1
S°. 324. EerstejBlad.
3de Jaargang;.
Zaterdag 27 Mei 1905.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
EEN PRINSES.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoort f 1.25.
Idem franco per post1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
'a morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER A.DVERTENTIÉH
Van 1—5 regelsf 0.7Ö.
Elke regel meer- 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement Eenu
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
Da Zareadach-Noorweegache unie.
De Noorweegsche storthing heeft thans
zijne sanctie verleend aan het weigerend be
scheid, dat door de regeering gegeven is op
het voorstel van den kroonprins-regent om
nogmaals onderhandelingen te beginnen over
de geheele Zweedsch-Noorweegsche unie-
kwestie. De regeering heeft, in antwoord op
dit voorstel, te kennen gegeven, dat naar
hare meening aan eene dergelijke onderhan
deling moest voorafgaan de regeling van den
zelfstandigen consulairen dienst voor Noor
wegen Nu is die regeling vastgesteld, en
wel door de beide takken van de storthing
met algemeene stemmen.
In den odelsthing werd door den vorigen
minister-president, Hagerup, voorgesteld het
wetsontwerp tot vaststelling van die regeling
in deze zitting niet te behandelen. Het reolit
van Noorwegen om zich in het buitenland
door eigen consuls te doen vertegenwoordi
gen, achtte hij niet aan den geringsten twij
fel onderhevig. Maar hoe van zelf spiekend
dit recht was, hij vreesde dat men in de uit
voering op bezwaren zou stuiten, omdat in
het wetsontwerp niet werd aangewezen hoede
verhouding tusschen de consulaten en de di
plomatie, die gemeenschappelijk zal blijven,
moest worden geregeld. Wanneer men daar
voor geene oplossing mocht vinden, dan zou
Noorwegen voor de keus staan op het geno
men besluit terug te komen of het tot eene
breuk, met Zweden te laten komen. Hij
waarschuwde tegen het nemen van een be
sluit onder den indruk van eene stemming
van bet oogenbb'k, en stelde daarom voor
de beslissing te verdagen.
De thans fungeerende minister-president
Michelsen, Hagerup's opvolger in dit ambt,
liet zich bij zijne bestrijding van dit verda-
gingsvoorstel ontvallen, dat daardoor bewe
zen werd, dat Hagerup volstrekt geen voe
ling had met het Noorweegsche volk. Blij
deze woorden stond de geheele vergadering
op. Vijf leden sloten zich bij Hagerup aan,
maar eene verdere discussie had niet plaats.
Nadat het voorstel tot verdaging met 82
tegen 6 stemmen verworpen was, word het
wetsontwerp eenstemmig aangenomen.
Dezelfde eenstemmigheid heerschte ook in
den anderen tak van de vertegenwoordiging,
den lagthing. De voorzitter van die vergade
ring, de heer Thorne, verklaarde, dat ook
hij in beg-nsel de voorkeur gegeven zou heb
ben aan nieuwe onderhandelingen met Zwe
den Nu echter de odelsthing anders besloten
had, legde hij zich daarbij neer en wilde
vooi de wet stemmen, om daarmee te toonen,
dat hij eveneens de meening was toegedaan,
dat Noorwegen het recht had een eigen con
sulairen dienst in te richten.
Nu is het woord aan den Koning, die zelf
weder do taak om te regeeren heeft aan
vaard De grondwet kent hem het recht toe,
zijn veto tegen het besluit van den storthing
uit te brengen. Maar dat is niet een abso
luut. doch slechts een suspensief veto. Twee
maal kan de Koning door zijn veto een be
sluit van den storthing krachteloos maken
maar wanneer de storthing in verschillende
zittingen voor de derde maal bij zijn besluit
volhardt, dan heeft zijne beslissing kracht
van wet, ook zonder de koninklijke goedkeu
ring. Het laatste woord blijft dus aan de
volksvertegenwoordiging. Nu is het bekend,
dat de Kroon den thans door Noorwegen go
danen stap betreurd. De kroonprins-regent,
die hierin ongetwijfeld in den geest van den
Koning zelf handelde, heeft getracht Noor
wegen daarvan terug te brengen door zijn
voorstel om de onderhandeling over eene
nieuwe regeling van de unie tusschen de
beide rijiken, op breed en grondslag te her
openen. Maar Noorwegen heeft daarvan niet
willen weten; zijne regeering heeft geant
woord, dat onafhankelijk van die onderhan
deling, allereerst de afzonderlijke consulaire
dienst voor Noorwegen moest worden gere
gel! en ten uitvoer gelegd; de storthing, die
volksvertegenwoordiging, heeft eenstemmig
het met dat doel ingediende wetsontwerp aan
genomen. Dit votum levert het bewijs, dat
hel geheele Noorweegsche volk staat achter
do beweging tot splitsing van den tot dusver
gemeenschappelijken consulairen dienst.
Daarmee zal de Koning, die nu voor de
vraag staat of hij de door den N oor wee g-
schen storthing aangenomen wet zal bekrach
tigen of daaraan zijne sanctie zal weigeren,
en zal ook Zweden rekening moeten houden.
Dit besluit ongedaan maken, dat strekt om
da un:e tusschen Zweden en Noorwegen los
ser te maken, zal niet gaan, en zich er tegen
verzetten zou allicht er toe leiden, dat die
unie geheel te niet gaat.
Duitschland.
Berlijn26 Mei. Het Huis van Afgevaar
digden nam in dercle lezing definitief aan, de
wets-novelle betreffende de positie van de
lijn werkers, overeenkomstig het compromis
voorstel van het centrum, de nationaal-libe-
ralem en de vrij-conservatieven, en betreffende
de instelling der verplichte arbeiders-commis
sies, die bij geheime stemming gekozen zullen,
worden, en voorts tot afschaffing van het
wagen-nullen.
Engeland.
De motie van wantrouwen, die de opposi
tie in het lagerhuis zal voorstellen en waar
over in do vergadering van Dinsdag zal wor
den gedebatteerd, luidt: „De verwarring be
treurende, die door de met elkaar strijdige
verklaringen van den eersten 1-ord van de
schatkamer en van andere ministers veroor
zaakt werd, acht 1 -t. buis het noodzakelijk,
dat de kiezers van tet vereenigde koniukrijk
gelegenheid moeten hebben hunne meening
uit te drukk n betreffende de preferentieele
belasting van levensmiddelen, voordat de aan
staande koloniale conferentie gehouden
wordt."
Zweden en Noorwegen.
Stockholm, 26 Mei. De Koning heeft lie
den de regeering weder aanvaard.
Spanje.
Madrid, 26 Mei. Onder de wetsontwerpen,
welke de Koning goedgekeurd heeft om te
worden aangeboden aan de Cortes, is er een
betreffende de reconstructie van de vloot,
welke daarin bestaat, dat zullen worden ge
bouwd 8 pantserschepen van 14.000 ton, 5
gepantserde kruisers en verscheidene andere
schepen.
De kosten zullen over 2es opeenvolgende
begrootingen worden verdeeld.
Hongarije.
Budapest, 26 Mei. In eene vergadering van
de dissidenten rekenschap gevende van zijne
audiëntie bij den Koning, verklaarde graaf
Andrassy, dat, naar de Koning niet gezind
was af te wijken van at liberale program
ma over de zaak in geschil, het hem onmoge
lijk was zich te belasten met de samenstel
ling van het kabinet.
Rusland.
Ondanks het besliste démenti, dat het Pe-
tersburgsche telegraaf-agentschap heeft gege
ven van bet gerucht, dat het plan bestaat
tot het sluiten van eene nieuwe buiitenland-
sche leening, waarvoor Russische staatsspoor
wegen zouden worden verpand, bericht noi
ook de Petersburgfeohe Russ. dat Duitsclie,
Fransche en Engelsche kapitalisten aan de
Russische regeering eene nieuwe groote lee
ning hebben aangeboden, waarvoor de in
komsten van cenige staatsspoorwegen, als on
derpand zouden dienen. Aan de Vossische
Ztg. wordt medegedeeld daib inzonderheid
Fransche en ook Belgische financiers in deze
lecningszaak werkzaam zijn, die overigens
met buitengewone geheimzinnigheid gevoerd
wordt.
De moord op den gouverneur van Bakoe,
prins Nakaschidze, wordt niet aan pol'tieke
drijfveeren geweten; men ziet er eene wraak
oefening in op den gouverneur, op wien zoo
wel Armeniërs als Mohammedanen gelieten
zijn omdat hij had nagelaten maatregelen te
nemen, om de moorditooneeleni en onlusten
in de stad' tegen te gaan.
De vroegere burgemeester van Bakoe No-
vikow heeft, in het blad „Samarkand" dezer
dagen aan den thans vermoorden gouverneur
een open brief gericht-, waarin hij dezen on
omwonden voor de gruwelen in Bakoe in
Februari verantwoordelijk stelt en feiten
noemt-, waaruit blijkt- dat de gouverneur niet
alleen niets deed om de gruwelen tegen te
gaan, maar zelfs de om hulp smeekenden
terugstiet.
„Gij zijt, heet het in den brief, slechter
dan Kaïn, want Kaïn doodde slechts een
broeder, u echter kleeft het bloed van hon
derden uwer broeders aan de handen... Uw
naam zal tot xn alle eeuwigheid veracht
zijn".
Petersburg, 26 Mei. Het Petersburgsche
telegraaf-agentschap bericht uit Nachitsobe-
wan, dat sedert den 23en er voortdurend
bloedige "botsingen plaats hebben tusschen
Armeniërs en Mohammedanen. Gisteren na
men die een bijzonder hevig karakter aan.
Sinds den vroegen morgen wordt er in do
Straten geschoten; do 'bevolking weigert
elke gehoorzaamheid. R-ijien winkels staan in
brand. U t Eriwan zijn troepen ontboden.
Warschau, 26 Mei.. (Petensburgsoh tele-
graaf-agenscbap). Ten gevolge van de hier
voorgekomen plunderingen is bet aantal pa
trouilles sterk vermeerderd. Vier regimen
ten zijn aangekomen.
De pers laat zkÊ zeer afkeurend uit over
de volledige werkeloosheid van. do politie.
Kreta.
De verklaring van de consuls der bescher
mende mogendheden over de beweging tot
vereeniging van Kreta met Griekenland, is
thans openbaar gemaakt. Zij herhaalt de wei
gering van de inlijving ander de bestaande
omstandigheden, maar doet daarbij uitkomen,
dat do mogendheden bereid zijm, nadat de
opstandelingen de wapenen hebben nederge-
legd, over te gaan tot de noodige hervormin
gen op administratief en financieel gebied.
Ten slotte wordt aangekondigd, dat do mo
gendheden, wanneer de rustverstoorders blij
ven volharden in hunne houding, die-tot den
ondergang van het land zou moeten leiden,
besloten zijm over te gaan tot militaire en
maritieme maatregelen.
In de volksvertegenwoordiging van Grie
kenland verklaarde minister-preaióent Delvan-
nis, dat de regeering den wcnsch koestert
naar verandering vara den voorloopigen regee-
ringsvorm op Kreta de verwezenlijking van
dezen wensch hangt echter af van den wil
der mogendheden. Griekenland moet geduld
hebben en vertrouwen stellen in zijne
regeering wat de behandeling van deze
zaak betreft. De aanwezigheid van prins
George te Kanea is te beschouwen als
eene belofte en een waarborg, dat de
vereeniging van Kreta met Griekenland zal
geschieden. Wanneer er eene verandering in
de regeering van Kreta mocht voorkomen,
dan zou de toestand verergeren en de waar
schijnlijkheid van liet tot stand komen der
vereeniging verminderen.
Marokko.
Volgens de particuliere inlichtingen van
den Parijschen correspondent van de Times,
zou graaf Tattenbach zich er toe bepalen po
gingen te doen het status quo ante te her
stellen, d. w. z. om den Sultan van Marokko
te bewegen zijn verbintenissen met Frankrijk
te verbreken, zoodat gelegenheid zou worden
geopend voor onderhandelingen met Duitsch
land.
Tot de zending van den, Duitsohen gezant
zou zijn besloten zonder rekening te houden
voldoende rekening althans met de
zendingen der Engelsche en Spaansche gezan
ten naar Fez.
De correspondent van de .Echo de Paris"
te Fez meldt over de houding van het Magli-
zen tegenover de Fransche eischen, dat niet
kan worden/ ontkend, dat de toestand voor
Frankrijk niet al te gunstig is. Van het
Fransche programma zal, vreest hij, niet veel
terechtkomen en de regeering van den Sultan
begint al terug te krabbelen en vroeger ge
dane beloften te ontkennen. Voor een deel is
dit te wijten aan de aanwezigheid van don
Duitschen gezant. De Marokkanen willen er
wel in toestemmen Fransche legcrinstructeurs
aan te stellen, maar alleen als het Fransche
program aan de goedkeuring van een derde
mogendheid zou worden onderworpen. Deze
mogendheid zou Duitschland zijn. Dat is
eene voorwaarde, die voor Frankrijk niet aan
nemelijk is. De correspondent hoopt nu nog
dat de invloed van den Engelschen gezant
voor Frankrijk gunstig zal zijm.
Volgens een bericht van bet Spaansche
blad Porvenir, Hebben de leden van het Duit
sclie en het Fransche gezantschap te Fez
elkaar wederkeerie uitgenoodigd om te dinee-
ren. De persoonlijke betrekkingen tusschen
graaf Tattenbach en den- lieer Saint Rene-
Taillandier zijn uitmuntend.
Japan.
Volgens de Engelsche bladen legt de Japan-
sche pers zich zonder verzet neer bij dc uit
spraak van liet Haagsche hof in het bekende
belasting-geschil.
Venezuela.
Uit Caracas wordt bericht, dat president
Castro kwijtschelding van straf verleend Heeft
aan alle personen die om staatkundige rede
nen Het laimd moesten verlaten, en aan 1500
politieke gevangenen.
De oorlog in Oost-Azië.
Van den oorlog zijn de volgende beriakten
De Times verneemt uit Petersburg, dat dc
Russische oorlogspartij een groote betooging
heeft voorbereid ter gelegenheid van Birilew's
vertrek naar Oost-Azië.
Petersburg, 27 Mei. (Peteraburgsch tele-
graaf-agentscbap). Een telegram van gene
raal Linewitsdh aan den Keizer bericht van
den 24en
Een uit gedeelten van de Kaukasiscbe bri
gade en de Transbaikalsche lcozakken-divï-
siëu gevormde kavallcric-afdeeling onder
generaal. Mistsjenko naderde den 17en Sin-
lunt&juan, den vijand naar liet zuiden terug
dringende. Den 18en gelukte Het de esca-
drons van de voorhoede dezer afdeoling den
weg naar Fakoeona te bereiken, waar zij een
goederenmagazijn verbrandde en do tolc-
graafleiding over een grooten afstand ver
nielde. Groote Tsoengoezenbcnden, dde in
de streek verblijf hielden, werden gedeelte
lijk vernietigd, gedeeltelijk uiteen gedreven.
Den 19en kwam de kavalleric-afdeoling
op den weg van Fakoeanen naar Schifuidzy,
waar de Japanners eene sterke uit linietroe
ipen en gardetroepen bestaande af dee ling
met. revolverkauonnen op de ten zuiden van
Fakoemen gelegen hoogten hadden opgesteld.
Onze afdeeling tastte de Japanners aan, ver
nietigde twee compagnieën, nam eene derde
met alle officieren gevangen, veroverde twee
revolverkanonnen, kwaan daarna op den weg
op den rechteroever van de Liao-ho, dreef
bii Schifuidzy een zeven X.M. lang trans
port rijst, thee. conserven en vïiicbten uit
een cu vernielden de telegraaflijn. Nadat
de afdeeling nog eenige manschappen ge
vangen genomen en omstreoks honderd
paarden buit gemaakt had, ging zij weder
terug, waarbij zij op liaren weg nog
eenige Tsoengoezenbcnden uiteen dreef. De
Russen maakten 234 gevangenen, waaronder
vijf officieren.
De bij het Russische leger aanwezige cor
respondent van dc K«"»In. Ztg. bericht uit
Hailocntsjeng, dat" bij eene verkenning mot
een uit troepen van alle wapens samengesteld
detachement den 14. Mei op 150 werst, ten
zuiden van die plaats, 36 vijandelijke bat-ai I-
lons werden aangetroffen. Het gebergte is in
het oosten zeer moe iel ijk begaanbaar hoog
stens kan daar veldartillerie passocren. Men
stuitte op bijna ontoegankelijk oerwoud mot
steile kloven. Eene poging van den vijand
om tegen Kirin op tc rukken, met overvleu
gel! ng van dc Russische stelling, schijnt mo
gelijk.
Ecu nader bericht va» denzelfden corres
pondent meldt, dat de Japanners do om
trekking van den linker Russisohen vleugel
op het oog hebben. In het westen is geen
plaats om te opetecren, tenzij onzijdig gebied
betreden wordt. maar te oordeelen naar hun
optreden tot dusver, vermijdt liet Japansche
legerbestuur alle schending van de onzijdig
heid. Bij het teruggaan van het Russische
leger zou Kirin vallen, hetgeen van groote
politieke heteekenis zou zijn, omdat liet de
zetel is van den Chineés'ohen onderkoning.
Sjanghai, 26 Mei. Het schijnt, dat admi
raal Rodjestwenskv zijne vloot heeft gesplitst.
Zeven/tien Russische schepen ankerden in den
afgeloopen nacht ter hoogte van de Saddle-
eilanden (gelegen ten oosten van Sjanghai en
Woesoeng)men gelooft, dat ziv daar kolen
innemen en dan noordwaarts zullen gaail.
Sjanghai27 Mei. Gisterenavond hebben
de schepen van de Oostzec-vloot do Saddle-
eilanden weder verlaten.
Nagasaki., 26 Mei. Drie Britsoli© stoom
schepen, met kolen geladen, bestemd voor
Hongkong, zijn te Moji op last der regee
ring aangehouden.
70 Roman van
MORITZ VON REICHEN BACIL
Weder poogde hij haar te omhelzen, doch
op nieuw onttrok zij zich aan zijn liefkoozing
en liep van hem vandaan, hare schreden
haastig naar de pachthoeve richtend.
„Maar, Nanni, hoe heb ik bet nu?" riep
Egbert, haar achterop loopend.
Hij wilde zijn- meisje staande houden, doch
zij Liep door, zonder iets te zeggen, en* hij
nevens haar, in zich zelf mokkend over zijn
eigen domheid en over Nanm's jaloezie, waar
door het heerlijk wederzien, waarvan hij; zich
zooveel had voorgesteld, jammerlijk was mis
lukt.
Weldra hadden zij de pachterswouing be
reikt.
De prinses kwam nu toevallig juist naar
buiten, om naar 't heerenhuis te gaan. Dfaar
zag zij het jonge paar en stak. Egbert de beide
handen toe, terwijfl het diep ernstig gezicht
althans voor een oogenblik opklaarde
„Ge komt hier wel is waar op een voor
mij zeer droevig tijdstip," zeide zij, „maar
ik heet u niettemin hartelijk welkom' Nu,
Naimr, kind zijl is van di© akelige gebeur
tenis, in spijt van de blijdschap van 't weder
zien, nog geheel ontdaan, zooals ik zie. die
arme lieveling! en ik, verbeeld u, ik had
mij al zoo verheugd op 't vooruitzicht van uw
komst
„Maar, mijn Hemel, wat is er dan toch
voorgevallen?" vroeg Egbert, en met de
grootste bevreemding zag de prinses hem
aan.
„Hoe," riep zij uit, „weet .ge nog niets?
Heeft Na.nni u dan niet. gezegd, dat mijn
pachter Lcwosky zichzelf daareven een ko
gel door 't hoofd heeft gejaagd?"
„God, hoe verschrikkelijk! Ik wist werke
lijk niets
Hij ihie'ld nog de handen der prinses in do
•zijne. Nanni stond er ibij, bevend als in een
hevige koorts, zonder iet-9 anders te begrij
pen, dan dat de sphinx-ring aan Egbert's
vinger fonkelde en dat daarom alles, wat zij
had vermoed, inderdaad de waarheid, do
vreeselijke waarheid moest zijn.
„Denkelijk zal ik dezer dagen maar al te
vaak een beroep moeten doen op uw tus-
schenkomst eu beslag moeten leggen op uw
t-ijld," ging de prinses voort. „Tk vrees, dat
ik de boeken, de registers, de rekeningen,
kortom alles wat het zakelijk en geldelijk
beheer van mijn goederen betreft, in de
grootste wanorde zal vinden, want tegelijk
met mijn pachter heb ik zijn broer, den man
die tot dusverre mijn particuliere secretaris
was, verloren, en 'tis dus wel te voorzien,
dat ik onder zulke omstandigheden een hel
pende vriendenhand zeer zal noodig heb
ben."
„U weet, prinses, dat ik met alles wat ik
ben en kan, geheel ter uwer beschikking
sta
Nanni had genoeg gezien en gehoord.
AVaarom zou zijl nog op verdere ophelderin
gen wachten? De prinses eu Egbert ja,
Egbert- ook? - schenen immers haar bijzijn
volkiomen vergeten te zijn; waarom zou zij
dan nog langer er biji blijven staan om te
zien, hoe goed die twee elkander begrepen?
De prinses was inderdaad nog al te zeer
onder den indruk van het gebeurde in 't
.pachtershuis om aan de liefde der jongelui
haar aandacht te kunnen scheuken. Allo
bijzonderheden, die daarop betrekking had
den waren immers ook zoo klein en zoo on
beduidend, in vergelijking van het vreese
lijke drama, waarvan zij zooeven getuige was
geweest en dat ook haar persoonlijk zij
wist nog niet in welke mate, maar in elk
geval zeer ernstig getroffen had.
Zij haalde dan ook de schouders op, toen
Egbert, het hoofd omwendend, uitliep
„Maar waar is Nanni gebleven? Zij' stond
daar straks toch nog hier?"
„Zij zal wel weer terugkomen," meende
dc prinses, en toen Friödrich op datzelfde
moment, uit het paohtershuis komend, op
haar toetrad en gejaagd uitriep„De pach
ter leeft nog, ik 'heb zijn gezicht zien ver
trekken!" toen legde de prinses reeds dade
lijk beslag op Egbert, die naar Nanni had
willen 0" «ien, met te zeggen
„Blijf bij mijIk heb iemand noodig, die
met heldere oogen toeziet. Wat Friedrich
daar zegt, houd ik voor onmogelijk, de men-
schen hebben zich in hun zenuwachtigheid
zeker vergist maar ik moet overtuiging
hebben voor mijzelf! Ik heb een vriend
noodig, d e inij met raad en daad ter zdjlde
staat!''
Haar stem beefde een weinig en zij zag
er zoo bleek uit, dat Egbert, ook al had hij
minder van haar gehouden en minder ver
plichtingen aan haar gehad, het niet over 't
hart izou hebben kunnen verkrijgen, om
haar op zulk een oogenblik aan haar lot
over te laten.
Wel bad hij gaarne Nanni gevolgd om
•haar naar de redenen van baar zonderlinge
handelwijze te vragen, doch voor het tegen
woordige werden zijne gedachten ïu een ge
heel andere richting geleid.
Hij volgde de prinses in het pachtersliuis.
hij: stond naast haar bij het beschouwen van
den dooide, waar zij tevergeefs wachtten, of
jhet teeken van leven, dat de mensohen be
weerden gez'en te hebben, zicli mocht her
halen. Hij voelde hoe de hand, Waarmede zij
op zijn ann een steun had gezocht, lichte
lijk beefde. Hn haar aanziende, bemerkte
•hij, dat zij tranen in de oogen had.
Zijl liet .Egbert's arm evenwel spoedig los,
en met haar hand leunend op het canapé
kussen, waartegen het hoofd van den doode
rustte, op wiens gelaat een trek van bitter
lijden zichtbaar was, fluisterde zij
„Veel heeft hij -geleden en wij zijn al
len zondige menschen!"
Hoe zachit die woorden haar ook over do
lippen waren gekomen, Egbert had ze ver
staan en hij begon nu te begrijpen, hoe de
plotselinge dood van dien man een.gevolg
van schuldbesef moest zijn.
Hij durfde nog niets vragen, maar de
diepe verslagenheid der prinses hield hem
aan haar zijde geboeid.
Mascha b oog zdob over den doode liecn.
Wrok, minachting, alles wat haar hart ver
bitterd had, 't 9molt tlhans weg in een ge
voel van innig medelijden. Zij deed zichzelf
de gelofte om den laats ten wensch van den
man, die 't haar als het ware stervend had
afgesineekt, "etrouw tc vervullen en wat hij
haar had gebiecht, ook als ecu geheim in
haar hart te bewaren.
Toen zij zich wieder uit- haar gebogen hou
ding oprichtte, was de zonderlinge strakheid
die Egbert bij t eerste wederzien als iets
vreemds in haar had opgemerkt, ja, zelfs
pijnlijk had aangedaan, weder geheel en al
van haar gezicht, verdwenen. Wel keek zij
met bednoofde oogen, maar toch ook weder
met goedheid en zachtheid naar hem op.
„De mensahen hadden zich vergist, de
arme man is wel degelijk dood," zeide zij;
„blijf niettemin bier tot ik ook naar zijn
weduwe heb omgezien. Twijfel zou haar
smart wellicht vergrooten, en ik wil maar
hopen, dat het bericht, waarop wij zijn te
ruggekeerd, ook niet tot haar is doorgedron
gen. Maar zelfs mijn anders» 'zoo verstandige
Friedrich is thans zóó opgewonden, dat het
zeker het best- zal zijn als hier een meer rus
tig toezicht gehouden wordt."
„Goed, ik blijf!" antwoordde Egbert een
voudig.
„En ik koon ook gauw torug," verzekerde
dc prinses.
Nanni was intusdhen in v re osei ijk ge jaag
den toestand naar het- hoofdgebouw gesneld.
In de vestibule ontmoette zij tante Anna.
die een fleschj© met vlugzout had gehaald
voor de beWustelooze padhtersvrouw.
„Kom mee, Nanni," zeide tante Anna,
„dan kun je de arme vrouw de slapen en
het vooi'hoofd betten, ik heb het zoo vrecse-
lijk druk."
Wordt vervolfd.