X». 38.
Woensdag 5 Augustus 1908.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
C18KA VAN DANNENBURGH.
7'"
SFOORTSCH DAGBL
ABONNEMENTSPRIJS:
Por 3 maanden voor Amersfoort
Idem franco per post
Afzonderlijke nummers
f I.OO.
- 1.50.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
AdvortentiSnmededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Ellto regel meer - O.IO.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling.
Oroote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteoren in dit Blad, bij abonnement. Eene
circulairebevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgevingen..
Schietoefeningen.
De Burgemeester van Amersfoort brengt tei
kennis van belanghebbenden, dat ingevolge
modedeeling van den Minister vara Oorlog schiet
oefeningen zullen worden gehouden en wel:
a. op 11 enl zoo noodig ook op 12 Augustus
1908 van het fort Harssons. Er zal gevuurd
worden met kanonnen van zwaar kaliber (30
c.M.) waarbij onveilig wordt gemaakt do rede
van Texel tot op 9000 M. van het fort.
Op de dagen, w aai op gevuurd wordt, zal van
liet fort een roode vlag waaien van minsters één
uur voor den aanvang der schietoefeningen tot
aan het einde daarvan, alsmede gekleurde vlag
gen, aangevende de ware richtingen, waarin ge
vuurd zal worden.
Bovendien zullen op die dagen groote waar
schuwingsborden: worden geplaatst aan den in
gang der havens en op do batterij Vischmarkt,
vermeldende in welke richting dién dag gevuurd
zal worden, terwijl nabij het torpedomagazijn, en
aan d:en ingang der haven borden zullen wor
den geplaatst, waarop is aangegeven: de betee
kenis der gekleurde vlaggen, als volgt: rood
witte vlag beteekenit Noord, wit-zwarte vlag
N.-0., zwarte vlag Oost. De data der schiet
oefeningen zullen nader in enkele plaatselijke
bladen aangekondigd worden.
b. op 5 en zoo noodig ook op 6 Augustus 1908
van het fort Pampus.
Er zal gevuurd worden met kanonnen van
zwaar kaliber (24 C.M.) waarbij onveilig wordt
gemaakt een sector, begrensd door do richtin
gen ongeveer N.-0-, tot ongeveer Oost (45°) tot
op 9000 M. van het fort. Op de dagen, waarop
gevuurd wordt, zal van liet fort Pampus een
roode vlag waaien, van minstens één uur vóór
den aanvang der schietoefeningen tot aan. het
einde daarvani bovendien zullen tegelijkertijd
roode vlaggen waaien van de batterijen Diemer-
dam en Durgerdam, de Westbatterij nabij: Mui
den en den kerktoren te Muiderberg.
Amersfoort, 4 Augustus 1008.
De Burgemeester noornoemti,
E. L. VISSER, l.-B.
Vervoer van Vee.
De Burgemeester van Amersfoort;
Gelet op de beschikking van den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel, d.d. 29 Juli
1908;
Brengt ter algemeene ken'uiis, dat met ingang
van 3 Augustus 1908 wordt ingetrokken het ver
bod van het vervoeren van herkauwende dieren,
uit het overige gedeelte van het llijk naar een
kring, omvattende:
1. Noord-Branbant
2. Gelderland;
3. het gedeelte van Zuid-Holland, gelegen ten
Zuiden van de Maas en de Lek
4. do eilanden Texel, Vlieland, Terschelling
en Urk;
5. Zeeland, 6 Utrecht, 7 Friesland, 8 Overijs
sel. 9 Groningen, 10 Drenthe, 11 Limburg.
Amersfoort, 3 Augutus 1908.
De Burgemeester van Amersfoort,
E. L. VISSER, l.-B.
Politiek Overzicht
De omwenteling in Turkije.
Wij zijn n-og niet aan het einde van de
verrassingen, die Turikije ons in deze dagen
brengt. Met iederen diag [komen er udeuwe.
Maa.r de grootste verrassing van allen is de
kalmte, waarmee deze omwenteling in haar
werk gaat. Het bericht der reconstructie
var. helt kabinet kon den indrink maken, dat,
er iiioeielijkhedea waren ontstaan. Nader is
iutus&ohen géb'eken, dat die reconstructie
hei gevolg is vaai eene door den sultan, op
aandrang van de leiders der beweging, ge
nomen beschikking, die den grootvizier het
recht geeft zijne medewerkers te kiezen. Al
leen de-benoeming van den sjeik-uil-islamden
minister van" oorlog* en den minister van
marine heeft dé sultan zioh zelf voorbehou
den overigens heeft de grootvizier liet
recht zelf zijne medewerkers te kiezen, wéllko
keuze hij slechts aan den sultan tea1 goed
keuring heeft voor te leggen. Ais uitvloeisel
van deze nieuwe beschikking heeft Said
Pacha, die als grootvizier is aangebleven,
hei- kabinet op nieuw samengesteld.
De Nordd Alg. Zedtung constateert,
dat de omkeering in den toestand van hot
Osmanoedhe rijlk tot lieden vrij vain uitspat
tingen gebleven i6, „een feit, dat alle op
rechte vrienden van eene vreedzame en on
belemmerde ontwikkeling der zaken in Tur
kije met voldoening zullen begroeten. In de
tairijke betoogingen, wéliker booneel Kon
stantinopel is geweest', heeft aieth de gehecht
heid aan den monarch geuit. Haar toppunt
schijnt de geestdrift verleiden Vrijdag te
helbben bereikt, toen de siuiltan, in zijn rij
tuig staande, te midden van de ongehinderd
hem omstuwende menigte zioh naar het Se-
Lamlilk begaf. Na het Selarnlik ontving hij
het corps diplomatique in audiëntie. Bij
deze gelegenheid begroette de sultan bijzon
der hartelijk den Duitschen vertegenwoordi
ger, gezant ven Kiderlen-Waeohterdie de
groeten van den Keizer overbracht en 's Kei
zers wensch uitdrukte, dat dé nieuwe, door
dien sultan met zooveel wijsheid en zonder
voorbehoud betreden weg zijne regeering en
zijn Land tot geluk en zegen zou strekken.
Dootr dezen door den gezant von KiderLen
in opdraicht van Z. M. uitgedrukten wensch
is de positie van de Duitsche politiek tegen
over de omkeering in het Tuoteqbe rijk dui
delijk geikenteekend. Wij wenschen in Tur
kije een sterk, vrij volk onder een verlich
ten heerscher Als gewichtigste easch van
den nieuwen toeeband komt het ons voor,
dart. de zoo veelbelovend begonnen en tot
dusver riet onderbroken voeling tusschen
deai sultan en de leiders van de Turfksche
natie- door geen uiterste invloeden vaoi de
eene of de andere zijde weer worde ge
stoord. Het geloof aan de voortreffelijke
eigenschappen in het karakter van het
Turksohe volk is tot dusver niet beschaamd,
en wij zouden ons bij de hoopvolle verwach
tingen van onze Turkscihe vrienden gaarne
willen aansluiten. Uit den loop van de ge
beurtenissen tot dusver willen wij heb ver
trouwen putten, dat het aan het Osman i-
sqlie rijlk zal gelukken, in goede eendracht
tuseohen heerscher en vol'k de baan vrij te
maken voor eene gelukkige toekomst in den
zin van vooruitgang in vrijheid en nationale
versterking."
Wanneer de sultan zijn aanzien nog
steeds heeft kunnen bewaren, het is toch
gebleken, dat de drijvende kracht in deze
beweging door het leger wordt uitgeoefend.
Heb leger heeft de grondwet afgedwongen
en ook den eed, die in tegenwoordigheid van
den sjeik-ul-islam door den sultan op de
grondwet is afgelegd. Welke de drijfveren
zijn, die daarbij hébben gegolden, wordt
door de Köln. Ztg. aldus uiteengezet:
,,Op zioh zelf is de grondwet eene onver
schillige zaak voor het officiers/korps, dat de
beslissing gegeven heeft in deze omkeering.
Het ziet daarin een krachtig wapen tegen
de vroegere autocratie en bovenal het beste
lokmiddel om de christelijke bestanddéelen
der bevolking te winnen. Uit zuiver theore
tische geestdrift voor een grondwet zouden
de officieren niet tot de beweging zijn over
gegaan. Zij wildon een einde maken aan de
volkomen bestaausonzekerheid, die op ieder
van hen drukt, aan de willekeurige verban
ningen en afzettingen en de bevoorrechting
van lage elementen, die door spionnendienst
aan hunne kameraden zich de gunst van
het paleis helbben verworven. Tegelijk ech
ter willen zij aan de Europeceche inmen
ging paal en perk stellen. Hun trots komt
er tegen op, dat vreemde officieren in het
land rond trekken alsof zij baas zijn, dat
vreemde ambtenaren het bestuur controlee-
rena en dat onder den dekmantel der invoe
ring van hervormingen maatregelen worden
genomen, die naar hunne mcening slechts
het doel hebben het Turksohe rijk uiteen te
doen vallen. G-roote verbittering heeft het
ook verwekt, dat de vermoeiende vervolging
van de bendén altijd zonder afdoende resul
taat moest blijven, omdat dé naburige star
ten aan de vluchtende komitadji's veilige
schuilhoeken verleenden, waar zij konden
uitrusten om met frisscbe krachten weer aan
het rooversleven te gaan. Terwijl de vreemde
gendarmerie-officieren geregeld hun trakte
ment kregen, hadden do inboorlingen
maandenlang te wachten voordat er beta
ling kwam. De nood zou nog grooter go-
worden zijn, als zij niet naar oud gebruik
verpleging in natura kregen. Juist'de dege-
lij'ksteu on bokwaamsten worden bovendien
meer en meer door de gedachte gekweld,
dat zij door superieuren, wie zij zedelijke
tekortkomingen en onbekwaamheid in liet
'beroep verweten, genegerd en in hunne vrij
heid van 'beweging bekort werden. Men moet
uit den mond van aeze mannen beschrijvin
gen gehoord hebben om te vore taan, hoe
hunne liefde voor het vaderland en voor het
'beroep, d'ie aanhoudend gekrenkt werd, hen
ten slotte dreef zich heimelijk bij elkaar
aan te sluiten en daarna openlijk op te
staan. Van fanatisme is bij ben geen spoor
te nierken, en waar zij de leiding in handen
hadden, zooals b.v. in Ueskub, heerscht in
alle maatregelen volkomen zekerheid, stipt
heid en consequentie. Wat zij willen is de
wedergeboorte van hun vaderland door
eigen kracht, genezing van zijne ernstige
kwalen door eigen geneesheeiren, niét door
vreemden. jJe kruistocht tegen nibbaimme-
daansdh Turkije, dien zekere Engelsebe krin
gen prediken, is geheel zonder grond, en
het gejuich, waarmee de christenen en de
joden zich bij de beweging aansluiten, toont,
dat ook deze doelen van het Tuiksohe volk
meenen, dat hunne belangen het best bevei
ligd-zijn, als het bestaan van hot Turkscho
rijk verzekerd is."
Duitschland.
Het- beticht van het overlijden van den
chef van 't civiele kabinet van den Keizer,
den hear van Lueanus, is niet bij verras
sing gekomen. Reeds voor eenigen tijd was
bec b&kemd geworden, dat hij ernstig ziek
was, en bij zijn hoogen leeftijd moest men
rekening lnouden met die mogelijkheid, dat
de ziekte een doodelijken afloop kom hebben.
In 1888 maakte de jonge Keizer hem tot
chef van zijn civiel kabinet, en dit gewich
tige en invloedrijke amibt heeft de heer von
Lueanus tot aan zijn dood bekleed. Vroeger
was hij als ambtenaar aan het departement
van ouderwijs en eeredieust, waarbij hij in
1859 in dienst trad en het bracht tot onder
staatssecretaris. Hij was in 1831 geboren te
Halberstadt.
Straatsburg, 4 Aug. Graaf Zeppe
lin is om 11.50 Slier aangekomen. Hij werd
begroet door eene menigte vam vele duizen
den. Hij voer om deu Minister heen en ging
daarna stroomafwaarts verder. Uit den gou-
ddl zond hij een kaartje met de voorden
Prachtige tocht, richting Mannheiim,
12.10. Zeppelin."
Oppenheim, 4 Aug. Graaf Zeppelin
is omi ongeveer zes uur, wegens een gebrek
aan den motor, midden op den Rijn, onge
veer een half uur van hier, neergekomen.
In den loop van den namiddag vulde
graaf Zeppelin zijn benzinevoorraad aan.
Aan de oevers waren groote mcnschcnmenig
ten verzameld. Herhaalde malen liet het pu
blick graaf Zeppelin leven en hief vader-
landsche liederen aan. Nadat de duisternis
was ingevallen, -begonnen de toebereidselen
om den tocht voort te zetten. Om kwart
over tien steeg do ballon statig op onder
'het luide hoerageroep van het publiek. De
ballon ging eerst stroomopwaarts, verander
de daarop van richting en sloeg den weg
naar Mainz in.
Mainz, 4 Aug. De ballon van graaf
Zeppelin is om elf uur 's avonds Mainz ge
passeerd zij maakte eene wending beneden
de brug an begon daarop stroomopwaarts de
thuisreis.
Stuttgart, 5 Aug. Graaf Zeppelin,
die om 1.45 's nachts Mannheim passeerde,
ging om 4 uur in don morgan over de Wur-
tennbergsabe grens bij Eppdngen in de rich
ting naar Stuttgart. Om 5.10 kreeg men
hem te Ludwigsburg in het oog.
Tweede telegram. Graaf Zeppelin
ging om 6.20 's morgens over Stuttgart in do
rioli g van Noord naar Zuid.
Frankrijk.
C o r b c i 1A Aug. Er is besloten mor
gen deu arbeid te hervatten.
Rusland.
Na het einde van de eerste zitting vau de
rijksdoema werd in de Russische pers de
vraag opgeworpen of aan de afgevaardigden
zou wordon toegestaan, in vergaderingen
aa"i hunne kiezers regenschap te geven van
dc verrichte werkzaamheden. Het antwoord
daarop is vervat in eeaie beschikking van
den gouverneur van JekaJlerinceHiaiw op een
verzoek van deu scciaall-dJamooratischen af
gevaardigde Kusanezow om eene vergade
ring te beleggen. Hij ontving daarop het
be&chc. dat dit alleen geoorloofd was aan
de gdegaliscerde partijen, dA w. z. de okto-
bristen en de rechts van hen staand©
politieke partijen.
De nieuwe landdag van Finland heeft tot
talman (voorzinter) gekozen den Jong-Fin
Swinhuvud, die ook van de beide vorige
landdagen voorzitter is geweest. Tot on
dervoorzitters werden gekozen een socialist
cm een oud-Fin.
Turkije.
Volgens een bericht uit Konsbantinapel
aan de Exchange Telegraph Company hooft
de sultan Zaterdag j.l., voor het eerst na
zijn troonsbestijging, een wandeling gemaakt
door de straten van Konstautiuopel, sleohts
vergezeld door een enkel o waardigheidsbe-
kloeder en geluisterd naar de gesprekken over
de onderwerpen van den dag, die door do
voorbijgangers op straat werden gevoerd.
Daar men hem niet herkende en bovendien
niemand kon vermoeden, dat de Sultan zoo
iets zou ondernemen, bereikte hij het paleis
weder, zonder dat iemand er achter kwam,
wie de beide wandelaars waren. Maar korten
tijd nadat 'hij weder 'binnen was, werd het
gebeurde bekend én verzamelde zioh eeta
groote menigte voor het paleis en gaf daar
door luid gejuich uiting aan hare voldoening.
In het nieuwe ministerie,^dat gewarmd is,
is de grootvizier Said op zijn post gebleven.
Eveneens zijn aangebleven de sjedk-ul-isLaim
Mebmed Djemal -xldm, de minister van
oorlog Oaner Rusahda, van marine Nami,
van buitenlandsch© zaken Tewfik en van on
derwijs Haschim. Kiaroel is minister zonder
portefeuille en als tweede minister zonder
jjorbefeuille is in hét kabinet opgenomen de
voormalige grootvizier i minister van justi
tie Abdur Rahman. De overige ministers zijn
nieuwe mauueu.
De sultan hoeft zich, zooals reeds werd
bericht, alleen de benoeming voorbehouden
van den sjeik-ul-islam, wiens godsdienstige
positie en verhouding tot den khalif 't be-
grijpelijk malken dat inj niet als politiek lid
van het kabinet kan worden beschouwd, en
van de ministers van oorlog en marine. Voor
alle overige ministerieel© ambten geldt bbaus
het beginsel, dait niet het ihoi maar de
grootvizier de beslissende stem moet hebben
ïu hunne bezetting.
De correspondent Van de Fraiukf. Ztg. te
Konstantinopel bericht, dat Naoem Pacha,
de minister van openbare werken, reeds weer
zijn ontslag genomen heeft, en dat men van
meening is, dat liet kabinet in zijn tegen
woordige samenstelling niet van duur zal
zijn, omdat heb te veel personen bevat, die
onbekwaam zijn om zioh aan den nieuwen
toestand aan te passen.
In alle kazernes loggen thans de troepen
den eed af op de grondwet. De beteekenis
d'aiarvan is, dat het leger tegen ioder, zelfs
tegen den sultan, de wapenen zou opnemen,
die de grondwet zou willen schenden. In de
artillerie-kazerne te onstantinopel werd do
eedsaflegging, op uitnoodiging van het korps
officiereu, ook bijgewoond door eenige niet-
soldaten. De commandant Sagib Pacha las
aan de op het binnenplein verzamelde troe
pen de eedsformule voor, die door dezen met
geestdrift werd nagezegd. Hierna las een
priester gebeden uit den koran, en ©en jonge
officier hield eene toespraak, waarin hij de
beteekenis van den pas afgelegden eed uit
eenzette. Tob besluit defileerden de troepen
voor Sagib en de om hen verzamelde bur
gers. De plechtigheid verliep ouder de zich
steeds 'herhalende loeten van Leve de sul
tan.
Over den invloed vam de Turkscho vrouwen
op de beweging, constateert de correspondent
van do Neue Freio Presse in Konstantinopel,
dat zij niet alleen daarbij eene groote rol ge
speeld hebben, maar ddo ook blijven spelen,
omdat zij de geestdrift aanvuren. Deze hou
ding is ongetwijfeld ook tot persoonlijke mo
tieven terug te breugeninzonderheid tot heb
streven om meer vrijheid te krijgen. Het
hoofdmotief is echter do vaderlandsehldevende
geobitdirifit, die gevoerd wondt door de steeds
grooter wordende Europeesche wijzen in op
voeden dei* vrouwen.
Do hoofden van Servische benden in Mace
donië, de wojwode Gligor Sokolowitsch, J<>-
van Babriusky, Jovan Dowesonsky, Mizka
Poretzky en anderen, hebben eene vergade
ring gehouden, waarin zij besloten naar hun
vaderland terug te koeren.
Marokko.
In Casablanca loopeu tegenstrijdige ge
ruchten over do tegenwoordige verblijf-
25 Mevrouw M. C. e OVINK—SOER.
Slecht en lichtzinnig was die andere ge
weest, doch ze wilde, ze kon niet voor haar
boeten
Met wijd geopende oogeu staarde 't onge
lukkige meisje Tilanius aan, en terwijl haar
bevende lippen nauw verstaanbaar, „neen,
o neen" stamelden, ijldie zij heen, haar ga
lant ontnuchterd en zeer onstemd achter
latend.
Wat beteekenden die malle kuren? Was
Ciska op eens gek geworden Wat drommel,
zo liad hem toch uit vrijen wil genomen,
door niemand gedwongen. En al was ze in
de verloopeu weken een alles behalve tee-
dere bruid" geweest, ze hield toch wel van
hem, om welke reden ter wereld zou ze hem
anders het jawoord hebben gegeven?
Knorrig en door sombere voorgevoelens
gekweld, reed Tlanius naar huis, zijn boozeu
luim met menig onverdienden zweepslag aan
zijn^ arm paard koelend.
En Ciska wrong intussohen radeloos de
handen en zag geen uitweg. Had zij recht,
zender eenige aanleiding 't eens gegeven
woord terug te nemen? Ze kon Tilanius
immers onmogelijk zeggen, dat ze hem al-
leen genomen had om haar grievend be-
leedigden trots te bevredigen.
Zelfs vader zou haar gedrag verooidee-
len als laf en verachtelijk
Moeder's stem wekte Ciska uit haar
droeve gedachten, 'b Hoofd om de deur
stekend, vroeg zij ,,Wat is er toch met
Tilanius? Ik denk hij blijft rijsttafelen, en
nou lijdt hij weg. Jij: hebt gekibbeld met
hem
„Neen moeder, in 't gelheel niet," ant
woordde Ciska, haar beschreid gezichtje
zooveel' mogelijk afwendend.
„Nou, ik dacht aoo," hield mevrouw
achterdochtig aan. „Jansje wil jou spre
ken," vervolgde ze, „ziji al drie maal hier
geweest.
Hat kind, ziji heeft de tering in haar
schoenen," vertelde (móéder meewarig.
„Santé Peetje is toch zoo ongerust over
haar dodhter, want Jansje, zij; eet niet en
wordt al maiar mager. Ziji wil geen obat
(medicijnen) nemen, misschien komt zij bij
jou om raad."
't Lig Ciska op de lippen om te zeggen
„Maar ik kan haar nu niet ontvangen,"
doch zij herinnerde zich met eenig zelfver
wijt, dat ze nog volstrekt geen notitie van
Jansjo had genomen sin'ds haar thuiskomst.
Hus verzocht ze: „Wil u Jansje maar bin
nenlaten, moeder?"
't Meisje bleef in de 'kameropening staan,
en keek Ciska verlegen aan. Haar vroeger
zoo bloeiende gelaatskleur was vordiwenen
en het smalle gezichtje eag er vreemd ver
trokken uit.
Ciska trad Jansje tegemoet, en trok haar
op de bank. „Wat hoor ik, Jansje?" sprak
zo 'hartelijk, „ben je niet wel? Wat scheelt
er aan, kind?" Haar stem klonk schor en
omfloersd door de pas vergoten tranon, do
nauw bedwongen smart trilde er nog in
na.
„Heef nonna Fran ciska ook verdriet?"
j vroeg Jansje, „en ik denk nog al' die non-
na zoo gelukkig, en 'k anoet haar nog ge-
j lu'kwensalien met 't engagement. En
t ach, hemellieve God, g(h)elp Jansje
toch," en 't kind 'barstte eensklaps in bit
tere tranen uit, stortte neer aan Ciska/'s
voeten, terwijl zij, den zoom van haar ja
pon krampachtig vastgrijpend', 't gebogen
■hoofd in haar sohoot verborg.
„Wat is er dan toch, Jansje?"... en Cis-
ka trachtte haar gezichtje op te heffen.
I Doch 't meisje drukte dit des te vaster in
de plooien van CiSkai's kleed, en ging voort
j zoo hopeloos droevig te schreien, dat het
pijnlijk was om aan te boo ren.
Met zacht s tree lende vingers gleed Cis-
ka's 'hand over Jansje's 'hoofd, terwijl zij
i bemoedigende woorden fluisterde. Maar het
diuurde een geruimen tijd eer 't meisje
I naar rede wilde luisteren. Elindelijk zag zij
j op en Streek zich de verwarde haren uit 't
beschreid gelaat.
Ze wilde echter niet opstaanAan Cis-
ka's schoot geknield, stamelde zij haar,
door zuchten en snikken afgebroken, biecht.
Ze wist zeik'© niet, hoe zo vandaag den
moed gevonden had tot Ciska te gaan,
want de geheel© -weck al had ze dit telkens
beproefd en op 't laatste oogenblik toch
niet gedurfd.
Nu .Ciska. 'haar zoo vriendelijk en harte
lijk tegemoet was gekomen, viel 't haar
echter zoo moeilijk niet meer haar gemoed
te ontlasten. CilSka wist niet hoe radeloos
ongelukkig Jansje zich voelde. Neen, zo
was niét gekomen om de nonna geluk te
wenschen met hare verloving. Geen grooter
leed had Jansje kunnen treffen dan dat
Li3ka zich engageerde met den man, die
haar toebehoorde.
Toen 't nieuws, dat Ciska ou Tilanius
'verloofd waren, tot haar doordrong, wilde
Jansje dit eerst niet gelooven. Naderhand
had ze, in woede en wanhoop, iedereen ge-
haat en iedereen dood gewenscht, zich
zelve in de eerste plaats. Want Tilanius"
j had hot recht niet een ander meisje te hu-
j won dan 'haar, Jansjo Wullcrs, daar hij
haar (beloofd had zijne vrouw te worden.
Geen oogenlb'lik was do gedachte bij Jansje
opgekomen, dat Tilanius 't niet ernstig met
haar meende. Ze had hem zielslief, ook nu
nog, al was hij sledht en valsch tegenover
haar geweestAls fatsoenlijk man
.moest hij, 't meisje huwen., dart. hij zijn
woord had gegeven
„En o, nonna Francislca, als u mij
g(h)elpt, 'hij zeker tot mij terug komt," ibe-
floot Jausje haar droevig verhaal'. „Jansje
al zooveel gebid en gesmeek aan God, en
nou zij bidt en smeek u duizend maal.
j Zeg Robbert toch„Jij krijg jouw woord
j terug, jij moet met Jansje trouwen"
Met een 'haar zelve bevreemde kalmte
bad Ciska Jansje laten uitspreken, zich
alleen verbazend over het naif vertrouwen
van 'het meisje. Ze sdhocn göhcel te ver-
geten, dat ze tot de verloofde sprak van
haar ontrouwen minnaar.
't Bledk /wel 't beste bewijs hoe onver
schillig Tilanius haar 'was, daéht Ciska, nu
ze geen awedm Van ergernis of ontroering
gevoelde over hetgeen haar aanstaande aan
j dit meisje beloofd (hadEven kwam do
opluchtende gedachte bij haar op: „God-
dank, nu behoef ik niet met hein te trou-
j wen," en teen wondde zij zich tot Jansje.
Ciska had te doen met het kind, want zij
geloofde niet, dat Tilanius haar ooit zou
I huwen. Hij vond Jansje dom en onbetee-
kenen'd, dat had' 'hiji dikwijls genoog ver
teld aan wien 't maiar hoeren willdc, en hij
zou zidh het nouuaiatje dus zeker uiet als
vrouw laten opdringen.
,,'t Ben zoo ibang, arme meid," sprak ze
eindelijk, terwijl ze Jansje bedroefd aanzag,
„dat 't je niet veel helpen zal, al schrijf
ik aan Tilanius, dat alles tusschen bom en
mij uit moet zijn. Je moogt wel wéten, dat-
ik toéh al op 't punt stonld hom te bedan
ken, omdat ik niet geloof, dat hij en ik op
den duur gelukkig kunnen worden.
Jansje scheen niet veel verstaan te hdb-
ben van de laatste woorden. Geheel vervuld]
van baar eigene droeve gedachten, tuurde
zij naar buiten, en gaf zich zelfs de moeite
niet. hare nog steeds vloeiende tranen af
j te wissohen.
„Toe Jansje," drong Cidka vriendelijk,
„wasch. je getzicht en 'handen eens, dat zal
j je opknappen." Zij betrte Jansje's gloeiend
gezichtje, en den arm beschermend om het
zenuwachtig 'bevende meisje heen leggend,
ajjra'k ze diep bewogen: „Arm kind, ik
heb erg meelij met je, en zal je helpen zoo
veel 'k malar kan. Ciska laat je niet in den
steek, hoor JansjoHoud unaar goeden
moed misschien loopt alles nog béter af
dan je nu denkt.
Weet je moeder er van?"
„Ja, moeder zeg ook.: „Tilanius trouwt
jou. er. toon hoor 'k 'op eens, dat hij u ge
vraag," klaagde Jansje.
Wordt vervolgd.