N 159. Eerste Blad. 41" Jaargang. Zaterdag 9 December 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. Herfsttinten. AMERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden voor Amersfoort f 1.25. Idem franco per post1.75. Afzonderlijke nummers9.05. Doze Couiant verschijnt Dagelijks, met nitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen ens., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers ih te zenden. Uitgeverss VALKHOFF 6 O». Utrechtschestraat I. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIE Van 1—5 regell Elke regel meer Oroote/etters naar plaatsruimte. Yoor handel en bedrijf het herhaald adyerteei circulaire, bevattende toegezonden. f 0.75. - 0.15. Aan hendie met I Januari a. s. op dit blad inteekenen, worden de nummers die ge durende de maand Decem ber nog zullen verschijnen KO TELOOS toegezonden. Politiek Overzicht D® scheiding van Kerk en Staat in Frankrijk. De Fransche Senaat heeft den 6en Decem ber zijn beslissend woord gesproken over het wetsontwerp tot regeling van de scheiding van Kerk en Staat. Het ontwerp is aange nomen met eene niet onbelangrijke meerder heid 182 tegen 102 steromen. De commissie, ciic de behandeling heeft voorbereid, was in haar rapport tot de conclusie gekomen, dat het wetsontwerp ,,in den vorm, waarin het door de groot© meerderheid vam de Kamer van afgevaardigden is aangenomen, onder verstandige oorwaarden en door billijke ir aatregelen de gewei ensvrij,heid van <ie bur gers en de onafhankelijkheid van den staat verzekert'-. Zij adviseerde daarom het ont werp ongewijzigd aan, te nemen. Dit advies is door den Senaat gevolgd. Verder overleg tr.ssehen de beide takken der volksvertegen woordiging is d!us onnoodig, en de afkondi ging van de wet wacht nu nog slechts op hare bekrachtiging door president Loubet, die zeker niet zal uitblijven. De groote vraag is mmWelke houding zullen de kerkgenootschappen, met name de katholieke kerk waarop het hier in de eerste plaats aankomt, aannemen tegenover de nieu we wet, die den tot dusver met den staat bcstaanden band losmaakt Dat hangt af van den geeist, dien, deze wet ademt. Hiervoor is inzonderheid van gewicht artikel 4 van de wet, hetwelk bepaalt, dat de kerkgebou wen en kerkfabrieken moeten worden toege wezen aan die kerkelijke gemeenten. „die zijn ingericht overeenkomstig de algemeene regt len tot organisatie van den c eredienst, dien zij bestemd is uit te oefenen". Bij de oprichting van katholieke gemeenten, op grond van de bepalingen der nieuwe wet, zal dus den doorslag geven de meening vau den pauselijke» curie en van de bisschoppen om to beslissen, of eene gemeente, die aan spraak maakt op hot gebruiken van een ka tholiek kerkgebouw, is ingericht overeenkom stig de algemeene regelen van de organisatie der katholiek© kerk, dus beantwoordt aan hare dogma's en hare leer. De bedoeling van dat artikel is te beletten, dat aan schisma- tieken kerkgebouw,n worden toegewezen, die lot dusver voor den, roomsch-katholieken ©eredienst bestemd waren. Op dat artikel wordt de nadruk gelegd in eene correspondentie van den Temps uit Rome, die handelt over de houding van den Paus tegenover de sche'ding. Daarin wordt „Men volgt met groote aandacht in liet Yaticaan de debatten over de scheiding. Men heeft met voldoening kennis genomen van de aanneming van art. 4 door den Senaat. Wanneer de Paus, als de wet afgekondigd zal zijn, haar niet volstrekt onaannemelijk en geheel onbestaanbaar met de organisatie van de Kek verklaart, dan zal men dat te danken hebben aan artikel 4. Niet dat dit art,ikcl kan volstaan om de wet hier te beschouwen als voldoende vrij gevig en bijgevol.» aannemelijk, maar het zal den Heiligen Stoel geneigd maken de schei- dingswet niet aan te nemen, maar zich er bij neer te leggen, zooals de Romeinse he the ologen zeggen Na de afkondiging van de wet zal de Paus in algemeene en tamelijk gematigde termen protesteeren tegen de verbreking van het concordaat. Hij zal met kracht de zoo dik wijls in Frankrijk opgeworpen beschuldiging terugwijzen, dat de Heilige Stoel die ver breking heeft gewild en uitgelokt, door de bepalingen van het verdrag niet na te ko men. Hij zal een beroep doen op de wijsheid vau de bisschoppen en van de geestelijkheid voor de nieuwe regeling van den katholie ken eeredienst en zal de geloovigen bezweren in geest en hart vereenigd te blijven met de bisschoppen in gemeenschap met Rome, opdat door aller krachtsinspanning de Fran- sche regeering eenmaal worde gebracht tot eene ruimere erkenning van de rechten der Kerk Dat is de nieening, die overheerscht in de hooge sferen van de geestelijke wereld te Rome. De afstand is dus groot van de bedrei ging met een algemeenen opstand tegen de wet, dien sommige Fransche bladen aankon digden. Wel is waar worden sommige straf bepalingen van de wet levendig betreurd, inzonderheid art. 36men vraagt zich ook met eenige ongerustheid af hoe de overdracht van de goederen der kerkfabrieken en van de bisschoppelijke tafels in haar werk zal gaan. Maar in de oogen van Rome zijn dit alles bijzakenhoofdzaak is, dat de ver- eeniging met Rome wordt bewaard. En art. 4 laat toe te meenen, dat hot zoo zal zijn. De Osservatore romano schrijft daarover, dat ,,de katholieken zich slechts kunnen geluk- wenschen met de sanctie, die de Senaat ge geven heeft aan die bepaling, niet zonder billijkhe'd, die met gezond verstand begiftig de afgevaardigden in het ontwerp der regee ring hebben doen opnemen." De Schr. stelt er te meer prijs op de-ze stemming van het Vaticaan te vermelden, omdat iedereen in Parijs en in Rome be kend is met de pogingen, die zijn aangewend op den Paus tot eene eeheel andere houding te brengc-n. Maar de Romeïnsi-he bezadigd- he;d heeft de overhand hehemden. En zeker zal hot art. 4 der scheidingswet zijn, dat den Heiligen Stoel er toe zal brengen de geeste- hjkhe'd on de katholieken aan te raden deze wet te dulden of zich er bij neer te leggen met de bedoeling er zoo goed mogelijk partij van te trokken en te trachten hare bepa lingen te verbeteren Doltochtend. Bij den rijksdag is een voorstel ingediend tot verlenging van de voorloopige regeling op handelsgebied met Engeland, die den 31en December afloopt, met twee jaren. Daar er geen handelsverdrag met Engeland tot stand gekomen is, blijft er niets over dan verlenging van de wederzijdsche behan deling op den voet der meest begunstigde natie, als men geen tariefoorlog verlangt. De rijkskanselier heeft, naar aanleiding van de redevoeringen waarmee hij verleden Woensdag de algemeene beraadslagingen in den rijksdag heeft geopend, eene goede pers". Nagenoeg alle organen van- de pers, niet uitzondering van de Vorwarts, verkla ren hunne instemming met de uiteenzetting, die vorst Bülow gegeven heeft van de be ginselen, waarnaar de buitenlandsche poli- IZ7 tiek van het Duitsche rijk moet worden ge leid, en van haar doel en streven. Ook leg gen zij zich er bij neer, dat niet meer dan de grondslagen aangeduid werden. Tegen het vermoeden, dat de rede van den rijkskanse lier geïnfuenceerd was door de bedoeling, stemming te maken voor het vlootplan, komt o. a. de Kreuz-Zeityng op, die er op wijst, dat de meerderheid van den rijksdag bij voorbaat gunstig gestemd is voor de verster king van de vloot. Anders is het intusschen gesteld met het vraagstuk der dekking van de kosten gaat de Kreuz-Zeitung voort. Na de rede van het lid van het centrum Fritzen zou men moe ten vreezen, dat de verhooging van de be lasting op tabak en van die op het bier door den rijksdag niet zal worden toegestaan en dat daarmee de geheele financieele hervor ming zal mislukken of althans in ernstig ge vaar zal worden gebracht. Maar na de onder vinding van vroegere jaren gelooven wij te moeten aannemen, dat het centrum gisteren zijn laatste woord nog niet heeft gesproken." rrankrfjk. De Kamer van afgevaardigden heeft het eerste Artikel van het wetsontwerp tot rege ling van de ouderdomspensioenen met 542 tegen 14 stemmen aangenomen. Dit artikel bepaalt in beginsel, dat dit pensioen op 60- jarigen leeftijd ingaat. Parijs8 Dec. Op verzoek van minister president Rouvier is de interpel'atie van den heer Faune over de buitenlaiii-dsche politiek, meer bepaaldelijk over Marokko, uitgesteld tot bij de behandeling dier begrooting van buitenlandsche zaken. De afgevaardigde Faure, de redenen voor zijne interpellatie uit eenzettende, wees op het bekend worden van de dépêche van don gezant Cambon, door Scmbat eenige dagen geleden in de Kamer geconstateerdhij voegde hieraan toe, dat Deloassé, Loubet of Rouvier hieraan schul dig zijn, en verlangde dat Rouvier in staat van beschuldiging zc/u worden gesteld, maar zag ten slotte van dien eisoh af. Met betrekkin;» tot het bekend worden der genoemde dépêche verklaarde minister Rou vier, dat geen enke1© mogendheid om op helderingen heeft gevraagd en dat de Regee- nng er "eene heeft verstrekt. Als toelichting van het bericht onder de telegrammen over de zitting van de Fransche Kamer van gisteren, kan dienen het vol gende citaat uit de rede, die do afgevaardigae Sembat onlangs in de Kamer heeft gehou den hij zeide daarin naar aanleiding van ern bericht in de Dépêche de Toulouse: „Het behoeft dus volstrekt geen ver wondering te baren, dat precies zeven dagen voor den ministerraad van 7 Juni, de heer Cambon, onze gezant te Londen, aan zijne regeering kon seinen, dab hij, met het oog op de houding van Duitschland gemachtigd was te verklaren, dat de Engelsche regee ring bereid was een verdrag te overwegen, waarbij zou worden bepaald, dat Engeland en Frankrijk elkanders wederzijdsche belan gen, indien deze bedreigd mochten worden, zouden steunen. Dat telegram werd op den dag, dat de koning van Spanje te Parijs aankwam, door den heer Delcassé aan den president der re publiek en aan den heer Rouvier medege deeld. Den daarop volgenden dag was het reedT te Berlijn bekend. Hoe en door wien werd men in Berlijn daarvan in kennis ge steld? Men heeft het vooralsnog niet kun nen uitmaken. De begrooting van eeredienst ondergaat door de aanneming van de wet tot regeling van de scheiding van Kerk en Staat terstond eene vermindering met 8.3 millioen frs. Dit bedrag zal van jaar tot jaar grooter worden naarmate de pensioenen, die zijn toegezegd aan de thans in dienst zijnde geestelijken, verminderen. Engeland. Londen, 8 Dec. Het schijnt, dat c.e samen stelling van het kabinet bezwaar ondervindt ten gevolge van dè weigering van Sir Edward Grey om lid te worden van het kabinet. Dit "brengt den samensteller van het kabinet in eene lastigo positie en noodzaakt hem de reeds gemaakte schikkingen met het oog op die bezetting van het departement van bui tenlandsche aaken geheel om te werken:. Londen, 8 Dec. De hoeren Asquith en Grey bezochten heden Sir Henry Campbell Banner- man. Er wordt thans medegedeeld, dat Sir Edward Grey minder bezwaar maakt tegen zijne opneming in het kabinet, dian heden morgen werd bericht. De „Westminster Ga- zette" verneemt uit gezaghebbende bron, dat alle moeilijkheden over de samenstelling van het kabinet zijn opgelost. Londen, 9 Dec. De Times bericht, dat er reden is om te gelooven, dat Sir Edward Grey zijn besluit in nadere overweging ge nomen heeft en in het kabinet zal optreden als minister van buitenlandsche zaken. Noorwegen. In alle kerken van Christiania heeft ver leden Donderdag een dankstond plaats ge had voor den gelukkigen uitslag der verkie zing van den Koning. In de Verlosserskerk woonden de Koning, de ministers, de leden van den storthing en van den gemeenteraad van Christiania de godsdienstoefening bij. Rusland. Petersburg, 7 Dec., via Eydtkuhnen. De besliste houding van de regeering en de aansluiting van den bond van post- en tele graafambtenaren aan den raad van de ar beiders-gedelegeerden, waardoor oneenigheid onder de post- en telegraafambtenaren ver oorzaakt is, schijnt er op te doelen aan de staking een einde te bereiden. Deze mee ning werd ook in den ministerraad van gis teren voorgestaan, die besloot te volharden bij het besluit om den bond van post- en telegraafambtenaren niet goed te keuren. De directeur van het postkantoor heeft besloten ruim 200 postambtenaren uit hunne in de postgebouwen aanwezige woningen te zetten en 323 ambtenaren van het postkan toor en 800 brievenbestellers te ontslaan. De bestellers zullen dadelijk weer in dienst genomen kunnen worden, de ambtenaren op een daartoe strekkend verzoekschrift, wan neer de mate, waarin zij betrokken zijn bij di staking, dat toelaat. Gisteren heeft een gedeelte van de ambtenaren het werk hervat. De post- en telegraafambtenaren in Finland hebben beslist geweigerd zich aan te slui ten bij de Russische werklieden. Admiraal Dubassow is benoemd tot gou verneur-generaal van Moskou. Er is eenig succes te bespeuren van de maatregelen van tegenweer, die de overheid neemt tegen de staking van de post- en telegraaf beambten. De conservatieve partij heeft haren bijstand aangeboden om den dienst te vervullen, zoolang de groote meer derheid der stakers blijft volharden in hare weigerende houding. Maar aan oen norma len dienst is met de middelen, die beschik baar zijn, in dc verste verte niet te denken. De staking van den dienst langs de Trans- Siberische telegraaflijn wordt geconstateerd door de Great Eastern telegraafmaatschap- pij, die met die lijn hare Japansche lijn via Kiachta heeft verbonden. De correspondent van de Vossischc Ztg. bericht uit Petersburg van 5 December Naar het uiterlijke beschouwd, is de toe stand verbeterd. Witte gaat, naar het schijnt ongestoord zijn gang, en aan het vaste mid delpunt beginnen de moleculen van de sa menleving zich vast te hechten. De minis ter-president overlegt bijna uitsluitend met vertegenwoordigers van de zoogenaamde zemstwo-minderheid. Van de meer radicale groepen weet hij zich niet zonder handig heid op een afstand te houden. Dat ver schaft hem dagelijks telegrammen van in stemming uit de provincie. Het spreekt van zelf, dat dergelijke dépêches door het tot werken gezinde personeel, dat door de sol daten beschermd wordt, gaarne overgebracht worden. Tegenover de revolutionaire vergaderingen begint ook een scherpere wind te waaien. Gisteren werden stakende postambtonaren bij het Vrije economische genootschap door kozakken uit elkaar gedreven, en vandaag hadden in verschillende streken van de stad arrestatiën plaats, zonder dat het publiek tegen de politie zich verzette. Op de Pe- tersburgsche zijde stelden zich op verschil lende plaatsen ook de handelaars in levens middelen, zooals bakkers en slagers, krach tig to weer, toen eenige personen van hen eischten, dat zij hunne winkels zouden slui ten. De correspondent van de Köln. Ztg. maakt melding van eene vergadering van 5000 le den van de „zwarte honderd", die den 6en December in de Michaëls-manége heeft plaats gehad. Daar werden redevoeringen gehou den, waarin werd losgevaren tegen de in telligentie en tegen de Joden. Onder de aan wezigen waren ook officiereneen der vo calen van. het gezelschap was Kruschowan, de bekende Jodenvreter van Kischinew. Klaar blijkelijk bereidt deze in de residentie eene drijfjacht voor, hetgeen hem wel zal geluk ken, wanneer Doernowo aan het roer blijft. Dc verbittering togen Doernowo neemt meer 6M meer toe; haast geen blad verschijnt, dat niet met nadruk zijne afzetting eischt. Wat den algemeenen toestand betreft, die is volgens dezen correspondent volstrekt niet beter. Alles stuurt in Rusland met volle zeilen op de anarchie los. De „Times" oatvangt heb volgende bericht uit Petersburg via Eidtkuhnen De boeren in bet gouvernement Saratow en andere gouvernementen stalen al het vee dat zij meester konden worden, zo slachtten al de beesten, en namen er zooveel van mee als zo noodig hadden voor hunne voeding, terwijl zij de rest op het veld lieten liggen, alleen maar om aan de landeigenaars schade te berokkenen. Ook hebben zij groot© voor raden koren verbrand en een massa land bouwwerktuigen vernield. Stockholm, 9 Dec. Aftonbladet heeft uit Helsingfors bericht ontvangen, dat de nieuwe gouverneur-generaal op 6 Dec. daar i3 aangekomen. Bij de ontvangst van den Senaat verklaarde hij, dat hij met alle macht de autoriteiten zou steunen bij de handha ving van rust en orde. XXIV. Onlangs had ik een soort twistgesprek met een mijner goede vrienden. We hadden het over de natuur en wij konden liet maar niet eens worden, wanneer zij eigenlijk op haar schoonst is. Hij en ik zijn beide hartstochte lijke bewonderaars van al wat moeder na tuur ons te genieten geeft, doch wij bezien haar beiden van een gausch ander stand punt. Stel ons voor als twee schilders, die hetzelfde stukje herfstlandschap op doek hebben gebracht. De een geeft het weer met breeden toets, met sterke effecten, met zon- doorgloeiendo lichtvlakken, met stralen als van vloeibaar goud, neerschietend op de van eiken- en wingerdbladen bloedbeplekten grond; en daarnaast ziet ge datzelfde stukje natuur in al den weemoed van den sterven den zomer, nog eenmaal oplevend in al zijn schittering vóór haar killen winterslaap. De koude wind schijnt reeds de kale takken te doorhuiveren. De zonnestralen zijn als van matgoud, half opgeslorpt door de herfstne- vels, die als tastbare sluiers de boomstam men omwaden. Het is dezelfde natuur en toch zoo anders. Hij en ik zijn beide goede wandelaars, on danks onze steeds grijzer wordende haren. „Als de lento komt", zegt hij, dan voel ik me wel tien jaar jonger, dan is 't me of ik den grond nauwelijks aanraak, dan moet ik mezelf beteugelen om niet steeds door te loo- pen en te denken aan mijn tijd. Dat mooie, jonge, ijle groen is als fonkelende wijnhet stijgt me naar het hoofd. Midden in het bosch krijg ik lust hardop te lachen of te zingen, soms zou ik een heuveltje willen af- loopen met een vaartje." „De lente maakt mij, loom en moe", zei ik, de zwoelte van een vroeg warmen lente dag drukt op me, het is alsof ik stoom in adem, in plaats van frissche lucht. Als de blaadjes pas uit de knoppen zijn losgebars ten, hangen ze slap neer, ze zijn nog te zwak om zich op te heffen. Zoo voel ik me ook. De lentelucht maakt me slap en energieloos. Met een gevoel van ik kan niet, zou ik kunnen schreien van onmacht en lusteloosheid. Ik moet eerst wennen aan dien zachteren adem der natuur. De winterkoude maakt je hard en sterk en onderdrukt de weekheid, die je 's zomers zoo kan overval len, en daarom is 't me telkens weer, bij iedere komende lente, alsof ik me eerst wat moet acclimatizeeren bij die blauwe luchten en warmen zonneschijn. Maar hij voelt gansch anders dan ik. De herfst met zijn windvlagen en regen- stormen, die mij strijdlustig maken, de ko mende koude, die me aanzet tot stevig door- loopen, die me een kleur op de wangen jaagt en mijn bloed sneller doet stroomen, de herfstzon, die me tot zich trekt, zoodat ik overal de plekjes opzoek, waar hare nog koesterende stralen vallen, dat alles maakt me zoo opgewekt, geeft me zulk een open oog van de prachtige najaarskleuren, doet me nog eens echt genieten van 't mooie weer in het wegvliedend warme jaargetijde. Ik voel me verwant aan de herfst. Als je zelf oud wordt, heb je sympathie voor alles wat met je oud wordt, en dio heerlijke zon en tintenrijke herfst overtuigt me, dat ook mijn ouderdom zon- en tintenrijk kan zijn, dat ik met mijn groot aantal jaren nog niet behoef te verkillen tot winterstemmingen, dat mijn hart nog warm kan kloppen ook voor anderen, dat mijn oud gezicht, waarin het leven reeds vele rimpels sneed, zich toch nog wel kan plooien tot een vriendelijken glimlachdat mijn stem, schoon versleten soms van klank, toch nog vroolijk en opge wekt kan klinken en in staat is lieve dingen te zeggendat mijn gemoed, schoon de stor men des levens er overheen gegierd hebben, schoon vele bloemen van geluk zijn afgerukt en verdord, nog ontvankelijk blijft voor de koesterende warmte dor zonne, die nog straalt aan mijn levenshemel, die zelfs nog stralen kan bij een helderen, vriezende win terdag. Mijn vriend is anders aangelegd. Als de koude adem van den herfstwind langs hem heen strijkt, huivert hij, als dc regen de we gen en straten doorweekt, voelt hij neiging om te weenen over al 't mooie, dat verrot, verflenst, verslijkt, ten doodo is opgeschre ven, zijn hart schreit om de droevig, be drieglijk mooie kleuren, dio de zon nog eens toovert op boom en blad, als wilde zij doen gelooven dat 't eerst volzomer is, om daarna zich te verschuilen achter wolk en nevelen, waar kaar adem verkilt en haar warmte wordt geabsorbeerd door waterdamp. En in do hevigheid van zijn weemoed over de stervende natuur, wordt hij geïnspi reerd tot dichten, moet hij uiten wat hij zoo in zich voelt weenen, moet hij zeggen wat zijn hart vervult van tot schreiens toe droevige ontroering. Hij, een Fransckman van geboorte, dicht in liet Fransch, zijn lievelingstaal, ofschoon hij 't grootste deel van zijn leven in Holland doorbracht. „Bon sang ne peut mentir", glimlacht hij, een beetje pedant, als ik hem vraag waarom hij in het Fransch dicht: C'est l'autommc,qui va venir; C'est l'été que passe C'est le vont qui soupire, Eit la pluie est lasse De tremper les fleurs Et les feuilles qui meurent. L'automme est venu, Et la nature plcure. En een ander, dat hij genoemd heeft: Nature mourante. La pluie saus cesse tombe 9ur la tombe de l'été. Le vent chasse les feuilles Au cercueil, saus gaité. La forêt teint son toit La dernièrc fois en ambre et or. Dans lc ruisseau 'Bordé d'rosoaux le soleil luit encore. Avec ses rayons mats et gris, Envahis paf la brumo De l'automme, qui donne A ma plume cc douloureux cri. Et© passé I L'autommo venu! L'hiver venir. Jounesse passée Voillesse vonue Mo'n cocur soupire. Ik schreef ze over, niet omdat die verzen uit een dichterlijk oogpunt zoo mooi zijn. Ik heb geen verstand van dichtkunst. De rijim gaat misschien wel mank en ik weet niet of de groote critiek ze wel maatvast zou vinden. Maar toch spreken ze tot mij1, die simpele verzen, omdat ik er de weemoed uit voel, die hem bezield moet hebben. „En ge vindt de herfst niet mooi!" riep ik uit, toen ik die regelen gelezen had. „Ge hebt de herfst lief, meer dan ge zelf vermoedt, want zij inspireerde u tot uiting van uwe gevoelens in schoonen vorm, al reikt de schoonheid niet tot het ideale. In de herfst hebt ge de kunst liefgekregen, de kunst, die het edelste en het mooiste in ons opwekt, wat daar is in 's mcnschen ziel. Zij is bovendien de poëzie des lovons, en waar ge in een scheidende zonnestraal, in een ster vend blad, in een geknakte bloem, in een huilende windvlaag, in een ontbladerde boom, in een tastbare nevel iets ziet, iets voelt, wat u stemt tot dichten, zoo ligt daarin het bewijs, dat juist do herfst iets voor u beeft, wat do lente voor u mist. Phy- siek geniet ge meer van de lente, maar do herfst grijpt uwe ziel aan. En staat do ziel niet hooger dan het lichaam? Gaan de aan doeningen des geestes niet boven do aan doeningen dee lichaams? Wat baat het u, of uw lichaam zich goeddoet in do wordende natuur, zoo uwo ziel onaangeroerd blijft? „Ge treurt om de herfst, ge treurt om uw ouderdom. Is het een memento mori, dat u aangrijpt? Of vreest ge dat de komende lento u niet meer verjongen zal, u niet meer vernieuwde kracht zal schenken? „Maar ge weet immers dat do lento al tijd wéér komt, dat de zon eindelijk toch door do nevelen heenbreekt. Behoud uw pliysioke kracht, zorg dat ze niet kan in werken op uw herfst weemoed, laat uw

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1