M°. 170.
Donderdag 20 December 1906.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
5Ö" jHHrKang.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden Toor Amersfoortf 1-25.
Jdem franoo per poit1.75.
ALonderljjke nummers - 0.05.
Deze Courant rersohgnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentien, mededeelingen ena., gelieve men véór 10 uur
's morgens bjj de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 15 regelsf 0.73.
Elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
hot herhaald advorteeren in dit Blad bij abonnement. Eena
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Aan hendie met I Janu
ari a. s. op dit blad inieeke-
nen, worden de nummers die
gedurende de maand Decem
ber nog zullen verschijnen
KOSTELOOS toegezonden.
Kennisgeving.
SCHEEPSTIMMERWERF.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort
brengen ter algemeene kennis, dat bij Raadsbe
sluit van 27 November j.l., goedgekeurd door
Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 10 De
cember 1906, no. 1393/1003, 3e afdeeling, is be
paald, dat de scheepstimmerwerf, wanneer deze
niet voor den dienst der gemeente wordt ge
bruikt, aan particulieren kan worden in huur
gegeven tegen eene vergoeding van f 0.50 per
dag.
Amersfoort, 18 December 1906.
Burgemeester en Wethoudere van Amersfoort,
De Secretaris, De Burgemeester.
J. G. STBNFERT KROESE. WUIJ TIERS.
Politiek Overzicht
België en de Congostaat.
Het langdurige debat, dat in de Belgische
Kamer gevoerd is over de wijze waarop de
verhouding tusschen België en den Congo-
staat meet worden geregeld, beeft de uit
komst gehad, die werd voorzien. Men is door
het besluit, dat aan het einde van dit clebat
genomen werd, een goeden stap verder ge
komen op den weg der inlijving van den
Congest aat.
Zooals bekend is, heeft de Koning door
zijn testament zoowel als door een van 1891
dateerend verdrag zdcth verbonden, dat
de Congestaat aan België zal koonon. De be
stuursmaatregelen der laatste jaren hadden
echter de strekking ook na de naasting zeke
re souvereiniteiterechten voor hem te be
houden, die moesten dienen oan hem het
recht te verzekeren financieele voordeden
uit den Oongostaat te halen. In zijne ver
klaring van 3 Juni van dit jaar verlangde
hij, dat bij de overneming van den Congo-
staat het Staats-Congodomedn en zijn
privaat domein in stand gehouden zouden
worden. Dit werd intusschen in de Kamer
door sprekers van alle partijen afgewezen.
Met bijzonder nadruk is dit geschied door
den idberalen afgevaardigde Hymans, die
o.a. zeide: „België heeft volgens de geslo
ten verdragen het eenvoudige en onvoor
waardelijke recht tot naasting. Wat wordt
de genaaste Congostaat? Eene Belgische ko
lonie, over welker lot wij alleen hebben to
beschikken. Na de inlijving is er nog slechts
één staat, namelijk België, dat eene kolonie
gekregen heeft. Al het andere zou doen den
ken, dat een staat, die feitelijk heeft opge
houden t>o bestaan, toch zou blijven leven
Dat is eene onmogelijkheid. Ik geloof, dat
België eene kolonie wil, maao* het wil in
ieder geval er slechts eon, die het zelf re
geert."
Aan dit verlangen is de Koning tegemoet
gekomen. Dat bewijzen de verklaringen, die
Koning Leopold kort vóór de stemming
door den minister-president, graaf de Smet
de Naeyer, heeft laten afleggen. Heit mis
noegen, dat zijne verklaring van 3 Juni j.l.
had teweeg gebracht, is daardoor uit den
weg geruimd, en onder die omstandigheden
mag het besluit, dat de Kamer genomen
heeft tot besluit der debatten, beschouwd
worden als de uitdrukking van heit weder-
zijdsche vertrouwen van Koning en volks
vertegenwoordiging. Hef- besluit beeft- den
volgenden inhoud
„De Kaï. :r bevestigt de in de vergade
ring van 2 Maart 1906 aangenomen motie
van orde. Zij brengt hulde aan de grootheid
van het Congowerk en aan de vaderlands
lievende bedoelingen van zijn stichter. Zij
is overtuigd, dat de beschavingsgedach
te, die bij de stichting van den onafhanke-
1 ijken Comgostaat heetft voorgetzeiten, ook
in de toekomst als richtsnoer moet gelden,
omdat België dcor het testament van den
Koning van 2 Augustus 1889 geroepen is
het volledige oppergezag over den Congo-
staat te aanvaarden en het ook krachtens
den koninklijken brief van 5 Augustus 1889
en krachtens de wet van 10 Augustus 1901,
waardoor het beginsel der overeenkomst van
3 Juli 1890 gehandhaafd wordt, het recht
der naasting bezit. Daar het in het belang
van het land is, zich bij het leven van den
Koning over de vraag der naasting uit te
spreken, neemt de Kamer akte van de ant
woorden der regeering, volgens welke de -n
den brief van 3 Juni 1906 vervatte verkla
ringen geene voorwaarden, maar „plechtige
raadgevingen" uitmaken, dat overeenkom
sten over de naasting slechts de overdracht
en de maatregelen van uitvoering zullen
inhouden en het Belgische gezag in volle
vrijheid het bestuvir van de koloniale bezit
tingen zal regelen. Daar de centrale afdee
ling, die met het onderzoek van het wets
ontwerp van 7 Augustus 1901 over het be
stuur der koloniale bezittingen belast is,
zich er aan gelegen moet laten zijn, ait be
stuur aan te passen aan de omstandigheden
en behoeften van den onafhankelijken Con-
gostaat en zich te dien behoeve alle voor
het samenstellen van de organieke koloniale
wet noodzakelijike gegevens moet versohaf-
efn, neemt de Kamer akte van de Bereid
verklaring der regeering om hare hulp te
verleenen, opdat de centrale afdeeling alle
stukken zal krijgen, die voor de samenstel
ling van deze wet noodig zijn. Zonder het
vraagstuk principieel te willen beslissen,
wenscht de Kamer in zoo kort mogelijken
tijd, overeenkomstig de door de regeenng
uitgedrukte bedoeling, voor de vraag van
de naasting te worden gesteld. Zij wenscht,
dat de centrale afdeeling hare weikzaam-
heden verhaasten zal en binnen korten ter
mijn haar rapport zal indienen."
Dit besluit is nagenoeg eenstemmig ge
nomen. 128 leden stemden voor, die met de
katholieke meerderheid de liberale minder
heid vertegenwoordigen. De eenige stem te
gen was van den radicaal Lorand, die een
principieele tegenstander van de koloniale
politiek is. De socialistische leden he~~en
zich van de stemming onthoudenzij staan
op het. standpunt, dat België, nu het het
Oongoland zal krijgen, zich er op moet
voorbereiden het bestuur op zich te nemen,
maar hebben niet over zich kunnen verkrij
gen door hunne stem voor hot besluit hunne
waardeering uit te drukken voor het groote
werk, dat Koning Leopold heeft tot stand
gebracht. De tijd schijnt nu niet ver meer te
zijn, waarop België zal treden in de rij der
koloniale rijken.
DuitachlanM.
De invoer van varkens uit Denemarken
Zweden en Noorwegen in Pruisen is verbo
den, maar de invoer van versch varkens-
vloesah uit die landen blijft geoorloofd.
Frankrijk.
Voor 32 Parijscke kerken is thans de ken
nisgeving ingezonden, die ingevolge de wet
moet worden afgelegd om de godsdienstoefe
ningen ongestoord te kunnen voortzetten.
Eergisteren werden 29 bisschoppelijke en
•aartsbisschoppelijke paleizen, 31 groote en
23 kleine seminaria ontruimd. Te St.-Flour
(departement Cantal) verzette de bevolking
zich met zooveel nadruk tegen den oommis
saris van politie, die met eenige ageu'eu
het bevel om het paleis te verlaten aan de i
bisschop moest overbrengen, dat de burge
meester, die rustverstoring wilde vermijden,
zich om instructiën wendde tot den minis
ter van ©eredienst. De 'minister antwoord
de, dat bisschop het paleis kon verlaten
op het tijdstip, dat hem schikte. Daarop
verklaarde de bisschop, dat hij Woensdag
vrijwillig zou verhuizen.
Het gebouw, dat te Parijs het aartsbis
schoppelijk paleis geweest is, zal ingericht
woïxlen als verblijf voor het onlangs opge
richte ministerie van arbeid.
Op last van de regeering zal met het co a
stateeren van overtredingen tegen de ver-
eenigingswet in de Parijsche kerken .niet
verder wonden voortgegaan.
Engeland.
Londen, 19 Dec. In het hoogerhuis stelde
lord Lansdowne voor, dat het huis zou be
sluiten de wijzigingen, die het wil gebracht
zien in het ontwerp der onderwijswet, re
handhaven. Er is geen twijfel aan of dit
voorstel zal worden aangenomen, en daar mes
zal het wetsontwerp verloren zijn.
Tweede telegram. Het voorstel van
lord Lansdowne werd aangenomen met 132
tegen 52 stemmen. In zijne rede, die hij
voor eene zeer volle zaal hield, zeide lord
Lansdowne. dat het de oppositie niet moge
lijk was de wet aan te nemen, zelfs met de
door de regeering aangoboden oonoessiën.
Lord Crowe verklaarde, dat er een niet te
overbruggen kloof was tusschen de opposi
tie en de regeeriug. De regeering had n
grijpende concessiën aangoboden de verant
woordelijkheid voor het schipbreuk lijden
van het wetsontwerp komt neer op de op
positie en dc bisschoppen. Hij kon niet voor
spellen, welke gevolgen uit deze houding
van de oppositie zoudeh voortvloeien.
Derde telegram Het wetsont-wern
tot regeling van de schadevergoeding aai
arbeiders bij ongelukk-.i is in derde lezing
aangenomen.
Het Lagerhuis heeft op voorstel der re
geering, zonder hoofdelijke stemming, de
twee belangrijke amendementen, die het
Hoogerhuis in de wet op arbeidsgeschillen
heeft aangebracht, weer te niet gedaan. Die
amendementen beperkten de vrijheid van
posten en stelden de kassen der vakveree-
nigingen in sommige gevallen toch weer aan
sprakelijk voor schade, door patroons in
een werkstaking geleden.
Zweden.
Koning Oscar schijnt, boterende te zijn.
Do avond'bulletins over zijn toestand zijn
ingetrokkenvoortaan verschijnt alleen des
voorin,iddags een bulletin.
Italië.
Rome, 19 Dec. Graaf Lanza, ambassadeur
te Berlijn, heeft ontslag genomen. De heer
Pasa zal hem vervangen.
Spanje.
Madrid, 19 Dec. De fgevaardigde Soriano
vroeg wat de reden was, waarom nog 1000
man meer naar Tanger waren gezonden. De
minister van buitenlandsche zaken ant
woordde, dab er geen vrees vcor verwikke
lingen bestond. Hij voegde daaraan tce, dat,
volgens een bericht van den vertegenwoor
diger van Spanje in Marokko, het corps
diplomatique had besloten aan te dringen
op de verwijdering van Raisoeli uit Tanger.
Oostenrijk.
72 professoren van de universiteit te Woe
nen hebben een schrijven gericht aan het
heerenhuis, waarin het verzoek wordt ge
daan het ontwerp der kiesreebthervorming
ongewijzigd vaat te stellen in den vorm,
waarin het de Kamer v an afgevaardigden
heeft verltten, omdat eene wijziging groote
bezwaren in 't leven zou roepen en omdat het
voordeel, dat het meervoudige kiesrecht mis
schien zou brengen, niet in verhouding zou
staan tot de teleurstelling, die de mislukking
van deze hervorming zou verwekken.
De hoogleeraren van de Duitscbe univer
siteit ,te Praag en van de universiteiten te
Graz en Innsbruck willen hunnerzijds dit on
derzoek ondersteunen.
Er worden pogingen aangewend om tot
een compromis te komen. Het heerenhuis zou
in de tweede lezing het ontwerp ongewijzigd
aannemen, maar met de eindstemming wach
ten bot dat het huis van afgevaard'gden het
■wetsvoorstel betreffende den numerus clau-
sus heeft afgedaan.
Rusland.
De openbare aanklager heeft voor den
krijgsraad de doodstraf geëisoht tegen ad
miraal Nebogatow, en vier zijner onderbe
velhebbers wegens de overgave van hunne
schepen in den slag van Tsoesjima. Zij heb
ben, zeide de aanklager, hun land oneer
aangedaan. Ook de officieren, die tot de
overgave hebben aangespoord, behooren
streng gestraft te worden. De overigen kun
nen vrij uitgaan. De verdediging pleitte ver
zachtende omstandigheden, en betoogde dat
Nebogatow de bemanning van zijne schepen
heeft willen sparen voor de gevolgen van
het wanbeheer van de vloot.
Marokko.
Tanger, 19 Dec. Eene depêche uit Marok-
kaansohe bron bericht, dat Raisoeli den mi
nister van oorlog G-ebbas het aanbod heeft
gedaan, dat hij de functie van kaïd over
Tanger zal verwisselen met die over den
stam Ben-im-Saur.
Japan en Rusland.
In den laatsten tijd werd meermalen be
richt, dat er in de betrekkingen tusschen
Japan en Rusland eene spanning was inge
treden, omdat, de Japansche regeering in
de onderhandelingen over de regeling van
de handelsbetrekkingen tusschen de beide
staten en over de visscherij rechten in Oost-
Azië overdreven eischen stelde. Van Japan
sche zijde wordt echter verzekerd, dat de
betrekkingen tusschen de beide staten vol
strekt niet meer gespannen geworden zijn.
Japan voert de onderhandelingen over het
handelsverdrag naar de beginselen van we-
derzijdsche gelijkheid en houdt zich, wat
de visscherij-rechten betreft, aan de bepa
lingen van het vredesverdrag van Ports
mouth. Men koestert cok in Japan het ver
trouwen, dat er weldra overeenstemming
met Rusland zal worden verkregen.
Japan en de Vereenigde Staten.
President Roosevelt heeft het congres het
rapport doen toekomen van het lid van zijn
kabinet, den secretaris van koophandel Met-
calf, die Haar San Francisco gezonden was,
om zich op de hoogte te stellen van de Ja
pansche schoolkwestie. In eene boodschap,
die aan het rapport is toegevoegd, getuigt
de president van de Japansche schoolkinde
ren, dat zij zindelijk zijn, een helder ver
sland bobben en zich goed gedragen. Ver
der wordt gezegd, dat-voor deze kinderen het
schoolbezoek zeer bemoeilijkt zou worden,
wanneer van hen gevergd wordt, dat zij al
len eene bijzondere school moeten bezoeken,
omdat zij door de geheele 9tad verspreid wo
nen. Daarom wordt de wensoh uitgedrukt,
dat de bewoners van San Francisco den Ja
panners zullen toestaan alle scholen te be
zoeken. Minister Metcalf verklaart in zijn
rapport, dat hij bevonden heeft, dat de in
San Francisco heerschende openbare mee
ning, de besluiten van het onderwijsbestuur
tot afscheiding der Japansche kindoren van
do overigen beslist goedkeurt,, maar dat ve
len van de hoogste autoriteiten op onder
wijsgebied van eene tegenovergestelde mee
ning zijn. Hij is van oordeel, dat het de
plicht van do bondsregeering is den Japan
ners bescherming te verleenen, wanneer do
macht der politic daarvoor niet ver genoeg
reikt.
De gezant van Japan bij de regeering der
Vereenigde Staten heeft in eene rode op een
feestmaal van het Amerikaansch-Aziatische
genootschap gezegd, dat het moeielijk is in
de geschiedenis een dergelijk geval te vinden
als de verhouding tusschen de Unie en Ja
pan, waarbij alles spreekt voor het onder
houden van de meest vriendschappelijke be
trekkingen tot elkaar. De gezant wierp de
gedachte, dat de Unie en Japan om de heer
schappij over den Grooten oceaan strijden,
ver van zich af en sprak de moening uit,
dat Oost-Azië groot genoeg is voor den han
del van de ganse he wereld. Men kon er van
overtuigd zijn, dat Japan het beginsel van
de open deur in Mandsjoerije krachtig zal
voorstaan en handhaven.
Men kan uit deze wederzijdsche verkla
ringen afleiden, dat de beide regeeringen
tot elkaar in zoo correct mogelijke betrek
kingen staan. Anders ie het eohtor onder
het volk gesteld. Aan bedde zijden consta
teert de pers, dat er eene sterke spanning
bestaat, die niet enkel op rasverschillen,
maar bovenal op de tegenstrijdigheid der po
litieke en oommercieele belangen steunt. Aan
den Californischen schoolstrijd wordt daar
bij slechts ondergeschikte beteekenis toege
kend in vergelijking tot het verdere wat als
brandstof dienst doet. Het is in de eersite
plaats werkelijk te doen om de heerschappij
in den Grooten oceaan, en al is het ook
juist, dat de strijd daarover nog niet is uit
gebroken, het is onmiskenbaar, dat- er stof
voor strijd in overvloed aanwezig is. De Vos-
sischo Ztg. meent, dat het niet aan twijfel
onderhevig is, dat men aan beide kanten
vast overtuigd is, dat over korteren of lange-
ren tijd slechts een oorlog de beslissing zal
kunnen brengen.
Allerlei.
V-— De robur ietontploffing bij An non
heeft een wonderbaarlijke genezing bewerk
stelligd. Een monteur uit Witten, die se
aert jaren aan een aan doofheid grenzende
hardhoorigheid leed, hoeft na de ramp
waarvan hij van dichtbij getuige was, zijn
gehoor teruggekregen
vIn het Saksische stadje Siebenlehn
zijn de burgemeester Barthel en 13 andere
burgers, ouder verdenking van uit winst -
bejag verschillende branden gesticht te heb
ben, in hechtenis genomen.
vTe Leipzig is een postbode op. de
trap van een huis door een onbekenden man
met een hamer op het hoofd geslagen en
van zijn tasch met 7000 tot 8000 mk. aai
baar geld beroofd. De postbode moest we
gens> een schedelbreuk dadelijk geopereerd
worden.
vMaandagochtend vroeg, terwijl het
nog donker en mistig was, keerden een
groot aantal matrozen van het Engelsohe
oorlogsschip Hindustan, dat- bij Spit head
lag, in drie groote booten, door een sleep
boot getrokken, van verlof naar boord te
rug. Een van de booten voer tegen een boei
aan en kantelde. Negen man werden vermist.
vTe Port. Talbot, ia Wales, ia er giste
ren aan boord van de Fransche bark Nesley
uit Nantes, geladen met steenkol, een ont
ploffing geweest. Eenige mannen van de be
manning werden ernstig gewond ©n een is
er waarschijnlijk verdronken. Merkwaardig
is, dat een man een heel eind de lucht in-
geslingerd werd en met zijn kleeren in het
want vast raakte. Hij bleef hangen en dus
behouden.
Kameroverzicht.
Tweede Kamer.
Gisterenmorgen werd de algemeene be
raadslaging over de Oorlogsbegrooting voort
gezet.
De heer Thomson wijsit op de beroe
ring welke in het land is ontstaan door 's
ministers voorstellen. Ook Spr. had den ge
nomen weg liever anders gekozen gezien.
Spr. komt nu tot het b 1 ij vend ge
deelte en zet do taak uiteen welke dat
blijvend gedeelte heeft te vervullen. In de
eerst© plaats wacht- en corveediensben waar
voor geen blijvend gedeelte noodig is gelijk
meermalen is betoogd.
Kadervorming. De minister heeft
daarvoor geen blijvend gedeelte noodig. Om
kader te vormen zijn de miliciens ongeschikt
en zij vervelen zióh 's winters maar in do
kazernes en gaan moreel en physiek achter
uit. Zelfs officieren van bereden wapens prij
zen een oefeningstijd van 6 maanden voor de
onbereden wapens aan, mits men voor do
bereden wapens maar een eerste oefenings
tijd van 2 jaar stelt. Het. wordt meer dan
tijd dat men ook bij de bereden wapens gaat
inzien dat ook daar de diensttijd tot hot
noodig© beperkt worde. Thans doet zich het
zelfde verschijnsel voor als toen de minister
Eland den kazernediensit voor de onbereden
wapens verkorte. Onze mobilisatie kan
niet gedokt worden ook niet wan
neer de minister die paar man cavalerie
moer onder do wapenen houdt.
Met de tegenwoordige landweer zijn onze
grenzen beter verdedigbaar dan ooit te vo
ren.
De heer Duymaer van Twist. Zon
der officieren en leader.
De heer Thomson. Zeker ook zonder
officieren en zonder kader. Zoo onvolko
men als de dekking thans is, is zij toch be
ter dan vroeger. Hoe ter wereld een des
kundige als de heer Duymaer dat kan te
genspreken, begrijpt Spr. niet.
Spr. heeft niet zulk een slechten indruk
van de Landweer gekregen al kan men niet
verwachten dat die menschen blijmoedig on
der de wapenen komen. Door den heer Van
Dedem word afkeuring uitgesproken dat do
minister in burgerkleeding nog wel met oen
parapluie de Landweerkampen is gaan in-
specteeren en daarvan werd een verwijt van
gemaakt. Maar in dat verwijt zit- een dieporei
beteekenis, daaruit spreekt de militairis-
tische geest.
(Enkele stemmen, zeer juist).
Spr. herinnert, aan de bekende parapluie-
order van een minister van oorlog aan het
verbod van overschoenen enz. enz., allemaal
zaken dlie men vreeselijk onmiliitair vond.
Zich door nat laten regenen en een groot
tenue jas bedervon die een maand tracte-
ment kost, dat is militair! Dat typeert den
volksgeest. Stel dat Spr. of de heer Duymar
van Twist minister van Oorlog waren, zou
den zij dan in hun kapiteins plunje die offi
cieren van de Landweer de les zijn gaan le
zen. Al die argumenten van roesten van ge
weren en het schieten van hazen en konijnen
beteekenen niets. Hoe durft men zeggen dat
onze mannen hun geweren niet zullen kun
nen onderhouden. Hoe kan de heer Brum-
melkamp toch zoo iets beweren. Sipr. herin
nert aan hetgeen dtr. Kuyper heeft gezegd,
n.l. dat ons volk moet zijn als een wespen
nest, élk man gewapend.
De heer Brummelkamp. Maar niet
met verroeste geweren.
De beer Thomson. Dat verwijt moet U
bot dr. Kuyper richten.
(Stemmen. Dat mag hij niet).
Spr. begrijpt die vrees niet om aan de
zonen van ons volk die geweren ie laten.
Heti jaar 1903 'hooft ons geleerd
óat het blijvend gedeelte te zwak was. Abso
luut onjuist is de opmerking van den heer
Van Karnebeek,* dat het blijvend gedeelte
het land gered heeft. Uit eigen ervaring kan
Spr. dit beslist tegenspreken. De feiten waar
van de heer Van Karnebeek gewaagde, heb
ben zich voorgedaan toen de lichtingen reeds
onder de wapenen waren. Om na den oefen
tijd troepen te houden voor werk buiten
hun taak acht Spr. onverdedigbaar. Spr.
had nooit gedacht dat men deze zaak zoo
zou opbiazen. Zelfs ruit era an voerders uit
vervlogen tijd zijn gemobiliseerd om hun
stem te doen hooren.
Langzamerhand zal de helft der cavalerie
vervangen moeten werden door rijwielen.
De ridderlijke huzaren poëzie weet Spr. te
waardeer on, maar van ons leger heeft zij
haar waarde grooteudeels verloren. Gaarne
zou 9pr. in ©temmen met den lof aan gene
raal Smeding gebracht, wanneer hij naar
zijn oordeel niet was te kort geschoten in 't
begrip van tucht. Zijne handeling noemt
Spr. een onmilitaire daad, welk© niet kan
bijdragen tot- verhooging der tucht in ons
leger.
Spr. en zijne politieke naamgenooten blij
ven van oordeel, dat 's ministers ingrijpen
noodig was om tot een beteren toestand te
komen. Daarom zullen zij 's ministers kloe
ke daad steunen.
Eigenaardig is het dat die aandrang voor
langer diensttijd niet komt uit het legor,
maar van menschen daarbuiten.
Nu de kadervorming. De klachten over
gebrek aan kader worden steeds grooter en
er heersobt hooge nood. Onafwijsbaar zal
dan ook zijn verbetering van positie voor
de onderofficieren en Spr. vertrouwt dat aan
den onhoudbaren financioelen toestand van
de onderofficieren ©en einde zal gemaakt
worden en dat ook andere kadertoestanden
zal verbeteren. Mot den heer Ter Laan is
Spr. het eens, dat het. aantal beroepsoffi
eieren moet worden ingekrompen. Na 15
jaar dienst moesten de luitenants bevorderd
worden, desnoods tot kapitein-titulair.
Ten slotte betoogt Spr. nogmaals dat leger
en volk tot elkaar moeten komer en hij
hoopt dat het oogenblik daartoe spoedig zal
komen. Wil de minister op steun rekenen,
dan moet hij vast bewust voortgaan op den
weg, welke hij zich heeft afgebakend. liet
schoonste deel in de rede van den heer Van
Karnebeek was wel het slot, waarmede Spr
als militair van harte instemt. Den oorlr»
van nabij kennende, kan Spr. do verant
woordelijkheid voor den slechten toestand,
waarin ons leger verkeert, niet aanvaarden.
De heer E land zegt, dat hij in de af
dool ingen in vele punten met den heer
Thomson overeen stemde. Spr. wenscht te
verklaren dat hij op de hoofdpunten mede-
gaat met den heer Thomson. Tor bekorting,
bepaalt Spr. zich dus tot enkele punten. In
de eerste plaats komt hij op tegen do be
wering van den lieer Van Karnebeek, dat