W. 41. BUITENLAND^ FEUILLETON. Mijn Vriend ie Chauffeur. s>a" Junrgaiig. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortl.OO. Idem franco per post -1.50 Afzonderlijke nummers - 0.05. Tsij Com an verschyn dagelijks behalv op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz.geliove men vóór 11 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zendon. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Het aftreden van erfprins Hohenlohe. De zomerrust in Duitschland is weder onderbroken door eene verrassende politieke gebeurtenis. De tweede ondervoorzitter van den rijksdag, erfprins van Hohenlohe-Lni- genburg, heeft midden in de vacantic zijn ambt nedergelegd. Hij heeft van dozen stap rekenschap gegeven in een brief aan den voorzitter, die de verklaring inhoudt, dat hij indertijd de candidatuur voor dit arabt lieeft aanvaard om de gedachte te dienen van eene nieuwe toenadering der partijen, die tot aau de beslissing over de finsncieele her vorming in gewichtige politieke vragen heb ben samengewerkt. Daarna gaat het schrij ven aldus verder: „Intusscheu hebben de gebeurtenissen bij eene reeks van aanvul lingsverkiezingen voor den rijksdag en de onlangs bekend gemaakte verklaring van het officieeJe orgaan der nationaal-liberale partij getoond, dat de klove tuesclien de voormalige blokpartijen belangrijk dieper is geworden. Aan de «bij het (begin van de zitting gerecht vaardigde poging, waardoor de mogelijkheid van eene nieuwe toenadering zou worden open gehouden, is de bodem ingeslagen, en daarmee is de innerlijke reden voor mijn toenmalig optreden in het presidium ver vallen. Terwijl ik in deze ontwikkeling van de zaken op zich zelf nó§ geen dwingend motief meende te moeten zien om het door mij aanvaarde ambt- neder te leggen, kwam daarentegen met het oog op den inhoud en de uitwerking van de Borromeus encycliek bij mij de vraag op of in den nu ontstallen toestand liet voortduren van mijn lidmaat schap van een presidium, zooals lrot zicli vertoont door de partij-politieke verbinding van zijne bestanddeelen, vereenigbanr is met de beginselen, die mij tot dusver in het. openbare leven hebben geleid. Ik moet deze vraag na nauwgezet onderzoek van do aangehaalde feiten ontkennend beantwoor den". De toestand bij de opening van den rijks dag na den val van Bülow, waarop de erf prins in zijn schrijven zinspeelt, was deze: De liiber aal - coriserva tie ve meerderheid was uiteengegaan, en in den rijksdag had zich bij de stemming over de hervorming van de rijksfinanciën eene nieuwe meerderheid ge vormd, bestaande uit conservatieven, cen trum, Polen en anti-semieten. De beide grootste partijen van deze meerderheid be zetten, naar oud gebruik, de beide posten van voorzitter en ondervoorzitter. Zij tracht ten de nationaal-li'beralen te bewegen tot aanneming van het ambt van tweeden on dervoorzitter, hetgeen dezen echter beslist weigerden, omdat zij geen aandeel wilden hebben in het nieuwe zwart blauwe blok. De beide groote partijen van de meerderheid waren nu in groote verlegenheid. Daaruit werd een uitweg gevonden, toen de erfprins van Hohenlohe-Langenburg, die tot geen der partijen van den rijksdag behoort en slechts hospitant is bij de vrij-conservatie ven, zich liet bewegen de keuze tot tweeden ondervoorzitter aan te nemen. Het centrum stemde toen voor den erfprins, ofschoon het hem, omdat hij onder verdenking stond van anti-clericale gezindheid, steeds bestreden had en hem als directeur van het departe ment van koloniën had doen vallen. Deze anti-clericale gezindheid heeft de erfprins nu in zijn schrijven aan den voor zitter van den rijksdag ten duidelijkste doen kennen door als een der redenen voor zijn ontslag nemen de Borromeus-encycliek op te geven. De woorden van den erfprins beteek en en, dat hij met het oog op deze encycliek niet meer zitting wil hebben geza menlijk met een katholieken ondervoorzit ter en dat hij ook niet een door de stem men van iiet centrum gekozen ondervoor zitter wil zijn. Als tweede reden voor zijn, altreden geeft de erfprins op, dat hij bij de aanvaarding van liet ondervoorzitterschap heeft gedacht aan de mogelijkheid van eene verzoening der partijen van het oude Bülow-blok, de liberalen en conservatieven, en dat hij thans die mogelijkheid als uitgesloten beschouwt met het oog op zekere voorvallen van den jongs ten tijd. Deze gebeurtenissen, waarop de erfprins zinspeelt, zijn 1. eene verkla ring .van de nationaal-liberale partij-corres pondentie, die in krasse termen tegen den rijkskanselier-gerioht was, en 2. de houding van de vrijzinnige partij bij eenige parti- eele verkiezingen voor den rijksdag, waarbij de vrijzinnige kiezers door het partijbestuur deels niet belemmerd, deels direct opge wekt worden om bij herstemmingen tus- schen een conservatief en een sociaal-demo craat, te stemmen voor den sociaal-demo craat. Deze stap js een bewijs hoe sterk ook bij staatslieden van aoA gematigd liberale ge zindheid als de erfprins van Hohenlohe- Langenburg de weerzin tegen de als het zwart-blauwe Jylok gekenschetste coaLitie is. Het is niet zonder bcteekeaiis' als een zoo gematigd man ronduit verklaart, dat zijne beginselen hem verbieden iets met die coalitie te doen te hebben. Het inte ressante naspel van dezen stóp zal komen in het najaar, als de rijksdag weer bijeen komt. Dan staat, de conservatief-clcricale meerderheid opnieuw voor de vraag, wien zij moet- kiezen als tweede ondervoorzitter. In December van het vorige jaar heeft erf prins Hohenlohe haar uit de verlegenheid gered. Nu komt zij andermaal voor de moei el ij kb eid te staan, en het bezwaar om er eene oplossing voor te vinden, is er niet geringer op geworden. Duitschland. Volgens een door Berlijnsche en Parijsche bladen verspreid bericht, zou het voornemen beslaan Keizer Wilhelm voor den vredes prijs van de Nobelstichting van dit jaar in aanmerking te doen komen. Het gerucht is ontstaan uit een woord, dat ex-president Roosevelt moet hebben gezegd tijdeus zijn bezoek aan Stockholm. Roosevelt zou name lijk gezegd hebben, dat Keizer Wilhelm het recht had den Nobelprijs te verwachten, omdat door de energie van den Keizer de Europeesclile oorlog, die ten gevolge van de inlijving van Bosnië en de Herzegowina heeft gedreigd, verminderd is. De voorzitter van het Noorweegsche vre desprijs-comité Loevland heeft nu dit be richt ongegrond verklaard. Hij heeft gezegd,, dat zulk een voorstel niet voor Februari van liet volgende jaar kan worden inge diend, zoodat aan Keizer Wilhelm in geen geval de prijs van dit jaar kan worden toegekend. België. Brussel, 9 Juli. De synode van de Belgische Christelijke Zendingskerk heeft een krachtig protest aangekomen tegen de encycliek Editae Sacpe. Frankrijk. Tuisschen de vakvereeniging van spoor wegpersoneel en do regeering wordt in de laatste dagen een tweegesprek gevoerd in de pers. De vakvereeniging heeft gedreigd met een staking van het spoorwegperso neel De regeering liet hierop officieus ant woorden, dat zij dan de dienstplichtige le den van het spoorwegpersoneel onder de wapenen zou roepen. Daarop antwoordde de vakvereeniging, dat de opgeroepen spoor wegbeambten niet onder de wapenen zouden komen. Zij, die gevolg gaven aan de oproe ping, waren besloten tot lijdelijk verzet en als men hen niettemin tot- den dienst ver plichtte, dan kouden zij er steeds toe over gaan de hun toevertrouwde locomotieven ongescfiikt te maken om "dienst te doen. De regeering liet hierop weer officieus verkla ren, dat op een weigering om aan het bevel om op te komen te gehoorzamen, gevange nisstraf staat van 1 maand tot 1 jaar. Voor lijdelijk verzet, d. i. weigering om te ge hoorzamen in dienst, is do straf gevange nisstraf van 1 tot 2 jaar. Wie in geval van mobilisatie bij weigering van gehoorzaam heid zich nog schuldig maakt, aan vernie ling van machines, die pleegt het misdrijf van weigering van gehoorzaamheid door complot, waartegen in het militair strafwet boek de doodstraf is bedreigd. De minister-president heeft ook in de Ka mer het zijne gedaan om de spoorwegbeamb ten af te schrikken om in staking te gaan. Toei' in de vorige week ouder gewoonte een voorstel werd ingediend om amnestie te ver- leenen voor politieke en stakingsmisdrij- ven verzette hij zich daartegen met allen na druk, met het gevolg, dat de Kamer liet met groote meerderheid verwierp. Dat is eene waarschuwing voor de spoorwegbeamb ten, dat als zij staken eh dientengevolge met den strafrechter in aanraking komen en veroordeeld worden, zij niet op genade voor recht hebben te rekenen. Engeland. Zoo als uit het rapport van de com missie over het wetsontwerp betreffende de civiele lijst van de Koning blijkt, werd door den afgevaardigde van de arbeidspartij Barnes het voonstel gedaan om van de civiele lijst 148,000 p. st. te schrappen. Dit voorstel bleef zonder ondersteuning; de tweede ver tegenwoordiger van de arbeidspartij Shackleton, stemde met de meerderheid voor de vooretellen van de regeering. Het wetsontwerp, dat ten doel heeft do geloofsbelijdenis, die in den kroninigseed is opgenomen, te zuiveren van hare aanvallen tegen de katholieke kerk, zal vóór de va- cantie afgedaan worden. De reden daarvan is waarschijnlijk hierin te zoeken, dat liet verzet tegen het wetsontwerp toeneemt. Oo'k do strijdbare dissenters roerein, de trom te gen het wetsontwerp, omdat daarin 6taat uitgedrukt, dat de monarch behoort tot de wettelijk gevestigde protestantsóhe kerk. De disinters willen wel 'hooren van het pro testantisme van den monarch, maar niet van de staatskerk. De regeering schijnt be vreemd te zijn, dat in de vacantie eene be weging tegen het wetsontwerp zou kunnen ontstaan, die moeielijkheden kan teweeg - bicngeu, zoodat eene spoedige afdoening raadzaam is. Italië. Men meldt uit Rome, dat de afge vaardigde Merlani tot de ministers van financiën en justitie de vraag zal richten, koe het toch mogelijk is, dat een bedrag van 85,000 lires werd uitgetrokken voor inkt- kekers in het nieuwe paleis van justitie. Spanje. De Madridscke handelsvereeniging heeft bij den minister-president een verzoekschrift ingediend, waarin verklaard wordt, dat de Madridsche zakenmenschen door de concur ren tie van de congregatiën, die evenmin huur als belastingen, directe of indirecte, en loonen betalen, met den ondergang be dreigd worden. Er wordt verzocht, dat de regeering krachtdadige maatregelen zal nemen om aan dezen toestand een einde te maken. Om aan dit verlangen grooteren nadruk bij te zetten, zal eerstdaags eene algeineene winkelsluiting op touw gezet worden. Oostenrijk. De school autoriteiten te Weenen hadden onlangs de vereeniging Vrije school" aan geschreven van de kerkelijke overheid de toestemming te verwerven voor de opdracht van het godsdienstonderwijs aan het bij de vereeniging in dienst zijnde personeel, om der bedreiging dat de scholen moesten wor den gesloten als aan deze aanschrijving niet werd voldaan. Het departement van onder wijs heeft deze beschikking bekrachtigd en het daartegen door het bestuur der vereeni ging ingestelde hooger beroep is thans door het gerechtshof voor bestuunsgeschillen af gewezen. Daarmee is de in deze zaak mints g er ui- men tijd gevoerde strijd beslist ten gunste van de clericalenhet gevolg van de uit spraak, die nu in hoogste instantie gewezen is, is dat de onderwijsinrichtingen van de vereeniging „Vrije school" zullen worden gesloten Griekenland Athene, 10 Juli. De havencomman dant heeft den commandant van het Ru- meensche schip Imperatul Trajan leedwezen betuigd over het met dat schip voorgeval lene. De Rumeensche deserteur, die van het schip was weggevoerd, im aan den comman dant overgeleverd. Hel incident is hiermee geëindigd. Turkije. Uit Uskub wordt bericht, dat de ontwa pening van de bevolking van het vilajet voortduurt. Tot dusver zijn omstreeks 100,000 wapenen ingeleverd. Verscheidene honderden recruten uit Ma- l ssia en Lutua hebben op de reis naar Klein- Azië Uskub gepasseerd. Volgens een bericht uit Saloniki hebben de troepen bij Debrezir een gevecht van drie uren gehad met twee sterke Albaneesch© henden, welker aanvoerders gedood werden. Acht gewonde opstandelingen werden door de troepen gevangen genomen. Do verlie zen van de troepen zijn onbekend. Volgens regeeringsberichten bereiden de reactionaire Arnauten de oprichting van .talrijke benden Een circulaire van den minister van bin- nenlandsche zaken wijst er op, dat ondanks de laatste aanschrijving de boycot voort duurt, dat het binnentreden in Grieksche handelszaken verhinderd wordt en dat men ook tegen Turksche zaken dwangmaatrege len noemt onder het voorwendsel, dat zij aanhangers zijn van de Grieken. De regee ring spoort de provinciale autoriteiten aan, onverwijld een einde te maken aan den bóycot en tegen hen, die zich verzetten, de wettelijke maatregelen te nemen. Konstantinopel, 9 Juli. De bladen hebben uit Damascus bericht ont vangen, dat een gevecht heeft plaats gehad tusschen Drusen en Arabieren 150 Drusea zijn gedood. Kreta. Konstantinopel, 9 Juli. De Porte 'heeft de gezanten bij de beschermen de mogendheden opgedragen te proteeteeren tgen de inmenging van den Koning der Hel lenen en do Grieksche regeering in de bin- nenlandsc'he aangelegenheden van Turkije door de tot de Krefcensers gerichte raadge vingen om toe te geven aan de wenschen van de mogendheden. Op de nieuwe bezwaren van Tunkije we gens oorlogstoebereidselen van Griekenland! antwoordde de Grieksche regoering, dat meri te doen had met de gewone tijdperken voor militaire oefening. 7000 manschappen zijn dadelijk naar hunne haardsteden gezonden. Kanea, 9 Juli. De consuls van de beschermende mogendheden hebben, omdat zij merkten dat de christelijke leden van de nationale vergadering ondanks herhaalde samenkomsten niet tot overeenstemming konden komen, de regeering verwittigd, dat zij, als Maandagmorgen het besluit van de mogendheden niet js uitgevoerd, de kanto ren van de invoerrechten zouden doen be zetten. Kanea, 9 Juli. (5 uur 's namid dags.) l>e regeering is er in geslaagd 59 van de 114 christelijke leden bijeen te brengen voor eene zitting van de Nationale vergade ring. Van dezen stemden er 55 noor de toe lating van de Mohammedaansche leden. De vergadering heeft daarna hare zit tingen vier maanden verdaagd. P a r ij 6, 9 Juli. Pichon Lichtte den Ministerraad in omtrent den toestand op Kreta. Op het oogenbiik is weigering mo gelijk van het Kretenzer bestuur, om zich te schikken naar de beslissing der vier be schermende mogendheden. De consuls-gene raal van Frankrijk, Engeland, Italië n Rusland, deden het uitvoerend comité van Kreta de volgende verklaring toekomen Indien het bestuur van Kreta niet over eenkomstig de bepaling toestaat te verga deren met de deputatie Muzelmannen en als aan Turksche ambtenaren belet wordt, vrij hun posten te vervullen of anderszins onredelijk worden bejegend, noopt diezelf de bepaling de vier mogendheden, de voor naamste havens van Kreta te bezetten en beslag op de invoerrechten te leggen. Deze maatregelen zullen uitgevoerd worden als vóór Maandagmiddag aanstaande niet naar genoegen der mogendheden is beslist. In ge val het antwoord van het uitvoerend comité ontkennend of onvoldoende is, zal onmid dellijk de ontscheping plaats hebben. Naar het Bngehch 89 TAN C. N. en W. M. WILLIAMSON. „Dat is uw tante Kathryn niet," zei de prins zacht maar met een stem, trillend van opgewondenheid. „Het is een van con tessa Corramini's dienstboden, gekozen tot het spelen van deze rol omdat haar ge stalte in een motor-mantel het meest op die van uw tante gelijkt. Van uw tante is en kel de mantel, de hoed en het zijden mas ker hier. U moet nu de waarheid hooren en weten wat u te doeu staat." ,,Ik begrijp u niet," stamelde ik. En op nieuw meende ik te droomen. Ik verbeel de mij in liet 'Hotel Imprial te Ragusa te ■bed te liggen en wenschte vurig spoedig wakker te worden. „Ik zal het u duidelijk maken," vervolg de de prins. „U weet u weet het sinds lang hoezeer ik u liefheb. U hebt mij tot deze daad gedwongen omdat u mij uw liefde niet wilde geven, omdat u weigerde mij toe ite beliooren ofschoon ik zonder u niet leven kan. En omdat ik dat niet kan, heb ik dit gedaan. Al lang geledon, te Ve netië beraamde ik het plan. Ik deelde het mede aan Corramini doch niet aan zijn vrouw, en hij beloofde mij zijn hulp, om dat ik, wetende dat hij in fiancieele moei lijkheden verkeerde, aanbood hem .te hel pen. Hadt u me gisteravond te Ragusa niet zoo ruw teruggestooien, dan zou ik u dit hebben kunnen besparen, want het plan zou alleen ten uitvoer worden ge bracht, als alles tevergeefs bleek." „En toch begrijp ik u nog niet," zei ik langzaam. „Dan is u niet zoo vlug van begrip als anders, mijn beste. Ik hoopte dat juffrouw Beechy ongesteld zou worden zij is de eenige die ik vreesde en daarom was er in die roode Turksche bonbons een middeltje, niet voldoende om haar veel kwaad te doen, maar genoeg voor mijn doel. Gaarne had ik mij ook van de tante ontdaan, doch haar kon ik niet missen. Want zonder haar zoudt u nooit zijn meegegaan. Contessa Corramini weet nergens van, ofschoon zij een vaag vermoeden heeft dat er iets ge heimzinnigs .gebeurt. Zij is niet op de Arethusa, maar op dit oogenbiik te Venetië. Victorine was behalve u en de tante de eenige vrouw op het jacht, en Victorine i6 goed betaald voor de door haar gespeelde rol. Zij nam de taute's mantel en hoed en masker uit de hut toen de dame met Corra mini en mij op het dek was, gekleed met een hoed en mantel toevallig door de contessa aan boord gelaten. Terwijl de tante overal naar haar kleeren zocht, stapte u in de auto mobiel waarin de gemaskerde dame zat. Op dit oogenbiik zijn wij verder van Schloss Hrvoya dan van Cattaro. U is te Montene gro, waar ik u bracht omdat de consul van Oostenrijk mijn vriend is en hij zal ons huwelijk sluiten." ,,Hij zal niet!" riep ik ontzet uit. „Hij moet. U kunt niet weigeren Laat ik u den toestand nog eens uitleggen voor het geval, dat hij u niet duidelijk voor I oogen staat. Uw tante is ver weg. Zij zal woedend zijn en zich gerechtigd achten u I scherp te veroordeelen voor de ongepaste grap, welke u zich tegenover haar veroor loofd heeft. Diep beleedigd als zij zich voelt, zal ze u nimmer vergiffenis schenken. En is er een schandaal, dan zal ze het overal rond vertellen. Ik ken de vrouwen. Ook anderen zullen spreken. In de eerste plaats Victorine; zij zal contessa Corramini een dramatisch verhaal opdisschen, en Cor- romini zelf zal er over babbelen en schert sen in zijn clubs te Venetië, Rome, Floren ce, Parijs; clubs waarvan menigeen uwer rijke laudgenooten lid is. Het ware van de geschiedenis zal niemand ooit te weten bo men, maar het zal bekend worden dat u met mij aleen naar Montenegro zijt gegaan en verscheiden uren in mijn gezelschap doorbracht. Uw eenige uitkomst is er een schaking van te maken, en die uitkomst, bied ik u aan, niet mijn hart en alles wat. het mijne is. Als u deze plaats niet als prinses Dalmar-Kalm verlaat, ware het be ter voor u ze nimmer te verlaten. Nu ben ik in werkelijkheid de laatste man in uw wereld, en het is noodzakelijk dat u me neemt." „Ik wist niet," antwoordde ik, mij op nieuw in het rijk der droomen verplaatst wanend, dat er mannen als u bestonden, behalve in romans en op het tooneel. Daar om was ik eerst niet in staat u te begrij pen en gaf u het voordeel van den twijfel. Nu begrijp ik u Laat mij gaan „Neen!" viel hij me lachend in de rede. „En als ik het deed welk voordeel zoudt u er dan van hebben? Het is avond; u is mijlen ver van uw vrienden, midden in de wildste bergen van Europa. LI kent de I taal van het land niet, en niet één der be- 1 wonen een woord van de uwe. Feitelijk is u alleen in de wereld, alleen met mij. Zelfs uw hondje is niet hier om te blaffen. Zijn nieuwsgierigheid dreef hem naar buiten en hce klein hij ook i6, kan hij niet door het sleutelgat van de deur binnenkomen. Wel dra zal de concul hier wezen. Was het ac cident met de auto niet gebeurd, dan zou ik naar hem zijn gegaan; nu zal ik hem een briefje zenden. Hij is een zeer goede vriend van mij. Hij zal doen wat ik vraag." „En als ik niet toestem?" ,,U zult verplicht zijn toe te stemmen, wat u al heel spoedig zelf zult inzien." Terence Barrvmore's Gedeelte. XXV. Een Hoofdstuk van Opsporing. Het verwonderde mij waarom de dames niet kwamen lunchen, want toen wij haar van het motod-ritje in het hotel terug brachten, waren haar laatste woorden „Om half één zullen wij elkaar terugzien." Nadat Ralph en Bari en zijn zuster en ik een kwartier hadden gewacht, gingen wij aan tafel, daar de signorina meende dat do dames mogelijk vian plan veranderd wa ren en de lunch met do kleine patiënt ge bruikten. Om half twee echter, nog voor ons maal was afgeloopen, kwam er een boodschap van juffrouw Beechy. Zij was wakker en wilde gaarne weten, wanneer haar mama en haar nichtje weer bij haar kwamen. De signorina vloog dadelijk naar de slaapkamer, en Ralph en ik wachtten in spanning op haar terugkomst, want in dit nieuwe licht bezien, leek de afwezigheid der dames eeirigszins zonderling. Het Italiaansche meisje scheen een eeuw weg te blijven, en zoodra zij binnentrad, begrepen wij dat zij niet veel goeds had mode te doelen. Haar aardig gezic lutje zag er bezorgd en opgewonden uit. „D© gravin en juffrouw Destroy zijn niet boven geweest," zei ze in liaar eigen taal. „De kleine Rice ligt al een uur wakker, zich verwonderend waar "zij toch bileven. Walt u bij den hotelhouder informeeren?" Onmiddellijk voldeed ik aan haar ver zoek en nog voor hij me antwoordde, ver moedde ik dat Dalmar-Kalm bij de zaak betrokken was. „Eenige minuten na haar terugkomst wareu de dames met zijn Hoog heid in een huurrijtuig weggereden.' Het leek belachelijk om na deze mede- deeling eenig onheil te duchten, maar toch voelde ik mij angstig te moede. In dien ik haar niet zoo innig liefhad ja, was dat niet het geval, dan zou er al lang geen „indien" meer zijn geweest. Veel hoop had ik niet dat zij ooit iets om mij zou geven, zelfs niet als ik het met mijn begrip van fatsoen kon overeenbrengen, een meisje te vragen over zulk een armen drommel als ik was te denken. Toch, soms, in enkele gemoedsstemmingen "snakte ik er naar mijn geluk te beproeven, vooral wanneer do gedachte an ij kwelde aan hot lot dat haar te wachten 6tond, als niet ik of een andere man er haar voor be hoedde. Maar onverschillig of zij al dan nidt ooit meer dan een godin voor mij zou wezen, was do vrees dat haar eenig letsel zou geschieden of een ongeluk overkomen al genoeg, om me buiten mezelf te bren- gen. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 1