afloop van do zaak, do stnkken op to vragen
en doze over to leggen, waardoor gelegenheid
ontstaan zou om het vraagstuk volledig te
bcoordeelen, maar antwoordde op de vraag
of hij bereid was reeds thans, telegraphischo
inlichtingen in te'winnen, dat dit z. niet
kon plaats hebben.
In verband daarmede verwees de minister
reeds nu naar art. 81 O.-I. Reg-Reglemen
(„Alle tusschenkomst van de regeering 'n za
ken van justitie, niet bij dit reglement toe
gestaan, is verboden'") ©n verklaarde, te oor-
deelen, dat op grond daarvan noch de regee
ring hier to lande, noch die in Indië be
voegd was, in dezen handelend op te treden.
In den loop der verdere ge d achte 11 wisse ling
deed de minister opmerken, dat terwijl de
pers in dit geval, verklaarbaar, zoodanige
tusschenkomst wenschte zij zelve in de
eerste plaat-s krachtig zou protesteeren, in
dien in een andere zaak van justitie de regoc
ring in strijd met art. 81 R. R. handelen zou.
De minister wees er daarbij op, dat den
heer Vierhout hooger beroep op het Hoog
gerechtshof openstond.
In den loop van het verdere onderhoud op
perde de minister de onderstelling, dat het
bericht in „De Locomotief" hoewel van de
zijde van een geacht journalist als de he:r
Vierhout, zeer zeker to goeder trouw en zon
der kwade bedoeling schadelijk zijn kon
voor 's lands belangwaarop werd geant
woord, dat onzerzijds volstrekt de verant
woordelijkheid niet werd afgewezen en zelfs
op den voorgrond werd gesteld, dat die straf
rechtelijke aansprakelijkheid van den jour
nalist voor de plaatsing van een bericht ten
volle werd erkend.
Hiertegen voerde de minister aan, dat dit-
in zaken als deze niet de quaestie behoefde
te zijn, dat integendeel het landsbelang
eisöhon kon, te onderzoeken wie de ambte
naar is, die geheimen uit de bureaux ver
klapt. Z.Exc. verklaarde daarbij, zich niet te
kunnen voorstellen, dat een journalist, ze'fs
na een belofte van geheimhouding, iemand
«ou sauveeren, van wien later bleek, dat hi;
zich aan landverraad had schuldig gemaakt,
waartegen (zonder dat werd ingegaan op
do oouscientievraag, die zich in enkele geval
len zou kunn.n voordoen) met de meeste sul
ligheid werd aangevoerd, dat de journalist
zich altijd, ook zonder eenig opzettekikc Ibe
lofte, aan zijn beroepsgeheim stipt gebonden
acht.
De minister bleef zich intusschen houden
aan wat door hem in den.aanvang der audiën
tie was verklaarddat er van tusschenkomst
zijnerzijds geen sprake zijn kon, en de pers
alleen kon trachten, hetzij de wet, hetzij haar
ook in Nederland bestaande interpi-etatie ver
anderd te krijgen, volgens welke de jour
nalist onder de vertrouwensberoepen wordt
gerekend waartegen werd opgemerkt, dat,
voor zoover bekend, deze zich bepaalt tot één
enkel geval van een halve eeuw geleden,
waarin de uitgever van een Nederlandsch
blad wegens zoodanig weigeren van getuigen
werd veroordeeld tot een geringe boete.
De bestuursleden dankten daarna Z.Exc.
voor het onderhoud, dat een half uur had
geduurd.
Aan den heer Vierhout is in 't begin der
week uit naam van het Kringbestuur een
telegram van sympathie toegezonden.
Art. 53 Ind. Sr. zegt, dat een getuige, die
„zonder wettige redenen weigert getuigenis af
te leggen, op onnis van den raad van justitie
kan worden gegijzeld „tot hij aan zijn verplich
ting zal hebben voldaan."
Vierhout uit do gijzaling ontslagen
De Indische correspondent van „Land
en Volk" seint, dat- het- Hoog Gerechtshof
van Nederl.-Indië het vonnis in zake den
heer Vierhout heeft vernietigd, diens on
middellijke ontslag uit de gijzeling heeft go-
last met last aan den Raad van Justitie te
Semarang om alsnog uitspraak te doen over
de gegrondheid van V.'s redenen tot ver
schooning van het afleggen van getuigenis.
Maataohappij van Nijverheid.
De eerste zitting van de algemeen© ver
gadering der Maatschappij van Nijverheid
welke te Arnhem werd gehouden, werd Vrij
dagmorgen. geopend in de groot» zaal yau
de Duitensociëteit.
Vertegenwoordigd wanen 24 af deelingen,
uitbrengende 204 stemmen en 8 donateurs
ieder met één stem.
De voorzitter jhr. Van de Poll hield een
openingsrede, waarin hij er op wees dat de
agenda een paar hoogst gewichtige punten
bevatte: het bestuursvoorstel in zake het
houden van een international© tentoonstel
ling van ambachswerktuigen te Amsterdam
in 1896 ©n dat betreffend© het adres aan de
Tweede Kamer der Statcu-Generaal in zake
de arbeidswet.
De tweede daarentegen is reeds voor en
gedurende de vorige algomeene vergadering
voorbereid, en daarna in de departementen
behandeld. Al zijn dan ook niet van alle
departementen antwoorden ingekomen te de
zer zake, zoo hebben toch velen hunner wel
van hun meening doen blijken. Vrij alge
meen hebben zij de bewering van liet hoofd
bestuur onderschrevendat de wetgever zelf
bij het tot stand brengen win wetten, waar
van de toepassing hoogst gewichtige gevolgen
kan hebben voor het leven der Nijverheid,
behoort na te gaan welke die gevolgen kun
nen of moeten zijn voor het voortbestaan ©n
de ontwikkeling der betrokken takken van
industrie ieder voor zich zelf.
Ten einde aan dezen eisch der praktijk te
kunnen beantwoorden is het evenwel uit den
aard der zaak een eerste vereischt©, dat do
wetgever vertrouwd zij met de levensbehoef
ten onzer national© industrie.
Of zulks inderdaad het geval is met de 100
vroede vaderen, die in de Tweede Kamer
ov©r onze national© belangen te riohten heb
ben, is een vraag waarop Spr. niet gaarne
een bevestigend antwoord geven zoude.
De couranten hebben weken lang voige-
etaan met verslagen van verkieziugs-speeches
gehouden door candidaten voor het Kamer
lidmaatschap. Spr. had daarin bijna nim
mer verklaringen kunnen vinden, getuigende
van ernstige studie der eischen en noodon
van onze nijverheid. Zij is, helaas, voor tal
van candidaten, die zich zelf voor die hoogst
gewichtige betrekking aanprijzen oen „terra
incognita."
Toch is, ©u wordt in steeds meerdere ma
te, door toeneming der bevolking, het aan
tal steeds grooter van hen, die in de indus
trie het dagelijksch brood verdienen moeten.
De nijverheid is de meest elastische bron van
volkswelvaart, mits met zorg en zaakkennis
geëxploiteerd wordende.
De natie moet leven van de vruchten van
het nationale kapitaal, en van de opbreng
sten van hanuol, nijverheid en landbouw.
Tot versterking van de Rijksinkomsten, in
gelijke mate als de steeds groeiende uitga
ven wassen, is tot nu toe door onze finan-
cieelè specialiteiten op wetgevend gebied, het
eerste deel vermoedelijk als zijnde het
gemakkelijkst te bereiken het meest aan
gesproken.
Ook voor de belangen van den handel
heeft de regeering getoond een open oog te
hebben, getuige de talrijke werken op het
gebied van verbetering van havens en ver
keerswegen; somwijlen zelfs was men in Den
Haag al te royaal, zooals bij het bestellen
van twee (onpraotisohe) stoomponten t© ge
lijk, voor het kanaal van IJmuiden, waar
de proef toch maar met één va.11 die werk
tuigen genomen behoefde te worden.
De Nederlandsche nijverheid in haar te-
genwoordigen aard en omvang is een in vrij
heid opgegroeid product- van het eigen initia
tief der nijveren, zich ontwikkeld hebbende
buiten regeeringssteun om, en ©r op aange
wezen afzet voor hare producten te zoeken
in de allereerst© plaats buiten de grenzen
van ons land.
Een consulair© vertegenwoordiging op de
buitenlandsck© markten, die ook maar eeni-
ger mate „up to date" is, missen wij nog
steeds; een behoorlijke vertegenwoordiging
van onze nijverheid, waar de regeering en
belangstellenden desgewensclit hun lioht
kunnen opsteken, ontbreekt feitelijkde
Kamers van Koophandel en Fabrieken be
schikken over geen inkomsten, en kunnen
zich daardoor in den regel niet voldoende
doen gelden.
Waar derhalve nieuw werk op wetgevend
gebied tot stand komt, verband houdende
met de belangen der nijverheid, staat den
nijveren in den regel d© eenigen die met
de eischen van het industrieel leven ten
volle bekend zijn geen andere weg open
dan het inzenden van adressen.
Wat meestal daarvan het gevolg is, is u
allen bekend.
,Men ziet lan ook steeds, aldus vervolgde
Spr., dat, waar b.v. over den invloed, dien
,socflale" wetgeving op de nijverheid zal
hebban, gesproken wordt in en buiten de
Kamer, zij, die daarover het woord voeren,
zich in den regel beroepen op buitenlandsche
auteurs. In vele gevallen staan die aldus
aangehaald© autoriteiten zelf buiten de prak
tijk.
Men zoude zoo zeggen dat, op de aller
eerste plaats, ten einde iu staat te wezen te
beoordeelen hoe onze nationale belangen be
hartigd moeten worden, onze wetgevers zich
zouden dienen in te werken in het complex
der belangen van onze eigen industrie, en
dat de vraag: hoe onze buren over de gren
zen de materie ten hunnent regelen eerst
daarna, in verband met de eerste zoude ge
spaard blijven voor het hooren verkondigen
in den boezem van onze wetgevende verga
dering van absurditeiten, blijkbaar voort
vloeiende uit het verkeerd begrijpen van
wat de vreemdeling mededeelt.
Onze Maatschappij heeft zich op het
standpunt geplaatst, in haar arbeidswet-adres
aan de Tweede Kamer, dat d© bevoegdheid,
de arbeidsvrijheid te beperken enkel den
wetgever toekomt, die zelf t© beslissen heeft
hoever zulke beperking zich zal uitstrekken.
Vermoedelijk zal zij een soortgelijk stand
punt innemen, wanneer straks de ontwerpen
van verdere sociale wetten in hare departe
menten besproken zullen worden.
Wij beginnen nu de praktijk der Onge
vallenwet iu groote trekken te leeren ken
nen. Niet ongewenscht kan het geacht wor
den een sterk sprekend feit het de wordings
geschiedenis dezer wet t© releveeren, waaruit
Hijkt dat ook de meest scherpzinnige minister
ëenenmale vergissen kanhetgeen
als argument mag gelden voor hen die
met onze Maatschappij do feitelijke wet
geving niet bij het uitvoerend gezag over-
orauut willen zien.
Bij de beraadslaging over art. 61 der On
gevallenwet werd een amendement ingediend
strekkend© om het onnoodig te maken dat
voor zeer onbeduidende kwetsuren de ge
neesheer zoude worden ingeroepen.
De minister ontraadde de aanneming van
dit amendement, dat d'an ook teruggenomen
werd, nadat Z.E. gezegd had dat heb hem
voorkwam dat, indien deze zaak aan
praktijk werd overgelaten, stellig vanzelf
algemeen de opvatting zoude ontstaan, dat
kleine, oujbeteekenende verwondingen niet
moeten worden beschouwd als ongevallen in
den geest der wet.
De praktijk nu leert juist het ongekeerde.
Door eöu dor leden van don Raad van
Toezicht op de R. V. B. is aan d© agenten
dtr Bank do vraag gesteld of hunne ouder
vinding op dit punt conform is aan de door
den minister uitgesproken meening.
Op een paar 11a hebben alle agenten op
deze vraag zeer pertinent ontkennend go-
antwoord.
Volgens vele agenten zijn verreweg de
meeste ongevallen van onbeduidende» aard,
en zijn bet dikwerf de behandelende genees
heer© 11 die een schandelijk misbruik maken
van hunne ongcvallen-patiëuten ten bat©
hunner eigen beurs.
Op meer dan één plaats verliezen de doc
toren, die hun ongevallen-patiënten ratio
neel behandelen, de patiënten ten bate
van de eerstgenoemde collega's.
Mocht deze zaak eens grondig warden 011-
derzookt, dan zoude zeker ook duidelijk blij
ken, dat. meermalen de getroffen werklieden
het slachtoffer zijn van winstbejag van de
zijde van den medicus.
Zelfs in gemeenten waar uitnemende zie
kenhuizen zijn, alwaar de behandeling der
patiënten geheel volgens de regelen der we
tenschap en mot inachtneming van alle voor
zorgen tot spoedig en algeheel herstel ge
schiedt, komt het voor dat een patient
die het recht heeft zelf een geneesheer t©
kiezen in eigen woning blijvend wordt
behandeld door een medicus, wien de noodi-
ge hulpmiddelen, kennis ot foew:jd:ng
daartoe ontbreken, waardoor blijvende in
validiteit ontstaat d:e, bij een rationeele en
zorgvuldige behandeling achterwege had
kunnen blijven.
Het aantal coutroleerende geneesheeren
is veel to kledn om dergelijke misstanden te
kunnen opsporen; de eenigc weg die aange
wezen schijnt te zijn om dit allerbelangrijk
ste onderwerp naar bchooren afdoend te
regelen, schijnt wel te wezen dat vanwege
het rijk vaste geneesheeren worden aange
steld voor een bepaalden kring, die alle on
gevallenpatiënten te behandelen zullen heb
ben, nadat door een ter plaatse aawezigen
geneesheer de eerst© hulp is verleend.
Deze zaak komt mij voor van zooveel be
lang te wezen dat, niet alleen uit een oog
punt van het vermijden van nuttelooze uit
gaven, doch op de eerste plaats in het be
lang van de patiënten, dadelijk ingrijpen
van hoogerband eventueel na het instel
len van eeu enquête ten zeerste wensche-
lijk mag worde genoemd.
Uit een© enquête naar de werking der wet
zoude zeker blijken dat de reden, waarom
thans, veel meer dan vóór het in werking
treden dezer wet, bij de getroffen werklie
den gevallen worden geconstateerd van trau
matische neurose, in hoofdzaak te vinden
is in den invloed van den bebandelenden
geneesheer op den patiënt, terwijl verder,
zonder eenigen twijfel, een dergelijke en
quête het licht zoude cloen vallen op dé"
allerongelukkigsten en demoraliseerenden in
vloed, die wordt geoefend door verkeerde
toepassing van het bepaalde bij art. 8 der
wet.
Uit het bovenstaand© blijkt, dat-, waar in
het verslag der R. V. B. over de jaren 1901,
1902 en 1903 de Minister zegt dat 38194 aan
giften van ongevallen zijn ingekomen tus-
schen 1 Februari 1903 en 1 Januari 1904
een veel grooter cijfer dan begroot was
men rekening dient te houden met het feit,
dat een zeer groot zoo niet het grootste
deel van die ongevallen, volgens den Minis
ter zei ven, geen ongevallen in den geest der
wet zijn gewest.
Niemand kan redelijkerwijze verwachten
of verlangen dat, waar op wetgevend gebied
nieuwe wegen worden ingeslagen, de vol
maaktheid dadelijk zal worden bereikt; doch
de nijverheid, die de kosten dezer wet draagt,
mag zeker niet den moesten nadruk eischen
dat de wetgever er steeds op bedacht blijve
de wet in hare werking nauwkeurig na te
gaan, en verbetering aan te brengen daar
waar die noodig blijkt.
Ik open de 128ste algemeene vergadering."
Do afdeeling Rotterdam kreeg daarna de
legenheid om drie veteranen der maat
schappij te huldigen de hoeren Stortenbeker,
Haaxman en Van den Aartweg, die thans
voor de 25e, 35e en 37e maal de jaarlijksche
vergadering bijwoonde». Deze huldebetui
ging werd luide toegejuicht.
De Voorzitter gaf vervolgens zijn blijd
schap te kennen over de aanwezigheid na
een ziekte van den ijverigen directeur en
depart-eaneuts-bestuurder den heer Van Beu-
ui ngen.
Hierna werd verslag uitgebracht over de
verrichtingen van het hoofdbestuur over
1904.
Het dagelijksch bestuur besprak de vraag
op verzoek van eeu lid, wat er gedaan kon
worden ter bescherming van technische tee-
keningen. De directeuren kwamen tot de
slotsom, dat de machinefabrikanten die
klagen over het natrekken hunner détail-
teekeningen niet geholpen kunnen wor
den.
Vele getuigschriften werden uitgereikt aan
werklieden voor 25-, 40- en 50-jarigen trou
wen dienst.
Sedert 1 Januari 1905 wordt aan hot se
cretariaat aangelegd een kaart-catalogus van
opstellen uit de Nederl. technische pers.
De musea mogen zich in grooten bloei
verheugen. De toestand van het Bureau voor
Handelsinlichtingen is bevredigend. De pre
mie van het Thieme-fonds, uit te reiken aan
den leerling van een der kunstnijverheids
scholen, die een uitmuntend voorwerp op
het gebied van kunstnijverheid heeft ver
vaardigd, werd over 1904 toegewezen aan den
heer J. H. van Belkum te Haarlem.
Herinnerd werd aan den steun, ontvangen
van de Koningin en Koningin-Moeder, van
particulieren. 22 donateuns zijn tot de Maat
schappij toegetreden.
Naar aanleiding van de quaest;e der be
scherming van technische teekemingen vroeg de
heer Fokker uit Utrecht, of het hoofdbestuur
dezo zaak toch nader in situdie zou willen ne
men. Spr. weet niet of wettelijk ingrijpen
moge'ijk is, doch dan zal op andere wijze hier
iu wel te voorzien zijiu. Thans wordt vooral
bij aanbestedingen zeer veel misbruik gemaakt
van onbeschermde technische teekeningen.
De Voorzitter antwoordde dat het hoofd
bestuur zich gedragen zal conform den wennen
van den heer Fokker, gesteund door den heer
Enno van Gelder.
Van de directeuren ontviel de heer G. J.
van de Pol te Tiel, van de donateurs de hee-
reu» C. Dyserinck, H. F. Groen van Waarder
en W. K. M. Vrolik, terwijl de heer J. C.
van Hattem van Ellewoutsdijk bedankte.
Een departement ging verloren, n'. Assen.
Twee departementen zijn echter in wording:
Nijmegen en Schiedam.
Het ledental is toegenomen van 2359 tot
2388 Het aantal donateurs bedraagt thans 82.
Na voorlezing van het verslag gaf de heer
"i zich nog als donateur op.
In het verslag van het Koloniaal Museum
wordt gewag gemaakt van de f 500 subsidie,
verleend aan het laboratorium van het Kolo
niaal Museum door het 10e Natuur- en Ge
neeskundig Congres, als bijdrage in de kosten
eener calorimetrische installatie, voornamelijk
ter bepaling der verbrandingswaarde van voe
dingsmiddelen.
De belangstelling voor het Museum van
Kunstnijverheid is, luideus hot verslag, toe
nemend.
Het mtisevm werd bezocht door 9710 per
sonen tegen 8010 in 1903.
De lessen aan de school werden bijgewoond
door 176 leerlingen.
D© rekening over 1904 sluit in inkomst, en
uitgaaf met f 22,275.
Het voorstel :n zake de herziening der hin
derwet en het ontwerp wet tegen waterver
ontreiniging zal later behandeld worden, om
dat een nieuw wetsontwerp kort geleden. ,s
ingediend en de commissie benoemd ter voor
lichting hiermede in haar rapport nog geen
rekening gehouden had. De commissie ver
klaarde zich bereid dienovereenkomstig haar
rapport te herzien.
Tentoonstelling te Amsterdam.
Aan de orde kwam vervolgens een voorstel
van het hoofdbestuur in zake een internatio
nale tentoonstelling van ambachitswerktuigen
luidende
„De 128© algemeene vergadering der Maat
schappij van Nijverheid draagt het hoofdbe
stuur op om in samenwerking met het depar
tement Amsterdam maatregelen te nemen tot
het orgamaeeren van een© internationale ten
toonstelling van ambachtewerktuiigen t© Am
sterdam in den zomer van 1906 eu daaraan
t© verbinden congressen voor de voornaamste
ambachten, een en ander tot verheffing en
versterking van het klein-bedrijf.
Zij verleent daartoe aan. het hoofdbestuur
een crediet van f 500, te vinden uit de gewone
middelen der Maatschappij".
In de memorie van toelichting wordt ge
zegd, dat de bedoeling 13 den industrieel©»
middenstand t© helpen, door hem t© laten
zien wat. hem ontbreekt aan gereedschap en
werktuigen, welke zijn vak kunneu verbeteren.
Uit de tentoonstelling moeten verschil
lende zaken voortvloeien: I. een museum vau
ambachtswerktuigen, II. cursussen voor de
kl.ine patroons, III. wandelleeraren voor de
kleine nijverheid, IV. beroepsvereemgimgen,
en Y. cred ie tinstelling voor den industrieelen
middenstand.
Na een vrij uitvoerige discussie en de ver
werping van eenige amendementen, werd dit
voorstel met algemeene stemmen aangenomen.
Na de pauze kwam aan de orde punt 14.
Het hoofdbestuur gaf het volgende voorstel
in zake het ontweip-Arbeidswet; j
De algemeene vergadering besluit liet vol
gende adres t© zenden aan de Tweede Kamer
der Staten-Generaal.
Aan
de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
Geven ondergetekenden, vormende het
hoofdbestuur der Maatschappij van Nijver
heid, namens deze Maatschappij, met allen
eerbied te kennen
dat zijl, naar aanleiding der 'indiening bij
Koninklijke Boodschap van 6 Januari 1904
van het ontwerp: Arbeidswet-1904door be
middeling van de departementen der Maat
schappij een onderzoek hebben ingesteld naar
de gevolgen, die de invoering dier wet, gelijk
zij ligt, voor de Nederlandsche nijverheid zon
kunnen hebben;
dat zij, gezien de uitkomst dier enquête,
waarvan een samenvatting bij dit adres wordt
gevoegd, van meening zijn:
lo dat alle beperkende bepalingen omtrent
den arbeidsduur van volwassen arbeiders ui
de verschillende bedrijven door den wetgever
voor eiken tak van industrie op zichzelf be-
hooren te worden vastgesteld en zulks niet
voordat de door deze maatregelen te treffen
takken van bedrijf zullen zijn gehoord;
2o dat zij beter achten dat de Zondagsrust
buiten deze wet worde gehouden en daarmede
gewacht worde, totdat de Zondagsrust op
nieuw bij. de wet geregeld zal worden
dat, mocht althans aan regeling bij deze
wet de vooa keur worden gegeven, dan
a. de uitzonderingen, die iu elk geval zul
len moeten worden toegestaan in de wet be
lmoren te worden genoemd;
b. aan den werkgever het recht moet wor
den verleend, op eigen gezag, des Zondags
het noodige reparatie- en dergelijke werk te
doen verrichten, opdat de werkzaamheden in
bet hoofdbedrijf des Maandags ongestoord
kunnen aanvangen
c. de algemeen erkende christelijke feest
dagen niet met den Zondag gelijk gesteld
moeten worden
'r.mmige takken van nijver
heid ernstige bezwaren en kosten verwachten
van de verhooging van den leeftijdsgrens van
jeugdige personen, in vei band met de vermin
dering van het aantal arbeidsuren en dat zij.
zoo daartoe wordt overgegaan, moeten aan
dringen op een splitsing van jeugdige perso
nen in een categorie van 1214 en een) van
15 en 16 jaren. Voor de eerst-bedoelden ware
dan de arbeidsduur, zoo mogelijk, uog verder
in te korten, terwijl dan voor de tweede cate
gorie de arbeidsduur op iten hoogst© 11 uur
bepaald kon blijven;
4o dat zij voorts van meening zijn, dat ten
opzichte der overtredingen de arbeider mede
aansprakelijk dient gesteld, volgens bet be
ginselstraf wie 9chuld heeft;
5. dat zij, in het algemeen, in het licht
meenet» te moeten stellen, dat beperking van
de aibeidsvrijheid eene bevoegdheid is, die al
leen aan den wetgever toekomt; dat. hij zelf
behoort te beslissen hoever zich de beperking
zaïl uitstrekkendat het. niet voldoende is
dat de wet een regel steil© en aan het. uit
voerend gezag de bevoegdheid verleen© tot
verdere beperking; dat evenmin de wet een
algemeen verbot! moet stellen en aan liet. uit
voerend gezag overlate de noodige uitzonde
ringen daarop toe te latenmaar dat de wet
zelve den waarborg moet bevatten dat de
vrijheid van den arbeid niet onmoedig worde
verkort.
Redenen waarom ondergeteekenden ten slot
te zich veroorlrven den wensch te uiten, dat
uwe hooge vergadering hare goedkeuring niet
aan dit ontwerp zal hechten dan na ernstig
onderzoek van bovengenoemde bezwaren."
De heer Fokker (Utrecht), zag in hot
adres van het hoofdbestuur eene principieelc
bestrijding van het ontwerp en dit heeft Spr
verwonderd, te meer waar vele departementen
verklaard hebben zich niet te kunnen ver
eenigen met de hoofdpunten van het adres.
De bespreking in do departemenen s toch
de grondige voorafgaande studie. Daarom
meende Spr., dat in dezen vorm de zaak nog
niet rij.p is voor afdoening.
De vraag is of de werkman economisch
sterk genoeg is om liet lieve 1 van den werk
gever to weerstaan. "Want wordt, gedaan wat
het hoofdbestuur wil, dan verscherpt men
den klassenstrijd. De regel „wie schuld heeft
krijgt straf," is goed voor den strafrechter,
geldt niet voor de verhouding tusschon werk
gever en werknemer in dien vorm. Spr vindt
den opzet van het adres min gelukkig en
lioopt dat het geen ingang zal vinden bij de
vergadering.
Een lange discussie ontspon zich daaroo
De heer Enschedé beantwoordde na
mens het boofdliestuur de gemaakte opmer
kingen en verdedigde de mecning van het
hoofdbestuur, welke in het adres was ken
baar gemaakt.
Om 3 uur werden de beraadslagingen ge
schorst tot heden en maakten de afgevaar
digden, daartoe uitgenoodigd door het depar
tement Arnhem een boottocht langs* den Rijn
naar den Wageuingschen Berg, waarvan men
zeer veel heeft genoten. Op den Wagoning-
schen Berg werd gedineerd.
In de Zaterdag te Middelburg
gehouden zevende algemeen© vergadering van
de Rij kspolitie- veree niging, gewaagde do pre
sident, de heer Jac. van Waning, burgemees
ter van Ouderkerk a/d. IJssel, en hoofdre
dacteur van „de Politiegids," met voldoening
van den voortgaanden bloei der jonge Ver-
eeniging en van de in de Kamerzitting van 20
December j.l. door minister Loeff gesproken
woorden ten gunste van de politie, toen de
minister 0. a. zeide„Ik acht de politie zoo
zeer een voorwerp van Regeeringszorg, dat
men er naar mijn inzien niet te veel zorg
aan besteden kan.'1
Onder daverende toejuiching der vergade
ring werd besloten den minister telegrafisch
hulde te brengen voor het vele goede, dat hij
voor het korps Rijksveldwachters tot stand
bracht.
De rekening en verantwoording werd goed-
j jekeurd met een voordoelig slot van f 23-1 79.
3e begrooting voor 190p werd vastgesteld in
ontvangst en uitgaaf op f 1377.29, met be
paling der contributie op f 1.50.
Hierop leidde de president in het vraag
punt „Noodzakelijkheid eener algemeene
Politiewet." Hij herinnerde hierbij dat ook
minister Loeff regeling van het politierecht
urgent noemde, maar diens voorstellen tot
gedeeltelijk reorgan'satie van het politie
wezen bij het noodzakelijk overleg met zijn
ambtgenoot van Binnenlandsche zaken bezwa
ren op hoofdpunten ontmoetten, die vermoe
delijk vooreerst niet opgelost zouden worden.
Spr. besloot met eene opwekking van de po
litie om voort te gaan in gematigdheid en
zelfbeheersching, eerbiedigend de grenzen der
rechtsvoorschriften en betoonend een tact, dien
het zeker niet altijd gemakkelijk valt te be
zitten of te bewaren, maar die door de uit
komst steeds zoo ruimschoots wordt beloond.
Aan de orde werd daarna gesteld liet voor
stel om dit jaar niet het vijfjarig bestaan
der R. P. V. te vieren, maar liever alle krach
ten en fondsen tè reserveeren tot den Hen
Nov. 1906, als de dag. waarop 50 jaren ge
leden het Kon. besluit werd ondertdekend,
dat het korps Rijksveldwacbt eene nieuwe
organisatie bracht.
De algemeene vergadering van het
Nederlandsche Centrale Comité tot bestrij
ding der tuberculose zal gehouden worden
op Vrijdag 3 Juni, des namiddags 4 uur
in Conoordia, Alexanderplein 10 te 'sGra-
yenhage. De agenda vermeldt: Mededeel In-
gen van het bestuur; voorstel tot wijziging
der statuten.
Op 7 September zal een tweede algemeene
ergadering gehouden worden, mede te
's Graveuhage, in aansluiting aan het aldaar
t© houden Gezondheids-congres op 8 en 9
September. Op deze vergadering zal bespro
ken worden wat ter uitvoering van de be
sluiten der international© conferentie te Ko
penhagen in 1904 kan worden verricht. Na
der zal daaromtrent worden bericht in Tu
berculose ur. 2, dat in Juli of Augustus zal
verschijnen en aau alle ledeu zal worden
toegezonden.
Pensioenfonds voor wedu-
en en weezen van burgerlijke
mbtenaren. Krachtens het bepaalde
bij art. 1 der wet van 5 Juni 1905 (Staats
blad no. 156), hebben de weduwen- en wee-
zeupensiocnen, verleend ten laste van. bo
venstaand fonds, eene verhooging van onge
veer 15 pet. ondergaan, terwijl bij art. 2
dicrzelfde wet die verhooging geacht wordt
1 Januari 1905 te zijn ingegaan.
Vermits mitsdien alle 'in het register der
pensioenen van de verschillende gemeentebe
sturen ingeschreven weduwen en wee zen in
t vervolg op een hooger bedrag dan tot nu
toch door heu genoten is, aanspraak kun
nen doen gelden, wordt den gemeentebestu
ren verzocht zorg t© willen dragen, dat de
aan de gepensionneerden in den loop van de
volgende maand uit te reiken quitantiëu,
tevens attestatiën do vita, tot liet- nader vast
gesteld bedrag zijn opgemaakt-
Dat verhoogd bedrag is op de pensioenak-
ten dier gepensionneerden vermeld, zoodat
het aanbeveling verdient om de belangheb
benden te verzoeken bij hun komst ter ge
meentesecretarie die akten aan den ambte
naar, belast met de afgifte der attestation
de vita, te vertoonen. Stct.
De Leidscho feesten. De lus
trumfeesten zijn officieel althans Za
terdag geëindigd met een matinee in de
sociëteit Minerva, door de kapel van liet 4de
regiment infanterie.
In het feestgebouw werd 's avonds een con
cert gegeven door de muziek-vereeniging
„Sempre Crescendo," versterkt door de bla
zers van het Utrechtsche Stedelijke orchest.
Het concert werd gedirigeerd door den heer
F. E. A. Koeberg. De uitvoerenden oogstten
veel succes.
Ten slotte ©en zeer geanimeerd bal, dat
tot in de vroege ochtenduren duurde.
Zondagmiddag trokken d» gdcostumoeir-
den naar Scheveningou, waar zij aanzaten
aan een feestmaaltijd in het Ivurhaus.
D.nsdag biedt de Leidscho burgerij het
studentencorps een extra-partij aan.
Bij gelegenheid van de 35e algemeene
vergadering der Ne»derland«clie Juristen-ver-
eeniging te Haarlem, op 30 Juni en 1 Juli
n.s, te houden, i9 een feestwijzer samenge
steld
Daaruit blijkt, dat verschillende feestelijk
heden zullen laats hebbenop 29 Juni onfc-
vangst in De Kroon, daarna concert in de
Buitensociëteit van Trou moet Blydken. Op
30 Juni rijtoer over Overvecn, Blocmeudaal,
Santpoort, naar de buitenplaats Waterland,
waar de lodeu worden ontvangen door jhr.
er. mevr. Boreel van Hoge landen, ©u van
I tiaar over Duin en Daal naar Haarlem terug.
Daarop gemeenschappelijke maaltijd in I)o
Kroon en concert door het Haarlemscb Mu
ziekkorps in het Brongebouw, aangeboden
door de Vereen iging tot verfraaiing van
Haarlem, enz.