binnenland: schen Duitschers en Czechen. Om de orde te herstellen werden troepen ontboden, die met •teenworpen door de betoogers ontvangen werden. Een aantal personen werden ge wond, waarvan sommigen ernstig. Velen zijn gevangen genomen. Laat in den avond was de orde hersteld. In Praag blijven de auti-Duitsche mani- festatiën aanhouden zij schijnen eerder re verergeren dan te verminderen. Het zijn niet enkel de Duitsche studenten, die aan aanrandingen blootstaaneergisterenavond werden verscheidene aanvallen gedaan op de politie en de gendarmerie. Dragonders moesten uitrukken onder bevel van een rit meester Deze werd door steenworpen ge wond, waarna de dragonders den sabel trok ken van beide zijden vielen talrijke ver wondingen. Tegen 9 uur ging de beweging in een op roer over. In de voorstad Weinberge werd een drukkerij bestormd. Winkel-uitstallin gen en uithangborden werden vernieldin sommige straten werden nlle uithangborden weggenomen. In de Mariengasse werden barricaden gebouwd, maar vlug door troe pen bezet. In het Celakowskypark werden draden gespannen voor de kavallerieinfan terie moest deze beletselen wegnemen. Bij het Tylplein werd vuur gegeven. Straten en pleinen werden militair bezet. De stadhouder van Bohemen, graaf Cou- denhove, heeft bepaald, dat samenscholin gen op straat en het rondtrekken van be toogers niet meer zullen worden geduld. De regeering gelastte, dat tot onderdrukking van de rustverstoringen alle machtmiddelen in ruime mate zullen worden aangewend en dat overal met de grootste beslistheid voor het herstel van de rust moet worden gezorgd. Mochten deze maatregelen niet terstond de beoogde uitwerking hebben, dan staan ver dere maatregelen van afdoende strekking on middellijk voor de deur Als zóódanig wordt algemeen beschouwd de staat van beleg, die als het'noodig is terstond zal worden afge kondigd, nu den jubileumdag voorbij is. De Duitsch-Boheemsche afgevaardigden, die in den rijksraad de gebeurtenissen te Praag zeer verontwaardigd bespreken, dringen daarop krachtig aan zij dreigen de begro tingswetten te zullen verwerpen, als er niet krachtig wordt ingegrepen. Men ziet onder de telegrammen dat het nu is geschied. Naar verluidt, zal de stadhouder graaf Coudenhove nog voordat het jaar ten einde loopt aftreden. Als zijn vermoedelijken op volger wordt genoemd het lid van het hee renhuis graaf Heinrich Clam-Martinitz, een der leiders van den reationair-nationans- tischen hoogen adel. Op aandrang van den minister-president Bienerth, hebben de thans te Weenen ver toevende Duitsche en Czechische afgevaar digden gezamenlijk een telegram gezonden aan de partijbesturen en aan een aantal toonaangevende personen in Praag, om hen aan te sporen hun invloed in kalmeerenden zin aan te wenden. De Balkanorieis. De zaakgelastigde van Montenegro te Konstantinopel Gregowitsch heeft in een in terview verklaard, dat Monteijegro op drin genden raad van de mogendheden besloten heeft de conferentie af te wachten, Hij voegde er echter bij, dat zijne persoonlijke overtuiging was, dat als het programma van de conferentie niet bevredigend was, d. w. z. als aan Bosnië en Herzegowina niet eene autonomie werd toegestaan, overeenkomende b.v. met die waarvan Samos nu geniet, of als aan Montenegro eene gebiedscompensatie werd geweigerd, of wel als de conferentie niet bijeenkwam, Montenegro terstond een guerilla-oorlog tot het uiterste zal beginnen. Hij besloot aldus: „Wij zijn 40,000 man sterk. Wij zijn volkomen gereed. Wij reke nen op den steun van de Servische elemen ten in Bosnië en Herzegowina en op de sympathie van de Slaven." Turkije en Bulgarije. De Porte heeft over de Turksch-Bttlgaar- sche onderhandelingen de volgende ophelde ring gegeven„De Bulgaarsche vertegen woordigers hebben alle hangende vragen on derzocht, welker oplossing door de onafhan- kelijkverklaring noodig werd De vertegen woordigers zijn nu vertrokken, om rapport uit te brengen aan den ministerraad. Ljaptschew zal naar Konstantinopel terug- keeren, zoodra de Porte, nadat zij aan de mogendheden verslag heeft uitgebracht, in staat is de hangende kwestiën definitief te regelen." TarWJ* Met de benoeming van Husseni Hilme Pacha .ot minister van binnenlandsche za ken is het ambt van inspecteur-generaal van Maced.nië vacant geworden. Dit ambt, dat op grond van het programma van Mürzety werd ingesteld, zal door de Porte niet weer bezet worden. De civiele agenten van Oos'tenrijk-Hongarijo en Rusland, die aan den inspecteur-generaal als assessoren wa ren toegevoegd, verliezen daarmee hun re den van bestaan. Mei geeft zich in de Porte over aan de stellige verwachting, dat deze civiele agenten nu zullen worden te ruggeroepen Eenige admiraals en vier kapiteins ter zee zijn uit de ranglijst geschrapt, omdat zij ver dacht waren van reactionaire gezindheid of op andere wijze gecompromitteerd waren. Een berichtgever van de Daily Mail te Konstantinopel meldt, dat het boycot van Oostenrijksche waren onverminderd voort duurt. Het boycot begon met fezzen en lucifershet breidde zich uit tot suiker, mannen- en vrouwenkleeren, fantasiewaren, ornamenten. Eerst gaandeweg kwam men er achter, dat die uit Oostenrijk afkomstig waren. Eerst wilde men ook boycotten wat uit Bulgarije kwam mais, ossen, paar den, lamsvleesch maar de verbittering tegen de Bulgaren is veel minder sterk en dit boycot sloeg niet in. China. Peking, 2 December. Heden word met schitterende praal de Keizer ge kroond. Vereenlgd. Staten. President Roosevelt is te Washington bij het oversteken van eene straat door een automobiel aangereden. Hij werd omverge worpen, maar kon terstond weer opstaan hij kwam er met eenige kwetsuren af. Haïti. N e w-V ark, 2 De c. Uit Port au Prince wordt bericht, dat men verwacht, dat de strijd tusschen de revolutionairen en de aanhangers der regeering, eenige da gen zal verschoven worden, omdat besloten is tot een aanval op Jaconel voordat tegen de hoofdstad zal worden opgetrokken. Voor zooveel de regeering aangaat, wordt echter de toestand als hopeloos beschouwd. De staatsminister Borne heeft zijn ambt neer gelegd en heeft de wijk genomen in het Duitsche gezantschapsgebouw. Alleen de ministers van binnenlandsche zaken, justi tie en financiën hebben nog hunne porte feuilles behouden. De voorhoede van de re volutionairen heeft zonder tegenstand Leo- gane bezet. N e w-Y ork 2 Dec. Uit Port-au- Prince wordt bericht, dat de bevolking van die stad in opstand is gekomen en thans meester is van de stad. Gevechten hebben er niet plaats gehad. De opstandelingen heb ben een voorloopige regeering ingesteld, waarvan generaal Legitime het voorzitter schap heeft aanvaard. Zuid-Afrika. Graaf K e y n e. i> ^ivaapkolonie), 2 Dec. Heden werd een gedenksteen onthuld voor commandant Scheepers en anderen, die als rebellen terecht waren gesteld in den Zuid-Afrikaanscheu oorlog. Er werd eene rede geiiouden door generaal Grobler en er werden brieven van sympathie voorgelezen van den heer Sauer, minister van de Kaap kolonie, en den oud-president Steyn. Laatst genoemde verklaarde, dat wat Scheepers had gedaan was geschied op bevel van zijne supe rieuren. Had hij iets gedaan, dat in strijd was met het oorlogsrecht, dan was de schrij ver (de heer Steyn) daarvoor verantwoorde lijk, maar er was voor zoover hij wist, niets geschied, dat tegen dit recht streed. Allerlei. De zaak-Steinheil. vDinsdag morgen ten 7 ure verliet me vrouw Steinheil in een taxi-auto de gevan genis, vergezeld van hare bewakers. Nie mand werd het vertrek gewaar. In het paleis waren alle mogelijke voor zorgen genomen, om te beletten dat iemand doordrong in de galerij, welke leidde naar het kabinet van den rechter van instructie. Tegen half twee verscheen mevrouw Stein heil, onder een dichten, zwarten sluier. Photografen hadden zich een plaatsje weten te veroveren en fotografeerden haar met magnesium. Aanstond: werd zij binnen gebracht bij den rechter van instructie Daarop begon dadelijk het verhoor. Mevrouw Steinheil begon met te prote steeren tegen de beschuldigingen welke men tegen haar inbracht: „Mijn toestand is zon derling zeide zij. Ook ik ben een slachtoffer geweest. Ik heb bijna het lot gedeeld van de mijnen en nu word ik vervolgd voor eene misdaad, wiei plegers i poog aan het ge recht over te leveren." De rechter vroeg haar of zij voor het ver hoor nog wenschte te spreken met hare ver dedigers en toen zij dit bevestigend beant woordde, trok zij zich eenigen tijd met hen terug in een ander kabinet. Ten 2 ure stelde zij zich weder ter beschikking van den rech ter van instructie. Weer begon zij met eene betuiging van haar onschuld. Indien ik schuldig was zou ik immers niet gehandeld hebben zooals ik deed. Ik heb het gerecht in waling gebracht over eenen persoon, ik heb uitgelegd waar om. Ik ben niettemin eene onschuldige mar telares." Over haar huwelijk rtelde ze verschil lende bijzonderheden. Zij heeft den heer Steinheil ontmoet te Bayonne in 1890. Hij restaureerde in die stad kerkfresco's. Hij was 40 jaar oud, zij 18. De schilder vatte onmiddellijk liefde voor haar op. Zij beminde hem niet. Hare moeder zeideDat is eene goede partij voor u en zij stemde toe, hopende dat de liefde lator zou komen. Na hun huwelijk kwamen zij te Parijs wo nen. Zij was niet gelu-kig, zeide zij. Hoe kon ook een meisje van II jaar gelukkig zijn met eenen man van 40, vooral als die zoo somber en schuw is. Voo*- mijn huwelijk beminde ik hem niet, na ïiiijn huwelijk ver afschuwde ik hem. Het was nochtans een zacht man, een ijverig werker, die zijne Icuhst lief had. Gij waart echter voor de wereld. Ja, dat was ik. Gij waart een wezen vol hoogmoed. Gij wilde aanbidders hebben, gij wilde schitte ren en gij offerde alles op aan uwen hoog moed. Gij hadt een lief dochtertje, geboren een jaar na uw huwelijk. Uw plicht was zich met haar bezig te houden, 't Was vooral de heer Steinheil, die over haar waakte. Gij in- tusschen maaktet plezier. Al de vrouwen van de wereld doen als ik. Gij hebt misbruik gemaakt van het zwakke karakter van uw man. De oneenig- heid in uw huishouden was onvermijdelijk. Het was zoover gekomen, dat gij met uwen man niet meer spraakt. In den laatsten tijd schreeft gij hem, wanneer gij iets te zeggen had. Wij hebben een briefje gevonden door u geschreven, luidende: ,Ik heb er genoeg van te leven met een man van uwe zeden. Dit briefje is inderdaad van mij en drukt mijne gevoelens uit. Verder verweet gij hem zijne duldzaam- heid, verweet gij hem dat hij leefde van uwe minnaars. Mevrouw Steinheil antwoordde niet. O, gij kunt gerust spreken, wij weten wel dat gij talrijke minnaars hadt't is van algemeene bekendheid- Komaan, geen val- sche schaamte. Beken uwe betrekkingen. Hetzelfde stilzwijgen. Het gerecht moet alles weten. Zelfs de namen mijner minnaars? Ja, zelfs hunne namen. Een fijne glimlach plooide daarop de lip pen van mevrouw Steinheii, die hare schoo- ne witte tanden liet zien en met eene zacht spottende stem verklaarde zij ,,'t Ware eane schending van het beroepsgeheim." Ik laat u niet toe hier te gekscheren, zeide de rechter. Wilt gij .nij de namen zeg gen van degenen wier minnares gij geweest zijt? Neen. Alles wat ik ->an bekennen is dat mijne betrekkingen voordeelig zijn geweest, niet alleen voor mij maar ook voor mijn huis houden. Heeft uw man nooit onderzoek gedaan naar den oorsprong uwer geldmiddelen? Mevrouw Steinheil begon te lachen: „Ik zeide dat tante Lily ons geld gaf. Tante Lily, had ik hem wijsgemaakt, is eene zeer rijke maar zonderlinge oloedverwante. Zij is zeer edelmoedig, maar wil dat niemand het wete. Zij wil overigens niemand zien dan mij en bestaat voor ge ander lid van de familie." Heeft uw nian geloof gehecht aan die fabel? Ik heb het hem nooit gevraagd, maar ik geloof het niet. Ik weet enkel dat, wan neer ik tante Lily verwachtte, hij heenging. Er bestonden dus ernstige geschillen tusschen uwen man en u, geschillen ont staan uit uw slecht gedrag. Pardon, niet alleen wegens mijn ge drag. Verklaar u nader. Neen, 't zij u voldoende te weten dat wij in oneenigheid leefden. Ik wil hier de nagedachtenis van mijn man niet aanran den. Uwe zinspeling is de ergste beleediging. Ik zinspeel op niets en ik zeg niets. Hebt gij voor eenige maanden niet ge zegd Ik zal scheiden En heeft uw man niét geantwoord: „Ter wille onzer dochter zal ik weigeren"? Mevrouw Steinheil zweeg. Ik stel u de vraag, antwoord dus, drong de magistraat aan. *t Is juist, stamelde de weduwe. En zou er geen betrekking bestaan tusschen de weigering van uw man op uwe vraag tot scheiding en het drama? Op die vraag werd mevrouw Steinheil woe dend. Meent gij dan, dat, zoo ik werkelijk van mijn man had willen scheiden, ik mijn toevlucht had moeten nemen tot eene mis daad. Komaan! Ik heb duizend gelegenhe den gehad om te scheiden. Of mijn man wil de of nietik kon de verbreking van ons huwelij* doen uitspreken. Ik had talrijke brieven, die bewezen wat hij was. Ik bezat wapenen tegen hem. Het verhoor was nagenoeg geëindigd, toen de rechter eensklaps nog vroeg Is 't waar dat gij verklaard hebt uwe moeder te verachten Ik kon de vrouw niet beminnen, die mij gedwongen had eenen man te trouwen, dien ik niet beminde, en die aldus mijn le ven heeft gebroken." Hierop liep het verhoor af, hetwelk giste ren werd voortgezet. Het was half acht toen mevrouw Steinheil het paleis verliet. De rechter is voornemens met de ondervraging onafgebroken door te gaan, zoo noodig acht dagen aan één stuk. Bij 't bezoek van hare dochter moet me vrouw Steinheil hebben gezegd: „Neen, ik wilde mij niet ontdoen van uw vader. Gij weet hoe wij te samen leefden. Het was over eengekomen dat hij mij zou laten leven zoo als ik wilde. Volgens de verklaring van eenen bloed verwant van niej. Steinheil, moet het for tuin, door den schilder nagelaten, buiten de villa van het Ronsinstraatje, 12,000 fr. rente per jaar bedragen. Een ander lid der familie verklaart, dat de heer Steinheil 40,000 fr. had verloren in eene automobielzaak. Gisteren had de lijkschouwing van mevr. Japy plaats. Kameroverzicht Tw«ede K»m«r. Voortgegaan werd Woensdag met de be handeling van de begrooting van Binnen landsche Zaken. Op art. 56 verdedigt de heer Schaper een amendement, om het artikel te verhoo- gen op 25,000 en dus te brengen op 100.000. De bedoeling van dit amende ment is, subsidie tot bestrijding der tuber culose in overeenstemming te brengen met de wenschen van den raad van bestuur der Ne- derlandsche Centrale Vereeniging tot bestrij ding der tuberculose. Op de landbouwbegrooting wordt bijna 1 millioen gevraagd voor de bestrijding van de ziekte onder het vee, daarom mag er wel eens een ton worden gegeven om de tuber culose te bestrijden. De heer B 1 o o k e r betuigt zijn instem ming met het amendement en raadt eveneens den minister aan het over te nemen, ook met het oog op de begrooting van de Nederland- sche vereeniging. De heer A a 1 b e r s e wijst er op, dat, in zake de tuberculosebestrijding ook aan dr. Kuyper een eerepalm toekomt. Hij meent, dat de hoofdvraag is op welke wijze de staat moet steunen. Ondersoheiden moeten wor den verpleging van tuberculeusen en bestrij ding van de tuberculose als volksziekte. Hij bespreekt de verpleging in de sanatoria, daarbij verwijzend naar een uitstekend stel sel van prof. Nolen in de „geneeskundige bladen." We moeten in ons land komen tot een rationeel plan van tuberculosebestrijding waarmee allo partijen liet eens zijn. Wat de bestrijding van deze volksziekte in ons eigen land betreft, moest men eens twee waarhe den beter gaan begrijpen. Ten eerste, dat niet de lijders aan tuberculose besmettelijk zijn, maar alLeen het sputum, en ten tweede, dat boven alles zonlicht en zindelijkheid de groote vijanden van deze ziekte zijn. De heer Van Wie hen bepleit even eens krachtige maatregelen tegen deze ge vreesde volksziekte, vooral ook in verband met het onderwijzend personeel. Tubercu lose onderwijzers mogen niet in de school worden geduld. Spr. steunt het amendement- Schaper. De heer De Savornin Lohman meent dat we hier niet mogen spreken van volksziekte, want zij komt onder alle klassen voor. Ilij bepleit wettelijke maatregelen in zake de bestrijding van deze zaak, mits die maatregelen geen hinder worden en de vrij heid belemmeren. Spr. zal stemmen voor al het geld, dat de reg. vraagt, maar men-kan niet van haar eischen, dat zij meer geld zal uitgeven. Men mag het hier niet voorstellen of we meer over hebben voor het vee, dan voor de zieke menschen. Duartegen komt spr. op. Hij moet zich tegen het amende ment-Schaper verzetten, indien de regeering zich er tegen verklaart, want we behoeven voor deze zaak niet meer geld toe te staan, dan de regeering vraagt. De heer Van Karnebcek stelt zich op hetzelfde standpunt als de heer Lohman ten opzichte van de verhooging van dezen post en is dus tegen het amendement-Scha per. Hij bespreekt de besteding van de aan gevraagde gelden. De heer Ke t e 1 a a r sluit zich aan bij den heer Aalberse in zake hygiënisch onderwijs op school. Met genoegen heeft hij het plei dooi gehoord voor schoolartsen, maar behal ve deze zal er nog meer noodig zijn. Spr. schetst het groote nut van vacantiekolonies voor de verhooging van het weerstandsver mogen der kinderen, en dringt op een subsi die aan de Vereeniging voor vacantie-kolo- nies aan. Minister Heemskerk beantwoordt de sprekers, inzake de kwestie der tuberculose bestrijding. De bestrijding van die volks ziekte moet, zoo zegt men, in beginsel staatszaak zijn. Spreker meent echter," dat men moet onderscheiden tussphen die be strijding en hetgeen op wetgevend gebied, in verband met de ziekte kan worden ge daan. Wat het eerste punt betreft, de ver- pleging, de oprichting van sanatoria, enz., dat moet niet allereerst van de overheid worden verwacht, maar van het particulier initiatief. De overheid dient echter op doel matige wijze een en ander te steunen. Het nemen van wettelijke maatregelen is zeer zeker de overweging waard. De minister kan echter niet, inzien, dat de staat de gemeente zou moeten steunen, ten opzichte van het aanstellen van schoolartsen. Dit acht hij niet goed, want dan komen er 'n massa an dere zaken die evenzeer weer subsidie in aanmerking komen. Juist zoo staat het met de vacantie-kolonies. En wat het amende ment-Schaper betreft, zelfs al werd dat aan genomen, dan nag zouden we daarmede niet aanvaarden, een vast plan van de Centrale vereeniging. Het betreft hier een ongeregeld subsidie, dat niet wettelijk is geregeld, en wanneer men het subsidie te ruim neemt, loopt men gevaar tekorten te dekken, die in de vereenigingen zijn ontstaan. Er is ech ter een vast plan in bewerking, inzake de verleening der subsidie aan plaatselijke ver eenigingen. Door een en ander weet spr. niet of hij f 100.000 kan gebruiken. Reeds nu staat vrijwel vast, dat de plaatselijke ver eenigingen meer zullen krijgen dan verle den jaar. Het is met het oog op dit alles niet zeker, dat er f 100,000 kan worden uit gegeven, en indien het amendement, bedoelt tot spreker te zeggen Gij moet al dat geld gebruiken, dan raadt hij de Kamer aan het amendement te verwerpen. De heeren Aalberse, D e V i s s e r, Schaper en Lohman repliceeren, en worden nader door den Minister be antwoord. Omdat de heer Schaper verklaar de, dat het amendement niet bedoelde te zeggen. dat het gelieele oedrag moet wor den gebruikt, maar alleen kan worden ge bruikt als het noodig is, neemt de minister het amendement over. Het artikel wordt goedgekeurd. Bij de afdeeling hooger onderwijs wijst de heer Brummelkanip op het toe nemend aantal vrouwelijke studenten. Hij acht dat een gevaar en wijst op de meening van verschillende hoogleeraren om dat te staven.'In liet buitenland heeft men afzon derlijke colleges van vrouwen, wat,in ieder geval aanbeveling verdient. De heer Lohman wijst op de voortdu rend stijgende onkosten aan onze universi teiten. Hij wijst uitvoerig de oorzaakeh daar van aan, die z. i. ook liggen in de wet zelf. Wij moeten veel meer vrijheid laten aan den student om te kiezen, wat hij wil stu- deeren. In den breede schetst spr. welke veranderingen in de organisatie van het on derwijs moeten worden gebracht. Curatoren zullen in overleg met den senaat moeten kunnen uitmaken, welke bijvakken naast de hoofdvakken zullen worden onderwezen. De Minister erkent, dat de speciali seer ing der vakken groot is tegenwoordig. Hij doet niets om het te bevorderen, eer am het tegen te gaan, doch hij kan slechts een geringen invloed daarbij uitoefenen. De mi nister is er op uit zooveel mogelijk de uit gaven te beperken 'voor zoover dit met het oog op de belangen van het hooger onderwijs mogelijk is. Intusschen mag de eene uni versiteit niet te ver achterstaan bij de an dere. Ook is het wel wenschelijk, dat de studenten verschillende universiteiten be zoeken, zelfs buiten het stelsel van den heer Lohman om. Niets zou spreker liever zijn dan het hebben van zelfstandige vrije uni versiteiten van welke richting dan ook, met overheidssteun. Maar, aangezien ons univer sitair onderwijs zich niet bewogen heeft in dia lijn, zal het zeer moeilijk vallen het zoo ver te brengen. Voor evenredig collegegeld gevoelt de mi nister weinig. De meest gegoede studenten vulgen juist de minst dure colleges. De me dische laculteit kost het meest. Wat de stu die van meisjes betreft, het beste is na tuurlijk, dat zij trouwen met den man, dien zij liefhebben en die haar liefheeft. (Gelach.) Maar al stelt men zichzelf op het standpunt dat de studie door meisjes minder gewenscht is, dan is toch nog de vraag of men het ver bieden kan. En dit betwijfelt de minister. Hij kan niet uitvisschen of een meisje ge roepen is tot de studie of niet. Na replieken wordt de beraadslaging over deze afdeeling gesloten en gaat de verga dering uiteen tot Donderdagmorgen kwart over tien. Besloten is, op voorstel van den voorzit ter, ook Donderdagavond te vergaderen. Berichten. De grootmeester van het huis der Koningin, baron Sirtema van Grovestins, heeft heden middag een bezoek gebracht aan den Oostenrijkschen gezant, om Hr. Ms. gelukwenschen over tc brengen met het jubilé van den Keizer van Oostenrijk. De commissaris der Koningin in de provincie Gelderland, mr. J. H. M. baronvaI Mollerus van Westkerke, is zeer ernstig on-va1 gesteld. j*18 Benoemd tot vaandrig de reserve-za^ sergeant A. C. Blockers, van het le regi ment infanterie. 8e: B. en W. van 's Gravenhage hebben he benoemd tot adjunct-commies ter gemeente- jai secretarie te 's Gravenhago mr. W. F. K. m< Cost Budde te Voorst, volontair ter secre- mi tarie 'der gemeente Zntphen. ui ;hi< Men meldt uit 's Gravenhage vo Mr. B. M. Vlielander Hein, de bekende ov rechtsgeleerde, bereikte gisteren den 70-ja- ge ngtn lee -ijd. Dit feit ging niet onopge- fe. merkt voorbij. Tal van bloemstukken en an- ee dere huldeblijk n getuigden van de belang- m stelling van vrienden en bekenden. Onder de velen, die 's middags hun opwachting bij den jubilaris kwamen maken, behoorden ook de e leden van len Raad der Orde van Advoca- V!. ten Door den deken, mr. W. Thorbecke, S1 werden daarbij in een hartelijke toespraak de *e gevoelens van hoogachtting vertolkt, welke i8 de ambtgenooten ten aanzien van hun oud- °1 deken mr. Vlielander Hein koesteren; ter waardeering voor hetgeen mr. Vlielander Hein als deken der Orde is geweest, bood hij namens de orde hem een geschenk aan, 11 bestaande '.i he'. portret zijner echtgenoote, uit te voerra. door den schilder W. Maris Jzn. D>ep geroerd betuigde mr. Vlielander Hein zijn dank. De lvollume :-w terdokter. Men schrijft ons Vandaag viert de heer Z„ 'e Kollum, zijn 88sten geboortedag. Deze heer is in het gansche land en bijzonder in het Noorden algemeen als de Kollumer „waterdokter" j bekend. Ongemeen groot is het getal lijders j dat hem raadpleegt en als het tiende gedeelte r waar is van de genezingen die hij kan aan brengen, dan maakt hij zir zoo verdienste lijk jegens de mensehheid, als weinigen voor hem. Geen dorp haast zoo klein of er woont iemand die op gezette tijden naar Kollumer- land gaat om hulp te zoeken voor de vele kwalen die bestaan. Gaat de geneesheer wat lang over een patiënt, men zoekt dan ook hulp bij den Kollumer. Sommigen raadple gen den laatste, als de eerste nog geregeld komt bij den zieke. Vooral bij zoogenaamde geheime kwalen wordt te Kollum hulp ge zocht en als men de adviezen soms hoort die daar gegeven worden, dan denkt men terug aan het orakel van Delphi tijdens het hel dentijdperk der Grieken. (N. R. Ct.) J. H. Romswinckel. Op 21- jarigen leeftijd als sergeant ving de thans overleden luitenant-generaal (titulair) J. H. Romswinckel zijn loopbaan bij het Indische leger aan. Na als generaal-majoor gepen- sioneerd te zijn, werd hom in 1894, op Ko- ninginne-ver jaardag, de titulaire hoogere rang verleend. Een der grootste heldenfigu ren van ons koloniale leger is met Roms winckel die 76 jaar is geworden heen gegaan. De vijand wreèsde zijn dapperheid en onverschrokkenheid. Geëerd werd hij door zijn soldaten, die hem den „vechtmajoor"' noemden. Wegens de wijze waarop hij zich in Boni onderscheiden had, verwierf hij in 1869 de Militaire Willemsorde 4e kL, be nevens de Boni-gesp en die voor de krijgs verrichtingen op Borneo. Toegevoegd als ad judant van den opperbevelhebber van land en zeemacht der expeditiën tegen Atjeh, ver wierf Romswinckel door zijn daden het rid derkruis 3e kl. van de Willemsorde en de gesp 7374 Atjeh. In 1883 werd hij ridder in de orde van den Ned. Leeuw. Als kapi tein wist hij door zijn beleid in dén nacht van 16/17 Aug. 1860 een gevaarlijke bewe- j ging onder de vreemde Europeesche militai ren te Samarang den kop in te drukken. De burgerij vereerde hem deswege met een eeresabel. Polemiek per adverten tie. Eenige dagen geleden bevatten som mige bladen een advertentie van een comité dat vrede met Castro wil tot eiken prijs. Zij luidde aldus Comité voor vrede en overleg met Venezuela. Allen, die den dreigenden oorlog en opof fering van geld en menschenlevens (louter om koloniale handelsaangelegenheid) niet wenschen, worden dringend uitgenoodigd mede te werken aan de definitieve oprich ting van een comité. Bewijzen van adnaesie motto „Vrede" no. 37151, aan het bureau dezer courant. Als een antwoord daarop mag de onder staande advertentie in de jn Rott. Ct. van Maandagavond beschouwd worden, lui dende Comité voor huldeblijk aan Castro. Alle oprechte vredesmannen, die zich ver eenigen met het denkbeeld om Castro (ten einde hem goedgunstig te stemmen) bij zijn komst in Europa een huldeblijk aan te bie den, worden dringend uitgenoodigd mede te werken aan de definitieve oprichting van een comité. Bewijzen van adhaesie motto „Ba ker" no. 37897, aan het bureau dezer cou rant. N.B. Op alle vergaderingen zal gratis sa liemelk verstrekt worden. Wijkgebouw te IJmuiden. Bij het bestuur van het Witte Kruis te Vel- sen is een bericht ingekomen dat de Neder- landsche Bell Telefoon Maatschappij gratis het tweede wijkgebouw te IJmuiden aoo haar telephoonnet zal aansluiten. De uitsluiting te Goirle. Een bekend ingezetene van Goirle is thans, naar „Het Volk" meldt, bezig te trachten door bemiddelingsvoorstellen de uitsluiting te beëindigen. Geheimhouding van fa briekszaken. Naar aanleiding van hefc ontslag van een werkman aan de Nederl. Gis* en Spiritusfabriek te Delft, wegens het verklappen van fabrieksgeheimen, wordt in „De Fabrieksbode" nog eens een artikel afgedrukt, door den heer J. C. van Marken in 1891 over dit onderwerp geschreven, en waarin h'j breedvoerig motiveerde de ver plichting tot geheimhouding, die ieder lid

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 2