If*. 218
8"' Juargang.
Donderdag 27 lanuari 1910.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DROOMLEVEN.
1.00.
1.50.
0.05.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort
Idem frauoo per post
Afzonder; gke nummers
Deze Courant verschijnt dagelgks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
^dvertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
'n morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtscliestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRUS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f ©.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 85 cents bü vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen t«1
het herhaald adverteeren in dit Btad, bg abonnement. Eer'
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De schoolstrijd in Frankrijk.
In de Fransclie Kamer zijn Maandag de
omvangrijke debatten, welke dezer dagen
hebben plaats gelhad naar aanleiding van
strijd der bisschoppen tegen de openbare
-«holen, tot een abide gebracht; met de
•oote meerderheid van alle republikeinsche
•actiën heeft de Kamer een motie aan ge.
iomen waarin het vertrouwen, wordt uitge-
iprofcen dlat ze de neutrale school en der zei-
ondterwijaers zoil weten te verdedigen
het beskuit der Kaan er te kennen
jsvondt gegeven het in voorbereiding zijnde
Wetsontwerp tot bescherming der school en
het onderwijzerspersoneel nog voor het ein
de der zititang in behandeling te nemen.
Het debat heeft acht dagen geduurd en ie
het meest uitgebreide geweest dat sinde lan
gen tijd heeft plaats gevonden.
De politieike quintessence van deze langen
red «strijd wordt gevormd door de redevoe
ring die minister-president Briand gehouden
Jieeft, wijl daarin de huidige stand van
pen strijd zich het duidelijkste afteekent en
Wijl er uit blijkt welke loop de strijd in de
[toekomst nemen zal na het positie kiezen
dloor de regeerdnig, weillke in deze kwestie
paeer dan ooit van hare republikoinsdlie
paeertderiheiid zeiker is.
Op denaelfdlen diaig dlat de minister .presi
dent zijne rede hiélld stond in Reims de, we]
piet meer naar het kanonieike recht, doch
wegens zijne historische waarde nog als
winmat van het Fransche episcopaat be-
idhouwde aartsbisschop van Reims, Luoon,
roor de burgerlijke rechtbank terecht, daar-
roor gedaagd door de onderwij zensvereeni-
gdng uit het departement Marne, welke van
•n bisschop schadevergoeding eisdhte voor
op hen geworpen blaam. De aartsibis-
tiop had er op gestaan zelf voor het ge-
"tt te verschijnen, niet om de rechtsbe-
jidlheid van het. burgerl ij k-republikeinsche
'Jhtscollegie over zijn persoon te erkennen,
aar hij zeide, doch alleen om niet den
lluj n te hebben alsof hij vreesdle voor de
"volgen van een handeling, voor welke hij
.eb integendeel juist opnam. Terwijl hij ge-
ioemde bevoegdheid van den burgerlijken
dhter uitdrukkelijk van zich afwees en
ilechite God en den Paus te dezer zake als
zijn rechter erkende, bevestigde en verdui
delijkte de aartsbisschop nogmaals de prin-
cipieele beteekenis van de verklaring der
bisschoppen als oorlogsverklaring tegen de
staatsschool en baar ..onderwijs zonder God,
legen God." Daar de mi nister-president voor
de vertegenwoordigers van het souvereine
'volk, hier de eerste prelaat van Frankrijk
als troteche onafhankelijke vertegenwoordi-
iger der kerk. Beddhrhi verschijning en bei.
derlei verklaringen belichaamden op hetzelf-
dle oogenblilk opnieuw die tegenstelling tus-
sclhen de repuibliek en de katholieke kerk.
De minister-preisidient begon zijn exposé
met. den strijd der kerk tuigen de school te
kenschetsen als een deed van baar algemeene
krijgsplan tegen de republiek, waarbij de
kerk aan de republikeinen te verstaan geaft:
„Gij hebt dén Staat van die Kerk ge^chei-
jden wij zullen u thans de maebt der kerk
jfcoonen, door uw onderwijs als geescl te ne
men. Dit zal liet losgeld dier hervorming
betalen.'Daarna ontwikkelde Briand het
standpunt der regeering, waarbij hij aller
eerst hare rechtsopvatting van de verkla
ring der bissfchoppen alt volgt omschreef
,,De bisschoppen hebben daarbij van eene
vrijheid gebruik gemaakt, welke hun even
als alle andere, burgers toekomt. Zij heb
ben onder hunne zuiver civielrechtelijke ver
antwoordelijkheid van het gemeeuie recht
gebruik gemaakt, ze hebben geen overtre
ding begaan, welke eene strafrechtelijke ver
volging zou kunnen motiveeren. Zij heb
ben van eene vrijheid gebruik gemaakt,
welke ze tot dusver nooit in dit land gekend
hebben, van eene vrijheid die wij hun ge
geven hebVen. en krachtens welke het hun
voortaar vrijstaat vergaderingen te houden
mits een andere macht hen dit wil toe
staan gomeensch appel ijk over hunne be
langen oe beraadslagen, en een beroep te
doen op de openbare meening, gelijk alle
andere burgers, waaneer ze dit noodig ach
ten."
Deze verklaring van Briand scheen som
mige republikeinen niet alleen te verras
sen, doch ook teleur te stellen. Het zal
echter duidelijk zijn dat minister Briand,
door met deze verwijzing naar de vrijheid
de kerk van antwoord te dienen, deze et
verwijt uit de hand neemt van door de re
publikeinen vervolgd te worden. Door dit
antwoord heeft hij juist de kerk van een
argument, dat andiers met het oog op de
a.s. vea'kiezingen uitnemend dienst zou kun
nen doen, ontwapend. Daarentegen trok de
minister-president naar de andere richting
zeer scherp d.e grenzen van de poliltiekq
rechten der bisschoppen in verband met
hur ne aanspraken om tegenover den staat
als vertegenwoordiger van de rechten der
ouders i.r. hunne verhouding tot de staats
school zich te doen gelden. Daaromtrent
verklaarde Briand
,,Ik bestrijd geenszins het recht der
ouders, toezicht op het aan hunne kinderen
gegeven orderwijs uit te oefenen- Ik zal
ook geenszins stelselmatig het denkbeeld
van een verstandige gemeenschappeftij ke
werkzaamheid van staat, onderwijzers en
ouders van de hand wijzen. Ik will gaarne
verklaren dat de vereenigingsweit de mid
delen aan de liand doet, daartoe te geraken.
Vereischte is echter, dat dit eene oprechte
en eerlijko samenwerking zal zijn, welke niet
geschiedt met bijoogmerken tegen de we
reldlijke school. Wij kunnen echter niet
dulden dat de geestelijkheid zich als ge
volmachtigde der ouders opwerpt en zich
tusschenbeide schuift om over de onderwij
zers en boeken te oor doelen en doemvonnis-
sen uit te spreken."
Als merkwaardige aanvulling van dit
punt zette de minister-president dan nog
uiteen, dat. de afwijzing van den geestelijke
als gevolmachtigde der ouders in geen geval
diens afwijzing als particulier persoon be-
teekende. De minister wees hierbij op het
geval met zekeren bisschop Belley, wiens
bezwaren over de schending der neutrali
teit der openbare school de regeering in een
bepaald geval als gegrond had erkend, en
ging daarna voort
,,Dit bewijst duidelijk dat het in bepaal
de gevallen mogelijk is, zich tot den minis
ter te wenden en dat wij de gerechtigheid
niet stelselmatig hebben tegengehouden. In
de toekomst zal het evenzoo zijn, maar hier
houdt (de minister richtte zicli hierbij toe
de rechterzijde) ook uw recht op. Wanneer
gij nog verder wilt gaan, wanneer de gees
telijke aanspraak er op maakt den onderwij
zer tot zich te doen komen, wanneer hij
van tien onderwijzer eischt dat deze hem de
schoolschriften zal overleggen (interruptie
var den abbé Gayraud: dat was een uit
zondering), wanneer hij zulk een macht
tracht uit te oefenen, dan gaat hij zijn recht
te buiten, sticht hij oneenigheid in de
school en dan gaan wij daartegen in."
(Geroep van rechtsDaarmede zijn wij
het eens"). m
Do interrupties zijn nog al typeerend.
Voor het overige handelen de verklarin
gen des ministers nog over twee, voor de
verdere ontwikkeling der dingen beteekenis-
volle punten, té weten de ondubbelzinnige
afwijzing van het staatsondorwijsmonopolie
als antwoord der republiek op den aanval
der bisschoppen, ten tweede de aankondi
ging van voorstellen van anderen aard, die
echter de spies omkeeren, namelijk het
staatstoezicht op het onderwijs der vrije
(kerkelijke) scholen en verhoogde waarbor
gen voor dit onderwijs eischen en zoodoen
de ook in overeenstemming zijn met het al
gemeen belang van den staat. Na de afdoe
ning der begrooting zullen deze voorstellen
onmiddellijk in behandeling komen.
Minister Doumergue heeft in een der zit
tingen een bloemlezing Van citaten voorge
lezen uit clericale schoolboeken, die in veel
hoogere mate te misprijzen zijn als de, on
getwijfeld ook niet te verdedigen, al te
cynisch-objectieve uitspraken in sommige
neutrale leerboeken. Wanneer men dan ook
nagaat dat van de 200 leerboeken, die op
de openbare scholen worden gebruikt, er
slechts 14 door de bisschoppen in den ban
zijn gedaan, wanneer men bedenkt dat de
wereldlijke school in Frankrijk 25 jaar be
staat, dat thans eerst de bisschoppen ge
merkt hebben, dat in die scholen boeken
worden gebezigd, welke tegen hunne begin
selen indruischen, dat in slechts ongeveer
honderd gemeenten het verbod der bis
schoppen het daadwerkelijk gevolg heeft ge
had, dat de vaders hunne kinderen de ver
boden boeken afnamen en ze verbrandden,
terwijl er in Frankrijk 36000 gemeenten
zijn met. ruim 60.000 lagere scholen, dan
blijkt daaruit voldoende, dat de actie der
bisschoppen zwak is opgezet. Het resultaat
ervan is dan ook niet opwekkend. De wijze
waarop bovengenoemde citaten van minister
Doumergue door de republikeinsche Kamer
leden werden ontvangen, was reeds bij voor
baat eene verzekering dat de regeerings-
voorstellen zullen worden aangenomen. Dat
zal dan het eerste daadwerkelijke antwoord
zijn, hetwelk de kerk op haar oorlogsver
klaring oogst. Of 't het eenige zal zijn, zal
van haarzelf afhangen. De minister-presi
dent wil klaarblijkelijk zijn oude tactiek 'n
acht nemen, welke met wijze gematigdheid
er naar streeft alles te vermijden, wat de
kerk de gelegenheid zou. bieden, ook maar
onder den schijn van recht, gezwegen dan
van werkelijk recht, over vervolging en ge
weldpleging te klagen en daarmede hare ge-
loovigeu tot krachtdadige verdediging harer
belangen aan te sporen. De meergegoede
burgerlijke klassen en de plattelandsbevol
king in de meeste provinciën «laan de wor
steling der geestelijkheid tegen den Staat.
met onverschilligheid gade en dit weet men
in het clericale kamp maar al te goed. Des
te meer pogingen worden verwacht, met het
oog op de verkiezingen om de groote massa
der onverschillige katholieken in -beweging
te brengen. De clericale pers heeft tot dit
doel zelfs voor den schoolstrijd eene spe
ciale medaille laten slaan, aan de voorzijde
de beeltenis van Jeanne d'Arc dragende.
aan de achterzijde de woorden ,,Ik geloof
aan God". De medaille zal aan een blauw
wit lint, de kleuren der Jonkvrouwe van
Orleans, worden gedragen en door de gees
telijkheid op pleclnige wijze aan die kinde
ren worden uitgereikt, welke van wege hun
weigering der verboden boeken, uit de school
zijn verwijderd. In "hoogsteigen persoon
heeft de bisschop van Bayeux reeds de
medaille aan zulke kinderen in zijn diocees
uitgereikt. Naast de groote middelen wil
men dus ook de kleine gaan aanwenden.
Duitschland.
Berlijn, 26 J an. D© commissie uit
den Rijksdag voor het Duitsch-Portugeesche
handelsverdrag verwierp het ontwerp-ver-
drag met 15 tegen 13 stemmen. Hét voor
stel komt nu in de voltallige vergadering
ter definitieve beslissing.
België.
Brussel, 26 Jan. Het Journal de
Bruxelles schrijft: Wij meenen te weten,
dat de bestuurders van de stichting Nieder-
fulbach niet de houding hebben aangeno
men, welke men hun, eenigszins voorbarig,
toeschreef. Zij hebben zelfs nog niet ver
gaderd. De twee vertegenwoordigers van de
stad Coburg zijn zelfs nog niet te Brussel
aangekomen. De vergadering zal vermoede
lijk Vrijdag of Zaterdag worden gehouden.
De Koning heeft den heer Capelle, gevol
machtigd minister, opgedragen hem te ver
tegenwoordigen
Engeland.
Londen, 26 Ja n., 12 uur. Ge
kozen zijn 243 unionisten, 214 liberalen, 37
leden der arbeidspartij en 71 nationalisten.
De unionisten winnen 113, de liberalen 15,
de arbeidspartij 1 zetel.
Londen, 26 Jan. Asquith is her
kozen te Fifeshire met 5242 stemmen tegen
3183 op den unionist Sprot. Gekozen zijn
249 unionisten, 221 liberalen, 37 arbeids
partij en 71 nationalisten. De unionisten
winnen 115 zetels, de liberalen 17, de ar
beidspartij 1.
Londen, 26Jan. Minister Huldarie
is herkozen in Haddingstonshire met 3771
stemmen tegen 3026 op den unionist Blyth.
Londen, 26 Jan., (d r ie uur
's m i d d a g s). Gekozen zijn 255 unionis
ten, 230 liberalen, 38 van de arbeidspartij,
72 nationalisten. De unionisten winnen 117
zetels; de andere standen zijn onveranderd.
Londen. 26 Jan. De sollicitor-ge-
neral sir Samuel Evans werd te Glamorgan
herkozen met een meerderheid van 9793
stemmen
Londen, 27 J an. Gekozen zijn 255
unionisten, 233 liberalen, 38 van de ar
beidspartij, 72 nationalisten. De. unionisten
winnen 117 zetels, de liberalen 17, de ar
beidspartij 1.
Noorwegen.
Christiania, 26 Jan. De Koning
heeft heden het Storthing in tegenwoordig
heid van de Koningin en van het corps di
plomatique met een troonrede geopend.
Daarin wordt verklaard, dat de betrek
kingen van Noorwegen tot -buitenlandsche
mogendheden bevredigend zijn. De regeling
van de verhouding tot Spitsbergen vormt
een onderwerp van besprekingen met de an
dere belanghebbende mogendheden.
Verder worden wetsontwerpen aangekon
digd op de rechtspleging, op een belasting
op bier en een wetsontwerp omtrent scheids
gerechten bij geschillen tusschen werkge
vers en werknemers.
Italië.
R o m e, 2 6 J a n. De Koning heeft den
afgevaardigde Maury benoemd tot onder
secretaris van de posterijen en telegrafie.
Ook heeft de Koning 33 nieuwe senatoren
benoemd, onder wie de burgemeeser van
Napels, alsmede de generaals Barbieri, Go-
van en Masdea.
Spanje.
Te Barcelona zijn weder 27 beschuldigden
wegens het Juli-oproer voor den krijgsraad
verschenen. Twaalf werden ter dood, vier
tot levenslange gevangenisstraf, de overigen
tot langdurige gevangenisstraffen veroor
deeld. Dit vonnis moet nog door den kapi
tein-generaal bekrachtigd worden.
Rusland.
Peters burg, 26 Jan. De moorde
naar van overste Karpow, Wostreesenski,
alias Petrow, is hedenmorgen vroeg terecht
gesteld.
Griekenland.
Athene, 26 Jan. Een mededeeling
aan de pers verklaart, dat twee zittingen
deT Kamer achtereenvolgens moesten wor
den opgeheven wegens onvoldoend aantal
Kamerleden. De regeering moet geneigd zijn
haar ontslag aan te vragen.
Het gerechtelijk vooronderzoek van de
vloot-revolutie van einde October 1909 na
dert zijn einde. Een-en-twintig marine-offi
cieren zijn in staat van beschuldiging ge
steld, de onderofficieren en matrozen daar
entegen worden niet vervolgd. De aanklacht
is a'ldus geformuleerddat de beschuldig
den, gezamenlijk met vele anderen en om
politieke redenen, door gebruikmaking van
geweld tegen personen en zaken, poogden
zich op de plaat6 der regeering te stellen,
door den minister van marine te dwingen
öf af te treden, öf tegen zijn wil aan het
parlement door hem opgestelde, het ont
slag van hoogere en lagere marine-officie
ren betreffende, wetsontwerpen voor te leg
gen en tevens het parlement tot aanneming
dezer wetsontwerpen uit te noodigen.
De oordeelvelling over deze niet militaire,
maar politieke misdrijven valt onder de
bevoegdheid van de burgerlijke rechtscolle
ges (jury of strafkamer), de hoogste er op
gestelde straf is levenslange gevangenis
straf. De strafkamer der rechtbank verwees
in eerste instantie reeds voor zes weken alle
aangeklaagden naar de rechtbank van d«
gezworenen te Athene.
Op de bezwaren door de aangeklaagden
den ingebracht bij de strafkamer van het
Hof van Appèl veranderde deze op wet
telijke en zakelijke gronden het be
sluit in eerste instantie in zooverre,
dat ze de misdrijven wel bewe
zen noemde, maar ze slechts bij luitenant
Typaldos en vijf andere officieren als zoo
danig- qua'lificeerde, terwijl de overige 15
aangeklaagden slechts wegens eenvoudige
medeplichtigheid" en dus maar van één
feit beschuldigd werden. Ook het Hof ver
wijst alle beklaagden wegens de overeen
stemming der aanklachten naar een gemeen
schappelijke behandeling hunner zaak voor
de rechtbank van gezworenen. Echter beval
het gelijktijdig liet ontslag uit preventieve
hechtenis der 15 mede-schuldige officieren.
Zoowel tegen den leider Typaldce als tegen
n
Roman van
116 ANNA WAHLENBERG.
Uit het Zweedsch
doob Betsy Bakkeb Nort.
Op dit oogenblik lachte Robert echter
tegen haar.
Dc hulpbehoevende en weemoedige uit
drukking van haar -blik bad zijn hart ge
troffen te midden van al de duizelende ge
dachten, die hem vervulden.
Hij begreep, diat zij hem riep en hij
kwam en ging naast -haar zitten, trok 'haar
hoofd, tegen zijn schouder, terwijl hij met
Agnes door bleef praten, liet hij onophou
delijk zijn hand liefkooeendl glijden over
Flora's haar en wang.
Op Agnes maakte 'het den indruk alsof
hij een klein huisdier liefkoosde, en ze on
dervond een nauwelijks bewust gevoel van
welbehagen 'bij de aanraking der zachte
huid en 't bewustzijn van trouwe liefde,
waarmee het hem omgaf, terwijl liij met
zijn ziel en gedachten op een heel andere
plaats was. Zijn eigenlijk ik was 'bij haar,
Agnes. Dat .behoorde haar. En zijn hand,
die zacht over Flora's haar gleed, had
4 slechts mechanische liefkoozingen te geven.
Maar voor Flora bezaten deze liefkoo
zingen een wonderbare kracht, ze kalmeer
den haar. Ze zeiden haar, dat als ze ook
oen dom arm schepsel was, dat niet tot zijn
ziel kon spreken, en hij zich ook tot an
deren moest wenden, die een vlugger en be
ter 'bevattingsvermogen haddén dan zij om
zijn gedachten vlucht te volgen, er toch
banden waren, die hein altijd tot haar te
rugtrokken. Midden in zijn ijverigst rede
neer en mei een ander, zocht en dacht hij
aan haar. Eu naarmate zijn gemoed weer
in evenwicht kwam, sloot hij zich steeds
dichter bij haar aan, en al warmer en tee-
derder werdén zijn liefkoozingen. Hij had
slechts van elders gehaald wat hem ver-
frischte en sterkte. Toen was hij weer hij
haar teruggekeerd.
Zou ze dan niet blij zijn dat er iemand
was, die hem kon geven wat zij hem niet
kon schenken? En was het niet ondankbaar
zich in smart te verdiepen, dat zij niet alles
wat hij behoefde hem kon geven De hoofd
zaak was toch dat hij niet meer leed, maar
weer lachte tegen haar en anderen.
Na een paar uur, toon Agnes afscheid
genomen had en Slechts op Robert wachtte,
die haar zou .wegbrengen, maar even zijn
zaklantaarn haalde, bleven de dames een
oogenblik alleen.
iAgnes was bezig met haar toilet, maar
moest zich plotseling omkeeren. Ze wist
dat Flora ai aar haar keek. Dezo had soms
een wijze van naar niemand te kijken, dat
men het voelde, zélfs al stond men ook met
den rug naar haar toegewend. En ze ont-
moette ook werkelijk haar oogen, die een
dieipe, innerlijke uitdrukking hadden.
,,Dank dal je gekomen bent", zei Flora
heel stil. „Het deed Robert zoo veel goed.
En -als hij verheugd ie, dan ben ik het
ook."
Agnes monsterde haar, alvorens te ant
woorden.' En tioen het antwoord eindelijk
kwam, was het eenlettergrepig en volstrekt
niet op 'zoo'n hartélijken toon als Flora's
woorden en (bovendien vergezeld van een
gezicht, dat haar vriendin zich deed afvra
gen of ze haar op eene of andere onbegrij
pelijke wijze (beleedigd had.
En dat had ze ook werkelijk gedaan. Ag
nes was verontwaardigd, want de dankbe
tuiging leek haar d:m en minachtend te
gelijk.
Ze dankte haar dat ze meer voor haar
man was dan zij zélf. Had men ooit zoo
iets 'belachelijks gehoord? Was ze dan vol
strekt niet bang voor haar? Vond ze het
zoo onnoodig jaloersch op haar te zijn?
Teldé. ze haar heelemaal niet mee?
Dat was werkelijk een beleediging.
Agnes' hoogmoedige wijze, haar verhou
ding tot Robert ale iets volkomen geeste
lijks en subtiels te beschouwen, was in een
oogenblik weggeblazen. Ze had mooi en be-
tooverendl willen zijn om .Flora een les te
geven. En onwillekeurig ging ze naar den
spiegel in de vestibule en .streek beur haar
op oen wijze, die haar er overmoedig deed
uitzien. Dat stond haar hét best, dat wist
ze. En teen ze haar spiegelbeeld beschouw
de, kon ze niet nalaten te vinden, dat ze
er jong en knap uitzag. Er was iets oor
spronkelijks en stijlvols in haar uiterlijk,
dat kon men niét ontkennen.
De gemoedsstemming had bovendien
kleur aan haar wangen gegeven en glans
aan haar oogen. Dat alles gaf haar zoo veel
genoegen er» vertrouwen dat zij zich voel
de als een godin der zege. En toen Robert
er nu aan kwam, zétte ze een gezicht als
een vorstin, richtte zich op en maakte een
genadig gebaar niet de hand. „Zie daar,
mijn cavalier," zei ze met schertsende gran-
dessa. Zullen we nu naar .buiten gaan en
dwepen in den maneschijn in het feeën-
slot?"
Robert's gevoelig oog zag dadelijk dat
ze zich 'uit de lijst verheven -had en was
dadelijk in de rol.
Diep buigend kuette hij haar vingertop
pen.
„Van lvarte gaarne, schoon© dame", ant
woordde hij. En met een blik vroeg hij
Flora, theatraal fluisterend„is het de
hoed of de mantel, die zoo goed staat? En
is het werkelijk zoo, dat ze mét. den dag
jonger en mooier wordt?
Natuurlijk kwamen de 'beide dames
lachend overeen, dat. liet laatste de waar
heid was En Agnes ging heen met een
triomf in he; hart.
Wel was zo niét heel zeker in hoever Flo
ra haaT waard vond, jaloersch op haar te
zijn of niet. Haar lachen had bijna te vroo-
lijk en te natuurlijk geklonken.
Maar Agnes had in elk geval een soort
eerherstel.
Robert had götoond' en toonde ondub
belzinnig, dat hij niet alleen de intelligen
tie in haar schatte.
XII.
De pijn van den slag. dien Robert Lan-
dell had gekregen, verminderde, en of
schoon de wond nu en dan weer openging
en samentrok, zou die wel 6poedig genezen
zijn, indien die daarvoor tijd had gehad.
Maar het duurde niet lang voor dezelfde
geschiedenis zich herhaalde.
Dc couranten waren nu eenmaal begon
nen zich te bemoeien met het sanatorium
en ze bleven het doen. Drie of vier uitvoe
rige artikelen verschenen en waren voor 't
grootste gedeelte ongunstig.
Beleefd geschreven en beduidend: zachter
gesteld dan het eerste,maakten ze toch op
Robert den indruk van een stelselmatige t
vervolging, omdat ze vaststelden als de al
gemeene mocning, dat zijn laatste werk niet
■behoorde tot zijn meest gelukte.
Hij beschouwde zich ais het onrecht
vaardigst behandelde mensch op aarde. Hij
meende, dat men overeengekomen was hem
uit te stooten en zijn ondergang <te ver
oorzaken. Hij werd nerveus en in de he
vigste mate prikkelbaar, zooals zijn huis-
genooten hem nooit eerder hadden gezien.
Een kleinigheid wond hean op, voor 't ge
ringste wat niet in orde was, bracht hij 't
geheele huis in oproer. Een oogerVblik daar
na vroeg hij om vergeving, alsof hij zich
heel erg bezwaard voelde.
Hij was ziek, naar lichaam, en geest. De
tegenspoed was lieai te zwaar, want hij
was niet als de .meesten verhard en bereid
dien te ontvangen.
Bijna dagelijks vertrok .hij naar de ,stad,
gedreven door de begeerte te hooren wat
de menschen dachten en zeidon, want hij
was overtuigd dat men overal zijn lot be] tan-
delde. .En hij werd ontvangen met kame
raadschappelijke handdrukken, goéden
raad om zich niet te storen aan critiek of
oen paar krachtige, uit sympathie geboren
scheldwoorden tegen degenen die hem' niet
genoeg waardeerden. Maar uien beeld zich
niet lang met dit onderwerp bezig. Het
scheen merkwaardig genoeg niemand zoo
bizonder te interesseeren en hij keerde te
rug in dezelfde stemming als hij weg wa»
gegaan.
Wordt vervolgd.