KOLONIËN.
BINNENLAND.
avond van don dag, waarop zijn arrest werd
opgeheven, waa er een© sohitterende recep
tie, waarop hem veel eer bewezen werd.
Thans is kapitein Klado naai- Parijs ver
trokken in het gevolg van admiraal Kasna-
kow, den vertegenwoordiger van Rusland in
de international© commissie tot onderzoek
van het Doggersbank-incident. Zooals be
kend is, is hij een van de vier marine-offi
cieren, die in Vigo van het Russische Oost-
zee-eskader aan land zijn gegaan om als ge
tuigen voor de commissie op to treden.
De leden van deze commissie zullen mor
gen door president Loubet ontvangen wor
den. Zij zullen dan bijeenkomen tot. verkie
zing van het vijfde lid der oommissie. Waar
schijnlijk zal de keuze vallen op den Oosten -
rijkschen admiraal baron Sparon.
Japan heeft langs diplomatieken weg in
lichtingen laten inwinnen naar aanleiding
van do geruchten, dat Argentinië en Chili
oorlogsschepen aan Rusland zouden willen
overdoen. Argentinië ontkende beslist daar
toe ecnig plan te hebben, maar van Chili
kreeg men een ontwijkend antwoord. De ge-
dacéitenwisseling op dit stuk duurt voort.
De openbar© meening in Japan is zeer
verstoord op Chili. Een officieel persoon ver
klaarde, dat wanneer Chili den koop mocht
sluiten, Japan onverwijld krachtige maat
regelen zou nemen.
Het politiegerecht in Bowstreet (Londen)
heeft bevelen tot inhechtenisneming uitge
vaardigd tegen Rocho en Sinnet, de beide
personen die betrokken zijn in de levering
van den torpedojager Carolina van eene En-
gelscho werf aan Rusland. Men gelooft, dat
deze twee than» in Parijs vertoeven, en dit
is geep misdrijf waarvoor uitlevering kan wor
den verkregen.
De begrootingsoommissie van het Japan-
sdhe parlement heeft eenstemmig de aanvra
ge der regeering van 700 millioen yen voor
oorlogsdoeleinden toegestaan. De Japanse he
Kamer heeft met na algemeene stemmen
de begrooting goedgekeurd.
Allerlei
vBfij wijze van kerstgeschenk,
heeft John D. Rockefeller, de petroleum-
koning, 7,200,000 gulden aan de Cnicagosche
hoogeschool geschonken voor de stichting van
een polytechnische school. Alle verdere on
kosten zullen eveneens door Rockefeller be
streden worden.
vTe Heidelberg wordt nu zoo spoedig
mogelijk begonnen met den bouw van het
„Institut für Krebsforsahung", een gesticht
voor wetensch appelijjk onderzoek betreffende
kanker cm verpleging van lijders aan die
vreeselijke ziekte.
Dit gesticht, do eerste groote inrichting
vam dien aard in Duitschland, alsook in
Europa., wordt gebouwd voor een som van
250,000 Mark door onbekende gevers «Jaar-
voor bestemd, met ondersteuning der groot
hertogelijke regeering, die de noodige gron
den er voor afstond en die een aanzienlijke
som op de begrooting zal brengen voor het
gesticht.
Men hoopt het „Institut" tegen Pascihen
1906 te kuuinen openen.
vTe Johannesburg is dezer dagen in
het hartje van de stad een park geopend,
dat den naam heeft gekregen van Jou-
b o r t-P ark.
vEen automobiel-sneliheilsrecort is, vol
gens een bericht uit Fresnocity (California)
gemaakt door den heer Barney Oldfield, die
mot een automobiel 50 Eng. mijlen aflegde
in 48 minuten 39 1/5 see
vUit de Riviere houden de berichten
van ongunstig koud weer aan. Dc bloemen
worden elke wéék schaarseher en de kwee
kers zijn genoodzaakt de planten te bescher
men tegen koude en vocht.
In de omstreken van Cannes telt men
reeds een millioen broeiramen!
vDr. Ls Roy Chadwick, de man der
„Amerikaansche mevrouw Humbert", be
vindt zich te Parijs.
Volgens een gerucht s»u de Amerikaansche
regeering zijn uitlevering aanvragen.
Mevrouw Chadwick heeft niets gezegd wat
zijn medeplichtigheid aan do groote oplich
terijen kon dien vermoedenmaar men kan
zich niet voorstellen dat die geheel buiten
hem om zouden zijn gegaan.
vTe Inwauowa Wesohneeenks (Rus
land) is ecu dief gevangen in een groote
brandkast, waai- hij was ingebroken en wel
ker deur toevallig dicht viel.
Hij bleef daar van lucht verstoken was
hij niet vijf dagen vóór men hem ontdek
te. cn in zijn razenden honger at hij bank
biljetten en lederen ruggen van de koop
mansboeken, welke in den brandkelder la
gen geborgen
vEen vreeeelijkc ontploffing heeft ren
7i urwerkfabrisk te Pa Jii in Italië geaori
verwoest. Een tiental personen waren in
deze fabriek, boebekoaremde aan de weduwe
Scdiiavo, bezig aan het vervaardigen van
bommen en ander ontploffingstuig, waarbij
dyramiet wordt gebezigd. Gisteren, na af
loop van den arbeid, trad zekere Pepe et
een© brandende kaars in het lokaal, waar d©
ontploffingsstoffen geborgen zijp. Kort daar
op had eon© vreeeelijke ontploffing plaats,
waaid'oor de gehoede fabriek in de lucht
vloog. Drie werklieden, waaronder Pepe,
kwamen bij deze ramp om het leven. Hunne
lijken waren gohool verkoold en bijna on
kenbaar. Een mam en twee meisjes, die zich
op het oogemblik der ontploffing nabij de far
briek bevonden, bekwamen verschrikkelijjko
brandwonden.
De eigenares der fabriek, die voor de op-
richting ervan niet de voreischte toestem
ming van overheidswege had gekregen, is in
hechtenis genomen.
vIn de Amerikaansche stad Minneapo
lis heeft een ernstige brand gewoed, welke
uitbrak in een magazijn van photographic-
artikolen en ook aangrenzende huizen aan-
trastte, voor wel 3 millioen dollars schade
veroorzaakt.
Twee brandweermannen en een ander man
kwamen om het leven.
vIn een badinrichting van de Poolsdhe
katoenstad Lodz zijn 31 leerlingen door ko
lendamp bedwelmd.
Adht-en-twintig konden weder tot bewust
zijn worden gebracht. Drie bleken cood te
zijn.
OOST-INDIË.
Men seint uit Kot a-Rad ja aan do Tele
graaf
„In het Lho-Seumawehscho is luitenant
Odsburg door een rentjongsteek in den buik
levensgevaarlijk verwond."
[Vermoedelijk is bedoeld luit. J Ouds
burg, gob. in 1876, die in Juli 1899 tot offi
cier benoemd werd].
Omtrent de vermoedelijke of mogelijke
maatregelen door den gouverneur-generaal
van Ned.-Indië te nemen ten opzichte van
do Zuider- en Oosterafdeeding van Borneo,
deelt men aam de „N. Ct." als vaststaand
mede, dat de resident van genoemde afdeo
ling met don luitenant-kolonel van den go
ner alen staf G. C. E. vam Daalen in com
missie gesteld is om voorstellen te doen ton
opzichter der inrichting van het bestuur en
de militaire bezetting in dat gewest.
Z.Exc. wenscht verder volledige voorstel
len te ontvangen om aam de thans bestaande
verwikkelingen in de Boven-Doeeoem, de Bo
ven-Kapoeaa en de daaraan grenzend© stre
ken voorgoed een einde te maken, en daarbij
zoo mogelijk gebruik te maken van inilamd-
sche hulptroepen.
Voorop stelt Z.Exc., dat wijzigingsvoorstel
len in overeenstemming moeten zijn met de
opbrengsten van het gewest zelf, zoodat de
meest mogelijke spaarzaamheid zal warden
betracht en aooveol mogelijk het beginsel
vaal Z.Exc. doorgevoerd, nl. dat ieder gewest
hoogstens uitgeeft wat liet opbrengt.
D© door den resident gedane voorstellen
ten opzichte van de middelen van vervoer em
verbindingen met het binnenland zijn door
Z.Exc. aangehouden ter nadere overweging
en zullen in verband met het uit te brengen
rapport besproken worden.
De insinueerend© critiek in de Indische
pers over het beleid van den resident van
het bovenbedoelde gewest, wordt bier door
het bovenstaande in het daglicht gesteld,
dat zij verdient.
Kameroverzicht
Tweede Kamer.
Vergadering vam Zaterdag 17 December.
Geopend; 10J ure.
Staatsbegrooting 1 9 0 5.
Hoofdstuk IX (W., H. en N.)
De beraadslaging wordt voortgezet en
wel over de afdeeling Z e e v i s s c h e r ij. e n.
De heer Pijnacker Hord ij k dringt
aan op wettelijk toezicht óp de zeewaardig
heid vam aeevissehersvaartiugen. en op spoe
dige opneming der zeevisschers in de Onge
vallenwet, waartoe reeds een wetsontwerp is
ingediend, doch dat nog op behandeling
wacht.
Do heer Duymaer van Twist wijst
op de groote belangrij kheid der Zuiderzee-
vissóberijt, die met totalen ondergang be
dreigd wordt door het vdsschen met de kuil.
Spr. dringt er op aan, dat de Regeering
spoedig hieraan paal en perk stelle.
De heeren Melc'hers en Sluijs sloten
zich aan bij hetgeen door de beide vorige
sprekers is aangevoerd.
De Minister kan niet de stellige ver
zekering geven, welke dle> heer Pijnacker Hor
dijk zoo gaarne van hem zou hotoren. Ben
ernstig onderzoek is vooraf noodig. Een aan
tal ongevallen staan niet in verband met
de zeewaardigheid der schepen.
Die minister herinnert aan den strijd, die
hier sedeit jaren over het visscihen met den
Wonderkuii is gevoerd. De armoede der Vo-
lendammers kan niet aan dien kuil worden
toegeschreven. De Minister wacht nadere rap
porten der Visscherij-Commissie in.
Bij- artikel 165 (uitgaven in het buitem-
laoid ter bevordering van den zalmrijkdom
der rivieren) dringt, de lieer Fock aan op
bevordering van de kunstmatige zalmteelt
en op scherper toezicht op de naleving van
het ZaJmtractaat door Duitschland.
M iju w e a e n.
De heer Nolens wijst er op, da.t door
de syndicaten, welke zich tegenwoordig in
Duitschlamd' en België hebben gevormd, het
stilliggen van tmijmen aan de orde van den
dag. Zeer juist heeft de minister Lely den
goeden weg ingeslagen om dat voor ons land
te voorkomen. Spr. dringt er op aan dat bij
den ailgemeenen maatregel van bestuur be
treffende de Mijnwet, .rekening zal gehou
den worden met die ervaringen in andere
lamden, opgedaan en met de wemschen der
ntijinwlerkersvereenigingen. Verder dringt
Spreker er op aan met dien alggmeenen
maatregel van bestuur zooveel mogelijk spoed
te betrachten.
De Minister antwoordt, dat het ont
werp voor den algemeenen maatregel van
bestuur zoo krachtig mogelijk is ter hand ge
nomen. Het is een reuzenwerk, dat echter
binnen enkele weken gereed zal zijn. Het
advies zal worden gehoord van werkgevers
en werkne' ers. Op beider oordeel stelt de
minister prijs. De verschillende wenken van
den heer Nolens zullen de aandacht der
Regeering niet- ontgaan.
Bij art. 177 (kosten van ontginnen bij'
den Staatsmijndienst) licht de heer Van
F o r e e s t een amendement toe, strekkende
om dit artikel te verminderen met f 13,400.
Ook hier geldt het weer den bouw van wo
ningen. Spr. geeft toe, dat hij ter plaatse
niet bekend is, maar nu stelt hij de vraag
aan den ministerzijt gij daar ter plaatse
bekend; weet gij welke moeielijkheden aan
den bouw verbonden zijn; kent gij daar de
arbeidsloonenweet gij of er geheid moet
worden enz. De minister vreest, dat er geen
werklieden, metselaars on timmerlieden te
krijgen zullen zijn, maar laat hij die vrees
gerust laten varen. Waar kikkers zijn, zijn
ooievaars en waar gebouwd wordt, komen
werklieden wat graag. Intusachen, Spr. voor-
net het lot van zijn amendement en daar
om wijzigt hij het, en stelt voor den post
met f 25 te verminderen.
De lieer S o ii a p e r vindt, dat de heer
Van Foreest zijne positie verzwakt door er
een relletje en een spelletje van te maken.
Hij stelt voor eene vermindering met f 25,
de minister neemt dat over en op die ma
nier wordt er een potje van gemaakt. Dat
is geen manier van werken.
De heer D r u c k e r meent, dat de dis
cussie aan den minister den indruk moet heb
ben gegeven, dat vele leden twijfelen, of
aan Waterstaat de noodige zuinigheid wordt
betracht. Daarom dringt Spr. aan op over
legging van de plannen, be-tekken enz., die
voor deu bouw hebben gediend, dan heeft
de Kamer daarin naderhand een maatstaf.
De heer Krap zegt, dat de ingenieurs
van den Waterstaat niets met den bouw te
maken hebben. Alle® is voorbereid door dien
zuinigen Mijnraad, waarop de heer Van Fo
reest zich beriep.
De Minister antwoordt, dat elke aan
gevraagde som reeds is toegelicht en de be
merkingen zijn beantwoord. Intusschen is de
minister bereid plannen er. rekeningen over
te leggen en alle inlichtingen te geven, als
zulks gevraagd wordt.
De heer Drucker vind', dat de minis
ter het der Kamer niet aangenaam en ge
makkelijk maakt. Hij herhaalt zijn vraag en
verzoekt den minister ook ongevraagd die
inlichtingen te even, gei' v meermalen ia
gesdhied bij afzonderlijke nota. Wil de mi
nister die toezegging niet doen, dan zal Spr.,
hoe onaangenaam hem dit ook is, naar een
vorm moeten zoeken om den minister tot
een antwoord te dwingen.
De Minister wil volstrekt geen onaan
gename discussie uitlokkeu en zal voldoen
aan het verlangen van den heer Drucker.
Op artikel 178 (oprichting van een bureel-
gebouw voor de Centrale administratie) is
een amendement voorgesteld door den heer
V an Foreest om den post voor Memorie
uit te trekken.
De heer De Savornin Lohman
maakt bezwaar tegen het amendement. Met
een memoriepost is de Minister niet gehol
pen. Er moet geld zijn.
Dé heer Dé Stuers zal zich herinneren dat
vroeger juist geklaagd werd over het dure
bouwen aan Binnenl. zaken, speciaal door de
afdeeling van den heer De Stuers. Dé heer
Dé Stuers herinnere zich maar eens het Gou
vernementsgebouw te Direnthe.Spr. 'blijjft de
aanneming van het amendement ontraden.
De Minister deelt mede, dat het ge
bouw 23 vertrekken zaïl krijgen on een in
houd zal hebben van 7488 kubieke Meters.
Dé heer De Stuers constateert, dat de
Minister zicih nu eenigszins welwillender be
toomd heeft. Hiji zou dus verder van het
woord kunnen afzien, wanneer de heer
Lohman niet tot een gedeeltelijk persoon
lijk feit was gekomen met zijne verwij
zing naar het Gouvernementsgebouw vau
Drenthe. Daarbij heeft de heer Lohman tot
zijn schande
Be Voorzitter verzoekt. Spr. dat
woord terug te nemen.
De heer De Stuers vervolgende, zegt
dat de Voorzitter uit het volgende verhaal
zal hooren dat het gebruikte woord juist
was Spr. herinnert dan aan de geschiedenis
van het Gouvernementsgebouw te Drenthe.
Bij de discussie noemde de heer Lohman de
raadslieden van den Minister bedriegers en
stommelingen welke uitdrukkingen later zijn
verzacht tot misleiders en onkundigen. Spr.
woonde in de Engelenbak die discussie bij
en stond machteloos, maar hij dacht voor
mij zal de gelegenheid om af te rekenen nog
wel eens komen. En ziet zij is gekomen. Spr.
heeft zich voorgenomen deze heele geschie
denis nog eens in een© brochure te relevee-
ren. Toen de heer Lohman minister werd
heeft Spr. hem de zaak uitgelegd en toen
zieide de heer Lohman, 't spijt me, maar ik
heb gezeild op het kompas van Van der
Feltz.
De heer van Foreest is nu voldoende
ingelicht en trekt zijn amendement in.
De heer L o li m a n zegt niet liet oog ge
had te hebben op den lieer Da Stuers als
referendaris, maar op Binnenlandsche Zaken
in het algemeen. De geschiedenis van het
Gouvernementsgebouw in Drenthe kan men
in de Handelingen vinden en Spr. gaat daar
niet verder op in.
De heer Van Kol ©spreekt de wornu-
ziekte -en dringt aan op deugdelijke bestriji
ding daarvan.
De Minister is gaarne bereid aan
de geneeskundigen in Limburg dé noodige
wenken te geven.
Landbouw.
De heer Schaper wenscht te spreken
over een verschijnsel, dat hij zou kunnen
noemen een gevolg van Mecklenburgsche be
schaving.
De Voorzitter verzoekt Spr. zich te
matigen.
De keer Sch a.per, vervolgende, wijjafc
op oen bericht in de Telegraaf, waarin werd
medegedeeld, dat in dé Soerensche bosschen
een aantal wilde zwijnen zijn losgelaten om
aan te fokken en oan later op te jagen. De
jacht is h'er niet aan de orde, dus bepaalt
Spr. zich tot den Landbouw. Nu heeft hij ge
hoord dat die Everzwijnen in het groot doen.
wat de hazen in het klein doen. Eh eene
afrastering beteekent voor lien niet®, want
zij wroeten er onder door. Bovendien zijn
die zwijnen zeer gevaarlijk, gelijk blijkt uit
oen bericht, waarbij een jager werd aange
vallen. Wait moeten zij dan wel voor vrou
wen en kinderen zijn. Spr. vraagt of de mi
nister van plan is iets te doen tegen import
van dergelijke dieren.
De heer Brants merkt op, dat wild©
zwijnen niet aanvallend optreden. Zij gaan
bij liet minste gerucht aan den haal en zijn
al blij als zij niet lastig gevallen worden.
De Minister meent ook dat het ver
wijt van den heer Schaper ongegrond is. De
quaestie van het grensverkeer zal de Min.
nagaan en hij zal zoo noodig in overleg tre
den met zijne ambtgenooteni van binnen- en
buiten!andsche zaken. Aan den heer Scha
per antwoordt de Minister dat zwijnen, voor
zoover hij weet, niet zoo gevaarlijk zip.
Mocht het komen tot invoer van leeuwen en
tijgers voor jachtvermaak, dan zal dé Jacht
wet moeten worden herzien.
Bij artikel 227 (Veeartsenijschool) dringt
de heer Brants aan op bespoediging der
reorganisatie van de veeartsenijschool in het
belang van den landbouw en op betere rege
ling der vivisectie.
Posterijen,
De heer Ketelaar wenscht. een woord
te zeggen over den voorgestelde n post tot
tracteraentsverhooging em spreekt er zijne
verwondering over uit, dat de som die heet
uitgetrokken te zij© voor lotsverbetering van
het personeel, daarvoor blijkens de Mem. v.
Antw. niet gebruikt zal worden, omdat eon
eind gemaakt moet worden aan de spora
dische verbeteringen, die vervangen, moeten
worden door een definitieve. De geest van
het personeel wordt daardoor ontstemd, want
jaar op jaar wordt de menschen wat be
loofd, wat zij toch niet krijgen. Nu zal de
toegezegd© verhocging weer pas ingaan 1
October 1905.
Met het ingediende wetsontwerp is de aan
leiding voor Spr.'s interpellatie vervallen en
hij trekt deze dus in.
Vervolgens komt Spr. op tegen de zooge
naamde rechtspositie van de ambtenaren,
waarin; men de zaken op zijn kop zet. Spr.
vraagt of het .noodig was voor inspecteur der
posterijen en telegrafie iemand uit het leger
te benoemen, terwijl er zooveel geschikte
ambtenaren waren.
Hij komt nu tot de bekende zaak Lint
huis. In het lijvige rapport komen zinsne
den voor, die op Spr. den indruk maken, dat
de man gezocht is. In de aanschrijving van
den directeur, dat de zaak zoo objectief mo
gelijk behandeld moet worden, leidt Spr.
af, dat dit niet altijd gebeurt. Tal van grie
ven worden tegen den man aangevoerd, die
onjuist of overdreven waren. Spr. ziet in het
optreden van den directeur Chevalier een
minder goede gezindheid tegen leden van
den bond „de Post'
De heer Van Asch van Wijck
vraagt opheffing van het afhalen van druk
werken op Zondag en opheffing van den
postpakketdienst op Zondag.
De heer Nolting is geen voorstander
van het fooienstelsel, maar voor de post- en
telegraafbestellers toch had hij het liever be
houden, omdat het feitelijk een deel van het
tractement uitmaakt.
De heer De Klerk keurt het bestellen
van telegrammen af door jongens van 16 tot
20 jaren. Ook Spr. komt er tegen op, dat
de minister geld, dat hem is toegestaan voor
lotsverbetering der ambten, daarvoor moet
gebruiken.
De heer Tydeman betreurde het, dat
de minister zoo weinig voortvarend is in de
uitvoering der telefoonwet.
Verctei klaagt Spr. over de to groote krin
gen en te hooge tarieven.
De heer Roessingh zet uiteen, dat de
brievengaarders door opheffing der hulpkan
toren in slechter conditie gekomen is.
De heer V a n V 1 i e t betreurt gelijk bijna
alle voorgaande Sprekers met hem het geld
voor lotsverbetering van het personeel, hun
toegestaan, daarvoor niet gebruikt heeft.
De heer Smeenge sluit zich hierbij aan.
Om kwartier over ze® wordt het debat
verdaagd tot een nadier te bepalen dag.
Héden halftwee Bhnnenlansclie Zaken.
Berichten.
De Staatscourant van Zondag 18 en
Maandag 19 Dlecember 1904, bevat de vol
gende Kon. besluiten
op verzoek eervol ontslagen uit den zee
dienst de luitenant ter zee 2e klasse J. W.
J. baron van Haersolte.
op non-activiteit gesteld de kapitein C. P.
Koene, van het 1ste regiment infanterie.
Het Koninklijke Echtpaar is Zater
dagmiddag met gevolg van het Loo in de
residentie teruggekeerd met een extra-trein,
die tegen 4 uur het Staatsspoor-station bin
nenst oomde.
Ter begroeting waren daar aanwezig de
burgemeester der residentie, baron Sweerts,
de gouverneur der residentie, generaal Van
Ermel Soberer en baron Bentinck, opperstal
meester.
De Koningin, die er welvarend uitzag,
was gekleed in grijs wandeltoilet en hield
een ruiker in. de handde Prins was in
hu-rgerkleeding.
Zoowel H. M. als Z. K. H. onderhielden
zich eenige oogenhlikken met de aanwezige
autoriteiten, de Koningin in het bijzonder
geruimen tijd met den burgemeester.
Buiten het perron in de Rijnstraat en
langs den verderen weg stond een talrijk
publiek, dat liet Koninklijke Echtpaar har
telijk begroette.
In een gesloten gala-liofrijtuig werd eerst
naar het Paleis van H. M. de Koningin-
Moeder in het Voorbout gereden en na het
bezoek aldaar, naar het Palais in 't Noord
einde.
De gewone audiëntie van den minister
van justitie zal Woensdag 21 December e.k.
niet plaats hebbendie van den minister
van oorlog zal op Donderdag 22 December
e.k. niet plaats hebben, en die van den mi
nister van waterstaat, handel en nijverheid
zal tot nade^ aankondiging niet plaats heb
ben.
Conferentie Hospitaal-
schepen. De conferentie is Zaterdag on
der voorzitterschap van den heer De Meubel
vergaderd geweest en heeft het door de com
missie aangeboden ontwerp-verdrag bijna on
veranderd aangenomen.
Men verwacht, dat het verdrag Woensdag
e. k. zal worden onderteekend.
De voorzitter heeft in de vergadering me-
dedeeling gedaan van het van H. M. de Ko
ningin ontvangen© antwoord op het aan
H. M. gezonden telegram van hulde.
Aan het diner van den minister van
Buitenlandsolie Zaken aan d© internationale
con fe i-en tie betreffende de hospitaalschepen
in oorlogstijd hebben alle gedelegeerden be
nevens de secretaris van liet congres deelge
nomen.
Na afloop was er ten huize van Melvil
baron van Lijnden eene receptie, w'aarbij de
vreemde vertegenwoordigers gelegenheid had
den kennis te maken met verschillende auto
riteiten uit de officieel© en diplomatieke
kringen.
Op 17 December 1904 heeft aan het
ministerie van buitenlandsche zaken te
's Gravenhage de onderteekening plaats ge
had van een verdrag met het Duitsche rijk
betreffende de boe'ating, vestiging en uitzet
ting van wederzijdsche onderdanen op we-
derzajdsclx staatsgebied.
Aan de bewerking van een wetsont
werp tot het instellen van een consignatie
kas ward aan het departement van Finan-
cdëu de laatste hand gelegd.
Bij de Kamerverkiezingen in 1905 zul
len de sooiaa.l-democraten candidaat stellen
in district 's Gravenhage I Bergmeyer, en
in 's Gravenhage III mr. Troelstra, terwijil
over district II later zal worden beslist.
Generaal Rooseboom, laatstelijk gou
verneur-generaal van Ned.-Indië, is van plan
in de residentie aan te komen a.s. Dinsdag
20 Deo,, 's avonds 8 uur 33 Holl. station.
Ingevolge Koninklijk besluit van .14
December 1904 no. 42, wordt Hr. Ms. fregat
Van Speyk met 1 Januari 1905 te Willems
oord in dienst gesteld, met bestemming om
dienst te doen als instructieschip voor de
werf divisie. Bij gemeld besluit is het bevel
over dezen bodem met- dien datum opgedra
gen aan den luitenant ter zee der 1ste kl.
C. C. Zegers Rijser, adjudant in buitenge-
wenen dienst van ii. M. de Koningin.
Blijkens ministerieel© aanschrijving is
bepaala, dat thans geen landverhuizers, van
welke nationaliteit ook, aan de grenzen van
het Rijk mogen worden toegelaten, die niet.
in het bezit zijin van een politiekaart door
de autoriteiten in de havensteden afgegeven.
Tot nu toe gold deze bepaling alleen voor
Russische landverhuizers.
Bij koninklijk besluit van 15 December
1904, no. 35, is, met ingang van 20 Decem
ber 1904, benoemd tot kanto n recht er-plaats
vervanger in het kanton Boxmeer, J. L. Ba
ken, secretaris déa* gemeente Boxmeer.
Pief. dr. H. J. Hamburger, te Gro
ningen is benoemd tot correspondeerend
Liid der Société royale des inédioales et natu
relles te Brussel.
Men schrijft uit 's Gravenhage
Te Scheveningen is in, den ouderdom van
72 jaar overleden dr. P. M. S. Kros, practi-
seerend geneesheer, directeur van de zieken-
inrichting Villa Elisabeth, aan de Parklaan
aldaar.
Dr. Kros, die uit Zeeland hier heen kwam,
genoot het vertrouwen van zeer velen, die
zich in den loop der jaren onder zijn behan
deling stelden. De inrichting voor zenuwlij
ders, aan het hoofd waarvan hij stond, kwam
door zijn initiatief tot stand en van af dien
tijd heeft hij steeds zijn beste krachten aan
de inrichting gewijd-
De begrafenis is bepaald op Dinsdag 114
uur, van af het sterfhuis naar Oud Lik en
Duinen.
Ph. Sadée, de bekende kunstschilder,
is Zaterdagmiddag door tal van zij|n 'kunst
broeders en vereerders naar zijn laatste rust
plaats gebracht. Onder de velen die zich op
de algemeene begraafplaats te 's Gravenhage.
hadden vereenigd, om blijken te geven van
belangstelling en deelneming in het gevoelige
verlies dat de Nederlandsche schilderschool
heeft geleden, behoorde in de eerste plaats
het bestuur van „Pulohri Studio", dat van
de Academie van Beeldende Kunsten, terwijl
de Hollandsicihe Teekenmaatsoh appiji werd
vertegenwoordigd door Willem Maris„Arti"
uit Amsterdam door Bart van Hove en Van
deu Hulk, al welke genootschappen of maat
schappijen ook kransen hadden gezonden.
Verder werden nog opgemerkt. Klinkenberg,
lid van do Commissie voor de Koninklijk.-
subsidies, waarvan ook Sadée deel uitmaak
te Willy Martens, Henkes, Louis Apol, Wil
lem Muller, Roeraieester, Roelof®. Ter Meu-
len, Arntzenius en vele andereu.
Bij verhindering van Mesdag wegens
een lichte ongesteldheid huldigde de heer
Jansen, namens Pulcbri, de verdiensten van
Sadée; Bart van Hove sprak een woord van
hulde namens de Maatschappij „Art-i", waar
van Sadée een hoogst verdienstelijk lid wa®,
gelijk hij een eervolle plaats innam in de
hedendaagse lie kunstwereld, zoowel in ons
land als in het buitenlandterwijl mr.
Snouck Hurgronje, namens de Haagsche Aca
demie met waardeering gewaagde van deu
ijjver en de toewijding van Sadée, op wiens
oordeel door den Raad van bestuur, waarin
hij gedurende 15 jaren zitting had, bijzonde
ren prijs werd gesteld.
Onder nederl egging van een bloemstuk op
het graf, nam ten slotte de oud-referendaris,
de heer Alm, afscheid van Sadée. met wien
hij door een vriendschap van bijna 60 jaren,
wa® verbonden.
Nadat een der familieleden ----- de betoon
de deelneming had bedankt, was de plechtig
heid geëindigd.
In de Dénderdag gehouden vergadering
der Kamer van Koophandel van Dordrecht
was ingekomen een schrijven van den secre
taris mr. J. C. Stoop, .dat hii niet voor een
herbenoeming in aanmerking wenscht© te
komen.
Aan het einde der vergadering nam de
voorzitter, de heer J. van Oldenborgh Hzn.,
afscheid van de leden. Hij was 26 jaar lid'
van de Kamer, waarvan 7 jaar voorzatter.
Dé voorzitter der Kamer van Koop
handel te Nijmegen, de heer F. T. J. H.
Dobbelmann, die einde 1904 als lid aftreedt,
en zijn mandaat niet vernieuwd wenschte te
zien, werd in de vergadering van Donderdag,
de laatste die hij leidde, toegesproken door
den heer Diebeis, plaatsvervangend voorzit
ter, die te kennen gaf, dat de Kamer, of
schoon zij het besluit van den heer Dobbel
mann eerbiedigt, diens heengaan betreurt.
Spreker zeide den heer Ddbbelmiann namens
de Kamer dank voor alles, wat- hij gedurende
bijna 30 jaren in het belang van Nijmegen'®
handel en nijverheid had gedaan of helpen
tob stand brengen, en bood hem namens alle
leden en den secretaris als blijk van hulde
aan een kloek beeld, voorstellenden den ar
beid, als een© herinnering aan het arbeidza
me leven van den scheidenden voorzitter.
De heer Débbelmann, blijkbaar verrast
door dit geheel onverwachte huldebetoon, be
tuigde in hartelijke bewoordingen dank.
A.s. Donderdagavond zal de Vereeni-
ging „Moederland en Koloniën" te 'a Gra
venhage eene openbare algemeene vergade
ring houden, waarin de heer P. J. Koore
man, oud-resident, een voordracht zal hou
den over „het debat in de Tweede Kamer,
betrekkelijk het rapport Rhemrev".
De Ned. Gustaaf Adolf Vereeniging
beeft van een onbekende een gift van f 500
ontvangen.