BUITENLAND. FEUILLETON. CINDERELLA. I". 161. 7de «innrjcuiiic. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.00. Idem franco per post1.50. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Adrertentiönmededeelingon enz.gelieve men vóór 11 urn 's morgens Wjj de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. lntercomm. Telephoonnummer 66. PKIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - O.IO. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling. Qroote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Japan en <le Vereenigde Staten. De regeeringen van Japan en van de Ver- eenigde Stalen hebben samen eene verkla ring ondert?ekend, waarbij zij zich weder- keerig verhinden niet alleen hun weder zij dfch territoriaal bezit te eerbiedigen, maar ook de onafhankelijkheid van China, de on schendbaarheid van zijn gebied en zijne vrije economische ontwikkeling. De beide regeeringen verklaren zich van den wensch bezie'd om de vrije en vreedzame ontwikke ling van hu-i handel aan te moedigen, werk zaam te zijn voor de handhaving yan den status quo op den voet van gelijkheid, geen enkele in .reuk te maken, dii-ect of indirect, op hunne respectieve bezittingen in het Pa- oificgebied, in China het driedubbele begin sel te steunen van de onafhankelijkheid, de onschendbaarheid en de open deur, en ein delijk zich met «lkaar te verstaan voor het geva', dat die beginselen op eenigerlei wijze in gevaar werden gebracht. Het is dus voor 't oogenblik tusschen Ja pan en de Vereenigde Staten alles ,,pais en vree". Men mag dat met eenige voldoening constateeren, want bet is nog niet lang gele den, dat het ander. was. In het vorige jaar, omdreeks cifzei. tijd, was men gewoon te spreken van den oorlog tusschen Japan en de Vereenigde Staten als eene zaak, die op de., duur niet zou zijn te vermijden. En om de waarheid te zeggen, de redenen van strijd sci.ei.en sterker tusschen de beide landen, dan de redenen van overeenstem ming. Beide staten eischen het overwicht in den Grooten oceaan voor zich op. Beiden verlangden voor zich de vrijheid om China te exploiteeren. Herhaalde malen waren moeielijkl.jden ontstaan, die de beide lan den tegen elkaar in het harnas brachten. De boycot van de Amerikaansche goederen in China, de welgeslaagde mededinging van dc i Japansch' t handel in alle havens van het Pacificgt bied, het gevaar voortvloeiende uit de immigratie van de Japansche koelies op Hawaii en in Californië, de incidenten die daaruit telkens op nieuw ontstonden, dit alles deed de verhouding tusschen Japan en de Vc.eenig'ie Staten meer neigen tot span ning dan tot ontspanning. De regeeringen deden hun best om de gemoederen tot kalm te te stemmen, maar ondanks alle pogingen, bleien ontstemming en wantrouwen heer- schen, en die pogingen zeiven maakten meer den indruk van hulpmiddelen voor het oogenblik, dan van afdoende oplossingen. Hoe is heü gekomen, dat men er in ge slaagd is op zijde te zetten wat verdeelt en 't geen vereent op den voorgrond te bren gen? Dat 's het geheim van de kanselarijen te Washington en te Tokio, en die zullen wel zorgen, dat de profane wereld niet ach ter hunne geheimen komt. Hoe dit zij, men kan in ieder geval met vreugde den goeden wil begroeten, die spreekt uit de wederzijds gewisselde no'a's. Daardoor wordt bevestigd en ondubbelzinnig kond gedaan, dat zoowel Japan als e Vereenigde Staten er prijs op stellen eendrachtig naast elkaar te leven. De voorspellingen, die zijn gedaan over eene botsing, die tusschen deze beide staten over korteren of langeren tijd zou uitbre ken, zijn hiermee gelogenstraft. Die voor spellingen zijn trouwens door hen, die den toestand konden beoordeelen, altijd met schouderophalen begroet. De Temps schrijft „Hoe machtig tusschen hen de oorzaken van concurrentie mogen zijn, hoe zou men kun nen miskennen, dat het verstand hen raadt niet de uiterste proefneming te wa gen om hunne krachten te meten? De oorlog thans zou te laat komen voor Ja pan, dat de vloot van de Unie heeft laten groeien, te vroeg voor de Vereenig de Staten, die het Panamakanaal nog niet hebben voltooid. Amerikanen en Japanners hebben evenzeer behoefte aan vrede. Hoe zouden zij overigens elkaar in een oorlog moorddadige slagen kunnen toebrengen? De Amerikanen kunnen evenmin Japan over meesteren als de Japanners Amerika kunnen veroveren. Onder die omstandigheden zou de strijd bezwarend zijn, zonder beslissend te kunnen zijn. Heden te meer om de kans er van niet te wagen, en de eerzucht in te toornen en het verkregene te bevestigen. Aan die bevestiging heeft men thans gewerkt. „Het zou voorbarig zijn daarvan thans de waarde en den waarschijnlijken duur te willen nagaan. Gelijkheid, open deur, on afhankelijkheid, onschendbaarheidhet zijn woordenDie woorden zijn voor tal rijke uitleggingen vatbaar, die in hunne ver scheidenheid de meest tegenstrijdige lusten kunnen uitdrukken. De Amerikanen verte genwoordigen thans door de macht van de omstandigheden de blanke beschaving te genover de gele beschaving. Is het kapitein Mahan, die gelijk heeft? Staan wij aan den vooravond van een tijdperk, waarop nood wendig vroeg of laat de vraag moet worden gesteld of de westersche beschaving moet lieerschen van het eene einde der aarde tot het andere en de toekomst moet besturen? Indien dat zoo was, dan zouden de verdra gen weinig wegen tegen de historische en economische verschijnselen, die deze groote strijd zou meebrengen. Maar zijn er histo rische wétlen? En is een weinig goede wil, plooibaarheid en opportunisme niet dikwijls voldoende om den loop van de gebiedendste noodzakelijkheid af te wenden? „Met dezen geest van goeden wil hebben de kabinetten van Tokio en Washington zich bezield. En daarvoor behooren zij geprezen te worden." Duitschland. B e r 1 ij n, 2 Dec. In het debat, dat heden over de ministerieele verantwoorelijk- heid gevoerd werd, verklaarde staatssecreta ris von Bethmann Hollweg, dat de Bonds raad over deze zaak geen besluit kon nemen, voordat de Rijksdag tot eene beslissing is ge komen, maar dat hij groote belangstelling koestert voor deze aangelegenheid. De voorstellen hunner partijen worden respectievelijk verdedigd door de heeren Müller-Meiningen (vrijzinnig), Spahn (van het centrum), Ledebour (socialist) en Miel- zynski (Pool). Laatstgenoemde verklaarde het voor een leugen, dat de Polen vijanden zouden zijn van het Duitsche volkzij willen integen deel medewerken aan de uitbreiding van zijne rechten, evenals zij hopen, dat men hen zal helpen. De woordvoerder van de nationaal-libera- len betoogde, dat het de taak van het parle ment is er voor te zorgen, dat dit zooveel invloed krijgt, dat het den ministers onmo gelijk zal zijn tegen de wenschen van het parlement in te gaan. De vertegenwoordiger van de rijkspartij vatte het standpunt van zijne partij samen in den uitroep„God beware ons voor eene parlementaire regeering Morgen zullen de besprekingen voortgezet worden. De groothertog van Mecklenburg-Schwe- rin heeft in eene audiëntie, die hij verleen- j de aan het dagelijksch bestuur van de libe- rale kiesvereeniging van de beide Mecklen- j burgen, zijn principieel standpunt in de zaak der grondwetsherziening aldus uiteen gezet Toen ik uit eigen beweging besloot het J door mijn grootvader begonnen, maar niet i ten einde gebrachte werk van eene hervor ming overeenkomstig de eischen des tijds van de bestaande landsconstitutie ter hand te nemen, was het mij niet onbekend, dat over de vraag op welke vijze deze moeie- lijke taak moet worden opgelost en welke grondwetsvorm van Mecklenburg moet worden beschouwd als beantwoordende aan de eischen des tijds, de meeningen in de verschillende kringen van het land ver uit elkaar gaan. Wilde ik mijn land voor ern- •stige conflicten bewaren en eene rustige ontwikkeling van zijne openbare rechtstoe standen verzekeren, dan moest ik mijn oog merk er op richten, dat het grondwetsont werp niet .et eenzijdige standpunt van eene bepaalde partij tot richtsnoer neemt, maar onder inachtneming van de feitelijk be staande toestanden zooveel mogelijk eene richting inslaat, die het midden houdt tus schen de verschillende politieke standpun ten in het land. Van deze overweging uit gaande, heb ik indertijd mijn besluit om de beraadslagingen over eene nieuwe grond wet te hervatten, doen kennen en door mij ne regering de voordracht laten opstellen, die bij den landdag moest worden inge diend. Ik ben ook vast besloten, de door mij aangeknoopte onderhandelingen op grond van de voordrachten en mijne regee ring voort te zetten en ze tot aan het land nuttig einde te brengen. Niettemin heb -k mij niet kunnen onthouden, in dezen voor het gansche land zoo gewichtige zaak ook de wenschen van de liberale kiesvereeniging te hooren, gelijk ik voor ieder van mijne onderdanen een geopend oor heb. België. Brussel, 2 O e c. De Kamer zette heden de beraadslaging voort over het mili taire vraagstuk. De minister-president ver klaarde, dat de minister van oorlag aan het kabinet zijne persoonlijke gedachten omtrent de reorganisatie van het leger had medege deeld. Hij herinnerde aan de formeele be lofte, die aan Kamer en Senaat was gedaan, om op het einde van het jaar aan het parle ment de resultaten van de proef met het vrijwilligerschap mede te deelen. De minis ter van oorlog dringt geen enkel plan op hij verzoekt dat eene commissie den toestand zal onderzoeken, onder mededeeling van zijne persoonlijke inzichten. De ministers verzoe ken eenstemmig, dat de Kamer het voorstel- Snoy zal aannemen, strekkende tot benoe ming van een commissie, belast met het uit brengen van een rapport over de quaestie. De minister-president voegde daaraan toe, dat het ministerie niet aan het bewind zou kunnen blijven, wanneer het niet den steun heeft van eene meerderheid der rechterzijde. Hij vraagt zich af, of er in het parlement een meerderheid is, samengesteld uit 'ver schillende elementen, maar zelfs als deze er was, zou men haar slechts kunnen aanvaar den, voor zoover zij onze eigen meerder heid niet ontwricht. Het hoofd van het ka binet bracht daarna in herinnering, dat alle generaals de vrijwilligers als nuttig voor het leger hebben erkend, maar tevens heb ben verklaard, dat hun aantal te gering is. Het Belgische leger kan thans in oorlogstijd beschikken over 180,000 man, waarbij na de reorganisatie van de burgerwacht nog 44,194 man komen, die in tijd van oorlog diensten kunnen bewijzen. Ook bracht hij in herinnering, dat de katholieke regeering versterkingen aan de Maas had laten aan leggen en de verdedigingswerken bij Ant werpen heeft doen versterken. De regeering zal, al neemt zij den steun van de linker zijde aan, met de rechterzijde de landsver dediging weten te verzekeren. „De heer Snoy wenscht een onderzoek, wij sluiten ons bij dien wensch aan". De liberaal Hijmans zeide„Wij staan voor een ernstig gevaar. Wanneer er een oorlog mocht uitbreken, zal het geen twee gevecht zijn, zooals in' 1870, maar eene al- gemeene worsteling, waarin Engeland, Frankrijk en Duitschland slaags zullen ra ken. Wij moeten een sterk en goed georga niseer leger hebben en moeten alle politieke kleingeestigheden laten varen". De vergadering werd hierna gesloten. PrankrQk. Verdun, 2 Dec. Het bestuurbare luchtschip Ville de Pari6 is opgestegen in de omstreken van de forten van Verdun met vijf personen aan boord. Met deze opstij ging is de reeks proefnemingen geëindigd. Het luchtschip zal nu worden opgeborgen, maar in gereedheid gehouden worden om bij de eerste gelegenheid weer op te stijgen. Engeland. Het hof van appèl heeft eon vonnis ge wezen, waardoor is beslist, dat de vakver- eenigingen (Trade Unions) niet het recht hebben aan hunne leden bijdragen uit te keer en om 't hun mogelijk te maken een mandaat als lid van het lagerhuis uit te oefenen. Dit vonnis is tegen de Amalga mated Society of Railway Servants uitge sproken, maar het bedreigt de geheele par lementaire vertegenwoordiging van de ar beiderspartij, wier afgevaardigden uit het fonds van de Trade Unions ieder 200 p. st. betrekken. De veroordeelde vereeniging kan bij het hoog rhuis in beroep komen, maar met weinig kans op succes. Slechts eene wetswijziging, die het onpolitieke karakter van de Trade Unions, dat tot dusver in acht genomen is, zou opheffen, zou kunnen garandeeren dat de Trade Unions zich in het parlement laten vertegenwoordigen. Italië. Rome, 2 D e c. De beraadslaging over de motie-Fusinato werd heden voortgezet. Galli zeide te gelooven, dat de intfrna- tionsle verdrigen, die betrekking hebben op de aTgeme.me politiek, niet onschendbaar zijn. De spieker betuigde instemming met de onafhankdijkverklaring van Bulgarije en wijst liet gevaar aan van een vooruittrekken van Oostenrijk naar Saloniki. Alfred Bacceli sprak ten gunste van Tit- toni's politiek en zeide, dat de tegenwoor dige toestand van Italië beter is dan die, welke volgd'? op het congres van Berlijn. Hij eindigde- met te zeggen, dat de politiek van Italië mocó waken voor de Italiaansche belangen e deze in overeenstemming be hoort te brengen met het hoogste belang van den vrede. Sonnino zeide, dat hij vroeger bij vele ge legenheden de politiek van Tittoni had ge steund, eene politiek, die gebaseerd is op de verklaringen van den minister van buiten- landsche zaken betreffende de goede betrek kingen van Italië met de andere staten en de volkomen overeenstemming met Oosten rijk-Hongarije in zake de Balfeanstaten. Hij ste'de evenwel vast, dat de gesprek ken te Salzburg gevolgd werden door een sensationeel i verrassing, bestaande in de in lijving van Bosnië, waardoor openlijk in breuk werd gemaakt op het verdrag van Ber-, lijn. Voor wat betreft de den 29en Septem ber openbaw gemaakte verklaring na het onderhoud %an Tittoni met Iswolski aan gaande de volmaakte overeenstemming van zienswijze tusschen de twee ministers in zake de Balicanstaten, vroeg Sonnino of deze harmonie gelleven is, nu Tittoni 6 October verklaard heeft in de inlijving niets te zien dan de erkenning van een toestand, inder daad reeds tc voren bestaande, terwijl Is wolski er le\endig op heeft aangedrongen de kwestie der inlijving aan eene conferen tie te onderwerpen. De spreker beval mili taire toebereidselen aan, maar zeide geens zins er aan le denken oorlog met Oostenrijk te maken. iJe spreker legde er den nadruk op, dat het groote belang van Italië er in bestaat te werken voor een onmiddellijke overeenstemi; ing met Oostenrijk. Hij was altijd een overtuigd voorstander van den Driebond, dien hij beschouwt als een eleme c voor den vrede in Europa en voor de veiligheid van Italië. Als warm vriend van der. Driebond zou hij elk spoor van tegenstrijdigheid van gevoelens in het optreden dei bondgenooten willen doen ver dwijnen. De spreker zeide niet te weten of de conferentie bijeen zal komen of niet. Het kan hem ook weinig schelen, nu de vrijheid van hande'en in de toekomst door de rede voering is v&stgesteld. Carrare siclde het geheele kabinet verant woordelijk vcor de gevolgde politiek. Hij ge loofde niet, dat het een geschikt oogenblik was cm over de buitenlandsche politiek te stemmen. O oste n r i j k-H o n ga ri j e. Weenen, 2 Dec. Den Keizer werden bij zijn rit naar den Hofburg geestdriftige huldebetuigingen gebracht. Hij woonde de plechtige mis bij en ontving daarna de ge- lukwenschen van de keizerlijke familie. W e e n e n, 2 D e c. De minister van oor log Schönaich bood namens het leger den Keizer een jubileumkruis ran, prachtig met brillanten versierd. De Keizer werd bij zijne aankomst in het operagebouw en bij zijn vertrek met onge hoorde geestdrift toegejuicht door de reus achtige menigte die langs den weg opeenge pakt stond. De jubileumfeesten zijn in de geheele monarclrie met de grootste plechtigheid ge vierd. De telegrammen uit de vreemde hoofdsteden gewagen van de vaderlandslie vende betoogingen, die daar gehouden zijn. De buitenlandsche pers verkondigt eenstem- mig den lof van Keizer Frans Jozef. De Keizer verleende aan den gemeen- schappelijken minister van financiën baron Burian het grootkruis van de Leopoldorde met brillanten. j P r a a g, 2 D e c. De staat van beleg is te Praag geproclameerd, evenals in de aan- j grenzende districten. Praag, 2 Dec. Des namiddags en des avonds heerschte overal rnst. Te Brünn kwamen incidenten voor tus- dook 77 JL R. CROCKETT. Lit h*4 Sthotech vei t a aid DOOK J. P. WH581LIKK-VAN K08SUM. „Megsy, Megsy," riep zij, „je hebt je meisje voor altijd verloren. Zij is de eigen dochter harer moeder. Van dezen dag te beginnen zal zij nooit meer aan de arme, oude Margaret Tipperlin toewerpen, die haai toen ze een zuigeling was verzorgde en wiet hart al dien tijd met smachtende liefde over haar waakte, nacht en dag, in duisternis en zonneschijn, Megsy, Megsy je bent heden waarlijk een weduwe en een vrouw zonder kinderen En wat waren het voor dagen die volgden. Nooit was er zulk een heerlijke zomer in Galloway gezien. Wolkenlooze dagen, volg den op wolkenlooze dagen, toen de Meizon die van Juni werd, en de frissche helderheid van den voorzomer overging in de groote, vlamende Juli hitte. Dag op dag kwam Carus van Knochdon. Jamie Lammie en zijn vrouw verwonderden zich erooteiijks. ..Nu en dan neemt hij een hengelroede in de hand." zei de laatste, „maar een forel brengt hij nooit thuis. En ik geloof vast, dat zo nooit boven een beek wordt gehouden. Ik maak altijd eeu pakje met boterhammen voor hem klaar, maar meestal vergeet hij het van de tafel in de vestibule mede te nemen, en als hij het al in zijn zak steekt, dan is het er nog in, als ik den volgenden morgen zijn kleeren borstel." „Herinner je je nog wel, Robina," zei haar echtgenoot, „hoe ik vergat mijn pap op te eten, toen ik jou he. hof maakte „Houd je mond, man, je moest je scha men je gelijk te stellen met den kleinzoon van haar Genade of mij met een groote da me, die hij zal trouwen als zijn tijd komt. Zijn mooi, jong gelaat moge gezegend wor den. Je hebt in het geheel geen verstand Jamie Lammie. Ga naar je werk, jou onnoo- zele, en als je soms naar een karweitje mocht uitzien, schil dan de aardapplen voor mij.' Het was goed voor hun geheim, dat Ja mes Lammie van nature niet nieuwsgierig was, en dat hij liever met zijn kruiwagen de afgevallen bladen van het laatste najaai langs de paden reed, en oij het schuitenhuis beneden aan het meer bezig was, dan op de toppen der heuvelen de gebeurtenissen der natuur iff oogenschouw nam. Maar de snippen wisten het en na een paar weken bewogen zij zich nauwelijks van het nest, als Hester en Oarus voorbijgingen. Dezen waren geen eierenzoekers, zooals som migen die beter moesten weten, vertrouwden zij elkander toe. Ja, als zij al op hun wan deling een nest met prachtig gespikkelde eieren zagen, dan mochten zij een oogenblik stil staan, maar juffrouw snip wist heel goed dat zij verder zouden gaan en in een oogen blik alles hebben vergeten lederen morgen te negen uur werd Carus in het oosten aan den horizon verwacht en oogenblikkelijk door Hester opgemerkt. Megsy deed voorkomen alsof zij er niets van merkte, of toonde een weinig wrevel al naar haar stemming was. 1 „Hij zal vandaag zeker niet komen, hij zal eenige van zijn voorname vrienden bij zich hebben om te visschen of te jagen. (Het was Juni.1 We zullen vandaag eens een dag voor ons zelf hebben." I Dan lachte Hester en liep naar Megsy om haar snel een kus te geven, uitroepende, jou dwaze, oude, jaloersche Megsy, natuurlijk komt hij. Wel, hij heeft het beloofd?" I En dat deed de deur natuurlijk dicht. Dan zag Hester hem zwart tegen de luoht afsteken, en dadelijk daarop begon hij ver stoppertje te speilen achter dè graniet- blokken op de High Rig, enkele niet hun neus in de lucht als Foolsclie beren, een koeltje opsnuivende, andere waarschuwende vingers opstekende, Hester's oogen verloren Carus nooit geheel uit het gezicht. Bij in stinct wist zij, waar hij den volgenden keer zou verschijnen, en menigmaal struikelde de reiziger onverwacht over een steen bij het turen naar den witten zakdoek, als de slanke gestalte in de zomerjapon op den drempel der voordeur haar arm ophief. I Op het oogenblik, dat hij de klip bij de beek bereikt had, begon Hester's hart wat sneller te kloppen. 1 „Ik denk, dat ik hem van morgen niet tegemoet zal gaan," zeide zij, „misschien is het beter, dat ik het niet doe." Toen zij weer op keek, ziedaar' hij ging het weiland al over. „Maar hij zal zoo teleurgesteld zijn, als ik het niet doe," zei Hester weifelend en met een vluchtigen blik in den spiegel voor .dat overal bekende doel, der vrouw, „te zien dat alles in orde is," snelde zij het smalle paadje af, klapte het kleine, groene hekje achter zich dicht, en stond onder 'de elzeboomen om op haar geliefde te wachten. En Carus loopende over het weiland, te midden van de heerlijke geuren van made lieven en sleutelbloemen, meende dat het le ven te voren nooit het leven waard was ge weest. Dag op dag vond hij haar schooner. En ze was ook schooner. Want even als een middadige zon en weldadige regen een bloem, die van nature overvloedig zou bloeien, maar verdorde door gebrek aan licht en voedsel, doen ontbotten en zich ont plooien tot iets schitterender dan zij zelf, zoo won Hester Stirling werkelijk iederen dag aan schoonheid in den zonneschijn van een groote liefde en den innerlijken gloed van geluk des harten. Carus trad op haar uoe met een uitdruk king van levendig geluk in zijn oogen. Na der tredend wierp hij met een jongensachtige Beweging zijn muts af. Hij zag een slank meisje in een zomerkleed staan wachten, blootshoofds, een strik van zacht, blauw lint om haar hals. Hij zag haar aan, nam haar beeld in zich op van het bovenste krulletje van haar bevallig hoofd, tot het kleine muil tje dat uitkwam kijken onder de gespikkel de, amberkleurige japon. En even als die andere minnaar zong zijn hart „Er is niemand aan haar gelijk, nie mand." Maar toen hij dichterbij was, zag hij al leen haar gelaat, terwijl zij haar hoofd wat naar achteren boog om hem aan te zien. Hetgeen hij daar zag, is hetgeen het meeste waarde heeft om gezien te worden, den blik van volmaakte liefde, die alle vrees van het gelaat eener vrouw wegvaagt. Een oogenblik hield Carus haar op arms lengte zijn handen op haar schouders, en toen hij het klappen van haar hart voelde in al den glans van volmaakte jeugd en vol maakte liefde riep hij uit: „O, je bent nog veel mooier dan gisteren." En toen de blijdschap als antwoord uit haar oogen 9traalde en haar lippen zich tot spreken plooiden, bukte hij zich en trok haar zoo dicht naar zich toe, dat het spreken over moest gaan tot een zacht geprevel, en het Hester toescheen, dat zij met gesloten oogen over een grooten oceaan zweefde een moederzee in wier armen zij en haar geliefde voor altijd alleen en veilig waren. 1 Als Hester eindelijk tot zich zelf kwam, wandelden zij het nauwe paadje op, Carus een weinig voor haar uit, zich haastende Megsy met een kus te begroeten, half harte lijk en half als een zoenoffer. Zij volgde blo zend en verrukkelijk verlegen, dat Megsy zou weten waarom zij hem tegemoet was ge gaan. Toch vertelde zij M-.-gsy iederen avond hoe zeer zij hem liefhad, en Megsy zuchtte als zij bedacht, hoe die naar liefde honge rende Hester zich geheel zette op de trouw 1 van een man „zij is haar moeder's dochter 1 geprezen zij de Heer," zei de oude j vrouw; „zulk een meisje geeft haar hart geheel in betaling, als zij verliest dan is zij voor altijd bankroet en vernietigd 1 Als zij naar Carus opzag, zeide Megsy in 't diepst harer ziel„Maar de jongen is een eerlijke jongen, de Heer behoede hemwant in Zijne handen alleen zijn de harten der menschen. Wurdt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1