1ST. 304. Tweede Blad. 3de Jaargang* Zaterdag 13 Mei 1905. BINNENLAND. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post. - 1.75. Afzonderlijko nummers - 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIES Van 15 regels0.75. Elke regel meer- V.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement Een« circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kameroverzicht. Tweede Kamer. Gisteren werd. behandeld het wetsontwerp tot wijziging der Provinciale Wet. Baj de algemeene beschouwingen betuigde de heer F e r f zijn ingenomenheid, dat dit wetsontwerp nog aan de orde was gekomen, omdat door de tot standkoming er van de provinciën beter hare huishouding zullen kunnen regelen dan tot nu toe. •Bij de behandeling der artikelen werden enkele amendementen voorgesteld en wen- schen geuit. Zoo bepleitte bij art. 5 de heer Drucker de wenschelijkheid om ook vrou wen benoembaar te stellen tot griffier der Staten. De minister van binnenland- sche zaken vond het echter niet geraden om te dien aanzien een wijziging aan te brengen, ofschoon hij niet gedacht had aan achterstelling der vrouw. Op art. 11 (benoembaarheid tot leden van Gedep. Staten) was door de Commissie van Rapporteurs een amendement voorge steld, strekkende om de benoembaarheid van geestelijken en bedienaren ,van den gods dienst (die thans ook verkiesbaar zullen zijn als leden der Staten) tot leden van Gedep. Staten te doen vervallen. Dit amendement werd na eenige discussie verworpen met 34 tegen 26 stemmen. De heer Van Sassen van Ysselt wilde de practiseerende advocaten en procu reurs van de benoembaarheid tot lid van Gedep. Staten uitsluiten, doch maakte daar van geen amendement. Het betrokken arti kel werd goedgekeurd met 53 tegen 11 stem men. Wat betreft de samenkomst der Staten nam de minister een amendement van den heer De Waal Malefijit over, strekkende om- ten aanzien van de najaars vergadering te bepailen dat deze bijeengeroe pen kan worden op een Dinsdag tussohen 1 October en 31 December, te bepalen door Gedep. Staten. Ten aanzien van de zomerzitting werd! door den minister een amendement over genomen, strekkende om te bepalen, dat die zitting (het woord vergadering is veranderd in zitting) geopend wordt op den eersten Dinsdag in Juli, en dat die zonder vooraf gaande oproeping bijeenkomt. Voor de an dere zitting moet de commissaris der Ko ningin ten minste drie weken te voren op roepen. Een uitvoerige discussie had plaat® bij art. 56, dat provinciaile belastingen regelt. Voortaan zullen de provinciën ook opcen ten kunnen heffen op de hoofdsommen der vermogens- en bedrijfsbelasting. Volgens het regeeringsvoorstel zal dat eerst kunnen go- schieden, als het aantal opcenten op het personeel 40 bedraagt. De heer Ferf wilde, dat die bepaling vervallen zou. Hij wilde de provincies vrijV laten, mits het aantal opcenten op vermo gens- en bedrijfsbelasting maar niet hooger was dan de helft van dat op het personeel. De heer Schaper diende een amende ment in, strekkende om te bepalen, dat op- oenten op de hoofdsom der vermogensbelas ting tot geen lager getal geheven mogen worden dan dat der opcenten op de hoofd som der belasting op de bedrijfs- en andere inkomsten, welke laatste in geen geval meer dan twintig zullen mogen bedragen. De m1 i n i s t e r zette in een vrij uitvoe rige rede uiteen, wat de bedoeling der regee ring was, n.l. het belastinggebied der pro vincies te verruimen. Men mag de provincies echter niet geheel vrij laten, zooals de heer Ter Laan zou willen ten aanzien van de op centen op de vermogensbelasting, wat niet anders zou zijn dan een exploitatie van het kapitaal. De minister is er niet per se tegen om de mogelijkheid te openen om de belasting op het personeel wat hooger op te zetten, maar hij kon niet meegaan met den heer Ferf," die eene andere richting uit wil en dadelijk opcenten op de vermogens- en be drijfsbelasting wil heffen. De minister wil eerst de grondbelasting en het personeel laten uitwerken. Achtte men echter meer dere soepelheid noodig voor sommige pro vinciën, dan liet de minister de beslissing over het amendement-Ferf aan de Kamer over. De behandeling werd hierna verdaagd tot a. a Dinsdag. Verzekering tegen Werkeloosheid. In een te Utrecht geh^ud- n ver gadering van het departement Utrecht der Maatscli. van Nijverheid werd door den heer mr. C. J. baron van Tuyll van Se- rooskerken het onderwerp „Verzeke- ring tegen werkeloosheid", in het bijzonder het- Gentsche stel s e 1, ingeleid. Spr. begon mot er op te wijzen, dat in de laatste helft der vorige eeuw het lot van den arbeider groote verbeteringen onderging ten gevolge der sociale wetgeving, waarvan de snelle ontwikkeling een der karakteristieke kenmerken van onzen tijid is. Verschillende maatregelen tot bescherming van den arbei der zijn genomen en later zijn die door ver schillende verzekeringen gevolgd. Van de natuurlijke ongelukken, die den werkman treffen kan, is de werkeloosheid van den gezonden arbeider, die werken wil, zeker wel het grootste. Dat men eerst zoo laat aan de verzekering tegen werkeloosheid gedacht heeft, is toe te schrijven aan het uiterst gecompliceerde van het vraagstuk. Spr. ging hierna na, op welke wijze de werkeloozen toch zóó weten te handelen, dat zij er zich door heenslaan. Want van honger behoeft gelukkig nog niemand oan te komen. Men borgt bij de leveranciers, men brengt zijn huisraad naar de bank van leening, enz. Het sparen, de ouderwetsche kous, komt weinig voor. Doch het sparen zelf heeft een ander karakter verkregen, n.l. het collec tieve sparen in den vorm van contributie aan de vakvereenigingen. Hierin zag Spr. dan ook het voornaamste middel tegen de werkeloosheid. Een ander middel is werkverschaffing van aatswege of gemeentewege, zooals verleden jaar o. a. is voorgekomen in Arnhem. Doch dat middel heeft ook zijn slechte zijde, om dat het mooielijk valt om daartoe geschikt werk te vinden, waaraan ook de un-skiHed werklieden kunnen gezet worden. Toch meende Spr. dat in den wintertijd de ge meenten wel eenige concessie konden doen. Een andere remedie, die der instellingen van liefdadigheid geeft ook al geen oplos sing voor het vraagstuk der werkeloosheid. Wanneer men aan die instellingen het lief dadigheidskarakter ontnam, zou dat het be zwaar opleveren, dat dit aanleiding zou geven tot overproductie. In 1848 heeft men dergelijke inrichtingen in Frankrijk gehad, waar men het idee van „recht op arbeid" voor iedereen huldigde. Die „ateliers natio- naux" kostten in Parijs in 4 weken tijd 14£ raillioen francs De verzekering tegen werkeloosheid ver schilt :n tweeërlei opzicht van andere ver zekeringen. Ten eerstemen kan in tijden van werkeloosheid niet hetzelfde loon uit- keerenals genoten werd te voren ten einde den prikkel te behouden aan het werk te gaan. Ten tweede: omdat bij andere verzekeringen het bedrag der premie voldoende is voor de gezamen lijke schadevergoedingen, wat bij de verzeke ring tegen werkeloosheid niet kan. Men zal daarom moeten krijgen hulp van buiten, van Staat, gemeenten of particulieren. Die subsidie liefst van de gemeenschap zelf mag niet zoo groot zijn dat de premie-op brengst daarbij in het niet zal vallen. Alle stelsels te bespreken zou niet gaan, vandaar dat Spr. zich bepaalde tot die van St. Galles, Bern, Basel en Keulen, om ten slotte het Gentsche stelsel te bespreken. Het Zwitsersche stelsel dagteekent van 1891, toen de sociaal-democraten in de grond wet het recht op arbeid wilden opgenomen te zien. In St. Galles werd in 1895 een stelsel van verplichte verzekering ingevoerd. Do uit keering duurde hoogstens 60 dagen per jaar. De kas werd gevoed door premies van ver zekerden en subsidies van stad en kanton. Na twee jaar werd de kas reeds opgeheven, hoofdzakelijik omdat de premies slecht be taald werden. Ten slotte ontstond er sterke oppositie van de goede arbeiders, die steeds moesten betalen zonder te profiteeren. In Basel en Zurich is een dergelijke verplichte verzekering evenmin geslaagd. In Bern kwam in 1892 tot stand de „Hand- langer-bund", nl. van un-skilled werklie den. Deze wenschte een kas te vormen voor uitkeeringen aan werkeloozen. Een oom missie, die ook het vraagstuk ter hand had genomen, vroeg aan de gemeenteraad vc deze kas om steun. De raad weigerde, di benoemde een commissie om een oplossing te zoeken. Het gevolg was, dat in 1893 van ge meentewege een verzekeringskas opgericht was. De premie was eerst 40 centimes, later 70 per maand. De uitkeering zou zijn 1 franc voor alleenstaande arbeiders, 1.50 fr. voor gezinnen. Het recht op uitkeering ver viel als de werkeloosheid toe te schrijven was aan den arbeider zelf, of als aangeboden werk werd geweigerd en bij werkstaking. Die kas heeft altijd het karkter van liefdadigheid gehadde premies der ver zekerden bedroegen nog geen 25 percent der uitkeering. De kas is niet populair bij de goede arbeiders. Contributies werden zeer slecht betaald. Een andere type is de „Arbeitslosenkasse des Arbciterbundes" te Basel. Daar hebben de werklieden zelf een kas opgericht, door hen zelf beheerd. Alle arbeiders, te Basel wonende, mannen of vrouwen, konden lid worden. Deze kas geeft niet, zooals die te Bern. alleen in bepaalde maanden een uit keering. De kas heeft subsidie van den „All- gemeinen Consumverein" te Basel. Een groot aantal arbeiders trad als lid toe, hoewel zij vooraf verklaarden geen recht te zullen laten gelden op u'tkeering. Z. i. volgde hieruit, dat, wil oen verzekering tegen werkeloosheid succes hebben, dan moet zij van do werk lieden zelf uitgaan. Toch heeft ook in Basel de kas nog een karakter van liefdadigheid, want de premies bedragen slechts 44 percent van de uitgaven. In Keulen heeft men de Stadt-Kölnische Versicherungskasse gegeven Arbeitslosig- keit im Winter". Daarnaast heeft men de „Arbeits-nachweis-anstait", de Arbeids beurs, welke uitstekend samenwerken. Deze kas krijgt de inkomsten uit de premies, do bijdragen van eere-leden (dat zijn personen die jaarlijks 5 of 3 maal betalen), patroons (d. w. z. zij die 300 mark per jaar hebben), subsidie van de gemeente en particulieren. De Kas 'heeft in den beginne veel steun gehad, maar todh heeft rij met groote moeie- lijkheden te kampen. In 1901 was van het aantal verzekerden 74 percent werkeloos, en zeer moeielijk is het to constateeren of de werkeloosheid niet gesimuleerd is. Uit in gewonnen inlichtingen bij onzen consul (ook zijn mededeelingen omtrent de werking der Zwitsersche stelsels waren afkomstig van onze vertegenwoordigers), is Spr. gebleken, dat deze kas niet bepaaldelijk liet karakter van liefdadigheid draagt. Uit de verschillend© cijfers door Spr. ge noemd concludeerde hij, dat om een verze keringskas als de Keulsdhe te doen slagen, vooraf moet gaan do oprichting van eene deugdelijke arbeidsbeurs. Uitvoeriger stond Spr. hierna stil bij het Gentsche stelsel, dat bewezen heeft do mees te levensvatbaarheid te hebben. Dat stelsel eigenlijk onjuist hot Gentsche genoemd, omdat het reeds in 1896 bestond in Dijon berurt op het subsidieeren van vakvereeni gingen. In 1898 werd een oommissie te Gent be noemd om het onderwerp te bestudeeren. In deze commissie zaten 6 loden van den gemeenteraad, 6 ondernemers, 6 werklieden, 3 personen u;t de handelsbedienden en 4 staathuishoudkundigen. Er werd een stati stiek opgemaakt van de werkeloosheid over de laatste 4 jaar. Daaruit bleek, dat onder de werk lieden-bedienden gemiddeld jaar lijks 9 op de 1000 werkeloos waren; in de boeknijiverheid 20, do textiel-nij verheid 22, de bouwbedrijven 122, de voedingsnijver- he:d 75 en de dokwerkers 500. In Gent had men in 1901 een zeer sterk ontwikkeld vakvereenigingslevenEr waren toen 16696 werklieden lid der vereenigingen van velschillende kleur. Vele dier vakvereenigingen hadden reeds een werkeloosheid-verzekering en men stelde voor om die instellingen te steunen naar de mate van hetgeen rij zelf deden. Onmogelijk was het één centrale verzekering op te rich ten bij zulke verschillende risico's, terwijl do oprichting daarvan ook bevorderlijk zou rijn voor den bloei der vakvereenigingen. Dit stel sel geeft een goede controle en eeD goed koop© administratie. Om nu ook de ongeor ganiseerde werklieden to helpen, werd voor deze een spaarkas voorgesteld, terwijl zij ook een uitkeering van de gemeente zouden krij gen. Alleen zou de uitkeering gegeven wor den bij wezenlijke werkeloosheid, niet bij werkstaking, of bij werkeloosheid ten ge volge van ziekte, ongeval. De gemeenteraad keurde dit stelsel met bijna algemeene stemmen goed. Do uitkee ring door d© gemeente to geven, zal niet hoog. r ziin dan die van do vakvereenigin gen, d<x - ton hoogste 1 franc per dag go- durende hoogstens 60 dagen. De vakvereeni gingen moeten dezen bijslag zelf voorsohie- ten en moeten jaarlijks har© rekening en verantwoording en de boeken overleggen. Op 1 Augustus 1901 werd een oproeping tot de vakvereenigingen gezonden tot aan sluiting, Reeds dadelijk sloten zich 28 ver eenigingen met 12906 leden aan. Thans is hot 32 vereenigingen. Verschillend© ver eenigingen verhoogden hun uitkeeringen. Voor de ongeorganiseerden kwam een spaarkas tot stand. De werkelooze moet zich dan bij1 de arbeidsbeurs aanmelden en aan zekere formaliteiten voldoen. Deze spaar kas heeft echter lang niet dat sucoes gehad als de verzekering, want slechts en kele arbeiders s'oten zich aan. In Maait jl. bedroeg dat slechts 7. Men geeft echter den moed niet op om ook deze instelling te doen slagen. De voorwaarden zijn nu zeer veel vergemakkelijkt. De aangeslotene behoeft zich slechts aan te melden bij de kas, het bewijs leveren werkeloos te zijn en te goe der trouw gespaard te hebben, om een bij slag van de gemeente te krijgen. De oontrole op dit systeem is zeer onvoldoend© en het is dan ook niet aanbevelenswaardig. Men hoopt in Gent, dat ©en beter© in richting van de arbeidsbeurs nog tot ver betering van het stelsel zal bijdragen. In den laalsten tijd heeft men in Gent er nog bij gekregen drie spaarfondsen, die ook van de gemeente bijslag krijgen op het ge zamenlijke bespaarde bedrag. O hierbij mist men echter weer de controle van de leden op elkaar Deze regeling geeft dan ook aanleiding tot klachten. Hoe gaat het nu met hen, die langer wer keloos zij dan de maximum-tijd der uitkee- ring? In Gent heeft men daarvoor een af zonderlijk fondsje belegd uit het surplus van den bijslag der gemeente. Na dit krachtige voorbeeld van Gent heeft men in België het vraagstuk verder flink aangepakt. Antwerpen heeft hetzelfde stelsel als Gent, evenals in tal van andere steden. Van de 10 steden met meer dan 50,000 inwoners, hebben rich 9 voor het Gentsohe stelse' uitgesproken. Ook in Frank rijk vindt dit stelsel navolging. In Zwitser land schijnt men door do ervaring der ver zekeringskassen aldaar ook niet tevreden en wil men ook do vakvereenigingon steunen, terwij-l in DuitsChland in Munchen Singer een voorstel beeft gedaan het Gentsche stel sel aan te n'inen. In Noorwegen en Zweden is ©en staatscommissie werkzaam. Wat heeft men in ons land gedaan? Men heeft niet stilgezeten en al is mei. in andere landen verder gevorderd, het vraagstuk eiscfrt deugdelijke voorbereiding. In Amsterdam is er een raadscommissie, die belast was met een onderzoek in te stel len naar de oorzaken <Ier werkeloosheid. Deze zelfde commissie met den heer Serrurier als voorzitter, en mr. Sannes als rapporteur, ccü rapport uitgebracht over de verze kering tegen werkeloosheid. Dit rapport in 1903 uitgebracht, is zeer de bestudeering waard. B. en W. hebben echter geen aanlei ding kunnen vinden om een voorstel tot in voering van het Gentsche stelsel to doen, o. a. uit vrees van werkeloozen naar de hoofdstad te lokken. Ook in andere gemeenten als Rot terdam, H'lversum, Dordrecht, Groningen (ook Utrecht) bestaan commissies van onder zoek. Li Rotterdam heeft men een paar jaren leden een poging gediaan om een verzeke ringskas op te richten in den geest van het Gentsche stolsel, doch -ok moet toelating van individueele personen. Dit stolsel is echter on- practisch, omdat daardor het toetreden tot de vakvereenigingen belemmerd zal worden. De vakvereenigingen zouden bovendien afhan kelijk worden van de uitkeeringen der groote werkgevers en dat wilden zij niet. Van de zaak kwam dan ook niets. De conclusie van het Amsterdamsche rapport gaf iets derge lijks in overwegin^ Nagaande wat in Utrecht gedaan zou kunnen worden, wees Spr. er op, dat de vakvereeniging'-n nog niet die ontwikkeling hebben, noodig voor een invoering van het Gentsche stelsel. Zij hebben nog niet daifc -evoel om elkander te steunen zoo als men lat ziet in dt groote steden van België. De vakvereenigingen moeten beter georganiseerd worden en dat moet van de werklieden zelf uitgaan. De voorbeelden van em, Basel of Keulen te volgen, achtte Spr. met aanbevelenswaar dig. In Keulen is men te veel afhankelijk van de bijdragen der eere-leden c.i het groote kapitaal. D© werkeloosheid-verzekering mag niet het karakter -an liefdadigheid dragen, en mag niet steunen op d goedgeefschheid van anderen. Het Keulsclie steisel heeft het nadeel dat het hoofdzakelijk de slechte risi co's trekt. De administratie is bovend'en daar duur, en ook d© controle laat te wen- schen over. want zeer moeielijk is het om te beslissen of de werkeloozen to goeder trouw werkeloos is. Daar komt bij dat hij die een uitkeering krijgt, al het werk moet aannemen dat hem wordt aangeboden. Ook dat levert bezwaar op. Wel heeft het Gentsche stelsel die bezwaren ook, doch daarbij heeft men dan uitstekende controle v: ti arbeiders on derling in de vakvereeniging, die er belang bij hebben dat bun spaarpenningen niet ten onrechte gebruikt worden door onwaardigen. Bovendien bevredigt de uitspraak der vak vereeniging het rechtsgevoel der arbeiders veel meer dian een uitspraak van een bestuur eener kas. De vakvereemgingon. hebben ver schillende strafbepalingen. Dat arbeiders die vrij zeker zijn niet werkeloos te zullen wor den, gaarne bijdragen tot d-» verzekering, ligt daarin, dat zij het belang inzien dat door veel werkeloosheid de loonen gedrukt zouden worden. Toch gaat o-k met :n Gent alles van een leien dakje, want er komen dikwijls lastige quaesties voor, bv. de quaestie van uitkee ring, indien het aantal werkuren in slappe tijden verminderd wordt, zoodat men hoewel niet direct geheel werkeloc - is, toch zijn loon ziet verminderd. Sprekers overtuiging is echter dat het Gentsche stelsel het beste is. In Engeland worden door de tr.-.de-unions duizenden wer keloozen geholpen, en dat nog wel zonder eenige subsidie. Dat het stelsel ook hier toe gepast kan worden, leert het voorbeeld van den Algem. Nederl. Typografenbond. Dc vak vereenigingen zullen daarom zelf de werke loosheid-verzekering ter hand moeten nemeu, en zich daartoe beter organiseeren. De vak vereenigingen zullen daardoo- aan de gemeen schap een grooten dienst bewijzen, die door alle standen ^p prijs gesteld zal worden. Gaan de werklieden zelf voor, dan zal de gemeente zeker wel een bijdrage geven. De groote mocieliiikheid zal altijd blijven de losse werklieden, doch ook die moet men dan opwekken om zich aan te sluiten. Ten slotte wees Spr. er od dat voor Utrecht deze raak, waarvoor hij zu'» bijzonder inte resseert, zeer actueel is. Hij wenschte dat de raadscommissie veel succes zou hebben. Misschien dat dan uit het centrum des lands een dageraad zal aanbreken die voor ons heele land lichit zal brengen. Boekbeoordeeling Ons Godsdienstonderwijs, verband met de opvoeding onzer kinderen, door dr. L. Knappert, uitgave van L. Hans- ma, te Assen. Een lezenswaard en behartigenswaard ge schriftje van ongeveer honderd1 bladrijden, handelend over doel en karakter van ons godsdienstonderwijs, over d© leerstof, den oatecheet, de leerlingen en de inrichting van het onderwijs. In de eerste plaats geschre ven voor allen, tot wier taak bet behoort de jeugd te onderrichten in de dingen van het godsdienstig leven, verdient het boekje go- ezien te worden door alle ouders en opvoe ders. Het werd hoog tijd, dat op het hier be handelde de aandacht werd gevestigd laat het geen vluchtige indruk zijjn, die Knap- perts's woord te weeg brengt. Zij voor het godsdienstonderwijs aangebroken een nieuw tijdperk van groei en .bloei, de jeugd, de menschkeid zal er wel bij varen. Het Pausdom, geschilderd in zijn werkzaamheid op maatsckappelijjk en geeste lijk gebied, door graaf Yon Hoensbroock, uitgave van A. H. Adriani, te Leiden. De thans verschenen tweede afl. van dit belangrijk werk weerlegt eerstens het be kende woordi „ecclesia non sitit sanguinem" en toont in de tweede plaats aan, welke rol in het ultramontanisime het bijgeloof heeft gespeeld. Het is goed dat deze dingen eens weder onder de aandcht worden gebracht. Het Christendom is in den loop der eeuwen al te zeer verbasterd, 't Wordt tijld dat men terugkeert naar zijn oorsprong en het rijn kracht zoeko in de eenvoudige leer en reinen godsdienst van rijn verheven stichter. Daar toe kan een boek als dit helpen bijdragen. Op de Hoogte, maandschrift voor de huiskamer, uitgave van de vennootschap tot exploitatie etc., Keizersgracht 217, Amster dam. De April-aflevering geeft als premie een reproductie van den bekenden Russisaken schilder Werestjagin, voorts, Wat den inhoud betreft, een schets over Vlieland met foto's, een stuk naar Maxim Gorki, de gewone ru brieken met tal van portretten, voortzetting van heb belangrijk artikel over De Kina, enz. enz. Over de uivoering van het geheel behoef ik niets te zeggen, dit maandschrift blijft zich kenmerken door aantrekkelijkheid in vorm zoowel als inhoud. Wetenschappelijk Nieuws voor Iedereen, maandblad onder red. van H. J. Bartels, uitgave van Busé, te Hardinx- veld. Elke afl. bevat ongeveer 60 bladz., de wijs per jaargang is slecht® f 3.60, de in- loud is lijk aan afwisseling, tal van wetens waardigheden vinden wij vermeld, aan actuar liteiC ontbreekt het niet. In geen leesgezel schap, in geen huiskamer mag het gemist worden, voor algemeene ontwikkeling is het een goede leermeester. De Macht van den Geest, naar heb Engelsch van Ernest Loomis, uitgave van do Vereeniging voor psychisch onderzoek te Am sterdam. (J. C. Dalmeijer, Amsterdam). Een boekje, dat „eenige der diepere beginselen en waarheden van het Occultisme bevat", is opgedragen aan „het hooger zelf van iederen lezer, in de hoop dat de methoden, hierin vervat, hem steeds zullen helpen om de ge heime krachten op te wekken, waarmede heb hooger zelf steeds begiftigd is." Uit de Remonstrantsche Broe derschap, onder red. van dr. J. A. Beijer- man, uitgave van A. H. Adriani, Leiden. In de Mei-aflevering zet prof. Rogge zijn belangrijk artikel over de Leidsche Remon stranten voor 1618 voort. A. Klaver geeft een viertal verzen, „niet in woorden maar in daden" moge zekere schrijivers wel ter harte nemen. Heep schrijft eenige goede gedachten neer over „ware vroomheid". Een tijdschrift, dat gelezen kan worden door allen, wien het tc doen is om ware en vrije vroomheid. Voor 't jonge volkje, de kinder wereld, voor de kinderkamer, drie maandschriften voor jongens en meisjes, onder red. van P. Louwersc en uitgegeven bi; P. van Belkum, te Zutfen. Voor verschei denheid zoowel als aantrekkelijkheid van in houd werd weder gezorgd. Cosmos, revue illustrée mensuelle poly glotte, onder red. van dr. Leviticus e. a., uit gegeven bij Scheltens en Giltay, Amsterdam. Het behoeft nauwelijks gezegd, dat in deze afl. een stuk voorkomt „Zu Schiller's go- dachtnis" eu dat bijl déze afl. als supplément artistique gaat een portret van den dichter, wiens sterfdag 9 Mei verjaarde. Een art. „auf Schiller's Spuren" van Reischke uit Halle is alsmede actueel en lezenswaard. Voorts stukken in de andere talen, voor 'b Hol- landsch een schets van S. Barentz Schönberg „Ziekenbezoek". DeVionk, weekblad onder rod. van Marie Metz Koning en Top Naeff, uitgave van Scheltens en Giltay, te Amsterdam. Iets nieuws dus, een tijdschrift dat „be halve door jonge meisjes, door ieder be schaafd mensch gelezen kan worden", zooals het inleidend woord der redactie zegt. Heb formaat is ongewoon en om er later een boekdeel van te binden misschien min der practisch. Aan de eerste afl. werkten mode J. Everts, Annie Salomons. Rudolphine Scheffer, voorts gaf Marie Metz Koning bijdragen. Gaarne kom ik later op dit tijdschrift te rug. F. W. DRUVER.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1