BINNENLAND. oosten vertrekken en hot goederenvervoer moet worden beperkt. De Xowja W rem ja bericht., dat Engeleohe expeditiën Siberië "bereizen tot het aankoo- pen van goud- en kopermijnen. Groote aan- koopen zijn reeds geschied. Het bestuur van d© mijnen zai door Engelschen gevoerd wor- den Russen zullen slechts als werklieden ge bezigd worden. Een technisch kantoor ver leent. zijne tmsckenkomst bij deze aankoo pt 11 Do Xowoje Wremja spreekt-, naar aan leiding hiervan, van ne ver. vering van Sil/erië door de Engelschen. In M"sko*i werden op de Bas man na.ja-brug ©enige loopers van den spoorwegdienst-, die onder geleide van bewakers eene som van 97.000 roebels «overbrachten, door eene bende van 25 gewapende lieden overvallen. Dank zij het vrzot. dat de bewakers boden, slaag den do roovers or slechts in omstreeks 1000 rebels meester te worden. Eon reover werd god» <xldrie werden gewond. Petersburg16 April. Hcdennamiddag 'kwamen vier jongelieden de kamer van den kassier der universiteit binnen zij bedreig den dezen en zijne ambtenaren onder den toeroep ..handen omhoog" met revolvers, namen 2000 Rbl. weg en maakten zich daarna .uit de voeten Oost-Azië. Ook de Russische troepen hebben Mand- sjoerije nu ontruimd, op de spoorwegwacht na. Het Chineesche bestuur is weer inge steld Er zijn Chineescho troepen naa. Hei- loeng-kiang gezonden, om de Russische troepen te vervangen. Daar zullen een aan tal goed afger.chte Chineosöhe soldaten in garnizoen komen te liggen. Allerlei. vDe vijf bronzen standbeoldon van de Oranjes, die langs den oprit van het paleis te Potsdam komer te staan, zullen in het laatst van Mei onthuld worden. vVolgens do .Correspond «et Rtisse' laten vele hooge ambtenaren en opp./s.;ie- maunen in Rusland zich bij Amerikaansche maatschappijen verzekeren tegen den dood door moord. Plehwe was voor 15.000 roebel verzekerd, Herzenstein voor 50.000 roebel en Jolles voor 10.000. To Moskou hebben do groote mannen der oppositie een onder ling waarborgfonds gevormd. Niets dan zul ke dingen kan beter bewijzen wat een ge woon verschijnsel een politieke moord in Rusland gewordon is. vDo zaak van den millionnair-moorde- naar Thaw zal, naar men verwacht, niet weer voor een Now-Yorksahe jury komen, maar naar een ander hof verwezen worden. vDelmas, do Californische advocaat, zal bij een tweede proces Thaw niet meer optre den als verdediger van den beklaagde. Het proces, dat nu voor een tijdje achter den rug is, heeft tenminste tot een goed ding geleid." Bijna allo Amerikaansche couranten van bcteekenis zijn een campagne begonnen ter verkrijging van een hervorming en ver betering van do bestaande strafprocedure. vDe transportboot ..Duncan" heeft in zee drie man van do Spaansche stoom boot ,,Andalucia", gezonken op 75 mijlen ton westen van Kaap Finistero, opgenomen. Wat er van de rest dor bemanning i9 ge worden, weet men niet. vVolgons een bericht uit New-York is er Zaterdag te Kingston op Jaimaica de etg- sto schok van aardbeving gevoeld die er na 14 Januari geweest is. Er gingen geen meu- sch en levens verloren Kameroverzicht Tweede Kamer. Do Tweede Kamer ia gieteren (Dinedag) weer bijeengekomen. Mededeel ing wordt gedaan van de sedert de laatste bijeenkomst ingekomen beschei den. Rogeeringsverklaring Do Min. van 'Financiën (de heer Do Meester) tijdelijk voorzitter van den ministerraad, legt do volgende verklaring af Mijuheer de Voorzitter. Mede namens mijne ambtgenooten ver oorloof ik mij aan de Kamer de volgende mededoelingen te doen omtrent den loop en de beëindiging der kabinetscrisis. Na de collectieve ontslagaanvrage op 11 Februari j.l„ waarvan ik den 12en dier maand aan do Kamer kennis gaf, heeft Hare Majesteit de Koningin do voorzitters van do beide Kamers dor Staten-Genoraal, den vice-president van den Raad van State en «*>nige leden van deze Kamer geraad pleegd. Op 21 Februari mocht ik van Hare Majes teit vernemen, dat de heer baron Schim - melpenninck van der Oye van Hoevelaken, voorzitter der Eerste Kamer, op eeno des betreffende hem gestelde vraag, bij rap port van 17 Februari had medegedeeld, dat en waarom er naar zijn oordeel geen ge- noegzamo gronden bestonden om de rech terzijde in de gelegenheid te stellen do be stuurstaak over te nemen, on dat', naar aan- liding van dat rapport en van de overige door de Koningin ontvangen adviezen, door lïare Majesteit was in overweging genomen het kabinet- schriftelijk uit te noodigen van zijne ontslagaanvrage terug te komen. Na overleg in den RaAd van Ministers heb ik, in eene op 26 Februari mij ver leende audiëntie onder de hooge aandacht der Koningin gebracht, dat, naar het dien Raad voorkwam, na het in de Eerste Kamer der Staten-Generaal omtrent do oorlogsbe- grooting voor 1907 uitgebrachte votum, de rechterzijde in de gelegenheid behoorde te worden gesteld een Kabinet, te vormen en er alleen dan, wanneer gebleken mocht zijn, dat de rechterzijde niet geneigd was de be stuurstaak over te nemen, van een terug komen op de ontslagaanvrage do rede zou kunnen zijn. Op dien grond werd aan Hare Majesteit eerbiedig in overweging gegeven om. alvorens een uitnoodiging als voormeld tot het Kabinet te richten, do rechterzijde ir do gelegenheid te stellen het bewind over te nemen, desverlangd met vrijlating om aan de Koningin eene oordracht te doen tot ontbinding van de Tweede Kamer der Stat en - Generaal Op 27 Februari heeft daarop de Koningin aan de rechterzijde in den persoon van den heer Baron Schimmelpenninek van der Oye van Hoevelaken de opdracht gedaan tot vor ming van een kabinet. Den 1. Maart- be richtte de heer Scha manelpenninck van der Oye aan de Koningin, dat hij, na raadple ging met aangewezen leiders in dease Kamer van de groepen der rechterzijde, verzociht hem van de vervulling der vereerende op dracht wel te willen ontslaanTevens werd door hom te kennen gegeven, dat de rech terzijde niet eerder tot- oplossing van de en- sis zon kunnen medewerken, dan nadat zou gebleken zijn, dat de partijen, die in 1905 do meerderheid behaalkfen, zich niet bij machte gevoelden een, zoo niet parlemen tair, dan extra-parlementair kabnët te vor men. Daama behaagde het de Koningin don heer mr. P. W. A. Cort van der Linden, lid van den Raad van State, to raadplegen of hij bereid zou zijn een extrarparlementair kabinet te vormen, en ontving deze staats man op 18 Maart een opdracht tot vorming van een gemengd kabinet, van welke op dracht hij don 21. Maart- verzocht te mo gen worden ontheven. Inmiddels hadden de ministère nadat hun was medegedeelddat en met welk ge volg aan de rechterzijde eon opdracht tot kabinots-formatie was gedaan, en dat do vorming van oen extra-parlementair kabinet in overweging was, op den 16. Maart aan de Koningin, op daartoe van Hoogst Dcrzelver ontvangen verzoek, hunne ziens wijze doen kennen omtrent de gedragslijn, welke zon zijn te volgen, wanneer Hare Majesteit hen mocht uitnoodigen van de ontslagaanvrage terug te komen, met bijvoe ging evenwel, dat de minister van oorlog, do heer H. P. Staal, zeer beslist, verklaard had in de bestaande omstandigheden bij zijn verzoek om ontslag te willen volhardlem. Die gedragslijn beoogde de benoeming, ter vervanging van den heer Staal, van een minister van oorlog, die, mede voor het overige instemmende met het programma vam het kabinet, bereid zou zijn zoo spoodiig doenlijk, indien eenigszins mogelijk, tege lijk met het op de leeöt der onlangs tot stand gekomen credietwet te schoeien wets ontwerp tot definitieve vaststelling der oor- logsbegrooting voor 1907, bij d© Staten- Generaal, voor zoover van hem afhangt-, voor te brengen en aldaar te verdedigen een afzonderlijk wetsontwerp, waarbij de quaes- tie van het blijvend gedeelte dor militie op nieuw aan het oordeel van de St-aten-Gene- raal wordt onderworpen en daaromtrent, met volledige toelichting van do zaalk, zoo wel nu-t betrekking tot het beginsel als tot do wijze van uitvoering, eeno beslissing wordt voorgesteld in den geest van het ka binet. Den 28en Maart deed de Koningin, die intusschen met den heer Sdhimmelpenninok van der Oye nog naden- overleg pleegde, be richten, dat Hare Majesteit zich vereonigde met liet volgeu der boven omschreven ge dragslijn, die ministère, dien van oorlog overeenkomstig zijn wensch uitgezonderd, verzocht hunne ontslag-aanvrage terug te nemen In den hoer W. F. Ridder van Rappard, generaal-majoor, commandant van de stel ling var» Amsterdam, bevelhebber in de eer ste militaire afdeeling, word de gewenschte minister van oorlog gevonden. Nadat de KoniDgin den Raad van ministère had ge machtigd, dozen opper-offieder ter benoe ming tot dat amibt voor te dragen, volgde de intrekking van het verzoek om ontslag en daarop bij Kon. besluit van 4 Api-il jl. no. 3, het eervol ontslag van den heer Staal en de benoeming van den hoer Van Rap pard Het ligt in hot plan der regeering, dat het afzonderlijk wetsontwerp, waarvan ik zoo even gewaagde, zal zijn oen ontwerp tot wijziging van de oorlogsbe-grooting voor 1907 De heer De Savornin Lehman wenscht naar aanleiding van deze mededee- ling het woord, waartoe de Voorzitter hem in do gelegenheid zal stellen in de ver gadering van morgen 11 ure. De heer Heemskerk meent dat 't doel matiger ware geweest den heer Lohman da delijk gelegenheid te geven het woord te voeren, om opheldering te vragen op eenige naar Spr.'s meening onvolledige punten. De Voorzitter antwoordt dat zijn voorat©] niet dam na rijp beraad genomen is. Spr. herinnert aan hetgeen op 29 Mei 1883 is voorgevallen "bij een dergelijke gelegenheid. Ilij meent dat het- de voorkeur verdient niet dadelijk op do mededeeling discussie te doen volgen. Do heer De Savornin. Lohman antwoordt, dat hij volstrekt geen discussie wenscht, maar slechts eenige aanvulling van de modedeeung wenséht te doecn. De Voorzitter geeft daartoe don heer Lohman het woord. De heer Lohm an verdedigt uitvoerig de houding der rechterzijde gedurende do crisis. Voorop stelt Spa. dat hetgeen tusschen H. M. de Koningin en Hare raadslieden in bespro ken geheim moot blijven. Zoo die geheim houding .niet werd geëerbiedigd, zou v ooi taan elke t pon hartige bespreking niet H. M. de Koningin onmogelijk worden. In den laat st en tijd heeft zich echter bij de linkerzijde een zucht geopenbaard om betreffende ver- schillondo zaken welke zij als publiek be schouwde mededoelingen te deen. Toen dan ook aan de rechterzijde werd verzocht mede te werken aan de oplossing der crisis heeft zij zich voorbehouden mededeeling to doen van hetgeen haar omcieel werd verzocht. Op 27 Febr hoeft II. M. de Koningin door tusschen komst van den heer Schimmel- penuinck v. d Oye, voorzitter der Eerste Kamer, aan de rechterzijde de vorming van een kabinet opgedragen. De heer S. v. d. O. raadpleegde daartoe de hoeren Heemskerk, Loeft, Talma. Kolkman en Spreker. Daar de rechterzijde het voorgcvallene in de Eerste Kamer met de oorlogsbegrooting niet be schouwde als oen daad gericht tegen hot kabinet, maar als een daad van afkeuring van persoonlijkheid van een maatregel, welke geen verband hield met het program der re- geering, 'heeft de hoer Schimmelpenni ïck geantwoord in overleg met genoemde heeren, dat de rechterzijde niet- in de eerste plaats geroepen was de regeoringstaak over te ne men daar noch in de Ereste, noch in de Tweede Kamer iets was voorgevallen wat streed met het program van het Kabinet. De heer S. v. d.O. verzocht dus van zijn op dracht ontslagen te worden. In dezen stand van zaken schijnen van andere zijde pogin gen'tot Kabinetsformatie gedaan te zijn, het geen Spr slechts zijdelings bekend was. Don 26en Maart beeft de heer S. v. d. O. op dracht ontvangen om aan do rechterzijde de voorwaarden voor te leggen waaronder het demission nair kabinet behalve minister Staal zich geroepen achtte de ontslagaanvrage terug te nemen. Uit een schrijven van het Kabinet, dd 16 Maart, -bleek toen dat het bereid was op de ontslagaanvrage terug te komen, doch dat minister Staal bij zijn ont- s! ugaanvrage bleef volharden en dat het Ka binet een geestverwant van minister Staal wilde voordragen, die overigens instemde met het program van het Kabinet, en dat dazs zoo spoedig mogelijk liefst tegelijk met een ontwerp voor definitieve vaststelling der oor- logsbegrooting 1907 de quaestie van het blij vend gedeelte opnieuw aan de orde zou stel len in een afzonderlijk wetsontwerp. Tevens werd aan de rechterzijde medegedeeld oen schrijven van den lieer Cort van der Linden, waaruit bleek dat dozo met de samenstelling van een gemengd Kabinet niet was geslaagd, daar hem gébleKei was dat bij de overgroot© meerderhe d der vrijzinnigen de meening heerschte, dat elke oplossing der crisis onvol doende moet worden geacht waarbij inper king van het blijvend gedeelte voorloopig ter zijde moest worden gesteld. Da^ schrijven heeft de heer Schimmelpen- ninok aan de zes heeren medegedeeld en vooral de slotwoorden waren overwegend. Daarin stond toch, dat H. M. de Koningin stilzwijgend een wet zou hebben te bekrach tigen, waarvan Zij den inhoud niet kende, zonder d'at de Raad van State was géhoord en zonder dat de Tweede Kamer in de ge legenheid /as geweest eene beslissing te ne men. De landsverdediging zou aldus onderge schikt worden gemaakt aan de politiek en H. M. de Kcningin zou het recht van veto geheel worden ontnomen. De mogelijkheid ie niet uitgesloten, dat het Kabinet een andere opvatting heeft omtrent de koninklijke macht dan wij, het is ook mogelijk dat wij met een niet goed doordachte zinsnede te doen hebben gehad, wat echter moexelij'k 'B te veronderstellen, daar het geheele Kabinet aan dit schrijven had medegewerkt. Onder die advisee rende leden is overlegd, dat dit ant woord dadelijk overname van de beotuure- taak beslis; eisohte, maar ten slotte achtte men het beter dat de regeering de gelegen heid moest worden gelaten zich nader te ver klaren. In dien zin heeft de heer S. v. d. Oye H. M. 28 Maart geadviseerd. De slotsom is geweest, dat H. M de Koningin het Kabi net verzocht bee't de ontslagaanvrage te rug te komen. Wij waren van oordeel, dat de rechterzijde alleen dan verplicht was de bestuurstaak over te nemen, indien men in de nieuwe voordracht van den minister van Oorlog tevens had te zien een voorafgaande verplichting van H. M. de Koningin tot be krachtiging van een afzonderlijk wetsont werp. Het rec^t van veto der Koningin toch moet onverkort blijven. En wanneer het de missionaire Kabinet dit betwist of betwijfelt, eerst dan zou op de rechterzijde de verplich ting rusten de bestuurstaak over te nemen. De Min. van Financiën protes teerde tegen de afmetingen, welke de heer Lohman een hoogsteenvoudige zaak heeft doTti aannemen. Er is niet anders geweest dan een misverstand, dat spoedig is opge helderd. Spr. behoeft niet te zeggen, dat welke ged achten wissel n ge n er ook zijn ge voerd tusschen de Kroon en Hare raadslie den, er geen oogenblik aan gedacht is de rechten, welke aan H. M. de Koningin bij de wet zijn gewaarborgd, aan te tasten. Do afdeelingen werden daarna opnieuw samengesteldtot voorzitters zijn gekozen dt heeren Kolkman, Drucker, Smidt, Loh man en Piereontot onder-voorzitters de heeren: v. d. Borch, Plate, Tydeman, Heemskerk en Bos. Morgen de beraadslaging over de regee- ringsmededcelingen en sectie-onderzoek van vroeger medegedeelde wetsontwerpen Bij het eerste afdeelings-onderzoek zal on derzocht worden het wetsontwerp betreffen de de verbreeding van de Oosterdoksluis. Bij deze gelegenheid zullen ook onder zocht worden de wetsontwerpen betreffende ziekte-verzekering en wijziging der ongeval lenwet. Na het afdeel in gsonderzoek komen een aantal wetsontwerpen in openbare be handeling. De heer Schokking drong aan. op plaatsing van het wetsontwerp betreffende onderzoek naar het vaderschap op de agenda. De heer Duymaer van Twist wil het wetsontwerp betreffende de visscherijen daaraan nog toevoegenterwijl de heer L i m'i u r g er op aandringt er het wetsont werp betreffende het onderzoek naar het vaderschap in elk geval dit zittingsjaar nog te behandelen. Heden 11 u.ur debat rtver de Rogeerings verklaring. Berichten. D - Staatscourant van Woensdag 17 April 1907 bevat o. m. de volgende Kon. besluiten benoemd tot hoogleeraar in de letteren en wijsbegeerte aan do Rijksuniversiteit te Utrecht (aesthetiek en kunstgeschiedenis) dr. W. Vogelsang, onder-directeur van het museum voor geschiedenis en kunst, privaat docent te Amsterdam tot lid van de Rijkscommissie voor graad meting en waterpassing dr. J. C. Kapteijn hoogleeraar in de sterrekundë aan de Rijks universiteit te Groningen tot d van de Commissie van toezicht in gevolge art. 201 der Hooger Onderwijswet dr. J D. van der Waals, hcogleeraar te Amsterdam benoemd tot districts-inspecteur der spoor wegdiensten R. Ie Poole. te Rotterdam op verzoek eer-ol ontslagen dr. A. H. van der Weerd. officier van gezondheid le klasse bij het Ned. Indische leger, geplaatst bij do reconvalescenten-ald '.ing der Koloniale Ro- serve; en L. C. van Es, hoofdingenieur 2o klasse bij den waterstaat in Ned.-Indië, a la suite met verlof. op non-activiteit gesteld de le luitenant G. van lden, van de grenadiers en jagers; eervol ontslagen cp vrrzoek met pensioen de kolonel op nou-activiteit J. P. van den Hoff, de luitenant-kolonel van de infanterie F. J C. ten Raa, van het. 10e regiment; de luiten at-kolonel H. A. J. A. Timmer- mau van het 6e regiment infanterie; de kapitein x... A. de Jong van Lier van het 7e regiment, C. F. J. der Thouare van het 8o regiment J. Regie van het. 6© regi ment infanterie; de luitenant-kolonels A. W. Pitlo en E. van Rijssen, van het 2e en 3o regiment infanterie; de kapitein-kwar tiermeester J. M. van Baak, van het 4e regi ment infanterie benoor d tot reserve-luitennnt-kolonel bij het 6o regiment infanterie do luit-kolonel Timmermantot reserve-kapitein als com pagnies-commandant in het 32e landweer- district, de kapitein Pliester verleend de majoorsrang aan L. A. do Jong van Lier en C. F. J de Thenars. Naar wordt medegedeeld, zal H. M. de Koningin gedurende haar aanstaand ver blijf in Amsterdam, bezoeken brengen aan dc tentoonstelling in ,,Arti", aan de Rijks postspaarbank, aan de Artillerie-inrichtin gen aan de Hembrug en aan het Blinden instituut. in de Vossiusstraat. Ook zal de Koningin een matinee van Toonkunst" in hef Concertgebouw bijwonen. II, M. de Koningin-Moeder bracht gis terenmiddag met gevolg een bezoek aan de tentoonstelling, die door de vereeniging van den II. Vincentius van Paulo te 's G raven- bage telken jare ten voordeele van hare lief dewerken in hare lokalen aan het Westeinde wo rdit georganiseerd Koningin Emma, die ontvangen werd door den heer II. J. Wene, president van den Bij zonderen Raad voor 's Gravemfhage. met nog eenige heeren vam het tentoonstellings- en loterij-comité, nam niet groote belang stelling de uitgestalde en te verloten voor werpen in oogenschouw. H. M. liet zich met de meeste nauwkeurigheid inlichten om trent de bestemming der gelden enz. Ook in de tei gelegenheid van de tentoonstelling ingerichte ontspanningslcikailen, waar ver schillende spelen den bezoekere ten dienste staan, vert-oefde de Koninklijke Vrouwe ©enigen tijd em deed ook hier door belang stellende vragen van Hare ingenomenheid met het. liefdadige doel blijken. Van hier begaf de Hooge Bezoekster zich naar de Concertzaal, waar op het podium een jongenskoor geschaard stond, dat onder leiding van Broeder Leo een gedeelte der De-Ruvter-cantate, woorden en muziek van een tweetal leeraren aan de Middelbnrgsche Kweekschool voor onderwijzers, aanhief en ten slotte eindigde met het Wilhelmus. Door het dochtertje van den heer Weve werd hier een prachtige bouquet van roaen aan de Koninklijke Vrouwe aapgebcfcllen, die bij den ingang der zaal was ontvamgen door den heer Wirtz Jr. Verder werden het Brobkenhuis en het algemeen magazijn der Vereeniging bezich tigd. Toen H. M. ook deze inrichtingen met de meeste belangstelling had in oogenschouw genomen, gaf zij den wensch te kennen, ook oen bezoek te brengen aan de schoollokalen. De broedor-overste, hoofd der onderwijs inrichtingen, leidde hier Koningin Emma rond. Op vriendelijke wijze onderhield de Vorstin zich in elk lokaal met de broeders- ouderwijzers, vroeg hun belangstellend naar de vorderingen en het gedrag der leerlingen en grootte dan met. een lach en een hoofd knik de jeugdige scholieren. De rondgang door de sohoolvertrekken was volbracht en reeds roden de rijtuigen voor, toen II. M. de rondleidende heeren vroeg naar de armenschool der vereeniging en of daar op het oogenblik onderwijs werd gegeven. Op het bevestigend antwoord gaf de Vorstin te kennen, dat Zij 't onvriende lijk zou vinden deze arme kleinen over te slaan. Vriendelijk lachte II. M. de kinderen toe en onderhield rich ook hier belaoigstel- lenid met de leeken-onderwijzers. Nadat aan alle op de bovenverdieping ge legen schoollokalen een bezoek was gebracht, vertrok II. M., aan het beetuuir en den broe der-overste Hare groote ingenomenheid met de vereeniging te kennen gevende. Wel had TT. M. zich door geschriften en persoonlijke inlichtingen op de hoogte gesteld van het doel en van de stichtingen van „Vencen- tius", doch het was Mij, aldus betuigde Koningin Emxna. een groot genoegen geweest eens door persoonlijke aanschouwing nader vam de liefdadige werken van do vereeni ging kennis te nemen. Op verlangen van H. M. was aan de leer lingen na#afloop van het bezoek, dat onge veer anderhalf uur «luurde, vrij-af gegeven. Gemeld wordt nader, dat de Prins l;et aanbod van een gedenkpenning met al bum van den National en Oranjebond gaarne aanvaard heeft, doch hot herinneringsvoor- werp zelf aan Z. K. H. nog niet overhan digd is. De Prins, bescherm hooi- van hot in Mei te s Gravenhage te houden internatio naal Olympisch congres, heeft zijn adjudant baron Van Asbeck aangewezen Z. K. H. bij het comité te vertegenwoordigen. Ter gelegenheid van dit congres worden verschil lende feesten gegeven. Ter vergadering komen de plannen ter tafel en het programma voor de aanstaan de olympische spelen te Londen. Ingediend is een gewijzigd ontwerp van wet tot verandering der grens tusschen de gemeente Maastricht en de gemeenten Meereen en Hoer. Bij de Tweede Kamer zijn sinds de vorige 'bijeenkomst o. a nog ingekomen de wetsontwerpen tot voorziening met betrek king tot de tiendrechten behoorende tot het Kroondomein en tot verkoop van domein grond te Princenhage aan L. Das, hotelhou der aldaar. Stelling van Amsterdam. Eindverslag is verschenen 'betreffende het wetsontwerp houdende instelling van een fonds tot spoedige afwerking van de stelling van Amsterdam, waarbij geen nadere op merkingen worden gemaakt. D'r. Kuyper en de crisis. De Standaard schrijft „Nu men van liberale zijde den naam van den voorzitter der Eerste Kamer in verband met de crisis noemt, en ook de mim-correct© correspondent van de Zeeuwische Ct. dezen zelfden naam telegrafisch naar Goes had ge seind. verzoekt dr. Kuyper ons mede te dee- len. dat al de weken van de crisis baron Sch i m meijen ïi nck niet één woord over de crisis met hem gesproken heeft, noch ook eenige schriftuur met hem heeft gewisseld. „Tusschen beide mededeelungen kan alzoo geenerlei verband bestaan." Het Kamerlid P a s s t o o r s. „Land en Volk" schrijft: „Naar aanleiding der tegenspraak omtrent ons bericht van het bedanken van het Kamer lid Passtoors, meldt onze berichtgever, dat hij het bericht kreeg van een bekend partij genoot van den heer Passtoors, die op do hoogte kan zijn. De tegenspraak meende deze is blijkbaar gegeven, omdat alles nog niet klaar is. De toekomst zal echter uitwijzen wie gelijk heeft." De kapitein J. A. A. Lodéwijlks, belast met het bevel ever het kol on iaal - werfdepot te Harderwijk, zal binnenkort den actie ven oioutI verlaten. Hoogare Krijgsschool. Het gisteren door ons uit het Handels blad overgenomen bericht betreffende het admissie-exa-nien voor de Hoogere Krijgs school was in vele opzichten onjuist. Zoo zijn geslaagde de le luitenant J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, van het 10de regiment infanterie, toegevoegd aan den in specteur der infanterie, en niet, zooals ge meld werd, de le luitenant-adjudant C. E. W. 'baron van Voorst tot Voorst, van het 9de regiment de le luitenant K. H. Bolt, van het le regiment infanterie, en niet de kapitein W. A. F. G. Bolken, van dat regiment; terwijl verder nog toegelaten werden voor de krijgskundige studiën de le luitenant ad judant A. P. Seyffardt, van het 10e regi ment infanterie, en voor den intendance-cur sus de le luitenant-adjudant W. Dozy, van het 4e regiment infanterie. Geslaagd zijn dus (alfabetische volgorde) voor de krijgskundige studiën K. H. Bolt-, le luitenant le regiment 'n fanterio; J. H. A. van Breda, le luitenant 3e reg. veld-arbillerie; H. van Dam, le luitenant der grenadiers; A. Dohna, le luitenant-adjudant 4e regi ment. infantei-ie; C. J. H. van der Harst, le luitenant-adja- dant 10e regiment infanterie; J. C. J. Kempees, le luitenant le regi ment veld-artillerie; T. L. van Mkaren, le luitenant 8e regi ment infanterie; F. J. Quanjes, le luitenant der jagers; H. Rooseboom, le luitenant-adjudant le regiment infanterie; A. P. Seyffardt, le luitenant-adjudant 10e regiment infanterie; J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, le luitenant 10 regiment infanterie, toegevoegd! aan den inspecteur, en voor den intendance- cursus W. Dozy, le luitenant-adjudant 4e regi ment, infanterie. Toelatingsexamen tot de Koninklijke Militaire Academie, den Hoofdourane in de Cadettensehool in 1907. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat in de Neder- landsche Staatscourant van Woensdag 6 Maart 1907, no. 55, en van Donderdag 4 April 1907, no. 78, is opgenomen eene aan kondiging betreffende de hierboven vermel de examens, voor zoover deze hier te lande zullen worden afgenomen. Voorts zijn in vorenbedoelde aankondi ging, voor zooveel de toelatingsexamens tot de Koninklijke Militaire Academie en de Cadettenschool betreft, ook opgenomen, de examen-programma's, de modellen van de door belanghebbenden in te dienen beschei den, alsmede de verdere regelingen van beide laatstgenoemde examens. Schietoefeningen. Naar aan leiding van de veralagen der schietoefenin gen tot verhooging van 's lands weerkracht, waarvan door den minister van oorlog Staal, met belangstelling werd kennis genomen, heeft déze bewindsman aan de commandan ten der wapens eenige mediedeelingen doen toekomen. Uit hot meerendeel der ingekomen versla gen is hem geblekendat dbor doelmatige bekendmaking en dioor het houden van voor drachten of leringen op inrichtingen van an derwijs, in schiet-, gymnastiek of weerbaar- lieidsvereenigingenin 1906 belangrijk méér jongelieden aan deze schietoefeningen heb ben deelgenomen, dan is voorgaande jaren het. geval was. Todh kan van eene eenigszins algemeen© deelname nog geen sprake zijn, hetgeen zeer zeker moet worden betreurd. Bij voortduring blijft de Min. dian ook de evonbedoelde schietoefeningen in hunne belangstelling en zorg aanbevelen. Déze schietoefeningen zullen, in afwach ting van de tot standkoming van eene rege ling van het z.g. „vrijwillig schieten" in hoofdzaak op de bestaande wijze zijn te hou den Identiteitsplaatjes. De jongst afgetreden minister van Oorlog, heeft de bepalingen omtrent identdteitsplaatjes, herzien. O.a. wordt bepaald: Ten behoeve van dé Landanaohit worden vastgesteld identiteitsplaaitjes, van celluloid vervaardigd, van rechtllioékigen vomn, aan de hoeken afgerond. Het identiteitsplaatje behoort tot de uit rusting van den man en is bestemd, om door hem, aan wien het wordit uitgereikt, bij mo bilisatie aan een rond koordje, om den hals en op het bloote lichaam te wórden gedragen. Het identiteitsplaatjo wordt-, ter weers zijden, voorzien van een opsdhrift, de ver-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1907 | | pagina 2