306.
a-e Jaargang.
Woensdag 10 Mei 1905.
rS:IS:
BUI TEN LAN D.
FEUILLETON.
EEN PRINSES.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 8 maanden roor Amersfoortf 1.85.
Idem franco per post. 1./5.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Teleohoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERIESTI^
Van 1—5 regels
Elke regel meer
Qroote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bjj abonnement. Bene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgeving.
De Burgemeester van Amersfoort-,
Gezien artikel 41 der gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat
de Raad dezer gemeente zal vergaderen op Vrij
dag, den 12. Mei aanstaande, des namiddags te
2 ure.
Amersfoort., den 9. Mei 1905.
De Burgemeester voornoemd,
WULJOTERS.
Politiek Overzicht
Koning Eduard van Engeland a|a
vrodnsvrlend.
Ondier de gekroonde hoofden geniet voor
't oogenblik niemand grooter populariteit iu
Parijs Can Koning Eduard van Engeland.
Niet alleen om zijne persoonlijke eigenschap
pen en om de blijkbare voorliefde, die liij
voor de hoofdstad van Frankrijke aan den
dag legt, maar ooik om den invloed, dien
men hem toeschrijft op politiek gebied.
Wanneer men mag afgaan op wat in de Pa-
rijsdhe pers wordt gezegd, dan ziet het Fran-
sohe volk Koning Eduard's invloed in iedere
nieuwe uiting van de Europeesche beweging
in de richting van den vrede. Als voorbeeld
kan dienen het prijs govern door Engeland
van het denkbeeld tot het houden van
groote vlootmanoeuvres in het aanstaande
seizoen. Een ander voorbeeld levert het laten
varen door Dartschlaiid van het plan, om
aan de inwijding van het gedenk tee ken aan
den groeten strijd van 1870 op het slagveld
van Gravelotte een groot militair vertoon
te verbinden. Men waardeert het gevoel van
taikt, dat den Dtuiteohen Keizer, hiertoe heeft
bewogen, maar de algemeene indruk is, diat
de Briitedhe Koning er wel ©enigen invloed
op moet hebben uitgeoefend, om zijn neef te
bewegen het feestprogramma te wijzigen.
Ook tot beëindiging van den oorlog in
het uiterste oosten Verwacht men veel van
den persoonlijken invloed va.n den Britsdhen
monarch De Echo de Paris bericht, diat in
zijne gesprekken met president Loubet en
met de mi nis tea's Bouvier en Delcassé
bij zijn ernstig verlangen uitdrukte, dat aan
den oorlog een einde zou worden gemaakt
op voorwaarden, voor beide partijen aanne
melijk. Het blad voegt daaraan toe, dat de
Fransche en Engelsche regeeringen een plan
hebben opgemaakt voor eene gemeensck ap
pel ijlkeH bemiddeling, dat zal worden te berde
gebracht, zoodra de gelegenheid daartoe gun
stig is.
Dat is natuurlijk zeer verblijdend, maar
die gunstige gelegenheid aail vooreerst nog
op zich laten wachten. Dat de regeeringen
van Parijs en van Londen de oprechte be
geerte koesteren om aan den oorlog een
einde te maiken, is begrijpelijkmaar men
moet wel in aanmerking nemen, dat eene
vriendschappelijke interventie slechts zal
kunnen plaats hebben, wanneer de beide
oorlogvoerenden er in toestemmen, d. w. z.
wanneer een van de bedde partijen zich voor
overwonnen verklaart. Te dien aanzien nu
raag men zicih niet te zeer aan illusiën over
geven, want Rusland zal den oorlog voort
zetten tot de grens van wat voor mensahen
mogelijk is en Japan is zijnerzijds bereid
den oorlog, als het moet, nog twee tot drie
jaren voort te zetten. Zal dus een vriend
schappelijk tusschenbeide kamen van Frank
rijk en Engeland kans hebben gunstig te
worden opgenomen, dan zal de zeeslag, die
aanstaande is, tot de volledige vernietiging
van een der beide vloten moeten leiden.
Voor 't oogebbliik is minder aan de orde
de interventie tot beëindiging van den oor
log, dtm de zorg om te voorkomen, dat de
strijd eene ongewenschte uitbreiding zal
krijgen. Japan heeft ten tweeden male te
Parijs bezwaren ingebracht tegen het ge-
bru'ken van Fronsdhe havens in Cochin-
china door de Russische vloot. De Fransche
regeering moet nu aan de Japansohe geant
woord hebben, dat admiraal Rod jest we nsk y
is aangezegd, dat hij de Honkohe-baai, die
ten noorden van den Kamranh baai aan de
oostkust van Cocliinchina ligt, moet ver
laten. Laat ons hopen, dat dit de Ja-
pansche pers weder tot rust zal brengen, die
zich in den laatsten tijd zeer verbitterd te
gen Frankrijk heeft uitgelaten. Zelfs is het
denkbeeld geopperd, dat Japan onverwijld
moet handelen, omdat gebleken is, dat pro
testen niet bafeneen Japansohe jurist
heeft voorgesteld, dat Japan Fransche koop
vaardijschepen in beslag zal nemen, om daar
door Frankrijk te dwingen tot handelingen,
die Japan kunnen bevredigen. De Japan
sohe regeering zal zich er nog wel op beden
ken, voordat zij aan dergelijke raadgevingen
gevolg geeft. Zij zal zich over de sterkte
van Japan wel niet aan zuillke illusiën over
geven als de Japansohe pers. De Engelsche
pers, die er prijs op stelt, dat Engeland even
zeer met den Japanschen bondgenoot als
met het bevriende Frankrijk in goede ver
standhouding blijft, geeft eenerzijds aan Ja
pan verstandige raadgevingen om zidh te
matigen, maar drukt aan den anderen kant
Frankrijk ernstig op het gemoed zijne onzij
digheidsplichten even nauwgezet te vervul
len als Engeland doet. „Wij hebben zegt
o. a. de Times het recht te verwachten,
dat Frankrijk niet onmogelijk vindt wat wij
wel mogelijk vinden. Juist in den tegen-
woordigen politieken toestand zouden zoo
min Engelsehen als Franschen een ongeluk
kig incident gaarne zien, dat vn staat ware
de hartelijkheid van de vriendschappelijk©
en intieime betrekkingen, die tusschen de
beide landen ontstaan zijn, te storen, en
wij zijn overtuigd, dat de wijisheid van de
Fransche regeering er in slagen zal elke mo
gelijkheid van zulk een betreuxenswaardig
geval udt te sluiten."
In antwoord op deze vermaning betoogt
de Temps, dat er verschil bestaat tusschen
de onzijidigheidisregelen van die ei'landstaten
en die van de vasteland-staten. De eiland-
staten, die zich steeds bij zicih van voorraden
kunnen voorzien, hebben er belang bij dat
die regelen zeer streng zijn, zoodat hunne
tegenstanders er door verhinderdl worden,
zich door tussehenkomst van de onzijdigen
te verschaffen, wat zijl zeiven verzekerd zajin
op hun eigen gebied te vinden. De vaste
land-staten zouden echter in een toestand
van minderheid zijn, wanneer zij de rege
len aannamen, die een eilandstaat mocht
willen voorschrijven. Wat men van Frank
rijk verlangt, is dat het door de Russen
zal doen eerbiedigen niet de Fransche be
ginselen met betrekking tot de onzijdigheid,
maar de Engelsche beginselen. Maar bet is
rechtmatig, volgens de Temps, dat de on-
zijdigheidsregelen verschillen naarmate van
de landen, en ook dat Frankrijk de zijnen
handhaaft.
Die regelen wijken, zooals bekend is, hier
in van de Engelsche af, dat Frankrijk aan
de schepen van eene oorlogvoerende partij
een verblijf van onbepaalden diuur in zijn©
wateren toestaat, wanneer zij dat niet ge
bruiken tot versterking van hunne geschikt
heid voor den strijd, terwijl Engeland den
duur van het verblijf van zulke schepen on
der alle omstandigheden tot 24 uren be
perkt. Het punt waarop het aankomt, is
dus dat men moet weten of de Russische
schepen hun verblijf in de Fransche wate
ren van Indochina hebben kunnen beste
den voor een strategisch doel. Daarover be
waart de Temps in tusschen het stilzwijgen.
Frankrijk.
De minister van oorlog heeft te Poissy
(departement Seine-et-Oise) op een feestmaal
ter zijner eer eene rede gehouden, waarin
hij zeide, dat niemand de gebeurtenissen van
den tijd voor 34 jaren heeft vergeten en ieder
hoopt zulke dingen niet weer te beleven.
Wanneer echter de eerste behoefte van het
land de binnen- en buitenlandscho vrede is,
dan moet Frankrijk sterk zijn om dezen vre
de te verkrijgen. Er mag geen aanleiding zijn
gevoelens, die slechts door de hoogere be
langen van het land en de humaniteit zijn
ingegeven, tot zwakheid terug te brengen.
Parijs, 9 Mei. Bij de behandeling van de
complot-zaak sprak de procureur der repu
bliek als zijn gevoelen uit, dat er wel een
complot bestond, doch dat Taiuburini daar
in slecht/- een zeer ondergeschikte rol ver
vulde. Er bestaat echter geen wettig beiwijs
voor eene samenzwering. Ten wiens beioive
werd zij op touw gezet? Wij leggen aan de
rechtbank onze opvatting voor, dat er et ne
samenzwering bestaat, die zonder gevolg is
gebleven en die uit dien hoofde een delict
vormt. „Geef mij den naam van hem, ten
wiens gunste het complot geschiedde, en ik
zal u voldoening geven". Na beraadslaging
verdaagde de rechtbank de zaak tot over
veertien dagen.
Zwitserland.
Bij de gisteren gehouden verkiezingen voor
den kantounalen raad ..ux Bazel, voor de eer
ste maal naar een stelsel va evenredige ver
tegenwoordiging, hebben de vrijzinnigen, die
tot dusver de meerderheid vormden, 16 zetels
verloren. De conservatieven verloren 9, en de
socialisten wonnen 16 zetels. Er wedden ge
kozen 50 vrijzinnigen, 30 conservatieven, 38
socialisten, 10 katholieken en 2 wilden.
Ëngeland.
Londen10 Mei. De motie van afkeuring,
die door Campbell Banner man was ingediend
togen de regecring in verband met de jong
ste voorvallen bij het Iersche bestuur, werd
verworpen met 315 tegen 252 stemmen.
Hongarije.
Budapest, 9 Mei In de Kamer van Af
gevaardigden trok graaf Apponyi in een lang
betoog te velde tegen de liberale partij, d'ie
hij van een staatsgreep beschuldigde. Minis
ter Tisza protesteerdo tegen deze beschuldi
ging en bracht daartegen in, dat in alle par
lementen de obstructie gebruik maakt van
gewelddadige middelen. Hij betwistte met
nadruk, dat de liberale partij geen gezag
meer heeft in het parlement, al is het waar
dat de tegenwoordige strooming tegen deze
partij gaat.
Rusl«nd.
De minister van openbare werken, prins
Chilkow, zal geruimen tijd. in heb uiterste
oosten vertoeven, om toezicht te houden op
de werken aan den Trans-Siberischen spoor
weg en de reorganisatie van het transport
van de troepen en liet materieel, alsmede op
de verbetering van de gcmeonschap langs de
waterwegen, beschouwd uit strategisch en
economisch oogpunt.
De militaire commandant van het district
Moskou, kolonel Stager, zijn adjudant
Oestroekow, en verscheidene dienstdoende
ambtenaren zijn veroordeeld tot gevangenis
straffen van verschillenden duur, omdat zij
reservisten hulp hebben verleend! aan den
militairen dienst te ontkomen.
Petersburg, 9 Mei. De Birshewya Wjedo-
mosti bericht, dat op den 7den te Schitomir
(Wolhynie) jodenvervolgingen zijn begonnen.
Winkels en magazijnen werden geplunderd.
De Joden boden gewapenden tegenstand. Den
volgenden dag werden 12 dooden en 50 ge
wonden geteld. Door de overheid waren
maatregelen genomen tot onderdrukking
van de onlusten.
Petersburg, 9 Mei(Petersburgsch telegraaf-
agentschap). De algemeene stand van het
winterkoren, in Rusland is bevredigend. Tarwe
is boven het middelmatige, rogge middelma
tig. Goed is de stand in de gouvernementen
Koersk en Charkow, boven het middelmatige
in Woronesoh, Orel, Minsk en Grodno, mid
delmatig in Kowno, Kaloega. Tsjernigow, Sa-
ratow en Tambow, beneden liet middelmatige
in de Oostzee-provinciën en in Wilna, Toela,
Pens a en Samara.
Turkije»
Constantinopel, 9 Mei. De Porte denkt er
over am een diplomatieke missie naar Fez
te zenden
Het contract voor de Fransche leening is
heden gesloten.
De Keizerlijke iradé, waarbij dit contract
wordt goedgekeurd, is afgekondigd.
Marokko.
Het Spaansche officieele blad „Epoca"
schrijft: „De minister-president verklaarde
het bericht, door een Fransche courant ver
spreid, dat de Duitsdhe gezant Spanje zou
hebben uitgenoodigd een Marokko-conferentie
bijleen te roepen, voor onwaar."
De oorlog in Oost-Azië.
Van den oorlog zijn de volgende berichte®
Petersburg9 Mei. (Petersburgsch tele
graaf agentschap). Uit Sytiasa wordt van
den 8en beticht: Op den linkervleugel dier
Russen ontmoette eene colonne den öen in
de Ingolingpas ongeveer twiee Japansohe ba-
taillons met zes kanonnen, wiaarbij schoten
gewisseld werden. Op den Russisohon rech
tervleugel moeten aanzienlijke Japansche
strijdkrachten bespeurd! zij(n. De waakzaam
heid van de Japanners is zoozeer versterkt,
dat onze kavallerie-patrouilles onmogelijk
door dé voorpoetenlinie heen kunnen komen.
De Londensche Weekly Dispatch gewaagt
van een te Tientsin loopend gerucht, dat de
Japanners half Mei een aanval op Sachalin
in den zin hebben. Te Hirosaki moeten reeds
met dat doel troepen zijn samengetrokken.
Petersburg, 9 Mei. Generaal Linewitsch
bericht van 7 dezer aan -den CzaarKapitein
Raden stak op een verkenningstocht met tor
pedobooten aan de Japansche kust twee mij
len van kaap Loitsoehe een Japanschen schoe
ner in brand. De bemanning werd aan land
gezet. Vijftien mijlen van- de Japansche kust
nam hij een tweeden Japanschen schoener.
De bemanning inervan werd door de Russi
sche schepen aan boord genomen. Het prijs-
ge maak te schip werd naar Wladiwostok over
gebracht.
Het zeilschip, dat door Russische torpedo-
booten in brand werd gestoken- op een punt,
gelegen op 360 mijlen van Wladiwostok, was
volgens de Times een schip van 204 ton, ge
laden met zout.
De Japanners zijn van meening dat derge
lijke oorlogsdaden slechts geschieden ten ein
de de andacht van admiraal Togo af te lei
den en op deze wijze aan admiraal Rodsjest-
wensky gelegenheid te geven Wladiwostok te
bereiken.
Over de uit Wladiwostok uitgeloopen Rus
sische torpodobooten zijn geene verdere be
richten te Tokio ontvangenmen neemt aan,
dat zij in de baven terug gekeerd zijn.
Hongkong, 9 Mei. De Duitsche stoomboot
Neumühlen bericht verleden Vrijdag 45 sche
nen, waarvan 20 oorlogsschepen, in de buurt
van de Kamrahn baai te hebben gezien. Den
zelfden dag zag het stoomschip Hainun een
Japanschen kruiser ter hoogte van Amoy.
In oen onderhoud, dat de Japansche ge
zant te Parijs, de heer Motono, verleden
Maandag met minister Delcassé had, sprak hij,
zander oen uitdrukkelijk protest van zijne
regeering te berde te brengen tegen eene
schending van de onzijdigheid door Frank
rijk ten gunste van de Russische vloot, toch
over de uit Indochina ontvangen mededee
lingen betreffende heb verblijf van het Rus-
sisc^p eskader in de Fransche wateren en de
gemakken, die het daar gevonden had ten
behoeve van zijne concentratie en proviau-
deering. Delcassé herhaalde de vroeger reeds
afgelegde en door eene officieuse nota be
krachtigde verklaringen en verzekerde, dat
Frankrijk gezind was de onzijdigheid stipt
in acEt te nemen en aan de autoriteiten in
Indochina uitdrukkelijke instruction in de
zen zin had gegeven.
Londen, 9 Mei. In het Lagerhuis vroeg
Joseph Walton inlichtingen omtrent den toe
stand in het Verre Oosten en omtrent de'
stappen door de regeering gedaan om het
gevaar af te wenden van een oorlog tusschen
Frankrijk en Engeland. (Protesten van do
ministerieel© banken.)
Minister Balfour antwoordde, dat de Frau-
sclie gezant aan de Britsche regeering de
volgende inlichtingen gafZoodra de Fran
sche regeering mededeeling kreeg van de
aauwezigheid van admiraal Rodjestwensky m
de Kamran'lirbaai, werden vertoogen gericht
to't de regeering te Petersburg, met het. ge
volg dat op last van den Czaar zelf aan den
admiraal per telegraaf bevel werd gegeven
de Kamranlx-baai te verlaten, hetgeen do ad
miraal ook terstond dead1. Het eskader werd
later gezien iu de Honkohebaai ten noorden
van de Kamran'h-baai. Admiraal Jonquiéres
werd utgezonden cm bericht hierover te ge
ven en hij vond er liet Russische eskader,
maar niet binnen de Fransche territoriale
wateren.
De gouverneur van Franseh Indo-China,
"d'ie opdracht had ontvangen toe te zien op
de handhaving van de Fransche neutraliteit,
gaf daarop den Franschen resident te Mhat-
zany, de moest nabijgelegen Fransche vesti
ging. last den Russischen admiraal te verzoe
ken het. anker te lichten. De admiraal beloof
de tlat op 3 Mei te zullen dóen.
Wat betreft het bericht, dat het Russische
58 Roman van
MORITZ VON REICHENBACH.
Iedereen stond op en eensklaps wtas er een
algemeene, maar nochtans prettige verwar
ring ontstaan. Kurt Mellow bood de prinses
zijn arm, toen óok z»* zich van haar stoel
verhief.
Mascha wendde zich tot de beide oudere
dames.
„Wij wachten hier tot de polonaise is af-
geloopen," zeide de gravin, haar hand. op
tante Anna's arm leggend.
Mascha werd door een haar nieuw gevoel
overheorschtzij was bang bang voor
Kurt Mellow, wien zij 't liefst ontvlucht
Ware eii dien zij toch ongaarne had willen
missen. Zij aarzelde thans zich met hem tus
schen al die voor 't meerendeel vreemde
meusclien te wagen.
„Die polonaise komt ook zoo onver
wachts," zeide zij en begon langzaam de
handschoenen, die zij even te voren had afge
legd om de bloemen, die zij in 't haar droeg,
iets vaster te steken, vfeder aan te trekken.
Kurt's blik bleef daarbij onwillekeurig op
haar witte fijn gevormde hand rusten. Hij
kende dat handje zoo goed, welks eenig sie
raad anders uit den breeden, vreemden
sphinx ring bestond, en hoe diep en ernstig
hem de vraag, die plotseling in hem opge
komen Was, ook bezig hield, bemerkte hij
tooli. dat de prinses heden dien ring niet
droeg. Ze had intusachen het laatste knoopje
vastgemaakt.
..Mag ik. u verzoeken?" zeide Kurt en zij
legde haar hand op zijn arm. Er bestond
geen reden tot aarzeling meer.
Op datzelfde oogenblik kwam Egbert, die
zonder dame den s* et volgde, het paar voor
bij. Onmiddelijk was hij bij het tweetal,
groette den graaf, aan wien hij vroeger reeds
was voorgesteld, en kuste de hand der prin
ses. die deze hem lachend had gereikt.
„Ik heb al naar u omgezien, waar waart
ge toch?" vroeg zij.
Egbert vertelde, dat hij haai' tot nu toe
viuohteloos had gezocht en zich verheugde,
haar eindelijk te hebben gevonden.
De prinses knoopte een gesprek met hem
aan, zoodat het voor ieder onbevooroordeel
de niet meer dan natuurlijk was, dan dat hij
ouder 't. langzaam opwandelen aan haar zij
de bleef. Maar Kurt Mellow vond dat mee-
loopen eenigszins onbeschaamd en in elk ge
val zeer lastig.
Slechts met een half oor luisterde hij toe,
terwijl de prinses sprak over 'tportret, dat
Egbert voor haar maakte, en hij sloeg don
kere blikken op den schilder, wanneer deze
haai' vragen op genicenzamen toon beant
woordde.
Gelukkig duurde de polonaise niet lang
en Mellow geleidde de prinses naar de plaats
terug, waar de beide oudere dames haar wa
ren blijven waahteu. Egbert volgde bet paar
ook daarheen, omdat hij ook tante Anna
zijn compliment wilde maken en toen hij
deze de hand gaf, bliksemden plotseling do
diamanten van don sphinxring Kurt Mel low
in de oogen, want Egbert had ook hier, als
gewoonlijk, zijn handschoenen niet aaugetrok.
ken.
Zoo stak dan de ring, dien de graaf daar
even aan Mascha's hand had gemist, aan dén
pink van den schilder.
Als door een bliksemstraal was Kurt- Mel-
iow getroffen. Al die menschen, hijzelf en
dat heele bonte woelen en krioelen om hem
heen, verschenen hem eensklaps in een
nieuw en akelig licht.
Hij was blind geweest tot op dit oogen
blik, een dwaas, een gek nu had hij im
mers meteen het antwoord op de vraag, wel
ke hem zoo gepijnigd had.
De ring van de prinses aan des schilders
hand en haar eigen woorden„zij zou, zoo
zij slechts door omstandigheden van haar
liefde gescheiden werd, alle hinderpalen
overwinnen, zelfs al moest zij daartoe ook
haar leven op het spel zetten" o, dat was
nu alles duidelijk, van een ontzettende dui
delijkheid, en hij Kurt. Mellow, de trot-
ache. zelfbewuste Kurt Mellow, die zich ver
beeld had, dat de eeuige hinderpaal, die hier
moest en kon uit den weg geruimd worden,
om de stem der liefde te volgen, in zijn eigen
vooroordeel was gelegen geweest, hij zag
zichzelf eensklaps door een onoverkomelijke
hinderpaal, waartegen hij machteloos was,
van die liefde gescheiden voor altoos ge
scheiden
Mascha had oen ander lief! Dat drong
Mellow zichzelf op, en hij was zoo zeker van
zijn zaak, dat. de snijjdeude pijn, die hem
daarbij door het hart ging, alleen in zijn ge
voel van trots een tegenwicht vond.
„Het was een zinsbegoocheling, maar gieen
liefdé," fluisterde die trots hem toe. „Weg
nu, weg uit de nabijheid van die vrouwik
wil, ik moet haar vergeten, want alles is
dwaling geweest, niets dan dwaling!"
„Mijn God, Kurt, wat deert u?" vroeg de
gravin, haar zoon bij den arm nemend. „Hoe
zijt ge op eens zoo bleek geworden?"
,,'t Is niets, mama, niets" hij streek
zich met de hand langs het voorhoofd. „Ik
ben wat duizelig geworden, denk ik. Dat
gaat wel weer over."
„We zullen dadelijk naar huis rijden,"
stelde de gravin voor. ,,Ge zijt beusch niet
wel, Kurt!"
„Neen. neen, we blijven hier, mama!
't Heeft niets te beduiden I"
Mascha mocht niet de voldoening hebben,
dat zijn gevoel verried, wat er in hom om
ging' Niemand mocht iets van die dwaas
heid zijns harten !>emerkeit en de prinses
het allerminst.
Hij ging naar een groepje konnissen, die
hij reeds vroeger had opgemcjrkt. Hij spaudo
al zijn wilskracht in en nam met ccn eigen
aardige levendigheid aan al: de gesprekken
deel, al wist hij somtijds te nauwérnood,
waarover het discours eigenlijk liep, en be
gon ten slotte zelfs mee te dansen. Zoo doen
de kwam hij van tijd tot tijd! langs Mascha.
die dien avond in 't geheel niet danste. Zij
sprak met Egbert, die naast haar stond,
maar zij zag Kurt Mellow wei. en ernstig,
bijna verwijtend gleed: haar blik langs hem
heen, terwijl hij onder het dansen haar voor
bij kwam. Zijn danseuse was eene Spaan sell o
dame, van wier avonturen in de groote we
reld nog al veel gefluisterd werd!.
Kurt Mellow had wel gemerkt, hoe Mascha
hem nakeek, doch "dit bracht zijn bloed geheel
in gisting.
„Zij wilde ook mij aan liaa.v zegekar bin
den!" dacht hij vol wrevel, terwijl do schoon©
Spaansche aan zijn arm hing en hen» allerlei
plagende woorden toefluisterde, waarop hij in
zijn opgewondenheid levendig, antwoord gaf.
De dame was verrukt over dien Duitschen,
tot dusverre zoo gereserveerden cavalier, en
geloofde im allen ernst, dat de ijskorst, waar
in» zijn hart was gepantserd geweest, onder het
vuur harer blikken langzamerhand begon te
ontdooien.
Zij hield hem ook vast, toen de dans was
geëindigd en hij liet zich willig door haar
tooverkunst een halfuur achtereen boeien.
Maar toen overviel hem plotseling een on
overwinlijke afkeer van al haar kunstgrepen.
Hij had genoeg gedaan om den schijn te red
den, en de Spaansche dame zag welhaast mok
kend den wegvluchtende!» zonderling na., om
zich enkele minuten later door een Italiaan-
schei» hertog te laten troosten.
Kurt "Mellow zocht inmiddels zijn moeder,
die hij in een kring van kennissen vond.
Van haar hoorde hij, dat mevrouw von Hol-
lodo en haar nicht het feest reeds hadden ver
laten en hij liet nu op haar verlangen het
rijtuig voorkomen om huiswaarts te keeren.
„Go hadt geen afscheid van onze dames ge
nomen," zeide zij, onder 't wegrijden op half
vragenden toon tot haar zoon.
„Onze dames?" herbaalde hij, ietwat spot
tend. „Wie bedoelt ge daarmee
„Nu, natuurlijk de prinses Mascha en haar
tante, die twee zijn hier tocli ontegenzeggelijk
onze meest intieme bekenden."
„De uwe, ongetwijfeld, mama. maar ik kon
immers niet veronderstellen, dat zij. al zoo
vroeg aan heengaan zouden denken."
„Maar morgenochtend wilt ge toch de da
mes mijn groeten brengen, niet waar?"
Wordt vervolgd.