4de JTaargang. Vrijdag 22 September 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. Vreemde Histories. Bï 83. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per S maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post..•••- 1.75. Afzonderlijke nammera- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering ran Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf 0.75. Elke regol meer - 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement Een« circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Aan hen, die met I October a. s. op dit blad inteekenen, worden de nummers die ge durende de maand Septem ber nog zullen verschijnen KOSTELOOS toegezonden. Politiek Overzicbt Eene nieuwe vredesconferentie. On rovient toujours a ses premières amours. In het begin der regeering van Keizer Nico- laas II van Rusland is van hem de uitnoo- diging uitgegaan tot de eerste internationale vredesconferentie, die te 'sGravenhag© ge houden is. Thans is het vredesverdrag, dat een einde maakt aan den oorlog in het uiter ste oosten, nauwelijks onderteekond, of reeds wordt uit Petersburg bericht, dat de Rus sische regeering voornemens is eene tweede vredesconferentie naar 's Gravenhage op te roepen, en dat president Roosevelt, die het zelfde plan bad opgevat, en ree-ds in Novem ber van het vorige jaar hiervan heeft doen blijken, bereidwillig heeft verklaard den Russischen Czaar, van wien de bijeenroe ping van de eerste conferentie is uitgegaan, den voorrang hiertoe te willen laten. De uitnoodaging tot de tweede conferentie zal dus binnenkort uitgaan, en er is geen twijfel aan of alle staten zullen haar volgen. Reeds de Haagsche conferentie van 1899 heeft het uitzicht geopend op eene latere voortzetting van do beraadslagingen. Verder lieeft de Russisch-Japansche oorlog eene gansche reeks van vragen op het gebied van het volken recht doen rijzen, die eeno internationale op lossing behoeven. Het Haagsche slotprotocol van 29 Juli 1899 bevat drie overeenkomsten, drie verkla ringen, een besluit en zes wenschen. In eene der overeenkomsten, die over de wetten en gebruiken van den land-oorlog, wordt ge zegd: „Het was niet mogelijk zich nu reeds te verstaan over bepalingen, die zich uitstrek ken over alle in de praktijk voorkomende ge vallen.'' Er wordt daarom een wissel op de toekomst getrokken, waarin de „vaststelling van een meer volledig oorlogswetboek" in uitzicht wordt gesteld. Geheel onuitgevoerd is het eenstemmig aangenomen besluit geble ven, dat „in bet belang van het stoffelijk en zedelijk welzijn der menschheid eene beper king van de militaire uitgaven, die tegen woordig op de wereld drukken, dringend wensohelijk is." De zes wenschen hebben betrekking op de herziening van de conventie van Genève, do behandeling van de rechten en plichten der onzijdigen, het verkrijgen van overeenstemming over het marinegeschut, de beperking van de land- en zeestrijdkrachten en van het oorlogsbudget, de onschendbaar heid van het privaat eigendom iin den zee- oorlo?, de beschieting van havens en steden door oorlogsschepen. Al deze wensolien wer den eenstemmig uitgesproken, al onthielden bij de moesten sommigen zich van medestem men. Het meerendeel van de wenschen doel de uitdrukkelijk op het bijeenroepen van eene nieuwe conferentie. Wanneer die bijeenroeping thans wordt voorbereid, dan handelt men daarmede niet anders dan consequent. Al kan men geen overdreven verwachtingen koesteren over de resultaten van de tweede conferentie, het kan toch zijn nut hebben, dat er eene gron dig© wisseling van gedachten plaats heeft over menig gewichtig vraagstuk. Het is in den jongsten oorlog gebleken, dat er ernstig verschil van meening bestaat over het be grip van oorlogscontrabande. Men kan be proeven het daarover eens te worden, en als dat niet mocht gelukken, dan. blijft het toch van belang te weten hoe de groote meerder heid van de staten daarover denkt. Zoo ook is het van belang, eensluidende regelingen vast te stellen over de inbeslagneming van onzijdige schepen en over de procedure voor de prijsgerechten, over den geoorloofden duur van het verblijf van oorlogsschepen van een oorlogvoerenden staat in onzijdige havens en kustwateren, alsmede over hunne verzorging met steenkolen en levensmiddelen. Verder kan de vraag te berde komen, op welke wijze voorvallen als dat op de Doggersbank in de toekomst zijn te voorkomen. Men kan de vraag onder de oogen zien, hoe regelen zijn vast te stellen betreffende leverantiën en dienstverrichtingen van burgers van onzij dig© staten aan d© oorlogvoerenden. Nog andere vragen kunnen ter sprake komen b.v. die in hoever aan het openen der vijan delijkheden eene uitdrukkelijke oorlogsver klaring moet voorafgaan. Werk zal er dus voor eene nieuw© confe rentie in overvloed aanwezig zijn. Wel is het te vreczen, dat zij omtrent de allergewich tigste vraag, de beperking van de oorlogstoe rustingen in vredestijd, niet tot een beter resultaat zal komen dan ban© voorgangster in 1899. Men is toen niet verder gekomen dan tot het uitspreken van ©en vromen wensch, en ook ditmaal zal het wel niet an ders zijn Voor Rusland, dat nu nagenoeg zonder vloot is, zou het wel van belang zijn, als de andere staten zoo vriendelijk wilden zrn hunne wapeningen ter zee te staken. D'aaraa-i is echter natuurlijk niet te denken integendeel is Rusland reeds bezig met de voorbereidende maatregelen om zich van een nieuwe oorlogsvloot te voorzien. Maar wanneer men zich op de conferentie bepaalt tot wat bereikbaar is, dan blijft er nog ge noeg te doen over. Men kan dus de tijding, dat het voornemen bestaat eene nieuwe vre desconferentie eerlang bijeen te roepen, met ingenomenheid begroeten in het vertrouwen, dat daarop niet zoo spoedig een nieuwe oor log zal volgen als op de conferentie van 1899. Duitschland. Ook de Duitsche vrije sleden sluiten zich aan bij de beweging tegen het gesloten hou den van de Duitsche grenzen voor den invoer van buitenlandsch slachtvee. De Bürgersehafit, d. i. het met de wetgevende macht bekleed© college, besloot den senaat te verzoeken aan den bondsraad voor te stellen, dat de invoer van buitenlandsch slachtvee terstond zal wor den toegelaten naar alle plaatsen, waar be hoorlijke maatregelen genomen zijn tegen het binnendringen van veeziekten. Te Metz hebben do gezamenlijke slagers eene proef genomen met den invoer van Hol- landsch vleesch. De dieren werden aan de grens geslacht en het vleesch m bijzonder daarvoor ingerichte wagons vervoerd. Ofschoon bet vleesch slechts vier pfennige per pond goedkooper was dan heb inlandsche, zal de proef herhaald worden omdat het van beter kwaliteit is en de inlandsche markt niet kan voorzien in de behoefte. De voorzitter van den Duitsclien landbouw raad, graaf Sckwerin-Löwitz, heeft, naar aan leiding van dé beweging ten gunste van een ruimeren invoer van buitenlandsch slacht vee, tot den rijkskanselier en den minister van landbouw het verzoek gericht, dat vol strekt geen verzwakking zal worden gebracht in de tlians geldende bepalingen tegen liet binnenbrengen van veeziekten uit het bui tenland Hij betoogt, dat de openstelling van de grenzen op de vleeschprijzen in de groote steden geen noemenswaardigen invloed zal uitoefenen, maar de Duitsche veeteelt met gevaar zal dreigen, die zal afschrikken van eene vermeerdering der binnenlandse!»© vee- star. 1, welke de verlaging van den vleesch- prijs langs den natuurlijken weg zou teweeg brengen Berlijn21 Sept. De Reichsanzeiger be richt: Van 20 tot 21 Sept. 's middags 12 uur werden in Pruisen 14 gevallen van vermoe delijke cholera aangegeven; daaronder waren 5, waarbij «choler a-bacillen werden gevon den. D'rie personen overleden aan cholera. Het aantal gevallen bedraagt tot nu toe 227, waarvan 78 met doodelijkeu afloop. Hongarije. Met betrekking tot de krisis in Hongarije verdient de aandacht een gezegde van Keizer Frans Jozef, dat haast als een noodkreet klinkt. Bij gelegenheid van de inwijding van een. nieuwen spoorweg zeide hij tot het lid- van den Oosten rij kschen rijksraad Sylvester: „Gij moet mij helpengij moet mij steunen. In eene scheiding van het leger zal ik nooit toestemmen De woorden waren blijkbaar gericht tat allo leden va.n den rijksraad, geestverwanten van Sylvester. Rusland. De oorrespondent van het Petit Journal te Petersburg meldt dat, ter onderdrukking vam de binnenlandsche onlusten, tot een al gemeen© mobilisatie is besloten en dat over geheel Rusland de staat van beleg zal afge kondigd worden. Lodz, 21 Sept. Hier zijn vier sterfgevallen ten gevolge van cholera voorgekomen. Door bet ingestelde onderzoek is vastgesteld, dat het Aziatische cholera was. Tiflis, 21 Sept. (Petersburgsch telegraaf- agentschap). In de stad Schemakha werd door de Tartaren een aanval gedaan op de Armenische wijk. De wegen worden door roo- vers onveilig gemaakt, hetgeen liet vervoer van levensmiddelen verhindert. Er heersclit hongersnood in Schoescha. Naar Bakoe zijn twee bataljons infanterie, een afdeclin-g ja gers, twee sotniën kozakken en een batterij artillerie gezonden. Te Batoem ontdekte de politie bij een Pers een geheime bergplaats van wapenen en munitie. Uit Bakoe wordt bericht, dat de stad thans verdeeld is in twee kampen. De Ar meniërs houden liet centrum van de stad bezet tot aan den spoorweg; de Tartaren verblijver voornamelijk in de voorsteden. Van weerszijden worden nu en dan uitvallen gedarji, waarbij tal van personen gedood en gewond worden. De bewoners, die om drin gende redenen hunne huizen moeten veria- ton, doen dat onder geleid© van soldaten. De gouverneur heeft kosteloos spoorkaartjes laten uitdeelen en eene groote menigte werk lieden verlaten, het district. TurklJ* De Frankf. Ztg. bericht uit Konsta-nti- nopel. dat de gezanten der groote mogend heden in ©ene collectieve nota aan de Parte hun leed wezen hebben betuigd, dat de re- keeriug van Turkije niet geneigd is aan de wenschen der mogendheden in zake een financieel© controle-commissio van Macedonië tegemoet te komen. Zij achten <Leze commis sie in het belang van een vreedzame ontwik keling van Macedonië onvoorwaardelijk noo- dig en hebben besloten, dat zij op 1 Oct. in Saloniki bijeen zal komen. Zij, noodigen de Porte uit, d© noodige instruction te geven, opdat de commissie onmiddelijjk met haren arbeid zal kunnen beginnen. Te Konstantinopel heeft de politie in ecu in het centrum van de wijk Pera gelegen huis, vlak naast de woning van den Duit- schei» oonsul-gencraa1 dat behoort aan een Engelscliman, genaamd Jones, ©en groote hoeveelheid bommen en dynamiet en stoffen, die dienen tot bereiding van dynamiet, ont dekt. Griekenland De instructie in zake den moord op den minister-president Delijamms is geëindigd met de verwijzing van de beide beschuldigden naar de rechtbank van gezworenen. Mitreas wordt beschuldigd, den gewezen portier van zij no speelzaal Kostagarchi, die door het sluiten van de speelzaal op bevel van Delijam- nis zonder werk was en van haat tegen, den minister vervuld was, tot de daad te heb ben aangespoord. Mistreas zal terecht staan als aanstichter tot den moord, Kostachargi als de bedrijver van de misdaad. Marokko. Parijs, 21 Sept. Een nota van Havas deelt mede, dat het onderhoud van lieden tusschen dr. Rosen en den heer Revoil niet tot een beslissing heeft geleid. De overeenstemming is misschien niet meer zoo dicht bij als men hoopte. De besprekingen duren voort; men hoont tot een bevredigende oplossing te ko men, ondanks de nieuwe bezwaren die zijn opgekomen. Do heeren Rceen en Revoil hebben samen gedejeuneerd in afwachting, dat zij hunne gedach.tem.wisseling&n konden hervatten. De Temps bevestigt nader, dat de stremming in de onderhandelingen te wijten is aan ver schil van inzicht over de formules, die mceten werden gekozen om Frankrijks bijzondere rechten in de grensdistricten te omschrijven en de politiezorg in die districten uit te slui ten van heb programma der conferentie. Het. Journal des Dé bats wordt ongeduldig over den langzamen gang van deze bespre kingen. Het blad schrijftMen zou zich moeten houden aan de nota's van 8 Juli en zich bereid verklaren om naar de conferen tie te gaan met de waarborgen, die doze no ta's verschaffen. Die zijn voldoende. Het zou beter geweest zijp. ons vooraf nog met Duitschland over eenige punten te verstaan uiaa» als de ondervinding bewijst, dat wij ons gemakkelijker zullen verstaan met de con ferentie zelve, laat ons er dan heengaan. Wij moeten tot een einde komen. Do openbare meening raakt vermoeid, misschien zou zij zich weldra verontrusten. Wij hebben waar schijnlijk van de voorloopigo onderhande lingen verkregen wat zij kunnen verschaffen. Plaats voor de conferentie! De vrede. Over het aandeel, dat do Czaar gehad heeft in het sluiten van den vrede, heeft de heer Witte op de stoomboot Kaiser Wil helm II, in antwoord op eene toespraak van een Ajiierikaaiiboken kolonel, Kovvalsky ge naamd, die zijne verdiensten gehuldigd en hem met. Richelieu, Bismarck en Disraeli ver- gelekon had, het volgende gezegd „Ik ben u zeer dankbaar voor de wijze, waarop gij de vermelding van mijn naam op- naarat, en uwe instemming te kennen gaaft met do waarde©ring van kolonel Kowalaky voor mijne bemoeiingen om een aan neme- lijken vrede tot stand te brengen. Ik zou ech ter willen verzoeken fce mogen uitspreken, dat de lof, die mij toekomt naar uwe mee- ning, in werkelijkheid mijn doorluchtigen souverein toekomt, want ik was enkel het werktuig tot uitvoering van zijn wil. liet goede, dat bij de historische gebeurtenis te Portsmouth verricht werd, was door Z. M. ontworpen en werd door mij, als zijn dienaar, uitgevoerd. Daar het mijn plicht en mijn doel was zijne instruction trouw na te ko men, komt de waardeering voor hot resultaat hem met recht toe." Dat komt geheel overeen met andere be richten, volgens welke do Czaar ijverig deel neemt aan do oplossing van politieke kwes- tiën. Het Journal verneemt uit Tokio, dat men de bekrachtiging en openbaarmaking van het vredes-tractaat tegen 7 October verwacht. De regeering lieeft tot dusver aan de natie geen mededeel Lngen over den inhoud gedaan. Den 25en October komt do Landdag bijeen. Wladiwostok20 Sept. Volgens het Peters- burgsche Telegraaf-agentsclia.p bad den 16. dezer in de Kornilobaai een bespreking plaats tusschen den Russischen admiraal Jessen en den Japansolien admiraal Acki- mamoera, om de voorwaarden voor den wa penstilstand ter zee vast te stellen. Het eskader van Jessen bestond uit twee kruisers en twee torpedobooten, het Japam- sclie eskader eveneens. Na een samenkomst, die vijf uur duurde, word de demarkatielijn vastgesteld en be paald, dat oorlogscontrabande verboden zou zijn. Allerlei vHet 14© wereld vrede-congnes is te Lu- zern geopend met oen toespraak vam het Bondsraadslid Comtesse, als vertegenwoordi ger der Zwitsersche regeering. Heb congres telt 335 deelnemers uit alle landen, van Europa, uit Amerika en China. Tot voorzitter werd gekozen de heer Di> rammun, van Bern, secretaris van het In ternationale Vredesbureau. De heer Frederic Passy heeft de Duitsche vertegenwoordigers aangespoord te ijveren voor een toenadering tusschen Duitschland en Frankrijk. JLte Chineescho vertegenwoordiger beklaag de zich over het optreden der Europeesclie militairesten tegenovor hot vreedzame China. vIn Januari a.s. zal uit de Ver. Staten ©en stoomschip vertrekken, dat als tentoon stelling is ingericht. Het zal ongeveer 75 havens in 46 verschil lende landen in Europa, Azië, Australië, Zuid- en Centraal-Amerika en West-Indië aandoeu on in bet geheel ongeveer 15 maan den uitblijven. Aan boord zijn monsters van Amerikaam- sche goederen, derwijze verpakt, dat zij ge makkelijk in elke haven kunnen uitgestald worden. In elke haven die aangedaan wordt, zal Naar hel Engelsch van Grant Allen 12 door J. L. VAN DER MOER. Ik voelde dat ik op het punt stond! toe te geven; ik zou gaarne zijn naar miji uitge strekte handen gegrepen, en hem gezegd hebben, dat ik hem liefhad, maar ik durfde niet. „Meneer Carvalho," zei ik, „laat ons nu •heengaan. Ik zal u morgen schrijfven." Met een diepen zucht bood! hij mij zijn arm, en wij keerdlen langzaam naar de mu ziek terug. „Edith," zei mijn moeder vinnig, toen ik 's nachts thuis kwam, „Harry is liier geweest en ik weet twee dingenhij hoeft zich gede clareerd' en je hebt 'm afgewezen dit weet 'k zeker. En 't andere is, dlat de jonge Oar- val'hjo onbeschaamd] genoeg is geweest je z'n liefdé te verklaren." Ik zweeg. „Wat heb je geantwoord1?" „.Dlat 'k hem zou schrijven." „Ga dan zitten en schrijf wat 'k je dic tee-ren zal." Werktuigelijk ging ik zitten en mijn moe der begon te dictee ren. Ik schreide ondier het schrijven, maar ik schreef. Nu weet ik hoe soliaudlelijik en slecht dit van me was. Maar ik was pas achttien jaar ©n gewoon mama tin. alles onvoorwaardelijk te gehoorza men. Zij had een verschrikkelijke!! wil en was akelig koelbloedig. „Waarde meneer Carvalho ('t is beter dat }Ji .begint zoo, anders begrijpt ie, diat ik je .gedicteerd heb.) Ik was van avond leor uw vreemd gedrag te zeer verrast, dan dat ik u ommididellijik antwoorden kon. Bij ern stig nadenken, tkan ik alleen zeggen, da-, ik er over verbaasd! sta, dat u één ooge»»blilc hebt kunnen denken aan de mogelijkheid van dé bevrediging uwer wenschen. He- zal in het vervolg ibeber zijn, dat wij e' kan dei maar niet meer ontmoeten. Wij behooren niet thuis in elkan-cfers kring. Wil zoo goed zijn uw vergissing niet te herhalen. Uw dienstw. juffr. Hazleden. „Heb je alles zóó geschreven „Moeder," riep ik uit, ,,'tis afschuwelijk! ■t zijn leugens, die 'k niet ondertoekenen kan 1" „Ondterteekenbeval ze kort af. Ik gehoorzaamde. „U breekt me 't hart, moodier," zei ik, u breekt me 't hart, 'tzal m'n dood zijn." „D(ie blief wordt morgen 'teerst van alles bezorgd!," vervolgde ziji, zonder op mijn woor den acht te slaan. „Eb nu trouw jij) met Harry Verner, Eddtb 1" n. Zeven jaren vormen ©en heel stuk van een memschen leven, en de zeven jaren, gedlurende welke ik met mijn arme moeder gestreden heb over haar vast voornemen, in zake mijn huwelijk, waren geen gelukkige. Maar op dat punt kon niets ter wereld) mij dwingen. Ik wilde niet mot Iiarry 'Verner trouwen Ein delijk, nadat mijn moeder plotseling overle den was, achtte ik het 't beste, wat er van de plantage nog over was maar voor een aan nemelijk bod te verkoopeni en aiaar Engeland te gaan. Ik was toen vijf en twintig jaar en had' langzamerhand wel geleerd er oen eigen wil/ op na te houden. Gedurende al dien tijd hoorde ik ter nauweruood iets van. Ernest- Carvalho. Al leen werd mij,' eens verteld, dlat hij) zich te Cambridge bijzonder onderscheiden had' en dat (hij' zich een eervolle plaats in dien ..Tem ple" te Londèn, waar de rechtsgeleerde prac- tijik onderwezen: wordt, had verworven Maar Iddt was dam. ook alles. Een paar maanden na mijn komst te Lon den, bezorgde mijar tante Emily, die niet tot den West Indischen tak vam de familie be hoorde, mij een uitnooddging bij mevrouw Bouver-o Barton. Zooals men. weet is me vrouw 'Bouvorie Barton een beroemde novel list®, over wier boeken, algemeen gesproken wordt. Zij woont op „Eaton Placo," waar zij eiken Dinsdagavond aller aangenaamste re cepties houdt, waarop het letterkundige en artistieke Londlen verschijnt. Waarneer er de de ©cm of andere beroemdheid! in. de stad is, hetzij uit Parijs of Weenen, uit Tombuatoe of van dq Zuidzee-eilaniden, dan kan men er zeker vaar zijn-, hem in de gezelschapszaal te „Eaton Place" te ontmoeten. De muziek, welke men, er hoort, is altijd vaai de beste, de conversatie schitterend. Maar wat mij, bij die gelegenheid bet meest aangenaam stem de, was het feit, dat do heer Gerard Llewel lyn, do schrijver van het zoo interessante boek „Peter Martindale," dien avond do too naamgevende persoon in liet gezelschap zou zijn». Ik had „Peter Martin-dal©" juist go lezon wie had het in dit seizoon trouwens nog -niet gedaan? 'tWas immers een rage? - en nimmer te voren had! eemdg boek zulk een indruk op mij gemaakt. Dc inhoud oefende een toovermacht op mij uit, bocido me door zijm wijjsgeerdge beschouwingen en diep ernstige zedelessen. Ik was dus natuur lijk zeer verheugd bij het vooruitzicht, zulk een buitengewoon begaafd man als den heer Gerard! Llewellyn te ontmoeten'. Toen wij mevrouw ©ouverie Barton's vriendelijke vertrekken binnentraden, aan schouwden wij ecai groote menigte menschon, welke de minst opmerkzame vreemdeling dadelijk zou herkend hebben als niet tot oen alledaagsch gezelschap te behooien. Daar was in de eerste plaats de gastvrouw zelf, met haar vriondelijken glimlach en haar aangename manieren welke nauwelijks do groote geestkracht konden maskeeren, die in haar diepe blauwe oogen lag. Daar waren beschermers van de kunst on och te kunstenaarsschrijvers van satirieke en van humoristische boeken professors in de godgeleerdheid, groote wijsgeer©»». kort- oon alle mogelijke vertegenwoordigers van kunsten en wetenschappen]. Aanvankelijk moest ikonij 'laten welgeval len aan allerlei jonge dichters te worden voorgesteld, en aan hoeren die er hun werk van maakten oude opschriften) te ontcijferen. Maan woldra had ik mijn plan gevormd, om een onderhoud te zooken met den heer Ge rard Llewellyn. En de gastvrouw beloofde me eindelijk me met- hem in kennis te zullen brengen. Zij ging tusschen do menschon door onx hem op te zoeken; bij den grooten haard. Een slanke, knappe jonge man, met lange enter en vollen baard! en schitterend zwarte oogen, stond ©enigszins onverschillig tegen den schoorsteenmantel göleund, in druk ge sprek met een kleinen, maar stevig gebouw- den heer met Indisch uiterlijk. Ik begreep dadelijk dat laatst bedoelde menee~ Llewel lyn moest zijjn, want in den ander horkende dllt plotseling Eatueet Oaatvadbo, orndl nks zijin baard on niettegenstaande er zeven jaren war-n verioopen, sinds ik hem gezien had. Tot anajoi groot© verbazing bracht echter mevrouw Bouvorie Barton dezen media naar mij toe. Er meost hier een vergissing plaats hebben, docht ik bij: wuiji eeltven. „Meneer Carvalho," sprak zij, „ik heb u veuzocht even mee t© gaar», om u voor te stel len aan de dame die hier ap d» ottomane zit. Juffrouw Hazleden, meneer Oarvalho." ..Ik heb meneer Carvalho, jaren goledèn, in Jamaica ontmoet," zei ik, ii beetje zenuw achtig, „maar 'tas me werkelijk z^er aange naam hem hier weer t© zien. Ik -had echter niet kunnen vermoeden dat hij, van avond hier zou wezen." „Waarlijk," vroeg mevrouw Barton, met ©enige verwondering in ihasr tco-n; „ik meondle toch dat u me gevraagd hebt aan den schrijver- van „Peter Martindale" te worden vooigesteldl?" „Dit is volkomen juist, mevrouw, maar ik dacht gelezen te -hebben dlat z'n naam Lle wellyn was." „O, zei Ernest Carvalho haastig, „dat is alleen mijn mom die plume. Maar 't is nu n publiek geheim dat ik do schrijver ben, en mevrouw Barton dacht zeker dat u 'took wist." Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1