JS°. 977. 6de Jaargang. Maandag 30 Maart 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. DE SVENSSONS. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort .......f 1.35. Idem franco per post. 1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, meded eelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Cf C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. II PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf 0.75. Elke regel meer0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan roordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eone circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toocezonden. Kennisgeving. De Burgemeester der gemeente Amersfoort; Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, ingevolge beschikking van den heer Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, d.d. 26 Maart, no. 2841, afdeeling Veeaarteenijkundige Dienst, met ingang van 27 Maart 1908 is i n- getrokken do beschikking van voornoemden Minister van 14 Maart 1908, Directio van den Landbouw, no. 2439, Afdeeling Veeartsenijkun- dige Dienst (Nederlandsche Staatscourant van 15 en 16 Maart d. a. v., no. 64), waarbij verboden werd het vervoeren of doen vervoeren van her kauwende dieren en varkens uit, naar of binnen een kling, omvattende gedeelten der gemeenten Barneveld, Amersfoort, Hoogland, Nykerk, Hoe velaken en Stoutenbnrg. Amersfoort, 28 Maart 1908. De Burgemeester voornoemd WU1JTIERS. Politiek Overzicht. Vorst IStilow te Weeuen. Het vovrbeeld van Keizer Wilhelm iB spoedig door zijn kanselier gevolgd. Zoodra zijne begrooting wae algetlaau en liij dus Ber lijn kon verlaten, heelt vorst Biilow zijne koffers gepakt, en thans bevindt hij zich te Weeneu, waar hij volgens sommigen tot lieden avond, voigeus eone andere infor matie tot Woensdag zal vertoeven. Tot een correspondent van de Néue Freie Presse beeft vorst Bulow vóór zijn vertrek zich over het doel van zijne reis aldus uit gelaten „Mijne reis naar Weeneu heeft in de eerste plaats het doel baron Aehrenthal te be danken voor de bezoeken, die hij in Novem ber 1906 en in het voorjaar van 1907 te Ber lijn hoeft gebracht, en hem een tegenbezoek te brengen. Dit tegenbezoek zou reeds vroe ger geschied zijn, als niet ambtsbezigheden van allerlei aard mij in Berlijn teruggehou den hadden. Ilc zal natuurlijk in Weeuen ook eeue audiëntie bij Keizer Frans Jozef verzoeken, om den vriend van onzen Keizer en den souverem van den met Duitschland nauw bevrienden en verbondon Oosten rijkse k-Hongaarse u en staat mijne vereering te bewijzen. Eene bijzondere politieke aan leiding brengt mij niet naar Woenen. Het spreekt echter van zelf, dat ik met baron Aehrenthal over een aantal vragen van in ternationale politiek van gedachten zal wis selen". .11 et ligt voor dr hand, de ontmoeting tus- schen de beide monarchen in Venetië met de reis van vorst Biilow in verband te bren gen. Immers Duit&chland en Oostenrijk-Hon- garije zijn niet alleen met elkaar, maar ook met Italië verbonden. En reeds wordt uit betrouwbare bron bericht, dat de Duitsche kanselier, wanneer hij uit Weeuen is terug gekeerd, weldra weer de koffers zal pakken en zijne Paaschvacautie in Home en Vene tië zal doorbrengen. Daarbij zal hij ge legenheid hebben zijue opwachting te maken aan Koning Victor Emanuel en aan den Italiaaiischen minister Tittoni, gelijk bij dit nu doet aan Keizer Frans Jozef en aan baron Aehrenthal, en met hen overleg te plegen. Deze ontmoetingen staan onmisken baar niet elkaar in verbandde eene is als eene aanvulling van de anderen te beschou wen. Eu "tot besluit zal bij do aanstaande komst van Keizei Wilhelm to Weeneu eene ontmoeting plaats hebben tusscben de beide Keizers. De Vossische Ztg schrijft naar aanleiding van deze ontmoeting: „Niet altijd heeft in de laatste jaren tusscben de staten van den driebond de gewenschte eensgezindheid geheersebt. Wel was tusscben Duitschland Oostenrijk-Hongarije alles zooals het moest zijn. Maar tusscben hen en Italië vras het niet zoo. Dat hebben de gebeurtenissen van Algeciras en ook de kleine wrijvingen tussclien Weenen en Rome bewezen. Nu en dan wekten de militaire toebereidselen aan de Oostenrijksch-Hongaarsche grens en an dere incidenten de verdenking, dat de dagen van den driebond geteld waren. Deze vrees is gelukkig ongegrond gebleken. Het ver trouwen is weder algemeen geworden, dat de driebond, die als een waarborg voor den Europeeschen vrede zijne deugdelijkheid beeft bewezen, ook tegenwoordig er ver van daan is zijne ontbinding tegemoet te gaan. „In Algeciras heeft Oostenrijk-Hongarije tegenover Duitschland in ruime mate bond genootschappelijke gezindheid aan den dag gelegd. Met dezelfde bereidwilligheid is Duitschland nu opgekomen voor het aan de belangen van cultuur en beschaving bevor derlijke plan, betreffende den Bandsjak- apoorweg. Met voldoening heeft men waar genomen, dat ook Tittoni dit plan onbe vangen beoordeelt en de uitbuiting er van tot uitingen van wantrouwen tegen de il? bsburgsche monarchie bestrijdt. De pogingen, om zich van de woelingen in het oosten te bedienen om den driebond te doen uiteengaan en aan Oostenrijk-Hongarije on overwinnelijke moeielijkheden te berokke nen, zullen, naar het zich laat aanzien, vruchteloos zijn. Deze opvatting zal bij de ontmoetingen van vorst Bülow met- baron Aehrenthal en den heer Tittoni zeker be vestiging vinden „Over 't geheel zal overal de meening gedeeld worden, dat de reizen van den rijks kanselier, ook al vinden zij geen aanleiding in eene actueele behoefte van do politiek, toch de uitwerking zullen hebben, dat zij op nieuw openlijk getuigenis afleggen van de hartelijke betrekkingen tusscben de ver bonden rijken en daarmee bet vertrouwen bekrachtigen, in eene vruchtdragende ont wikkeling van de Europeesche politiek". Duitschland en Italifii Corriere della Sera wil uit de beste bron v/eten, dat de rijkskanselier vorst Bii low met zijne gemalin den lüen April voor vijf dagen naar Home zal komen en de rest van zijne Paaschvacantie, omstreeks veer tien dagen, in Venetië zal dop-brengen. Frankrijk. In de credietaanvrage voor de reis van president Fallières naar Londen worden de kosten op 130,000 frs. berekend. In de memorie van toelichting wordt medege deeld, dat het bezoek gesohi- dt op eene vriendschappelijke uitnoodiging van Koning Eduard en dat Engeland aan het hoofd van den Frans-enen staat de hartelijkste ontvangst zal bereiden, die, gei ijk vroegere dergelijke bezoeken, de gGede betrekkingen tusscben de beide landen slechte kan bevor deren Minister-pi'ea'dent heeft aan ertog Clau de Lan'nes de Moutebello laten wotcu, in antwoord op diens blief uaar aan ie! ling van de bijzetting van Zola in het Pantheon, dat slechts een wet machtiging zou kunnen vc- leeneu om het stoffelijk overschot an maar schalk La mi es uit het Pantheon naar oen kerkhof over te brengen en diat do regee ring meent, niet het initiatief te moeten ne men, tot het voorstellen van zulk eene, wet. Met de bijzetting van Zola gaat Let ove rigens zonderling toe. Toen in April 1903 het hof van cassatie de rehabilitatie van Alfred Dreyfus had bewerkt, besloot de Kamc-r in Juli van dat jaar geheel spontaan, Mp or- stel van een socialistischen afgevair iigie oon Zola's overschot, dat op den Mcnt- mastre begraven ligt, naar het Pantheon over te brengen. De Senaat nam in de na jaarszitting eveneens deze wet aan, die den 15. December 1906 werd afgekondigd. Deze wet wacht nog op hare uitvoering. De ver tragi ug is voor een deel te wijten aan den wensoh van Zola's weduwe, die de overbren ging wiide vermijden voordat er een groeve gereed was om hot lijk duurzaam op te ne men. Dit bezwaar is echter sedert drie maan den opeebeven en de regeeriug koos als dag voor de plechtige overbrenging den 2. April op dien dag van heb jaar 1898 vernietigde namelijk het bof vau cassatie het vonnis van heb Parijsake hof van assdees, waardoor Zola wegens zijn beroemden brief „J'aocuse" met gevangenisstraf was bestraft. De Kamer hoeft voor weimige dagen het geld voor deze plechtigheid toegestaan. Maar nu is de re geering plotseling van meening geworden, dat tien Senaat den tijd ontbreekt om dit wetsontwerp af te doen, en daarom is beslo ten de plechtigheid tot 4 Juni uit te stel len. De nationalistische pers laat niet na zich de verdienste daarvan toe te schrij ven en verkondigt, dat de regeering bang is voor de door haai' aangekondigde protest- betoogingen. Bij de onthulling van eene buste van Zola in Suresna zou de minister Viviani de feest rede houden. Hij heeft die toezegging echter ingetrokken en zegt tot verklaring, dat hij in de meening had verkeerd, dat de ont hulling zou plaats hebben na de plechtigheid in het Pantheon, waarop hij niet wil voor- ui bloopon. Engeland. In het Engeilscihe Lagerhuis aftelde de heer Ashley aan Sir Edward Grey den minister van binnenlandsche zaken, de vraag, of de Engolache regeoring door de een of andere buitenlandsohe mogendheid gepolst was om trent buitenwcrkingsibellling of wijégkig van de akte van Algeciras, waarop de min'st-r het lakonieke antwoord gaf: „Neen mijn beer 1" De plaats, die in het lagerhuis, vacant is geworden, doordat de lieer Vidtor Caven dish, de afgevaardigde van West Derbyshi re, hertog van Devonshire is geworden, zal waarschijnlijl. vervuld worden door zijn brooder Richard Cavendish. De liberalen stellen hem gaarne candidaat, uit 'ngeno nieuhe1 1 met het feit, dat een lid .au het huis Cavendish bereid is als hun vertegen woordiger op te treden; de unionisten zul len hem niet bestrijden uit eerbied voor dit aai zienlijke geslacht. In eene vergadering van vertegenwoordi gers van vereenigingen tot drankbestrijding in Engeland en Wales, in de Queen's Hall te Londen gehouden, heeft de minister Lloyd George aangekondigd, dat de regse- ring, ondanks do nederlaag van Peokliam, hare ontwerp-drankweb handhaaft en met alle macht zich voor hare aanneming in de bres zal stellen. De kleine tegenspoed, aan de stembus geleden, moest eer-der een spoorslag tot volharding zijn. „Zou het in Engeland gezegd kunnen worden, dab de drank, die huisgezinnen in 't ongeluk stort, regeeringen kan doen mislukken? Hier is althans eene regeering gij moogt haar kritiseeren of veroordeelen zooveel als gij wilt die berend is haar bestaan op 't spel te zetten om te staan tusscben den drankhandel en de gezinnen, die er door worden verwoest." Uit de wijze, waarop deze bewindsman zich uitsprak, is af te leiden, dat hij sprak met machtiging van het kabinet, waartoe h; .afhoort. De leider van de Iersche nationalisten, John Redmond, heeft eene motie ten gunste van homerule ingediend, die heden in be handeling komt. De heer Redmond heeft verklaard, dat zijne bedoeling met dit voor stel is de regeering te nopen hierin kleur te bekennen. De liberale imperialisten heb ben het besluit genomen, onafhankelijk van de regeering in deze zaak te stemmen. Zweden. S t o c k h o 1 m, 2 8 Maart-. De rijksdag heeft het regeeringsontwerp tot verhooging van de suiker belasting aangenomen. De ver hooging bedraagt van 1909 tot 1911 2 öre en daarna 3 ore per K.G., met evenred'ge ver laging van het invoerrecht op suiker. Italië. Fogg ia, 30 in a a r t. Te San Severo is een opstootje voorgekomen bij gelegenheid der verkiezing van een lid van het provin ciaal bestuur. De menigte wierp met stee- nen naar de gendarmen en de troepen, die daarop antwoordden. Een betooger werd gedood, twee soldaten en verscheidene gen darmen werclen gewond. Spanje. Madrid, 28 Maart. De republikein- sohe minderheid in de Kamer had besloten met kalmte, aandacht en onpartijdigheid aan -de beraadslaging deel te nemein over heb ont werp op de plaatselijke besturen, maar ge geven de ongerechtvaardigde heftigheid door de regeeriug aangenomen, nader besloten op haar beurt eene vrijmoedig» en energieke obstructie tegen het ontwerp te voeren, zoo lang de regeering in hare houding blijft volharden. Servië. De raad van state heeft met op één na algemeene stammen besloten de Skoepschtina. de aanneming van het handelsverdrag met Oostenrijk-Hongarije aan te bevelen. Slechts één lid van den raad verklaarde het han delsverdrag voor zeer onvoordeeiig en beval aan het te verwerpen. Het verdrag is thans met het advies van den raad van state bij de skoepschtina ter bekrachtiging ingediend Rusland. Graaf Witte heeft in eene vergadering van leden van de centrumgroep van den rijksdag eene scherpe critiak geleverd van de Russische financiën. Hij verklaarde, dat de uitgawen van den staat reeds voor den oorlog de inkomsten hebben overtroffen, en sedert is dat nog erger geworden. Wanneer er nu nog op groote schaal schepen moeten worden gebouwd, dan zou Rusland in de eerste zes jaren minstens een lilliard roe- ..Is moeten leenen. Men moet zich daarom beperken tot de versterking en betere be wapening van het landleger, Turkije. De sultan heeft den Italiaanechen generaal de Robilant, wiens verkiezing tot opvolger van Degiorgis Pacha ais chef van de Mace donische gendarmerie door dé mogendheden bekrachtigd, is, tot divisie-generaal benoemd. Het antwoord op het voorstel, dat het Russische kabinet heeft gedaan, is door de regeering van Oostenrijk-Hongarije verzon den. Het voorstel, dat de instelling van eene internationale bestuurscommissie in Macedonië ten doel heeft, is, zooals bekend is, het eerst onderworpen aan het oordeel van de regeering van Oostenrijk-Hongarije, en men neemt in diplomatieke klingen aan, dat wanneer tusscben de beide regeeringoa overeonstemming verkregen is omtrent het nieuwe Russische plan, dit aan de mogend heden gemeenschappelijk zal worden voor gelegd, of dat Rusland zijn voorstel namens de beide kabinetten bij de andere mogendheden zal indienen. Uit Petersburg wordt aan de Neue Freie Pneseo bericht, dat de nota "van Oostenrijk- Longarije, die in zeer tegemoetkomen de a toon is vervat, met groote voldoening door het Russische ministerie van buitenlandsohe zaken is ontvangen. Minister Iswolski zal haar spoedig in het algemeen toestemmend beentwoorden. Dan is or eene rode van den Russisehen minister van buitenlajidsoke za ken in de rijksdoema over de Balkanpolitiek te verwachten. K o n 81 an t i n opel, 29 Maart. De vreemde consuls te Van hebben eene nota gekend gemaakt, waarin zij zeggen, dat verleden Maandag de muzelmannen, door de politie opgehitst, de Armeniërs hebben aan gevallen. Zij doodden 23 menscheu en woud- den ei 7. Op verzoek van den vali 'ijn twee hataildouB naar Van gezonden. Marokko. De Madridsche Liberal bericht, dat do Spaansche regeering plan beeft, twoe uit in boorlingen bestaande Marokkaansche ba- taallons op te richten, die onder bevel van Spaansche officieren en onderofficieren den dienst s. -Hon verrichten in Oeuta en Meli'lla. China. Peking, 28 Maart. Tot gezant in Nederland is beneemd Lu Cheng Siang ter vervanging van den tegenwooidigen titula ris Tsien Sun, die naar Italië is or.-roe plaatst. Vereenigde Staten. N e w-Y ork, '28 Maart. De politie joef eene menigte van 10,000 menscheu uiteen, die was samengekomen om aan eene be too ging van werkloozen deel te nemen. Enkele betoogera droegen vaandels met anarchisti sche opschriften. Nadat de menigte was verstrooid, wierp een man een bom, waar door een aantal mouschen werden gedood of gewond. De bommenwerper is, volgens de politie, eon zokere Silberstein, die ster vende werd opgenomen met een weggesla gen been. Tweede telegram. Slechte één man, een arbeider, werd door de bom gedood, maar Silberet-ein werd doodelijtk gewond. Het schijnt, dat, terwijl hij op de politie toeliep om de bom te werpen, het instru ment ontplofte, waardoor hij verschrikke lijk werd gewond. Allerlei. vNog altijd loopen er geruchten over een aanstaande scheiding tusschen deu heer en mevrouw Toselli. Mevrouw Toselli was er ©enigszins over ontstemd, dat de politie Naar het Zweedsch SI DOOB PU. II' IJ S M A ?r. De jonge baron zag die kale velden en opgelapto huizen zonder bezorgdheid, hoe wel hij zich, wat zeer natuurlijk was, in <Te laatste weken, met meer debet en credit had bezig gehouden dan vroeger. Want flinke landbouwkundigen hadden, zonder het tegenwoordig verval te willen vergoêlijken, -hem er op gewezen welke bronnen van welvaart, welke rijke oogsten uit dien zoo lang g .st hebbenden grond te trekken warendie ongerepte, wijd uit gestrekte bo6sohen vertegenwoordigden een vermogen aan kostbaar hout; en sommige alkkers konden en moesten het vierdubbele aan graan en aardappels opbrengen. Al bleef nu de oude baron nog e-n poos in 't leven, zou hij toch niet lang moer in staat zijn liet oog: over alles te houden zooals vroeger. Met den jongen landheer zou ook de nieuwe tijd voor Sundeby komen. Arme HultbergWeinig vermoedde de oude onderbaas wat hem te wachten stond In zijn beste plunje, liep hij zelfbewust rond; inspecteerde de vlaggen; zorgde in de stallen voor behoorlijke ruimte <xm de paarden der gasten onder dak te brengen en voerde als bevelhebber den staf over 4kn echts en meiden. Hij kon niet weten dat hij als 't ware stond op een vulkaan vol dwaze nieuwerwetsche dmgen, een vulkaan, die een geheel leger van moderne landbouwkundigen zou doen verrijzen en hier de plaats overstroomeu zou met dorschmachines, draineerbuizen, zaaimachines eu wie weet wat nog meer Arme oude Hultberg! Arme menschen, voor wie de nieuwe tijd te haastig optreedt In de eerepoorten hingen bloemen en bladeren en fladderende bonte linten bene vens papieren vlaggetjes met de Zweedsche kleuren. Elders zouden deze versieringen misschien laf hebben gestaan, maar hier vond iedereen, de jonge S'tockholmsohe neef uitgezonderd, dat het hoel aardig was be dacht. De dames waren naar de haar aangewe zen kamers gegaan, om nog iets in orde te brengen aan hare overdreven mooie toi letten. Oom Pontus versterkte ziah met ©en slaapje. De jonge Stockholmer gaf, onge vraagd, hier en daar welwilende wenken voor het in orde brengen van den feest- disdh. Toen Thilda nu ook een handje wil de helpen en haar schort wilde voordoen, drukte barones Sigrid haar de handen en zeide hartelijk „Vandaag niet, kindlief; niet op dezen dag! Reken er op dat je nog genoeg te doen zult krijgen in dit oude huis I Thor sten is naar de brug gegaan..." Een zalige gewaarwording doortintelde haar gemoed. Het diende nu nergens voor om den schijn te bewaren. Iedereen zou nu toch spoedig het groote nieuws vernemen. Met een verlicht hart ging Thilda den weg op, dien ihaar verlangen en den wenscih van zijne moeder haar aanwees. Éen pair minuten later paücte tante Mal- vina met haar beenderige vingers de zaohto huid van Afhild Storm-Thurns molligen arm. Zij trok haar naar het venster der logeerkamer en fluisterde: „Wat zeg je daar nu van?' „Wel, tantelief, zij moet het zelf maar weten." Dat gold Thilda. Thilda, die daar bij de brug van de boot stond in Ihaar mooi, licht, eenvoudig kleedje, het bruine haar onbe dekt en het van geluk stralende, blozende gezichtje opgeheven tot den vriend barer kinder jarenZij stonden dicht, zeer dicht bij elkander. Geen van beiden sprak. Als zij iets te zeggen hadden dan was daar geen haast bij. Immers, zij hadden het leven voor zich; een geheel op hetzelfde pad. Het zag er werkelijk wel naar uit of Svens- sons Thilda „'twel wist". Zij zou zich, zoo-noodig, kunnen verdedigen. De gasten begonnen te verschijnen. Vol gens het opgemaakte programma zouden baron Ludvig en de barones in het salon post vatten, en zou Thorsten in de voor kamer ontvangen. Dit sdaeen al aanstonds mis te loopen, want ooan Pontus had mijn heer Stauger reeds opgevangen". Met zijne gevoeligheid voor Thildas be koorlijk persoontje, zou oom Pontus waar schijnlijk wél genoegen hébben willen nemen met het nieuwe fam vittel id. Erger zou het zijn hem te laten vergeven, dat de bloed verwanten niet waren ingewijd omtrent hetgeen 'hun te "Wachten stond; dat zij evenzoo goed buiten het geheim waren ge houden als die menschen iu Skralby Totnogtoe was oom Pontus de beleefd heid in eigen persoon. Hij bracht mijnheer Stanger voor de drie familieportretten die in de voorkamer hingen en beloofde hem na het eten de andere in de eetkamer te laten zien en 'hem daarvan te vertellen. Eene welwillendheid waarmede Stanger bij zonder ingenomen bleek te zijn. „Vermeer dering van keunis omtrent groote en goede menschen was zoo aanmoedigend voor pi ichtgetrouwkeidmeende h.^ Daar kwam de oude calèche der Svens- sous aan. Mevrouw Lovisa was vuurrood; een wei nig verlegen speelde zij met hare mutsen- linten en knipte telkens een denkbeeldig stofje van haar nieuw zwart zijden kleed het wit kanten plooisel om den hails stond haar keurig. Haar man stapte in 't volle besef zijner waardigheid naar de stoep eu toen oom Pontus hem tot welkom de hand bood, drukte en kneep hij die met een plot seling opgewekt gevoel van bloedverwant schap zeggende: „Welk een dag! Welk een heerlijke dag, mijnheer Jagerlans! Eerst in Gods huis eu nu bij onze lieve vrienden Thorsten kwam aanloopen, hijgend en rood; dat hij ook niet beter op zijn post was geweest; wel foei! Hij schaamde zich heusoh. Eindelijk waren zij er allen, behalve dok ter Lars. Hij moest een been spalken in Ljung. Het aantal gasten was te groot om eene tafel voor allen te kunnen dekken, met for- meele aanwijzing der plaatsen. De zwaar beladen eettafel stond in de zaal, maar verschillende kleinere tafels waren in de aangrenzende kamers gedekt. De meeste gasten vonden die schikking wel aangenaam en reeds onder het gebruik van „smörgaabordet," den eetlust prik kelende spijzen, als dunne stukjes brood met ansjovis, kaas, radijs, caviar enz. was de stemming vroolijk en ongedwongen. Met verlangen liep Thilda een paar maai de gang in eu zag den straatweg op, naar de komst van haar ouden vriend. Eindelijk kwam het rijtuigje van dokter Lars in zicht. Gelukkig kwam hij gelijk met de visoh. „Een heerlijk schoone dag, kindlief. God zegene jeriep hij ontroerd, toen hij hare handen tusschen de zijne hartlijk drukte. Thilda bloosde tot achter haar oorenj „Weet oom bet dan alf' „Neen, maar hij begrijpt er allee van. Jullie hebben toch niet onder eterk water gestaan?" Baron Ludvig was de beminnelijkste gast heer dien men zich kan voorstellenen heden deed hij nog bijzonder zijn beat. Hij had voor ieder oen vriendelijk woord even zeide hij tegen Thorsten, waar hij moesrt gaan staan zoodra do kalkoen was rondgediend eu Thilda fluisterde hij ook iets in, waarop zij gehoorzaam antwoordde: „Juist; naast Thorsten, vlak voor de schaal met gelei, rechts." Nu stond de oude baron op, en bloof op de stoep zachtjes praten, alsof hij eene vaa buiten geleorde les nog eens herhaalde. „Er Bdhijnt iet» in de lucht te zetten, dokter," zeide Wennerbom tegen doktor Lars. „Het zit onder Thorsten's vest, weet-je, oude heerl" lachte de dokter goedig. „Wel drommel» j moet de jongen een toespraak houden F Blot volgt-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1