Od* Jnargang. Donderdag 9 Juni 1910. BUITENLAND. FEUILLETON^ Mijn Vriend ie Chauffeur, AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden v&or Amersfoortf 1.00. Idem franco per post - 1.50 Afzonderlijke nummer- - 0.05. t\. j fiu an verschijn dagelijks behalv op Zon- en Feest dagen. Advertentifinmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADYERTENTIËN: Van 1B regels f 0.50, Elke regel meer - 0.10, Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 eents bjj vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Bene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Het heengaan van Dernburg. Den lOen September 1906, nu bijna vier jaren geleden, werd het bericht der benoe ming van Befnhard Dernburg, den directeur van de Darmstadtsche bank, tot directeur van de koloniale afdeeling van het Duitsche departement van buiten land sc he zaken, al gemeen met groote verrassing ontvangen. Aan die benoeming had niemand gedacht. In tegenstelling daarmee komt het bericht van zijn aftreden als hoofd van de sedert tot een zelfstandig departement verheven koloniale afdeeling zóó weinig onverwacht, dat geen enkel orgaan van de pers het noo- dig vindt het verschijnen van het officieele besluit, waarbij aan Dernburg op zijn ver zoek ontslag uit den rijksdienst wordt ver leend, af te wachten om een grafrede te hou den op Dernburg als een staatsman, die ten doode is opgeschreven. De reden daarvan is gemakkelijk te be vroeden. De heer Dernburg is een medewer ker van vorst Bülow geweest. Men herin nert zich, dat de strijd van Dernburg in den rijksdag met het centrum de aanleiding geweest -is voor Bülow den rijksdag te ont binden en zijne liberaal-conservatieve blok- politiek op tonw te zetten. Nu die politiek is mislukt en Bülow dientengevolge is heen gegaan, scheen Dernburg's aftreden slechts eene vraag van tijd. Eenige weken geleden, kort voordat, de rijksdag naar huis ging, had de staatssecre taris van koloniën het zwaar te verantwoor den. De geheele centrum-pers trok tegen hem van leer, en in den rijksdag richtte de afgevaardigde Erzberger een hevigen aan val tegen hem bij de behandeling van zijne begrooting. Dernburg's val scheen toen on vermijdelijk maar hij wist den aanval af te slaan en slaagde er in zijne begrootin.g door den rijksdag te doen aannemen. Wat toen reeds verwacht werd, zal nu gebeurenDernburg treedt af al» staats secretaris van koloniën. Maar niet als een geslagene verlaat hij het departement: de overwinning, die hij nog onlangs in het parlement heeft behaald, geeft aanleiding om te zeggen, dat hij vrijwillig is gegaan op het oogenblik, dat hij zelf als het meest passende beschouwde. Dit komt uit in de beschouwing, die de Köln. Ztg. aan zijn heengaan wijdt, waarin wordt gezegd ,,Er was reed6 dikwijle sprake van, den eenen „Bernhard" den ander na tte zen den, en wanneer hij nu gaat, dan zal men veelvuldig gelooven, dat het zwartblauwe blok met zijn gaan een van zijne schoonste triomfen viert. Nu twijfelen wij geen oogen blik aan de bedoeling van het blok om Dernburg den hals te breken, maar wel hieraan, dat zijn heengaan een werk van dit blok is. Wanneer wij juist zijn ingelicht, dan is den heer Dernburg van geen zijde een wenk gegeven om zijn verzoek om ontslag in te dienen. Men heeft integendeel mis schien eerder beproefd hem van zijn plan af te brengen, wel ie waar zonder succes. Niet onder den indruk van de laatste kolo niale debatten, waarbij Dernlburg geheel Bülow en Dernburg dragen heiden denzelf den voornaam. overwinnaar bleef, kan daarom het verzoek om ontslag zijn ontstaan, maar uit overwe gingen van geheel anderen aard. Toen Dernburg het departement van koloniën op zioh nam, legde het bijzonder blijk van 's Keizers vertrouwen hem den plicht op der uitvoering van een programma, dat in korte woorden hierin bestond de toen op een verkeerd spoor geraakte Duitsche koloniale politiek in gezonde banen te brengen, de koloniën politiek te bevredigen, voor het verkeer te openen en economisch zoozeer te versterken, dat men geleidelijk het doel van hunne financioeJe zelfstandigmaking naderbij zou komen. Zuiver zakelijk be schouwd, schijnt dit programma heden in hoofdzaak vervuld of althans de vervulling zeër nabij gebracht te zijn. Niet als een ge slagene, maar als een zegevierende veldheer ziet daarom heden Dernlburg op zijn kolo nialen arbeid terug, en het schijnt, d'at hij als onafhankelijk man en als het tegendeel van een plakker" meende genoeg te héb ben gedaan en zijne verplichtingen te heb ben vervuld Nu zou het wel is waar eene verleidelijke taak zijn geweest, het 'begon nen werk te voltooien en te volmaken, n de vrees voor de vijandschap van den beer Erzberger en van dc Deutsche Tageszei- tung zou hem daarvan niet hebben afge schrikt, want Dernburg is een strijdnatuur, die zich het best voelt in den strijd. Daar gezondheidsredenen niet in aanmerking kunnen komen, blijft er voor het besluit van Dernlburg slechts deze verklaring over, dat hij met den algemeenen loop van de politiek zoo weinig overeenstemde, dat hij niet verdei* wilde meedoen. Het is in Prui sen en het rijk oen zeer zeldzaam geval, dat oen minister een zoo sterken ruggegraat toont, dat hij liever zijn ambt met alles wat er aan verbonden is prijsgeeft, dan dat hij zich eene politiek laat welgevallen, waar aan hij niets kan veranderen, maar waar- va i de verantwoordelijkheid hein te zwaar schijnt. Als bekleoder van een politiek neu traal ambt, dat op zich zelf niets te maken heeft met den politieken strijd, had Dern lburg heel gemakkelijk op zijn post kunnen blijven, en hij kon 't er op laten aanko men of zijne persoonlijke tegenstanders een directen storm zouden wagen. Hij heeft er de voorkeur aan gegeven te gaan uit vrijen wil, niet als froudeur, maar als onafhanke lijk man, die, nadat hij aan het rijk be langrijke diensten heeft 'bewezen, er nu d© voorkeur aan geeft in liet ambtelooze leven terug te keeren." De heer Dernburg, die op 41-jarigen leef tijd. in den rijksdienst is getreden, wordt den 17en Juli a.s. 45 jaar. Men mag dus verwachten, dat zijne rol in het openbare leven hiermee nog niet zal zijn afgespeeld, al wordt hij voor 't oogeniblik ambteloos 'burger. Duitschland. B erl ij n, 8 J u n i. In het Nieuwe Pa leis te Potsdam vond heden de voltrökkiug plaats van het. huwelijk van Pi*ine Friedrich Wilhelm van Pruisen met Prinses Agatha Ratibor Corvey. De Keizer bracht een toast op de jonggehuwden uit. Prins Ludwig van Beieren heeft in eene vergadering van de Beiersche kanaalscheep- vaartvereeniging zijne voldoening er over uitgedrukt, dat de. kwestie van de scheep- voarttol'len, die vooveel ergernis en ver driet heeft berokkend, zich eindelijk sdhijnt te zullen oplossen op eene wijze waardoor althans in de toekomst allen daarmee te vreden kunnen zijn. Wanneer zij is opge lost, dan zal het niet lang meer duren, of de Main zal tot Asdbaffen'burg gekanali seerd zijn. Hij behandelde daarna uitvoe rig het plan van eene directe aansluiting van Zuid-Dui+ech 1 and bij het Wesergebied. Wanneer dit doel bereikt i6, dan zal ook het bekende verzet tegen de verbinding van het Wesergebied met het Elibegebied een einde moeten hebben, want de oostelijke dee- len des lands zullen het niet aangenaam vinden wanneer zij van het bloeiende, rijke westen zijn afgesloten. In liet debat over het wetsontwerp tot ver- hcogitiig van de dotatie ten behoeve van de Kroon met 2 millioen en bet subsiidiie voor de Koninklijke Schouwburgen met 1| mil lioen stelden de woordvoerders van de na tie naai diberal en en de Fortsohidttliiche volkspartij voor het wetsontwerp naar de begrootingscommissLe te verwijzen. Namens de conservatieven, vrij-conservatdeven en, het centrum werd verklaard, dat zij dit wel niet noodig vonden, maar zich toch niet er tegen zouden verzetten in de hoop daardoor eene grootere eenstemmigheid te krijgen. Toen de sociaal-democraat Hoffmann aan het woord was, ontspon zich tusscben hem en den voorzitter eene pikante dtialoog. De spreker zeide, dat hij en liet volk te meer roden hadden om te meerren, dat de civiele lijst voldoende was, omdat zij zagen, dat de oom van den monarch, de Koning van EngelandHier viel de voorzitter hem in de rede en verzocht hem den per soon van den Koning niet in het debat te betrekken. Toen daarop Hoffmann zeide: ,,Wij verlangen principieel de verkiezing van alle staatsdienaren door het volk, ook van den eersten staatsdienaar", viel de voorzatter hem weder in de rede met de woorden Mijnheer de afgevaardigde, deze opmer king is hoogverraad. Ik roep u bot de orde. Hoffmann. Frederik, de groote genoemd, heeft toch, zooals ik op school heb geleerd, gezegdDe eerste dienaar in den staat ben ik. Hoe kan dat nu hoogverraad zijn? De voorzitter. Ik heb u tot de orde ge roepen, omdat gij de verkiezing van den eersten staatsdienaar, den Koning, door het volk hebt verlangd. Dat is hoogverraad. Hoffmann. Maar dat zijn beginselen, dio in ons programma staan. De Voorzitter. Gij kunt beginselen in uw programma hebben zooals gij wilt, maar ik verzoek u die hoogverraderlijke begin selen niet op de tribune van dit buis to berde te brengen. Aan het einde van dit debat werd tot ver zending naar de begTootingscommissiie be sloten. Tegen stemden de sociaal-democra. t«n en een vrijzinnige. De interpellatiën over de Borromeus- encycliek komen heden in het huis van af gevaardigden aan de orde. De heer von Bethmann-Hollweg zal ze zelf beantwoorden. Men neemt, aan, dat de minister-president zich niet zal begeven in een lang dogmatisch betoog. Het. komt er minder op aan hoe de Pruisische regeering over het incident denkt dan wat zij van plan is er tegen te doen ol reeds heeft gedaan. Eene eenvoudige mede- deeliug, dat reeds stappen in deze richting zijn gedaan, zou, wanneer de stappen beant woorden aan liet openbare gevoel, meer in druk maken dan de langste rede en zou reed3 een antwoord op de interpellatie inhouden. Volgens een bericht van de Köln. Ztg. uit Rome, verluidt daar uit niet officieele maar meestal wel ingelichte kringen, dat de Pruisische gezant von Mühlberg in opdracht van zijne regeering den Hc-iligeu Steel eene mededeeling heeft gedaan, die op de ency cliek betrekking heeft. Over vorm en inhoud van deze mededeeling is niets bepaalds ver- B r u n s w ij k, 8 Juni. De landdag heeft met algemeen© stemmen eene motie aangenomen, waarin geprotesteerd wordt te gen de heleedigende uitdrukkingen over Duitsche hervormers en de den godsdienst vrede in gevaar brengend© uitingen van de Romeinsche Curie. Minister Wolff legde eene dergelijke ver klaring af. Brussel, 8 J un i Het katoen-congres nam eene motie aan, waarin overleg wordt verlangd met bankiers, katoen beu rzen en katoenfabrikanten in Europa en Amerika om het opmaken en verkoopen van val&ehe cog nossementen onmogelijk te maken Het congres sprak als zijne meening uit, dat dc epinnens over de geheele wereld den arbiö zoolang moesten laten stil staan, tot dat de productie het verbruik niet meer over treft. Mot hot oog op de verliezen tengevolge van te groote vochtigheid van de ruwe ka toen, verzocht het congres, dat het inter nationale comité overleg zou plegen met de katoenbeurzen van Liverpool, Bremen en Havre tot het bijeenroepen van gedelegeer den uit alle takken van de industrie ter be spreking der algemeen© belangen. Frankrijk. Na de definitieve verkiezing van Brisson tot voorzitter, vulde de Kamer het bureau verder aan door de verkiezing van onder voorzitters, kwestoren en secretarissen. Als ondervoorzitters zijn alleen gekozen leden van de verschillende fraction der meerder heid. Etieune is lid van de democratische linkerzijde, Puech en Berteaux zijn radi caal-socialisten en Dron is radicaal. De ver- tenigde socialisten hadden aan de verkieziug niet' meegedaan en de candidaat van de rtchtsche republikeinen bleef in de minder heid Heden houdt de Kamer, die zich nu gecon stitueerd heeft, eene zitting, waarin minis ter-president Briand namens de regeering eene verklaring zal voorlezen, die het pro gramma van regeeriugsbeleid bevat. Het debat, dat zich hieraan zal vastknoopen, zal waarschijnlijk eerst morgen beginnen, om aan de partijen tijd te geven zich te beraden over hunne houding tegenover dit programma P a r ij s 8 Juni. Volgens ontvangen inlichtingen zal in de ministerieele verkla ring worden gezegd, dat de tijd gekomen schijnt te zijn om den grondslag van het dis trictenstelsel uit te breiden, teneinde te ko men tot vertegenwoordiging der minder heden. De regeering zal geen inbreuk dul den op het werk der scheiding van kerk en staat. Verder worden aangekondigd wetsontwer pen op het arbeidscontract, het arbeiders krediet enz. Voor de belasting op het in komen aanvaardt de regeering de beginselen van het ontwerp van Caillaux. De verklaring zal verder nadruk leggèn op de loyauteit van de buitenlandsche poli tiek, den wensch uitdrukken om bij te dra gen tot de handhaving van den vrede en den wensch om do krachten te ontwikkelen, ten einde den plicht tegenover de bondge- nooten te volbrengen en den eerbied voor onze rechten te verzekeren. Het door Frankrijk opgestelde program voor een wettelijke regeling van de ludht- vaart beperkt de werkzaamheden van de conferentie tot praktische vraagstukken Theoretische gedadhtenwisselinigen over vraagpunten als het eigendomsrecht op de lucht zijn uitgesloten. De voornaamste pun ten zijnkembaarmaking van ludhtivaartui- gen, maatregelen in het belang van de vei ligheid van de bewoners en van de lucht- vaarders, diploma voor luohtBöhippers, keu ren van motoren, verkeersvoorsdhriften, ta riefkwesties, verdediging tegen spionage, recht van asyl in overeenstemming met het reóht van asyl van sohepen in onzijdige ha vens, eindelijk de exterritorialiteit voor luchtvaartuigen, die aan een staat behoo- reri. De regeering heeft een wetsontwerp vast gesteld, dat bepalingen bevat «ver de keuze van gerechtelijke beheerders, beheerders van failliete bcedels, gerechtelijke boedelvereffe naars en deskundigen en waarin verder wordt medegedeeld op welke wijze de controle over deze ambtenaren wordt uitgeoefend. Engeland. Londen, 8 Juni. Het Lagerhuis kwam heden na het lente-reces opnieuw bij een en. ging ovar tot de beraadslaging der marine-begrootüng. Er werd geen ministe rieel© verklaring gedaan ten opzichte v.an den loop der gebeurtenissen Londen, 8 Juni. In antwoord op eene vraag over de behandeling van zaken zeide lord Crewe, dat hij had vernomen, dat lord Rosebery niet van plan was in den eersten tijd do behandeling van zijne voor stellen tot' hervorming van het huis aan de orde te stellen. Lord Crewe voegde diaaraan toe: Wij ju niet- voornemens de veto-motiën vaai de re geering in behandeling te nemen, voordat de voorstellen van lord Rosebery besproken zijn Maar in ieder geval zal het waarsohijn lijk in het belang van het Huis zijn, als de geheele zaak een paar weken blijft rusten, omdat wij dan misschien in een betere po sitie zullen zijn en beslister kunnen spre. ken. Rosebery, d'ie daarna het woord nam, zei de dat hij de behandeling van zijne voor stellen gaarne zou hebben gezien, maar dat h©m van invloedrijke zijde was medegedeeld, dat het volgens de meening van tot oordee- ien bevoegden beter zou zijn daartoe niot over te gaan op den eersten dag waarop het Huig weder bijeen is gekomen. Hij geloofde, dat men tot die opvatting was gekomen door de gedachte, dat het ver li js, dat het land onlangs heeft geleden, eene aanleiding zou kunnen zijn om te zoeken naar toenadering in den eenen of anderen vorm vau de twee partijen in deze gewich tige constitutionneele strijdvraag. Ook ge voelde mem, dat het niet gewenscht was den aanvang van de nieuwe regeering en den Naar het Engeheh 65 VAN C. N. en W. M. WILLIAMSON. Haastig greep hij naar een gewichtig uit ziend document met een roodi zegdl, en op de geldthographeerde lian'dleekeninig aan den voet van het stuk wijzend, zöide hij „De minister van Buitenlandbche Zaken Landsdowne lord Landsdown©. Engelsch. Inglese en Italiani eempre amici. Jaï" Hij glimlachte niet enkel tegen d'e twee dienaren, •van den heiligen Hermandad maar ook tegen de andere menschón, diie hom lachend toe knikten. Nia dit gunstig effect vertoonde hij een tweed© .papierzijn ,perlmii> de con- duire van het djepartettnénlt van Minds t© Nice. Oip den officieelen stampei wijzönd, riep, hij met de ki'nldlerlijlke vreugde van iemand' dlie ©en paar Woorden van een vroetmd'e taal kan spröken „Nizza, Niziza la bella Daar bij keeik hij de reuzen zoo openhartig aan en scheen zoo verrukt over zijn beetje ken nis, d!at allen in een lach echoten en twee jonge mannen hem zelfs toejuichten, waar over zij een ©ogenblik later zich eemigszins schenen te schamen. Eindelijk, daar er aan elk oponthoud een einde moet kom©n, maak te» hij aanstalten door te rijden. Maar de nauwgezette beambten, ofeeliöOn blijkbaar ontmoedigd, gaven hun hoep nog niet op of speelden hun laatste troef uit, ontdanlks de ibeddle gezegelde Engélecihe stukken waarmede hun dorst naar bureaucratie nog niet gestild bleek. De langste van het tweetal legde zijn zwarten handschoen op ons spatbord, dat een paar dagen geleden door het „slangach tig diinig" was afgebroken', en naar ik me neer Barrymore had hooren zeggen in de garage te Mestre gerepareerd zou worden. Met- dramatische gestes, alleen eigen aan het Latijnsche ras, trachtte hij te bewijzen dat liet spatbord gebroken moest zijn door de botsing bij Bergwmo, waarmede zijn gedach ten geheel vervuld waren. Eindelijk ging er voor oneen Ohauffeulier eenig licht op. Hij sprong uit de auto en gaf op zijn beurt een pantomime ten bekte. Uit een lade onder den voorbank haalde hij den buitenikant van het achterwiel t© voorschijnwees ho© hij er oan sloot, hoe hij was losgeraakt en hóe hij dloor h©t voort durend stoeten met. Ihjeb rijden het spotborld had afgebroken. Iedereeninbegrepen d,e mannen van de politie, stelde levendig belang in de vertooninig. Zoodra ze geëindigd was, nam meneer Barrymore zijn plaats weer in, rolde die ,,slanig" op, en zonder permissie to vragen, maar met een diepe buiging dó ver tegenwoordigers der w©t groetend, reeid hij langzaam terug naar de stad. Wat- konden na zulk een ervaring de gedwarsboomde reu zen anders dóen dan ons nakijken en huns weegs gaan!'' „Wij hebben onze redding te danken aan het feit dat wij den verkeerden weg insloe gen, en nu naar Bergamo gingen in plaats van er uit," merkte de triomfeerende diplo maat op. „Vermoedelijk meenen zij een verkeerde auto te hebben aangehouden daar de. geïncrimineerde van Lecco kwam. Onder dien indruk, gepaard aan hun wanhoop over de totale afwezigheid van mijn bevat tingsvermogen, geraakten zij aan het twij felen. Hoewel wij onschuldig zijn en de voerman van den wagen enkel probeerde „wat los te krijgen," konden zij on6 hier tien dagen later hangen." „Zouden zij ons daarvoor gehangen heb ben?" vroeg tante Kat-hryn ontsteld. „Wat zijn di© Italiaansche wetten dan afschuwe lijke dingen!" Wij lachten haar zoo hartelijk uit dat zij er boes om werd, en toen Beechy haar een „dom mamaatje" noemde, beet zij deze driftig toe, in geen geval zoo dom te zul len zijn om haar Italiaansch te vergeten zoo zij iets van de taal kende juist als het nocdig bleek het te kunnen spreken. Zij is te goedig van inborst om lang uit haar humeur te blijven en de weg naar Brescia was zoo bekoorlijk, dat ze spoedig haai* verontwaardiging vergat. Ofschoon het pad niet zoo goed bleek als te voren was het toch niet al te slecht, en onze ster ke banden die zooveel hadden verduurd, maakten het zich niet moeilijk over deze geringe oneffenheden. Na elke twintig me ters hadden wij een auder gezicht, alsof het landschap langzaam draaiend, telkens wis selende tooneelen te aanschouwen gaf, zoo ongeveer als met de voorwerpen in een ca leidoscoop. Aan onze linkerzijde marcheer den de bergen steeds met ons mede, witte, majestueuze gevaarten, waarlangs paar se schaduwen zich ^geheimzinnig bewogen. Achter geurige weilanden en gouden graanakkers verhieven zich massieve boe renwoningen van röspetabeien leeftijd en met een waardig voorkomen. Nu en dan konden wij vluchtig een blik werpen in fraaie tuinen, en eens passeerden wij een heerenhuis, groot en deftig genoeg om zich een kasteel te noemen, zoolang er geen echte in de buurt waren. Mijlen ver schaar den zich langs den weg kastanjeboomen, fier ♦omhoog heffend hun op kaarsjes gelijkende witte bloesems. Ook prijkte er de mei doorn met zijn sneeuwachtige bloemen door de beide heeren „meien" genoemd en waren er reeksen laag struikgewas met wit vederactig gebladerte, waarvan ik den naam niet weet, en die de gedachten wekten aan een stoet bruiden, of jonge meisjes op weg naar de kerk om haar eerste communie te doen. En tusscben de reine blankheid van het land schitterden groepen lila serin gen, wolken rozeroode appelbloesems, bed den met viooltjes, en langs den kant van het groenachtige water der stroompjes scho ten heldergele irissen als vlammen omhoog. Even voor het binnenrijden van een prachtige oude Italiaansche stad begon de donder te grommen als een. iru do bergen verscholen leeuw. Enkele rc^eudroppcls vielen op onze motor-hoeden en een kille wind stak op, ons een bouquet zoete geu ren toewerpend. „Wij zijir te Brescia," zeide meneer Bar rymore. „Zullen wij wachten tot de storm voorbij is en onderwijl thee drinken?" Tante Kathryn riep dadelijk „ja", want zij houdt er niet van om nat te worden en vindt het onverdraaglijk als de regen haar in het gelaat spat. Dus snorden wij snel door straten, elk afzonderlijk een schilderij, met haar oude bruine paleizen en haar öteenen trappen waarop groepjes mooie vrouwen onder roode parapluies zaten te schertsen, met haar zonderlinge bruggen en met bloemen begroeide pergola's. Wij sto ven voorbij een prachtige kathedraal toen de vesperklok luidde, en kinderen, jonge meisjes, oude in zwarte chale's gehulde vrouwen, knappe soldaten en elegante offi cieren aan haar roepstem gehoor gaven. Eindelijk «topten wij voor een hotel met een tuin die zich uitstrekte tot de rivier; onder het dichte Joover van kastanjeboo men, beschutting biedend zelfs voor een stortvloed, gebruikten wij koffie en hart vormige koekjes, terwijl de donder wilde muziek maakte op een groot kerkorgel in de lucht. „Geen wonder dat de soldaten knap en de officieren elegant zijn," zei meneer Bar rymore in antwoord op een opmerking van mij, die door Beechy was herhaald. „Brca- cia heeft meer recht op hen dan de meeste steden van Italië, want zooals u weet is zij altijd beroemd geweest om het militaire genie en den moed barer mannen, en een maal was zij na Milaan de rijkste en merk waardigste plaats van Lotnbardije. Vene tië, waarvan zij do vasal was, had alle ro den trotsch op .haar te zijn. De geschiede nis van den groeten veldslag, waarin Bayard meende een doodelijke wond bekomen te hebben, is even interessant als een roman. „De Vlucht van Tartaglia" en „Do Edelmoedigheid van Bayard" zijn episo den, welke iemand in vervoering brengen." „En toch zullen wij verder trekken zon der iets anders te zien dan deze panoraina- achtige kiekjes," zuchtte ik. „O, die mo tor-manie W urdt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 1