hem genoeg. En als de regecring dan vraagt
of liet aangaat op die eenzijdige inlichtingen
xulke ernstige beschuldigingen op te bou
wen, dan aarzelt Spr. niet die vraag volmon
dig met ja te beantwoorden.
De Minister acht afschaffing van die
lijsten onmogelijk. Zij kunnen niet wor
den gemist. Dit geeft Spr. niet toe. De mi
nister zegt do geschiktheid zijner officieren
voor bevordering anders niet te kunnen be-
oordcelen. Spr. vraagt of het daarvoor noo-
dig is dat do geheele lcvonsloop van den
officier jaar op jaar naar het departement
van Oorlog gaat. Als or quaestie is voor be
vordering kunnen de superieuren een rap
port uitbrengen.
Spr. komt t hans tot de hoofdpunten
1 het zoogenaamde volksleger.
In de Memorie van Antwoord wordt de
zaak van het volksleger en de bezuiniging
min of meer verward. Men stelt het voor
of de voorstanders van het volksleger dit
wonschcn ter wille van bezuiniging Niets
to minder waar. Zelfs al zou het volksleger
veel meer kosten dan de tegenwoordige
legerorganisatie, dan zouden de voorstanders
van het volksleger dit wonschcn ter wille van
do volksweerbaarheid. Wij willen waar voor
ons geld. Die waar krijgen wij thans niet.
In cle Momoric van Antwoord verwart, do
minister tusschon volksleger en volksweer
baarheid. Een militie met beroepssoldaten
is nog geen volkslegerdan ware het Duit-
scho leger het ook. Spr. verstaat onder volks
leger een militielcger zonder beroepssolda
ten, met algemeenen dienstplicht. En nu
wil do minister het beroepskader wel in
krimpen. Doch tegelijk wil hij het uitbrei
den door het te brengen op de papieren
sterkte.
Wat zal de Minister nu doen in de rich
ting van hot volksleger? De Minister wil
overleggen niet zijn collega van Binnenland-
sche Zaken over dc vooroefeningen. Is lit
alles, dan acht Spr. de stappen in de rich
ting van een volksleger, in de- Troonrede
toegezegd, allee behalve bevredigend.
Wat verwacht de Minister van de voor
oefeningen op zich zelf? Men moet daarmede
gepaard doen gaan algenieene oefenplicht en
vorkorting van den eersten oefeningstijd.
De loting dient afgeschaft. Algemeene
weerplicht dient ingevoerd. Het contingent
dient beperkt, door de eischen van den
oefeningstijd te verscherpen.
De Minister moet dus op dit gebied tege
lijk de eersto stappen doen.
Van don landstorm, in uitzicht gesteld bij
dc wet Eland-Kool, bij handhaving der lo
ting, zal niet veel komen.
Wat van de beperking, zoo mogelijk af
schaffing, van het blijvende gedeelte zal ko
men, zal Spr. afwachten.
Wat verstaat de Minister nu onder den
korten oefeningstijd of verkorten diensttijd,
welke hij afwijst? Het komt bij Spr. niet op
om dien tijd reeds nu te brengen op de 45
dagen voor dc Zwitsersche infanterie.
Wij zijn voorloopig tevreden van Si maand
op 6)r maand te komen. De twee maanden
kazernetijd na de groote manoeuvres zijn
«iet geschikt om do waarde van den mili-
cion te verhoogen.
Dc vorm, waarin de toezegging van een
volksleger geschiedt, is niet geschikt om
Spr.'s vertrouwen daarin te verhoogen.
Spr. komt thans tot de inperking van ons
legcrbudgct, om na te gaan waarom dit een
hoofdpunt was op het. gemeenschappelijk
strijdprogram van don verkiezingsstrijd.
De Minister heeft gezegdsinds 1870 riju
we op den goeden weg; nu is het weer om
„klachtige tijd" en zijn er veel bedillers,
weinig bctcraars. Toen Spr. hier het eerste
jaar in de Kamer was, hoorde hij juist het
omgekeerdetoen waren we sinds 1870 io
het moerasde heer Eland zal zich dit nog
wel het best herinneren. Spr. kwam des
tijds in dc Kamer ah vreemdeling op slait-
kundig gebied. Hij luisterde en zweeg ge
lijk destijds de meeste jonge leden gewoon
waren. (Gelach). Daar kwamen de Lsgsr-
wettou. waarvan Spr. de geschiedenis na
ging om tot de conclusie te komen dat die
wetten niet deugen.
Aan de uitbreiding van militaire uit
gaven dient een grens gesteld. Mocht blijken
dat bij bescheiden uitgaven onze onafhanke
lijkheid niet valt te handhaven, dan dient
zulk-, nauwlettend nagegaan. Een blanco-
crediet wenschen wij echter niet te geven.
In dit verband bespreekt Spr. de bezuiai-
gingscommiseios. De minister wil niet mot
een. groote commissie werken. Maar hisr
heerscht misverstand. Er moet een centrale
commissie zijn, die met sub-commissies kan
werken. Die centrale commissie behoeft ni.-fc
groot te zijn. Maar de hoofdzaak is, dat ni.-t
do Minister of de Regeering, maar de com
missie heeft te beslissen waarop bezuinigd
zal worden. Waar de commissie wordt gt-
wenscht uit wantrouwen, gaat het niet aan,
den Minister de keus te laten op welke on
derwerpen naar bezuiniging zal worden £-
tracht. Dat moet de Kamer in de hand heb
ben. Do Kamer zal dus dit werk zelf heo-
ben te ondernemen, nu de Minister het niet
wil
Spr. komt. zijn indruk samenvattende, tot
een voor de Regcering ongunstige conclusie.
J Wij hadden gehoopt, waar deze Regeeriig
staat op den grondslag van het program ntn
21 Januari, dezen Minister te kunnen steu-
ncn. Wij staan thans voor de treurige taak
f dezen minister, in een bevriend kabinet, w.
1 moeten bost rijden. Men trachtte niet de be-
f teekenis hiervan te verkleinon.
Wij hadden gehoopt te staan tegenover een
minister die voelt voor het. Zwitsersche volks-
leger, voelt voor bezuiniging, voelt voor dc
I Houden van ons volk. En wat. zien wij tot
onze verwondering en waarschijnlijk die van
l do colloga's van den minister? Dat deze mi
nis ter concessies doet die geheel onvoldoende
zijn, met plannen komt die hij zelf niet ver-
trouwt, en al zal hij misschien A millioen
bezuinigen, verklaart, goon goedkoop minis-
ter to zullen ziin. Aan die bezuinigingen, d'o
hervormingen hebben we niets. De zaak zal
op don ouden voet worden voortgezet.. Tot
ons leedwezen zullen wij dezen minister niet
kunnen steunen.
Do heer Duyniaer van Twist con-
stateert dat dere liberale minister leert dat
t niet mogelijk is, in de practijk te bezui-
oigen op do militaire uitgaven. Dit leerde
trouwens ook het tijdperk van 18971901,
'0 dat on» reusachtige verzwaring van finan
cieel© lasten op militair gebied bracht.
Spr. ontwikkelt als nu ten aanzein van
ons defensiewezen een drietal punten-
lo het beginsel. 2o de tactiek. 3o de finan-
cieele quaestie. Vooraf enkele punten, de al
gemeent© politiek betreffende. In dc verkie
zingsdagen werden breed ontwikkeld de grie
ven tegen minister Bergansiusop zijne con
servative neigingen werd de nadruk gelegd.
Men had een grief togen ziju stelsel en tegen
het militaristisch karakter van het kabinet,
zich uitend in opdrijving der defensie-uit ga
ven. Dc heer Marchant noemde in een rede
waarin hij het „technische" tegenover het
„sociale" stelsel op militair gebied stelde,
den minister Bergansius de incarnatie van
het technische stelsel en verweet hem met
,te 1 ooien voor het voorbereidend militair
onderwijs. Hervorming van ons defensiewe
zen in de richting van een volksleger" was
een hoofdpunt op het vrijzinnig concentratie-
program de leus, daarop gebracht op uut.iar
tief van den heer Thomson en door den
heer Borgeaius toegelicht in het. vrijzinnig
propagandaboek. Zóó luidde het bij de ver
kiezingen.
Wat bevatte de Troonrede? Een drietal
paragrafen op defensiegebiedwaardoor me
nigeen werd teleurgesteldi.
Spr .kamt nu tot ons defensiewezenlo
het beginsel, 2o de techniek, 3o de finan-
cieele gevolgen.
lo. Wat liet volksleger betreft vereendgt
Spr. zioh met 's ministers opmerking dat de
Zwitser is van militair ras. Dit bevestigt
ook het rapport van ritmeester Benteyn, van
November 1901. Nu kan men wel beweren:
in ons program stond niethervorming in
de richting van het Zwitsersche volksleger,
maar: in do richting van een volksleger.
Dooh wat verstaat men dan daaronder? Mi
nister Bergansius heeft ook een definitie van
een volksleger gegeven. Hoe dat in alle on-
derdeelen in de toekomst er uit. zal zien, is
ook den voorstander van een volksleger on
bekend, gelijk de heer Thomson getuigt-.
Een volksleger is in den vollen zin voor
ons land nog een open vraag. Het is meer
do quaestie, hoe ons defensiewezen te stu
ren in de richting van een volksleger. Maar
dit is geen gemakkelijke taak. Omtrent de
richting is men het namelijk oneens. Bij ae
twee richtingen, vertegenwoordigd door de
heeren Marchant cn Verhey, is een derde
gekomen, vertegenwoordigd door den heer
Thomson. Omtrent het beroepskader zijn
de voorstanders van het volksleger het
evenzeer oneens. De hoofdrichting, welke
dient ingeslagen, blijft een open vraag.
De leuze bij de stembus: „hervorming
van ons defensiewezen in de richting van
een volksleger," blijkt dus een ijdele leus
te zijn geweest.
Met deu Minister is Spr. het eens, dat
wij moeten strijden met God voor Koningin
en Vaderland. Hoe staat het echter, als men
de vooroefeningen wil invoeren, met die
leuze op do openbare school Zoolang daar
niet andere begrippen omtrent God, Ko
ningin en Vaderland worden gehuldigd, zul
len die vooroefeningen ijdel zijn.
We moeten, meent Spr., voortbouwen op
de grondslagen der militiewetten en land-
weerwet-1901. Doch de militiewet dient ge
wijzigd. Het instituut der viermaanders
dient ten goed© te komen aan de voorge-
oefenden. Speker zou geen bezwaar hebben
tegen een iets verkorten oefeningstijd. De
bloei van het reservekader dient bevorderd
te worden.
Spr. zou wenschen een 7-jarigen militie-
dienst voor het oontingent, een reservekader
na dep militiedienst en overigens plaatsing
bij de landweer. Zóó alleen kan men tot
een volksleger komen. Spr. komt zoo tot zijn
tweedo punt.
2o. De techniek. Spr. betoogt het groot
belang van voldoende kadervorming. Incom
pleet van officieren en onderofficieren is niet
te licht tc tellen. Het incompleet is nog
schrikbarend hoog, beweegt zich zelfs in «tij
gende richting bij de artillerie. Bovendien
werken allerlei diensten verlammend op de
oefeningen en is tegenwoordig het kader van
inferieure qualiteit. Daardoor geeft men te
genstanders van den verkorten oefeningstijd
een wapen in de hand. Spr. juicht toe *-'e
voorgenomen invoering van het capitulanten-
stelsel. Doch daarmee alleen verdwijnt het
inoomplect nog niet. Oorzaken van het in
compleet zijn ook: onvoldoend salaris, ou
voldoende regeling van de rechtspositie, hst
ontbreken van de pensioneering van weduwen
en weezen van militairen beneden den rang
van officier.
Met belangstelling zal Spr. de daden van
den minister tot verheffing van het reserve
kader afwachten. Doch zonder weder-instel
ling van den hoofd-officier van het reserve-
kac lor zal hiervan niets terechtkomen.
3o. do kosten aan het defensiewezen vee
bonden. Spr. zal ook t© dien aanzien een af
wachtende houding aannemen, al heeft hem
teleurgesteld het niet instelleu van een bu
zuinigingscommissie, een staatscommissie.
Spr. hoopt dat dc Minister krachtig naar
bezuiniging zal sturen.
Ten slotte bespreekt spr. de godsdienstig?
en zedelijke belangen van het personeel.
Waarom wordt het poetsen van paarden op
Zondag te Amersfoort zoo lang gerekt? De
overheid heeft don Zondag te eeren. Op Maan
dag wordt niet steeds voldoende gelegenheid
aan do militairen gegeven om naar het gar
nizoen terug to koeren. Spr. wonscht gele
genheid voor do militairen om voor en jh
het eten te bidden.
Wat de bckendo circulaire van den Mia.
betreft., inzake de verhoudingen tusschcti
meerderen en minderen, heeft de Minister
zijn aandacht niet gewijd aan het grievende
van het vloekeu. De Minister vaardige hijr-
omtrent een tweede circulaire uit.
Berichten.
De Staatscourant van Woensdag 20
December 1906 bevat de volgende Konink
lijke besluiten:
benoemd tot rechter-plaatsvervanger te
Assen mr. G. baron van der Feltz, lid der
Eerste Kamer aldaar, cn mr. G. Doornbos,
advocaat aldaar;
op verzoek eervol ontslagen G. Vroom
al* notaris tc Zwolle;
idem A. Boxman als leeraar aan dc Rijks-
Hoogere Burgerschool te Zwolle
benoemd tot hoogloeraar in delfstoffen en
aardkunde aan de Technische Hoogeschool
te Delft dr. G. Molengraaff, gewezen bui
tengewoon hoogleeraar aan de universiteit
te Amsterdam;
benoemd tot reserve-kapitein bij het 48e
landweerdistrict de kapitein H. De Bourbon,
van het 3e reg. infanterie, die op verzoek
eervol is ontslagen
bij het 9e regiment de kapitein J. Struyc-
ken, thans non-actief, die tevens op ver
zoek eervol is ontslagen;
bevorderd tot luitenant ter zee 2e kl. de
adelborst le kl. G. Holtzappel;
op zijn verzoek eervol ontslag uit 's Rijks
dienst verleend aan don aide-essaieur bij
den waarborg en de belasting der gouden
en zilveren werken J. C. M. Snel, te Schoon
hoven, met ingang van 20 December 1905
H. M. de Koningin en Z K. H. de
Prins hebben Maandag t middagmaal ge
bruikt bij H. M. de Koningin-Moedor.
Naar men verneemt zal de na terug
keer van Hare Majesteit en Z. K. H. in de
residentie de gebruikelijke audiëntie crtmaal
plaats liobben op Dinsdag 2 Januari
Met zekerheid kan worden medege
deeld, dat het gala-bal ten Hove ter ge
legenheid van het nieuwe jaar zal gegeven
worden Woensdagavond 3 Januari a s
Deze weck zullen in den omtrek van
Hoek van Holland jachtpartijen van wege
het Hof gegeven worden.
Van het gebouw der legatie van den
Czaar te 's Gravenhage was gister de Rus
sische vlag uitgehangen.
De gewone audiënties van de minis
ters van waterstaat, landbouw, nijverheid en
handel, financiën, oorlog en koloniën zullen
deze week niet plaats hebben.
Haagsche gemeenteraad.
Tot de mededeelingen, die in den aanvang
van de raadsvergadering van Maandag wer
den gedaan, behoorde ook 'n voorstel van
B. en YV. tot verhooging met f1500 van do
toegestane som van f 2000 voor 't onderzoek
naar de oorzaak van de waargenomen beving
in huizen in deze gemeente, daar het bedrag
grootendeels reeds is verbiuikt, alsook om
een put te kunnen maken nabij het gebouw
der electrische centrale van de Schevemng-
sche Exploitatiemaatschappij, ter diepte van
pl. m. 7 meter, welke noodig is ter ver
krijging van eenige zekerheid omtrent de
dikte der grondlaag, doo»r welke zich de
trillende beweging voortplant.
Nadat de heer v. d. Toorn nad aangedron
gen op het betrachten van spoed in deze
zaak, daar het beven van de huizen te Sche-
veningen in de laatste dagen weer zeer is
toegenomen, zoodat de toestand schier on
houdbaar wordt, werd het voorstel aange
nomen.
Daarna werd voortgezet het voorstel tot
vaststelling van eeue verordening tot rege
ling van de samenstelling, de titulatuur en
de bezoldiging van het personeel, werkzaam
ter gemeente-secretarie en ten kantore van
den gemeente-ontvanger.
Na de afdoening van een aantal amend
menten werd ten slotte de verordening aan
genomen met algemeene stemmen op één na,
die van den heer van der Toorn.
Burgemeester en wethouders hebben bij
den raad aanhangig gemaakt een voorstel tot
concessieverlenging aan de IJsselstoomtram-
weg-Mij. tot 1944. Aanvankelijk was ook
voorgesteld toestemming te verleenen om de
lijn van den Schenk weg door te trekken tot
aan het Bezuidenhout tegenover de Rijn
straat, maar dit deel van het voorstel werd
door B. en W. teruggenomen.
Wethouder Bevers deelde nu heden in den
Raad mede, dat de voflige minister van W.,
H. en N. tegen dde doortrekking geen be
zwaar had, maar de tegenwoordige minister
van landbouw wel. Vandaar de gedeeltelijke
terugneming van het voorstel, dat ook in
zijn tegenwoordigen vorm nietteminu ver
werpelijk werd geacht door den heer Eders-
heim. Diens voornaamste bezwaar was wel
de lange duur der concessie voor een lijn,
die voor een groot doel reeds over gemeente-
g^ied loopt en dit in de toekomst nog in
meerdere mate zal doen. En dat terwijl in het
voorstel een naastingsclausule ontbreekt.
Daarbij komt dat de concessie zal worden
overgedragen aan de Mij. tot Expl. van Ne
derlandsche tramwegen, die in groote finan-
cFéele moeilijkheden verkeert.
De behandeling van het voorstel werd na
eenige discussie verdaagd 6ot een volgende
vergadering.
Verschillende voorstellen van plaatselijken
aard werden nog aangenomen en daarna de
vergadering gesloten.
Door den gemeenteraad van Arnhem
is beschikbaar gesteld voor den aanleg van
wegen enz. in liet zoogenaamde Ettypark
f 20,500, terwijl later uit de beantwoording
van eene interpellatie van het lid Zoestber
gen, betrekkelijk bestrijding der werkeloos
heid, bleek, dat het. de bedoeling is met
deze werken reeds spoedig te beginnen, om
althans een deel der werkeloozen te kunnen
helpen.
Keuring der lotelingen.
De Minister van Oorlog heeft aan de Tweede
Kamer medegedeeld een uittreksel van het
rapport van den inspecteur van den genees
kundigen dienst der landmacht, in zake de
keuring van lotelingen. Die inspecteur rap
porteert te dier zake
„Het is bekend en bewezen, dat in de
provincie Groningen en in het noordelijk ge
deelte der provincie Drente personen
(meestal vroeger rcmplajanten, tevens ran-
ciers) hun werk er van maken om miliciens
voor te lichten op welke wijze zij gebreken
kunnen voorwonden of bestaande kleine ge
breken kunnen verergeren, en dat. door die
remplajanten-levorancicrs een geldelijke be
looning wordt bedongen bij eventueele af
keuring.
De bekendheid met het bovenstaande geeft
den officieren van gezondheid, in bovenge
noemd gedeelte des lands werkzaam, aan
leiding om in vele verdachte gevallen niet
terstond een beslissing te nomen, maar eerst
na eene later volgende, meer langdurige
observatie in een der militaire hospitalen
zulks te doen
Uit dc statistiek blijkt, dat gedurende de
laatste vijf jaren het aantal ongeschikt ver
klaarde lotelingen, dat in alle provinciën
toenemende is, in de provincie Groningen
niet bijzonder groot is, en procontsgewijs be
neden dat der provinciën Noord- en Zuid-
Holland blijft, zoodat het streven van be
doelde personen van weinig of geen invloed
moet worden geacht op de ongeschiktverkla-
ring der lotelingen."
Op verzoek ingetrokken de bestem
ming van den onderwijzer F. Bu;6 tot on
derwijzer in Ned.-Indië.
Gisterenmiddag is te Amsterdam over
leden de heer S. P. Fentener van Vlissingen,
die meer dan 60 jaar chef van de steenkolen-
firma Van Vlissingen en Stuart was en door
zijn groote ervaring in den steenkolenhandel
in handelskringen een groote reputatie ge
noot.
Nederlandse h-Du i t s c h e te
legraafkabelmaatschappij. In
het ochtendblad van Zondag maakte het
Handelsblad melding van oen feestmaal van
directie en commissarissen van de Neder-
landsch-Duitsche telegraafkabelmaatschap
pij, gehouden naar aanleiding van de in ge
bruikneming van het kabelnet lusschen Me-
nado, Jap, Guam en Sjanghai. Aanwezig
waren daarbij de Duitsche staatssecretaris
Kratke, de Nederlandsche minister van ko
loniën Fock en tal van autoriteiten.
Staatssecretaris Kratke hield, blijkens een
verslag in de Köln. Ztg. do eerste rede en
gaf een overzicht van de totstandkoming
der maatschappij en van de met Nederland
gevoerde onderhandelingen. Hij verhaalde
van de belangstelling van de Koningin en
den Keizer in het werk en bracht ten slotte
een dronk uit op de beide staatshoofden.
Geheimraad Muller, voorzitter van den
raad van commissarissen der maatschappij,
herdacht den steun van de Nederlandsche
en Duitsche regeeringen ondervonden en
dronk op de beide aanwezige ministers, de
heeren Kratke en Fock. Deze laatste be
dankte, zegt de Köln. Ztg., in vloeiend
Duitsch. Hij wees er op, dat. hij reeds als
Kamerlid en toen hij nog in Indië was, het
belang van den kabel had ingezien. Een
goede ontwikkeling van het koloniale bezit
was zonder telegraphisclie verbinding met
het moederland niet denkbaar. Daarom
moesten de regeeringen die wilden weten
wat in de koloniën omgaat, dankbaar zijn
voor het leggen van kabels en de bekwaam
heid erkennen van de mannen die aan de
spits van de onderneming staan. De konin
gin van Nederland had spr. daarom opge
dragen den heer Muller het commandeurs
kruis van de orde van Oranje-Nassau te
overhandigen.
De heer Schroder, van de Schaaffhausen-
sche Bankverein, herdacht de Nederlandsche
financiers, wier medewerking het tot stand
komen van het. werk mogelijk maakte. Hij
werd beantwoord door mr. F. S. van Nierop,
vioe-president van de maatschappij, die wees
op het nationale karakter der onderneming.
Hij dronk op den directeur der maatschap
pij, den heer Pfitzner en het Nederl. direc
tielid Le Roy. De eerste herdacht zijnerzijds
met waardeering den arbeid van de ingeni
eurs en werklieden van de Nordd. Seekabel-
werke, namens welke onderneming de heer
v. Guillaume het woord voerde. Nadat nog
de ondei'staatssecretaris Sydow had gespro
ken, las de heer Pfitzner een gelukwensch
voor uit Jap, afgezonden door den heer Le
Roy.
Ten slotte voerde nog de Keulsche opper
burgemeester Becker het woord, Hij herin
nerde aan het Duitsch-Ncderlandsclïe Von-
delfees van 1886, waarbij hij tal van Ne
derlanders" had leeren kennen en waardeeren
en hij eindigde met den wensch dat nog vele
malen Duitschers on Nederlanders zouden
mogen samenwerken in het belang der be
schaving.
Het verslag in de Köln. Ztg. eindigt, na
vermeliding dat den deelnemers aan de fees
telijkheid een album met kijjkjes van het
eiland Jap werd geschonken, aldus: „in een
aangename conversatie konden wij de Welt-
gewandheit van de Nederlandsche gasten be
wonderen, burgers van een ontwikkelde na
tie, die hunne door hun geographische lig
ging in Europa en Azië voorgeschreven taak
van beschavingsbemiddelaars tusschen de
volkeren, in zoo hooge mate volbrengen'
Den heer Van Nierop is de Kroonorde
verleend. Deze orde ontving de heer Muller
ook.
De verdere proeftochten met de on-
derzeesche torpedoboot Luctor et Emergo zijn
tot het voorjaar gestaakt. Het vaartuig zal
van Nieuwediep naar Vlissingen worden te
ruggesleept, om daar eenige noodzakelijk ge
bleken verbeteringen aan de lanceerinrich-
ting te ondergaan.
Het machtige Kamerlid. De
correspondent te Haarlem van de N. R. Ct.
meldts
Naar aanleiding van het communiqué van
het Haagsche correspondentiebureau, over
trein 4.14 uit den Haag, heb ik nogmaals
inlichtingen gevraagd daar, waar die te krij
gen waren. Op grond daarvafl kan ik dit
meldenIs door een der Kamerleden, na
mens de hier wonende om Haarlem wonen
er geen het verzoek tot stoppen van trein
38 tot den minister gericht, dan deed hij'
het zonder daartoe van die anderen een op
dracht te hebben ontvangen.
De N. Ct. schrijft:
In liet communiqué, dat het Departement
van Waterstaat publiceerde, staat te lezen,
dat het verzoek van don heer Hugenholtz
aan den minister om den express-trein van
4.14 uit Den Haag te Haarlem te doen stop
pen, geschiedde mede uit naam van de ove
rige in of bij Haarlem woonachtige Kamer
leden. Tegelijkertijd meldde evenwel de
Haarlemsche correspondent van de N. R.
Ct.., dat de heer Hugenholtz geen opdracht
van andere Kamerleden had, daar deze van
oordeel waren geen gebruik te mogen maken
van bun Kamerlidmaatschap om particuliere
wenschen te bevredigen.
Intusschen doet deze tegenstrijdigheid tot
het wezen der zaak niets af. Hot feit blijft,
dat een of meer Kamerleden den Minister
hebben verzocht te hunnen behoeve een tus-
schentijdsche verandering te brengen in de
vastgestelde en goedgekeurde dienstregeling
en dat de minister, na gunstig advies van
den Raad van Toezicht, „niettegenstaande
de door de H. IJ. S. M. opgegeven bezwa
ren", dit verzoek heeft ingewilligd.
Het zou niet onaardig zijn, als de heeren
Drucker, Van der Vlugt, De Ridder en
Aalberse nu ook eens probeerden den ex-
preae-trein te Leiden te doen stoppen. Dit
ware voor hen zeer gemakkelijk en al9 er
een minuut te Haarlem af kan, waarom dan
niet ook te Leiden?
Wij doen voorts opmerken, dat de in het
communiqué vermelde trein van 4.4 uit Den
Haag, waarvan „tot voor korten tijd" de
Haarlemsche Kamerleden gebruik konden
maken, niet tusschentijds is vervroegd, maar
met het in werking treden der vorige zomer
dienstregeling. Bij de vaststeling der met 1
Mei a.s. in werking tredende zomerdienst
regeling had, des nöodig, met die vervroe
ging rekening gehouden kunnen worden.
De typografenstaking te
Amsterdam. Gisterenavond liad" te Am
sterdam eene gecombineerde bestuursverga
dering plaats van de volgende vereenigin-
genAlg. Ned. Typografenbond, Typografi
sch© Jongelingsvereeniging Eendracht maakt
Macht, De Nederlandsche Drukpers, Draagt
elkanders lasten, De Katholieke Pers, Voor
zorg en Genoegen, De Amsterdamsche Druk-
kersvereeniging, den Machinezetterbond, afd.
Amsterdam, waar de volgende motie werd
aangenomen
„De vergadering, gelet op de werkstaking
bij de firma Ijienbuur en Van Steldamge
let op de solidariteit der patroons, blijkende
uit het verbanuingsbesluit door hen tegen
over de stakende gezellen genomenoverwe
gende dat getracht wordt het werk, vroeger
bij bovengenoemde gedrukt, thans bij an
deren gereed te maken, besluit deu bij haar
aangesloten leden op te dragen dergelijk
werk te weigeren."
Een oneerlijk burgemees
ter. Het O. M. bij don Hoogen Raad con
cludeerde Maandag tot verwerping van liet
cassatieberoep van F. S'. W. Gautier, ge
wezen burgemeester en secretaris van Ber-
kenwoude en Gouderak, door het gerechtshof
veroordeeld tot 6 weken gevangenisstraf, we
gens valschheid in authentieke acten en ge
bruikmaking daarvan als echt en onver-
valscht, door aan Ged. Staten toe te zenden
twee door hem als secretaris geteekende af
schriften van gefingeerde processen-verbaal
van kasopneming bij den gemeente-ontvan
ger, terwijl in werkelijkheid geen kasopne
ming had plaats gehad.
Uitspraak 15 Januari.
Valschheid in geschrifte.
Het gerechtshof te Amsterdam heeft vernie
tigd het vrijsprekend vonnis der Utrechtsche
rechtbank ten aanzien van den winkelier
Johs. Kramer, vroeger te Oudewater, thans
te 's Gravenhage woonachtig. Het Hof achtte
bewezen dat de beklaagde op een quitantie
voor ontvangen huishuur valschelijk heeft
aangeïïracht de woorden: „15 Mei tot en
met 5 Juni 1905" en dat uit die handeling
eenig nadeel kon ontstaan. Het veroordeelde
bekl. tot- een gevangenisstraf voor den tijd
van één jaar.
Manslag. Mem schrijft aan de
's Hert. Ct. uit Asten, d.d. 18 dozer
Gisterenavond of nacht is er aan Sluis no.
13 der Zuid-Willemsvaart wederom een man
slag gepleegd, en moet een zekere Verheijen,
wonende aldaar onder de gemeente Som eren
op gruwelijke wijize zijn vermoord'.
Het iKao-bl. v. Noordbraib. meldt uog heb
volgende
Zondagavond 17 dezer waven de verslagiene
V. en zekere W. en v. G. in gezelschap!" De
twee laatstgenoemden, pas uit Duibsohlandi
teruggekeerd, begonnen te praten over eom
reeds eenigen tijd geleden gepleegde mishan
deling op' het meisje van W. Van deze mis
handeling werd verdacht de zwager van den
verslagene, en waarvoor de verslagen© partij
scheen te trekken. Men ging gezamenlijk van
uit het bierhuis van den verslagene, gelegen
op Soanerseh gebied, naar die herberg van
Koks, gelegen op Nederweertscb gebied, on
geveer een paar minuten van elkander gele
gen. Binnengekomen ging de verslagene met
een der verdachten naar buiten, waarop de
tweedo verdachte direct volgde. Buiten geko
men moet men direct met messen aan li"'-
vechter» zijn geraakt, zoodat dit bloedig dra
ma in een oogenhlik moet zijn afgespeeld.
Een der verdachten moet direct weder bin
nengekomen zijn, geheel en al bebloed. Dit
moet v. G. zijn geweest, welke naar men be
weert-, ook verwond- moet zijn.
De verslagene, gehuwd en vader van twee
kinderen, moet niet lang meer geleefd heb
ben. Hem was o. a. de strot doorgesneden,
benevens een snode over de geheele lengte
va.n het aangezicht en een steek boven het
oog, waarin een punt van het mes zoodanig
was vast gestoken, dat men het er niet uit
kon trekken.
Bovendien was hem nog een steek in de
borst, toegebracht. De wonden ziju verschrik
kelijk.
De verslagene staat niet gunvfcig lekend.
Stoomtramongeluk. Door het
losschieten van een afsluitketting viel de
tuinder C. v. d. V. dicht bij Loosduinen zoo
onzacht van het balkon der stoomtram, dat
de gebroken beenderen van arm en been
door het velesch naar buiten drongen. De
man leeft nog.
De brand aan de Rapenbur-
gerstraab. De toestand van de slachtof
fers van dezen brand is wel ernstig, doch niet
levensgevaarlijk.
Het blijkt dat het beklagenswaardige gezin
er zonder letsel had af kunnen komen, wan
neer het maar do koelbloedigheid had gehad
op het dak te vluchten, in welk geval zij<
door de brandweer naar beneden zouden zijn
gebracht. Het is echter wel begrijpelijk dat
de arme menschen niet direct op die gedachte
zijn gekomen. Het gezin was verzekerd tegen
brandschade; dat van den bewoner der twee
de verdieping, Zwalb, niet. Ook de wed.
Thijn was verzekerd.
Tijdens den brand had de politie heel wat
moeite om voor de brandweer ruimte te mar
ken. Den geheelen dag stond het vol in de
straat, daar het geval heel wat ontsteltenis
had verwekt.
Veel leven om niets. ,,Eea
ijzingwekkend drama" zoo meldt de N. C.
ironisch heeft zich Zondagnacht ten
huize van een familie aan den Stationsweg
in Den Haag afgespeeld.
Tegen den morgen omstreeks vijf uur werd
de geheele omgeving gealarmeerd door
het hulpgeschreeuw van een dienstbode,
die uit het da>kraam van genoemd perceel, in
nachtgewaad, op het dak was gevlucht, en
onder veel misbaar en gehuil de sterren ver-
klaardo dat de zoon des huazc6 (die alleen