«34:. 6" Jaargang. Vrijdag 7 Februari 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. DE SYENSSONS. RSFOORT DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden roer Amersfoortf 1.85. Idem franse per pest1.75. Afzonderlijke nmaners - 0.05. Ueie Coarant yersehgat Dagelgks, met «itconderiog ren r,-na- es Feestdagen. Ad verten tiia, mededeeliagen enz., gelieve men vóór 10 uur 'n morgens bg de Uitgevers in te zenden. Uitgever»! VALKHOTF ft C». Utroohteofaostraat 1. In ter co mm. Talcphoonnummer 66. PRIJS DER ADYERTENTlfiN: Tan 1—6 regels f •.75» Elke regel meer- 0.15. Groote letters naar plaats ruimte. Yoor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bg abonnement Eene oircalaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De derde rijksdoema. Do derde rijksdoema heeft haren arbeid hervat. In zoover is zij gelukkiger dan hare beid© voorgangers, die beiden naar huis wer den gezonden om niet weer terug te kee- ren. Aan dezo doema is althans de gelegen heid gegeven om te toonen wat zij vermag. Zij heeft, naclat zij zich had geconstitueerd, het verstandige besluit genomen om slechts een paar openbare vergaderingen in de week te houden en den overigen tijd te besteden aan den arbeid in de commissiën. Die zijn in 't leven geroepen ten getale van om streeks dertig om, ieder voor hun deel, den arbeid, dien de doema zal- hebben te ver richten, voor te bereiden. Maar de wijze, waarop zij werken, schijnt wel tot eritiek aanleiding te geven. In de Temps wordt als een verwijt tegen doze commissiën aange voerd, dat ieder vau hen, eene vergadering in 't klein, in haar boezem dezelfde wrij vingen teruggeeft, die den goeden gang van de parlementaire machine belemmeren. Daarbij toont geene van ae oommissiën ge- noeg geestkracht en initiatief om de groote vraagstukken aan te pakken. Bij gebreke van eene eenstemmige meening en een ge meenschappelijk ideaal, bepalen zij zich tot eon routine-werk, dat hen eerder doet ge lijken op eene kanselarij van een ministerieel departement, dan )p een orgaan van de wetgevende macht. Wanneer er b.v. gehan deld moet worden over de credieten voor den herbouw van de vloot, dan beraadslaagt de subcommissie voor de marinebegrooting met de commissie voor de landsverdediging. Zij weten geen van beiden wat zij willen, Om zich uit de verlegenheid te redden, on dervragen zij de vertegenwoordigers van het ministerie van marine, die er even weinig van weten. Zoo is de doema, in plaats van ten aanzien van de Russische bureaucratio zich met het voeren van toezicht te belas ten, eerder geneigd zich te laten leiden do^r deze bureaucratie. ,,Den 21en Januari even* goed als den 29en November blijft de doema verlamd door dezelfde oorzaken van zwak heid haar gemis van eigen cohesie en de groote mate van afhankelijkheid, waarin de regeering haar houdt". Er is intussohen nog een derde reden, die een verlammenden invloed doet gelden het spook der ontbinding van de doema. De regeering heeft, zooals bekend is, een wets ontwerp ingediend over den herbouw van eeno vloot van pantserschepen, waarvan do kosten natuurlijk loopen in de honderden miliioenen. De linker- en de rechterzijde van do doema stommen hierin overeen, dat zij van zulk een plan niets willen weten do octobristen zijn er al even weinig mee ingenomen. „Voorbereiding tot een .iieuw Tsoesjima", was do titel van eene voor dracht in eene reactionaire vereeniging, waarin ernstige bezwaren werden ingebracht tegen een nieuwe vloot met do oude onbe kwame officieren Do Petersburgsch© bladen hebben inter views gebracht met 'eiders van de partijen in de doema over deze kwestie. Graaf Jewa- row (Octoberverbond) geeft onomwonden toe, dat men zijne partij duidelijk heeft te verstaan gegeven, dat de doema, als zij niet voor het vlootplan wil stemmen, dade lijk zal worden ontbonden. Het gedeelte van de octobristen, dat nu to Petersburg is, is volgens zijne meening tegen de voor dracht; hij zelf zal er in ieder geval tegen stemmen. Wat de meerderheid van de par tij zal doen als de doema werkelijk met ernstig gevaar wordt bedreigd, kan hij niet zeggen hij meent, dat ae heerschende stem ming, die tegen de voordracht is gericht, zal aanhouden, al lieeft het dreigement op sommige leden der partij zijne uitwerking niet gemist. Graaf Bohrinski (recihiterzijde) is zeer opti mistisch gestemd). Hij meent), clat de ont binding van de doema nog in wijde zakken is. De verwenpang van de voordracht is vol strekt geen uitgemaakte zaïak, en als liet daartoe mocht komen, dam zal er veel af hangen van den vorm, waarin de verwerping zal geschieden. Maar in het algemeen ge looft hij niet aan de verwerping. L. Nisselowitsch (fcaidielt) vat de geruchten, over de mogelijke ontbinding vam de doema, als 'het vlootplan niet wordt goedgekeurd, op als eene poging om de openbare meeniing over deze zaak te leeren kennen. Als de xe- geering ziet hoe eenstemmig het afkeurend .oordeel luidt, dan zal zij nooit wagen een dergelijken stap als de ontbinding van die doema te doen:. De kadetten zullen natuur lijk do voor dracht verwerpen, en hetzelfde meent hij ook van de octobristen te mogen aannemen. Men ziet dus, dat de afgevaardigden zelf de toekomst nog al optimistisch inzien. De strijd beweegt zich hoofdzakelijk om twee vragen. In de eerste plaats is de vraagZal men aan het departement van marine, dat door zijne organisatie Rusland aan den af grond van Tsoesjima heeft gebracht, geld kunnen toestaan, of moet eene reorganisatie van het marinebest uur voorafgaan als eer ste voorwaarde oan tot eene herschepping van Ruslandö marine te komen? De tweede vraag isWelk type moet' worden aangeno men voor de te bouwen vloot; zal men' eene slag'vloot bouwen of zich beperken tot de kustverdediging Er wordt ijverig naar gestreefd om de re geering en de vertegenwoordiging tot elkaar te brengen. De commissie van de rijksdoema voor de landsverdediging heeft besloten eeni- ge vergaderingen met gesloten deuren te houden, om de regeering gelegenheid te geven hare plannen toe te lichten. Aam den anderen kant doet de vertegenwoordiger van den minister van marine, vice-acUmlraal Boström, zijn best. oan ae commissie te over tuigen van den goedèn wil van het marine- bestuur om het departement 'beter in te •richten, anetl het oog op de nieuwe eisahen waaraan het moet voldoen. Hij heeft maat regelen toegezegd tot net tegengaan van misbruiken op de werven; hij heeft uitzicht gegeven op eene volledige reorganisatie van •net centrale bestuur en op eene geheel nieu we regeling van de opleiding der zee-officie ren. Wal' van die zijd© geschiedt, schijnt aan te duiden, dat de goede wil aanwezig is om zich over .het vraagstuk met de rijksdoema: te veisfiaan. Intusscheii mag niet word'en voorbij gezien, dat er ook nog elementen zijn van groeten invloed, die elke gelegenhe'di cm de doema niet sleclhlta te ontbinden maar de geheel© instelling van de doema tot het ver leden te doen beboeren, met groote vreugde zouden aangrijpen. Deze elementeai zouden zich eene zo o gunstig© gelegen beid oan a an te sturen op een conflict dat er toe kan lei den dat die doema verdwijnt', bezwaarlijk la ten ontgaan, want eene „gehoorzamer" doe ma zou niet gemakkelijk tl© vinden zijn. DuiU^hland. Altenburg, 7 Febr, Hertog Ernst is heden nacht om half een gestorven. De minister van oorlog, generaal von Einem, zal het verlof, da them is toegestaan, in Cairo doorbrengen. Of hij zal aanblij ven, zal enkel afhangen van zijn gezond heidstoestand, maar in alle toongevende kringen bestaat de wensch, dat hij zijn ambt zal blijven vervullen. Uit Berlijn wordt aan de Frankf. Ztg., be richt, dat er nog geen beslissing genomen is over het tijdstip van liet aftreden van baron von Stengel, den staatssecretaris düe aan het hoofd staat van het rijksdepartement van financiën. Er wordt naar een opvolger gezocht, maar die is nog naet gevonden. De vrijzinnige volkspartij leeft in het huis van afgevaardigden van den Pruisi- schen' landdag oen voorstel ingediend tot facultatieve toelating van de lijkverbran ding in Pruisen. In den Landesausschuss van Elzas-Lotha- ringen heeft staatssecretaris v. Köller bij de eerst© lezing van de begrooting medege deeld, van den rijkskanselier vernomen te hebben, dat hij de voorstellen tot wijziging van do grondwet in Elzas-Lotharingen aan den Bondsraad had voorgelegd. Een deel van de voorstellen van den Landesausschuss op dat. stuk worden daar als aannemelijk beschouwd; een ander deel ondervindt ech ter moeilijkheden. In elk geval bestaat de hoop om binnen zekere grenzen aan het verlangen van den Landesausschuss tege moet te kunnen komen. rrankrijk. Parijs, 6 Febr. De Sènaat heeft het wetsontwerp aangenomen, waarbij de eerste oefemiingstijd der reservisten wordt bepaald op 23 dagen, de tweede op 17 dagen en de cefeningstijd voor de landweer op 9 dagen. Frankrijk en Rusland. De Fransche gezant t© Petersburg Born- .pard, zal worden teruggeroepen en door een ander vervangen worden. In verband daar mee verdient het de aandacht, dat de direc teur van de streng-conservatieve Grashda- nin, vorst Mestscherski, in zijn blad deu vertegenwoordiger van Frankrijk „demon stratief uitgedrukte sympathie voor de sische ultra-liberalen" heeft verweten, waar bij de gezant „vergat of liever er uiet aan wilde denken dat deze liberalen in de eerste plaats de vijanden zijn van den monarch, bij wien hij is geaccrediteerd" Verder verklaarde Mestscherski, dat „vau den vrcegeren driebond niet slechts niets is overgebleven dan half vergeten herinnerin gen", maar dat ook „het tegenwoordige hoofd der regeering, de heer Clemenceau, niet slechts een vijand van Rusland is, maar ook, als de gelegenheid zich voordoet, Frankrijk compromitteert voor de eer om tot den handkus bij Zijne Engelsche Majes teit to worden toegelaten". De gezant diende hierover eene Lh.ckt in bij den minister van buitenlandsche za ken en verzochit bescherming wegens dè bem toegevoegde boleediging. Hij tving daarop tot antwoord de mededeling, dat den directeur van de Grashdanin '-:ne boete van 1000 roebels was opgelegd. Eitgdand. Do eerste minister Sir Campboll-Banner- man heeft tot toelichting van zijn voorstel ter zake van den koningsmoord in Portu gal het volgende gezegd „Het zou moeilijk, zoo niet onmogelijk zijn, om woorden te vinden, voldoende om do afschuw en verontwaardiging uit te spre ken waarmee het bericht van deze ver dwaasde en weerzinwekkende misdaad in de beschaafde wereld is ontvangen. Het is een tafereel, haast zonder wedergade in de ge schiedenis. Do Koning, een manhaftig, goed, innemend Koning, een man met groote gaven en verdiensten, trouw toegedaan aan zijn volk, is, zooals hij daar zat, doodelijk getroffen, en met hem zijn zoon, zoo vol jonge hoop en belofte". „Zulk een tooneel brengt schande over het mensohdom. (Instemming van alle zij den van het huis). Het tafereel werd alleen verhelderd door den kalmen moed van een edele vrouw. „Portugal is onze vriend van ouds de vriend van ouds van het Engelsche volk. De Koning was een boezemvriend van on zen souverein, en de door rouw getroffen Koningin was geboren en opgevoed aan onze stranden. Men mag wel zeggen, dat een groot deel van hare opvattingen, hare genegenheid en haar voorkeur Engelsch was. Wij wenschen de van haren gemaal be roofde Koningin en don jongen Koning en het volk van Portugal te doen weten, dat men hun nergens meer goed9 wenscht of hartelijker genegen is dan in het F.ngelsche Lagerhuis". Londen, 6 F e b r. Lord C'urzon lever de een scherpe kritiek over het Engelsch- Russische verdrag, vooral uit een Britsch liandtelsoogpunt. Lord Fitzmaurice weersprak, dat liet ver drag schadelijk was voor de Britsche belan gen en verklaarde, dat er geen gevaar be stond voor toeneming vau de binnenland- sche ongeregeldheden in Perzië en de moei lijkheden aan de Turksch-Perzisobe grens, nu Groot-Brittannie en Rusland een zelfde staatkunde volgen Het debat werd verdaagd tot 10 dezer. De minister van buitenlandsche zaken Sir EdwaM Grev, verklaarde in antwoord op eene vraag, dlat d© regeering een wetsont werp tot bekrachtiging van die additionneole act© op de suiker-conventie binnen eenige dagen zou indienen. In den loop van het debat over het adres van antwoord op de troonrede zeide minis ter Grey bij de behandeling van het vraag stuk van de onaantastbaarheid van den par ticulieren eigendom op zee in tijd van oor log, dat indien de Britsch© zeemacht niets andiers zou zijn dan ©en middel van verde diging en Groot-Brittannië zich zelf beroof de van de middelen om druk uit te oefenen op andere mogendheden door hare handels- marine, sommige groote mogendheden een oorlog met Engeland konden beginnen, en daarbij zelf slechts gering gevaar loopen. Wel was hij van meening, dat Engeland zicli op het oogenblik mocht verheugen in eene goede verstandhouding met alle mo gendheden en geloofde hij niet, dat er ééne groote mogendheid was, bezield met vijan dige gevoelens jegens Engeland (toejuichin gen), maar desniettemin bleef die regeering hare inzichtexi bandhaven en mocht zij, met. liet oog op d© veiligheid van het Rijk, de v< •antwoordelijikheid niet op zich nemen voor het gevaar, dat hot gevolg kon zijn van de voorgestelde verandering. Nadat het debat nog eenigen tijd waa voortgezet, werd het adres aangenomen. Portugal. Lissabon, 5 Febr. De \orgadering ..n den ministerraad van heden w s zeer laag cn zeer gewichtig. De gelieple tegenwoor dige politieke toestand werd uit alle ge zichtspunten bekeken en gaf aanleiding tob een zeer nauwkeurig en zorgvuldig t ver zoek. Do overeenstemming was o'.komen, ofschoon de houders van de verschillende portefeuilles behooren tot onderscheidene groepen. Do directeurs-generaal an bin- nenl andfiche zaken 'en justitie werden in den loop van do beraadslagingen binnengeroe pen om inlichtingen to verschaffen. Do beslissingen, die werden genomen, zijn geformuleerd in ©en drietal konink" rfko besluiten, die toen de vergadering gesloten was, door den minister-president naar den Koning gebracht werden om door Z. M. te worden onderteekend. Lissabon, 6 Fo'br. De Staatscourant maakt een brief tolkend van den Kooiing aan den president van den niinisterraad, waarin hij verklaart te weuscben, dat do thesaurie van het koninklijk paleis alleen zal beschikken over middelen, toegestaan door het parlement Lissabon, 6 Feor. De arreelaitiën, die verricht zijn bij de huiszoekingen, ge daan ton gevolge van den aanslag van ver leden Zaterdag, worden niet gehandhaafd1. De personen, die gevangen gehouden wor den, zijn zaji, die vallen onder de well tegen die anarchisten. Drie republikeinsohe afgevaardigden zijni in vrijheid gestold' ©n vender de republikein- scho dagbladschrijvers Borges en Ghargas. De beid© difi&ideinte progressisten Moniz ©n Teixeira Brava zullen in den loop vam dèn avond in vrijheid' gesteld worden. Uit Lissabon wordt bericht, dat de rouw kapel in heb koninklijke paleis geheel met zwart fluweel, met zilver bestikt, is uitge<- dost. Met dezelfde kostbare stof is ook het altaar en liet koor behangen. Aan zes zij altaren worden voortdurend missen gelezen, ook door den patriarch van Lissabon. Van de zoldering hangt een reusachtige konings kroon neer met lang rouwfloers, aan de wanden bevestigd Het bovengedeelte van het koor is in twee galerijen verdeeld voor de koninklijke fami'ie en de diplomaten. Het hoofdaltaar verdwijnt bijna onder het zwart, waarmee het behangen is. Daar staan reus achtig© kandelabers uit gedreven zilver. In het midden van liet koor zijn twee baren opgesteld, eveneens met zwart fluweel uit gedost. Hier rusten de beide lijken, door veertien gouden kandelabers omgevenan dere kandelabers staan aan de zijwanden. Tusschen de beide lijken, <lie met d© Por- tugeesch© vlag gedekt zijn, verheft zich een groot kruis. De plechtig© stilte wordt slechts door het luiden der rouwk,lokken onder broken. Correspondenten, die uit Parijs te Lissa bon zijn aangekomen, berichten, dat do rouw slechts in acht genomen wordt door de met het hof in betrekking staande krin gen. In die A urea- en de Garrett-straa t, do beide hoofd verkeersaderen van de stad, ziet men geen enkele zwarte vlag of ander rouwteeken Naar h$t Zwetdtch 12 PH. ff IJ 8 M A X. „Je hebt een goed hoofd', dlumktl mij." ,Dat heb' ik zeker. lie heb heb van vader want vader is student geweest en liij heeft bijna een examen in "Uppsala: gedaan." „In onze familie doen zij meest examen te Karl berg." „Zou dat wel even goed zijln?" „Dab wel; als men maar met zakt. Ilc ben daar gezakt tot in de derae." „O hemel!" riep Tnalda met ongeveinsd© verwondering. „Doetl het pijn? Is liet erg akdliig?" Thorsten Ludvigsson af Êmcstad vond geen geschikt antwoord) op die vraag. Rid derlijk nam, hij; zijne gast. bij de hand! ©n bracht haar naar zijn© kamer. Met instinct matig "besef dat zij jonger was dan hij en minder ervaring hadl van wereldsche ver maken, niet hij haar allerlei spoeilgoedi zien., waarvoor hij1 zich t© groot achtteeene pcstzegol-vcrzanneling, ©en paar spelletjes en legkaarten. Nadat zij, vruchten en ander lekkers gekregen 'hadden liet hij haar mopi plaatwerk zien. Baaon Ludvig was opgewekt, ©n spraak zaam; hij ging geen oogenblik de kamer uit en toch zoude de Barones gaarne haar on derhoud1 met dokter Lars onder vier oogeh hebben, willen vervolgen. Hij begreep dit ©n bracht het gesprek op een ander onderwerp. Zoo was het tijd voor met' avondmaal gewor den,. De doktor en de gastvrouw gingen naar de deur oor kamer, vanwaar mem de kinde ren kan hooren praten. Daar zaten zij: naast elkander op die kleine, witverlakt© canapé, anelbveel drukte die bladen, uit een groot prentenboek om te slaan, met de hoofden dicht bij elkaar. Svenssons Thilda was één en al verrukking over al het moois dat zij t© zien kreeg; en met bewondleiring zag zij oji tot den knaap, <tie over deze prachtige kasteelen en die fraai gekleurde landschappen sprak, alsof heb de meest; alle daagse!) o dingen waren;. En Thorsten Har- mingsköld af Ekestad', die .gewoonlijk voor onwetend gehouden werd; die ook maar al 'te vaak niet. wiist te antwoorden op de vra.- gen die zijn leermeester hem deed, en die d'an telkens verdrietige woorden over' zijne vergeetachtigheid te hooren kreeg, was ver bazend in zijn schik als Thilda hem vroeg wat die Fransche woorden., onder d© pla ten, 'lieteekenden. Hetl was een gevoel voor hem alsof hij. groeide, toen Thilda. hare ver standige oogeu bewonderend tot, hem op sloeg en met. een zucht uitriep: „O, wab moeit, het heerlijk zijn dlit alles zoo goed te weten, als jij!" Mevrouw Harmiingsköld genoot toen zij: haar zoon zoo vroolijk en levendig zag. Die gloed in zijne oogon getuigde immers van oen opgewekter geest. Het was toch niet t© geloovcn, dat die mooie, vroolijike jongen voor altijd Hopeloos en ongeneeslijk stomp zinnig was? Vragend' richtte zij haar blik tot dokter Lars. „O, foei; ik had liaar bijna vergetenU neemt het mij. toch niet kwalijk, dokter? Wlie ds dat aardiige meisje?" „Zij is het geneesmiddel, dait ik bedacht heb, mevrouw. Hetl ziet er waarlijk naar uit alsof die. ©erste lepel vam liet. drankje den jon,gen Baron goed bekomt, meesmuilde dlokter La-rs. IV. Twee kinderen. Het is ©en© waarheid! dat d© tijd onop houdelijk zijn loop. vervolgt, om bet even of hij, licht of duisternis, blijdschap of smart oplevert, voor ons, nienschenkiind'erenMaar groot© kracht- en zwakheid! van. vermogens hebben dezo evea-eenkomst, dat beid© min- dier zichtbaar door hetl voortgaan der jaren getroffen schijnen dian bij, lichamelijk en geestelijkj gewoon ontwikkeld© menschen helt geval is. Dc groot© kracht dloet denken aan den golfbreker van graniet waartegen de hevigste zee langen tijd niets vermag!. Slapte is gelijk aam net buigzame stra nd - riet, dat metl zijne zachte toegevendheid niet eer .breekt dan wanneer d© herfst komt met zijn, verwelkenden invloed! en de win ter lliet van alle kanton tusschen !h©t ijs klemt. Om deze treden verliep de winter, de Lente en d'e zomer en het werd' wderom winter cn de zon, diie door dc ruiten van de leer kamer op Stère Sundeby naar "b'nnen keek, zag nog altijd he;t smalle, blonde .hoofd van Kandidaat Wennerbom met do kort© roese hanen, uitsteken, boven d'en rug van een verkleurden uit <1© huiskamer verbannen, ouden leuningstoel. Van het weder opvatten zijner eigen, stu die was mets gekoimemhet droombeeld vacu het kanselarij-examen was voor altijd uit zijin gezich f (kring, achter de bergen verdwe nen. Hij las in de dagbladen do vermelding der afgenomen examens en de naimen van zijne vroegere medestudenten die geslaagd waren, ten naastenbij met dezelfde gewaar wording, waarmede de tamme ©end den kop oplicht als hij! het. snateren in dè ludhit hoort van een zwerm wildé eendvogels, die hunne reis naari een anderen luchtstreek on dernemen. De Kandidaat leefde tegenwoordig in den treurigen toestand van onverschilligheid, die zich de meestien onzer ook wel eens zul len herinneren,, nat dc dagen toen de toe komst ons zoo hopeloos donkea* toescheen dat wij, om ons niet dood te kniezen, poogden niet langer dan één dag vooruit te denken i en wij ons niet wilden plagen met venmoe- dons, omtrent hetgeen later met ons zou kunnen gebeuren. E.n diti caat langzamerhand waarlijk beter daai men denkt: als het .lichaam 'behoorlijk ontvangt waaraan het oehoefte heeft, dan dwingt het den geest zachtkens tot doffe rust; het hart bloedt en verzwakt en jslaaH hoe langer hoe flauwervoor een, tijd al- I thans. Hoe dit wezen moge, op den duur kan zelfs de onverschilligste zijne behoefte om te blijven hopen, niet ontkennen. lAle d© moedelooze ©en tijdlang aldus gesoesd heeft, bcAiwt hij onwil lakeurtff weder zijn lucht- kastetl op uii( het puin zijner teleurgestelde verwachtingen, De Kandidaat deedl Hieraan tioulw mede. Zijn luohtslot had tweeerlei vormen. Het eerste werd gebouwd op die beloften van een paar vriendelijke menscnen, dlat zij bun beet zouden uoen hem benoemd' te krijgen tot controleur over de alcoholische dïranken. Het andere werd) getimmerd met het mate- riaal, dat een paar aindère heeron, die tijde lijk te Skralby waren, geleverd hadden, toen mijnheer Jobnsteoi op een toon van beschermend© meerderheid' gezegd had', dat vriend' Wennerbom klerk bij hem. op het kantoor moest worden. Hij. zoude icleme kennisgevingen kunnen optellen, en het! ju ridisch examen dan gemakkelijk kunnen doen, omdat dit in dè Kanselarij afgenomen werd'; wie weet of hij; dan later niet tot werkelijk ambtenaar bevorderd zoude wor- dèn en het tot dè merkwaardige hoogte van den, kleinen wethoudèr Johnstedt zoudè brengen? Lit trot&cho vooruitzicht gaf aan Kandi daat Wennerbom een zedèlijken en rn.aa.t- eohappelijken ruggegraat- en beveiligd© hem tegen den invloed van den tand des tijds. Op Store Sundeby zaten in de leerkamer, behalve de onderwijzer, twee knappe jonge menschen, die evenwel in hunne bezigheid hun werk, hunne houding en geheel hun toon jegens mijnheer Weunerbcm duidelijk deden zien, dat zij nog niet meer dan twee kinderen waren. Zij waren zijn© leer lingen. Zij. waren dit nu omstreeks twee ja ren geweest; het meisje oen paar maanden korter. Thorsten Harmingsköld en Thilda Svensson kregen lee in dè aardrijkskuud© op dien zachten Maartsclien dag, toen de win ter* op het punt sahoen in de lente over t<e gaan. tyêrtH vruvlyd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1