S'. 351. 5" Jaargang. Dinsdag 25 Juni 1907. BUITENLAND. FEUILLETON. LORD RADIJS. OORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden toot Amersfoort 1.25. Idem franco per poBt1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met nitzondering ran Zon- en Feestdagen. Advertentien, mededeelingen eni., gelieve men vóór 10 uur '«morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utrechtschestraat 1. Intercomm Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 1—5 regel* 0.75. Elke regel meer - 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eèna circulaire, bevattende de voorwaarden, wurdt op aanvraag toegezonden. Aan kendie met I Juli a. s. op dit blad inteekenen, worden de nummers die ge durende de maand Juni nog zullen verschijnenKOSTE LOOS toegezonden. Politiek Overzioht. De nieuwo ministers in Duitschiand. Toen do zittingen van rijksdag en landdag gesloten waren, werd do verwach ting uitgesproken dat het tijdperk van rust in den parlementairen arbeid, dat daarmee was aangebroken, niet zou verloopen zonder dat er wijzigingen werden gebracht in het pei-soi.eel der 'hoogste regeeringsambten. Die verwachting is thans vervuld. Vorst Bülow is verleden week naar Kiel geweest, minder om met den Keizer de genoegens te deelen, die de „Kieler Woche'' jaarlijks pleegt te brengen op het gebied van den watersport, maar om 's Keizers beslissing te halen op zijne voorstellen om het personeel van zijne medewerkers aan de regeeringstafel te ver anderen. Die verandering zat reeds eenige maanden in de lucht. Do koersverandering in het regeeringSbeleid, die werd ingeleid door den strijd, clien Dernburg in het departement van koloniën met medeweten en goedkeuring van den rijkskanselier heeft aangebonden tegen de pretenfciën van het centrum om macht uit te oefenen op het kol> male best,uur en die door de ontbin ding van den rijksdag is bevestigd, heeft thans ^doorgewerkt. Twee mannen, die den rijkskanselier in den weg stonden, heb ben moeten gaan en twee nieuwe mannen ziji: als raadslieden van de Kroon opgetre den. De minister van ©eredienst in Pruisen, wiens departement ook het onderwijs omvat, de heer von Studt-, gaat heen. Niet, zooals onlangs nog werd bericht, in het najaar, maar reeds nu, en hij wordt door den vice-minister in het departe ment van openbare werken Holle vervangen. De staatssecretaris van het rijksdepartement van binnenlandsche zaken, graaf Posa- dowsky, treedt eveneens af en in zijne plaats komt aan het hoofd van dit departement de Pruisische minister van binnenlandsche za ken von Bethmann-Hollweg, wien tevens de sedert het heengaan van Miquel niet ver vulde functie van ondervoorzitter van den Pruisischen ministerraad wordt opgedragen. Minister van binnenlandsche zaken word't de Oberprasident van Oost-Pruisen baron ven Moltke. Verder wordt aangekondig l, dat overleggingen gaande zijn over eene split sing van het rijksdepartement van binnen landsche zaken. Dit zijn dus de veranderin gen, die vorst Bülow 9edert den door de ont binding van den vorigen rijksdag in 't leven geroepen politieken toestand noodig oor deelt en geschikt om de door hem in groote trekken aangeduide politiek eener liberaal- conservatieve paring, steunende op eene meerderheid die de rechterzijde en de bur gerlijke linkerzijde omvat, uit te voeren, en wel niet alleen in het rijk maar ook in Prui sen. Het aftreden van minister von S+udt werd algemeen verwacht. Zijn heengaan werd door de géheele linkerzijde en ook door de vrij -conservatieven beschouwd als eene eerste- voorwaarde, een proef op de som dat het ernst is met de door vorst Bülow aan gegeven politiek, waarvoor de ijksd ig is ontbonden. Men moet, aannemen, Jat zijn opvolger, do heer Holle, is benoemd met de bepaalde bedoeling eene nieuwe lich ting in te slaan inzonderheid op onderwijs gebied Of hij daarvoor de juiste man is, zal uit zijne daden moeten blijken. Politiek is hij een onbeschreven blad. Voordat hij tot vice-minister in het departement van open- baro werken werd benoemd, was hij land raad in Westfalen. Daaruit is hij ook afkom stig; zijn vader was advocaat in Dortmund en eereburger van die stad. Graaf Posadowsky heeft, zooals uit ver schillende verklaringen, die van hem bekend zijn geworden, gebleken is, niet ingestemd met de ontbinding van den vorigen rijks dag. Hij was sedert vele jaren gewend aan de samenwerking met het centrum en met vele leden van het centrum nauw bevriend. Hij schijnt zich niet goed te hebben kun nen aanpassen aan den door de verkiezingen voor den nieuwen rijksdag in 't leven ge roepen toestand, die niet door hem was ver wacht. Daardoor is allengs twijfel opgeko men of deze staatsman, die door zijn ambt geroepen is den rijkskanselier te vervangen, daarvoor nog wel de geschikte in.au was, on danks zijne groote bekwaamheid en onder vinding. De heer von Bethmann-Hollweg, die in zijne plaats komt, wordt als minister van binnenlandsche zaken vervangen door baron von Moltke, een neef van den be roemden veldmaarschalk en broeder van het tegenwoordige hoofd van den genera 1 en staf Hij is tot dusver als ambtenaar in de hoo- gere bestu rsfunctiën werkzaam geweest.n het parlement is hij nog nooit opgetreden en politiek is hij evenzeer een onbeschreven blad als zijn nieuwe ambtgenoot Holle. Maar de beide aftredende staatslieden wa ren bevriend met bet centrum en stonden daarmee in betrekking. Dit is eene aanwij zing, dat de nieuwo bewindslieden de an dore richting zijn toegedaan, die is uitge drukt in Bülow's leus van de conservatief- liberale paring. Door wie geregeerd wordt komt er minder op aan, dan hoe geregeerd wordt. De Vos- sisehe Ztg. drukt dit uit, door te zeggen ..Vorst Bülow heeft getoond, dat zijue stel ling ongeschikt is. Hij heeft de nieuwe re geering gevormd, en wij zullen haar naar hare daden beoordeelen Wat de sociale politiek betreft, daarover bestond geen verschil van opvatting tus- schen den rijkskanselier en graaf Posadowsky. Men mag dus aannemen, dat op dit gebied in dezelfde richting als tot dusver zal wor den voortgewerkt. De steeds toenemende omvang van het rijks departement van bin nenlandsche zaken stelt hooge eischen aan dc- werkkracht van den man, die aan het hoofd staat van dit departement. Graaf Posadowsky heeft reeds voor geruimeu tijd eene memorie ingediend, waarin de splitsing van het al te uitgebreide departement in twee zelfstandige departementen werd aan- bevo'en. Het ligt in de bedoeling, dit denk beeld thans uit te voerenhet eene va.n de beide nieuwe departementen zal de alge- meene politieke a.fdeelingen omvatten, het andere zal zich meer bepaald bezig houden met de arbeidswetgeving en de sociale poli tiek. Duttechtend. Kitl, 2J/. Juni, De Keizer begroette heden morgen do Japansohe bezoekers aan boord van den Japanschen kruiser Tsukuba. Hij eindigde met het vertrouwen en de hoop uit te drukken, dat de Japansche en do Duitscho vloot steeds als goede vrienden en kame raden mogen samenwerken en dat hunne vlaggen steeds naast elkaar mogen waaien, tot handhaving van vrede en orde in de wereld t Tweede telegram. Op het feest maal van heden in de keizerlijke jachtclub bracht prins lleinrich een dronk uit op den Keizer. Z. M. antwoordde met een dronk, op prins Heinrioh en vervolgde daarop: ..De keizerlijike jachtclub heeft heden de eer gasten uit alle deelen der wereld bij zich te zien. Ik noodig u uij, op hun welzijn uwe glazen te ledigen. Van heinde en verre zijn zij gekomen, maar met de grootste dankbaarheid denken wij aan de hooge gas ten uit het sohoone land, dat onze nabuur is. Lqve onze gasten I" Frankrijk. Parijs, 2Jf Juni. Minister-president Cle meneeau verklaarde in oen interview, dat de door het ministerie verkregen berichten ge wagen van eene belangrijke ontspanning in Narbonne. In de overige streken heerscht rust. Over het onderhoud, dat de minister-pre sident eergisteren in zijn kabinet heeft ge had met Marcelin Albert, verneemt men niet veel bijzonders. Clemeneeau heeft ver haald, dat zijm bezoeker, diep bewogen door zijne vermaningen, in een tranenvloed is uitgebarsten en daarna, zich herstellende, heeft gevraagd wat hij moest doen om zijne fouten te herstellen. Daarop zeide Clemen- oeau tot hem,,Ga u ter beschikking van de wet stellen en gebruik uwen invloed om uwe medeburgers tot orde en wet terug te brengen/' Maar op de vraag: Heeft liij uw raad gevolgd? gaf hij ten antwoord: „Hij is vrij. Ik heb bem niet laten volgen door de politie." Op bevel van den minister heeft Albert namelijk het departement door een achterdeur verlaten, waar men een rij tuig voor hem had laten komen. Een medewerker van de Temps, die Al- bert na- zijn onderhoud met den minister in een restaurant heeft gesproken, is van hem nog minder gewaar geworden. Albert heeft gezegd: ,,Ik kan niets over ons ge sprek mede deelen. De minister en ik al leen mogen weten waarover het liep." Aan het einde van het gesprek vroeg hij Keert gij terug naar het Zuiden? Ja. Toen ik het ministerie verliet, ben ik naar het station St.-Lazare (in het gedeelte rechts van de Seine gelegen, niet ver van het departement) gegaan, maar er was geen trein. Toen besloot ik vanavond te vertrekken. Em gij kunt werkelijk niet zeggen wat gij in het Zuiden zult doen Neen, niets, of liever ik zal mijn plicht doen zooals altijd. Dat is alles. Havas bericht, dat minister Clemeneeau op eene vraag of bij gevolg zou geven aan het verzoek van de afgevaardigden van het Zuiden om Ferroul en de leden van het comité van Aigeliers uit do preventieve hechtenis te ontslaan, heeft verklaard,,Ik machtig u te zeggen, dat dit geen verzoek is waarover de regeering kan beraadslagen." Ilij voegdo er nog bij, dat volgens de aan hef departement ontvangen berichten de avond en de nacht van Zaterdag op Zon dag overal rustig waren geweest. Dat is in- tusschen slechts betrekkelijk juist. Zoo zijn in Nimcs betoogingen gehouden voor het raadhuis en voor do prefectuurde gen darmerie dreef de menigte uiteen. Tegen elf uur werd er voor een koffiehuis hevig gevochten er werd met tafels, stoelen en stoenen. naar de politie geworpen, van wie versoheidenen gewond werden. CX>k in Tou lon werd eene betooging tegen de regeerings- maatregelen gehouden, die zeer stormachtig verliep. In Montpeliier is de onderprefect van Lodève aangekomen, die door de bewoners was opgesloten omdat hij niet had willen instemmen met het geroep; Weg met Cle meneeau!" Hij werd door automobilisten bevrijd en naar Montpeliier gebracht. Op bevel van den korpscommandant, ge neraal Bailloud, is de vervolging tegen drie soldaten van het 100e regiment, die wegens het gebeurde op 0 Juni wegens muiterij naar den krijgsraad waren verwezen, ge staakt en zijn zij in vrijheid gesteld. Bézurs, 2Jf Juni. Het 17e regiment infan terie. door andere troepen begeleid, heeft lieden nacht Agde verlaten. De bestemming is onbekend. Narbonne. 2Jt Juni,. Marcelin Albert ver klaarde in eene vergadering an h comité, dat dg minister-president bereid was als de verbondenen zich weer begaven binnen de wettelijke perken, de gevangenen in vrijheid te stellen, den landbouw te steunen en de troepen terug te trokken. De vergadering nam ©ene motie aan, inhoudende het besluit om, daar de nu aanhangige wo' onvoldoende is' én de beloften van den minister-president niet duidelijk omschreven zijn, den vreed- zamon strijd voort te zetten. Alle verbonden comilé's worden uitgenoodigd zich met dit besluit te vereenigen EngelancL Londen2Jf Juni. In de buitengewoon druk bezochte vergadering van het Lagerhuis diende' Sir Henry Campbell Hannerman de motie in over bet Iloogerhuis. Hij verklaar de, dat de regeering het oordeel van het Lagerhuis daarover wenschte te vernemen, om daardoor do zekerheid te krijgen, dat zij het Lagerhuis en het land achter zich heeft. Hij gispte zeer scherp het verschil der hou ding van het Hoogerhuis onder eene liberale en onder een conservatieve regeering en deelde mede. dat do regeering de volgende procedure zal voorstellen Als de twee Hui zen niet tot overeenstemming geraken over een wetsontwerp, zal er eene conferentie wor den gehouden tusschen een beperkt aantal vertegenwoordigers uit beide Huizen. Wan neer zulk eeno conferentie niet. tot de ge- wensehte overeenstemming leidt, dan zal dit of een overeenkomstig wetsontwerp na een tusschenpoos van zes maanden weder bij het Lagerhuis worden ingediend en nadat het daar alle phasen heeft doorloopen met be perking van den tijd der bespreking, weder naar het Hoogerhuis terug worden gezonden. Mocht er dan nog verschil van meening blij ven bestaan tusschen de twee Huizen, dan kan er oen tweede conferentie worden ge houden. Indien ook dezo poging om tot eene schikking te geraken mocht falen, dan zal dit wetsontwerp andermaal bij het Lagerhuis worden ingediend en, na snol allo phasen te hebben doorloopen, weder bij het Hooger huis inkomen met de mededeeling, dat als het Hoogerhuis het niet in dien vorm aan neemt, t zonder zijne medewerking als wet zal worden afgekondigd. (Luide toejuichingen). Dit plan zal later wordten belichaamd in een wetsontwerp, maar de regeering behoudt zich voor het tijdstip waarop dit zal geschie den, nader te bepalen. Men zou 'liet bezwaar kunnen inbrengen, dat deze procedure eeno versleten regeering in de laatste jaren van een afgeleefd parle ment zou kunnen verleiden tot het doordrij ven van verkeerde en willekeurige maatrege len. De regeering is van meening, dat hot beste middel om dat kwaad te oorkomen, is eenvoudig den duur van het parlement te bekorten. Een vermindering van den levens duur van het. parlement tot een tijdsbestek van vijf jaren zou bijdragen om het frisch- hcid en kracht te geven. De minister besloot zijne rede met do woorden: „Laat het land het meest moge lijke nut hebben van de ondervinding, do wijdheid en den vaderlandslievenden ijver van het Hoogerhuis bij de overweging van wetgevende maatregelen, maar het overwicht moeten bij het Lagerhuis blijven." (Luide toejuichingen). Londen2Jt Juni. De kanselier der schat kist Asquith verklaarde heden, in antwoord op eene vraag betreffende do gewaarborgde Transvaalsehe leening van 5 millioen p. st., dat het vooniemon niet bestond in het hjopen- do dienstjaar die kt ring uit te geven. Het plan was, dat do Transvaalsehe regeering tijdelijk een millioen zou opnemen in afwachting der uitgifte van do permanente leening door middel van eene operatie op korten termijn, te waarborgen door do rijksiregeering en te rug te betalen uit de opbrengst van de per manente leeniing. Er worden maatregelen genomen, waar door elke nieuwe uitgifte betzij van rijks- schuld of van gewaarborgde schuld voor Ier- sclieu landaankoop vóór 31 Dec. zal worden vermeden. De uitgifte van 1 millioen voor Transvaal maakt dus het. maximum uit van het ljeroep, dat op de geldmarkt zal worden gedaan met De-trek king tot nieuwo leenhigeu, waarvoor do regeering direct of indirect aan sprakelijk is. Portugal. Uit Lissabon wordt bericht, dat de gou verneurs zijn gemachtigd het verschijnen van dagbladen te verbieden. Dit verbod is reeds aanstonds toegepast op de dagbladen Mundo en Paiz. Ook werden ©enig© politieke ver een igingen ocsloten. Het rogeeringsorgaan schrijft, dat het kabinet zal voortgaan zijne hooge zending te vervullen, tegen wienüiet tok zij en tot- eiken prijs. Oostenrijk. I)e adrescommissie van het heorenhuis heeft met 10 tegen 9 stemmen besloten, af te zien van do beantwoording der troonrede door een adres en aan de vergadering voor te stellen, te volstaan met het afleggen van eene verklaring van hulde en 'rouw Beslis send voor het besluit van de commissie was, dat de minister-president baron Beek zich eveneens verklaarde tegen oen adres. Hij motiveerde dit hiermee, dat eene gedachten- wisseling over de Iïongaarscho kwestie, die in het adres wel moest worden aangeroerd, voor 't oogenblik niet doelmatig was te ach ten, vooral niet omdat hij uitzicht kon 10 DOOR THERÈSE HOVEN. Wilna vond 't altijd vei-schrikkelijik, als moe aan 't vertellen ging van vroeger, t Was nu tooh heusch niet noodig om aan iedereen en altijd te toonen, dat hiun omge ving anders was geweest. Zoodra zij 't eens, voor een poosje, vergat en hoopte er in geslaagd te zijn om 't. ande ren te doen vergeten, 'begon mama weer met •haar oude 'herinneringen en onkiesolie toe spelingen. Op die manier zou ze 't nooit ontgroeien, zou ze zich nooit los kunnen maken van haar afkomst, en ten eeuwigen dage, do dochter van Lord Radijs blijven. Maar nu was ze toch van plain zich allo onaange name en vernederende gedachten uit het hoofd te zetten en volop te genieten Ze was toch bijna negentien en zo was nog nooit echt op reis geweest. Wel' eens voor een dag of acht. naar Brus sel, en eens hadden ze een gedeelte van den zomer in Oosteübeek doorgebracht, verder hadden zich haar omzwervingen niet uitge strekt. Fie en Thijs waren daar voornamelijk schuld aan geweest, doordat ze 'hun kinde ren, in de vaeantio, altijd naar den Haag stuurden om van de Sohevoningsche lucht te profiteeren of omdat er weer een kleintje ibij kwam. 'tWas ook al eens gebeurd, dat Fie zelve met haar kroost kwam logeeron, en zoo miste de arme Wilna, die, toen ze nog school ging, natuurlijk alleen in de vaeantio had kunnen gaan, haar eenige kans om een? wat meer van de .wereld te zien. Voor winterreizen tooh, voor een verlengd verblijf in de Riviera of Algiers of Egypte waren haar ouders nog niet rij;p. Wilna wist wel dat dit veel voornamer was dan 's zomers op reis te gaan, dodh ze voelde tevens, dat haar vader en moeder daar nooit toe te brengen zouden zijn. Ze vond hot nu al heel mooi, dat pa er ir. toegestemd had om de maand Augustus buitenslands door te brengen. Pa zelf hield volstrekt niet va.n reizen of var. zich te verplaatsen. Dat hollen en jagen in stations vond hij een 'honden'baantje en je sliep en at tooh maar nergens-zoo lekker als in je eigen bed en aan je eigen tafel. Wat er te zien was, nou dat zag je even goed thuis, in de portefeuille, en dan zat je op je giema.k en behoefde je geen fooitjes te geven aan de gidsen, die met je mee gingen e.i je lange verhalen deeën, waar je de helft niet. van verstond en niks van begreep. Maar, afijn, Wil had er nou der zinnen op gezet en moeder de vrouw niet minder, allodan maar. Toeu was nog de vraag waar naar toe. Dat diende je toch zoo'n beetje vooruit te deossedeeren, want 't ging niet au om aan 't lokolje te gaan staan en dan te zeggen ..Geef me nou 's drie kaartjes naar... waar het 't mooiste is." Laat staan dan, dat zoo'n juffrouw of meneer 't zelf zouden welen. Hij was toch ook geen mensöh voor zoo iets; zoo'n loketje maakte 'm van streek, vooral sedert hij, eens op een keer, toen hij een biljetje voor zijn vrouw nam, had ge zegd: „één retour tweede, dames." En toen de juffrouw 't 'm nog 's over liet zeggen, zei die weer... „één tweede, dames retour." Hij; had er geen erg in gehad, dat ie Rot terdam vergeten had en dacht dat de juf frouw zoo lachte, omdat zijn vrouw tooh meer een burgervrouw dan een dame was. Moe en Wil moesten dus maar zeggen, waar ze naar toe wouen, gaan, hèm was 't gelijk. ■Moe was voor Parijs, doch Wilna vorzo kerde haar dat het niet stond om 's zomers naar Parijs te gaan, als er geen tentoonstel ling was, en praatte er zoolang over, totdat ze zoo 't idee kreeg, alsof de lieele boel zo mers gesloten was en je der niet in kon. Toen sprak ze van den Rijnvan dor vroegste jeugd, 'bij haar ouwers in huis al, had ze daar al van gehoord. Menscheu, die trouwden of voor oen andore reden op reis gingen, in de dagen, toen reizen nog iets bizonders was en er dus een bizondere aan leiding voor noodig was, bezochten altijd den Rijn. Fie en Thijs hadden hun huwelijksreisje er ook heen glemaakt en ze 'had 't toon wat deftig gevonden, toen ze der een rood bier glas met een deksel hadden meegebracht met allemaal plaatjes van den Rijn er op. Jaren lang had ze 't bewaard, zonder er erg in te hebben, dat zij al 't-moois, dat er op afge beeld was, van oog tot oog zou kunnen aan schouwen Pa voelde ook wel iets voor den Rijn, waar hij, als jongen, wel eens op geroeid had, maar dan bij Leiden. Wilna sprak echter, ook over dit reisplan, haar veto uit. De Rijn was nu zoo akelig afgezaagd, daar kon men tegenwoordig, met goed fatsoen, niet meer naar toe. Haar idee was de Alpen of de Dolomieten, maar toen haar ouders, na verkregen inlich tingen, tot de conclusie kwamen, dat 't zoo veel als ijsbergen en kale rotsen waren, toon verklaarden ze eenstemmig, dat zoo'n klau- terpartij, op hun leeftijd, een waaghalzerij zou zijn, waaraan niet te denken viel. Toen maakte Wilna, door haar meer be reisde kennisjes op de kliniek geholpen, een ander reisplan op, ze zouden |>er spoor naar Hamburg gaan, van daar per boot naar Kopj>enhagen en dan verder naar Noorwe gen. Noorwegen was nog wel zoo fashionable als Zwitserland of Tyrol. Uit voorzichtigheid vertelde Wilna er niet bij. hoeveel er van do reis te water zou moe ten worden afgelegd, evenmin liet zc zich uit over de cariolon, waarin ze, in Noorwegen, zouden moeten reizen. Zij zelve stelde er zich veel van voor, om dat 't iets nieuws en iets buitengewoons zoi zijn, maar ze begreep dat pa en ma het iets vreesolijks zouden v'nden om daar, in zoo'n karretje, alleen met een vroemdon koetsier, te zitten. Doch zoover was men nog niet. Toen Wilna naar den geleenden Bradshnw greep om den sneltrein of althans de kort ste verbinding naar Hamburg te zoeken, ver klaarde pa zioli allersbelligst tegen sneltrei nen en snel reizen. „Als we dan op reis moeten, wil ik er ten minste van profiteeren en er zoo lang mogelijk over doen, anders is 't zonde van 't geld. ..Geef mij nou eens die treinlijst. en zoek me nou eens een kaartje op met. den Haag e:i met Hamburg er op, dan zullen wc ver der zien." Half Europa doorhollen in oen minimum van tijd, lag geenszins in zijn plan dat vond hiji nou tooh zoo'n schandelijke ver kwisting, dat hij er zidli niet tuin schuldig wou maken. En van rondheisbi-1 jetten, daar moest hij ook al niets van hebben. Hij bleef graag vrij, in zijn doon en laten; wat drommel, daar wa> hij dan tooh rentenier voor. Voor mensohen in zaken of dokters of militairen, die een 'beperkt verlof hadden, waren zulke afgejwste reispassen, zooals hij ze noemde, noodig, maar als je den tijd aan je zelf liadt, dan" was 't onzin 't Kon ook gebeuren, dat je onderweg van plan veran derde en dan zat je er mee. Eén of moer coupons ongebruikt laten, dat zou iu de schatting van meneer Bong gelijk hebben gestaan met besteling van je eigen kas en dat was dan toch iets, waar een menseh zich, zoolang hij, zijn vijf zinnen bij elkander heeft, niet gaarne aan schuldig maakt. Je kon onderweg ook ziek worden, een spoorweg-ongeluk krijgen of dood gaan zelfs, e i in al die gevallen had-je niks niemendal au al dio biljetjes. Nee, hoor, één voor één in 't naar toe gaan en dito, dito, 't zelfde op den terug weg. Als je, voor een daggie, naar Rotterdam ging, dan was 't wat anders. Maar, voor zoo'n lange reis! En kalm an. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1907 | | pagina 1