binnenland:
schen Duitschers en Czechen. Om de orde te
herstellen werden troepen ontboden, die met
•teenworpen door de betoogers ontvangen
werden. Een aantal personen werden ge
wond, waarvan sommigen ernstig. Velen zijn
gevangen genomen. Laat in den avond was
de orde hersteld.
In Praag blijven de auti-Duitsche mani-
festatiën aanhouden zij schijnen eerder re
verergeren dan te verminderen. Het zijn
niet enkel de Duitsche studenten, die aan
aanrandingen blootstaaneergisterenavond
werden verscheidene aanvallen gedaan op de
politie en de gendarmerie. Dragonders
moesten uitrukken onder bevel van een rit
meester Deze werd door steenworpen ge
wond, waarna de dragonders den sabel trok
ken van beide zijden vielen talrijke ver
wondingen.
Tegen 9 uur ging de beweging in een op
roer over. In de voorstad Weinberge werd
een drukkerij bestormd. Winkel-uitstallin
gen en uithangborden werden vernieldin
sommige straten werden nlle uithangborden
weggenomen. In de Mariengasse werden
barricaden gebouwd, maar vlug door troe
pen bezet. In het Celakowskypark werden
draden gespannen voor de kavallerieinfan
terie moest deze beletselen wegnemen. Bij
het Tylplein werd vuur gegeven. Straten en
pleinen werden militair bezet.
De stadhouder van Bohemen, graaf Cou-
denhove, heeft bepaald, dat samenscholin
gen op straat en het rondtrekken van be
toogers niet meer zullen worden geduld. De
regeering gelastte, dat tot onderdrukking
van de rustverstoringen alle machtmiddelen
in ruime mate zullen worden aangewend en
dat overal met de grootste beslistheid voor
het herstel van de rust moet worden gezorgd.
Mochten deze maatregelen niet terstond de
beoogde uitwerking hebben, dan staan ver
dere maatregelen van afdoende strekking on
middellijk voor de deur Als zóódanig wordt
algemeen beschouwd de staat van beleg, die
als het'noodig is terstond zal worden afge
kondigd, nu den jubileumdag voorbij is.
De Duitsch-Boheemsche afgevaardigden, die
in den rijksraad de gebeurtenissen te Praag
zeer verontwaardigd bespreken, dringen
daarop krachtig aan zij dreigen de begro
tingswetten te zullen verwerpen, als er niet
krachtig wordt ingegrepen. Men ziet onder
de telegrammen dat het nu is geschied.
Naar verluidt, zal de stadhouder graaf
Coudenhove nog voordat het jaar ten einde
loopt aftreden. Als zijn vermoedelijken op
volger wordt genoemd het lid van het hee
renhuis graaf Heinrich Clam-Martinitz, een
der leiders van den reationair-nationans-
tischen hoogen adel.
Op aandrang van den minister-president
Bienerth, hebben de thans te Weenen ver
toevende Duitsche en Czechische afgevaar
digden gezamenlijk een telegram gezonden
aan de partijbesturen en aan een aantal
toonaangevende personen in Praag, om hen
aan te sporen hun invloed in kalmeerenden
zin aan te wenden.
De Balkanorieis.
De zaakgelastigde van Montenegro te
Konstantinopel Gregowitsch heeft in een in
terview verklaard, dat Monteijegro op drin
genden raad van de mogendheden besloten
heeft de conferentie af te wachten, Hij
voegde er echter bij, dat zijne persoonlijke
overtuiging was, dat als het programma van
de conferentie niet bevredigend was, d. w. z.
als aan Bosnië en Herzegowina niet eene
autonomie werd toegestaan, overeenkomende
b.v. met die waarvan Samos nu geniet, of
als aan Montenegro eene gebiedscompensatie
werd geweigerd, of wel als de conferentie
niet bijeenkwam, Montenegro terstond een
guerilla-oorlog tot het uiterste zal beginnen.
Hij besloot aldus: „Wij zijn 40,000 man
sterk. Wij zijn volkomen gereed. Wij reke
nen op den steun van de Servische elemen
ten in Bosnië en Herzegowina en op de
sympathie van de Slaven."
Turkije en Bulgarije.
De Porte heeft over de Turksch-Bttlgaar-
sche onderhandelingen de volgende ophelde
ring gegeven„De Bulgaarsche vertegen
woordigers hebben alle hangende vragen on
derzocht, welker oplossing door de onafhan-
kelijkverklaring noodig werd De vertegen
woordigers zijn nu vertrokken, om rapport
uit te brengen aan den ministerraad.
Ljaptschew zal naar Konstantinopel terug-
keeren, zoodra de Porte, nadat zij aan de
mogendheden verslag heeft uitgebracht, in
staat is de hangende kwestiën definitief te
regelen."
TarWJ*
Met de benoeming van Husseni Hilme
Pacha .ot minister van binnenlandsche za
ken is het ambt van inspecteur-generaal van
Maced.nië vacant geworden. Dit ambt, dat
op grond van het programma van Mürzety
werd ingesteld, zal door de Porte niet
weer bezet worden. De civiele agenten van
Oos'tenrijk-Hongarijo en Rusland, die aan
den inspecteur-generaal als assessoren wa
ren toegevoegd, verliezen daarmee hun re
den van bestaan. Mei geeft zich in de
Porte over aan de stellige verwachting, dat
deze civiele agenten nu zullen worden te
ruggeroepen
Eenige admiraals en vier kapiteins ter zee
zijn uit de ranglijst geschrapt, omdat zij ver
dacht waren van reactionaire gezindheid of
op andere wijze gecompromitteerd waren.
Een berichtgever van de Daily Mail te
Konstantinopel meldt, dat het boycot van
Oostenrijksche waren onverminderd voort
duurt. Het boycot begon met fezzen en
lucifershet breidde zich uit tot suiker,
mannen- en vrouwenkleeren, fantasiewaren,
ornamenten. Eerst gaandeweg kwam men
er achter, dat die uit Oostenrijk afkomstig
waren. Eerst wilde men ook boycotten wat
uit Bulgarije kwam mais, ossen, paar
den, lamsvleesch maar de verbittering
tegen de Bulgaren is veel minder sterk en
dit boycot sloeg niet in.
China.
Peking, 2 December. Heden
word met schitterende praal de Keizer ge
kroond.
Vereenlgd. Staten.
President Roosevelt is te Washington bij
het oversteken van eene straat door een
automobiel aangereden. Hij werd omverge
worpen, maar kon terstond weer opstaan
hij kwam er met eenige kwetsuren af.
Haïti.
N e w-V ark, 2 De c. Uit Port au
Prince wordt bericht, dat men verwacht,
dat de strijd tusschen de revolutionairen
en de aanhangers der regeering, eenige da
gen zal verschoven worden, omdat besloten
is tot een aanval op Jaconel voordat tegen
de hoofdstad zal worden opgetrokken. Voor
zooveel de regeering aangaat, wordt echter
de toestand als hopeloos beschouwd. De
staatsminister Borne heeft zijn ambt neer
gelegd en heeft de wijk genomen in het
Duitsche gezantschapsgebouw. Alleen de
ministers van binnenlandsche zaken, justi
tie en financiën hebben nog hunne porte
feuilles behouden. De voorhoede van de re
volutionairen heeft zonder tegenstand Leo-
gane bezet.
N e w-Y ork 2 Dec. Uit Port-au-
Prince wordt bericht, dat de bevolking van
die stad in opstand is gekomen en thans
meester is van de stad. Gevechten hebben
er niet plaats gehad. De opstandelingen heb
ben een voorloopige regeering ingesteld,
waarvan generaal Legitime het voorzitter
schap heeft aanvaard.
Zuid-Afrika.
Graaf K e y n e. i> ^ivaapkolonie), 2
Dec. Heden werd een gedenksteen onthuld
voor commandant Scheepers en anderen, die
als rebellen terecht waren gesteld in den
Zuid-Afrikaanscheu oorlog. Er werd eene
rede geiiouden door generaal Grobler en er
werden brieven van sympathie voorgelezen
van den heer Sauer, minister van de Kaap
kolonie, en den oud-president Steyn. Laatst
genoemde verklaarde, dat wat Scheepers had
gedaan was geschied op bevel van zijne supe
rieuren. Had hij iets gedaan, dat in strijd
was met het oorlogsrecht, dan was de schrij
ver (de heer Steyn) daarvoor verantwoorde
lijk, maar er was voor zoover hij wist, niets
geschied, dat tegen dit recht streed.
Allerlei.
De zaak-Steinheil.
vDinsdag morgen ten 7 ure verliet me
vrouw Steinheil in een taxi-auto de gevan
genis, vergezeld van hare bewakers. Nie
mand werd het vertrek gewaar.
In het paleis waren alle mogelijke voor
zorgen genomen, om te beletten dat iemand
doordrong in de galerij, welke leidde naar
het kabinet van den rechter van instructie.
Tegen half twee verscheen mevrouw Stein
heil, onder een dichten, zwarten sluier.
Photografen hadden zich een plaatsje weten
te veroveren en fotografeerden haar met
magnesium.
Aanstond: werd zij binnen gebracht bij
den rechter van instructie
Daarop begon dadelijk het verhoor.
Mevrouw Steinheil begon met te prote
steeren tegen de beschuldigingen welke men
tegen haar inbracht: „Mijn toestand is zon
derling zeide zij. Ook ik ben een slachtoffer
geweest. Ik heb bijna het lot gedeeld van
de mijnen en nu word ik vervolgd voor eene
misdaad, wiei plegers i poog aan het ge
recht over te leveren."
De rechter vroeg haar of zij voor het ver
hoor nog wenschte te spreken met hare ver
dedigers en toen zij dit bevestigend beant
woordde, trok zij zich eenigen tijd met hen
terug in een ander kabinet. Ten 2 ure stelde
zij zich weder ter beschikking van den rech
ter van instructie.
Weer begon zij met eene betuiging van
haar onschuld. Indien ik schuldig was zou
ik immers niet gehandeld hebben zooals ik
deed. Ik heb het gerecht in waling gebracht
over eenen persoon, ik heb uitgelegd waar
om. Ik ben niettemin eene onschuldige mar
telares."
Over haar huwelijk rtelde ze verschil
lende bijzonderheden.
Zij heeft den heer Steinheil ontmoet te
Bayonne in 1890. Hij restaureerde in die
stad kerkfresco's. Hij was 40 jaar oud, zij
18. De schilder vatte onmiddellijk liefde
voor haar op. Zij beminde hem niet. Hare
moeder zeideDat is eene goede partij voor
u en zij stemde toe, hopende dat de liefde
lator zou komen.
Na hun huwelijk kwamen zij te Parijs wo
nen. Zij was niet gelu-kig, zeide zij. Hoe
kon ook een meisje van II jaar gelukkig
zijn met eenen man van 40, vooral als die
zoo somber en schuw is. Voo*- mijn huwelijk
beminde ik hem niet, na ïiiijn huwelijk ver
afschuwde ik hem.
Het was nochtans een zacht man, een
ijverig werker, die zijne Icuhst lief had. Gij
waart echter voor de wereld.
Ja, dat was ik.
Gij waart een wezen vol hoogmoed. Gij
wilde aanbidders hebben, gij wilde schitte
ren en gij offerde alles op aan uwen hoog
moed. Gij hadt een lief dochtertje, geboren
een jaar na uw huwelijk. Uw plicht was zich
met haar bezig te houden, 't Was vooral de
heer Steinheil, die over haar waakte. Gij in-
tusschen maaktet plezier.
Al de vrouwen van de wereld doen
als ik.
Gij hebt misbruik gemaakt van het
zwakke karakter van uw man. De oneenig-
heid in uw huishouden was onvermijdelijk.
Het was zoover gekomen, dat gij met uwen
man niet meer spraakt. In den laatsten tijd
schreeft gij hem, wanneer gij iets te zeggen
had. Wij hebben een briefje gevonden door
u geschreven, luidende: ,Ik heb er genoeg
van te leven met een man van uwe zeden.
Dit briefje is inderdaad van mij en
drukt mijne gevoelens uit.
Verder verweet gij hem zijne duldzaam-
heid, verweet gij hem dat hij leefde van
uwe minnaars.
Mevrouw Steinheil antwoordde niet.
O, gij kunt gerust spreken, wij weten
wel dat gij talrijke minnaars hadt't is van
algemeene bekendheid- Komaan, geen val-
sche schaamte. Beken uwe betrekkingen.
Hetzelfde stilzwijgen.
Het gerecht moet alles weten.
Zelfs de namen mijner minnaars?
Ja, zelfs hunne namen.
Een fijne glimlach plooide daarop de lip
pen van mevrouw Steinheii, die hare schoo-
ne witte tanden liet zien en met eene zacht
spottende stem verklaarde zij ,,'t Ware
eane schending van het beroepsgeheim."
Ik laat u niet toe hier te gekscheren,
zeide de rechter. Wilt gij .nij de namen zeg
gen van degenen wier minnares gij geweest
zijt?
Neen. Alles wat ik ->an bekennen is dat
mijne betrekkingen voordeelig zijn geweest,
niet alleen voor mij maar ook voor mijn huis
houden.
Heeft uw man nooit onderzoek gedaan
naar den oorsprong uwer geldmiddelen?
Mevrouw Steinheil begon te lachen: „Ik
zeide dat tante Lily ons geld gaf. Tante
Lily, had ik hem wijsgemaakt, is eene zeer
rijke maar zonderlinge oloedverwante. Zij is
zeer edelmoedig, maar wil dat niemand het
wete. Zij wil overigens niemand zien dan
mij en bestaat voor ge ander lid van de
familie."
Heeft uw nian geloof gehecht aan die
fabel?
Ik heb het hem nooit gevraagd, maar
ik geloof het niet. Ik weet enkel dat, wan
neer ik tante Lily verwachtte, hij heenging.
Er bestonden dus ernstige geschillen
tusschen uwen man en u, geschillen ont
staan uit uw slecht gedrag.
Pardon, niet alleen wegens mijn ge
drag.
Verklaar u nader.
Neen, 't zij u voldoende te weten dat
wij in oneenigheid leefden. Ik wil hier de
nagedachtenis van mijn man niet aanran
den.
Uwe zinspeling is de ergste beleediging.
Ik zinspeel op niets en ik zeg niets.
Hebt gij voor eenige maanden niet ge
zegd Ik zal scheiden En heeft uw man
niét geantwoord: „Ter wille onzer dochter
zal ik weigeren"?
Mevrouw Steinheil zweeg.
Ik stel u de vraag, antwoord dus,
drong de magistraat aan.
*t Is juist, stamelde de weduwe.
En zou er geen betrekking bestaan
tusschen de weigering van uw man op uwe
vraag tot scheiding en het drama?
Op die vraag werd mevrouw Steinheil woe
dend.
Meent gij dan, dat, zoo ik werkelijk
van mijn man had willen scheiden, ik mijn
toevlucht had moeten nemen tot eene mis
daad. Komaan! Ik heb duizend gelegenhe
den gehad om te scheiden. Of mijn man wil
de of nietik kon de verbreking van ons
huwelij* doen uitspreken. Ik had talrijke
brieven, die bewezen wat hij was. Ik bezat
wapenen tegen hem.
Het verhoor was nagenoeg geëindigd, toen
de rechter eensklaps nog vroeg
Is 't waar dat gij verklaard hebt uwe
moeder te verachten
Ik kon de vrouw niet beminnen, die
mij gedwongen had eenen man te trouwen,
dien ik niet beminde, en die aldus mijn le
ven heeft gebroken."
Hierop liep het verhoor af, hetwelk giste
ren werd voortgezet. Het was half acht toen
mevrouw Steinheil het paleis verliet. De
rechter is voornemens met de ondervraging
onafgebroken door te gaan, zoo noodig acht
dagen aan één stuk.
Bij 't bezoek van hare dochter moet me
vrouw Steinheil hebben gezegd: „Neen, ik
wilde mij niet ontdoen van uw vader. Gij
weet hoe wij te samen leefden. Het was over
eengekomen dat hij mij zou laten leven zoo
als ik wilde.
Volgens de verklaring van eenen bloed
verwant van niej. Steinheil, moet het for
tuin, door den schilder nagelaten, buiten
de villa van het Ronsinstraatje, 12,000 fr.
rente per jaar bedragen.
Een ander lid der familie verklaart, dat
de heer Steinheil 40,000 fr. had verloren
in eene automobielzaak.
Gisteren had de lijkschouwing van mevr.
Japy plaats.
Kameroverzicht
Tw«ede K»m«r.
Voortgegaan werd Woensdag met de be
handeling van de begrooting van Binnen
landsche Zaken.
Op art. 56 verdedigt de heer Schaper
een amendement, om het artikel te verhoo-
gen op 25,000 en dus te brengen op
100.000. De bedoeling van dit amende
ment is, subsidie tot bestrijding der tuber
culose in overeenstemming te brengen met de
wenschen van den raad van bestuur der Ne-
derlandsche Centrale Vereeniging tot bestrij
ding der tuberculose.
Op de landbouwbegrooting wordt bijna 1
millioen gevraagd voor de bestrijding van de
ziekte onder het vee, daarom mag er wel
eens een ton worden gegeven om de tuber
culose te bestrijden.
De heer B 1 o o k e r betuigt zijn instem
ming met het amendement en raadt eveneens
den minister aan het over te nemen, ook met
het oog op de begrooting van de Nederland-
sche vereeniging.
De heer A a 1 b e r s e wijst er op, dat, in
zake de tuberculosebestrijding ook aan dr.
Kuyper een eerepalm toekomt. Hij meent,
dat de hoofdvraag is op welke wijze de staat
moet steunen. Ondersoheiden moeten wor
den verpleging van tuberculeusen en bestrij
ding van de tuberculose als volksziekte. Hij
bespreekt de verpleging in de sanatoria,
daarbij verwijzend naar een uitstekend stel
sel van prof. Nolen in de „geneeskundige
bladen." We moeten in ons land komen tot
een rationeel plan van tuberculosebestrijding
waarmee allo partijen liet eens zijn. Wat de
bestrijding van deze volksziekte in ons eigen
land betreft, moest men eens twee waarhe
den beter gaan begrijpen. Ten eerste, dat
niet de lijders aan tuberculose besmettelijk
zijn, maar alLeen het sputum, en ten tweede,
dat boven alles zonlicht en zindelijkheid de
groote vijanden van deze ziekte zijn.
De heer Van Wie hen bepleit even
eens krachtige maatregelen tegen deze ge
vreesde volksziekte, vooral ook in verband
met het onderwijzend personeel. Tubercu
lose onderwijzers mogen niet in de school
worden geduld. Spr. steunt het amendement-
Schaper.
De heer De Savornin Lohman
meent dat we hier niet mogen spreken van
volksziekte, want zij komt onder alle klassen
voor. Ilij bepleit wettelijke maatregelen in
zake de bestrijding van deze zaak, mits die
maatregelen geen hinder worden en de vrij
heid belemmeren. Spr. zal stemmen voor al
het geld, dat de reg. vraagt, maar men-kan
niet van haar eischen, dat zij meer geld zal
uitgeven. Men mag het hier niet voorstellen
of we meer over hebben voor het vee, dan
voor de zieke menschen. Duartegen komt
spr. op. Hij moet zich tegen het amende
ment-Schaper verzetten, indien de regeering
zich er tegen verklaart, want we behoeven
voor deze zaak niet meer geld toe te staan,
dan de regeering vraagt.
De heer Van Karnebcek stelt zich
op hetzelfde standpunt als de heer Lohman
ten opzichte van de verhooging van dezen
post en is dus tegen het amendement-Scha
per. Hij bespreekt de besteding van de aan
gevraagde gelden.
De heer Ke t e 1 a a r sluit zich aan bij den
heer Aalberse in zake hygiënisch onderwijs
op school. Met genoegen heeft hij het plei
dooi gehoord voor schoolartsen, maar behal
ve deze zal er nog meer noodig zijn. Spr.
schetst het groote nut van vacantiekolonies
voor de verhooging van het weerstandsver
mogen der kinderen, en dringt op een subsi
die aan de Vereeniging voor vacantie-kolo-
nies aan.
Minister Heemskerk beantwoordt de
sprekers, inzake de kwestie der tuberculose
bestrijding. De bestrijding van die volks
ziekte moet, zoo zegt men, in beginsel
staatszaak zijn. Spreker meent echter," dat
men moet onderscheiden tussphen die be
strijding en hetgeen op wetgevend gebied,
in verband met de ziekte kan worden ge
daan. Wat het eerste punt betreft, de ver-
pleging, de oprichting van sanatoria, enz.,
dat moet niet allereerst van de overheid
worden verwacht, maar van het particulier
initiatief. De overheid dient echter op doel
matige wijze een en ander te steunen. Het
nemen van wettelijke maatregelen is zeer
zeker de overweging waard. De minister kan
echter niet, inzien, dat de staat de gemeente
zou moeten steunen, ten opzichte van het
aanstellen van schoolartsen. Dit acht hij
niet goed, want dan komen er 'n massa an
dere zaken die evenzeer weer subsidie in
aanmerking komen. Juist zoo staat het met
de vacantie-kolonies. En wat het amende
ment-Schaper betreft, zelfs al werd dat aan
genomen, dan nag zouden we daarmede niet
aanvaarden, een vast plan van de Centrale
vereeniging. Het betreft hier een ongeregeld
subsidie, dat niet wettelijk is geregeld, en
wanneer men het subsidie te ruim neemt,
loopt men gevaar tekorten te dekken, die
in de vereenigingen zijn ontstaan. Er is ech
ter een vast plan in bewerking, inzake de
verleening der subsidie aan plaatselijke ver
eenigingen. Door een en ander weet spr.
niet of hij f 100.000 kan gebruiken. Reeds
nu staat vrijwel vast, dat de plaatselijke ver
eenigingen meer zullen krijgen dan verle
den jaar. Het is met het oog op dit alles
niet zeker, dat er f 100,000 kan worden uit
gegeven, en indien het amendement, bedoelt
tot spreker te zeggen Gij moet al dat geld
gebruiken, dan raadt hij de Kamer aan het
amendement te verwerpen.
De heeren Aalberse, D e V i s s e r,
Schaper en Lohman repliceeren, en
worden nader door den Minister be
antwoord. Omdat de heer Schaper verklaar
de, dat het amendement niet bedoelde te
zeggen. dat het gelieele oedrag moet wor
den gebruikt, maar alleen kan worden ge
bruikt als het noodig is, neemt de minister
het amendement over.
Het artikel wordt goedgekeurd.
Bij de afdeeling hooger onderwijs wijst
de heer Brummelkanip op het toe
nemend aantal vrouwelijke studenten. Hij
acht dat een gevaar en wijst op de meening
van verschillende hoogleeraren om dat te
staven.'In liet buitenland heeft men afzon
derlijke colleges van vrouwen, wat,in ieder
geval aanbeveling verdient.
De heer Lohman wijst op de voortdu
rend stijgende onkosten aan onze universi
teiten. Hij wijst uitvoerig de oorzaakeh daar
van aan, die z. i. ook liggen in de wet zelf.
Wij moeten veel meer vrijheid laten aan
den student om te kiezen, wat hij wil stu-
deeren. In den breede schetst spr. welke
veranderingen in de organisatie van het on
derwijs moeten worden gebracht. Curatoren
zullen in overleg met den senaat moeten
kunnen uitmaken, welke bijvakken naast
de hoofdvakken zullen worden onderwezen.
De Minister erkent, dat de speciali
seer ing der vakken groot is tegenwoordig.
Hij doet niets om het te bevorderen, eer am
het tegen te gaan, doch hij kan slechts een
geringen invloed daarbij uitoefenen. De mi
nister is er op uit zooveel mogelijk de uit
gaven te beperken 'voor zoover dit met het
oog op de belangen van het hooger onderwijs
mogelijk is. Intusschen mag de eene uni
versiteit niet te ver achterstaan bij de an
dere. Ook is het wel wenschelijk, dat de
studenten verschillende universiteiten be
zoeken, zelfs buiten het stelsel van den heer
Lohman om. Niets zou spreker liever zijn
dan het hebben van zelfstandige vrije uni
versiteiten van welke richting dan ook, met
overheidssteun. Maar, aangezien ons univer
sitair onderwijs zich niet bewogen heeft in
dia lijn, zal het zeer moeilijk vallen het zoo
ver te brengen.
Voor evenredig collegegeld gevoelt de mi
nister weinig. De meest gegoede studenten
vulgen juist de minst dure colleges. De me
dische laculteit kost het meest. Wat de stu
die van meisjes betreft, het beste is na
tuurlijk, dat zij trouwen met den man, dien
zij liefhebben en die haar liefheeft. (Gelach.)
Maar al stelt men zichzelf op het standpunt
dat de studie door meisjes minder gewenscht
is, dan is toch nog de vraag of men het ver
bieden kan. En dit betwijfelt de minister.
Hij kan niet uitvisschen of een meisje ge
roepen is tot de studie of niet.
Na replieken wordt de beraadslaging over
deze afdeeling gesloten en gaat de verga
dering uiteen tot Donderdagmorgen kwart
over tien.
Besloten is, op voorstel van den voorzit
ter, ook Donderdagavond te vergaderen.
Berichten.
De grootmeester van het huis der
Koningin, baron Sirtema van Grovestins,
heeft heden middag een bezoek gebracht aan
den Oostenrijkschen gezant, om Hr. Ms.
gelukwenschen over tc brengen met het
jubilé van den Keizer van Oostenrijk.
De commissaris der Koningin in de
provincie Gelderland, mr. J. H. M. baronvaI
Mollerus van Westkerke, is zeer ernstig on-va1
gesteld. j*18
Benoemd tot vaandrig de reserve-za^
sergeant A. C. Blockers, van het le regi
ment infanterie. 8e:
B. en W. van 's Gravenhage hebben he
benoemd tot adjunct-commies ter gemeente- jai
secretarie te 's Gravenhago mr. W. F. K. m<
Cost Budde te Voorst, volontair ter secre- mi
tarie 'der gemeente Zntphen. ui
;hi<
Men meldt uit 's Gravenhage vo
Mr. B. M. Vlielander Hein, de bekende ov
rechtsgeleerde, bereikte gisteren den 70-ja- ge
ngtn lee -ijd. Dit feit ging niet onopge- fe.
merkt voorbij. Tal van bloemstukken en an- ee
dere huldeblijk n getuigden van de belang- m
stelling van vrienden en bekenden. Onder de
velen, die 's middags hun opwachting bij den
jubilaris kwamen maken, behoorden ook de e
leden van len Raad der Orde van Advoca- V!.
ten Door den deken, mr. W. Thorbecke, S1
werden daarbij in een hartelijke toespraak de *e
gevoelens van hoogachtting vertolkt, welke i8
de ambtgenooten ten aanzien van hun oud- °1
deken mr. Vlielander Hein koesteren; ter
waardeering voor hetgeen mr. Vlielander
Hein als deken der Orde is geweest, bood
hij namens de orde hem een geschenk aan, 11
bestaande '.i he'. portret zijner echtgenoote,
uit te voerra. door den schilder W. Maris
Jzn. D>ep geroerd betuigde mr. Vlielander
Hein zijn dank.
De lvollume :-w terdokter.
Men schrijft ons
Vandaag viert de heer Z„ 'e Kollum,
zijn 88sten geboortedag. Deze heer is in het
gansche land en bijzonder in het Noorden
algemeen als de Kollumer „waterdokter" j
bekend. Ongemeen groot is het getal lijders j
dat hem raadpleegt en als het tiende gedeelte r
waar is van de genezingen die hij kan aan
brengen, dan maakt hij zir zoo verdienste
lijk jegens de mensehheid, als weinigen voor
hem. Geen dorp haast zoo klein of er woont
iemand die op gezette tijden naar Kollumer-
land gaat om hulp te zoeken voor de vele
kwalen die bestaan. Gaat de geneesheer wat
lang over een patiënt, men zoekt dan ook
hulp bij den Kollumer. Sommigen raadple
gen den laatste, als de eerste nog geregeld
komt bij den zieke. Vooral bij zoogenaamde
geheime kwalen wordt te Kollum hulp ge
zocht en als men de adviezen soms hoort die
daar gegeven worden, dan denkt men terug
aan het orakel van Delphi tijdens het hel
dentijdperk der Grieken. (N. R. Ct.)
J. H. Romswinckel. Op 21-
jarigen leeftijd als sergeant ving de thans
overleden luitenant-generaal (titulair) J. H.
Romswinckel zijn loopbaan bij het Indische
leger aan. Na als generaal-majoor gepen-
sioneerd te zijn, werd hom in 1894, op Ko-
ninginne-ver jaardag, de titulaire hoogere
rang verleend. Een der grootste heldenfigu
ren van ons koloniale leger is met Roms
winckel die 76 jaar is geworden heen
gegaan. De vijand wreèsde zijn dapperheid
en onverschrokkenheid. Geëerd werd hij door
zijn soldaten, die hem den „vechtmajoor"'
noemden. Wegens de wijze waarop hij zich
in Boni onderscheiden had, verwierf hij in
1869 de Militaire Willemsorde 4e kL, be
nevens de Boni-gesp en die voor de krijgs
verrichtingen op Borneo. Toegevoegd als ad
judant van den opperbevelhebber van land
en zeemacht der expeditiën tegen Atjeh, ver
wierf Romswinckel door zijn daden het rid
derkruis 3e kl. van de Willemsorde en de
gesp 7374 Atjeh. In 1883 werd hij ridder
in de orde van den Ned. Leeuw. Als kapi
tein wist hij door zijn beleid in dén nacht
van 16/17 Aug. 1860 een gevaarlijke bewe- j
ging onder de vreemde Europeesche militai
ren te Samarang den kop in te drukken. De
burgerij vereerde hem deswege met een
eeresabel.
Polemiek per adverten
tie. Eenige dagen geleden bevatten som
mige bladen een advertentie van een comité
dat vrede met Castro wil tot eiken prijs. Zij
luidde aldus
Comité voor vrede en overleg
met Venezuela.
Allen, die den dreigenden oorlog en opof
fering van geld en menschenlevens (louter
om koloniale handelsaangelegenheid) niet
wenschen, worden dringend uitgenoodigd
mede te werken aan de definitieve oprich
ting van een comité. Bewijzen van adnaesie
motto „Vrede" no. 37151, aan het bureau
dezer courant.
Als een antwoord daarop mag de onder
staande advertentie in de jn Rott. Ct. van
Maandagavond beschouwd worden, lui
dende
Comité voor huldeblijk
aan Castro.
Alle oprechte vredesmannen, die zich ver
eenigen met het denkbeeld om Castro (ten
einde hem goedgunstig te stemmen) bij zijn
komst in Europa een huldeblijk aan te bie
den, worden dringend uitgenoodigd mede te
werken aan de definitieve oprichting van een
comité. Bewijzen van adhaesie motto „Ba
ker" no. 37897, aan het bureau dezer cou
rant.
N.B. Op alle vergaderingen zal gratis sa
liemelk verstrekt worden.
Wijkgebouw te IJmuiden.
Bij het bestuur van het Witte Kruis te Vel-
sen is een bericht ingekomen dat de Neder-
landsche Bell Telefoon Maatschappij gratis
het tweede wijkgebouw te IJmuiden aoo
haar telephoonnet zal aansluiten.
De uitsluiting te Goirle.
Een bekend ingezetene van Goirle is thans,
naar „Het Volk" meldt, bezig te trachten
door bemiddelingsvoorstellen de uitsluiting
te beëindigen.
Geheimhouding van fa
briekszaken. Naar aanleiding van
hefc ontslag van een werkman aan de Nederl.
Gis* en Spiritusfabriek te Delft, wegens
het verklappen van fabrieksgeheimen, wordt
in „De Fabrieksbode" nog eens een artikel
afgedrukt, door den heer J. C. van Marken
in 1891 over dit onderwerp geschreven, en
waarin h'j breedvoerig motiveerde de ver
plichting tot geheimhouding, die ieder lid