de oogen te openen in hypnotisohen slaap." Mr. Ge r lings: „Dan heb ik verder* iets gelezen van gevoelloosheid en pijnloos heid van Van Vaalen. Is dat alles te simu- leeren D r. Cox: Gevoel loosheid is eenvou dig niet te si muieeren." Mr. Gerlinga: „Kan de gebrekkige inrichting van het Huis van Bewaring er toe hebben medegewerkt niet alle verschijn selen van krankzinnigheid aanstonds te ont dekken f" Dr. Cox: „Die inrichting is inderdaad allergebrekkigst. Het personeel is voor het bewaken van een krankzinnige niet ge schoold, zoodat al die omstandigheden ons de grootste moeiten gaven." De president: ,,De gebrekkige om geving werkt dus mede niet alle symptomen te ontdekken?" D r. Cox: „Zeker. Het opzetten van groote oogen, wat Van Vaalen door de landloopers was aanbevolen, had vermeden kunnen worden, als er een goede verpleging was geweest M.r. Gerlings: „Is het waar, dat iemand van den toestand van Van Vaalen, zich makkelijk aanpast aan de omgeving?" Dr. Cox: „Zeker." Mr. Cerlings: „Hoe was de invloed van de landloopers in het Huis van Bewa ring op Van Vaalen' Dr Cox; „Van Vaalen was daar het subject, dat als regel deed, wat hem van buiten werd gesuggereerd Mr. Gerlings: „Is het mogelijk, dat een groote schok den toestand van Van Vaa len heeft verergerdBijv. het zien van het dooden van Hendrik Drost, wat hij niet had gewild?" D r. Cox: „Die waarschijnlijkheid acht ik zeer groot." Mr. Gerlings: „Een deskundige kan nooit met besliste zekerheid zeggen dat een beklaagde in zóódanige ziekeüjken 'toestand verkeerde tijdens het plegen van de daad, dat hij ontoerekenbaar moet worden ver klaard?" Dr. Cox: „Met absolute zekerheid is dat nooit te zeggen." I)e officier.- „Toen Van Vaalen in hot Huis van Bewaring met een kruik naar ecu bewaker sloeg, was hij toen in een droomtoestand?" Dr. Cox: „Zeker". Do officier: „En toon hij dieuzelf- den beambte in het Huis vau Bewaring voor de tweede keer zag e>n zeide: „Ben je daar weer, oude smeerlap, straks krijg ik je wel weer was hij teen nóg in een droomtoe stand?" D r. Cox: „Zeer goed mogelijk." De officier: „De schok, die zooeven besproken js over het zien van eens anders daad, is toch zeker óók te deuken als een schok bij het plegen van een eigen daad D r. Cox; „Misschien wel." De officier: „Ik ben bij allo vorhoo- ren geweest die Van Vaalen zijn afgenomen en weet dus zelf, dat hem geen suggestieve vragen zijn gedaan. Maar ik stel er nu prijs op, in verband met opmerkingen van den verdediger van zooeven, den rechter-com missaris te hooren over diens ondervragin gen van Van Vaalen, en verzoek dus alsnog dien rechter te willen hooien, die destijds van den abnormaleu toestand van Vau Vaa len niets wist. Vermoedelijk zal de recht bank ©enig bezwaar maken tegen dit ver hoor, omdat de rechter-commissaris heden in de zaal tegenwoordig is geweest, maar dan wil ik toch wijtzen op een arrest van den Iloogen R n ad, dat in dien zin gunstig be schikt." 8 In Raadkamer teruggetrokken, besliste de rechtbank, dat de recbter-commissaris m r. Sc h e pol alsnog zou worden gehoord als getuige. De president; Wilt u opheldering geven over de wijze waarop de beklaagde door u is ondervraagd. Ilebt u hem een ver haal laten doen, of is door u gevraagd of het' zóó en zóó was gebeurd? Mr. Schepel; Toen ik de instructie begon wist ik van niets af. Van den inspec teur Tenckink hoorde ik dat Van Vaalen wilde bekennen. Toen deed Van Vaalen mij op het politiebureau te Zeist het verhaal van den moord. Ik wist daar zelve nagenoeg niets van af en kende geen enkele bijzonderheid. Wat er op 18 Nov. is gebeurd i9 dit dat ik Van Vaalen het verhaal deed doen. Het tweede verhoor volgde eenige dagen later. Hij deed toen ongeveer hetzelfde verhaal als eerst. Weer later gaf hij zelfstandige verklaringen en vertoonde eenige teekenen van hallucinaties. Toen er bij liet derde verhoor sprake was van een mishandeling in het huis van be waring, weigerde hij dit verhaal te onder- teekenen. Weer later hem verlioorende, heb ik niets abnormaals aan hem bespeurd. Toen ik hem gedurende geruimen tijd daarna on dervroeg in verband met mededeelingen van Overhorst, maakte hij op mij een abnor- inalen indruk, zoodat ik geneeskundig on derzoek geweuscht achtte. Eerst daarna hoorde ik van de simulatie, waarover ik de landloopers ondervroeg en Van Vaalen op nieuw door mij in verhoor werd genomen. Gok toen deed hij mij een zelfstandig ver haal omtrent die simulatie, gevolgd door een nieuwe toedracht van de zaak, die hij mij zeer omstandig mededeelde. Den indruk dien ik van hem kreeg, was gewoon. Hij had wol eens hallucinaties, zag dan dieren, maar verder niet. De president; Waarom stelde Van Vaalen prijs op een nieuw verhaal va» den moord! Mr. Schope 1Een bepaald motief heb ik daaromtrent niet gehoord. Do president: Werden enkel© din gen ïn zijn eerste verhaal gewijzigd! Mr. Schepel: „Hier en daar met na me de voorbedachte rade. Hij stelds het voor als had hij alleen willen berooven maar toen ik hem opmerkt© dat de dood van het slachtoffer daarop toch noodwendig moeet v.gen, gaf hij dit onmiddellijk toe.' Mr Gerlings: „Hebt u hem vragen gesteld?" Mr. Schepel: „Bij het eerste ver hoor weinig of hcolemaal niet. Het verhaal kwam to©n vlot voor den dagdo man was ietwat zcuuwacktig. doch dat was in zijn toestand begrijpelijk. Tóón ik Van Vaalen met Overhorst deed oonfronteeren, en deze laatste medeplichtigheid ontkende, zei Van Vaalen ook maar leugens te hebben verteld." Mr. Gerlings: „Hebt U de antwoor den laten opschrijven of gedicteerd aan uwen griffier?" Mr. Schepel: „De antwoorden zijn zoo getrouw mogelijk opgeschreven. Dat is ons gebruikelijke systeemdaarna worden ze voorgelezen. Mr. Gerlings: „Heeft Van Vaalen de verbalen zelf gelezen, of zijn ze hem voor gelezen Mr. Schepel: „Op kalme wijze zijn de verbalen hem voorgelezen." Mr. Gerlings: „De recJiter-commis saris zal wel begrijpen, dat ik een en ander bob gevraagd in verband met den toestand van Van Vaalen, maar niet om mij ook maar ©enigszins te mengen in het beleid van dezen rechterlijken ambtenaar, wiens zorgvuldige n arbeid ik reeds meermalen vóór dezen hel mogen leer on waardeoren." Om kwart voor één wordt pauzo gehou den. Voor het hek van het Paleis van Jus titie in de Hamburgerstraat bemerken wij ettelijke groepjes menschen, die hopen iets bijzonders te zien. Hun nieuwsgierigheid blijft uitteraard onbevredigd. In groepjes ook bewegen zich in den tuin van het ge rechtgebouw vele getuigen. Kwart over éénen wordt de zitting her vat. E$u korte pooze is dan nog dr. Cox aan het woord, wiens verklaringen hierboven zijn vermeld. Van Vaalen zit inmiddels als in melan cholisch gepeins met zijn groote z war to oogen strak voor zich uit te 6taren Van Ee leunt lui tegen den raad der be klaagden bankKors luistert aandachtig naar de voor de beklaagden uiteraard dik wijls onbegrijpelijke wetenschappelijke ver klaringen van dr. Cox. Kors zit zelfs soms af en toe te glimlachen. Overhorst kijkt soms triest voor zich, let niettemin goed op. Het publiek, vooral op de gereserveerde tribune is nogal gedund ook het getal be langstellende advocaten is iets minder ge worden, doch wordt later wéér talrijker. Na Mr. Schepel werd gehoord Dr. H. B r e u k i n k als getuige-deskundige. Deze is tot de conclusie gekomen, dat beklaagde leed aan hysterisch del ire. Dit is getuige gedurende het geheele onderzoek gebleken. Hij was hystericus, omdat hij duidelijk ver toonde een halve gevoel loosheid en cone ab solute pijnloosheid van het lidhaam. Deze verschijnselen kunnen niet gesimuleerd wor den. Wanneer ik zegt. Dl*. Breukink mfet een speld sterk prikte in het slijmvlies van de mondholte en op het lichaam, kwa men er zelfs geen pij nrefl exen. Hij had. hysterisch delire, omdat hii had hallucina ties van het gehoor. Simulatie van de bij bekl. Van Vaalen waargenomen hallucinaties acht Dr. Breu kink ten ©enenmale uitgesloten. De uitdruk king Tian angst op het gezicht zich uitende in vertrekkingen der gelaatsspieren, het fronsen van het voorhoofd; het spontane opschrikken van bekl., het zoeken in de hoe ken en naar boven kijken wanneer de des kundige plotseling zonder dat bekl. hem zag, met- een sleutel op een tafel tikte; dit al les kan niet worden gesimuleerd. Bekl. heeft daarnaast verschijnselen ge toond, die zouden kunnen wijzen op simula tie, b v. het telkens zeggen „ik weet het niet". Had men bekl. in het krankzinnigen gesticht kunnen observeerendan ware men tot een beslister conclusie gekomendo ob servatie in hec Huis van Bewaring was bo s' ist onvoldoende. Waarschijnlijk bestond de droomtoe stand op 16 November. Getuige verklaart dit op grond van mededeelingen van per sonen, die Van Vaalen destijds kenden. Hij was toen onrustig, verkwistend, ge neigd tot alcoholisme. Get. geeft inlichtin gen over den hysterisclien droomtoestand, welke beschouwd wordt als een vernauwing van het bewustzijn. De herinneringen van eene in dien toestand verrichte daad kun- nen vaag zijn, doch de kern ervan kan juist zijn. Op een vraag van den verdediger ant woordt de get. dat de afwijkingen in de bekentenis van Van Vaalen voor den rech- ter-commissaris met die in de bekentenis onder hypnose afgelegd, naar zijn meening zijn geconfabuloerd door bekl. Wanneer dc deskundigen hebben ver klaar? dat bekl. vermoedelijk in liyste- rischen droomtoestand heeft gehandeld, dan bedoeïen de deskundigen met dit vermoeden niet eenigen twijfel doch dat de meeste kans bestaat, dat bekl. ii» dien toestand heeft gehandeld Hierna worden de stukken uit het dos sier voorgelezen, welke betrekking bobben op bekl. Van Vaalen's simulatie. „Van Vaalen", vroeg hierna de presi dent, „blijf je er bij dat je in het Huis van bewaring comedie hebt gespeeld." En hierop weerklonk weer het stereotiepo antwoord: „Ik weet het niet. Ik kan hot niet zeggen. Ik herinner het me niet goed meer." Overgegaan werd alsnu tot het verhoeren der drie landloopers, welke indertijd Van Vaalen in het Iluis vau Bewaring hebben bewaakt. De eerste van henEverardusHell, verklaarde niets meer te weten van hetgeen toen in het Huis van Bewaring was ge beurd. De Officier: „Die droomt zeker ook hysterisch". (Hilariteit. Bekl. Kors lacht smakelijk). De Officier: „Weet je dat je in Veenhuizen bent geweest, dat je hierheen bent gereisd. Weet je dat je bier bent? Daar men uit deze getuige toch niets kon loskrijgen, werd maar besloten van zijn ver hoor af te zien. De man glimlachend af. De tweede landlooper-bewaker Hendrik Hor sten wist meer te vertellen. Hij en ziin ge zellen waren aangewezen om Van Vaalen te bewaken, daar vermoed werd dat hij zich van het leven wou berooven. Van Vaalen deed allerlei gekke dingen wanneer de doktors of do bewaarders binnen kwamen. Hij gaf steeds verkeerd© antwoor den, sprak over een jongen die vermoord was, hoorde overal stemmen. De landloopc-r Goosson had aan Van Vaalen gezegd dat hij in Medemblik zou komen. Een andjermaal ja bekl. op in»tignatie van anderen op een alkoof geklommen, toien de dokters binnenkwamen. Nog vroeg bekl. eens of het gek genoeg zou lij ben indien hij: een brief schreef geadresseerd „Aan mijn vader te Amsterdam". De aldus onleesbaar beschreven enveloppe toon dé Van Vaalen aan get. In een gesprek fcusschen Van Vaalen en diens vader en zuster heeft eerstgenoemde, naar hij aan get. heeft verklaard, zijn fami lie ingefluisterd „Ik ben niet gek". Voorts heeft bekl. eens gevraagd of het niet te nor maal zou schijnen indien hij zelf aan zijn zuster om eantinegeld schroef. Get. heeft gezien dat Van Vaalen weinig at, doch heeft niet kunnen opmerken dat Van Vaalen rammelde van den honger. Nog heeft get. Van Vaalen eens hooren zeggen „heb ik 'm dat niet mooi gelapt (d'. w. z. zich gok t© houden.) Van Vaalen heeft in den bovenvermelden toestand ook meermalen op den moord ge zinspeeld. Ilij zeide altijd dat hij den jongen in huis had gelokt en hem had vastgehou den. Van Ee had den jongen toen gewurgd. Heil heeft Van Vaalen eens gecomman deerd zich in onrein water te wasschen. Van Vaalen deed dit ook. Na het verhoor van Horsten rees bekl. V a n E e op en vroeg „Wilt u vragen, mijnheer de president, of Van Vaalen nog op andere manier heeft verhaald van den moord?" Get. Horsten antwoordde hierop dat Van Vaalen steeds dezelfde voorstelling ervan had gegeven als hierboven omschreven. GetG o o s z e n de derde beklaagde be vestigde dit laatste. Ilij heeft door van Vaalen niet den naam van Van Ee hooren noemen als van den gene die den jongen worgde. Van Vaalen heeft ook gewaagd van de jenever die was gedronken om moed te krijgen Aan Gooszon heeft bekl. bekend, dat hij zich tot dusver krankzinnig had gehouden en zich verder zou houden. Ilij heeft aange kondigd, dat hij zijne vrouw niet zou her kennen en vroeg aan get., die vroeger ver pleger op Meer en berg was geweest, hoe hij dioen moest om zich krankzinnig to houden. Ten sloto verklaard© get. dat Van Vaa len hem heeft verklaard in Medemblik te willen komen voor een jaar of langer, om daardoor gauwer weer bij zijn vrouw en kinderen te kunnen zijn. De volgende getuige* is Teunis Vos, die in den morgen van 17 November, daags na den moord, te ongeveer 7 uur, het lijk van Hendrik Drost vond in de Kerk'hof- sloot te Zeist. Het hoofd lag nagenoeg ge heel onder water, de schouders staken ho ven water uit en voor het verdere gedeelte lag het lijk tegen de berm van de sloot. Getuige zag in liet water een cape drijven en zoodoende werd zijn aandacht getrok ken bij nader onderzoek vond getuige het lijk, dat aan de naar boven uitstekende beonen geheel koud en verstijfd bleek te zijn. Getuige is toen een kameraad gaan halen om eens met hem mede te gaan naar de Kerk'hofsloot, waar een lijik met het hoofd in het water stond. De inspecteur van politie De Lange uit Zeist, kwam dien Zondagmorgen ter plaatse', toen het lijk reeds uit de sloot was gebaald en langs den kant gelegd. In het. water dreven een f ietscape en een tasdh, waarin het notitieboekje van den vermoor den knaap was geborgen. De in dit boekje opgefeekendo adressen werden onderzocht en toen bleek dat Drost het laatst bij Van Vaalen was geweest. Alzoo werd het bier huis van Van Vaak.il het punt van uitgang voor liet nadere politieonderzoekGetuige zag Overhorst onder de nieuwsgierigen staan langs den slootkant, ook Van Vaalen werd daar later gezien. Het lijk werd naar het lijkenhuis je gebracht op het kerkhof. Ten huis van Van Vaalen werd door ge tuige ©enig geld in beslag genomen en de quifautie van f 67.60, die door Drost bij Van Vaalen daags te voren tegen betaling naar het heette zou zijn afgegeven. De fiets van Hendrik Drost is door getuige gevonden in de bosschen achter de Tucht school de plaats waar het rijwiel lag ver borgen, was den burgemeester van Zeist in een terreinteekening, verstrekt door den rechter-commissaris, aangegeven. Beklaagde Overhorst deelt mede van uit zijn huis menschen te bobben zien staan op den hoek van de Kerkhofsloot, waar het lijk werd gevonden en zoodoende naar bui ten te zijn gelokt. Getuige De Lange zegt, dat van uit hot huis van Overhorst niet de plek was te zien, waar het lijk van Drost werd ge vonden. Van Be stond van de vier ver dachten het slechtst bekend, hij werd meer malen onder den invloed van drank gezien en genoot ook al daardoor een slechte repu tatie. Beklaagde Van E e protesteert hiertegen en noemt de verklaringen van den inspec teur de Lange eenvoudig leugens. Hij vraagt een onderzoek bij alle kasteleins te Zeist, opdat zal blijken dat hij nimmer onder den invloed van drank verkeerde. Desgevraagd deelt getuige de Lange tiog mede, dat Van Vaalen Zondagsmorgens omstreeks 10 uur door de politie in hechte nis werd genomen en verder tot Dinsdags aan het 'bureau te Zeist vertoefde. Gedu rende dien tijd werd niets bijzonders aan hem bespeurdeenmaal heeft hij over zijn vrouw gesproken, kort vóór zijn bekentenis Maandagmiddag, Van Vaalen verkeerde toen in de veronderstelling, dat zijn vrouw aan het bureau verbleef en vroeg toen of dit inderdaad zoo was. Iets abnormaals is volstrekt niet aan Van Vaalen bespeurd. Nadat de adj.-inspecteur van politie Tenckinck bijzonderheden nad medege deeld omtrent het vinden van de fiets van Drost achter de Tuchtschool, kwam de heer Prince als getuige voor de rechtbank, de kassier uit Driebergen, bij wien Hendrik Drost als looper in dienst was. Deze deelde mede, dat het totaal der te innen gelden den Zaterdag van den moord bedroeg f 1326.1911, vcor welk bedrag Droet wissels en quittantiën had medegekregen. Den 14en November vau het vorige jaar kreeg getuige van den heer Schaap te Zeist in opdracht een quittantio te doen aanbieden van f 67.60 ten name van Van Vaalen. Wel trof het getuige dat de heer Schaap, voor rekening van wien getuige geen zaken deed, zich bij hom vervoegde voor d© aanbieding d1©^*" quïttantie, maar verdór dacht de heer Prince er niet over na, zoodat een quittanti© van f 67.60 op naam van Vaai Vaalen werd ge- schieven en aan Drost medegegeven ter in- casseering, reeds op Vrijdag 15 November De afspraak met Schaap was dan ook, dat dien dag den wissel bij Van Vaalen zou worden aangeboden, op dTie dagen zicht. De heer Klinghardt uit Zeist betaal de den ochtend van den 16en November aan Hendrik Drost op een door dezen aangebo den wissel een bedrag van f 1000, t. w. in drie bankbiljetten van f 300 en één van f 100. Drost kwam tegen kwart voor 12. Dit bankbiljet van f 100 is hetzelfde dat later bij Labouchère door Overhorst ten kan tore is gebracht. Bekl. Overhorst herkent het bankbil jet van f 1Ö0 niet, ook niet de kreukels die er in zijn. Een groot aantal getuigen, dio op den nood' ttigen dag geld aan Drost hebben af gedragen, worden hierna gehoord. Hunne verklaringen hebben voor dit verslag geen belang, waarom wij ze verder onvermeld laten Met den 25en getuige schorste de presi dent? de zitting, welke tot heden 10 uur werd verdaagd. De getuigen, die alsdan terugkomen, ontvangen dubbelen tax. (Tweede dag). Hedenmorgen 10 uur werd het getuigen verhoor In deze zaak voortgezet. Er was weer veel belangstelling op de beide tribunes; de publieke is stampvol. Ook Me advocaten-tribune is weer geheel ge- vu'd Wanneer het publiek geleidelijk binnen komt, zijn de beklaagden reeds in de voor hou bestemde bank gezeten. Kors zit weer voortdurend in de zaal te kijken, zoodat de majoor der rijksveldwacht hem moet aanmanen voor zich te zien. De rechter-commissaris mr. Sohepel is weer bij deze zitting aanwezig. Begonnen wordt met de getuigenverkla ring van Willem Vos. Getuige deelt mede eenige jaren in dienst te zijn geweest van Van Vaalenhij ver diende een weekloon van f 5. Van Vaalen deed het voor zijn vrouw schijnen, alsof ge tuige f 4 verdiende en droeg daarom nit eigen zak, zonder dat z'u vrouw het wist, f 1 tot het weekloon bij. Van Vaalen was een goede baasden laatsten tijd had de betabng van het loon minder geregeld p'aats, bleef men weieens in gebreke hem aan het' einde van de week te voldoen, zoo dat t-m slotte een bedrag van f 13,50 aan getuige onbetaald bleef, flat hij thans nog heeft te vorderen. Van Vaalen bleef altijd dezelfde persoon, veranderde niet in gedrag of houding. Getuige weet zich precies te herinneren, dat hij op 2 en 9 November geêu loon heeft ontvangen. Op 16 Novem ber kreeg hij weer z'u gewone weekloon, maar de dertien en eon halve gulden zijn blij.ven staan Getuig© heeft Van Ee op 16 November des morgens 10 uur de herberg vau Van Vaalen zien binnenkomen. Get. werd toon uitgezonden om bier uit to rijden. Om streeks lia.lf twaalf kwam got. terug. Van Vaalen en Van Ee waron toen aan hot kaartspelen. Van Vaaien zeide tot zij 1 knecht dat hij maar weg moest gaan, wat get. vreemd vond, daar hiji anders pas om twaalf uur wegging. Om twee uur ongieveor moest hij terugkomen, 's Middags zeid© Van Vaalen togen get.„Ik ga gelid halen, f200 bij een vriend, en als ik het krijg heb jij 'n gooien dag." Dien goeiên dag heeft get echter niet gehad. Om 3 uur 's namiddags is Van Vaalen weg gefietst, got. kan niet zeggen naar Van Ee, ana ar wel den kant op van Van Ee. Om 6 uur kwam Van Vaalen terug. Tusschen 7 en half 8 was Van Ee den avond van den 16en November niet in het bierhuis van Van Vaalen; Van Ee kwam tegen 9 uur in den avond en bleef er ver der geruimen tijd. Kors en Overhorst waren daar toen ook, maar Kors is weder spoedig heengegaan. Get. kon doorgaans 's Zater dagsavonds 11 uur weggaan, maar Zater dagavond werd got. vroeger weggezonden, wat hij ook vreemd vond. Van Vaalen had één hond voor zijn bedrijf, die wel eens overvallen hadmaar nooit heeft getuige bemerkt, dat Van Vaalen chloroform in huis of bij zich had, om het dier van kant to maken. Integendeel, had van Vaalen het voornemen geuit, het beest aan iemand te verkoopen. Later had Van Vaalen ook nog een tax, maar die was volkomen gezond. Rechter mr. Van Swin deren: ..Heb je op den morgen van 16 November ook de kachel aangelegd bij Van Vaalen?" Getuige: „Ja, dat heb ik toen ge daan". De officier: „Overhorst en Van Ee -waren getrouwe bezoekers bij Van Vaalen, is 't niet?" Getuige: „Ja, zij kwamen veel" M r. v a n Noppen: „Heeft getuige ook de kachel uitgehaald op Zondag na den moord, 's morgens, en heeft hij toen ook glasscherven daarin gevonden?" Getuige „Ik heb de kachel niet uit gehaald". M r. Ge r ling s: „Is Van Vaalen niet zéér spoedig veranderd van een kalm, rus tig man in een man van andere natuur?" Getuige: „Neen, het eenige verschil, dat ik bemerkte, was dat Van Vaalen wel eens een borrel dronk. Overigens bleef hij geheel dezelfde. De volgende getuige is de weduwe V e I' ll e ijvan Beusekom, schoonmoeder van Van Vaalen. Er wordt geen bezwaar ge maakt haar onder eede te hooren. Zij verklaart dat haar dochter thans on geveer 10 jaren met Van Vaalen is ge trouwd. Den middag van den 16en Novem ber kwam Van Vaalen bij haar; hij had goen bepaalde boodschap, maar kwam ge woon goeden dag zeggen. Een tweede maal kwam hij terug ongeveer 5 uur, toen in ge zelschap van Van Ee. Van Vaalen gaf aan getuige toen een pakje, met verzoek dit vx>r hem te willen bewaren, hetzij tot 'savonds of den volgenden morgen. Hot is echter niet bij haar geliaeld. Van Vaaflen gaf blijken deu tweeden keer, dat hij haar bezocht, on der den invloed van sterken drank te ver koeren hij zei niet wat er in het. pakje was. 's Maandags is het pakje in getuige's woning geopendmen vond er toen een portefeuille in, die van Van Vaalen bleek te zijn. Ge- tuige herkende dit eigendom van haar schoonzooner zat veel papieren geld in, waarmede men toen naar deu politie-com- missaris is geloopen, die den inhoud nader heeft onderzocht. Getuige had inmiddels van den moord te Zeist gehoord en wilde toen zóóveel geld niet in huis houden. Mr. Gerlings: „Was het pakje ge- woon met een touw omwonden en heeft Van Vaalen ook gevraagd het pakje te wil len verstoppen?" Getuige „Het pakje was gewoon irn gepakt, met een touwtje, zonder lak er op of iets. Van Vaalen heeft niets anders ge vraagd dan„Bewaar dit pakje voor me tot van avond of morgen". Van „verstop pen" is niet gesproken. Van Vaalen zit tijdens dit verhoor te turen naar de groene tafel der rechters, houdt de hand voor den mond en strijkt somwijlen over zijn baard. De rechterarm leunt op den rand van de bank. Van E© leunt achteloos tegen den linkerkant van de bank, luistert echter scherp toe, evenals Overhorst, die achter Van Ee zit. Kors heeft maar voortdurend alle aandacht voor zijn omgeving en slaat z'n oog gedurig op de perstafel ter zijde van de bank, waar hem letterlijk niets ontgaat. Volgende getuige was H. M. Blank e- i steijn, huisvrouw G. Drost, een nicht van de vrouw van Van Vaalen. Zaterdagnamiddag 16 Nov. is Van Vaalen tweemaal bij haar aan huis geweest, de eer ste maal per rijwielhij praatte toen met get. over eenige huishoudelijke dingen. De tweede keer kwam Van Vaalen terug met Van Ee; van Ee zeide o.a. dat hij den hee- Ion dag niet tehuis was geweest en dat hij niet had gegeten. Beiden sohenen een bor- röltje te hebben gebruikt. Het viel get. op, dat Van Vaalen er verwilderd uitzag. Hij sprak als gewoonlijk. President: „Heeft hij het pakje met deze portefeuille niet op een kastje bij TJ neergelegd en gezegd.: „Moeder, ik leg dit oven hier bij jo neer, van avond kom ik het terughalen." Getuige: „Neon, eerst 'sMaandags zag ik het pakje liggen. Er kwam een porte- feui'le uit met f 415. Toen get. hoorde dat Van Vaalen in arrest was gesteld, bracht ze het pakjo naar het politiebureau. De Presiden: Van Vaalen, heb je dit pakje .met de portefeuille bij getuige op het kastje neergelegd? Vau Vaalen': Ik heb er wel een pakje neergelegd, maar ik wist niet wat ër in was. De President: Weet- je, dat er f 415 in waren? Van Vaalen: Neen, dat weet ik niet. De President; Weet je, dat er een bankbiljet van f 300 in was? Van Vaalen; Ja, dlaar staat me iets van voor. De heer Dammers, commissaris van politie te Utrecht verklaart dat de weduwe Verheij en haar nicht, mejuffrouw Blanke- steijn ten zijnen bureel© de portefeuille kwa men deponeeren met het papieren geld, voor een gezamenlijk© waarde van f 475. Dit geld is door getuige Dammers in bewaring geno men mèb de portefeuille. De weduwe Ver heij en haar nicht vonden het raadzamer zóóveel gelH bij de politie af te dragen, in- stedó van het thuis onder ziok te houden. De politieinapecteur uit Zeist, de heer De Lange, wordt weder als. getuige voorge roepen, om te verklaren dat hij Zondags na den moord, verdachte Overhorst ondervroeg. Als kiassierlooper was deze wellicht .in staat eenige inlichtingen te verstrekken.. Over horst verklaarde toen, dat Van Vaalen hem wel eens per.fiets, was achterop gereden om hem te vragen 'm geld to leenenOverhorst had dit leenen aldius verklaarde hij den heer De Lange. echter geweigerd. De President: „Nu, Overhorst, wat heb je daarop te zeggen?'' Overhorst: „Dat heb ik den lieer De Lange ook zoo gezegd. Ik was te angstig om kern to bekennen, dat Van Vaalen bij mij. geld had geleend, want ik vreesde door zulk een mededeeling mijn eigen geld kwijt te raken." De President: „Maar da-ar kon je toch geen kwaad mee, dat geldleeuen eer lijk op te geven. Dat kon je niet bezwaren, i k althans kan dat voorshands niet in zien." O v e r li o.r s t„Omdat Van Vaalen mij.' het door hem verschuldigde geld reeds had gegeven, was ik bevreesd, dat geld weer te zullen moeien missen." De bode Mvan der Schantz heeft Van Ee Zaterdagsmiddags 16 November on geveer kwart na twee uur per fiets van den Vau Reeneuweg zieu komen, gaande naar de Utreohtsckenweg. Getuige herkent ter zitting in de fiets van den vermoorden Hendrik Drost het rijwiel, waarop van Ee dien middag reod. Van Ee zegt, dat dit wel mogelijk ia. Hij heeft bode van der Schantz niet gezien. [De zitting duurt voort.]

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 2