304, Maandag 8 Mei 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. EEN PRINSES. ïfde Jaargang. AMERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post Afzonderlijke nummers 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF 6 C». Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIÉN: f 0.75. - 0.15. Van 16 regels Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Oe soheiding van Kerk en Staat in Frankrijk. Wanneer de Fransche Kamer den 15en Mei, ma het einde van hare Paaachvacantie, den arbe'd hervat en voortgaat met de behande ling van het wetsontwerp tot regeling van de scheid'ng van Kerk en Staat, dan heeft zij het voornaamste werk, dat daaraan is te doen, reeds achter den rug. De grondslag is gelegd in de vier artikelen, die reeds rijin aangenomen. Daarvan werd het vierde arti kel aangenomen met 509 tegen 44 stemmen, welke uitslag door den afgevaardigde Jaurès werd begroet met den uitroep,,De scheiding is voltrokken*'. Dit artikel, dat Ci belangrijke vraag regelt der overdracht van de kerkelijke goederen van de tegenwoordige wettige houders aan de toekomstige nieuwe kerkelijke vereenigingen, is in den volgenden vorm aangenomen„Bin nen een jaar na de afkondiging van deze wet worden de roerende en onroerende goederen van de bisschoppelijke tafels, de kerkfabrie ken, presbyteria!© rad n, kerkeraden en an dere openbare instellingen van eeredienst met alle op hein rustende lasten en verpach tingen. en met het doel van hunne bijzondere bestemming door de wettige vertegenwoor digers van deze instellingen overgedragen aan de vereenigingen, die zich met inachtneming van de regelen van de algemeen© organisatie van den eeredienst, waarvan zij de uitoefe ning willen verzekeren, ingevolge de bepalin gen van art. 17 voor de uitoefening van dezen eeredienst in den vroegeren werkkring van de genoemde instellingen zullen hebben ge vormd." Het artikel is in dezen vorm aangenomen met medewerking van alle partijen. Slechts een© geringe minderheid, waarin, de beide uitersten, de onverzoenlijke principieele tegen standers en eenige ultra-radicale voorstan ders van de scheiding, elkaar de hand reikten, heeft ach er tegen verklaard. Men. heeft dus het in deze zaak, die tot zoo feilen striiid aanleiding gegeven heeft, zeer merkwaardige verschijnsel, dat een der hoofdbepalingen der regeling van den nieuwen toestand, die de scheiding tot grondslag zal hebben, is bot stand gekomen met nagenoeg algemeen© instemming. Dit resultaat is verkregen door verschil lende wijzigingen, die net artikel in den loop van de beraadslagingen heeft ondergaan. Daarvan is de fcew'chtigste de invoeging van het laatste gedeelte van het artikel, waarin wordt bepaald, dat de goederen worden over gedragen aan vereenigingen die zich zullen hebben gevormd ..met inachtneming vaan de regelen van de algemeen© organisatie van den eeredienst, waarvan zij de uitoefening willen verzekeren". Dat wil dus zeggen, dat de nieu we kerkelijke meenten, wanneer zij op hun deel van de kerkelijke goederen aanspraak maken, zich niet vrij zullen kunnen vormen, maar zich hebben te voegen naar de alge- mee ne regelen van het kerkgenootschap, waarvan zij tot dusver deel hebben uitge maakt. Met andere woorden aan de organen van algemeen bestuur der kerkgenootschap pen, dus voor de katholieke kerk aan de bis schoppen, is een waarborg verschaft, dat de kerkelijke goederen slechts aan zoodanige ver eenigingen zullen worden overgedragen als zij; aanwijizen en erkennen als de nieuwe kerke lijke gemeenten. Deni geest, die heeft voorgezeten bij het tot stand brengen van deze nieuwe regeling, kan men het best leeran kennen uit de rede, die de rapporteur van de commissie, Arisride Briand, heeft gehouden kort vóór de stem ming over art. 4 in de Kamerzitting van 22 April. Daarin merkte hij op, dat liet in het wezen der zaak slechts eene geldkwestie was, die werd gesteld, en ging daarna voort: „Gij hebt de belangen van de katholieke kerk te regelen, van de kerk niet zooals gij haar misschien kunt wenschen, maar zooals zij is. Deze kerk kan morgen veranderen, maar vandaag heeft zij priesters, bisschoppen en een paus. Deze woorden doen misschien de lippen van eenige collega's pijn, maar zij' beantwoorden daarom toch niet minder aan de feiten. Deze priesters, deze bisschoppen en deze paus vormen de hiërarchie, die gij niet kunt ignoreeren op het oogenblik, waar op gij de goederen vereffent, die gij aan de kerk wilt overlaten. Deze goederen bestaan b.v. uit schenkingen voor missenzij zijn voor dit doel geschonken en gij wilt ze voor hun doel behouden. Aan wie zuilen zij komen? Klaarblijkelijk aan de priesters en de "bis schoppen, dus aan de katholieke organisatie, die u bekend is. Ik heb wel gemerkt, dat gij door eene zekere jurisprudentie van onze bur gerlijke rechtbanken naast de constitutie van dkatholieke erk eene andere, nieuwe con stitutie zoudt willen vormen. Er zou morgen een pastoor zijn, die door den bisschop is benoemd, en daarnaast een pastoor, die door een of ander gerechtshof benoemd is; wij- zou den een dubbele kerk hebbeneene met pas toors, van de rechtbanken afhangende en door hen gewijd, en de andere. Deze geniale combinatie heeft ons niet overtuigd, en wan neer, gij voorbeelden wilt nemen, zal het blij ken. dat gij de logica van uwe voorstellingen niet tot het einde durft uit te denken. De priester, die in de parochie zijn geestelijk ambt uitoefent, heeft zich volkomen vrij onderwor pen aan de tuohit van de kerk; hij heeft ge weten welke waarborgen zij hem kon geven en welke plichten zij hem oplegde. Men heeft hem niet uitgeleverd, maar hij heeft zich zelf aan de kerk overgegeven, en zoolang hij in de katholieke organisatie blijft, waauifc liij overigens naar zijn goeddunken kan uittre den. moet hij rich aan hare regelen onder werpen.... Er ziim in het verleden priesters, die zich tot de vrijheid ontwikkeld hebben zij treden uit de organisatie waartoe zij be hoord hebben, rij gaan weg en verlaten het huis; gij echter wilt hun het recht geven de meubelen mee te nemen." Ten slotte eleveerde de rapporteur het verwijt van een zijner vrienden, dat zijne straf was, dat het oe. ^rum en de rechter zijde hem toejuichten. Daarop antwoordde hij dit: „Wanmaeer ik hier mijlne meeningen voordraag, dan bemoei ik mij er niet mee te weten, wie mij toejuicht. Ik heb den leven. digen wensch met mijne vrienden in de nauw ste voeling te blijven. Maar wanneer men meent, dat onze vrienden in dwaling verkee- ren, en wanneer men vast overtuigd is zelf in de waarheid te rijn, dan mag men vooral niet aarzelen hun de waarhed te zeggen, zelfs op gevaar af hun te grieven." De bedoeling van deze woorden is duidelijk. Men heeft er naar gestreefd voor den over gang der kerkelijke goederen van den ouden op den nieuwen toestand een vorm te vinden, die voor de kerkgenootschappe.i aannemelijk was. En de stemming over artikel 4 wijst uit, dat men er m geslaagd is daarvoor eene op lossing te vinden, die de overgroot© meerder heid van de Kamer bevredigde. Daarmede is niet alleen de weg aangewezen om te komen tot eene vreedzame oplossing van de groote kwestie der scheiding van Kerk en Staat, die zoolang eene strijdvraag in Frankrijk is ge weest, maar tevens een belangrijke stap op dien weg gezet. Duitschland. De Duitsche rijksdag beert deze week van de Paaschvacantie naar rijn arbeid terug. Hij zal zich in de eerste plaats hebben te be moeien met dè wetsontwerpen tot wijziging van de militaire pensioenwetten en tot her ziening van de beurswet. Dat is het voor naamste werk, dat thans op afdoening wacht. In de najaarszitting, die in October zal be ginnen, kouien de hervorming van de rijks financiën en liet vlootontwerp aan die orde. Frankrijk. Er hebben geruchten geüoopen, diat het af treden van den minister van buitenlandsche zaken Delcassé aanstaande is, hetgeen werd toegeschreven aan verschillen van meening, die zouden rijn voorgekomen tusschen hem en de minister-president Rouvier. Die Temps spreekt die berichten tegen onder verzeke ring, dat sedert de heer Delcassé nu veertien dagen geleden rijn verzoek om ontslag heeft aangeboden, er niets is voorgekomen wat die geruchten kan rechtvaardigen. Eergistenen- morgen heeft de heer Delcassé rich zelfs naar het ministerie van financiën begeven, waar hij met den heer Rouvier een lang gesprek heeft geihad over de buitenlandsche aange- OostenrijK. Het huis van afgevaardigden heeft met groote meerderheid besloten over te gaan tob de behandeling der artikelen van het tarief van invoerrechten. Hongarije. De uitdrukking, waarvoor de minister president graaf Tisza zijne getuigen gezon den heeft aan den afgevaardigde Poszgay, luidde: „Er behoort werkelijk het geduld van een Hongajar toe om aan te hooren hoe onbeschaamd een gevallen minister-president zich gedraagt." Het is üitusschen niet tot een duel gekomen. Ras land. Moskou, 6 Mei. Aan de hier vergaderde Zemstwo-vertegenwoordigers is eene Memo rie vooi gelegd, waarin de volgende maat-e- gelen als prealabele oisch van vrije verkie zingen voor de voorgenomen volksvertegen woordiging worden genoemd: Afarimfiiag van den kleinen staat van beleg er van den discretion aire macht van de hoofden der besturen op het land over de V'-ercu, voorts vrijheid van vergadering, vrijjheid van vereeniging, vrijheid van spreken, vrijheid van de pers. De voornaamste taak van de eerste verte genwoordigende vergadering moet rijn het in 't leven roepen van een rechtstoestand, de verkondiging dor rechten van de Rus sische burgers, de uitwerking van eene grondwet voor de organisatie en defunctiën van eene wetgevende vergadering. Deze moet bestaan uit twee Kamers, waarvan eene de Kaaner der volksvertegenwoordigers is, ge kozen door alle minstens 21-jarige onbe sproken mannen, behalve de dienstdoende soldaten en de politie-agenten, en de an dere Je Semskaja palata (Kiamer der land standen) waarin de gouvernements-zemstwos en de doema's van die belangrijkste steden vertegenwoordigers kieizen. De verkiezing van de volksvertegenwoordigers, waarvoor noch een vermogens- noch een beschaivings- census kan worden toegelaten, moeten, naar het territoriale beginsel worden gehouden. Daartoe moet het rijk verdeeld worden in kiesdistricten in dier voege, dat ieder dis trict dooreenge nomen één vertegenwoordiger kiest voor omstreeks 200,000 inwoners. Voor de Semskaja palata moeten de gouver nementen en de groote steden een tot vijf afgevaardigden kiezen naar mate van het getal inwoners. Het geheele aantal verte genwoordigers zou omstreeks 1000 zijn. Die mandaten moeten drie jaren duren en de staat moet vergoedingen betalen aan de volksvertegenwoordigers en de afgevaardig den. Bij 't verleenen van de godsdienstige ver draagzaamheid zijn de geünieerde orthodoxen over 't hoofd gezienzij hebben niets gie kregen, hoewel volgens den correspondent van de Koln. Ztg. te Petersburg openlijk ver zekerd wordt, dat alle dwangmaatregelen, die tegen hen genomen rijn, hunne vereeniging met de orthodoxen niet in de hand gewerkt hebben. Men voorriet, dat de regeer in g spoe dig genoopt zal rijn ook deze vraag te rege len en de geunieerden zal moeten vrijstel len of zij in den schoot van de orthodoxie willen blijven of rich openlijk bij de katho lieke kerk willen aansluiten. Den 5en Mei werd te Tsjita eene verga dering van de Lamaiben geopend, op welker agenda behalve de wensch naai- godsdienstige vrijheden ook het verlangen staat van maat regelen tot verbetering van den eoonomischen toestand. Warschau, 6 Mei. De Poolsche socialistische parbii heeft heden een manifest uitgegeven, dat de werklieden aanspoort naar hun werk terug te keeren. De tijd is nog niet gekomen om de revolutie te beginnen. De werklieden moeten zich echter geduldig voorbereiden op de eindworsteling voor de vrijheid. Servfé. Generaal Groeics ia uit Belgrado naar Get ting! vertrokken, naar men zegt om een traktaat van bondgenootschap tusschen Ser vië en Montenegro te sluiten. Servië zal van de snelvuronde wapenen, die worden aange kocht, 10 bergbatterijen en 30,000 repeteer geweren aan Montenegro afstaan. Turkije» De Neuo Freie Presse bericht, dat de op stand in Yemen zich ernstig schijnt uit te breiden. De Turksche regeering heeft 50 ba- tadlons, ter sterkte van 40.000 man, gemobi liseerd, die per schip naar Yemen vertrek ken. Verder zal oen gedeelte van de thans in Macedonië liggende troepen naar Yemen worden gezonden. Volgens geloofwaardige berichten werden alle ambtenaren van de ad ministratie in Yemen door de oproerlingen vermoord. Te hunner vervanging zal binnen kort een hervormingscommissie rich naar Yemen begeven. Kreta. Prins George heefit te Kanea de begrafenis bijgewoond van een gendarme, die te Voeko- lies doodelijk gewond was. Hij hield eene toe spraak waarin hii de gewapende macht aan spoorde, in dezen troebelen tijd haar plicht te doen, ook al werden hun vaderlands'ieven- de gevoelens daadbij gekwetst: de tijd zou komen dat het najtionale streven voldoening zou vinden. Ook de Engelsche consul en een afdeeling van de internationale troepen woonden do begrafenis bij. Marokko. Do Matin hoeft uit Fez, via Tamgear, be richt ontvangen, dat de regeering van Ma rokko, de noodzakelijkheid erkennende van de hervormingen, door den Fraaischen gezant voorgesteld, deze ten uitvoer zal leggen zoo dra de Europocsche mogendheden (dus niet Frankrijk alleen) daartoe gezamenlijk mede werken. De oorlog in Oost-Azië. Van den oorlog rijn de volgende berichten In het paleis te Zaxskoje Selo heeft de bevordering van kwookelingen van de mili taire academiën tot officieren plaats gehad' en wel, zooaüa de Keizer in zijne toespraak aan de bevorderden heeft, verklaard, wegens de zware verliezen aan officieren in Mand- sjoerije, vier maanden vroeger dan gewoon lijk- Er werden in 't geheel ruim 1150 ka- detten tot officieren bevorderd, waarvan 867 bij de infanterie, 148 bij de Kavallerio en 153 bij de genietroepen werden ingedeeld. Tokio. 7 Mei. Er wordt bericht, dat Oya- raa's uiterste redhter- en linkervleugel een merkbaar eind vooruitgetrokken rijn. Petersburg, 6 Mei. De Pctersburgsky Iistok bericht uit eene vertrouwbare militaire bron, dat generaal Koeropaitkin spoedig zal terug- keeren naar Rusland, waar hij rich op rijn landgoed zal terugtrekken. Tot bevelhebber van het eerste Mandsjoerijsche leger is de commandeerende generaal van bet vierde Siberische legerkorps, luitenant-generaal Sa- roe bajew, bestemd. Tokio, 7 Mei. Officieel wordt het volgen de medegedeeldOnze troepen trokken van Toenghoea in noordelijke richting voor waarts, verstrooiden de cavalerie van den vijand en bezetten Koeyatai, 28 mijlen ten Noorden van Toenghoea. Maandag trokken onze troepen van Ta- koemen tot Fenchoea, verstrooiden den vijand in de buurt van Erhsiaotoen en Ta- siaotoen, dertog mijlen ten noordoosten van Takoemen, en bezetten in den avond van den 4en Papaotoeu. Hongkong, 6 Mei- Do stoomboot „Tsing- tau" heeft een-en-twintig schepen van het Oostzee-eskader ter hoogte van Vanfong en 14 kruisers ter hoogte van Three Kings gezien. Woensdag werd ook een Fransch linieschip gezien, dat Vanfong verliet. De correspondent van do Matin te Pe tersburg bericht, dat men zich daar er wel ©enigszins over begint te verwanderen, dat de zoo lang aangekondigde en zoo vurig ver langde vereeniging der beide vloten nog geen feit is geworden. Maar men troost rich met de gedachte, dat deze niet lang meer kan uit blijven; het feit dat Rodjestwensky rijn ver blijf ter plaatse, waar hij ligt, zoo lang heeft kunnen rekken, bewijst dat de Japanners liet plan niet koesteren hem daar op te zoeken en tot een gevecht te dwingen, maar dat zij hem zullen opwachten op een van de pun ten, die hij moet passeeren en dat rij slechts dan een gevecht zullen trachten to leveren, wanneer zij geheel en al mot hunne toebe reidselen gereed rijn. Tokio, 6 Mei. Vier toorpedobooten uit Wla- diwostok verschenen gisteren ten westen van Hokkaido op de hoogte van Soeteoe. Zij be- 56 Jtornan van MORITZ VON REICHENBACH. Inmiddels was men de trappen afgedaald en stond men in het eerste vertrek. „Nu, graaf, hoe vindt ge dat?" vroeg tante Anna, op de muurschildering doelend. „Juist zooals ik vermoed had," antwoordde Kurt Mellow. „M»n heeft door dat werk be proefd, het oog omtrent de ruimte van 't ver trek te misleiden. Ziet ge, een verguld' hek sluit deze ruimte schijnbaar in en daarachter heeft men weer een prachtig vergezicht op een tuin, met een blauwen hemel, een fraai bosob van masthout, palmen en vrucht- boomen door elkander, en dat alles omflad- Serd door een menigte bonte, getrouw naar de natuur geschilderde vogels. Ik verbeeld! mij, dat de keizerlijke tuinen er zoo moeten hebben uitgezien en dat ze den schilder ouder 't werken voor den geest hebben, gestaan." Hij was er weder geheel bij, en de prinses daareven nog onaangenaam gestemd, omdat hij het gesprek op Berlijn had gebracht, er gerde zich nu bijna, dat hij zoo gemakkelijk had kunnen afstappen van dat thema om een nieuwen gedachtenloop te volgen. Het ging haar, gelijk 'thaar altoos in Kurt Mel low's gezelschap gingze was onrustig en met rich zelve in tegenspraak, en daarbij, was 't haar nog het pijnlijkst, dat rij een zonderlinge en, gelijk rij 't noemde, een geheel ongemotiveer de blijdschap gevoelde, wanneer hij: aan hare rijde was, en dat rij toch steeds wensch te, dat er aan dit samenzijn spoedig een einde mocht komen. Nu, terwijl rij' hem nog in de beschouwing der muurschilderingen verdiept waande, stond hij opeens dicht bij; haar en zeide zacht sprekend „Ge hebt gelijk om boos op mij te rijn, prinses, ik weet het en ik meende, dat men ook stilzwijgend om vergiffenis kon vragen. Thans rie ik, dat zulk een bede door u niet Wordt erkend en zoo vraag ik u dan: Wilt ge mij vergeven? Wilt ge beproeven om in uw gedachten iets als waardeloos ter zijde te leggen, dat uw geheugen niet vergeten kan 'Dat hadi zij niet verwacht. In verwiarring hield zij 't oog gevestigd op het schilderwerk vóór haar, maar rij begreep er niets van. Haar hart bonsde zoo hevig, dat rij slechts met moeite kon ademhalen en toen was 't plotseling, of haar een duizeling overviel een gevoel, dat sterker was dan haar wil, bracht haar deze woorden op de lippen: „Ik heb ook iets gedaan, waarmede ik u heb gekwetst. He heb uw trouwen oppasser, met wion gij reedis als kind had gespeeld; overgehaald omi van u vandaan te gaan en mij te volgen en eerst nu weet ik, welk een degelijke brave jongen hijl is en hoeveel gij aan hem zult verloren hebben." Was de prinses door Kurt Mellow's woor den'verrast, hij werd het in nog hooger mate door de hare. „Prinses," zeide hij met innigheid, „wat door u werd gedaan, was eigenlijk een daadi van menschlievendheid, want ik had den armen Friedrich de keus gestold tusschen mij en rijn meisje. Ec daarentegen, geloof het vrij, voel mij zeer schuldig Mascha was zichzelf weer meester. „Mijn geheugen is, geloof ik, toch niet zoo goed, als ik daareven wel heb durven be weren," 'zeide rij, lachend naar hem opziend. „Dwalingen vergeet ik gemakkelijk 1" Hij greep haar hand. „Zijn we dus verzoend?" vroeg hij. „Was er dan. een verzoening noodig?" „De meen van ja Hij drukte haar hand vast in de zijne, en terwijl zij daar tegenover elkander stonden, viel 't hun eensklaps op, dat het zoo stü en eenzaam in de Livia-villa was geworden en zij herinnerden zich gelijktijdig, dat rij niet alleen waren hier gekomen. „Waar is tante Anna?" vroeg de prinses, haar hand terugtrekkend. „En waar is mijn moeder?" voegde Kurt Mellow er bijl. De beide dames waren verdwenen en de gids insgelijks. Een blos vloog Mascha naai- 5t gelaat, rij1 spoedde zich naar de trap en vloog de tre den op. Kurt volgde haar. Boven gekomen, vonden zij, tante Ahna en do gravin, die op eenigen afstand van den ingang der villa pratend bij elkander stonden. „Zoo, zijt go daar?" zeido tante Anna, Masoha lachend aanziende, terwijl de gravin iets vertelde van het mooie uitzicht, dat men op dit punt had. „Waarom zijt ge zoo haastig weggegaan, mama?" vroeg Kurt Mellow een weinig norseh, terwijl Masoha haar tante Anna ver wijtend aanzag. „Lieve hemel, wij hadden, cr al genoeg van," antwoordde de gravin met een slim glimlachje, „en we wilden voor u beiden bij de aandachtige besohouw;ng dier muurschil deringen geen spelbreeksters rijn." O, dat heengaan van de beide andere dar mes was afgesproken werk geweestKurt Mellow begreep het even goed als Mascha maar dat ze van dat heengaan niets hadden gemerkt, kwam beiden even onbegrijpend voor. Doch terwijl Mascha 'beschaamd en in het diepst van haar hart door die scène ver schrikt was, kwam het Kurt Mellow voor, dat de goheole natuur een lachend, feeste lijk aanz;en had gekregen, nu hij uit de ge welfde vertrekken van de oude Romeinsehe keizerin weer naar buiten Was gekomen. Sedert rijn komst in Rome had hij zich nog nooit zoo wel en zoo vroolijk gestemd ge voeld als heden. Hii zag naar het glimlachend gezicht zijner moeder en in het hoog blozend gelaat van Mascha, en hij: verbeelde zich opeens, dat de zelfs in den winter zoo heldere zonneschijn van Italië's hemel noodig was geweest, om te doeu erkennen, dat daar waar zijn fantasie donkere nevelen had gezien, ook niets anders was dan de heldere zonnige hemel van een reine maagdenriei. Hij wist nu, waarom hij, toen hij getuige was geweest van 't gesprek tusschen professor Remmert en zijn neef Egbert, onmiddellijk had willen afreizen en waarom hij toah ge bleven was. Hij wist opeens, dat hij op 't. punt had ge staan, rijn levensgeluk ten offer te brengen aan een vooroordeel, en dat thans dat voor oordeel iu hem was vernietigd. Hoe blijder evenwel de uitdrukking werd van rijn gelaat, des te ernstiger werd Mascha. Zij trok zich iu 't oog loopend terug, en do geheel veranderde uitdrukking van haar voor komen trof ten slotte ook den graaf, in spijt van het jubelend gevoel, dat hem over- heerschte. Hij had' zoo gaarne Mascha nog eens al- leCD willen spreken, doch rij zelve maakte dat Ondoenlijk, daar rijt, om het samenzijn met dé Mcllow's te bekorten, hoofdpijn voor wendde en dadelijk huiswaarts wilde koeren. Kurt Mellow bleef niets anders over, dan rijn hoop tc vestigen op den volgenden dag, als wanneer er oen groot kunstenaarsfeest zou plaats hebben, waaraan Masoha met haar tante zouden deelnemen. HOOFDSTUK XX. In 't gebouw van den Kunstkring, wtelks rijk versierde voorpui zich achter de mar- morgroepen van de Trovi-Foutana verheft, hecrschtê een gezellige drukte en beweg'ng. Reeds weken van <o voren hadden de te Rome vertoevende kunstenaars uit alle oor den der weield hunne voorbereidselen ge maakt voor den dag van hedèn en thans hield equipage na equipage voor den ingang stil en bracht voorname vreemdelingen en kijklu9tigerï uit allo kringen bijeen, die hier hot „Kunstenaarsfeest" wilden komon bij wonen. In de artistiek gedecoreerde zalen bewoog zich een talrijk gezelschap in bonte verschei denheid. Kennissen zochten en verloren el kander en vreemden maakten met elkander kennis. De verwachte fecstvoorstelling bood ieder een een dankbaar onderworp voor een to voeren gesprek aan. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1