w°. 361. Dinsdag 16 Juni 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. 'n Zeemansbruid. 6" Jaargang. ERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden yoer Amersfoortf l.OO. Idem franco per post- 1.50. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Ceurant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advorteutiënmededeelingen enz.gelieve men véér 11 uur 's morgens bg de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtsehestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DMR ADTÏRTENTIBN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents by YeeruitbetaSng. Oroote letters naar plaatsruimte. Yoer handel en botfrgf bestaan zeer veordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Bene ckeuïairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. jA.au hendie met 1 Juli a. s. op dit blad inteekenen, worden de nummers die gedurende de maand Juni nog zullen ver schijnen kosteloos toege zonden. Politiek Overzicht. De verkiezing: voor liet president schap der Vereenigde Staten. Heden begiut te Chicago de nationale conventie van de republikeinsehe partij, en daarmee wordt de strijd van de beide groote partijen in het land om het presi dentschap der Vereenigde Staten geopend. Met groote spanning wordt in geheel Ame rika de uitkomst van de beraadslagingen der gemachtigden van de republikeinsehe partij tegemoet gezien. Twee zaken zijn het, die door de conventie moeten worden afge daan de vaststelling van het platform", het republikeinsehe partijprogramma, en de aanwijzing van den candidaat, die als banier drager van de ,,G. O. P.", de Grand Old Party, ook in dit jaar 'het teeken van de zegepraal aan de republikeinsehe vaan moet hechten. De „planken'' van het plattform, die naar alle waarschijnlijkheid in Chicago zul len worden vastgesteld, zijn volgens een officieus dagbladbericht de volgende pun ten tariefsherziening, hervorming van het muntwezen, vermeerdering van de vloot, behoud van de landmacht, bevordering van den handel, subsidien voor poststoom- vaartlijnen en regeling van het corporatie wezen. Onder deze punten is aan de tarief kwestie zeker de grootste beteeken is toe te kennen. Het zal moeten blijken of de repu blikeinsehe partij, die bet Ding ley-tarief, zoo genoemd naar zijn geestelijken vader, in 't leven heeft geroepen, den moed vindt in deze kwestie beslist stelling te nemen en niet, zooals tot dusver het. geval is geweest, 'besluiteloos zal laveeren tusschen de „Stand pat"-mannen, de ultra-protectionisten, en de voorstanders van het door den gouver neur van Jowa, Oommins, voorgestane denkbeeld eener verstandige herziening van het tarief. Van meer gewicht nog dan de vaststelling van het programma, is de aanwijzing van den candidaat voor liet presidentschap, waarbij die voor liet ambt van vice-president zich aansluit. Met inbegrip van de veertien ge machtigden van den nieuwen staat Okla homa, bestaat deze republikeinsehe natio nale conventie uit 978 afgevaardigden. De aanwijzing van den candidaat geschiedt hij de republikeinen met eenvoudige meerder heid van stemmen, terwijl bij de democrati sche conventie, volgens een uit den tijd van Andrew Jackson dateerend gebruik, de man, die als banierdrager van de partij in den strijd gaat, de stemmen van minstens twee derden der gedelegeerden op zich moet vereenigen. Volgens de laatste berichten, is er geen groote strijd te wachten. Het is vrijwel zeker, dat de moorderheid zich zal vereeni gen op William Taft, den minister van oor log in liet kabinet van president Roosevelt, die met zijn machtigen invloed zijne candi- •datuur steunt Volgens eene mededeeling van de Sun uit Chicago, zijn nu reods 491 stemmen voor Taft verzekerd, zoodiat de volstrekte meerderheid van de afgevaardig den naar Chicago gekomen is met het man daat om voor hem te stemmen. Als die mededeeling juist is, dan zou de zaak zeer spoedig heslist zijn. Afgezien van Taft, komen als ernstige candadaten de „Favorite sons" van ver schillende staten in aanmerking. Dit zijn de vaai invloedrijke conservatieve zijde onder steunde gouverneur van New-York, Charles E. Hughes, senator Philander Knox van Pennsylvanië, de tegenwoordige vice-presi dent Charles Fairbanks van Indiana, de voorzitter (Speaker) van het huis van ver tegenwoordigers Cannon, misschien ook se nator Crane van Massachusetts. Wanneer herhaalde stemfmingen zonder resultaat mochten blijven, dan zou men misschien zich vereenigen op Roosevelt als redder uit den nood. Wel heeft Roosovelt bij herha ling verklaard, dat hij onder geene om standigheden opnieuw de candidatuur zou aanvaarden, en onlangs heeft hij zelfs zijne reisplannen voor het volgende jaar bekend laten maken. Maar tegenover een eenstem mig votum van de nationale conventie zou de president als leider van de partij niet bij zijne weigering kunnen volharden. Maar naar alle waarschijnlijkheid zal het daartoe niet komen. Wanneer men Roose velt uitzondert, dan is Taft buiten kijf de populairste en in het ganse he land mee6t bekende republikeinsdhe partijleider. Hij be zit in hoogo mate eene in het politieke leven in Amerika bijzonder gewichtige eigen schap, den slag om menschen voor zich te winnen, hetgeen men daar als „magnetis me" aanduidt. Men roemt zijne met bui tengewone. bekwaamheden gepaard gaande geestkracht, waarvan hij inzonderheid bij zijn bestuur over de Bhilippijnen heeft doen blijken, eu is gewoon hem te noemen den mian, die het meest met takt begiftigd is in het openbare leven van Amerika. DuitschlancL De Berlijusohe correspondent van de Dortmund er Zoitung beweert, dat de Kei zer te Döberi'te bij de inspectie van de gar de-ruiterij vrij luid eu blijkbaar opdat de aanwezige- vreemde militaire attache's het Zouden hooren, gezegd zou hebben: „Het ziet er naar uit, alsof men ons omsingelen en met ons afrekenen wil. Dat zullen wij weten te verduren. De Germaan heeft nooit beter gevochten dan wanneer hij zich naar all© kanten moest verweren. Laat hen maar opkomen. Wij zijn klaar." De Dortmunder Zeitung geeft de uit lating, die baar correspondent van een ,,hoog militair" vernomen heeft, „met alle voorbehoud, dat geboden is" weer. P a r ij s, 16 J u n i. Alle bladen, die de woorden bespreken, welke de Duitsclie Kei zer op het exercitieveld te Döberitz moet hebben getaegd (zie onder Duitschlaaid), ver klaren, dat men het gewicht niet overdrij ven moet. van woorden, waarvan maar on dersteld wordt dat zij zijn gezegd. De Osnabriicker Zeitung verneemt ter be voegde zijde, dat het verzoek van den her tog van Cumberland om inlijving van zijn tweeden zoon, prins Ernst August, in het Beiersche leger, reeds sedert April aan hangig was en dat er eerst toestemmend op beschikt werd, nadat uit Berlijn een tege moetkomend antwoord ontvangen was. Sommige bladen houden zich bezig met de vraag of de Ozaar eu de Duitsche -eiaer dezen zomer weder eene ontmoeting zullen hebben in de Oostzee. Naar aanleiding daar van wordt uit Berlijn aan de Frankf. Ztg. geschreven, dat de eerste bewering, dat zulk eene ontmoeting voor de deur stond, in de Franscke pers is verschenen, en wel in dezen vorm, dat Keizer Wilhelm den wensch had uitgedrukt om met den Czaar samen te ko men. In Berlijn is daarvan niets bekend. De nieuwe gezant van de Vereenigde Sta ten, de heer Hill, is te Berlijn aange komen en reeds door den Keizer ontvangen. Eene nota van officieusen oorsprong ver raadt de strekking om den indruk uit te wisschen, die is ontstaan door de inciden ten. welke zich bij 'zijne benoeming hebben voorgedaan. Daarin worden de verdiensten van den heer Hill als geleerde en als diplo maat geroemd, en als bewijs van het hooge aanzien, dat Hill geniet in zijn land. wordt als feit aangehaald, dat in het geval dat Taft mocht worden gekozen tot president, in het kabinet, dat deze zal vormen bij de aanvaarding van zijn ambt, de portefeuille va«n buitenlandsche zaken voor Hill zou zijn voorbehouden Vorst. Kuilenburg zal, behalve wegens eene aanklacht van meineed ook wegens een aan klacht van verleidiiig tot meineed zich heb ben te verantwoorden De beide punten van aanklacht zijn in de akte van beschuldiging bijeengevoegd1 en zijl le n in het proces voor de rechtbank van (gezworenen gezamenlijk 'behandeld worden. [Het feit van de verlei ding tot meineed 4rordt in een brief van vorst Eulenburg Aan den visscher Jakob Ernst aanwezig geacht. De Keizer heeft de beslissing bekrachtigd van den raad van eer, waarbij de gepensio neerde luitenant-generaal graaf Hohenau veroordeeld is tot- verlies van den officiers- titel en van het recht tot het dragen van de uniform. Een scherpe kabineteorder is door den Keizer uitgevaardigd aan de bevelvoerende generaals in het leger tegen hoonosexueele uitspattingen in het leger. De regiments commandanten moeten op nieuw worden aan gemaand om streng op te treden tegen schuldigen, zonder aanzien van persoon of positie. Beltfft. Brussel, 15 Juni. De briefwisseling tusschen de Belgische, Engelsc'he en Ameri- 'kaansehe regeeringen omtrent de naasting van het Congogebied is heden bekend ge maakt-. Het eerste stuk is een telegram van den Belgischen minister van buitenlandlsche za ken aan de gezanten van België te Londen en te Washington omtrent een vriendschap- pel ijken stap, in privé gedaan door de ver tegenwoordigers van Engeland en de Ver eenigde Staten. Deze beide regeeringen be schouwen de inlijving als de beste oplossing van de bestaande moeilijkheden, waarbij België dan de bepalingen van de tractaten ten uitvoer zou leggen. In zijn antwoord aan de gezanten van Engeland en de Vereenigde Staten zegt de minister van buiten landsche zaken, dat het vraagstuk in volkomen onafhankelijkheid door het parlement zal worden behandeld en dat de regeering bare internationale ver plichtingen zal nakomen. In een later telegram drukt de minister de vrees uit, dat dé redevoeringen van de heeren Grey en Fitzmaurice in liet parle ment de overneming zullen bemoeilijken en het nationale gevoel zullen kwetsen. De onderstaatssecretaris Harding© zond op 30 Maart eene nota, waarin uiteengezet wordt hoe Engeland de verplichtingen op vat, die de verdragen aan den Congo-staat opleggen. Eene Amerikaansche nota van 7 April spreekt de hoop uit, dat België in geval van overneming zich zal houden aan de hu manitaire bepalingen van de acten van Ber lijn en Brussel. De Vereenigde Staten en Engeland ko men beide op voor het recht van de zende lingen om landbezit te verkrijgen en deelen hunne inzichten omtrent de invoerrechten mede. Zwitserland. Bern, 10 Juni. Er bestaat een ge schil tussclien Duitschland en Zwitserland over de teruggave door Duitschland van op uitgevoerd meel betaalde invoerrechten. Zwitserland verlangt beslissing door een scheidsgerecht. 8panJ«. Saragossa, 16 Juni. De Koning drukte in een dronk op het gisteren gege ven feestmaal zijne blijdschap uit over zijne ontmioeting mét den Franschen minister Cruppi, die was overgekomen om de ten toonstelling te openen. Wanneer honderd jaren geleden Frankrijk en Spanje met el kaar jnstrijd waren, heden heerecht eens gezindheid, die Spanje's rijikd'om vermeer dert. De komst van den Franschen minister van handel Cruppi te Saragossa v?lt samen met die van Koning Alfonso aldaar. Gezamen lijk hebben zij de Fransch-Spaansche ten toonstelling geopend, die daar gehouden wordt. De aanwezigheid van den Koning is tevens eene aanleiding tot nationale feesten ter viering van den onafhankelijkheidsoor log der Spanjaarden tegen de Fransche heer schappij. nu honderd jaren geleden, waar van het beleg van Saragossa een der schit terendste episoden is. Portugal. Lissabon, 15 J uni. In de Kamer be gon heden de beraadslaging over het wets ontwerp betreffende de aan het koninklijke huis gedane voorschotten. De voorzitter moest echter de vergadering schorsen, om dat de radicale afgevaardigde Alpoim den minister van financiën luidruchtig in de rede viel. De beraadslaging zal morgen wor den voortgezet. Heden is het proces begonnen tegen prof. Bettencourt en den ketelmaker Rebordas Zij worden beschuldigd in 1907 bommen te hebben vervaardigd, welker c.itploffing aan leiding gaf tot hunne inhechtenisneming. Rutland. De correspondent van de Vossische Ztg. te Petersburg bericht, dat in de rijkshoofdstad wordt verhaald, dat de door den Oktobristen- leider Goetschkow in zijne doemarede ge noemde grootvorsten, die verantwoordelijke ambten bekleeden, verzoeken om ontslag hebben ingediend. De rijksraad heeft het wetsontwerp op den aanleg van den Amoersp oorweg met groote meerderheid aangenomen in de door de doe- ma goedgekeurden vorm, nadat minieter-pre- sidenit Stolypin had verklaard, dat de regee ring niet alleen de verwerping, maar ook iedere verandering van de door de doema aangenomen voordracht als een bewijs van wantrouwen in haar beleid zou beschouwen. Tut*** Op den plaatselijiken commandant van. Saloniki Nazim Bey i& door een luitenant een aanslag gepleegd, die voortkwam uit Jong-Turksche motieven. Nazim Bey werd door de kuit geschotenrijn secretaris is licht gewond, een ordonnans en een schild wacht zwaar. De bedrijver van den aanslag ontkwam. Het hervormingswerk ik Maoedsnif. Uit Weenen wordt aan de Köln. Ztg. bericht, dat- men daar den stand van de Macedonische hervorm ingskwestie na de ontmoeting te Reval aldus beoordeelt Bij het groote verschil tusschen de oor spronkelijke Engelsche en Russische voor stellen en bij het inzicht van Russisehe zijde, dat een zekere grens niet kan worden overschreden, zonder tot oorlogsverwikke- lingen aanleiding te geven, is het slechts door verder toegeven van Engeland moge lijk geweest tot elkaar te komen. Engeland's voorstel hieid niet alleen den eisch in der benoeming van een zelfstandigen, zonder do toestemming van de mogendheden niet af zetbaren gouverneur-generaal, maar ook het verlangen om aan dezen gouverneur zelf standig het recht van beschikking over een zeker aantal troepen op te dragen, d. w. z. het hoogste com mandogezag van den Sulta n in Macedonië ter zijde te stellen. Deze be paling had Rusland niet toegelaten, omdat Turkije daaruit een casus belli zou hebben gemaakt en Rusland na de nederlaag iu U: si-Azië buiten staat geweest zou zijn den strijd te voeren, hetgeen Engeland het waar schijnlijk alleen zou hebben overgelaten. Omdat dit deel van zijn eischen toch geen kans van slagen had, heeft Engeland spoe dig het verlangen naar een zelfstandigen gouverneur-generaal laten vallenhet wil zich met een inspecteur-generaal onder in ternationalen waarborg vergenoegen, die hetzelfde werk kan verrichten; het wil zich dus er toe laten vinden, maar heeft nog aan het zelfstandige gezag over de troepen voor den inspecteur-generaal vastgehouden. Wan neer er nu toenadering tusschen Engeland en Rusland in de Macedonische kwestie ge komen is, dan is het mogelijk, dat Enge land ook van dezen eisch heeft afgezien. Daarmee zijn echter de Engelsch-Russische meeningsverschillen nog niet uitgeput. Enge land wenschte ook, dat de inkomsten in Macedonië in de eerste plaats worden aan gewend ten behoeve van het civiele bestuur en slechts de rest voor militaire doeleinden. Ook daarop heeft Rusland gemeend niet te mogen ingaan, om de Turksche eigenliefde te ontzien. Tot dusver heeft Engeland dit punt hardnekkig verdedigd. Wanneer dus Engeland en Rusland volledig tot overeen stemming gekomen zijn, dan zou men moe ten aannemen, dat Engeland ook dit punt heeft prijs gegeven. Marokko. Berichten uit Fez gewagen van het suc ces. dat Moeley Haf id door zijn intocht te Fez heeft behaald, maar bevestigen tevens de geruchten van zijn gebrek aan geldmid delen. Men spreekt er van, dat de in Januari afgeschafte belastingen weder ingevoerd zul len worden. Boechta Ben Bagdad i is te Fez aangekomen en door Moeley Hafid ontvan gen. In Alkassar heeft de daar voor den tocht 54 DOOR THERESE HOVEN. Ze bracht haar tijd heel rustig door, wan délde eens met lxaar schoonvader of Annette in de ,BoscJlijes of in "t Haagsëhe Bosch of maakte een rijtoertje met haar schoonmoe der. Voor haar schoonvader moest ze zich te veel inspannen om zich goed te houden. Hij 'zag de menschen om rich ibeen graag opgeruimd1 en hield niet van kniezen, om dat 't toch niet hielp. Annette was haar meestal te druk, te levenslustig. a.l dééd ze ook nog zoo haar best om sympathiek te zijn. Vleemden wilde ze niet zien. Ze wist immers, dat de Hollandei's haar, als Engel sche, haatte en .ze was te down, om haar Brittentrots te.hulp te roepen. Maar voor één diag en voor één per soon maakte ze een uitzondering. Ze wilde niet naar huis teruggaan, vóór ze tante Naatje in haar Hofje had opgezocht. Annette moest met haar moe, evenals toen, twee jaar geleden. Och! God, 't leek haar zooveel langer! En ze zouden haar mee uit rijden ne men, die lieve, goede, arme, oude dame. Even als toen, heel onverwachts. iMaar och! men kan niet twee maal 't zelfde doen in dit. wisselvallige leven en zeker niet iets prettigs. Tante Naatje was wel verrast Marion en Annette te zien en <ae ging ook wel weer mét ze uit, maar 't was heel iets anders dan toen. De oude dame merkte 't ook wel, maar ze durfde niets vragen; wel was ze heel hartelijk en legde zc alle deelneming, die ze niet openlijk wilde toouen, in de om helzing, waarmede ze haar nieuw nichtje, als zoodanig, verwelkomde. Toen, iets later, zei ze zacht verdrietig „Een treurigen tijd, waarin we leven, niet? Dat doordrijven van enkele verblinden ook...... moesten nu daarvoor zoovelen on gelukkig worden gemaakt?" Zij haatte de Engelschen niet. maar ze veroordeelde de bewerkers van -dien oorlog en ook die alleen. Ze deed niet een heel volk in den ban over een onrecht door enkelen gepleegd. Ze was toegevender eu milder in haar oordeel dan Annette, maar ze liadl ook meer ondervonden in 't leven. Ook zij had haar kruis ook zelve getorst, niemand liad 't voor liaar gedragen en daarom Icon ze, met den groeten Lijder, vergeven en zelfs zeggen: „lleere, vergeve 't hun, want ze wéten niet, wat. ze doen." Ze beklaagde ze, de verblinden En 't deed Annette, die sedert Marion bij haar logeerde, zelve zooveel minder hard was gaan oordeelen, goed, haar tante zoo te hooren spreken. Ze werd langza<->' merhaud aneer doordrongen van de eenzij digheid der Bóeren-vrienden en, hoewel hot niet in haar iop zou zijn gekomen de Engél- scheii ook maar eenigszins te verontschuldi gen, begreep ze nu toch weldat men voor zijn vijanden kan bidden, jui3t omdat ze vijanden... .verblinden, afgedoolden zijn. Ze haatte uiet, de arme, oude vrouw voor wie 't Leven zoo hard en bitter was geweest, ze beklaagde alleen degenen, wier oogen gesloten waren voor het eeuwige licht van waarheid en recht! „Ik zou toch liever Krüger of Steyn of Botha of de Wet zijn dan Chamberlain, of Rhodes of Milner of (Roberts," zei ze en Marion stemde er in toe. „Ik ben zéker, dat ze heel ongelukkig zijn, maar ze kunnen' niet meer terug. Engelschen kunnen nooit toegeven. Vroe ger was 't onze trots, ik ben bang, dat 't onze fout zal worden. „En toch is toegeven, zich in tijds terug trekken, zooveel beter. Elke stap, dien men achteruit d'oet, is, in dergelijke geval len, twee gewonnen't Is in de politiek al eveneens als in {t particuliere levenAls men nu toch inziet, dat men ongelijk lieeft, is 't toch verstandiger het .te bekennen eu niet voort te gaan op 't ingeslagen pad." Marion keek de .spreekster, die kalm voort ph'ilosopheerde, zooals oude menschen 't zoo gelaten kunnen doen, ontsteld aan. Zou zij iets vermoeden Zou rij4 begrij - pen, welk drama er in haar leven werd af gespeeld? Zou ze raden, hoe weerspannig beur liart was? Zou ze 't haar kunnen aan zien, wat er in haar omging? Plotseling kreeg ^Marion een hevig ver langen tante Naatje, de eenvoudige oude vrouw, met haar gezonde levenswijsheid, tot deelgenoot© te maken van haar lijden en verdriet. 25e wendde hoöfdpij'n voor en Vond daar in een verontschu 1 idiging om Annette niet te vergezellen naar oom Koen en tante Ge- sien, zooals eerst 't plan was geweest ,,Als je het piet vervélend vindt alleen te gaan en tante Neetsje wil an ij; houden, dan zou ik liever zoolang rustig bij haar blijven." „Och! dan ga ik ook niet. Zegt u dan maar niet, dat (we er geweest zijn, tante." „Lieve kind, dat kaai ik niet beloven. Al zou ik nOg zoo mijn best er voor doen, dan zou ik het toch niet kunnen verzwij gen. Den .eersten keer, dat ik bij hen kom, zullén ze dadelijk aan ,mij merken, dat mij iets goeds overkomen is. En als «zo er dan naar vragen en i!k móet er om jokken, gaat 't mij (toch niet goed af en flap ik het er toch uit." Annette glimlaéhte over de agitatie der oude dame, die zoo beredeneerd kon opre ken over de groote quaesbies van den dag, maar angstvallig degen een leugentje om bestwil opzag. Ze begreep ook wel, dat -het tante ..Naatje erg hinderen zou, als lae oom Koen zou man'keeren. Zii zelve was veel te bang iemand te beleedigen of te kwetsen dan dat ze zoo iets in anderen zou aanmoedigen. Annette ging dus en Marion bleef in 't Hofje achter. Het was er heel stil; eeuige bewoonsters had'den vacant ie en waren, voor een week, bijl oude kennissen of medelijden-) de familie gegaan. De anderen waren naar de avondkerk. Juffrouw Naatje was vrij wel dc eenigc, die an haar huisje was. Ze waren juist teruggekomen van 't diner, dat ze, evenals den eersten keer, bij Riche •hadden gébruikt, maar al waren de spijzen even uitgezocht en de wijn even geurig, zoo was de stemming heel andere geweest Tante Naatje had Marien plaat® doen nemen in haar eigen makkelijken stoel en had haar een kussen onder 't hoofd gescho ven en haar zakdoek met eau-de-cologne besprenkeld. Maar 't was Marion te eng in 't kleine kamertje, de lucht kwam er te spaarzaam door de kleine vensters, ze dacht, dat ze stikken zou... Dat haar eigen zenuwover spanning er niet vreemd van was, bedacht ze, op dat oogenlbli'k, niet. „Zouden we niet buiten gaain zitten?" vroeg ze eindelijk. „Of is het u te frisch V' „Mij? Wel nee, ik rit 's zomers den hee- lén avond buiten, wel tot half tien. Dan ga ik naar binnen en steek soms niets eens de lamp aan. Ik kan me wél in donker uit- kleeden en je gaat zoo lekker frisch naar bed, als je zoo uit de lucht komt." En toen gingen ze, met haar beiden, op de bank in den oudeiVetschen binnentuin zittenvoor de, van wereldsche genoegens gespeende, oude juffrouw, een Hof van Eden, waaruit ze niet verdréven kon wor den. 'Voor Marion, 't verwende luxe-kind, een eigenaardig miniatuurtje, een flauwe af spiegeling van een echten tuin met wijdge- takte boomen en ruim uitzicht. „Is 't hier nu niet Verrukkelijkvroeg tante Naatje stralend. Marion keek haar vriendelijk aan,BSj n ja." „Och! kind bij mij. Maar 't is hier lief, niet waar? En in mijn huisje ook. Dat vond Jan toch ook, toen liij d'ien winter in Amsterdam woonde. Wat kwam hij toch dikwijls bij me en altijd sprak hij, over jou... Mariou zuchtte. „Wat is dat nu? Je bent toch wel ge lukkig met hem?" Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1