1°. 157.
7de Jnargang.
Maandag 30 November 1908.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
CINDERELLA.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoort f l.OO.
Idem franeo per post- 1.50.
Afzonder! gk® nummers0.05.
Deze Courant versehijat dagelijks, behalve ep Zea- en Feest-
dagea.
▲dYerteatibnmededeelingen enz.gelieve men vdór 11 uur
's morgens Wig de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 eenta bg voeruitketaling.
Groote lettere naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrgf bestaan zeer voordeelige bepalingen tet
het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement.
circulairebevattende de voorwaarden, werdt op aanvraag
toegezonden.
Politisk Overzicht
De Balkancrisis.
Er hebben in de tweede helft van de vo
rige week in Weenen en in Budapest ver
ontrustende geruchten geloopen over den
toestand in het Oosten. De handelswereld,
ontstemd door het nadeel, dat zij ondervindt
van het boycotten van den Oostenrijkschen
handel op de markten in den Levant, maak
te zich ongerust, dat het wel eens erger
kon loopen. Van regeeringswege heeft men
zich genoopt gevoeld, de gemoederen gerust
te stellen. De Hongaarsche minister-presi
dent heeft eau de beurs te Budapest eene
jnededeeling laten aanplakken, dat de ge
ruchten over de mobilisatie van een of meer
legerkorpsen geheel ongegrond zijn. Zulk
een maatregel is niet genomen, en er be
staat ook geen plan op, want het is niet
noodig. In \Veenen heeft de minister van
buiteblandfcche zaken laten verklaren, dat,
als er werkelijk gewichtige gebeurtenissen
mochten voorkomen, de beurs terstond daar
mee in kennis zou worden gesteld.
Over den stand van de Oostersche crisis
self merkt de Neue Freie Presse op, dat er
OêU vast punt is, waarnaar ieder zijn oordeel
self kan inrichten. „Het verloop van de
crisis hangt van de vraag af hoe de onder
handelingen *usschen Oostenrijk-Hongarije
en Rusland over het program van de con
ferentie zich zullen ontwikkelen. Deze on
derhandelingen hebben tot dusver niet tot
volledige overeenstemming geleidzij wor
den echter voortgezet, en in diplomatieke
kringen gelooft men, dat het ten slotte zal
gelukken de kabinetten van Weenen en Pe
tersburg tot de aanneming van eep gemeen
schappelijk conferentie-pyogramma te bewe
gen. Qafc diplomatieke invloeden van de
updere mogendheden zijn werkzaam om deze
overeenstemming te krijgen. Wel is waar
zal er nog eenige tijd verloopen, totdat dit
resultaat zal zijn bereikt, en dit sleepeude
verloop verklaart ten deele de politieke
Spanning, waarin de wereld zich tegenwoor
dig ^evindt
„Wanneer het mocht gelukken eene
schikking te krijgen qyev het conferentie-
programma, dan zal ook de crisis op den
Balkan zelf naar menschelijke verwachting
veel zachter verloopen. Juist In deze dagen
heeft Turkije in Weenen verklaringen afge
legd, die van zeer vriendelijken aard zijn
en het leedwezen er over uitdrukken, dat
Turkije niet de macht heeft den boycot
overal te onderdrukken. De Oostenrijksche
wenschen in Konstantinopel worden ook
door Duitschland overal ondersteund, en in
diplomatieke kringen wordt de mogelijkheid
nog altijd niet geheel uitgesloten, dat tegen
December, cTen termijn dien de gezant
markies Pallavicini zich voor zijne verlof
re's heeft gesteld, de vooruitzichten zich
zóózeer verbe eren, dat de mogelijkheid van
eene onderhandeling met Porte niet uit
gesloten is ep df» gezant in Konstantinopel
blijft. De geruchten, dat een Servische ben
den-inval op Oostenrijksch-Hongaarsch ge
bied heeft plaats gehad, moeten reeds hier
op pet groote voorzichtigheid opgenomen
en voor zeer onwaarschijnlijk gehouden wor
den, opdat er geen mededeellng over ont
vangen is aan de regeeringsbureau's. Inder
daad heeft ook de rijkscommissaris aan de
Weener beurs verklaard, dat deze geruchten
ongegrond zijn en dat de toestand niet slech
ter geworden is. Het zwaartepunt van den
toestand ligt tegenwoordig niet in Konstan
tinopel, niet in Belgrado of Cettinje, maar
in de onderhandelingen, die tusschen Peters
burg en Weenen over het conferentie-pro
gramma gevoerd worden. Van de uitkomst
van deze onderhandelingen zal de verdere
ontwikkeling van den buitenlandschen toe
stand afhangen."
Naast deze onderhandelingen, en onaf-
hankelijK daarvan, loopen de onderhandelin
gen tusschen Turkije en Bulgarije. De cor
respondent van de Köln. Ztg. te Konstanti
nopel roemt den vriendelijken en hoffelijken
vorm waarin die onderhandelingen worden
gevoerd. Hij zegt daarvan„Men kent el
kaar, we-l hoe hier te lande zaken worden
gedaan, en verstaat niet wat verontwaardig
de opgewondenheid is. De Turken vinden
't geheel zooals 't behoort, dat de Bulgaren
volstrekt niets willen betalen, en dezen heb
ben niets anders verwacht, dan dat men
hun reusachtige rekeningen zou presentee
ren. Uit deze superlatieven komt men dan
op den weg van het vergelijk, en als dit
niet te verkrijgen is, dan vallen er toch gee-
nhard.- woorden en men kan later altijd
weer beginnen daar, waar men was blijven
steken. Wij zijn er heden tamelijk zeker
van, dat vaste overeenkomsten nog niet uit
dez-> besprekingen zullen voortkómen."
DuO&hland.
Officieus verluidt, dat nog niet is uitge
maakt, of prins Bülow aan de aanstaande
beraadslagingen in den Rijksdag over de
wenschelijkheid, om een wet op de ministe-
rieele verantwoordelijkheid i l te voeren, zal
deelnemen. Het is mogelijk, dat de rijks
kanselier zich door oen van zijne ambtgenoo-
ten zal laten vertegenwoordigen.
De Berlijnsche correspondent van de
Frankf. Zeitung heeft vernomen dat prins
Bülow of, nopens hem, een van zijne plaats
vervangers zal verklaren, dat het vraagstuk
van de ministerieele verantwoordelijkheid
een ernstige politieke en staatsrechtelijke
aangelegenheid is, over welko men zakelijk
zou kunnen beraadslagen en dat de Bonds
raad voor een gewichtige beslissing zal ko
men te staan, indien de meerderheid in den
Rijksdag het over bepaalde voorste'len eens
wordt.
Eindelijk verzekert men nog, dat de groote
paitijen, de vrijzinnigen medegerekend, niet
van zins zijn bij de beraadslaging over de
ministerieele verantwoordelijkheid de aan
vallen op de Kroon te hernieuwen. De
wensch van de regeering naar een zakelijke
beraadslaging lijkt dus vervuld te zullen
worden.
Staatssecretaris von Schoen zal op 1 De
cember zijn werk als staatssecretaris van
buitenlandsche zaken hervatten. Zijn plaats
vervanger von Kiderlen-Wachter keert
daarna terug naar zijn gezantscliapspost te
Bukarest.
FnnkrQk.
P a r ij s, 2 8 Nov. De geheele begroo
ting is aangenomen met 577 tegen 52 stem
men. De Kamer verdaagde daarop hare zit
tingen tot 7 December.
Verdun, 29 Nov. Het bestuurbaie
luchtschip Ville de Paris is met vier passa
giers opgestegen in het Maasdal en is ge
durende vijf kwartier boven gebleven in om
standigheden van oorlogstijd op eene hoig
te van 1000 a 1200 Meter.
Engeland.
De Nordd, Allg. Zeitung bericht, dat de
conferentie van het oorlogsrecht ter zee te
Londen den 4en December zal beginnen, en
geeft de namen van de leden der Duitsche
delegatie.
Op het programma van deze conferentie
staat de bepaling van het begrip oorlogs-
contrabande, het blokkade-recht en de
vraag van het hijschen van de >orlogsvlag
op koopvaardijschepen, die als hulpkruisers
dienst doen.
Op het vasteland zoo zegt de Tagl.
Rundschau verwacht men weinig - an ie
conferentie. De praktische militaire belan
gen wegen zwaarder dan de pólitiekb. Zoo
doende zal Engeland met zijne wenschen
ten naaste bij alleen staan, ofschoon het
zulke goede politieke betrekkingen^ heeft.
Zijne wenschen verschilen geheel en al van
die van de mogendheden op het vasteland.
De Russische hulpkruisers van de vloot in
de Zwarte zee hebben bijv. in het geheel
geen waarde, wanneer zij niet pas aan gene
zijde van de Dardanellen, in geval van oor
log, hun oorlogsvlag mogen hijscbcn. En-
geland's belang eischt daarentegen, dal het
niet geoorloofd ia de oorlogsvlag buiten da
haven te hijschen.
Londen, 29 November. De
minister Bivrell heeft in eene rede te War
rington gezegd, dat de regeering door alle
middelen, die in hare macht staan, de drank
wet zou blijven voorstaan. De regeering heeft
het zwaard getrokken en de soheede wegge
worpen, wetende hoe de stemming is in het
Tand en dat zij de geheele macht der «atie
achter zich heeft. De regeering zal aan het
volk de gelegenheid geven aan de stembus
te toonen wat zijne gevoelens zijn.
Tweede telegram. De rede van
Birrell wordt niet beschouwd als eene aan
wijzing, dat terstond een beroep op het land
zal worden gedaan, want de beslissing over
de ontbinding berust bij Asquith. Men ge
looft, dat Birrell alleen heeft bedoeld, dat
de houding van de lords het voornaamste
punt van het programma der regeering bij
de volgende verkiezingen zal zijn.
In het Engelsche Lagerhuis vroeg de af
gevaardigde Dillon den minister van bui
tenlandsche zaken of hem iets bekend was
omtrent den aard van de grondwet, die de
Sjah van Perzië zijn onderdanen had be
loofd. oir Edward Grey beantwoordde deze
vraag ontkennend. Daarna stelde de heer
Grady van de arbeiderspartij de vraag, of
de stukken, betrekking hebbende op de ad-
veizen, die den Sjah in de grondwets-quaes-
tie gegeven waren, gepubliceerd zouden wor
den, waarop de minister antwoordde, dat er
van tijd tot tijd protesten tot den Sjah ge
richt waren wegens het niet nakomen van
zijne belofte en dat deze stukken natuur
lijk wel gepubliceerd konden wordenhij
achtte het echter beter, dat zulks achter
wege bleef, daar het bekend worden van den
inhoud allicht aanleiding zou geven tot zeer
ongunstige commentaren over het doen en
laten van den Sjah, zijne ministers en het
medsjlis (parlement.) Óp een nadere vraag
zeide minister Grey nog, dat Engeland en
Rusland samen bij den Sjah hadden aange
drongen op vervulling zijner belofte ten aan
zien van het bijeenroepen van het parle
ment. De minister betwijfelde echter of dit
wel een zeer verstandige daad was geweest,
daar zij feitelijk toch in strijd was met het
aangenomen beginsel van non-interventie.
Daar staat echter tegenover, dat het voort
duren vag de ongeregeldheden groote geva
ren had kunnen opleveren en allicht een der
mogendheden daarin aanleiding had kunnen
vinden om tusschenbeide te treden.
Oostenrijk-Hongarije.
Weenen, 28 Nov. Een deputat;e
van ambtenaren ontvangende, begeleid door
baron Beek, welke de verzekering gaf van do
onwrikbare trouw aan den Keizer, sprak deze
laatste daarvoor zijn dank uit, de bizondere
Ut name der openbare betrekkingen consta-
teerende, welke voor alle rassen in Oosten
rijk openstaan. De ambtenaren moeten het
verband begrijpen dat er tusschen alle na
tionaliteiten bestaat, en hun gevoel van
eigenwaarde behoudende, alle ïjandigheid
van zich zetten.
Weenen, 28 Nov. De bei.de huizen
van den rijksraad hielden heden eene plech
tige zitting naar aanleiding van het 60-jarige
regeeringsjubileum van den Keizer. De
voorzitters van de beide Kamers hielden
redevoeringen, waarin zij deden uitkomen
de dankbaarheid en de vereering van alle
volken voor den verheven persoon van den
monarch en hunne oprechte wenschen uit
drukten voor het geluk en het lange leven
van den Keizer.
Onder algemeene geestdrift werd er ge
roepen Leve de Keizer 1
De beide Kamers machtigden de voorzit
ters den Keizer geluk de te wenschen en hem
d» uitdrukking van de verknochtheid en
trouw der volken over te brengen.
Oostenrijk en Turkije.
Tegenover in het buitenland verspreide
berichten, volgens welke de regeering van
Oostenrijk-Hongarije plan had wegens de
machteloosheid van de Porte in de boycot
kwestie zich tot het Jong-Turksche comité
te wenden, is de Pol. Korr. op grond van
inlichtingen van bevoegde zijde in staat te
constateeren, dat dit bericht van allen grond
ontbloot is. Het kabinet te Weenen heeft
in deze zaak uitsluitend met de Turksche re
geering te maken.
De officieele vertegenwoordiger van het
Jong-Turksche comité te Parijs Nazim Bey
heeft in een gesprek met een vertegenwoor
diger van de Pester Lloyd gezegd Wij vree
zen niet, dat Oostenrijk-Hongarije aan Tur
kije den oorlog zal verklaren. Ook zijn wij
voorbereid voor het geval van een oorlog
men mag niet gering schatten wat het Turk
sche leger in staat is te doen. Wij hebben
verder van Engeland een officieelen waar
borg tegen elk gevaar van buiten gekregen.
Met betrekking tot de houding van
Frankrijk in de tusschen Turkije en Oos
tenrijk over den handelsboycot heerschende
spanning, wordt uit Parijs verzekerd, dat
de Fransche regeering wel wenscht, dat de
zaak spoedig zal worden bijgelegd, maar
"niet van plan is op eenigerlei wijze tusschen
beide tc komen.
Rutland.
De gezondheidstoestand van Keizerin Alex
andria wordt er niet beter op. Sedert het
hof naar Zarskoje-Selo is teruggekeerd, ver
laat de Keizerin haar vertrekken niet meer.
Aan de Yoss. Ztg. wordt daarover ge
schreven Prinses Alix van Hessen was
steeds van eene teere constitutie. De aandoe
ningen, die zij aan het Russische hof had
door te maken, waar zij in den beginne zeer
weinige vrienden had, hebben haar zenuwen
geheel in de war gebracht. De volstrekte
ruèt, die de geneesheeren haai' voorschreven,
heeft de diepe zwaarmoedigheid, waardoor de
Keizerin van tijd werd aangetast en waarin
zij spijs en drank versmaadde, nog doen toe
nemen. Ook heeft de klemmende vrees van
moordaanslagen de Keizerin geheel men-
schenschuw gemaakt. Uit talrijke berichten
weet men, hoe ijverig het occultisme aan het
Russische hof wordt gekoesterd. Al zulke
verschijnselen zijn vergif voor zieke zenuwen.
Het is ook onbetwist gebleven, dat Keizerin
Alexandra ondanks de grootste voorzorgs
maatregelen, bij herhaling dreigbrieven op
haar schrijftafel heeft gevonden. Zoo komt
het, dat de Keizerin bij ieder geluid hevig
schrikt. De theorie van den Weener profes
sor Schenck over de bepaling van het ge
slacht van een verwacht kind heeft ook een
ongunstigen invloed op de Keizerin gehad.
Nadat de Keizerin reeds drie dochteren ter
wereld had gebracht, volgde zij, toen zij we
derom zwanger was, èe voorschriften van
prof. Schenck, maar de geboorte van groot
vorstin Anastasia bewees, dat Schenck een
slechte raadsman was geweest. Keizerin
Alexandra echter heeft, wat lichaam en ge
moed betreft, zwaar daaronder geleden.
De Balkanorisis.
Par ij s, 29 Nov. Uit Weenen wordt
aan de Temps bericht, dat de laatste be
richten uit Konstantinopel het onwaar
schijnlijk maken, dat de Oostenrijksche ge
zant zijn post zal verlaten.
Uit Belgrado wordt aan de Temps bericht
Turkije zet zijne militaire toebereidselen te
genover Bulgarije en Oostenrijk voort. Een
honderdtal wagons met oorlogsmaterieel ziju
naar de Bulgaarsche grens gezonden, een
twintigtal wagons naar de Oostenrijksche
grens.
Een telegram uit Weenen maakt melding
van het zenden van Oostenrijksch mate
rieel.
P a r ij s, 2 8 Nov. Ondanks de tegen
spraak houdt de Temps vol, dat Frankrijk
op het verzoek van Oostenrijk om te Kon
stantinopel zijn invloed te doen gelden tot
beëindiging van den boycot, \erklaard heeft,
dat liet beste middel zou zijn zich met Tur
kije en Rusland te verstaan over het bijeen
komen van eene conferentie
Bulgarije.
Sofia, 29 Nov. Het antwoord op de
troonrede, werd aan den Koning overhan
digd door eene deputatie van 60 afgevaar
digden. De Koning hield eene toespraak,
waarin hij zeideDe wijze, waarop het volk
de onafhankehjkheid begroette, geeft mij het
grootste vertrouwen in de toekomst van het
vaderland. De eenstemmigheid, die is ge
toond bij gelegenheid van de onafhankelijk-
IV .-nnig, bewijst, dat het Bulgaarsche
volk kan rekenen op eene schitterende toe
komst. Het verheugt mij de afgevaardigden
om de regeering geschaard te zien, want de
waarborg van succes berust in de harmonie
tusschen het yolk, de regeering en de kroon.
Sofia, 2 8 N o v. In welingelichte krin
gen wordt verzekerd, dat de minister-presi
dent heden het ontslag van het kabinet heeft
aangeboden. De Koning heeft nog geen be
sluit genomen. Men gelooft, dat de regee
ring voorloopig de zaken zal gaande houden
TarUJ*.
Konstantinopel, 28 Nov. De
ministerraad zal morgen bijeenkomen om ae
uitkomst te onderzoeken van de overleggin
gen van de Turksch-Bulgaarsche commissie
••OK
74 JS. R. CROOKJTT.
Uit BchrHeh wrt*mli
J. F. WES81LINK—TAN ROSSUM.
Zoo ging Carus, zonder wijzer te zijn ge
worden verder, zoekende wie hij nu zou
kunnen ondervragen. Het zegt iets voor het
billijk overwegen der aardsche zaken, dat
Grumphy Guddlestane dien avond buitens
huis was. Hij had geen spitsvondig verstand
pn als hij een maal epn onderwerp had om
over te spreken, maakte hij er zooveel van,
als hij maar kon. lederen avond op een ze
ker stadium van zijn dronk had Grumphy
de gowconte het verhaal te doen van zijn
avontuur bij het oude kasteel, aan een troep
lajje vleiers. Dit geschiedde geregeld tus
schen den achtsten en negenden beker, in
dien Grumphy zoover kwam. Dezen avond
was Grumphy echter de „Gekruiste Sleu
tels" uitgezet door juffrouw Curlywee, om
dat hij ruzie had gemaakt en moest nu bui
ten de deur het verhaal herhalen voor een
troep leegloopers, die zich om hem hadden
verzameld.
Hij was in vollen gang met zijn vloeken
en vei wenschingen, toen Carus met de han
den in de zakken voorbij stapte. Eerst dacht
deze, dat 't iemand was die over staatkunde
redeneerde. Maar een naam, dien hij opving,
deed hem plotseling stilstaan. Het is niet
noodig Grumphy's taal weer te geven, het is
bovendien onmogelijk. Slechts zij die Grum
phy kennen kunnen er zich een voorstelling
van maken. Het is voldoende te zeggen, dat
ieder woord in Grymphy's beperkten woor
denschat. iedere lage toespeling, die in een
zoo verachtelijk gemoed kon opkomen ver
groot werd door een soort dronken triomf,
die Carus in woesten toorn deed ontbranden.
„En, zeg ik tot haar weg van hier
jou geroeene deern, en als ik je gezicht nog
eens zie aan dezen kant van mijns meesters
muur dan zal ut
Nu baande zich Carus een weg door de
kleine, lachende troep en stond vlak voor
Grumplij Guddlestane. Grumphy kende den
zoon van zijn heer niet, want Carus hftd met
zijn vadei twist gekregen voor dat Grumphy
kwpin.
„Wie ben jij?" vroeg Grumphy. „Een van
de tooncelspelersjongens, die het mooie meis
je komen bekijken, dat den halssnoer heeft
gestolen
Carus gaf z^ch g>een tijd voor redeneeren.
„Zoo gaat het met leugenachtige kwaad
sprekers", riep hijhet volgend oogenblik
had hij hem bij den kraag beet, en werd de
lasteraar de straat van het kerspel van St.
John afgeschopt door dien strengen schroef,
een jachtlaars met dubbele zool, en ijzer be
slag. In 't eerst trachtte Grumphy zich om
te keeren, maar het gespierde been, dat aan
de laars bevestigd was, schopte dee te harder,
zoodat Grumphy slechts met toenemenden
spoed voort kon gaan.
Aan den voet van de dorpsstraat is een
scherpe hoek en een lage, steenen muur.
Daar achter liggen de koestallen en schuren
van de boerderij van Braehead. Vlak achter
den muur (de gezondheidscommissie heeft
haar nu doen ontruimen) was de mesthoop
der boerderij in dit jaargetijde was ze een
zwart eiland van mest, in het midden van
een ondiepe zee van vloeibare bovenmest.
Grumphy liep snel, de schroef in volle
kracht achter hem. Geen van beiden lette er
veel op waai" zij gingen en het gevolg was,
dat Giumphy over den lagen muur viel, op
het oogenblik, dat Carus den kraag losla
tende. al zijn kracht aanwendde voor een
laatsten stoot. De muur bezweek; hij viel
plat voorover. Iets dat op een vleermuis ge
leek spreidde zich een oogenblik tegen het
maanlicht uit een plons en als een
druipende vogelverschrikker verhief zich
Hester's vervolger te midden van het einde
loos gelach van zijn vroeger gehoor. Hester
was gewroken."
„Ik zal hem gerechtelijk laten vervolgen",
zei Grumphy vloekende, „ik zal zijn naam
uitvinden en hem dooden
„Beware, dien kan ik je wel zeggen," zei
een bij de hande knaap, die het geheele ge
val met genot had aangezien, ken je je
eigen joiigen meester niet Carus, den
zoon en erfgenaam van lord Darroch?"
„Zoon en erfgonaam," herhaalde hij sarrend,
„laai hem vervolgen, Grumphy, ik wilde,
dat je het deed, dat zou de moeite waard
zijn."
..Heb erbarmen," mompelde Grumphy.
„Wat heb ik mij vergist, zoo waar als ik
leef. zal ik mijn ontslag krijgen. En een
pak kleeren is vernield, dat mij twee goede
ponden kostte in Tobermory I"
Te midden der kreten van de omstanders
verwijderde Grurapky zich met druipende
kleeren naar de woning, die eens aan Dick
son had behoord, aan het groote hek van
Darroch Castle.
In ziju kamer in de Gekruiste Sleutels be
keek Carus zijn rechter voet.
„Ik wilde, dat ik mijn bergschoenen had
aangehad," prevelde hij „deze hebben al
leen spijkers aan den hak geen aan de
kanten."
Maar vreemd genoeg beklaagde Grumphy
zich niet over hetzelfde, toen hij zijn beste
pak, dat zooveel in Tobermory gekost had in
de tobbe stopte en zijn roode, zijden das uit
het venster wierp. Alles wat hij zeide was
„Welx een vergissing, welk een vergissing
heb >k begaan
Mogen er altijd schoenen, voorzien van
korte spijkers, bij de hand zijn, berg
schoenen met beslagen toonen, om hét ach
terste deel der Grumphy's van het land
mede te veroordeelenHet is de eenige re-
den dis zij verstaan.
Op de ruwe scherts van de dorpsstraat
volgde de idylle van Knochdon. Het was
Mei en de 24ste der maand. Soms blazen
dan nog de noordelijke winden met een echt
Poolsche scherpte. Maar dit was een goed
jaar geweest.
Te beginnen met het midden van Maart
was genoeg regen gevallen om het land te
bevoel tigen en het graan te doen groeien,
dat het voedsel zou worden voor mensch en
dieren deze was meerendeels in den nacht
gevallen. De Meidoorn, die in Schotland
meer een Juni- dan een Meibloem is, was
tot vollen bloei gekomen in het midden van
zijn eigen maand. Zelfs bij het hooggelegen
Knockdon begonnen de heiknoppen al kleine
bosjes fijn groen te vertoonen, evenals de
blaadjes der knollen na de eerste vorst. Het
was een mooie ochtend en Carus voelde zich
bijna gelukkig.
Het' was toch eigenlijk niet mogelijk, dat
hij in zulk een kleine wereld Hester geheel
uit het oog zou verliezen. De. Voorzienigheid
die hen te samen had gebracht, zou er voor
waken, dat hun liefdesgeschiedenis niet ge
heel verloren zou gaan. Zoo herhaalde hij
telkens bij zich zelf. Het was het werk der
Voorzienigheid op de kwellingen van min
naars toe te zien.
„Wat anderen betreft, dat komt er niet
op aan. geef ons slechts onzen harte-
wenschl" is hun nederig gebed.
Maar Carus voelde, dat zulke hooge be
langen bijstand noodig hadden. Hij liet geen
steen onaangeroerd om Hester te vinden.
Ilij had Dickson aan zijn partij verbonden
bij zijn laatste bezoek aan het kerspel
het bezoek waaraan Grumphy Guddlestane
zooveel reden had te blijven denken, door
het eenvoudige feit diens vrouw een kus te
geven. De goede vrouw Dickson, die reeds
als klein kind Carus gekust had, was ver
rukt dat, „de jongeheer" zich de oude tij
den nog herinnerde, en na de begroeting een
van haar gerste kooken vroeg, die hij als
ieder gewoon man in de bijkeuken opat.
De Dicksons hadden een klein zaakje be
gonnen in de hoofdstraat van het kerspel
het ging hun heel goed.
Wordt rrrrrlfkI