jr. «6. 7d° Jaargang Woensdag 2 September 1908. W BUITENLAND. FEUILLETON. CINDERELLA. kt tot ?dai!le ïr In- AMERSFOORTSCH DAGBLAD zake adé- tken men yl-sfc, ons, nen van van zal zal eft ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post- 1.50. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF 6 C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1B regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Een# circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Het constitutioneele vraagstuk in Egypte. „Egypte is oen dééd van het Obtain aam- rijk. Zijne 'bevolking ijs wdlïidkit de et ontwiklkeC.de en beecilia a.fide van alle. te-, van den Grooten Heer. Waarom dan uien ons Egyptewaren, met de weldaad .deelachtig wedden, die d© genade van on een Padisjah aam ail zijne vólkern bewees.*-' Zoo ongeveer luidt de Vraag, die thans in d^en memd van alüe Egypitenaren is. Alle andere wensdhem en idéalen venzinken bij dien eemen grooten roep om de camstitutiie. Mem kan heden geen ©nkéle der tallo/oz© Ejgyptisdhe couranten meer openslaan, zon der in bijna iederen zin op (het woord „Sas- tür constitutie te stuiten. Den Nu- bischen dorpel'wachfcer, zoowel als den ver- framsdhten Bey brengt het woord in gelijke mate van geestdrift. De drie groote par tijen, de nationalistisefhe-de hervormings- eu de volkspartij, die anders niet bijzon der op elkaar pleegden gesteld te zijn, zijn het op dit punt bewonderenswaardig eens: Egypte schrijdt naar een pariement". Of men nu, aooails de radicale nationalisten doen, van den K'hedivo de vrijheid eiso'ht, of Izooafls de gematigde volkspartijenpetities naar Sir Eidlward Grey in Engeland zendt, of ten Plotte den Sultan smeekt zijnen Wali AWbas II tot de oonstitutie te adViseeren, dit blijft in den grond der zaak hetzelfde. Natuurlijk is het niet. alleen Biet plotse ling lomtwaakite verlangen naar de parle mentaire virijheid, hetwelk dit voor Ooster- sölie verhoudingen buitengewoon liberaal -geregeerde volk tot zullk een enthousiasme opvoert. Zooalls in Turkije d© grondwet als ©on weetrmidldel tegen ©ene dreigend© Euro- peesohe tussdhexxlkonxst wordit gebezigd, zoo ziet men iix Egypte daarin eeue mogelijk heid "om oxxder de lasttige Engelsohe voogdij uit te komen. Op grond van deze overwe gingen zou ook de Khedive eene constitu tioneele bejperkiing zijner thans onbeperkt- representatieve positie niet al te ongaarne ziien Hoe ware bet anders te verklaren, dat 'het Z. Hoogheid onibetwiét zeer na staainde orgaan der hertvormin-gspart ijde Moaijad, in den strijd om de grondwet eeue leidende rol speelt?" aldhxs vraagt een correspon dent van de Pra'nikf. Zeituxxg te Cairo, wiens indnxk en meening hieohoven 'werden ge- sdhetöt. „Engeland" zoo meent dee© brief schrijver -- „heeft tegenover de miet eerst sinds gisteren bestaand© 'beweging tot dus ver een weinig de rol van den struisvogel gespeeld. Nog in April van dit jaar, toen Load Cromer's opvolger Sir EIM'on Gorst in een door hem aan de. negeering in 'heb moe der! ahd gerioht rapport de meening uit sprak, dat „de groote meerderheid der hoo- gere- en middenklassen geene uitbreiding van bet beginsel van „s e l f-g o v e r n e- m e n t" -wenséhte, was dit ailreede een be wering, waarbij de wexxsdlx de vader der ge dachte was. Thanxs zou het den Engelsdhen pro consul moeilijk vallen buiten een paar duizend misnoegde Koptexx ook maar eene noemenswaarde minderheid voor zijne opinie in 'beweging te brengen. Van Elxxgellscthe zijde laat men tegen de constitutie geilden, dat de geroot© nxassa van het- volk, de Fellah's, over 't algemeen niet voor het denkbeeld van ©en parlementair regeer-systeem rijp is. Wel zijn 90 der Egyptenaren analfabeten. Wien hiervan de schuld treft, behoeft hier niet oxxderzocht te worden. Men moet evenwel niet vergeten dat dit op zichzelf niet on-intelligente volk door eene systematisch gevoerde, op geen en kele wijze verhinderde agitatie door veraf gode partijleiders de parlementaire denk beelden nader gebracht zijn dan menigen Oost-Elbischon boer. 'En om een afgevaar digde te kunnen kiezen, die d© belangen des lands met verstaxxd behartigt, behoeft de Fellah niet onvoorwaardelijk te kunneix lezen en schrijven. In elk geval zal de Britsehe regeering zich in de naaste toekomst gedwongen zien op de eene of andere wijze tegenover de grondwetskwestie een ©enigszins ernstiger standpunt in te nemen daxx tot dusver. Eene Egyptische constitutie zou voor de Engelsclxe bezetting ongetwijfeld een harde noot zijn. Oproer zouden de Britten ook bij dit zachtmoedigste aller volken bezwaarlijk t« vreezen heb'ben, zelfs wanneer ze hard nekkig zouden weigeren zijne wenschen te vervullen. Eene natie van 13 mi'llioen ech ter, die naar vrijheid in eigen kring snakt-, dit hoogste van alle goederen te onthou den, ware voor het aanzien van -liet 'liberale Engeland, dat zoo gaarne do mooie phra-se van de volken bevrijdende paoc Brit-tannica bezigt, xxiet alleen in -het Oosten, doch ook xu Europa een harde stoot. Men heeft het daarom niet ver mis, wan neer men aanneeimt, dat de ver ziende Britsehe politiek binnen afzienibaren termijn aai* de eerste eventualiteit 'boven de tweede de voorkeur zal geven en, evenals aan Transvaal, zoo ook aan liet land van den Nijd, in welken vorm dam ook, eene grond wet zal verleenen". In verband met bovenstaande uitingen van den oorrespondent der Frankfurter Zei- tung is het niet van belang ontbloot ken nis te nemen van eenige opmerkingen t weike juist dezer dagen in de Eugelsche pers over de Egyptische kwestie tot uiting worden ge bracht. Zoo heeft de Daily News een artikel, ge titeld „Waarom Egypte bezetten?" Het blad wijst daarin op den nieuwen geest, die thans door de Oostersche landen vaart. Begonnen in Rusland, drong de be weging plotseling tot Oostenrijk door, be reikte ze Perzië via- den Kaukasus en vond ze ten slotte haar krachtigste uiting in Turkije. Wij beleven een Oostersdh 1848 ex. de omwenteling in Turkije zal ver buiten de grenzen van dit rijk worden gevoeld. Vanzelf komt de Daily News tot. Bosnië en analoog daarmede Egypte. In Bosnië en Herzegowiixa- wil, zooals wij, geméld hebben, Oostenrijk een veitegenweer- digend' bestuur invoeren of deze landen met toestemming der mogendheden eenvoudig annexeeren. De toekomst vaai Bosnië gaat ons direct niet aan zegt de Daaiy News dodh ze is voor ons van belang met het oog op de analogie welke dit land biedt met Egypte. Wat ook ten slotte het lot van Egypte moge zijn, van één ding is het blad zeker dat, indien alles goed gaiat in Turkije, Engeland niet kan blijven voortgaan den Egypten-aren regeering bij eene grondwet, te weigeren. Het blad ziet dit uiteen op gronden die eene merkwaar dige overeenkomst vertoonen mét hetgeen de correspondent der Frankf. Ztg. als zijn mee ning ontvouwde. De Daily News knoopt aan deze beschou wing nog eene uiteenzetting vast van wat Engeland verder tegenover Egypte behoort te doen. Het herinnert er aan, dat lord Salisbury reeds in 1889 bereid was, de daadwerkelijk© suzereiniteit van Turkije over Ëgyte te er kennen en dit land door de Eugelsche troe pen te doen ontruimen. Hoeveel te eerder zou men nu daartoe kunnen overgaan, in dien de regeneratie van Turkij< van blij- venden aard blijkt en daar dan een veel be tel© toestand zal zijn in het leven geroepen dan in 1889, toen de corrupte paleisikliek er nog almachtig heerschte. Gelukt het Turksche experiment dan zal liet niet kunnen uitblijven, dat ook aan Egyte een grondwet wordt verleend, maai* dan behoort, meent de Daily News, ook aan de Eugelsche bezetting een einde te komen, overeenkomstig de gedane beloften. Het blad bepleit tevens de waarde eener vriend schap met Turkije, dat door eenige inwen dig© hervormingen een machtige militaire staat lca-n worden, welke vriendschap wel een ruil met de controle over Egyptfc waard is. Hierdoor behoefde nog niet te worden ge broken met- het stelsel der capitul a-tiën en der gemengde rechtbanken, met het finan cieel toezicht, en het toezicht van deskun- digen op de irrigatie-werken. Dit alles zou kunnen worden bedongen. Ook andere Engelsen© bladen nebben naar aanleiding van een artikel van Rustoni Bey in de „Nineteenth Century" over d© zijns inziens noodzakelijke ontruiming van Egypte door Engeland, huil meening uitge sproken. Do Daily Graphic" meent, dat de Tur ken eir bel aflig bij hebben, om de integriteit van het rijk te helhonden. Indien zij ©venwel door liunne politiek Oostenrijk dwongen ctm Bosnië, lL.ngeland noodzaakten Egypte te annexeeren, dan zouden de mogendheden waarschijnlijk de iutegriteit van het over blijvend deel van het rij'k niet meer willen waarborgen. De „Daily Chronicle beveelt- eene afwach tende houding aan, olm te zien hoe de grond wet in Turkije zelf rerkt. inluisschen zou zelfbestuur van Egypte slechts mogelijk zijn, indien aan de Europeanen aldaar een be langrijk aandeel in het bestuur wondt ver leend. De „Morning Loade. meent dat het beter ware de quacstio betreffende Egypte, Cyprus en Bosnië voorloopig te laten rusten, totdat Turkije orde heeft gesteld op den stand van zaken in eigen huis. En of dit laatste lukt zal nog moeten blijken Duitschland. Bij gelegenheid van een bezoek dat de Duit-sche Keizerlijke familie pas gebracht heeft aan de steden Metz en Straatsburg in het Rijksland EÜzas-Lothariiigen, heeft de Keizer aan een feestmaal in het Keizerlijke paleis te Straatsvurg den volgenden toast- uit gebracht ;,Van ganscher harte heet ik de heeren welkom en betuig hun ook uit naam van de Keizerin mijn wanmsten dank voor do schoon© ontvangst, waardoor hier zoowel als in Met-z dé bevolking van Elzas-Lotlhariiigen aan hare liefde en aanhankelijkheid zulk een welsprekende uitdrukking heeft gegeven Ook ligt het mij na aan het hart u npg eens dank te zeggen voor de krachtige deel name aan den wederopbouw van den ouden eerbiedwekkenden Hoih'königsburgt, in het bijzonder den Lotharimgere voor hunne va derlandslievend© -houding eai die stichting, der bekoorlijke Lotharing©!* kamer op den burcht. Sinds 37 jaren liébt gij in vrede uwe verschillende beroepen kunnen vervul len en het schoon© Elzae-Lothariiigieui is in dit tijdperk, met dé ongeëvenaarde ontwik keling van het Duitsolic rijk gelijken tied houdende, op hoogst verblijdende wijze op gebloeid. Als bewoner van dit grensland hebt gij natuurlijk het- gtrtootete belang bij de verdere handhaving van den vrede en ik ver heug mij, teglenotver u ais mijne innigste overtuiging te kunnen uitspreken, dat de Eu-ropeesche vrede niet in gevaar verkeert. Hij berust op te hechte grondslagen dan dat hij door ophitsingen en lasteringen, door nijd en afgunst ingegeven, zou kunnen wor den versoqrd. Een vaste waarborg daarvoor biedt in eerste instaintie het geweten der vorsten en staatslieden van Europa, die zich tegenover God verantwoordelijk weten en gevoelen voor het leven en de welvaart der aan hun bestuur toevertrouwde volken. An- dërzldijs is het de wensch en de wil der 'Volken zelif, zich in rustige verdere ont wikkeling! dé grootsohe resultaten der voort- sbhrijdendo beschaving ten nutte te maken en in vreedzame mededinging hunne kraoh ten te meten En ten slotte wordt de vrede ook verzekerd en gewaarborgd door onze weermacht te water en te land, door het „Deutsche Volk in Vvaffen". Trotech op de onvergelijkelijke tucht en liet eergevoeL zijner weermacht is Duitschlaaid besloten, deze, zonder anderen te bedreigenop die hoogte te houden en ze uit te breiden naar de eigen belangen -het eischen, niemand ten ge lieve, niemand tot leed. Met Gods hulp en ouder de hoede van den Duitealien adelaar 'kunt gij daarna ook verder uwe vreedzame ambten dienen en dé vruchten van uwe vlijt bijeengaren. Moge op uw werk ten allen tijde Gods zegen rusten Leve het Duilsche Rijksland Elzas-Lotharingen België. De parlementaire briefschrijver van het Handelsblad van Antwerpen verwacht, dat de Senaat, aangezien deze week morgen- en namiddagzittiügen wordlen gdhouden, uiter lijk Zaterdag het Congo-debat zal beëindigen en op reces gaan. Efr zijn nog 17 redenaars ingeschreven voor de algemeene beraadslaging, maar men verwacht alleen van de bedde senatoren Ma quette en Lafontaine lange redevoeringen. Op de koloniale wet werden tot nu toe alleen amendementen ingediend door Go- plet d'Alviella en Marnette, welke echter naar alle waarschijnlijkheid verworpen zul- leu worden. Engeland. Verleden jaar November werd, nadat de groote spoorwegstaking gelukkig vermeden was, een scheidsgerecht of verzoeningscom missie ingesteld. Waarschijnlijk zal reads binnenkort dezo commissie wat te doen (krijgen. De spoorwegmaatschappijen blijven zich unaniem verzetten tegen de eischen van het personeel oUi 'liooger loonals eenig ant woord daarop gaan zij over tot 'loonsver laging. De Great Eastern spoorwegmaatschappij heeft reeds bepaald, dat met 1 Januari a.s. de loouen zullen worden verlaagd, de Great Western-, de Midland- en de Londen and Northwestern spoorwegmaatschappijen heb ben ook loonsverlaging iu het uitzicht ge steld. Het personeel van eerstgenoemde .maat schappij wil er niet van hooren. Dé maat schappijen (beweren echter dat hun gelde lijke omstandigheden hen noodzaken tot dit ook door hen niet gewenschte middel over te gaan. Sterke afkeuring vindt in de kringen van het spoorwegpersoneel liet feit, dat de maat schappijen zich onmiddellijk tot de scheids rechterlijke commissie hebben gewend zon der zelfs vooraf de loonsverlaging aan hun personeel bekend te maken. Het personeel ziet 'hierin een 'manoeuvre, n.l. deze, dalt de maatschappijen hun plannen tot loonsi- •verlaging willen laten varen, als het per soneel zijn eischen tot loonsverhooging wil laten vallen. Het zou dus slechts bangmakerij zijn en van de 'bewering dat de financieel© omstan digheden de maatschappijen tot de loons- vérlaging noopten, zou niets overblijven. Het is niet wel aan te nemen, dat deze lezing inderdaad de juiste is en de uotni- niissie zou hot ook -wel niet tot haar taak rekenen als hefboom to worden gebezigd. Ook de bewering dat het personeel nog geen kennis droeg van de plannen tot loons verlaging, verdient wel eenige nadere be vestiging. In elk geval schijnt er een nieuw conflict in wording te zijn. Portugal. Lissabon, 3 1 Augustus. De ge ruchten betreffende een ministerieele cri sis, nemen meer en meer vasten vorm aan. Luciano, Castro en Vilhena hebben een langdurige bespreking gehouden over do sa menstelling van een nieuw ministerie. OoJtenrijk-Hor.garije. W e e n e n, 3 1 Augustus. De minis ter van landbouw heeft naar aanleiding vau de vijandige houding der agrarische krin gen ten aanzien van het Oostenrijksck-Ser- vische handelsverdrag, zijn ontslag ingo diend. Met groote waaxschij nlij kheid kan ver moedelijk de samensmelting der grondwets partij, der volkspartij en der onafhanke lijkheidspartij tot één groote partij in de Hongaarsck© Kamer tegen het begin vaji de 'herfertsitting te genuoet worden gezien. Reeds voor den aanvang van het zomerreces heeft de regeering den Koning medegedeeld, welke de leidende beginselen zouden zijn voor de samensmelting en daarna op zijn verzoek in het ibegin van Augustus een uit voerig program opgesteld. Dit program ia door den Koning aan het oordeel van ver schillende .raadslieden, die zijn vertrouwen genieten, onderworpen en -men verwacht, binnenkort de beslissing, of hij aan eon op deu grondslag van dit progTam staande partij de regeering wil toevertrouwen. Het program heeft betrekking op allo aan de orde zijnde quaesties, behalve die om trent de bank, waarover nog geen overeen stemming is verkregen. Rumenië. In den jongsten tijd liep het gerucht, dat ide gezondheid van koning Carol van Roemenië zeer veel te Iwenschen zou over laten. De Agence de Roumauie deelt nu te dezer zake medeHet gerudht omtrent een DOOR 14 s. R. CROCKETT. Uit het Schotsch vertaald DOOR J. P. WE8SELINK—VAN R0S8UM. Daar (klonken zwaro schreden op hét kie zelpad en het hekje onder deai boog in dén beukenhaag viel kletterend dicht. „Waar is grootje?" hooide David Stirling een heldere, jeugdige stem zeggen, een stem, wier klank hem doortintelde, ails do eerste prik van het mes van den chirurg en 'hem op de lippen deed (bijten om een snik in te houden. Hij stond op, en daar kwam Megsy hem tegemoet, een klein meisje dragende, dat in de sterke armen van haar oude verpleegster er veel jonger dan Zéven jaar uitzag. Had de stem hem reeds getroffen, de oogen don ker en vol glans, miet die onschuldige aan trekkingskracht in hun uitdrukking, die hij zoo goed kende, roerde hem tot in de ziel. „Megsy, zet mij. neer, ik wil niet gedra gen worden als een klein kind. Ik kan nu heel goed loopen, en als ik niet loopen kan, dan toch 'hinken. Megsy, vereta jo mijl?" 'De toehoorder gliimlaéhte nu, want indien de stom en de oogen. aan die van een ander mocb'ten herinneren, de woorden en die toon waren ongetwijfeld die van zijn eigen g©- sladht en David Wialdson Stiriing hooide, ais een echo, zijn eigen wijze can zijn arbei ders in B'urm ah aan te spreken „Houd dan den gekwetsten voet een wei nig in dé hoogte, liéfje," zei Megsy, hét kleine meisje Voorzichtig op den grond zet tende, rniaar nog altijd niet den arm om haar heen. „Daar dan, hink voorzichtig, als je wilt hinken, jou: heersdhzuchtige, weer spannige, kleine schavuit!" Haar eenen voet. ophoudende, hinkte' Hes ter even bevallig als een roodborstje naar liaar -grootmoeder, zonder echter een oogen- blik 'haar -oogen van den vreemden an an af ie wenden. Want Megsy had', ofschoon zij onderweg in groote verzoeking k'wiam, trouw haar iWoord gehouden. -Haar meesteres mocht indien zij wildé, vertéllën wie de betzoeker was, die zoo plotseling was opgestaan bij hun nadering en nu zoo in vervoering naar de 'kleine Hester Stirling étond te kijken. Wat haar betrof, zij sloot, haar dunne lip- I>cn en trok het hekje achter zich dicht, toen zij terug ging naar hare keuken. Plotseling het hoofd opheffende vroeg de vreenidéling aan het kleino meisje, wat er aan den voet scheelde. „De bezeerde hoon toen ik over dén wal van den hertenkamp klom, maar Cams trok er den doorn uit en nu is het haast béter." De lange, ernstige man scheen opnieuw ge schokt te worden bij het hooren van Hes ter's stem. De frissche, vertrouwende klank er in nam hem geheel -gevangen. Het her innerde 'hem aan iemand, die alles had op gegeven terwil'le der liefde. Het. scheen of hij denzelfden gevaarlijken weg reeds over zag, dien deze klleine zou moeten (betreden „He&ter," zei haar grootmoeder, „Wéét je wie dit is?" „Hij is mijn vader niét," was het. onver wachte antwoord. „lederen avond héb ik ge béden, dat hij bij mij terug mocht koeren." ,,E.n hoe weet je, dat ik je vader niet ben?" zei David Stirling. „Omdat mijn vader een knappe, jonge man is met goud-blond haar en o, zulk een héldere, blijde uitdrukking in zijn oogen Er is een portrét van hem in de zitkamer. U k-unt het zien als u de groote doos op- lidbt, waarop met- rose schelpen staat: „Een geschenk uit Ceyflon." „En ben ik geen knappe, jonge man met een -blijde uitdrukking?" vroeg David kalm. „Neen, zeker niet. U bent boel oud u-w haar is grijs, heelem.aa'1 grijs, weet u dat wél? Tk 'hoop niét, dat u hét naar vindt, want ik houd van u. TJ héét niet Torphi- chain, is het wel?" „Neen," zei David glimlachende, „heel zeker is mijn naar niet Torphichan." „Dat dacht ik .wél," zei Hester opgeruimd maar haar grootmoeder todh nog steeds bij haar zwart zijden boezelaar vasthoudende; ,.u ziet er .vriendelijk uit. u zoudt niét w©g- loopen en mij alleen laten, indien ik u mijn priëel had laten zien en ik mijn voet had bezeerd evenmin zoudt u een üeelijkeu hond op Fluffy afzeilden en „Deden de Torphichans dat?" vroeg Da vid Stirling, terwijl zijn mond den vroolij ken trek verloor en de gelijkenis met het. portret van zijn vader, dat in de veetibu'le hing, sterker uitkwam „Stil stil zei Hester's grootmoeder, „praat geen onzin. Het was maar een kib belpartij onder kinderen. EJdith en Olaiudia zeiden beiden, dat je zulk een -goed1, vrien delijk kiind waart; spreek dus geen ktwaad van h(aar, die goed over jou spréken." „Ik zal het niet doen grootmoedermaar toch is het. wiaar." „Hester, dit is je vader." uNeen, neen, hij is mijn vader niet." „Waarom wil je mij niet. als vader heb ben?" vroeg DaVid ernstig aan Hester. „Omdiat mijn eébte vader zal komen in een koets, getrokken door zes paaiden als al mijn nichtjes Qiier zijn, en mij en groot moeder en Megsy voor 'hun oogen zal mede namen. Hij (moet op den bok zitten cn ik vlak naast hem, en ik zal hen toewuiven en toeroepen „de -wagen van den opzichter zal jelui binnen een half uur komen halen. Het spijt me, dat jelui niet met ons kuilt mee gaan! Vaarwel." „Wél1!" zei David, „hét spijt mij-, dat ik niet ben gekomen in eene koets met zes paarden. Maar toch ben ik je vader." Tranen sprongen in Heater's oogen en een snik kon ze niet onderdrukken „Wat!" zei hij, „ben je zoo teleurge steld? Houdt je niet vau mij „Dat is het niet," antwoordde zij. „Ik houd van u ja heel veel. Maar het heeft niets van hetgeen ik daoht, dat het zijn zou „Dus je hebt me verwacht?" „Ja," zei Heéter (haar tranen drogende en hem-met vertrouwen aanziende. „Megsy wil de nooit hebben, dat ik het zeide. Maar ik heb het altijd geweten, dat u terug zoudt komen." „Wil je mij nu, dat ik hier ben een kus geven „Ik kan miet komen, omdat mijn voet pi ju doet. U moet er een komen halen „Het was wel de -moeite waard om er voor te komen, Hester," zei David nadat de daad was geschied, „en ik ben er inder daad veel verder voor giek omen." „Hoe ver?" „Ruw berekend ongeveer zeven duizend mijlen," zei David. „Dat is verder dan -Edinburg, is het. niet?" „Veel verder." „En wat heeft u voor mij meegebracht was Hester's volgende vraag. „Dit," zei Da-vid, de taséh anet de roode en witte strepen opheffende. „Zij is niet erg mooi, en hoe zwaar. Kan ik er mee spélen?" „Als je grooter bent. Tot zoolang zal jo grootmoeder ze voor je bewaren „Laat an© eens zien wat er iu isl" Hester's oogen begonnen te glinsteren. Zij- had zich ©en voorstelling gemaakt van onuit sprekelijk© wonderen en ze was ontzettend teleurgesteld, toen zij niéts zag dan kleine stukjes rood glas en eenig© niet eens zoo helder als glas. Zij was er zéker van, dat een stulkje van l»©t veneter, waar de zén. Zondags dooitheeu scheen in de kerlc, veel mooier zou zijn. Maar H'eetor was een be leefd, klein metteje en zou niet iets zeggen waardoor zij de gevoelens van anderen kon kwétscn. „Zij zijn snoézig," zeide zij-, baar hand in de tasch stékend en een handvol langs haar vingers latende glijden. „Wat- vallen ze koel en wat rinkelen ze als ze neervallen." „Ja Ileeter!" zei haar vader glimlachen de, „menigeen hunkert naar één van die kleine glinsterende dingetjes." ,Ma'g ik er eentje hebben Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1