de Duitsche
Keizer en de Koning van Engeland, van wie
de beide laatsten respectievelijk door prins
Albrecht van Pruisen en. prins Arthur van
Connaught vertegenwoordigd w'aren.
Servië.
Weenen, 5 Dec. De Neue Freie Presse be
richt, dat de koning Groeios heeft opgedra
gen een gematigd kabinet samen te stellen.
Rusland.
Volgens het Finsche regeermgsblad heeft
de gouverneur-generaal aan den Senaat me
degedeeld, dat de Keizer beschikt heeft dat,
aangezien do deelneming aan do vergade
ring van den Landdag, volgens de verorde
ning oip dat lichaam, niet alleen recht, maar
ook plicht is, aan uit het land gezet >e
personen die voor den Lawddag gekozen wor
den of die familie-hoofden van erfelijke ge
slachten zijn, vergunning moet verleend wor
den om tob de sluiting van de zittiug in
Finland te vertoeven en de vergaderingen bij
te wonen.
Uit Warschau wordt aan de Slowo Poleaky
bericht, dat or onlaaugs onderhandelingen
zijn aangeknoopt tusschen de leiders van de
gematigde partij in Polen en de Russische
regeering met het doel ten deele tegemoet
to komen aan de door de Russisah-Poolsöhe
bevolking uitgedrukte wenschen. Als voor-
iooper van de onderhandelingen werd er aan
den minister van binnenlandsche zaken eene
memorie gezonden, die den toestand uit eco
nomisch en universitair oogpunt behandelt
en een weinig autonomie vraagt voor de ste
den van Russisch Polen. Eene deputatie van
den Poolschen adel, aau welker hoofd graaf
Jozef Potocki staat, bevindt zich thans de
Petersburg en tracht eene audiëntie te ver
krijgen bij den Czaar.
Turkije,
Saloniki5 Dce. Een Bulgaarsche bende
heeft uit weerwraak op den weg van Sero-
vitsj naar Katzmi acht Grieksche kooplieden
gedood.
Het schijnt, dat er een periode van we-
derrijidsche moordpartijen is aangebroken.
China.
De geaant van China te Weenen spreekt
in de Pol. Corr. tegen, dat er in China eene
dergelijke bewoging als die van de Boksers
in 1900 te verwachten zou zijn. Ook staan
aan het hoofd van het reeds belangrijk ge
reorganiseerde leger prins Tsjeng en de on
derkoning van Tsjili, Joeaoajikai, moderne
mannen etn besliste tegenstanders van de
Boksers. Hij kan het Euiropeesche publiek
slechts aanbevelen zioh ook in de toekomst
nriiet te laten verontrusten dooi' berichten
over dreigende massa-moorden van vreemde
ling"»1 in China. De toestanden in liet Clii-
neesche rijk zijn volstrekt niet zoo org als
de reep, dien reien er van willen laten uit
gaan.
Yereenigde Staten.
New-York, 5 Der.. De Herald bericht, dat
uit een onderzoek naar <le stemming onder
de leden van de bedde huizen van liet con
gres, die thans i'ui Washington zijn, blijkt,
dat zij, ongunstig gestemd zijiu voor de
tarief&herziening in de verhouding van 77
tegenover 22. Het blad c mcludeart- daaruit,
dat er geen vooi-stel tot- wijziging van het
tarief zal kamen gedurende het tegenwoor
dige congres.
Washington, 5 Dec. Staatssecretaris Hay
us bezig aan eeue nota aan de mogendheden,
die de Iiaagsche Conventie hebben omdler-
teekend, die een overzioh zal bevatten van
de antwoorden op zijne uitnoodiging tab een
tweede Vredesconferentie
Washington, 5 Dec. De zitting van het
congres word hedenmiddag geopend. Het
geheele kapitool was vol belangstellenden.
De Senaat en het Huis van Afgevaardigden
verdaagden de zitting, nadat oenigo zaken
van formeelen aard waren afgedaan, als blijk
van lm 1de aan wijlen de senatoren Hoar en
Quay.
De boodschap van president Roosevelt
werd heden niet gelezen.
De oorlog in Oost-Azië.
Van den oorlog zijn de volgende berichten
De Nowoje Wremja rekent met- de moge
lijkheid van den val van Port- Arthur en
houdt zich voor dat geval bezag mot de
eventueele herovering van de vesting door
de Russen. Het- blad zegt daarvan
„De heldhaftige verdediging van Port.
Arthur door generaal Stoessel en zijne ta
lentvolle onderbevelhebbers heeft getoond,
dat de vesting werkeliik onneembaar is, zoo
lang het garnizoen sterk gewoeg is en in
voldoende mate levensmiddelen en munitie
bezit. Met ergernis zouden wij de gedachte,
dat Port Arthur kan. vallen, verwerpen,
wanneer niet de Japasusche vloot er was, wan
neer het garnizoen ongehinderd versterkin
gen, oorlogsmaterieel en proviand kan krij
gen. Juist in zulk een toeftawd echter zul
len de Japanners zijn, wanneer zij door ons
leger in Port Arthur belegerd worden, en
wij hebben geen reden om aan te nemen, dat
rij zich met minider heldenmoed en kunst
zullen verdedigen dan wij. In ieder geval
mogen wij dezen factor niet ernstig in aan
merking nemen. Dan zal dus ons leger, tegen
welker flanken eene niet in de haven inge
sloten, maar vrije vloot opereert, Port Ar
thur iï:ot weer kunnen veroveren, hoe sterk
het ook moge rijn."
Zoowel de herovering als ook het ontzet
van Port Arthur acht de Nowoje Wremja
alleen met- hulp van de zegevierende vloot
mogelijk. „Ten slotte kan Port Arthur slechts
van het vasteland uiit ontzet- worden, maar
alleen de vloot kan deze mogelijkheid in het
leven roepen. Andbrs is wij herhalen beu
de bevrijding of herovering van Port Ar
thur evenzeer onmogelijk als in de 18e eeuw
Gibraltar niet van de landzijde kon worden
genomen, omdat het niet gelukte de En-
gelsohe vloot te verelaan, die de vesting van
tijd tot tijd van versterkingen, proviand en
oorlogsmaterieel voorzag. Wanneer Port
Arthur bij de aankomst van ons eskader
zich reeds in handen van de Japannere be
vindt en ons leger de herovering vau Port
Arthur tot taak heeft, dan kan het volbren
gen van die taak slechts warden ondernomen
mot de hulp van onze vloot, die de Ja pan
ache in een zeeslag bedwangen heeft."
Sedert den girooten slag aan. de SjaJio heeft
generaal Koeropatkin aan versterkingen
34,000 man en 72 kanonnen gekregen. Tegeu
einde December zal hij opnieuw 38,000 man
en 88 stukken geschut ontvangen hebben.
Deze cijfers noemt de correspondent van de
Standard in Odessa als authentiek. Wanneer
zij juist- zijn, dan zouden zij tot voorzichtig-
46 Naar het Engelsch
VAN
JOHN STRANGE WINTER.
Haar visiteboekje lag op de sofa, dicht bij
de rustbank, waarop zij, gezeten had. Ik stond
op om het te krijgen, zooatls ik voor iedere
oude dame gedaan zou: hebben. B aron as d'Ecie
stond er even op te wachten, en toen ik het
haai- toereikte, viel haar oog op den brief
I aan Lord Treherne, dien ik tege.n een vaas
op den schoorsteen had gezet.
Zij uitte een kreet van schrik en zag mij
aan, of ze mij geheel doorgrondde.
„Gij hebt Lord Treherne geschreven?" zei
de zij op vreeselijken toon.
„Dat is zoo," zeide ik rustig.
„Waarover?"
„Dat is mijn zaak, barones d'Ecie," zeide
I ik vlug.
„Ik verlang het te weten."
,Jk zal het u niet vertellen," antwoordde
ik vastbesloten.
„Lord Treherne is mijn neef," begon zij,
bijna stikkend van woede.
„Ik geloof niet, dat dit u het recht geeft
u met zijn correspondentie te» bemoeien," zei
de ik droogjes.
Ik dacht werkelijk een oogenblik, dat zij
een stuip kreeg. Zij schokte letterlijk van
drift.. „Ik zal aan uw moeder schrijven," riep
zij buit' n zichzelf.
Thans vond ik, dat ik het getier van de
oude dame lang genoeg verdragen had; nu
zlji onbeschaamd werd etn ging dreigen, be
gon ik kwaad te wordengc moet bedenken,
dat ik ook nog miaar een jong meisje wa3.
„Barones d'Ecie," zeide ik met een wan
hopige poging, om zeer bedaard te zijn, „lat
zou ik u in uw wtaats met? aanraden. Moe
der verlangt niet met u te twisten, maar,
ofschoon zij uw laatsten brief vrij goed ver
dragen beeft, niettegenstaande hij willens
onwaarheid bevatte, geloof ik. dat zij een
tweeden brief met- klachtan over mij lang
zoo goed niet zou opnemen. U hebt geen
enkel recht te vragen, waarom ik Lord Tre
herne een brief heb geschreven, zelfs al is
hij uw neefu hebt nog minder recht om,
zooals uw marnier van doen aantoont, te
kennen te geven dat ik daarmede iets ver
keerds heb gedaan. Gelooft u ook niet, dat
u er beter aan aoudt doen met te vertrekken
en te vergeten, dat er ooit zoo'n verschrik
kelijk persoontje op Gods aardbodem liestaan
heeft als Etheldreda Nugent? Ik heb beusch
niet de minste begeerte in uw herinnering
voort te leven.
Zij zag beurtelings paar mij en naar den
brief. Ik geloof, dat zij dezen wel zou willen
hebben wegpakken en mee naar huis nemen
maar haar laatdunkendheid en volkomen over
het hoofd zien vau de gevoelens, genoegens
en rechten van anderen deden haar zóó ver
toch niet gaan.
,.Ik verlaag mijzelf, meer woorden met ai
te verspillen," zeide zij minaohtgnd, terwijl
zij zich omkeerde om te vertrekken.
„Ik ben bet volkomen met u eens,' zeide
ik zaolit.
„Herinner u." zeide zij. zich nogmaals naar
de deur begevend, „ik heb u gewaar
schuwd
Zit ging werkelijk deaen keer. Ik hoorde
het portier dichtslaan en vervolgens het rij
tuig wegrijden.
Mevrouwi PoplinBrowne kwam haastig
binnenloopon.
„Arm kind," vroeg zij., „was zij erg ver
schrikkelijk? Het klonk akelig, dat- verzeker
ik u."
„Ja. zij was vreeslijk," zeide ik. Ik
ging op een stool ritten die het dichtst bij
stond. Ik was heelemaal op van de scher
mutseling. Eh ik beklaagde mijn armen God
fried van ganscher harte. Hoe good begreep
ik thans dat gevoel van Hildred Tregenna^
dat barones d'Ecie haar deed „kruipen,'' Zijl
had mij ook wel willen lat-ow kruipen, maar
de Nugents waren altijd klaar voor een ge
vecht, en ik was even bereid haar te weer
staan, als mijn vechtende voorvaderen ooit
geweest waren om rich te» verdedigen tegen
ty ran non in de middeleeuwen.
Den volgenden morgen vertrek ik om mijn
intrek te nemen in het huis van den grooten
schilder Clement Warrington.
Ik moet zeggen, dat ik stom van verbazing
was, toen de schitterende, roodkleurige deur
geopend werd, om mij m mijn nieuwe liuis
binnen te latenwant de meid had een
japon aan van ongeveer dezelfde kleur, met
een alleraardigst neteidoeksch boezelaartje
met lange binders, err droeg eeu Fransclio
kap met linten van dne centimeter breedte
die op haar rug fladderden.
Het was ook een aardig meisje en de hel
dere kleur stond haar uitmuntend. Zij lief
mij in een kamertje achter in het huis, gelijk
vloers met de straiat, dat. zooals ik later
hoorde, het „Prieeltje" werd genoemd.
Mevrouw Clement- bevond zich daar, en
toen zij mij te pemcet kwam, vond ik. dat
zij er nog vreemder uitzag, dan toen ik haar
's morgens in haar, eenvoudige ochtendjapon
gezien had. Zij uroeg namelijk een gekleede
japon van prachtig glinsterend goudlaken,
uoch blauw noch groen, maar ecu weerschijn
van beide kleuren. De tint was mooi genoeg,
maar de snit vond ik misselijk met ver
lof. ik kam. geen beter woord vinden. Er was
in het geheel geen lijf aan, maar slechts een
glad stuk, zooals aan oen ouderwetsche nacht
japoncon paar zeer wijde mouwen en de
rok, die b'j de schouders bogon, voltooiden
het geheel. Het was werkelijk dwaas!
„Ik was al bang dat gu niet komen zoudt-,"
zeide zij mij. zeer vriendelijk bei de handen
toestekend. „En mijn lieve Clement gaat
vanavond bij mevrouw San i tas dineeren eu
zou zich over mij bekommerd hebben. Nu kan
hij zich amuseeren."
„En wij zullen ons ook amusecren," zeide
ik viWijk, want de gedachte kwam plotse
ling bij mij op, dat dit- een bijzonder belange
loos vrouwtje was en juist iemand om
veel werk van te maken. „Mevrouw War
rington, vroeg ik, „houdt u vau knipperen?"
Zij keek mij vol verbaring aan. „Knippe
ren?" herhaalde zij. „Neen. is het iets om
op te eten, of is het een spel?"
HOOFDSTUK XXIII.
Het knipperspel.
Dien avond legde ik mevrouw Clement
zorgvuldig het knipperen uit, en zij raakte
er op verzot als een eend op het water. Men
doet dit spelletje voornamelijik, als men zich
verveelt en geen zin heeft in lezen of naaien.
„Noem mii liever niet „mevrouw Warring-
ton", zeide zi: tot mij, toen ik mij voor het
diner gekleed had en weer naar het „Priëel-
tje" was gegaan. „Ik ken mijzelf ternauwer
nood mot dien naam iedereen noemt mij
„mevrouw Clement" dit is mijn ©ere
naam."
Ik lachte haar bijna in haar gericht uit;
gelukkig kon ik mijl nog bedwingen, want
juist op dat' oogenblik kwaan Clement bin
nen. Hij zag er zeer flink en keurig uit in
zijn avondtoiletom door een ringetje te
halen. Zijn overhemd was smetloos wit en
door de uitgesneden jas zeer zichtbaar; mid-
denop schitterde een groote opaal in dia
manten gezet. Hij was bijzonder mooi, maar
zijn haai', dat ik van te voren achteloos op
zijn voorhoofd had ziein hangen, wo3 nu ge
kruld en gefriseerd tot dikke golven aan
weerskante!» van rijn mooi gelaat en 'had
nu veel van. een pruik.
Mevrouw Clement- stond op en kwam zaoht
over het kostbare tapijt naar hem toe.
„Liefste," zeide zij, pauzeerende dan weer
even, „ge ziet er vanavond goddelijk uit
ik benijd iedereen, dien ge bij mevrouw Sa-
nit-as ontmoet."
„Lieveling!" kirde hij terug. Ik wondde
het hoofd af, maar hijj kreeg mij in het oog
en zeide: „O, juffrouw Nugent!" en stak mij
de hand toe. „Altijd nog in het znv-art
zeide hij vriendelijk, „gij brengt een wan
klank in onze harmonie.
Hij zwaaide met de hand in hot rond om
aan te toonen, dat hij de uitwendige harmo
nie van hun omgeving bedoelde. Ik lachte
ondanks mijzelf, "maar in mijn eigen ooien
klonk het als heiligschennis.
,/Dlat hoop ik niet," zeide ik, ,,wa.nt u
weet. dait ik daarvoor niet. hier gekomen bon,
integendeel. U ziet, dat ik in den rouw ben.
Wordt vervolgd.