:<iw. 3IS. 3d" Jaargnng. Maandag 22 Mei 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. EEN PRINSES. AMERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- o.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur '8 morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADYERTENTIEN Van 15 regels0.75. Elke regel meer - 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. ONDERZOEK VAN VERLOFGANGERS. Burgemeester en Wethouders der gemeente Amersfoort, Gelet op de artt. 125131 der Militiewet 1901 (Staatsblad No. 212) en op art. 99 van het Koninklijk besluit van 2 December 1901 (Staats blad No. 230), zooals dat artikel is aangevuld bij het Koninklijk besluit van 17 October 1904 (Staatsblad No. 234), o. a. bepalende dat het onderzoek van de verlofgangers der Militie te land, vermeld in art. 125 der Wet, eenmaal 's jaars in de maand Juni geschiedt dat aan dat onderzoek in het jaar, waarin het zou moeten plaats hebben, niet wordt deel genomen door verlofgangers, die in dat jaar vóór het voor het onderzoek bepaalde tijdstip uit anderen hoofde dan krachtens art- 124 of art. 131 der Wet onder de wapenen zijn ge weest, of die bestemd zijn, om in dat jaar krachtens art. 108, art. 109 of art. 111 der Wet, onder de wapenen of in werkelijken dienst te worden geroepen dat aan het onderzoek evenmin wordt deel genomen door verlofgangers, die in het jaar, waarin het onderzoek zou moeten plaatB heb ben, bestemd zijn tot het ingevolge art. 3 der Wet van 24 Juni 1901 (Staatsblad No. 159) bij de landweer volbrengen van een verlengden militiediensttijd', 'of om ingevolge art. 134 der Militiewet 1901 naar de landweer over te gaan dat voorts ingelijfden bij de militie, die krachtens art. 113 der wet vah den werkelijken dienst zijn ontheven, of aan wie krachtens art. 114 der Wet uitstel van eerste oefening of van verblijf onder de wapenen is verleend, gedu rende den tijd, dat zij in het genot zijn van de ontheffing of van het uitstel, niet aan het on derzoek onderworpen zijn Gezien de aanschrijving van den heer Com missaris der Koningin in de provincie Utrecht van den 19. April 1905, No. 711, N. M. en S. (Provinciaalblad No. 77) Brengen bij deze ter kennis der belangheb benden, dat het onderzoek van de verlofgangers der Militie te land, voor zoover zij in ver band met het borenstaande daartoe verplicht zijn en met uitzondering van hen, aan wie ver gunning is verleend, ihet onderzoek in de maand November of December a. s. te ondergaan, en voorts van hen, die bij de hun verleende toe stemming tot verblijf in het buitenland van deelneming aan het onderzoek zijn vrijgesteld, door den heer Militie-Commissaris zal ge houden worden op Donderdag 15 Juni a. s„ de verlofgangers behoorende tot de lichtingen 1897, 1898, 1899 en tot vroegere lichtingen op Vrijdag, den 16. Juni a. s., de verlofgangers be hoorende tot de lichtingen 1900, 1901, 1902, 1903 en 1904, telkens des voormiddags te 91 uren dat de verlofganger bij dat onderzoek ver plicht is te verschijnen in uniform gekleed en voorzien van de kleoding- en uitrustingstukken hem bij zijn vertrek met verlof medegegeven, van zijn zakboekje en van zijn verlofpas dat oen arrest van twee tot zes dagen, te on dergaan in de naastbij gelegen provoost, of het naastbij zijnde huis van bewaring, door den Militie-Commissaris kan worden opgelegd aan den verlofganger 1. die zonder geldige redenen niet bij het onderzoek verschijnt 2. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige Tedenen niet voorzien is van de hier boven vermelde voorwerpen 3. wiens kleeding- of - itrustingstukken bij het onderzoek niet in voldoenden staat worden bevonden 4. die kleeding- of uitrustingstukken, aan een ander behoorende, als de zijne vertoont en voorts dat gedurende den tijd, dien het in art. 125 der wet bedoelde onderzoek duurt en in het algemeen, wanneer zij in uniform zijn gekleed, de manschappen der Militie te land, worden geacht onder de wapenen te zijn en mits dien op hen van toepassing zijn het Crimineel Wetboek en het Reglement van kjrijgstuoht voor het krijgsvolk te lande. Wordende overigens den verlofgangers uit drukkelijk bekend gemaakt, dat zij zich in geen geval kunnen beroepen op het niet ontvangen eener bijzondere oproeping, maar dat deze ken nisgeving, welke uitsluitend- dient als rechts geldig bewijs, dat de oproeping behoorlijk is geschied, hen bij niet verschijning in verzuim stelt. Amersfoort, den 19. Moi 1905. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. G. STENFERT KROESE, Secretaris. WUIJTTERS, Burgemeester. Politiek Overzicbt Het raadsel van Rodjestwensky. Do Russische armada is voor :t oogenblik uit het gezicht. Is zij op weg van Indochina naar W!ad»wostok Óf dobbert zij nog rond m de Chineesehe zee? Mor kan de vraag stel len, maar haar beantwoorden is niet zoo ge makkelijk, want daarvoor heeft men geene of hoogstens onbetrouwbare gegevens. Was de vloot, na de vereeniging van de divisie van Nebogatow met dc hoofdmacht, met hare gewone snelheid naar Formosa ge varen, dan zouden wij reeds hebben vernomen van baar verschijnen voor dit eiland, het. uiterste zuidelijke gebied van •Ta.pan. Maar er is meer dan ééne aanwijzing, dat de Russische vloot volstrekt geen haast maakt met het zoeken van voeling met de Japansehe vloot. Eene groote vloot kolen schepen ligt voor anker in de buurt van do Indochineesche kust. Wachten die schepen daar op de terugkomst van den Russischen vlootvoogd? Of wat is anders hunne bestem ming? Wij wandelen hier in raadselen. En niet alleen ten aanzien van de vloot, maar ook wat haren bevelhebber betreft. Ernstige ge ruchten gaan rond nopens de gezondheid van admira.il Rcdiestwenskv. Indien zij waarheid bevatten, dan zouden wij hietaan voor een diep tragisch geval. Men had zich hem voor- verteld als een man koud en flegmatiek, zon der gevoel voor wat anderen deert. Men had hem, nu zeven maanden geleden, de Oostzee zien verlaten, varende door eene visschers- vloot heen, waaronder zijne kanonnen dood en verderf verspreidden, en ziim weg voort zettende alsof er niets was voorgevallen. Men had hem langzaam zien vorderen op zijn weg om den aardbol, steeds ziim eigen hoofd vol gende en zich niet storende aan do wenken en bevelen uit St.-Petersburg. Het bereiken van de Chioseache zee in 't gezicht van eene onzijdige of vijandige wereld en waartij hij genoodzaakt was iedere ton steenkool, elk pond leeftocht die hij voor de reis behoefde, mee to nemen, was op zich zelf eene gebeur tenis nieuw in de geschiedenis der wereld. Er stak eene stoere onverzettelijkheid in dien man die indruk raakte en het geschokte vertrouwen in Ruslands oorlogsgeluk deed herleven. Indien iemand, dan scheen hij de man bekwaam om Japan de heerschappij ter zee in Oost-Azië waarvan het zich reeds- ver zekerd waande, te betwisten. En nu hooren wij 'plotseling, dat die man, die met zooveel wilskracht begiftigd scheen, die zoo kalm belo-d aan den dag legde, van dat hij zijne v if re-'s begnr. geworsteld heeft met eene vreeseliike ziekte, dat. het gevoe' van zijne zware verautwoordel iikheid steeds dreigde ziino krachten te verlammen en dat hi; nu e'ndeliik onder den. last be zweken is en overgebracht is moeten worden n:r-r t l-csnit alschip Orel, den schout-bij- nacht Folker.akra latende zitten xoor de ".ei den ophanden zijnden zeestr ;i te voeren, die misschien i.e zwaarste zal zijn d'e sinfes den slag b,j Trafalgar gestreden werd. Als het waar is. dan is dit een feit zoo diep tragisch, dat men moeite heeft zich er in te denken. Maar is het waar? Chronische nieraandoe ning, algeheele verlamming zijn de ziekten, die admiraal Rodjestwensky worden toege schreven. Maar deze doodelijik zieke, deze verlamde heeft het foewijp geleverd, dat hij, ff Ikon hij zijne ledematen niet gebruiken, dan. toch zijne vijf zintuigen volledig tot zijn dienst heeft. Het is hem gelukt den moeielij- ken tocht door den Maleischen archipel te volbrengen zonder cen'ge schade te beloo- penhet is hem gelukt zijne vereeniging te volbrengen met het eskader van Nebogatow in do Zuid-Cliineesehe zee, waarvan men tot dusver dacht, dat zii door de Japansche vloot werd beheerscht, en het is hem einde lijk gelukt-, zijne schepen van proviand en van steenkolen, tot voortzetting van de reis, die na noordwaarts is gericht, te voorzien. Eene werkzaamheid, die dit heeft weten te vol brengen, vordert zoozeer eene gezonde ziel in een gezond lichaam, dat men op dien grond geneigd is tot ernstigen tw:;fel of de berich ten wel waar zijn, die Rodjestwensky een krank lichaam en eene kranke ziel toeschrij ven. Zou 't ook kunnen zijn, dat men hier ce deen heeft met ©en van die krijgslisten, waar door de ©ene partij, de andere over den waren toestand tracht te misleiden? Des te meer is men daartoe geneigd, wan neer men leest wat over den opvolger van admiraal Rodjestwensky wordt bericht. Daar voor zou een zich nu nog aan den oever van de Newa. bevindende admiraal bestemd zijn men n, umvt den admiraal Birilew. D"e zou zich van Petersburg naar Wladiwortok moe ten begeven, waartoe liij minstens eene maand noodig heeft, en zou dan een kruis tocht moeten ondernemen om de vloot waar over hij het opperbevel moet voeren, op ie zoeken. Inmiddels zou de beslissing reeds ge vallen zijn. Wanneer admiraal Rodjestwensky werkelijk in zoo lijdenden toestand mocht zijn, dat hij het commando niet verder kan voeren, dan zijn er twee admiraals bij het vereenigde eskader, Folkersahm en Neboga tow, d'e in de plaats van Rodjestwensky zou den kunnen tredend-Bovendien telt de kleine afdeeling, d-e Wladiwostok tot steunpeunt heeft, twee vlagofficieren, Jessen en Reitzen- stein. d'e in het vorige iaar meermalen be wijzen van moed en bekwaamheid gegeven hebben. Daar zij bovendien door bun verblijf op het oorlogstooneel den .toestand m Oost-Azië nauwkeurig kennen, zouden zij zeker meer geschikt zijn het commando over het vereenigde Oost-Aziatische eskader op zich te nemen, dan de eene of andere admiraal, die tot dusver in de bureaux van het ministe rie van marine te Petersburg werkzaam is geweest. Dit alles te zamen maakt, dat onder de raadselen waarin wij wandelen ten aanzien van de Russische vloot, die aan de plek waar z:: is ui'gerust den naam van Oostzee- vloot te danken heeft, het raadsel van den opperbevelhebber dier vloot datgene is. dat ons haast nog het meest onoplosbaar voor komt. Duitschland. Wiesbaden, 21 Mei. De Keizerin kreeg door een val op een trap een lichte wond aan het voorhoofd. De wond is zonder de minste be denking, maar is oorzaak dat het vertrek van hot keizerlijke paar uit Wiesbaden is uitge steld. Italië. De correspond' nt te R. me van de Neue Freie Piesse, releveert uit het debat in de Kamer over de begrooting van buitenland- scho zaken eene rede van den afgevaardigde Artom, een nog jonge volksvertegenwoordi ger, die tot voor weinige maanden een ge wichtig ambt in de consulta bekleedde. Hij roemde den ijver van Visconti-Venosta, Pri- netti en Tittonni in de voorbereid-'ng en vol tooiing van den diplomatieken arbeid tot be hartiging v. ,i de Italiaansche belangen in 1 anië en Tripolis. De gevolgen van eene veertigjarige werkeloosheid konden daarmede intusschen niet uitgewischt worden, vooral niet in het "°alkan-gebied, waar Oostenrijk v de voordeelén, die het op het Berlijnsclie congres verkreeg, zoodanig heeft weten partij te trekken, dat het thans in het Sandsjak TJeskub vasten voet gekregen heeft en het achterland van Saloniki geheel aan zijne be langen onderworpen is, hetgeen veel meer wil beteekenen dan de benoeming van een Ita- liaanschen generaal tot commandant van oe gendarmerie en het r /erlaten van lie„ vilajet Monastir aan Italiaansche officieren. De spreker drukte den minister van buitenland- sche zaken op het hart, deze toestanden in het oog te houden. Italië heeft, dank zij zijne ligging, het verdeel, dat het in alle diplo matieke combinatiën den doorslag kan geven. H.t heeft daarom het recht, van zijne bond- genootert te verlangen, dat zijne belangen meer worden in acht genomen dan tot dusver is geschied. Rusland. Pet sburg, 21 Mei. De Czaar heeft de vol gende aanschrijving gezonden aan g otvorst Nicolaas Nicolajewitsch„Tot waarborging van de ontwikkeling van de strijdkrachten des rijks in overeenstemming met de behoef ten eu de middele.i van den Staat, tot ver krijging van de noodige eenheid in den arbeid van de hoogste militaire en maritieme besta ren en tot verkrijging tevens van eene betere overeenstemming tusschen dc i arbeid van dezo besturen en dien der andere regeerings- insteH'ngen in alle zaken, dio de veiligheid - n het Rijk betreffen, heb ik bet noodig ge acht een permanenten raad van rijksverdedi- ging in te stellen. Ik draag de samenstelling van eene wet naar de door mij rechtstreeks te geven aan wijzingen, tot regeling van deze instelling op aan eene bijzondere commissie, door mij ie benoemen onder voorzitterschap van Uwe Hoogheid." De brief van den Keizer eindigt met. de overtuiging uit te drukken, dat de oomnrtsie de haar opgedragen taak, onder voorzitter schap van den grootvorst, zal uitvoeren zou- der verwijl en met die zorg en veelzijdige opmerkzaamheid, die de groote beteekenis v dr nieuwe instelling voor den staat vordert. Een dagordèr vaq den Czaar bekrach>;gt het onts'ag uit den dienst van kapitein (KJ ado Uit Kopenhagen wordt aan de Frankf. Ztg. bericht, dat de veelvuldig verspreide opvat ting onjuist is, dat de Keizerin-moeder Maria Feodorowna (van afkomst eene Deensche prinses) een der krachtigst© steunpilaren is van de reactionaire politnin Rusland. Op gezag van een zegsman, die met de intiemste gebeurtenissen aan het Russische keizerlijke hof vertrouwd is, deelt deze correspondent mede, dat juist de Keizerin-moeder na de vermoording van minister Plehwe, de benoe ming van den liberalen prins Swiatopolk- Mirsky met wannte heeft voorgestaan. Wat De Russische politiek van geweld in Finland betreft, die is door de Keizerin s Leeds zeer scherp afgekeurd en dat zij diep betreurt, dat de Keizer aan slechte raadslieden liet oor geleend heeft. Het orgaan van de Russische omwente- lingsgozinden, de Revolutionaje Rossija, deelt mede, daf Kalajew, die den 17en Februari grootvorst Sergius in Moskou vermoordde, reeds den 2en Februari zijne daad had wil le i uitvoeren. Het was hem bekend gewor den, dat de grootvorst in den avond van den 17en Februari naar de opera zou jaan. Met d.» b i i de hand wachtte Kalajew den grootvorst op. Toen het rijtuig van den grootvorst verscheen, beurde hij de hand op om de bom weg te werpen, maar liet haar terstond weer zakken. In het rijtuig zaten behalve den grootvorst nog grootvorstin EP sabeth en de kindoren van grootvorst Paul Hij stelde het plan uit tot een tijdstip, waar °1- kij grootvorst Sergius alleen kon treffen Den 16en dezer is Kalajew te Moskou te recht gesteld. Een Russisch ambtenaar in Kiew heeft aan het Berliner Tageblaiüt eenige mede deelingen gedaan over de Jodem-vervolgin- gen in Sohitomir, aan welker betrouwbaar heid volgen® het blad niet vialt te twijfe len. Wij, die vrij wel getuigen waren van de vreeselijike gebeurtenissen, die zoo pas in Sohitomir zijn afgespeeld, waren ten zeerste verwonderd uit de officieele berichten, die van uit Petersburg er over werden bekend gemaakt, te vernemen, dat de Joden de hoofdschuldigen en de aanvallers waren ge weest. Tot groote verbazing van alle fat- soenlijike bewoners van Sohitomir werden deze mededeelingen ook opgenomen in het plaatselijk blad. Dit was toch voor de ont wikkelden daar ter plaatse toch wat al te sterk. De feiten waren zoo in het oogloo- peud verwrongen voorgesteld, dat een aan tal notabelen uit de stad ziöh naar den gou verneur Kataley begaven, oim hem te vra gen of dit leugenachtig rapport van hem afkomstig was. De gouverneur verklaarde in zij.n antwoord, dat hij de gepublioecrde feiten n et naar Petersburg had gerappor- teerd, dat hij zelfs van de in het rapport genoemde gebeurtenissen niet eens kennis droeg. Nooh aan zijne superieuren, noch aan iemand anders bad bij zulk een voor stelling van het gebeurde gogeven. Daaruit blijkt dat de anti-Joodsch gezinde, abso luut onware voorstelling van de betreurens waardige voorvallen in Petersburg is opge steld. zonder dat men zich om de waarheid van de voorstelling in het minst beeft be kommerd. Petersburg, 21 Mei. De staking van het personeel v de in het plaatselijke verkeer dienstdoende Aewa-stoombooten is geëindigd. Turkije, Saloniki. 20 Mei. Eene Grieksche bende, die bij Stephania aan de troepen was ont snapt. werd in de nabijheid van Saloniki ge signaleerd. Er werden troepen tegen dc ben den uitgezonden, die 25 man doodde en 4 gevangen namen. De rest vluchtte in een na burig klooster en wordt daar belegerd. Marokko. ranger, 20 Mei. De Engelsohe gezant, de heer Lowther, is heden naar Marokko ver trokken. De Mahon, een Spaansche boot, die dienst doet tusschen Spanje en de Spaaii9ohe bezit- 66 Roman van MORITZ VON REICHENBACH. „Maar, Nanni, wie laat nu izoo dadelijk den moed zinken?" vroeg de prinses troo stend. „Wie weet of het te buis van daag al niet weer veel beter igaat, en geloof me, 'tis niet goed om altijd de toekomst zoo donker in te zien. Misschien bezorgt de dag van lieden u nog een overwacihte. blijo- schap Nanni trok de hand der prinses aan haar lippen. „O, u is goed, dat weet ik, maar ik heb er zoo'n zwaar hoofd inAls u er niets tegéh hebt. wil ik maar 't liefst dadelijk naar mijn kamer gaan en meteen een brief voor Matthes schrijven, dien moeder hem dan kan voorle zen. Ik weet het 't best, hoe hij moet worden toegesproken om hem gedwee en geduldig te maken, als hüi ziek is." „Doe dat, lieve Nanni! Als wij bezwaard van hart zijn, is het altijd veel beter iet« u»t te voeren dam stil te zitten mijmeren." Nanni verwijderde zich. „Die lieveling!" zei de de prinses, haar na- oogend, „ze weet niet, welk een groot geluk haar vandaag nog te wachten staat! 'tWas maar goed, dat ik Egberts telegram gisteren ontving, toen ik alleen way, anders zou nu de ■verrassing er af zijn. Egbert heeft trouwens ook geschieven, maar de brief is als gewoon lijk te lang onder weg geweest. Ik kreeg he.n daar net pas, nu de paarden om hem af to halen al ruim vier uur geleden verzonden zijn." „Ik begreep dadel ijk, dat je een brief van Egbert hadt, toen je mii zoo toeknikte Ma- scha!" antwoordde tante Anna, „Eén ding vooral doet mij pleizier, ml. dat er nu aan al die geheimhouding van zelf een einde komt." „Nu, zoo'n beetje geheimzinnigheid vond ik anders niet zoo onaardig!" „Ik wel! Ik zag er heusoh iets verkeerds in, Mascha, iets, dat Blij soms kon beangstigen. Maar dat zal nu voor goed gedaan zijnWaa neer verwacht je mijnheer Eg'bert eigenlijk?' „Ik geloof, dat kii, over een uur al hier kan zijn. Ik verheug mijl als een kind over de verrassing, die we onzo Nanni bezorgd heb ben." „Nu, je hebt die blijdschap anders duur genoeg betaald. Als je maar denkt aan 't reis geld, dat je hem hebt gestuurd, omdat hij, zoo 't heette, voor jouw pleizier hierheen moest komen en je volstrekt niet wilde, dat hij het op eigen kosten zou doen „Maar tante Anna, sinds wanneer zijn wij alles zoo angstvallig gaan uitrekenen? En dan we t u óok wel, dat de Dobrilucky's zich wil len laten uitschilderen. Geloof me, hij zal hier den gehcelen zomer handen vol werk hebben cn vrij goed geld verdienen, in plaats van te Rome de malaria te krijgen, wat denke lijk wel 't geval zou zijn geweest, als hij in 't heetst van 'tjaar daar had moeten blij ven." „Nu ja, dat 's goed en wel, maar ik weet ook, dat zoo iemand, zeker Eg'bert en Nanni je wel in goud mochten laten beslaan." („Hartelijk dank, tante Aunal" riep de prinses lachend uit, „ik ben nog volstrekt geen reliquie. Voorloopig wil ik mij zelf en Nanni in de omlijsting van het eikenprieël aan Egberts oogen vertoonen, dat wil zeg gen, ik wandel vast vooruit naar het prieel on verzoek u, om Nanni bij mij te sturen, als zij met haar brief klaar is. 't Prieël ligt, zooals u weet, aan den straatweg, waar Eg berts wagen langs komt dat zal een ver rassing zijm Zeg Nanni in elk geval over een half uurtje, dat ik haar daar wiaclit, I anders zou zijl misschien nog te laat komen. I Eu u, tante, komt u niot met ons mee?" j „Neen, kind, ik blijf liever thuis. Ik krijg hier altijd hoofdpijn in de open lucht, als het zoo mist als vandaag. Speel die ontmoe- tingsscène maar zonder mij af." „Nu, dat zal wel gaan, denk ik," meende I de prinses, terwijl zij de kamer verliet. „Wat zullen ze zich verheugen, die twee lieve men- schenkinderen," dacht zij,, terwijl zij lang zaam door het park wandelde en een open oog had voor het fris che groen om haar hfen en den helderen hemel boven haar, al vond tante Anna het ook een mistigen dag. Neen, het was dan* ook inderdaad geen mis- tig weer, maar helder, frisch, versterkend, een weer, waarin de blijmoedig gestemde mensch i zich zoo gezond en zoo sterk gevoelt. „Een dag als geschapen tot een vroolijk wederzienmeende do prinses. l>ooh in spijt van al haar opgewektheid, steeg er wel dra. een diep© zucht op uit haar borst, en de blijde uitdrukking van haar gelaat maakte i voor een ernstige, bijna zwaarmoedig© plaats. I Het was te vergeefs, dat zij 'tvoor zichzelf herhaalde, hoe het geluk, door haar aan an- i deren bereid, voor baar geen geluk zou zijn. I Hetzelfde beeld, dat haar somtijds in haar droomen voor den geest had gestaan en dat wakend zich nog meer aan haar phantasie 1 opdrong, hoezeer haar wilskracht en haar trots het ook poogden te verwijderen, dat j stond haar ook thans weer, cn duidelijker j dan ooit, voor oogen. Het was haar, als zag zij tusschen het groen van bet akkermaalshout Kurt Mel lows hooge gestalte opdoemen en haar tege moet komen. Wrevelig schudde zij 't hoofd, 1 zag een anderen kant uit en dwong zichzelf aan iets anders te denken. En zij, had genoeg andere dingen om aan te donken, meer dan haar lief was. Morgen, met later dan morgen, moet zij met Lewos- ky eens een groote afrekening houden. Zij berekonde, hoo groot ten naastebij reeds de 1 som was geworden van het geld, dat zij hem successievelijk had verstrekt en welke uit gaven hij daarvan had mosten bestrijden. En terwijl zij over die dingen liep te pein zen, schoot haar plotseling Friedrich's waar schuwing in de gedachten. „Ik geloof niet, dat Lewosky oneerlijk is," redeneerde zij, „maar hij heeft toch dikwijls, eu in den laatsten tijd vooral, veel te veel geld van mij onder zijn berusting, en 'tzal in het vervolg zeker het best zijn hem een beetje kort te houden en zijn ontvangsten en uitgaven, zoo niet elke week, althans den Het doel was bereikt, het beold van Kurt eersten van, elke maand te controleeren. Mellow was verdwenen en de prinses had. het plaatsje bereikt, waar zij, met Nanni, wilde uitzien naar de aankomst van Egbert's reiswagen. Nanni had inmiddels beproefd om een brief aan Matthes te schrijven, maar de juiste woorden, die zij daarvoor noodig had, niet. kunnen vinden. Na slechts enkele regels te hebben ge schreven. bleef zij met de hand onder 'fc hoofd zitten mijmeren, en allerlei droevige gedachten kwamen haar van alle kanten be stormen. O, zij had het goed biji de prinses, beter dan zij ooit gedacht had, het in eenige betrekking, bij wie dan ook, te zullen heb ben. maar juist dat zij, hot zoo goed had, ruimte, licht en leven om haai- heen, dat hinderde haar nu in zekeren zin. Zij zag in haar verbeelding weer de donkere, met aller lei voorwerpen opgevulde, kleine kamer in het ouderlijk huis. waar t bedje stond van den armen jongen, en in dat bed het bleeke, smalle gezichtje met de onnatuurlijk groote, droevige oogen, die zich telkens verlangend wendden naar de deur, waardoor Nann« niet meer zou binnenkomen. „Ik had ook niot weg mogen gaan zuchtte zij. „Ik had in spijt van alles en allen, niet mogen heengaan. Zi; schaamde zich, maar zeer moeilijk zou thaar zijn geweest te zeggen, waaróm zij zich schaamde. Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1