S'. 351.
5" Jaargang.
Dinsdag 25 Juni 1907.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
LORD RADIJS.
OORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 8 maanden toot Amersfoort 1.25.
Idem franco per poBt1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met nitzondering ran
Zon- en Feestdagen.
Advertentien, mededeelingen eni., gelieve men vóór 10 uur
'«morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1—5 regel* 0.75.
Elke regel meer - 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eèna
circulaire, bevattende de voorwaarden, wurdt op aanvraag
toegezonden.
Aan kendie met I Juli
a. s. op dit blad inteekenen,
worden de nummers die ge
durende de maand Juni nog
zullen verschijnenKOSTE
LOOS toegezonden.
Politiek Overzioht.
De nieuwo ministers in Duitschiand.
Toen do zittingen van rijksdag en
landdag gesloten waren, werd do verwach
ting uitgesproken dat het tijdperk van rust
in den parlementairen arbeid, dat daarmee
was aangebroken, niet zou verloopen zonder
dat er wijzigingen werden gebracht in het
pei-soi.eel der 'hoogste regeeringsambten. Die
verwachting is thans vervuld. Vorst Bülow
is verleden week naar Kiel geweest, minder
om met den Keizer de genoegens te deelen,
die de „Kieler Woche'' jaarlijks pleegt te
brengen op het gebied van den watersport,
maar om 's Keizers beslissing te halen op
zijne voorstellen om het personeel van zijne
medewerkers aan de regeeringstafel te ver
anderen.
Die verandering zat reeds eenige maanden
in de lucht. Do koersverandering in het
regeeringSbeleid, die werd ingeleid door den
strijd, clien Dernburg in het departement
van koloniën met medeweten en goedkeuring
van den rijkskanselier heeft aangebonden
tegen de pretenfciën van het centrum
om macht uit te oefenen op het kol>
male best,uur en die door de ontbin
ding van den rijksdag is bevestigd, heeft
thans ^doorgewerkt. Twee mannen, die
den rijkskanselier in den weg stonden, heb
ben moeten gaan en twee nieuwe mannen
ziji: als raadslieden van de Kroon opgetre
den. De minister van ©eredienst in Pruisen,
wiens departement ook het onderwijs
omvat, de heer von Studt-, gaat heen.
Niet, zooals onlangs nog werd bericht,
in het najaar, maar reeds nu, en hij
wordt door den vice-minister in het departe
ment van openbare werken Holle vervangen.
De staatssecretaris van het rijksdepartement
van binnenlandsche zaken, graaf Posa-
dowsky, treedt eveneens af en in zijne plaats
komt aan het hoofd van dit departement de
Pruisische minister van binnenlandsche za
ken von Bethmann-Hollweg, wien tevens
de sedert het heengaan van Miquel niet ver
vulde functie van ondervoorzitter van den
Pruisischen ministerraad wordt opgedragen.
Minister van binnenlandsche zaken word't
de Oberprasident van Oost-Pruisen baron
ven Moltke. Verder wordt aangekondig l,
dat overleggingen gaande zijn over eene split
sing van het rijksdepartement van binnen
landsche zaken. Dit zijn dus de veranderin
gen, die vorst Bülow 9edert den door de ont
binding van den vorigen rijksdag in 't leven
geroepen politieken toestand noodig oor
deelt en geschikt om de door hem in groote
trekken aangeduide politiek eener liberaal-
conservatieve paring, steunende op eene
meerderheid die de rechterzijde en de bur
gerlijke linkerzijde omvat, uit te voeren, en
wel niet alleen in het rijk maar ook in Prui
sen.
Het aftreden van minister von S+udt
werd algemeen verwacht. Zijn heengaan
werd door de géheele linkerzijde en ook door
de vrij -conservatieven beschouwd als eene
eerste- voorwaarde, een proef op de som dat
het ernst is met de door vorst Bülow aan
gegeven politiek, waarvoor de ijksd ig
is ontbonden. Men moet, aannemen, Jat
zijn opvolger, do heer Holle, is benoemd met
de bepaalde bedoeling eene nieuwe lich
ting in te slaan inzonderheid op onderwijs
gebied Of hij daarvoor de juiste man is, zal
uit zijne daden moeten blijken. Politiek is
hij een onbeschreven blad. Voordat hij tot
vice-minister in het departement van open-
baro werken werd benoemd, was hij land
raad in Westfalen. Daaruit is hij ook afkom
stig; zijn vader was advocaat in Dortmund
en eereburger van die stad.
Graaf Posadowsky heeft, zooals uit ver
schillende verklaringen, die van hem bekend
zijn geworden, gebleken is, niet ingestemd
met de ontbinding van den vorigen rijks
dag. Hij was sedert vele jaren gewend aan
de samenwerking met het centrum en met
vele leden van het centrum nauw bevriend.
Hij schijnt zich niet goed te hebben kun
nen aanpassen aan den door de verkiezingen
voor den nieuwen rijksdag in 't leven ge
roepen toestand, die niet door hem was ver
wacht. Daardoor is allengs twijfel opgeko
men of deze staatsman, die door zijn ambt
geroepen is den rijkskanselier te vervangen,
daarvoor nog wel de geschikte in.au was, on
danks zijne groote bekwaamheid en onder
vinding. De heer von Bethmann-Hollweg,
die in zijne plaats komt, wordt als minister
van binnenlandsche zaken vervangen door
baron von Moltke, een neef van den be
roemden veldmaarschalk en broeder van het
tegenwoordige hoofd van den genera 1 en staf
Hij is tot dusver als ambtenaar in de hoo-
gere bestu rsfunctiën werkzaam geweest.n
het parlement is hij nog nooit opgetreden
en politiek is hij evenzeer een onbeschreven
blad als zijn nieuwe ambtgenoot Holle.
Maar de beide aftredende staatslieden wa
ren bevriend met bet centrum en stonden
daarmee in betrekking. Dit is eene aanwij
zing, dat de nieuwo bewindslieden de an
dore richting zijn toegedaan, die is uitge
drukt in Bülow's leus van de conservatief-
liberale paring.
Door wie geregeerd wordt komt er minder
op aan, dan hoe geregeerd wordt. De Vos-
sisehe Ztg. drukt dit uit, door te zeggen
..Vorst Bülow heeft getoond, dat zijue stel
ling ongeschikt is. Hij heeft de nieuwe re
geering gevormd, en wij zullen haar naar
hare daden beoordeelen
Wat de sociale politiek betreft, daarover
bestond geen verschil van opvatting tus-
schen den rijkskanselier en graaf Posadowsky.
Men mag dus aannemen, dat op dit gebied
in dezelfde richting als tot dusver zal wor
den voortgewerkt. De steeds toenemende
omvang van het rijks departement van bin
nenlandsche zaken stelt hooge eischen aan
dc- werkkracht van den man, die aan het
hoofd staat van dit departement. Graaf
Posadowsky heeft reeds voor geruimeu tijd
eene memorie ingediend, waarin de splitsing
van het al te uitgebreide departement in
twee zelfstandige departementen werd aan-
bevo'en. Het ligt in de bedoeling, dit denk
beeld thans uit te voerenhet eene va.n de
beide nieuwe departementen zal de alge-
meene politieke a.fdeelingen omvatten, het
andere zal zich meer bepaald bezig houden
met de arbeidswetgeving en de sociale poli
tiek.
Duttechtend.
Kitl, 2J/. Juni, De Keizer begroette heden
morgen do Japansohe bezoekers aan boord
van den Japanschen kruiser Tsukuba. Hij
eindigde met het vertrouwen en de hoop uit
te drukken, dat de Japansche en do Duitscho
vloot steeds als goede vrienden en kame
raden mogen samenwerken en dat hunne
vlaggen steeds naast elkaar mogen waaien,
tot handhaving van vrede en orde in de
wereld t
Tweede telegram. Op het feest
maal van heden in de keizerlijke jachtclub
bracht prins lleinrich een dronk uit op den
Keizer. Z. M. antwoordde met een dronk,
op prins Heinrioh en vervolgde daarop:
..De keizerlijike jachtclub heeft heden de
eer gasten uit alle deelen der wereld bij zich
te zien. Ik noodig u uij, op hun welzijn
uwe glazen te ledigen. Van heinde en verre
zijn zij gekomen, maar met de grootste
dankbaarheid denken wij aan de hooge gas
ten uit het sohoone land, dat onze nabuur
is. Lqve onze gasten I"
Frankrijk.
Parijs, 2Jf Juni. Minister-president Cle
meneeau verklaarde in oen interview, dat de
door het ministerie verkregen berichten ge
wagen van eene belangrijke ontspanning in
Narbonne. In de overige streken heerscht
rust.
Over het onderhoud, dat de minister-pre
sident eergisteren in zijn kabinet heeft ge
had met Marcelin Albert, verneemt men
niet veel bijzonders. Clemeneeau heeft ver
haald, dat zijm bezoeker, diep bewogen door
zijne vermaningen, in een tranenvloed is
uitgebarsten en daarna, zich herstellende,
heeft gevraagd wat hij moest doen om zijne
fouten te herstellen. Daarop zeide Clemen-
oeau tot hem,,Ga u ter beschikking van
de wet stellen en gebruik uwen invloed om
uwe medeburgers tot orde en wet terug te
brengen/' Maar op de vraag: Heeft liij uw
raad gevolgd? gaf hij ten antwoord: „Hij is
vrij. Ik heb bem niet laten volgen door
de politie." Op bevel van den minister
heeft Albert namelijk het departement door
een achterdeur verlaten, waar men een rij
tuig voor hem had laten komen.
Een medewerker van de Temps, die Al-
bert na- zijn onderhoud met den minister
in een restaurant heeft gesproken, is van
hem nog minder gewaar geworden. Albert
heeft gezegd: ,,Ik kan niets over ons ge
sprek mede deelen. De minister en ik al
leen mogen weten waarover het liep." Aan
het einde van het gesprek vroeg hij
Keert gij terug naar het Zuiden?
Ja. Toen ik het ministerie verliet,
ben ik naar het station St.-Lazare (in het
gedeelte rechts van de Seine gelegen, niet
ver van het departement) gegaan, maar er
was geen trein. Toen besloot ik vanavond
te vertrekken.
Em gij kunt werkelijk niet zeggen wat
gij in het Zuiden zult doen
Neen, niets, of liever ik zal mijn plicht
doen zooals altijd. Dat is alles.
Havas bericht, dat minister Clemeneeau
op eene vraag of bij gevolg zou geven aan
het verzoek van de afgevaardigden van het
Zuiden om Ferroul en de leden van het
comité van Aigeliers uit do preventieve
hechtenis te ontslaan, heeft verklaard,,Ik
machtig u te zeggen, dat dit geen verzoek
is waarover de regeering kan beraadslagen."
Ilij voegdo er nog bij, dat volgens de
aan hef departement ontvangen berichten
de avond en de nacht van Zaterdag op Zon
dag overal rustig waren geweest. Dat is in-
tusschen slechts betrekkelijk juist. Zoo zijn
in Nimcs betoogingen gehouden voor het
raadhuis en voor do prefectuurde gen
darmerie dreef de menigte uiteen. Tegen
elf uur werd er voor een koffiehuis hevig
gevochten er werd met tafels, stoelen en
stoenen. naar de politie geworpen, van wie
versoheidenen gewond werden. CX>k in Tou
lon werd eene betooging tegen de regeerings-
maatregelen gehouden, die zeer stormachtig
verliep.
In Montpeliier is de onderprefect van
Lodève aangekomen, die door de bewoners
was opgesloten omdat hij niet had willen
instemmen met het geroep; Weg met Cle
meneeau!" Hij werd door automobilisten
bevrijd en naar Montpeliier gebracht.
Op bevel van den korpscommandant, ge
neraal Bailloud, is de vervolging tegen drie
soldaten van het 100e regiment, die wegens
het gebeurde op 0 Juni wegens muiterij
naar den krijgsraad waren verwezen, ge
staakt en zijn zij in vrijheid gesteld.
Bézurs, 2Jf Juni. Het 17e regiment infan
terie. door andere troepen begeleid, heeft
lieden nacht Agde verlaten. De bestemming
is onbekend.
Narbonne. 2Jt Juni,. Marcelin Albert ver
klaarde in eene vergadering an h comité,
dat dg minister-president bereid was als de
verbondenen zich weer begaven binnen de
wettelijke perken, de gevangenen in vrijheid
te stellen, den landbouw te steunen en de
troepen terug te trokken. De vergadering
nam ©ene motie aan, inhoudende het besluit
om, daar de nu aanhangige wo' onvoldoende
is' én de beloften van den minister-president
niet duidelijk omschreven zijn, den vreed-
zamon strijd voort te zetten. Alle verbonden
comilé's worden uitgenoodigd zich met dit
besluit te vereenigen
EngelancL
Londen2Jf Juni. In de buitengewoon druk
bezochte vergadering van het Lagerhuis
diende' Sir Henry Campbell Hannerman de
motie in over bet Iloogerhuis. Hij verklaar
de, dat de regeering het oordeel van het
Lagerhuis daarover wenschte te vernemen,
om daardoor do zekerheid te krijgen, dat zij
het Lagerhuis en het land achter zich heeft.
Hij gispte zeer scherp het verschil der hou
ding van het Hoogerhuis onder eene liberale
en onder een conservatieve regeering en
deelde mede. dat do regeering de volgende
procedure zal voorstellen Als de twee Hui
zen niet tot overeenstemming geraken over
een wetsontwerp, zal er eene conferentie wor
den gehouden tusschen een beperkt aantal
vertegenwoordigers uit beide Huizen. Wan
neer zulk eeno conferentie niet. tot de ge-
wensehte overeenstemming leidt, dan zal dit
of een overeenkomstig wetsontwerp na een
tusschenpoos van zes maanden weder bij het
Lagerhuis worden ingediend en nadat het
daar alle phasen heeft doorloopen met be
perking van den tijd der bespreking, weder
naar het Hoogerhuis terug worden gezonden.
Mocht er dan nog verschil van meening blij
ven bestaan tusschen de twee Huizen, dan
kan er oen tweede conferentie worden ge
houden. Indien ook dezo poging om tot eene
schikking te geraken mocht falen, dan zal
dit wetsontwerp andermaal bij het Lagerhuis
worden ingediend en, na snol allo phasen te
hebben doorloopen, weder bij het Hooger
huis inkomen met de mededeeling, dat als
het Hoogerhuis het niet in dien vorm aan
neemt, t zonder zijne medewerking als wet zal
worden afgekondigd. (Luide toejuichingen).
Dit plan zal later wordten belichaamd in een
wetsontwerp, maar de regeering behoudt
zich voor het tijdstip waarop dit zal geschie
den, nader te bepalen.
Men zou 'liet bezwaar kunnen inbrengen,
dat deze procedure eeno versleten regeering
in de laatste jaren van een afgeleefd parle
ment zou kunnen verleiden tot het doordrij
ven van verkeerde en willekeurige maatrege
len. De regeering is van meening, dat hot
beste middel om dat kwaad te oorkomen,
is eenvoudig den duur van het parlement te
bekorten. Een vermindering van den levens
duur van het. parlement tot een tijdsbestek
van vijf jaren zou bijdragen om het frisch-
hcid en kracht te geven.
De minister besloot zijne rede met do
woorden: „Laat het land het meest moge
lijke nut hebben van de ondervinding, do
wijdheid en den vaderlandslievenden ijver
van het Hoogerhuis bij de overweging van
wetgevende maatregelen, maar het overwicht
moeten bij het Lagerhuis blijven." (Luide
toejuichingen).
Londen2Jt Juni. De kanselier der schat
kist Asquith verklaarde heden, in antwoord
op eene vraag betreffende do gewaarborgde
Transvaalsehe leening van 5 millioen p. st.,
dat het vooniemon niet bestond in het hjopen-
do dienstjaar die kt ring uit te geven. Het plan
was, dat do Transvaalsehe regeering tijdelijk
een millioen zou opnemen in afwachting der
uitgifte van do permanente leening door
middel van eene operatie op korten termijn,
te waarborgen door do rijksiregeering en te
rug te betalen uit de opbrengst van de per
manente leeniing.
Er worden maatregelen genomen, waar
door elke nieuwe uitgifte betzij van rijks-
schuld of van gewaarborgde schuld voor Ier-
sclieu landaankoop vóór 31 Dec. zal worden
vermeden. De uitgifte van 1 millioen voor
Transvaal maakt dus het. maximum uit van
het ljeroep, dat op de geldmarkt zal worden
gedaan met De-trek king tot nieuwo leenhigeu,
waarvoor do regeering direct of indirect aan
sprakelijk is.
Portugal.
Uit Lissabon wordt bericht, dat de gou
verneurs zijn gemachtigd het verschijnen van
dagbladen te verbieden. Dit verbod is reeds
aanstonds toegepast op de dagbladen Mundo
en Paiz. Ook werden ©enig© politieke ver
een igingen ocsloten. Het rogeeringsorgaan
schrijft, dat het kabinet zal voortgaan zijne
hooge zending te vervullen, tegen wienüiet
tok zij en tot- eiken prijs.
Oostenrijk.
I)e adrescommissie van het heorenhuis
heeft met 10 tegen 9 stemmen besloten, af te
zien van do beantwoording der troonrede
door een adres en aan de vergadering voor te
stellen, te volstaan met het afleggen van
eene verklaring van hulde en 'rouw Beslis
send voor het besluit van de commissie was,
dat de minister-president baron Beek zich
eveneens verklaarde tegen oen adres. Hij
motiveerde dit hiermee, dat eene gedachten-
wisseling over de Iïongaarscho kwestie, die
in het adres wel moest worden aangeroerd,
voor 't oogenblik niet doelmatig was te ach
ten, vooral niet omdat hij uitzicht kon
10 DOOR
THERÈSE HOVEN.
Wilna vond 't altijd vei-schrikkelijik, als
moe aan 't vertellen ging van vroeger, t
Was nu tooh heusch niet noodig om aan
iedereen en altijd te toonen, dat hiun omge
ving anders was geweest.
Zoodra zij 't eens, voor een poosje, vergat
en hoopte er in geslaagd te zijn om 't. ande
ren te doen vergeten, 'begon mama weer met
•haar oude 'herinneringen en onkiesolie toe
spelingen.
Op die manier zou ze 't nooit ontgroeien,
zou ze zich nooit los kunnen maken van
haar afkomst, en ten eeuwigen dage, do
dochter van Lord Radijs blijven. Maar
nu was ze toch van plain zich allo onaange
name en vernederende gedachten uit het
hoofd te zetten en volop te genieten
Ze was toch bijna negentien en zo was
nog nooit echt op reis geweest.
Wel' eens voor een dag of acht. naar Brus
sel, en eens hadden ze een gedeelte van den
zomer in Oosteübeek doorgebracht, verder
hadden zich haar omzwervingen niet uitge
strekt.
Fie en Thijs waren daar voornamelijk
schuld aan geweest, doordat ze 'hun kinde
ren, in de vaeantio, altijd naar den Haag
stuurden om van de Sohevoningsche lucht
te profiteeren of omdat er weer een kleintje
ibij kwam.
'tWas ook al eens gebeurd, dat Fie zelve
met haar kroost kwam logeeron, en zoo
miste de arme Wilna, die, toen ze nog
school ging, natuurlijk alleen in de vaeantio
had kunnen gaan, haar eenige kans om een?
wat meer van de .wereld te zien.
Voor winterreizen tooh, voor een verlengd
verblijf in de Riviera of Algiers of Egypte
waren haar ouders nog niet rij;p.
Wilna wist wel dat dit veel voornamer
was dan 's zomers op reis te gaan, dodh ze
voelde tevens, dat haar vader en moeder
daar nooit toe te brengen zouden zijn.
Ze vond hot nu al heel mooi, dat pa er
ir. toegestemd had om de maand Augustus
buitenslands door te brengen.
Pa zelf hield volstrekt niet va.n reizen of
var. zich te verplaatsen. Dat hollen en jagen
in stations vond hij een 'honden'baantje en
je sliep en at tooh maar nergens-zoo lekker
als in je eigen bed en aan je eigen tafel.
Wat er te zien was, nou dat zag je even
goed thuis, in de portefeuille, en dan zat je
op je giema.k en behoefde je geen fooitjes te
geven aan de gidsen, die met je mee gingen
e.i je lange verhalen deeën, waar je de helft
niet. van verstond en niks van begreep.
Maar, afijn, Wil had er nou der zinnen
op gezet en moeder de vrouw niet minder,
allodan maar.
Toeu was nog de vraag waar naar toe.
Dat diende je toch zoo'n beetje vooruit te
deossedeeren, want 't ging niet au om aan
't lokolje te gaan staan en dan te zeggen
..Geef me nou 's drie kaartjes naar... waar
het 't mooiste is."
Laat staan dan, dat zoo'n juffrouw of
meneer 't zelf zouden welen.
Hij was toch ook geen mensöh voor zoo
iets; zoo'n loketje maakte 'm van streek,
vooral sedert hij, eens op een keer, toen hij
een biljetje voor zijn vrouw nam, had ge
zegd: „één retour tweede, dames."
En toen de juffrouw 't 'm nog 's over liet
zeggen, zei die weer... „één tweede, dames
retour."
Hij; had er geen erg in gehad, dat ie Rot
terdam vergeten had en dacht dat de juf
frouw zoo lachte, omdat zijn vrouw tooh
meer een burgervrouw dan een dame was.
Moe en Wil moesten dus maar zeggen,
waar ze naar toe wouen, gaan, hèm was 't
gelijk.
■Moe was voor Parijs, doch Wilna vorzo
kerde haar dat het niet stond om 's zomers
naar Parijs te gaan, als er geen tentoonstel
ling was, en praatte er zoolang over, totdat
ze zoo 't idee kreeg, alsof de lieele boel zo
mers gesloten was en je der niet in kon.
Toen sprak ze van den Rijnvan dor
vroegste jeugd, 'bij haar ouwers in huis al,
had ze daar al van gehoord. Menscheu, die
trouwden of voor oen andore reden op reis
gingen, in de dagen, toen reizen nog iets
bizonders was en er dus een bizondere aan
leiding voor noodig was, bezochten altijd
den Rijn.
Fie en Thijs hadden hun huwelijksreisje
er ook heen glemaakt en ze 'had 't toon wat
deftig gevonden, toen ze der een rood bier
glas met een deksel hadden meegebracht met
allemaal plaatjes van den Rijn er op. Jaren
lang had ze 't bewaard, zonder er erg in te
hebben, dat zij al 't-moois, dat er op afge
beeld was, van oog tot oog zou kunnen aan
schouwen
Pa voelde ook wel iets voor den Rijn,
waar hij, als jongen, wel eens op geroeid
had, maar dan bij Leiden.
Wilna sprak echter, ook over dit reisplan,
haar veto uit. De Rijn was nu zoo akelig
afgezaagd, daar kon men tegenwoordig, met
goed fatsoen, niet meer naar toe.
Haar idee was de Alpen of de Dolomieten,
maar toen haar ouders, na verkregen inlich
tingen, tot de conclusie kwamen, dat 't zoo
veel als ijsbergen en kale rotsen waren, toon
verklaarden ze eenstemmig, dat zoo'n klau-
terpartij, op hun leeftijd, een waaghalzerij
zou zijn, waaraan niet te denken viel.
Toen maakte Wilna, door haar meer be
reisde kennisjes op de kliniek geholpen, een
ander reisplan op, ze zouden |>er spoor naar
Hamburg gaan, van daar per boot naar
Kopj>enhagen en dan verder naar Noorwe
gen.
Noorwegen was nog wel zoo fashionable
als Zwitserland of Tyrol.
Uit voorzichtigheid vertelde Wilna er niet
bij. hoeveel er van do reis te water zou moe
ten worden afgelegd, evenmin liet zc zich uit
over de cariolon, waarin ze, in Noorwegen,
zouden moeten reizen.
Zij zelve stelde er zich veel van voor, om
dat 't iets nieuws en iets buitengewoons
zoi zijn, maar ze begreep dat pa en ma het
iets vreesolijks zouden v'nden om daar, in
zoo'n karretje, alleen met een vroemdon
koetsier, te zitten.
Doch zoover was men nog niet.
Toen Wilna naar den geleenden Bradshnw
greep om den sneltrein of althans de kort
ste verbinding naar Hamburg te zoeken, ver
klaarde pa zioli allersbelligst tegen sneltrei
nen en snel reizen.
„Als we dan op reis moeten, wil ik er
ten minste van profiteeren en er zoo lang
mogelijk over doen, anders is 't zonde van
't geld.
..Geef mij nou eens die treinlijst. en zoek
me nou eens een kaartje op met. den Haag
e:i met Hamburg er op, dan zullen wc ver
der zien."
Half Europa doorhollen in oen minimum
van tijd, lag geenszins in zijn plan dat
vond hiji nou tooh zoo'n schandelijke ver
kwisting, dat hij er zidli niet tuin schuldig
wou maken.
En van rondheisbi-1 jetten, daar moest hij
ook al niets van hebben. Hij bleef graag vrij,
in zijn doon en laten; wat drommel, daar
wa> hij dan tooh rentenier voor.
Voor mensohen in zaken of dokters of
militairen, die een 'beperkt verlof hadden,
waren zulke afgejwste reispassen, zooals hij
ze noemde, noodig, maar als je den tijd aan
je zelf liadt, dan" was 't onzin 't Kon ook
gebeuren, dat je onderweg van plan veran
derde en dan zat je er mee.
Eén of moer coupons ongebruikt laten,
dat zou iu de schatting van meneer Bong
gelijk hebben gestaan met besteling van je
eigen kas en dat was dan toch iets, waar
een menseh zich, zoolang hij, zijn vijf zinnen
bij elkander heeft, niet gaarne aan schuldig
maakt.
Je kon onderweg ook ziek worden, een
spoorweg-ongeluk krijgen of dood gaan zelfs,
e i in al die gevallen had-je niks niemendal
au al dio biljetjes.
Nee, hoor, één voor één in 't naar toe
gaan en dito, dito, 't zelfde op den terug
weg.
Als je, voor een daggie, naar Rotterdam
ging, dan was 't wat anders.
Maar, voor zoo'n lange reis!
En kalm an.
Wordt vervolgd.