i\". 390. Tweede blad.
7rte Jaargang.
Zaterdag 10 April 1909.
BINNENLAND^
FEUILLETON.
De Motorboot.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
1 1.00.
1.50.
- 0.05.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoort
Idem franco per post
Afzoi.J'-rlijke nummort
L (ouian verschijn dagelijks behalv op Zon- en Feest-
tibgén.
Advorlentiönraededeelingen 9nz.gelieve men vóór lluiu-
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, b\j abonnement. Eene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezondon.
In en om Den Haag.
Brief van MARIUS.
Met de zonnige dagen komt er eenige be
weging in onze badplaats Scheveningen. De
winterslaapster heeft nog wel niet veel lust
om op te staan en alles in gereedheid te
brengen voor in de volgende maand reeds
tot haar komende gasten, doch de warme
Aprilzon schudt haar wakker. En zoo zien
we hier en daar het vernieuwingswerk aan
gevangen. In de eerste plaats de schoon
maak van huis en hof. Verder zijn. de bouw-
lustigen in de weer om hun huisvesting,
welke te klein is gebleken, wat te vergroo-
ten. Op den Boulevard -is nog weinig leven
te bespeuren. Het Kurh&us, de groote ho
tels en de winkelgalerij leveren nog een
doodsch aanzien. Doch daarbinnen zal men
niet stil zititen, want er is heel wat te orde
nen in zoo'n reuzenhotel, voordat het voor
de ontvangst gereed is.
Jammer dat ei' zoo weinig aan het uiter
lijk dezer groote gebouwen wordt gedaan,
't Is waar, tegen de zeelucht is de verf niet
lang bestand, doch ik herinner mij niet, dat
ev bijv. de laatste 5 jaren of langer iets
aan liet uiterlijk van 't Kurhaus (zeezijde)
met zijn leelijke zijvleugels, muziektent op
het terras enz. is gedaan. In 't- algemeen
vind ik dat de exploitatierekening voor de
eerste Nederlandsche Zeebadplaats te laag
is, vooral wat betreft de uitgaven aan fees
telijkheden en strand vermaken, welke in de
eerste plaats de gasten, moeten trekken. Het
dient erkend, dat de directie op muzikaal
gebied geen kosten ontziet. Een duur doch
prima orchest geeft den bezoekers der Kur-
zaal dagelijks volop te genieten, terwijl de
beste solisten hier optreden. Vooral den
vorigen zomer verschafte de directie ons
veel kunstgenot Zij verdient daarvoor hul
de.
Evenwel, niet alle vreemdelingen, die des
zomers te Scheveningen vertoeven, zijn lam
min naars Voor dezulken is het dus ge-
wenscht-, dat ze gelegenheid vinden zich op
andere wijze te vermaken. Ze kunnen eens
naar 't circus gaan, naar Cabaret, waar voor
den vrij hoogen entreeprijs naar veler mee
ning wel wat beters kon worden gegeven,
of naar de Seinpost, waar 't den vorigen zo
mer ook al niet dat was. En verder: café's
toet muziek, die overal te vinden zijn. Men
gaat er heen om den tijd te dooden, doch
niet om zich te amuseeren.
Voor 1909 heeft de directie van het Kur-
liaus te Wiesbaden voor orkest, feesten enz.
f175.000 op de begrooting gebracht, waar
van het eindcijfer ongeveer f 900.000 be
draagt. Nu zal het orkest te W. niet' zoo
duur zijn als te S., en blijft er daar voor
de feestelijkheden enz. mogelijk wel een
f 100.000 over, welk geld toch rentegevend
moet zijn. 't Is waar, bad-Wiesbaden wordt
wellicht geldelijk gesteund, Bad-Schevenin-
gen niet, doch het is een onloochenbaar
feit, dat men om het getal bezoekers te
zien vermeerderen in plaats van verminde
ren, hun het verblijf op alle bereikbare ma
nieren aangenaam moet maken.
Wat zou de „Seinpost", nu een bouwval,
zich leenen als terrein van vermaak! In
dien „Zeebad" hot exploiteerde zouden
hiertegen wel geen bezwaren rijzen en geen
andere onderneming zou er door geschaad
zijn. Integendeel, meer vertier komt allen
ten goed».
Men neme eens een kijkje op bekende
buitenlandsche badplaatsen, hoe daar een
drachtig wordt geijverd om den gasten be
zig te houden. Hoewel de speelzaal voor
velen de grootste aantrekkelijkheid heeft,
kan men zich ook onschuldiger verihaken.
Men leze eens," hoe onze kleinere badplaat
sen door strandfeestjès enz. alles in 't werk
stellen om den stedeling te trekken. Men
oordeelde naar het voor jaarsfeest in den
Dierentuin met hoe weinig en hoe onschul
dig izelfs de deftige stadsmenschen dolle
pret hebben.
Daar is 't den vreemdeling, die hier ont
spanning^ zoeict, ook om te doen; hij wil
vrij 2ijh- en ongedwongen pret maken.
Dezer dagen las ik dat de Amerikaan-
sch-e stoomvaartmaatschappijen dezen zo
mer een 100.000 tal Amerikaansche toeris
ten naar Europa denken te brengen, waar
mede dan ongeveer f 250.000.000 over de
Oude Wereld zullen worden uitgestort. Ik
wil hopen dat Scheveningen er ook een
deel van krijgt en de Zeebaddirectie haar
beste beentje voorzet.
Wanneer de Badplaats Scheveningen zijn
bevolking begint te krijgen, is uit de vis-
schersplaats Scheveningen de bevolking
grootendeels vertrokken naar zee. Na een
doelloos rondwandelen van enkele maanden
worden nu de toebereidselen gemaakt voor
de aanstaande haringvisscherij, welke na
Pinksteren aanvangt De haven, thans te
klein om alle vaartuigen hier te doen over
winteren is dan leeg en verlaten. Het nood
zakelijke, dat vele schepen elders geduren
de den winter moeten worden opgeborgen,
is voor onze visscherijplaats natuurlijk las
tig en onvoordeelig. Vandaar dat een voor
stel hangende is tot het maken een er bij-
haven, waarin dan ook de deining van 't
water, welke nu dikwijls schade veroorzaakt
in de binnenhaven, zou worden beperkt tot
een minimum. Van de zijde der reederij
wordt dit plan in 't belang der visscherij
natuurlijk, zeer toegejuicht en aangedron
gen op bespoediging.
Bevreemding moet het wekken dat er
voor de plannen tot reorganisatie der Zee
vaartschool, toch ook eene instelling in 't
belang der visscherij, bij de reeders totaal
geen belangstelling wordt aan den dag ge
legd. Komt dat wellicht omdat Burgemees
ter en Wethouders gaarne hadden gezien
dat deze reorganisatie van particuliere, dus
van belanghebbende, zijde uitging en dan
de beurs erbij betrokken zou worden? Dan
mag men wel eens nagaan hoe te Maassluis
en te Vlaardingen bloeiende visscherij scho
len bestaan, daar gekomen door particulier
initiatief en krachtig gesteund door de ree
ders.
De Scheveningsclie school bestaat reeds
30 jaren en al dien tijd bleef het onder
wijs vrijwel op dezelfde hoogte, zonder dat
er een stem opging tot verandering in dien
toestand. De voorzitter der commissie
belast met het afnemen van examens ter ver
krijging van diploma's van stuurman en van
schipper, vestigde de aandacht van B. en
W. op het feit dat zich onder de 73 canda-
daten voor de examens in 1908 geen enkele
Scheveninger bevond.
Dit nu heeft B. en W. aanleiding gege
ven de reorganisatie ter hand te nemen
en een desbetreffend voorstel in te dienen.
De Raad hechtte er zijne goedkeuring aan
doch niet zonder te wijzen op de geringe be
langstelling bij de Scheveningsche reeders.
Mij dunkt, om als de Haagsclie tram
directie te spreken, „dit optreden wordt
niet vergeten". Men is te Scheveningen
in de weer om mensehen in den Raad te
brengen, die de belangen zullen behartigen
(als ze hun mond tenminste opendoen), men
klaagt dat Scheveningen stiefmoederlijk
wordt bedeeld, maaraan wie de schuld
dat Scheveningen nog niet hooger staat?
Journalistiek auteurs
recht en de Berner Conventie.
Mr L. J. Plemp van Duiveland, die tot
de delegatie onzer regeering behoorde v tot
herziening der Berner-Conventie, behandel
de voor de Haagsche Journalistenvereni
ging het onderwerp „Journalistiek auteurs
recht en Berner-Conventie".
Na de verschillende stroomingen ter Ber-
lijnsche conferentie geschetst te hebben, be
sprak hij meer in het bijzonder de waar
schijnlijke gevolgen voor het journalistieke
auteursrecht van een eventueeie door spr.
gewensc-hte aansluiting van Nederland bij
de Berner Conventie.
Eerste gevolg zal zijn de niet vrije over
neming of vertaling van romans, hetzij uit
feuilletons, hetzij uit boeken. Verlof zal
moeten worden gevraagd en betaling gege
ven. Onze Nederlandsche auteurs zouden
niet meer in zoo drukkende concurrentie
staan met de buitenlandsche. Zij zullen zich
meer op het oorspronkelijke feuilleton-werk
toeleggen, ook omdat zij hun werk dan loo-
nend kunnen maken in het buitenland. Spr.
vreest niet, dat onze uitgevers hiermee zoo
veel duurder zullen uit zijn, omdat de prijs
der buitenlandsche feuilletons voor ons klei
ne land uiteraard goedkooper zal zijn, voor
al omdat de auteurs hun werk óók afzon
derlijk in boekvorm loonend zullen kunnen
maken in het vertalende land. De kleine
bladen zullen de vrije beschikking kunnen
houden over romans, welke langer dan tien
jaren vertaald zullen zijnalthans, indien
de regeering1 bij eventueeie handhaving van
de oude Conventie op dit punt zal volgen.
Politieke beschouwingen zullen vrij kun
nen worden overgenomen, mits met bron
vermelding 't welk thans ten onzent trou
wens reeds vrijwel regel is.
Het omwerken of in samenvatting over
nemen van wetenschapppelijke of artistieke
beschouwingen zal ook geoorloofd blijven,
eveneens onder voorwaarde van bronvermel
ding. De Conventie waakt alleen tegen de
overneming in een voi-m, welke klaarblijke
lijk bedrog beoogt.
Ten aanzien der berichten blijft geheele
vrijheid bestaan, óók zonder bronvermel
ding, al zou dat. niet behoorlijk worden ge
acht. Intusschen staan wij tegenover bui
tenlandsche bladen ten deze zonder concur
rent ieprikkel
Spr.'s conclusie is, dat aansluiting: bij de
Berner Conventie voor ons journalistiek
auteursrecht weinig gevolgen zal hebben.
Wij blijven, behoudens eenige matiging,
vrij alleen niet ten aarfzien van de feuille
tons
Ten slotte de eventueel noodige wijzigin
gen in onze Wet op het Auteursrecht. Deze
wet geeft ons een zoo ruim mogelijke be
scherming, strekt die zelfs tot de uitgevers,
door gelijkstelling met de auteurs, uit.
Het streven moet nu zijn, deze nieuwe be
scherming niet te beperken door aanslui
ting bij de Berner Conventie. Dit gevaar
bestaat, indien wij onze Auteui-swet geheel
zouden moeten aanpassen bij de Berner
Conventie, die. immers alleen het „oeuvre
artistique et littéraire" omvat? Wij zouden
dan een afzonderlijke wet op de oneerlijke
concuxTentie moeten maken, maar dat zou
in ons tempo van wetgeving veel te lang
durfen.
Ons auteursrecht zou, volgens spr., ech
ter in wezen geheel kunnen blijven zooals
het isde Berner conventie verzet zich
hiertegen niet. Alleen zou bepaald moeten
worden, dat de te maken beperkende bepa
lingen voor artistiek en letterkundig werk
óók voor weekbladen slechts zouden
werken ten aanzien van buitenlandsche ver
houdingen
In dezen geest besluit spr. heeft
de Nederlandsche delegatie dan ook onze
regeering geadviseerd
De vrees voor verzwakking van het thans
in Nederland geldende auteursrecht zal dan
ook bijna zeker ij del blijken.
De „Internationale' en
de S. D. P. Naar wij vernemen, heeft het
bestuur der S. D. P. vergaderd ter bespre
king van den huidigen teostand in verband
met de bekende motie-Utrecht en den wensch
ook van andere afdeelmgen, om het con-
gresbesluit te herroepen.
Dl*. Gorter gaf aan het bestuur in over-
weging alsnog nieuwe voorstellen tot even
tueeie fusie met de S. D. A. P. te doen.
De meerderheid van het bestuur der S. D.
P. besloot echter zijn standpunt te hand
haven, zooals dit in de Rotterdamsche mo
tie doof het congres aangenomen is
neergelegd.
Pogingen tot aansluiting bij de „Inter
nationale" zullen worden voortgezet, en
wanneer het bureau de S. D. P. afwijst,
zal deze een beroep doen op liet eerstvol
gend congres der „Internationale".
Het bestuur der S. D. P. keurde de can-
didaturen goed van dr. van Ravensteijn in
Rotterdam IV en van den heer Visser te
's Gravenhage. Hbld.
-Ne d. Tandheelkundig
Con gres. Omtremt dit te Amsterdam te
houden congres verneemt het N. v. d. D
dat het wordt ingedeeld in de volgende sec
ties
Sectie I. Anatomie, Histologie, Patholo
gie, Pathologische Anatomie, Physiologie,
Bacteriologie.
Sectie II. Diagnostiek en Therapie.
Sectie III. Operatieve Tandheelkunde.,
Sectie IV. Orthodontia.
Sect'e V. Mechanische Tandheelkunde.
Sectie VI. Hygiene, Materia, Medica,
Chemie.
Het programma van werkzaamheden
'luidt aks volgt
Sectie I a. De verhouding van 't gebit tot
ons hoofd, B. Frank; b. Eenige degeneratie-
verschijnselen der puLpa dentis met micros
copische .praeparaten, F. Duyvensz. c. Over
de aetiologie van Pyorrhoea alveolaris, J.
S Bruske. d. Iets over negatieve spanning
in de mondholte, W. J. C. Fuyt.
Sec'ie ,11. a. Voordracht over Xerosto-
mie, dr. C. v. d. Hoeven, b. Trigeminus
neuralgie, mijne ervaringen met de alcohol
therapie, J. S. Bruske. c. Onderzoek van
het. speeksel bij behandelingen van Pyor
rhoea, alvoelaris „The five-drop test", W.
M. v. d. Broek.
Sectie III a. Gedeeltelijke frontale bo-
venkaakresectie met demonstratie van mo
dellen, J. J. Boerma. b. Het condeuseeren
en harden van cohasif goud, J. M. Klinkha
mer. c. Zijn tin en aluminium geschikte
vulmaterialen, (voordracht met demonstra
tie), A. C. Th. Baaien, d Radicale wortel
kanaal-behandeling, W. J. C. Fuyt.
Sec ie IV. a. Drie behandelde gevallen
van onregelmatige tamlstelling (lichtbeel
den, modellen, apparaten), P. J. J. Coe-
bergli. b. Voordracht met demonstratie (be
handeling van een paar onregelmatige tand-
stellingen volgens Angle's systeem), N. J.
J. Greeter. c. De ligature in <le orthodon
tie, F. Duyvensz. d. Kaakexpansie, W. J.
C Fuyt. e. De beweging van eenfcortelige
tanden tengevolge van een uitwendig daarop
werkende kracht, L. Th. Schleqrholts
Boerma.
Sectie V. a. Voordracht met demonstratie
van modellen over gegoten metaalvullingen
en brugwerk, J. Hofman, b. Het maken
van 'kronen met gegoten kauVvlak, J. M.
Klinkhamer, c. Eene critische beschouwing
over prof. Gysi's „Beitrag zum articula{ions
problem", B. Frank. d. Demonstratie der
Gysi en Kerr articulator, B. Frank. e. De
bijzondere samenstelling en afwerking der
gedeeltelijke prothese ter voorkoming van
caries, P. J. J Coebergh. f. Demonstratie
Gipsafdruklepels, dr G. A. van Geyten-
beek. g. Demonstratie kroon- en brugwerk,
W. J C. Fuyt. h. Brugwerk, A. van Nieu-
wenhoven Hel bach.
Sectie VI. a. Kindervoeding en tandziek-
ten, A. C. Th. Baaien, b. Tandarts, tand-
techniker en. patiënt, dr. F. A. Stehr.
c. Tandheelkundige behandeling der on- en
minvermogenden te Amsterdamj W. J. Son#^
d Vakbelangen, J. A. Salomonson. f. Is,
met het oog op de standdbelangen, een tand
heelkundig maand- of weekblad gewenscht
en Qioe hiertoe te geraken? J. Hofman.
Donderdagavond 15 April worden de con
gressisten op feestelijke wijze in American-
Hotel ontvangen door de commissie van
voorbereiding. Vrijdagmorgen te half tien
wordt de vergadertng geopend met eene
rede van den congresvoorzitter. Zaterdag
avond heeft een 'banket plaats in het Ame
rican-Hotel, Zondag 18 April maakt- men
te zaaien een uitstapje.
Nederlandse heZendings-
vereeniging. De ontvangsten van de
Neder!. Zendingsvereeniging hebben volgens
het Orgaan van die vereeniging no. 4 van
16 Febr. tot 15 Maart 11. bedragen de som
van f 2755.44, waaronder is begrepen
f 532.90£ van de opbrengst der Stuiverscol
lectevan de Zend.-Vereeniging te Mep-
pel f 125; van N. N„ te Rotterdam, f 200,
en collecte Zeudingskapel aldaar f 100 en
jaarl. bijdrage van de Guldensvereeniging
te Zeist 1' 118.
„Tuinbouw Onderling e".
Door den heer H J. Lovink, directeur-gene
raal van den Landbouw, is, in zijne quali-
teit van. voorzitter van den Nederlandschen
Tuin'bouwraad, de commissie van toezicht en
de directie der op initiatief van den Tuin-
bouwraad gestichte „Tuinbouw Onderlinge",
Vereeniging uit den Nederlandschen Tuin-
bouwraad tot het onderlinge dragen van het
Bedrijfsrisico, geïnstalleerd.
De commissie bestiaat uit de lieeren D. J.
van der Have, te Kapelle bij Goes; G.
Kruyff, te SassenheimHenry Looymans,
te Oudenbosch; B. Ruys, te Dedemsvaart;
G. baron de Senarclens de Grancy, te
Vught; C. van Spronsen, te Loosduinen;
Neer het Mngeheh
72 TAN
N. IN W. V. WTMJAMiON.
„Hoe zondeling, dat gij op die gedachte
kwaamt!" hernam ik, „u moet het niét kin
derachtig van mij vinden, dat ik schreide,
maar ik werd op eens door zulk een mede
lijden met hem overmeesterd. Ik kan niet
gelooven dat hij van haar houdt."
„Ik ben zeker van niet. Van avond zag
ik duidelijk hoe zijne verloving hem drukte."
„Zaagt gij dat? O! wat zij gij goed. Weet
gij. ik heb een gevoel alsof gij mijn broeder
waart."
„O! dat zet de kroon op alles. Er blijft
mij' nergens iets te hopen over Waar ik
mijne blikken wend, overal zie ik zusters.
Ik heb mijzelf ook al moeten beloven een
broeder voor Miss Van Buren te zijn."
,,TJ bedoelt toch niet, dat u haar ge
vraagd hebt?"
„Ik heb het nog niet gedaan, maar dat-
zal wel spoedig gebeuren."
„Zoudt gij dan liever onze broeder niet
wezen?" vroeg ik verwijtend.
„We...l! Ik had mij aanvankelijk voorge
steld geen andere bloedverwante dan eene
tante op dezen tocht bij mij te zullen heb
ben. Toch zou ik graag een broeder voor een
uwer zijn, als ik maar voor de andere iets
meer mocht wezen."
„Gij spreekt in raadsels," zeide ik.
„Er zijn een massa dingen in u, die mij
als een broeder bevallen," antwoordde hij
met een- grappigen zucht. En ik was niet
zeker, of hij mij niet voor den gek hield.
„Maar, wat Miss Van Buren betreft, waar
om kan zij Van Buren niet als broeder be
schouwen?"
„Hij is haar neef en zij houdt niet veel
van hem."
„Maar Alb dan?"
„Dien mag zij in het geheel niet lijden.'
„Is u daar wel zeker van?"
„O heel zeker," zeide ik in vollen ernst.
„En zij is ziek van angst over $em. Ik
moest haar troosten."
„Dat komt, omdat zij zich schuldig ge
voelt, omdat zij hem zoo onaardig 'behandeld
heeft," zeide ik; „en zij zou groot berouw
hebben, als hij verdronk, omdat hij voor
haar boot zorgdemaar ik hoop en bid, dat
dit het geval niet zal zijn."
Ik begon de zaak nu te begrijpen. Mijn
heer Starr was jaloersch op onzen vriend
den kapitein.
„Wel, ik wilde, dat zij een beetje van mij
hield, daar er niemand anders is."
„Weet u, het zou mij niet verwonderen,"
fluisterde ik. „Misschien maakt dat haar
juist zoo vreemd."
„Ik wou, dat ik zoo mocht denken," zucht
te mijnheer Starr. Maar hij zag er zoo ver
heugd niet uit, als men gedacht zou hebben.
Hij scheen eerder verrast dan verheugd. ,,In
elk geval," vervolgde hij, „is u een zacht
zinnige engel, en het staat vast, dat ik een
broeder van u wil zijn, welke andere betrek
kingen ik ook aanknoop. Ik moet do han
den uit den mouw steken, en mij verdien
stelijk maken, door u gelukkig te maken."
„Ik heb vannacht een gevoel, alsof ik
nooit weer gelukkig zal zijn," vertelde ik
hem. „Het schijnt zulk een droeve wereld,
waarin wij leven."
,.Ik zal zien, wat ik er aan doen kan,"
zeide hij. „Zou het u gelukkiger maken, als
Van Buren gelukkiger was?"
„O ja!" riep ik uit. „Hij is voor Nell en
mij zoo vriendelijk geweest. Maar ik ben
bang, dat daaraan niets te doen is. Een
ongelukkig huwelijk voor een jongmensch
met met zulk een liefhebbende natuur is
zoo treurig, vindt u niet?"
..Vreeselijk. Maar het zal niet gebeuren."
„Ik zou niet weten, hoe dit te voorko
men," zeide ik En de herinnnering aan dien
laatsten blik van mijnheer Van Buren stond
mij weer zoo 'levendig voor den geest, dat
mijne oogen zich met tranen vulden.
„Ik heb er al iets op bedacht," zeide hij
en ik brandde te weten wat, toen de deur
geopend werd en Nell verscheen, zonder
hoed of mantel. Zij blikte Starr verwijtend
aan.
„O gij hadt mij beloofd Robert te vragen
mét ai terug te gaan naar de pier," zeide zij.
„Of is hij misschien alleen gegaan?"
„Ik weet niet begon de schilder, die
nog altijd naast mij op de sofa zat, toen
Robert zich onverwacht op den drempel ver
toonde Hij was zeer bleek en zóó ernstig,
dat Nell niet anders meende of hij bracht
ons slechte tijding, want zij ging hem te ge-
moet, met half geopende lippen.
„Hebt... hebt gij iets gehoord?" stotterde
zij
„Arme Rudolf!" begon hij en bij het hoo
ien van zulk een begin, strekte zij de handen
uit, als wilde zij een spook afweren en ge
loofde ik dat zij flauw zou vallendaarop
klaarde haar gelaat eensklaps op. Nooit heb
ik haar zoo schoon gezien. Zij slaakte een
kreet van vreugde en in het volgende oogen-
blik was onze mooie, bruine kapitein in ons
midden en hield hij hare beide handen om
klemd. Hij droop van het water; tot zelfs
zijn haar was zoo nat, dat ik voor het eerst
zag hoe het krulde.
„O! ik ben zoo blij! zoo blij!" stamelde
Nell. „Robert zeide „Arme Rudolf!" en
ik dacht..."
„Ik wilde alleen maar zeggen, dat de ar
me Rudolf een slechten nacht gehad heeft,"
viel Van Buren haar in de rede, maar ik
geloof niet dat een van beiden het hoorde.
„Hebt gij ai over mij bezorgd gemaakt?
Kon het u iets schelen?" vroeg Van Brede-
rode.
Dat scheen Nell hare zelfbeheersching te
rug te geven. „Ik maakte mij ongerust over
de Lorelei," sprak zij haastig. „Hebt gij haar
behouden aan land gebracht?"
„Ja, en de Waterspin ook," antwoordde
hij, maar alle blijdschap was uit zijne 6tem
verdwenen. „Wij hadden met boos weder te
kampen, maar wij zijn er veilig gekomen."
Hij keek mij verlangend aan. „Heeft u van
daag wel eens aan den kapitein gedacht, Miss
Rivers?"
Het deed mij voor hem zoo'n leed, dat ik,
eer ik het het zelf wist, uitriep„Wel, ik
heb aan niets anders gedacht!"
Ik reikte hem de hand en hij schudde
haar, alsof hij haar nimmer meer wilde los
laten.
„Wat is u toch goed," zeide hij met
warmte.
En ik durfde mijnheer Van Buren niet
aanzien, want de gedachte kwam bij mij op,
dat hij misschien nu niet zou willen geloo
ven, wat ik hem zoo even verteld' had.
Van morgen 'beknorde ik Nell, in het bij
zijn van Lady Mac Naime, over hare koel
heid na al wat onze kapitein, voor haar had
gedaan.
„Hoe kon je 200 zijn?" vroeg ik. „En dat
terwijl hij zoo gelukkig scheen, dat je er iets
om hadt gegeven? Het was erg vrreod."
„Ik wilde niet, dat hij zou denkon, dat
ik het mij aangetrokken had," verklaarde
Nell.
„En je hadt groot gelijk, kindlief," zeide
Lady Mac. Nairne, er daarop lachend bijvoe
gende „Hij hoopte zeker Phyllis jaloersch
te maken, denk ik, want zijne eigenlijke ge
dachte schijnt bij haar te zijn geweest, niet
waar?"
Geen van ons antwoordde. Ik verbeeldde
mij gisterenavond, dat zij ongelijk had wat
betreft bare veronderstellingen maar nu zij
het op deze manier voorstelt, was ik er zoo
zeker niet meer van.
Wordt vervolgd.