Dinsdag 12 Januari 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. De Motorboot. 1°. 10». 7"r Jaargang. AMERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.00. Idem franco per post1.50. Afzonderlijke nummere 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 urn 's morgens Dg de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKH OFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f <K50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. VOORBEREIDEND MILITAIR ONDERRICHT. Bewijzen! van. VoorgeoetfeikLheid. De Burgemeester van Amersfoort brengt ter kennis van betkunghebbenden, dat nii den 20sten en vóór den 24sten Januari a. s. ter Secretarie der Gemeente krunnen worden afgehaald de be wijzen van voor-geoefendheid, welke bij liet in deze maand' gehouden onderzoek zullen zijn ver worven. Het bewijs zal gewoonlijk in tweevoud worden Uitgereikt. Eén der exemplaren dtient om aan spraak te kunnen maken op indeeling bij het korps en plaatsing in het garnizoen van keuze. Het moet d'aartoe, 'bij de aanvrage om plaatsing bij een bepaaltd) korps en garnizoen!, vóór 12 Februari a. s. opgezonden worden naar den Pro- vinciale-Adijudant in de Provincie, binnen welke dfe Gemeente gelegen is, voor welke de houder van het bewijs heeft geloot. Het tweede exemplaar van het bewijs moet wordeni bewaard om het, nia aankomst bij liet korps, in te leveren bij den compagnies-, eska drons- of batterij-commandant Wordt het bewijs, 'bij uitzondering^ini drievoud uitgereikt, dan ban de loteling, indien bij alsnog mocht wensohen zijne aanspraken op inlijving tot korte oefening te doen gelden, het derde exem plaar vóór den 2östen Januari a. s. rechtstreeks toezenden aan den Commissaris der Koningin in de Provincie, bininen welke "de Gemeente gelegen ■is, voor welke de 'houder van het 'bewijs heeft geloot. Amersfoort, den 12. Januari 1909. De Burgemeester voornoemd!, WUIJTIERS. Politiek Overzicht. Kabinet en Kamers in Frankrijk. Héden komen in Frankrijk Kamer en Senaat bijeen voor hunne gewone zitting van het jaar 190$) die ingevolge de grondwet- op den tweeden Dinsdag van Januari be gint en vijf' maanden moet duren. De hervatting van den parlementairen ar beid geschiedt onder den indruk van het groote succes, dat de minister-president Cle- menceau heeft behaald bij de verkiezingen, waardoor de Senaat voor een derde gedeelte is vernieuwd. Dat was niet alleen een groot persoonlijk succes, want Clemenceau is in den Senaat herkozen, terwijl de beide an dere senatoren, die het departement Var vertegenwoordigden, zijn vervangen door an deren, van wie de regeering geen oppositie heeft te duchtenhet is ook een succes voor zijn regeeringsbeleid, want de regeeringsge- zinde meerderheid in den Senaat heeft eene «iet onaanzienlijke versterking verkregen. „Hoe lang zult gij nog minister-president zijn?" vroeg onlangs in een vertrouwden vriendenkring een oud vriend en voormalig minister van marine aan Clemenceau. Deze antwoordde glimlachend met een schouder ophalen„Zoolang ik wil". Dit werd ge zegd, voordat de verkiezingen voor den Snaat hadden plaats gehad. Met den uit slag van die verkiezingen voor oogen is men geneigd die uitspraak als juist te erkennen. Eenige voorzichtigheid is hierin intusschen geraden, want verrassingen zijn in de Fran- sche Kamer altijd mogelijk. Dit bewijst een incident, dat is voorgevallen in de laatste zitting van de Kamer, voordat hare Kerst- vacantie begon. De socialistische afgevaar digd: Argeliès stelde toen eene amnestie voor ten behoeve van de werklieden, die wegens deelneming aan den bloedigen barri- cadestrijd in September te Draveil-Vigneux werden vervolgd als deelnemers aan een gewapend oproer. De heer Clemenceau verlangde de verwerping van het voorstel en dreigde te zullen aftreden als het werd aan genomen. Er werd gestemd over de vraag of dit voorstel urgent zou worden verklaard, en als uitslag van de stemming werd mede gedeeld, dat 269 tegen, 234 voor de urgentie hadden gestemd. Het voorstel was dus met 35 stemmen meerderheid verworpen, en men was algemeen van oordeel, dat dit eene kleine meerderheid was en dat het kabinet ter nauwernood aan het gevaar van te vallen ontkomen was. Maarden volgenden dag vermeldde het Journal Officiel een aantal rectificatiën van afgevaardigden, die ston den opgeteekend onder de tegenstanders vat? de urgentie en die nu verklaarden haar in tegendeel te hebben ondersteund. Daar de zitting gesloten was, kon de rectificatie slechts geschieden door vermelding in het Journal Officiel. Dertien afgevaardigden ko zen dezen weg, zoodat eigenlijk slechts 256 leden tegen de urgentie en 247 er voor ge stemd hadden, en dus de meerderheid voor den minister-president tot 9 verminderde Daarbij bleef het echter nog niet. De volgen de dagen brachten nog nieuwe rectificatiën, en ten slotte "bleek de verhouding zoo te zijn, dat 249 leden tegen de urgentie ge stemd hadden en 254 er voor, dus tegen de regeei-ing, die derhalve met 5 stemmen in de minderheid zou zijn gebleven. Nu zijn wel deze cijfers niet zeer betrouwbaar, want men stemt in het Fransche parlement niet persoonlijk, maar afwezigen kunnen een collega voor zich laten stemmen, hetgeen den uitslag van iedere stemming onzeker maakt. Maar het kabinet-Clemenceau schijnt het toch voorzichtiger te hebben geoordeeld, dit struikelblok uit dpn weg te ruimen, en heeft laten aankondigen, dat het zelf bij het be gin van de nieuwe zitting een amnestie- voorstel zou indienen. Maar wanneer de ministers hierover niet meer kunnen vallen, andere steenen des aanstoots zullen zeker m den loop van de zitting, die heden geopend wordt, op zijn weg gelegd worden. In de Kamer zal de behandeling van het ontwerp der inkomsten belasting ten einde gebracht moeten wor den van den Senaat moet een votum ver kregen worden over de door de Kamer aan genomen regeling van de pensioenverzeke ring voor ouden van dagen. Dat zal de toetssteen zijn, waaraan men kan onderken nen of inderdaad de uitslag van den laatsten verkiezingsstrijd het gezag van Clemenceau en zijne ambtgenooten heeft versterkt. Er is ééne omstandigheid, waarnaar men met zekere voorliefde verwijst, wanneer de kans of eerlang het ministerie in Frankrijk zal aftreden, ter sprake komt. Dat is de leeftijd van het hoofd van het kabinet. De heer Clemenceau is thans 67 jaar, een leef tijd waarop het woord ven toepassing is, waarmee een Engelsche staatsman, loi'd Grey, in 1834 zijn aftreden als eerste minis ter motiveerde: „Op een gevorderden leef tijd kan men, als men nog in het bezit is van zijne gezondheid en zijne vermogens, zich nog nuttig bezig houden met de open bare zaak. Maar in tijden van crisis heeft men eene mate van aandacht, werkzaamheid en geestkracht noodig, lie slechts te vinden is in de kracht van liet leven, niet aan den levensavond." Duitschland. Hoe onaangenaam men in de hoogste kringen en door getroffen is, dat over het Nieuwjaarsgesprek van den Keizer met de commandeerende generaals, ondanks de ver- trouwelijken aard van dit gesprek, mede deelingen zijn gedaan aan het publiek, blijkt o. a. uit den wensch, die in de conserva tieve Kreuz. Zeitung wordt uitgesproken, dat een onderzoek zal worden ingesteld. Het blad schrijft „Het ligt voor de hand, dat vertrouwe lijke militaire kringen van den Keizer, en „obersten Kriegsherr" even zeer, ja mis schien nog meer tegen indiscretiën moeten worden beschermd dan uitingen van poli- t/ieken inhoud. Het kan niet aan den eersten den besten redacteur worden overgelaten, of zulke uitingen moeten worden bekend ge maakt, maar deze beslissing moet den Kei zer zelf of den door hem aangewezen raads man voorbehouden blijven. De verklaring van den Reichsanzeiger bewijst hoe nadeelig voor het algemeene staatsbelang de bekend making is gevoeld. Dan zal de regeering echter ook de consequente moeten hebben om met de wettelijke middelen, die haar ten dienste staan, op te sporen van wie deze dagbladberichten afkomstig zijn en die men- schen tot verantwoording te roepen, voor zoover zij nog in eene militaire of anidere dienstbetrekking staan." De schrijver van het artikel in de Deut sche Revue, dat in deze toespraak door den Keizer is aangehaald, de gewezen chef van den generalen staf, graaf Schlieffen, heeft aan een medewerker van de Berliner Allge- meine Zeitung verklaard, dat er geen reden is om uit de opneming van diit artikel, dat hij reeds lang aan de redactie had toege zegd, op dit oogenblik eene bijzonder bedoe ling af te leiden. Het artikel is getiteld „Der Krieg der Gegenwarst"het ontwerpt een zeer somber beeld van de verhouding van de mogendheden in Europa. Twee groe pen laten zich in Europa onderscheiden. In het midden staan onbeschermd Duitschland en Oostenrijk-Hongarije. Rondom, achter muur en grachten de overige mogendheden. In het artikel is reeds de laatste gevolgtrek king u't de laatste Itab'aansche politiek ge- tixikken. Italië wordt niet meer gerekend tot de mogendheden, die.hunne plaats innemen aan de .zijde van Duitschland en Oostenrijk- Hongarije. Van de- betrekking tusschen Oostenrijk-Hongarije en Italië zegt de schrijver, dat die zach jegens het verbonden Oostenrijk en Oostenrijk weder jegens Italië heeft bevestigd. DuHscliland wordt niet alleen door de Fransche revanchepoli- tiek, maai- ook door den wrok bedreigd, die uit den naijver van Engeland op de Duit- sche nijverheid is voortgekomen in het Brit- sche rijk tot een onverzoenlijker) tegenstan der heeft gemaakt. Daarbij komt de haat van de Slaven tegen de Duitschers en einde lijk de Italiaansche veroveringspolitiek, die zich in Tirol aan de zuidelijke hellingen van de berg n en aan de kusten van de Adriati- sche zee wil nestelen. Uit de verklaring in den Reichsanzeiger blijkt, dat de politieke beschouwingen, die het artikel van graaf Schlieffen bevat, dooi den Keizer niet zijn aangeroerd. Die be schouwingen geven dus enkel de subjectieve meenning van den schrijver weer. Frankryic. P a rij s, 11 Jan. De minister van handel heeft door den ministerraad een wets ontwerp laten onderteekenen betreffende de verplichting in het land zelf, op straffe van vervallenverklaring, de uitvindingspatenten, in Frankrijk genomen, te exploiteeren, als mede de teekeningen en modellen. Bethune, 11 Jan. Heden morgen om kwart na zeven heeft de terechtstelling plaats gehad van Carnet Vromant, August Pollet, Theophile Deroo en Abel Pollet, die ter dood veroordeeld waren voor eene reeks misda den, in het noorden van Frankrijk gepleegd. Daarbij is geen enkel incident voorgekomen. Engeland* Londen, 14 Jan. Een belangrijk internationaal congres over luchtscheepvaart is heden te Londen bijeengekomen. 55 ge machtigden wonen het bij. Het doel is te beraadslagen over de middelen tot toekom stige regeling van de luchtscheepvaart en over de mogelijkheid van eene uniforme wet geving. Spanjè. Madrid. 11 Jan. De minister van financiën verklaarde geen wijziging te zul-' len brengen in het wetsontwerp, waarbij sommige credieten worden ingetrokken, on danks de aanspraken van een groot aantal prelaten. Oostenrijk-Hongarije. Weenen, 11 Jan. Bij het afsluiten der rekening van de Oostenrijksch-Hongaar- sche bank blijkt, dat na aftrek van alle uit gaven eene zuivere opbrengst van 21,630,287 kronen verkregen is De Oostenrijksche staat krijgt eene bijdrage van 3,108,361, de Hon- gaarsche staat eene van 3,253,378 kronen. Daar komt nog bij het aandeel in de 5 pet. belasting op de banknoten bedragende respec tievelijk 502,156 en 524,583 kronen. Het totale dividend bedraagt 91 kronen 20 heller. Dat de Slowenen de bloedige onderdruk king van de ongeregeldheden te Laibach in September j.l. nog niet vergeten zijn, bleek Vrijdag j.l. bij de opening van den Krain- schen Landdag. Toen baron Schwarz, de landspresident, de vergaderzaal binnentrad, werd hij door de Slowenen begroet met kre ten als „Moordenaar, ellendeling, uw han den zijn met bloed bevlekt" en meer derge lijke liefelijkheden. Een der afgevaardigden hield hem een met bloed bevlekte manchet voor met den uitroep: „Dat is het bloed van uw slachtoffer". Het spektakel duurde voort gedurende de geheele openingsrede en begon opnieuw, toen een afgevaardigde aan den voorzitter de vraag stelde, waarom het gebouw van den Landdag door gendarmen was omsingeld. Ten slotte zag de voorzitter zich genoodzaakt wegens het voortdurende tumult de vergadering te verdagen. Turkije. P a 1' ij s, 1 1 J a n. De gezant van Oos tenrijk-Hongarije heeft aan minister Pichon medegedeeld, dat zijne regeering aan de Porte 2£ millioen Turksche ponden heeft aangeboden tot regeling van de Bosnische kwestie. Weenen, 11 J anu ar i. Men meldt uit ConstantinopelVolgens de Jeni Gazetta is het aanbod van 2i millioen door Oosten rijk door den Turkschen minister-raad gewei gerd. Constantinopel, 11 Januari. De minister van binnenlandsche zaken dooi de „Turquie" ondervraagd verklaarde: Wij hopen tot een© definitieve overeenkomst met Oostenrijk te geraken misschien eerder dan men denkt. Konstantinopel, 11 Jan. Ten gevolge van het boycotten van de Oosten rijksche goederen in de Albaneesche havens zijn de handelsbetrekkingen met Oostenrijk en de dienst van Oostenrijksche schepen gestaakt. De invloed van het boycot-syndi caat neemt toe. De facturen van herkomst der goederen worden streng onderzocht. Eenige consulaten hebben zich met het syn dicaat in betrekking gesteld. De correspondent van de Vossische Ztg. te Uskub bevestigd, op gezag van verklaringen van een lid van het Turksche parlement, vroeger officier en lid van het comité voor eensgezindheid en vooruitgang, dat de offi cieren van het Turksche leger dringend wen- schen, dat generaal von dei- Goltz als in specteur-generaal van het Turksche leger naar Konstantinopel zal teruglceeren. Deze wensch wordt inzonderheid hiermee gemoti veerd, dat er naijver lieerscht onder de offi cieren, vooral in de hooge rangen. Niemand gunt den ander een hooger ambt dan hij zelf bekleedt, en ieder gaat uit van de opvatting, dat hij minstens even goed en bekwaam is als zijn superieur. Daarom moe' het korps officieren aan zijn hoofd een r-r varen man van leeftijd hebben, die het korps kent, en dan zou niemand generaal von der Goltz Pacha kunnen vervangen, aan wien alle officieren met de grootste achting en liefde hangen. „Naar zijn woord gedraagt zich ieder officier onvoorwaardelijkde ver eering voor v. d. Goltz Pacha kent in onze kringen geen grenzen. Als deze man de bezet ting van de hooge ambten bij ons ter hand neemt, dan zal ieder het betere inzicht van den geliefden leeraar eerbiedigen en met vreugde den hem toegewezen werkkring ver vullen". De Bulgaarsche onderhandelaar Liapt-i schew, die Zaterdag te Konstantinopel werd verwacht, is dien dag niet aangekomen. Naar gemeld worcit, volhardt de Bulgaar sche regeering bij den eisch, dat, alvorens de onderhandelingen beginnen, een einde zal worden gemaakt aan den boycot van Bulgaar - gaarsche goederen en diat de Porte een nieu wen grondslag voor de onderhandelingen zal voorstellen, die succes belooft. Vareanlgde Staten, Washington, 11 Jan. In den Se naat kwam de heer Tillman krachtig op te gen de door Roosevelt tegen hem uitge brachte beschuldigingen wegens landspecu- latiën van dubbekinnigen aard, waarin bij betrokken zou zijnhij schreef dit toe aan zijne aanvallen op den president. Hij gaf toe, dat hij eenigen boschgrond in Oregon had willen koopen én nog wil koo- pen, maar verklaarde, dat het hem niet kon schelen, of hij daarin zou slagen, wanneer maar Roosevelt's vriend, de spoorwegmag naat Harriman en andere lieden van dat slag, gedwongen werden de uitgestrekte lan derijen, die zij gestolen hebben, terug te geven. Hij eindigde met het verzoek, dat er een onderzoek zou Worden ingesteld. Washington, 1 1 J an. De commis sie voor marinezaken van het Huis van Af gevaardigden heeft aanbevolen, het voor de uitbreiding van de vloot gevraagde bedrag van 75 millioen dollars te verminderen tot 29 millioen dollar. In plaats van 4 wil de Naar het Engeïsch 2 VAN C. N. EN W. M. WILLIAMSON. De deur schudde van Phil's afkeuring. „Je spreekt als een Amerikaansc'he 1" beet zij mij toe. „Dat is goed. Ik ben blij dat ik trouw aan mijn ras ben gebleven", antwoordde ik „maar zou jij eenvoudig omdat je een Engelsche bent onze mooie plannen kun nen opgeven en weer voortgaan met je schrijfmachine, alsof er niets ware gebeurd?" „Ik hoop de noodige geestkracht daartoe te vinden", stamelde Phyllis; „wij hoopten slechts twee dagen op iets anders." „Wij hebben slechts twee dagen geleefd. Wij kunnen niet op onze schreden terugkee- rèn; dat is onmogelijk. Wij hebben onze schepen achter ons verbrand en moeten per motorboot verder." „Het is, dunkt "mij, het geschikte oogen blik -niet om grappen te maken, liefste en dat nog wel terwijl je in je bad zit." piotesteerde Phil zachtmoedig. „Ik ben er nu uit; maar ik weiger overal ui.', te zijn. Miss Phyllis Rivers, ik heb de eer je deftig uit te «oodigen tot een uit stapje met mij en mijne motorboot. Het is mogelijk, dat. het ons de helft, zoo niet meer, van je erfdeel zal kosten; maar ik zal alleen het hoognoodige tot het bestrijden onzer on kosten van je leenen. OPhil, wij zullen alles wel beschouwd er nog eenig plezier van hebben en ten minste eenige weken leven. Wat komt het er op aan, wat daarna ge beurt f' „Je spreekt net of je een gelukzoekster w'ilt worden 1" klonk het ijskoud. „Ik zou het heerlijk vinden er een te zijn", verklaarde ik; „het kwam mij altijd voor, dat niets prettigers kon wezen tot op het laatste hoofdstuk. Wij zullen on bei den inschepen aan boord van de motorboot voor eene kortstondige loopbaan a.ls geluk- zoëksters." Voordat zij kon antwoorden, opende ik de deur en stapte ik, gewikkeld in mijn ochtend japon, zoo plotseling naar buiten, dat zij bijna vóórover in liet bad viel. Phyllis ge hoord achter eene koude, gevoelooze deur en Phyllis aanschouwd in al haar maagdelijke bekoorlijkheid, konden twee verschillende meisjes zijn geweest. Als men van achter een deur met juffrouw Rivers een gesprek voerde over zeden, ge bruiken en hulppredikers en wat dies meer zij, zonder eerst om het hoekje te kijken, waar zij wel op leek, zou men de ware Phil om-echt doen. Er is niets rooskleurigs, zachts of pathe tisch in Phil's levensbeschouwingen, (of al thans wat zij eerlijk gelooft hare inzichten te zijn)maar d'e Phyllis van vleesch en bloed geeft zeer sterk dien indruk, dat is een der redenen waarom zij eene voortduren de bron van vreugde voor mijn hart is ge weest, van het oogenblik af, waarop haar geleerde Engelsche vader mijne echt Ameri kaansc'he moeder huwde. Phil zou gaarne oen Zondagsschool-boek c-n een boekje over „Goede manieren in de Groote Wereld" in één bandje gebonden, ge weest zijn, maai- zij heeft veel meer van eern handeling over tuinieren, en een recept om fijne Devonshirersche kaas van zuren room te maken. Men kan haar geen bepaalde schoonheid noemen, of met voorliefde bij hare gelaats trekken, of wimpers, of haar, of gestalte stilstaan. Maar zij heeft de heerlijkste rose en goudbruine tinten; men bewondert haar slechts te meer om zekere kleine puritein- sehe eigenaardigheden en een Engelschman of een Amerikaansch meisje kunnen niet na laten haar te plagen. Zij is langer dan ik (zooals het ook be hoort bij haar Burn© Jonesneus en oogen); maar dien morgen, toen ik op haar toesprong uit de badkamer, als een jonge tijgerin, die uit baar kooi ontsnapt en in wilde vaart op weg naar een motorboot was, zag zij er zoo meelijwekkend en zwak uit, dat ik gevoelde hoe lie haar en mijn plan de halve wereld door zou voeren. Zij had een omelet voor 'het ontbijt ge maakt, die arme lieveling! Ik had er om kunnen schreden. Ja, zelfs had zij koffie voor mij gezet, omdat zij weet, dat ik er zoo veel van houd. Ik liet haar verder met rust, totdat zij wat gegeten en thee gedronken had, om hare krachten staande te houden en daarna stortte ik mijne inmiddels gemaakte plannen over haar flauw tegenstribbelend hoofd uit. De boot lag, «aar het scheen, in Holland, welk feit, gelijk ik Phyllis deed opmerken, eene vingerwijzing te meer was, dat de Voor zienigheid wilde dat wij er gebruik van zou den maken; want wij hadden altijd verlangd Nederland te zien maar de tijd van vacantie en Nederland was nooit voor ons aangebro ken. Nu was hij daar en zou de gulden tijd van ons leven worden. Die arme kolonel Noble was van plan ge weest dezer zomer zelf de boot te gebruiken maar hij werd ziek gedurende het seizoen aan de Riviera en stierf aldaar. Uit Men- tone schreef mevrouw Keithley ons wat er onder zijn vrienden verteld werd omtrent een groot legaat aan ons en wij, onnoozele kin deren, hadden dat geloofd Kaptein Noble, een lieve, oude gewezen zee-officier, was sinds onheuglijke tijden een vriend van Phil's vader geweest, en of schoon Phyllis zestien en ik vijftien was, toen onze wederzijdsche ouders elkander ontmoetten en huwden, schonk de goede man ook zijne vriendschap aan mijne moe der. Phil en ik staan nu sedert drie jaar alleen op de wereld; zij is twee en twintig ik ben een jaar jonger. Er waren heel wat m'aanden verstreken, zonder dat wij iets an ders dan prentbriefkaarten van kolonel Nob le zagen maar toch verbaasde het ons niet te hooren, dat hij ons eene groote erfenis nagelaten had. Men raakt zoo licht gewoon aan blijde tijdingen en het is vrij wat lasti ger op bevallige wijze van onze gulden hoog ten te dalen. Maar terug moeten wijdus besloot ik dat het zijn 'zou in die motorboot, die thans nut teloos op een van Holland's kanalen dob bert. De brief van den notaris, een Fransch- man, die Van de Riviera schreef, deelde ons alles omtrent de boot en het geld mede. De boot moest te Rotterdam worden afgehaald, het geld was te Londen verkrijgbaar, Een motorboot van dertig paardenkracht, (waarom niet dertig dolfijnen-kracht) dal klinkt heel grootsoh en toen ik bekomen was van mijn eerste teleurstelling, begon ik het gevoel te krijgen, als ware ik"plotseling eigenares geworden van een lieele stoeterij trappelende paarden. Ik poogde Phyllis te overtuigen, dat ik betere verhalen zou schrijven, als ik wat in mijn eigen motor boot kon rondreizen, aangezien dit mijn geest zou ontwikkelen. Vandaar ook dat het nog voordeelig zou blijken. Bovendien was ik niet zeker dat mijne gezondheid niet be gon te lijden onder overspanning, en niet alleen dat, maar ik gevoelde, dat het goed zou zijn to gaan, en, in elk geval, ik wilde gaan, daarmede uit. Ik praatte tot ik op het punt stond flauw te vallen, of een .zenuw-toeval te krijgen en ik twijfel er niet aan, of het .was mijn be trokken gelaat (wie zou geen betrokken ge laat hebben gehad?) dat meer dan iets an ders ten slotte Phil's weekhartig gemoed er Iralstarrigen geest deden -bezwijken. Zij zeide dat, nu ik .volstrekt door vuui en water scheen te willen gaan (ik heb nooi van heete bronnen in Holland's kanalen ge hoord), zij mij wel zou moeten vergezellen immers zij was ouder dan ik en kon ondei geen voorwaarde toelaten, dat ik mij alleer op reis zou begeven, vooral niet met het oo; op mijn gelaatskleur en haar. Maar ofschooi het leven met mij haar een pijnlijke verras singen en, zij imoest bekennen, ook aan of fers had gewend, had zij lot hiertoe nooi verwacht, geroepen tc zullen worden on mijnenWil een avondturierster te zijn. Wurdl vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1