BINNENLAND^
Uit den omtrek.
STADSNIEUWS.
Kameroverzicht.
Tweede Kamer.
De vergadering van Dinsdag werd ge-
opend 11 uur 10 minuten (nadat om 10
uur 35 geen voldoend aantal leden aanwezig
was).
De Vo o r z 111 e r verzoekt den neeren
voortaan op lijd tegenwoordig te zijn, daal
hij zoo mogelijk de algemeens beschouwingen
Vrijdag a.s. wil doen afloopen en anders
daartoe cene avondvergadering zou moeten
voorstellen.
STAATSBKGROOTING 1911
Algcnifcne beschou w i n g c n.
De heer De M ecster wcnschl den finan-
cieelen toestand te bespreken. Die toestand
is inderdaad hoogst zorgwekkend verklaard.
Spr. wijst er op, dal dc minister Kolkman in
1905 de heffing van opcenten op Vermogens-
en Bedrijfsbelasting als een tijdelijken maat
regel heeft voorgesteld, doch zooals hel meer
gaat, het tijdelijke dreigt blijvend te worden.
Reeds drie jaren is de heer Kolkman nu mi
nister van financiën, de opcenten zijn besten
digd en zullen nog wel bestendigd blijven en
dat niettegenstaande de heer Kolkman zii
vroeger een tegenstander van opcenten ver
klaarde. Spr. vraagt zich af waarom de mi
nister voor de samenstelling van een nieuw
tarief de krachten van zijn departement lij
delijk versterkt heeft en waarom hij geen
mautregeUn heeft getroffen voor een spoedige
invoering der inkomstenbelasting, waardoor
een einde kon gemaakt worden aan het stel
sel van opcenten, door hem als Kamerlid zoo
herhaaldelijk bestreden en afgekeurd. Ver
volgens wijst Spr. er op, dat in 1907 hij de
Statenverkiezingen de tabaksbelasting als
strijdmiddel is gebruikt. De tegenwoordige
minister van financiën wijst elke aansprake
lijkheid voor dat strijdmiddel af, maar dat
neemt niet weg, dat de belasting van
pijp en sigaar- van den kleinen man
inan dienst heeft gedaan. Doch afgescheiden
van een ander wil Spr. wel verklaren, dal
hij voor de opcenten zal stemmen.
liet is spreker onbegrijpelijk, hoe men
onder de huidige omstandigheden kan komen
met een voorstel tot het vormen van een fonds
voor de kustverdediging. Waar wij in 1911
zullen staan voor een tekort van f 8.778.000,
zoo'n plan inderdaad onbegrijpelijk.
Hierna zet Spr. uiteen, dat voor 1911 meer
dan over 1909 is uitgegeven ruim G millioen.
De toestand is dus niet alleen zorgwekkend,
maar de Kamer heeft reden om zieh
ernstig bezorgd te maken over het beleid van
den minister van financiën. Zetten de uit
gaven zich voortdurend uit, dan moet de
minister van financiën zich daartegen ver
zetten; dat is zijn onafwijsbare plicht. Ook
een minister van financiën moet de tering
naar de nering zetten.
De Minister moet zoo spoedig mogelijk de
hand slaan aan eene herziening der inkom
stenbelasting. Dat is veel meer noodig dan
eene herziening van het tarief.
De heer Troelstra wijst mede op de
voortdurende stijging dor uitgaven, en bere
kent de verhooging der uitgaven van de ver
schillende hoofdstukken van 1900 tot en met
1910 Spreker gaat vervolgens na hoe die
stijgingen ontstonden. Niet te ontkennen valt
het echter dat in de uitgaven voor sommige
hoofdstukken uitgaven zijn tot versterking
van onze economische kracht. Op Hoofdstuk
IV (justitie) b.v. wordt 14 millioen uitgegeven
voor 't luchtwezen. Op Hoofdstuk V (binnenl.
zaken) 19 millioen voor onderwijs waar
tegen Spr. niet gekant is, als men maar waar
de voor zijn geld krijgt hetgeen hij echter
betwijfelt ten aanzien van het bijz. onderwijs,
waarvoor 7 millioen wordt uitgegeven.
Da voornaamste stijging valt evenwel waar
te nemen bij den post tractementen en pen
sioenen. Dc laatste post steeg van f 869700 in
1901 tol f 10.466.000 op deze bcgrooting. Men
pruttelt nu wel over deze hooge sommen,
maar men moet niet vergeten dat die som
men toch weer in dc zakken van den mid
denstand komen. In stede van te hoog zijn
de tractementen der mindere ambtenaren dan
ook te laag. gelet op de levens- cn tijdsom
standigheden. Het regent dan ook adressen
om lotsverbetering.
Vervolgens wees Spr. op het weinige, dat
in verhouding met andere landen door ons
word' gedaan aan arberiders-venzorging,
verzekering en ontwikkeling. Groote uitga
ven zullen hiervoor van den Staat worden
gevorderd.
En hoe of men, waar men met de handen
In het haar zit, eenige tonnen kan aanvragen
voor verbetering van het paleis Het Loo, is
Spr. een raadsel. Begrijpt de regeering dan
den ernst niet van den toestand van 's lands
financiën? F.en tweede aanvraag, welke Spr.
in de tegenwoordige financieele omstandig
heden verbaast, is dc voorgestelde verhoo
ging van de tractementen voor de commissa
rissen der Koningin. Een derde uitgave, de
ergste, is die voor militaire uoeleinden.
De heer Troelstra vervolgt zijne rede.
Dit jaar worden 50 millioen gevraagd voor
militaire uitgaven, tegenover 39 millioen in
1901. Een onrustbarende stijging dus. Spr.
constateert dal voor deze stijging aansprake
lijk zijn alle burgerlijke partijen liier in de
Kamer, niettegenstaande verklaard wordt, dat
't een Janboel is, waarmede wij toch niets be
ginnen kunnen. Zeker, wij varen eenvoulig
meè in het zog van andere staten, groot en
klein. Wel wordt nu en dan eens geprobeerd
om te remmen, zooals bijvoorbeeld in Dene
marken. maar die poging heeft fiasco ge
maakt, dank zij de speculatie op de ij del
heid der kiezers.
Maar toch vraagt men zich af, waar dat
heen moet. Wij leven in een tijd waarin
steeds meer eisehen gesteld worden voor
sociale hervormingen, maar hoe zal men
daaraan kunnen voldoen, wanneer men maar
steeds voortgaat met opdrijving der mili
taire uitgaven. Allerlei ideëele momenten
werken daartoe mede, maar die elementen
moet men uitschakelen en een blik slaan op
het practische leven, op den stand van zijn
financiën. Er komt een oogenblik, dat men
moet kiezen tusschen socialen vooruitgang
en militarisme. Er komt een oogenblik, dat
men gaat wikken en wegen wat heit zwaar
ste is, zooals men dat doet in een huishou
den met beperkte midielen. De democraten
en sociaal-democraten vooral kiezen bevre
diging van de nooden des volks en zeggen
de nationale zelfstandigheid is van later zorg.
Waarom kan men nog maar steeds
me<r gekl krijgen voor militaire doel
einden? Omdat de bezitters nog de
machthebbenden zijn. Eerst als daaraan een
einde is gekomen, zal de toestand ten goede
veranderen. Van deze Regeering kan niet
anders verwacht worden dan toenemend mi
litarisme.
Spr. wees op de meeningsverschillen bij hel
mil it airisme. Men lette op de kustverdediging.
Vroeger moest ons land altijd aan de oost
zijde beschermd worden, nu weer aan de
westzijde.
Wat een belesid! Spr. neemt zijn hoed af
voor de hoeren. Ja ,<Laar lacht men nu om,
sterk door zijne coalitie, maar onder de ka
tholieken heerscht groote gisting tegen dat
kustverdedagingsfonds, en dat bedreigt de
coalitie. Het is toch een kenteekenend feit, dal
de heer Van Nispen (Nijmegen) zijn plaats
als voorzitter der R. K. Kicsvereeniging heeft
moeten neerleggen, omdat zijne vereeniging
tegen het kust fonds was. Wanneer de regee
ring doorgaat met haar plannen, dan zal men
zien dat zij haar loon thuiskrijgt.
Met volle zijlen gaat men den weg
op tegen het volksbelang. Er is een stre
ven om als men de macht heeft zelf
zoo min mogelijk tc betalen en de ar
beidersklasse zooveel mogelijk te laten beta
len. Het algemeen bezwaar, dat men te veel
belasting legt op eerste levensbehoeften voor
zijn beheer of wanbeheer, doet zich vooral in
de tegenwoordige omstandigheden gevoelen,
nu 8, 9, 10 en 11 gulden vrijwel het maximum
is, dat de Nederlandsche arbeider tegenwoor
dig verdient in een groote stad, terwijl hij in
Amsterdam minstens f 16 noodig heeft. Zelfs
ee.i landarbeider in Groningen heeft, volgens
den heer Mansholt, zeer matig berekent,
f 10.04 per week noodig. En het meerendeel
der landarbeiders heeft de helft niet. Spr.
noem» hier eenige loonen, welke in verschil
lende takken van bedrijf in onderscheidene
plua'sen worden uitbetaald.
Een misdaad begaat men, wanneer'men die
menschen nog meer laat betalen voor hun
eerste levensbehoeften. In breede trekken
schetst Spr. het leven der arbeiders, wien het
aan te zien is, dat zij eer te weinig dan tc
veel eten. Yleesch kennen zij niet; misschien
eenmaal in de week, Zondags, een heel kledn
stukje. Eu hoe durft men een belastingver-
hooging in uitzicht stellen, die de eerst»
levensbehoeften zal drukken!
Terugkomende tot de tractementen, vestigt
Spr. er de aandacht op, dat de minister van
Ruitenlandsche zaken f 2000 meer aanvraagt
voor een gezant met het oog op de stijging
der eerste levensbehoeften. Waarom geldt dat
voor een zoo hoog ambtenaar met een hoog
tractement en waarom niet voor de lagere
ambtenaren en beambten? Die voelen den
druk nog veel meer.
Hierna betoogt spreker dat het den minis
ter van Landbouw, N. en II. in sociale rich
ting ontbreekt aan voortvarendheid, door
tastendheid ein kijk op de zaken. Alom leert de
ervaring, dal een politiek, die geen rekening
houdt met de eisehen der arbeidersklasse
vastloopt. Maar de minister Heemskerk denkt
waarschijnlijk: laat maar loopen, mijn tijd
houdt het wel uit (gelach).
Spr. wijst op de jongstgehouden betooging
van R.-K. arbeiders hier te 's Gravenhage
en dc daar gevoerde discussion, waaruit dui
delijk bleek dat ook zij vragen om sociale
wetten in gelijken zin als de soc.-dem. dat
doen. Wat zal de Regeering doen als straks
die arbeiders vragen wat hebt gij nu voor
ons gedaan? In die vergadering werd ge
vraagd om tien uren arbeidsdag, leeftijds
grens voor jeugdige arbeiders enz. Maar de
Regeering zegtvraag maar toe manifes
teer maar, vertrouwende op de lijdzaam
heid dier christelijke arbeiders. Maar er zijn
teekenen die er op wijzen, dat het uitraakt
met die lijdzaamheid en ook de Christelijke
kiezers ontevreden worden. Voor de arbei
ders is het nood/ig, dat de kracht en invloed
van de arbeidende klasse wordt versterkt.
Dat nog zoo menige sociale wet in het niet
verloopt is de schuld van de nog onvoldoende
aansluiting en van onvoldoend medezegging
schap van de arbeiders.
In den breede zette Spr. hierna da nood
zakelijkheid van algemeen kiesrecht uiteen,
om te komen tot betere toestanden.
De heer K u y p e r vindt geen aanleiding
voor een contradictoir debat; dit was noodig
in het begin en dit zal noodig zijn in 1913.
Was er eene kleine meerderheid geweest,
dan zou er misschien nog aanleiding be
staan voor zulk een debat; thans niet. Eene
politieke verschuiving heeft er sedert niet
plaats gehad.
Schuift spreker de verkiezing van den heer
De Jongh in Rotterdam I op diens plaatse
lijke populariteit, die Spr. op 50 stemmen
kan schatten, en ten slotte de resultaten van
een schandelijk pamflet op 25 stemmen, dan
zijn dc fraction links slechts 20 30 stemmen
vooruit gegaan. Er is dus geen sprake van
eene politieke verschuiving. Spr. zet hierna
uiteen, dat de coalitie sedert 30 jaren be
staat en thans vast is doorgedrongen tot dc
kiezers.
De coalitie heeft bewezen dat zij niet al
leen bestaansrecht heeft, maar dat zij in
hechtheid toeneemt.
De verdediging van het kabinet zal
spreker niet op zich nemen, maar hij wil
constateeren, dat in breeden kring een ge
voel van bevrediging bestaat met de hou
ding van dit kabinet, dal uiterst gematigd
is opgetreden en er toch in geslaagd is geen
oogenblik den band met het christelijk begin
sel los te laten. Niemand zal ook ontkennen,
dat het kabinet hard werkt. Of het met be
leid werkt moet in 1913 blijken, want dan
moeten Lu het Staatsblad staan: dc ziekte
wet. de herziene ongevallenwet, de invalidi-
teilwet en de tariefsherziening.
Dc anti-revol. partij steunt de regeering
met hartelijke sympathie. Verkeerd zou men
doen als elke groep der coalitie bevrediging
van eigen wenschen zocht, en waar de anti-
revol. partij haar steun toezegt, dan wil dat
niet zeggen, dat de anti-rev. partij met alle
wcrschetn zal meegaan. Hulde brengt Spre
ker aan het heroïsme waarvan dit kabinet
blijk geeft, door zijn voorstel tot het vor
men van een fonds voor kustverdediging.
Het heeft zich afgevraagd: wat is het belang
van het land, en wat zijn wij aan God ver
schuldigd.
Dal strekt het kabinet tot eer. Wat de
levensstandaard aangaat, betoogt Spr. dat
wij niet lager staan dan Engeland en Frank
rijk. Wij hebben dan ook geen reden tot
ongerustheid.
Woensdag 104 uur zal de heer Kuyper zijn
rede voortzetten.
Indische beg root in g 1911.
Tijdens de vergadering is gestemd over hel
amendcrncnl-Thomson op de onderafdeeling
72 van Hoofdstuk II (uitgaven in Nederland)
der Indische bcgrooting 1911, strekkende tot
schrapping van den post voor aanschaffing
van snellaadpislolen 71,450.)
Dit amendement wordt verworpen
ÏK'H 44 legen 21 stemmen.
I)e onderafdeeling cn hel wetsontwerp
worden daarna z. h. s. aangenomen.
G e 1 d 1 e c n i n g van 40 millioen.
Een wetsontwerp is ingediend, waarbij wordt
voorgesteld den Minister van Financiën te
machtigen tot het te gelde maken van schuldbe
kentenissen aan toonder ter verkrijging van een
som van ten hoogste veertig millioen gulden.
Voorts luidt het voorstel den genoemden Minister
te machtigen aan de Rijkspostspaarbank te verkoo-
pen een in een Grootboek van 3J rentegeven de
Nationale Schuld in te schrijven kapitaal, vertegen
woordigende een reéele waarde van tien millioen
gulden.
l)e renten der schuldbekentenissen, ad 34 in
het jaar, zullen betaalbaar zijn op 1 Juni en 1
December.
Voor de aflossing zal jaarlijks op de Staatsbegroo-
tiug, te beginnen met 1912, een som worden uitge
trokken ten beloope van 1 van het gelieele be
drag der schuld, vermeerderd met de rente.
Omtrent het bedrag der leening vermeldt de Me
morie van Toelichting
Naar het zich laat aanzien, zal de vlottende schuld
(boven het renteloos voorschot dat van de Neder
landsche Bank kan worden verkregen) in 1911
schommelen tusschen f 20 en f 35 millioen, dus
gemiddeld f 28 millioen zijn. Hierbij zijn nu te
voegen de gelden, benoodigd voor het financieren
van de Tiendwet, welke in 1911 en 1912 vermoedelijk
ongeveer f 16 f 17 millioen zullen bedragen, en
voorts de gelden, benoodigd voor den aanlkoop van
fondsen, over te dragen aan de Rijksverzekerings
bank tot dekking van haar tekort ad circa
4,000,000, te zamen met de bovengenoemde f 28
millioen, rond f 50 millioen.
Berichten.
De Staatscourant van Woensdag 23 No
vember bevat o. a. de volgende Koninklijke
besluiten:
verleend de zilveren eere-medaille der
Oranje-Nassau-Orde aan den adjudant-onder
officier F. H. Spruijtenberg, van het instruc
tiebataljon;
•benoemd tot luitenant-kolonel-kwartier-
meester de majoor-kwartiermeester C.
Schuak, hoofd der 8e afdeeling aan het de
partement van oorlog;
benoemd tot officier van gezondheid le
klasse die der 2e klasse jhr. F. A. van Such-
lelcn;
benoemd tot burgemeester van Ileerjans-
dam mr. N. A. de Joncheere.
benoemd tot officier in de orde van Oranje-
Nassau, de luitenant-kolonel P .J. G. Schott, com
mandant van hel instructie-bataljon
eervol ontslag verleend uit hunne betrekking tot
de landmacht, aan de reserve-officieren van gezond
heid der 2de klasse L. G. van Orame en L. K.
Wolff, die als zoodanig bij de Kon. besluiten van 4
Dec. 1905 no. 39, en van 2 Febr. 1906 no. 43, resp.
gerekend van 11 Nov. 1905 cn 2 Dec. 1905, voor den
lijd van 5 jaren werden benoemd, onderscheidenlijk
gerekend van 11 Nov. 1910 cn met ingang van 2
Dec. 1910;
vergunning verleend tot het aannemen en het dra
gen van de ordeteekenen van officier in de ordo
van Leopold II, hem door Z. M. den Koning der
Relgen geschonken, aan den kapitein A. J. V. de
Rooy, van het 7de regiment infanterie;
benoemd bij het reserve-personeel der landmacht,
bij de infanterie der landweer, tot reserve-eerste-
luitenant, in hun tegenwoordig district, de reserve
tweede luitenants H. dc Boer, J. ten Brink en J. M.
Berger, onderscheidenlijk van het 23ste, 33ste en
14de landweerdistrict;
vergunning verleend tot het aannemen en dragen
van de ordetcekenen van commandeur in de orde
van Leopold II, hein door Z. M. den Koning der
"Belgen geschonken, aan den majoor van den groo-
ten staf jhr. C. L. van Suchtelen van de Haare, ad
judant van Z. K. 11. den Prins der Nederlanden,
Hertog van Mecklenburg.
*-• De Koninklijke familie heeft telegra
fisch aan het Hof te Brussel verschillende
malen inlichtingen ingewonnen omtrent den
toestand van Koningin Elisabeth van België.
A u dien t a e. Dc gewone audiënties
van de ministens van Bui tenia ndfecbe Zaken
cn Marine zullen op Vrijdag 25 November
a.s. riet plaats hebben.
Dc Marees Junior. De Kamer-
overzichtschrijver van de Tijd meldt dato 21
November:
Toen hedenmiddag de heer De Marees van
Swinderen zijn ze'el in de Tweede Kamer
achter de ministerslafel innam, nadat de an
dere ministers reeds eenogen tijd gezeten
waren, kwamen hem zijn collega's op har
telijke wijze gelukwenschen, later gevolgd
door verschillende Kamerleden, die langza
merhand het nieuwtje ook vernamen.
Op informatie naar de beteekenis van het
handengedruk uitgaande, vernam ik, dat de
minister van buitenlandsche zaken enkele
uren te voren met dc geboorte van een zoon
verblijd was.
Zijne Excellentie scheen zelf ook zeer in
zijn schik, wat trouwens geen wonder is,
want het is zijn eerste zoon. Tot nog toe had
de minister slechts vrouwelijke nakomelingen.
Dc Eerste Kamer der Stafcen-Gcneraal
komt Donderdagavond voornamelijk bijeen
tot he» houden van het afdeelings-onderzock
over de Indische bcgrooting 1911, dat, zoo
noodig onderbroken door een korte open
bare vergadering ter afdoening van eenige
weinig omvangrijke ontwerpen, Zaterdag ten
cinle wordt gebracht, waarna de Kamer na
Kerstmis terugkomt voor dc openbare be
raadslaging van het koloniaal budget.
Naar verluidt worden onder de leden
der rechterzijde van de Staten van Zuid-
IIolland als candidaten voor het lidmaat
schap van de Eerste Kamer (vacature Van
Velzen) genoemd: haren Swcerts de Landas,
burgemeester van 's Gravenhage en mr. S.
dc Vries Czn., wethouder van Amsterdam,
oud-lid der Tweede Kamer.
Papendrechtsche zaak. Door
het Tweede Kamer-lid dr. mr. J. Ankerman
zijn vragen, schriftelijk, lol den minister van
justitie gericht, onder meer een van onge
veer den volgenden inhoud: Is de minister
bereid en in staat te verklaren of het rapport
der deskundigen in de bekende Papendrecht-
sohe strafzaak is gemaakt op last van;
uitsluitend ten dienste van en op
kosten van de justitie. En zoo ja, of de
minister dan zijn invloed wil aanwenden om
te verhinderen, dal deze rapporten voor het
publiek verkrijgbaar worden gestold.
Het pantserschip „Tromp" is 21 dezer
te Algiers aangekomen.
De Minister van Oorlog deed zich
gisteren bij de feestviering van het 60-jarig
bestaan van het Instructie-bataljon le Kam
pen vertegenwoordigen door generaal-
majooi/Nectewn. inspecteur der infanterie.
Naar men verneemt heeft II. M. de Ko
ningin bij deze gelegenheid den commandant
van het Instructie-bataljon luitenant-kolonel
Schott benoemd tol officier der orde van
Oranjc-Nassau.^X/yg^^^ -
P r o f. II u g o dc Vries. Er gaan,
zooals te verwachten was, schrijft het" N. v.
d. D., van verschillende zijden stemmen op,
om het prof. De Vries mogelijk te maken,
het liem gedaan schitterend aanbod uit Ame
rika van de hand te wijzen.
Het blad verneemt o. a., dat in dc Amsler-
damsche raadszitting van heden de kwestie
ter sprake zal worden gebracht, in dien zin,
dat uit den raad een interpellatie zal komen,
Waarin op klemmende wijze een poging in
dien geest zal worden aanbevolen.
Wij willen hierop niet vooruit loopen, maar
'l /.al wel duidelijk zijn, dat de weg hiertoe
geopend zal zijn, indien men den hoogleeraar,
die niet werkzaamheden overladen is en
daarenboven werken moet in een allerge
brekkigst laboratorium en zeer onvoldoende
collegezalen, ten deze op flinke wijze tege
moet komt.
Zulk een steun uit den raad zou zeker niet
ongevallig zijn aan Burg. en Weth., die ook
hunnerzijds hel verlies van een man als prof.
De Vries voor de universiteit ten zeerste zou
den betreuren.
Bestemd voor rechterlijke betrekkingen
in Ned.-Indië mr. J. Lieftinck te Haarlem.
Het landgoed Hagen au. Men
meldt uit Zutphcn
"Wij vernemen dat het landgoed Jlagenau
te Dieren voorioopig gekocht is door de ver
eeniging lot behoud van natuurmonumenten.
Men meldt uit Zwolle, dat de heer
A. J. V., secretaris van Doornspijk cn ge
meente-ontvanger van Elburg, te Wapenvel
dc in hechtenis is genomen en naar Zwolle
overgebracht, verdacht zich als penning
meester van de Nutsspaarbank schuldig ge
maakt te hebben aan valschheid in geschrif
te en daarmee in verband staande verduis
tering van gelden.
Hij genoot, aldus de Tel., een verbazend
groot vertrouwen; dc boeren brachten bij hem
de spaargelden voor dc Nutsbank, die door
hem in hun boekjes en in zijn klad-kasboek
werden genoteerd. De heer Meyer hield het
grootboek en de heer V. moest aan hem de
bedragen weer opgeven. Dc heer V. specu
leerde, en vermoed wordt, dat hij gemeente
en Nutsgelden over en weer misbruikte.
De vorige week kwam boer Spijkerboer bij
den heer V. om de f 3000, die hij op de Nuts
spaarbank had. De heer V. stuurde hem weg,
zeggende dat hij morgen maar weer moest
komen. Toen dit drie dagen gebeurde ver
voegde Spijkerboer zich bij den heer Meyer
en toen kwam uit, dat de heer Meyer slechts
f 50 op het grootboek had en Spijkerboer
f 3000 op zijn boekje.
Dadelijk werd een spoedeischende bestuurs
vergadering van hel „Nut" belegd en daar
viel V. door de mand. Hij is toen dadelijk
naar Den Haag gereisd.
De burgemeester zond hem twee agenten
van politie achterna. Dezen zochten hem te
Wapenveld bij zijn zoon en werkelijk kwam
hij daar 's avonds aan en werd gevangen
genomen. Hij had vrij veel geld bij zich, dat,
naar zijn zeggen, aan de gemeente behoorde.
Bij het opmaken van de gemeentekas kwam
deze uit. Toen het feit van de verduistering
niet meer tc ontkennen viel, zei de heer V.:
„'t Is maar goed, dat het uitgekomen is, an
ders had ik mij er nog dieper ingewerkt."
V. speculeerde en de verduisteringen datee
ren reeds van voor vier jaar. Natuurlijk loopt
't storm om de spaarpenningen. Wel is geble
ken, dat vele boekjes meer aanwijzen dan het
grootboek, maar het bedrag is nog niet te
benaderen; men vermoedt, dat het tekort in
de duizenden loopt.
De Nutsbank heeft een reserve van f 32000
en zal alles wel uitkecren.
Dc heer V. heeft aangeboden zijn bezittin
gen te verkoopen, teneinde de gemaakte schuld
te dekken. De ontsteltenis is zeer groot in
het rustige Elburg.
School- en Kerknieuws.
Bij beschikking van den Minister van Binnen-
landsclie Zaken zijn alsnog benoemd in de commis
sie, in 1910 te 's-Gravenhage zitting houdende tot
het examineeren van hen, die eene akte van be
kwaamheid wenschen te verkrijgen tot het geven
van middelbaar onderwijs in wis- en natuurkundige
wetenschappen en zeevaartkunde, alsmede van hen
die de akte van bekwaamheid wenschen te ver
wen-en tot het geven van lager onderwijs in de
wiskundetol onder-voorzitterdr. Jan de Vries,
hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, lid
dier commissietot lid dr. F. Schuh, hoogleeraar
aan dc Rijksuniversiteit te Groningen.
's-G r a v e n h a g e 22 Nov. Examens M. O.
K. I. Drie candidaten; afgewezen 1. Geslaagd M.
C. Reysenbach, Baarn, en mej. A. C. van Bochove,
's-Gravenhage.
Ned. taal- en letterkunde (K VII). Geëxami
neerd en afgewezen 2 candidaten.
Aardrijkskunde (K IX). Twee candidaten. Toe
gelaten mej. E. II. Mulder, van Utrecht.
II «i 1 v e r s u m. Aangemoedigd door den
goeden uitslag van verleden jaar, besloot de
pl. afd. van den Volksbond, vereen, tegen
drankmisbruik, in 1911 weer een huisvlijt-
lenloonstelling le houden.
V e e n e n d a a 1. In Gelder sch-Yeenen-
daal gaat een adres aan Ged. Staten rond,
waarin wordt verzocht de buurtschap bij de
gemeente Stiehtsch-Veenendaal te voegen, in
plaats van een onderdeel van Ede uil te ma-
keu, zooals thans het geval is.
liet geineenitehuis van Ede is sléchts van
hier na een wandeling van een paar uren te
bereiken. Dit levert bijv. voor aangiften van
den Burgerlijken Stand groote bezwaren op.
Verbouwing K o n i n k 1 ij k pa
leis. :».et het oog op het aanhangige voor
stel tot verbouwing van het Koninklijk pa
leis „hel Loo", brachten gisteren een drietal
Kamerleden een bezoek aan „Het Loo", ter
bezichtiging van het paleis.
A p e I d o o r n. Het sub-comité voor een
hulde aan Louis Bouwmeester heeft f 100
aan het hoold-comitê le 's Gravenhage kun
nen afdragen.
Men is ook voornemens voor het bewuste
doel hier nog een uitvoering le geven.
Door B. en \V. is een voorstel inge
diend tot vaststelling van een reglement op
het Middelbaar Onderwijs (Iloogere Burger
school en Burgeravondschool).
Zij schreven daarbij aan den Raad:
„Ter toelichting van het U hierbij aange
boden concept-reglement op het middelbaar
onderwijs hebben wij de eer het volgende
onder uwe aandacht te brengen.
De hoofdlijnon, volgens welke dit regie-
men,t ontworpen is, wijken in verschillende
opzichten af van hel thans bestaande, dat
sedert 1880 in werking is. In de eerste plaats
geldt dit ten aanzien van den werkkring van
de Commissie van Toezicht. Deze wordt in
art. 52 van de wet tol regeling van het mid
delbaar onderwijs vastgesteld en omschre
ven. Het thans geldende reglement nu is in
verschillende opzichten in strijd met art. 52
en draagt der commissie werkzaamheden op
en leent haar bevoegdheden toe, die naar
onze meening niet overeenkomen met den
aard dier commissie, zooals de wet deze om
schrijft.
Behalve dit wettelijk bezwaar heeft de on
dervinding geleerd, dal de regeling van den
werkkring der commissie, zooails hel regle
ment deze thans aangeeft, tot moeilijkheden
aanleiding kan geven. Een enkel voorbeeld
moge dit verduidelijken. Arl. 20 van het
reglement gaat van de veronderstelling uit,
dat de Commissie van Toezicht voorschrif
ten kan geven aan de leeraren; een leeraar
staal evenwel in geen hiërarchische verhou
ding lot de commissie, zoodat dit artikel
meer aanleiding kan geven tot verscherping
van moeilijkheden dan lot eene oplossing
daarvan.
Ook in ander opzicht is dc taak der com
missie niet juist omschreven, bijv. daar waar
aan haar de gelieele toelating der leerlingen
is opgedragen. Zoo zegt art. 3, laatste lid:
„Indien bij den aanvang van den cursus het
aantal volledige leerlingen de splitsing van
een of meer klassen noodzakelijk maakt, kan
daartoe, op voordracht der Commissie van
Toezicht door den Raad worden besloten."
Zelfs hel voorstel tot splitsing is hier afhan
kelijk gesteld van het initiatief der commis
sie. Bij doorlezing van hel beslaande regle
ment zal liet U blijken, dat hier slechts eeni
ge voorbeelden genoemd zijn.
Naar onze meeuing verdient het aanbeve
ling, de laak der commissie in overeenstem
ming tc brengen mot de wet zelve, die aan
liaar geen bevoegdheden van bestuur toe
kent.
Dc bebcekenis van haar werkzaamheid be
hoeft daarom zeker niet minder belangrijk
te worden. In 'l bijzonder zal zij door het
recht van initiatie1!, het doen van voorstel
len, zeer tot bloei van het onderwijs kun
nen bijdragen, terwijl een belangrijk ander
gedeelte van hare wettelijke taak, het hou
den van toezicht en het bezoeken der school,
de commissie in vele gevallen zal bewegen
van haar recht lot het doen van voorstellen
gebruik te maken. Ten einde hiertoe zoo
veel mogelijk mede te werken, is in vele ar
tikelen van het reglement uitdrukkelijk voor
geschreven, dat de Commissie van Toezicht
over bepaalde onderwerpen gehoord en daar
in gekend moet worden.
Ook in vele andere opzichten zijn belang
rijke wijzigingen aangebracht, waarbij dc
bepalingen van het reglement voor de Rijks
Iloogere Burger- en Landbouwscholen (Kon.
besluit van 30 Auguslus 1861, Stbld. 91, se
dert gewijzigd) tot leiddraad hebben ge
strekt.
Een getrouwe navolging van dit reglement
is daarom niet mogelijk, omdat de verhou
ding van den directeur tot den Minister na
tuurlijk een van geheel anderen aard is dan
die lol den gemeenteraad en het college van
Burgemeester en Wethouders. Toch biedt dit
reglement in vele opzichten bepalingen aan
die, zij het ook met eenige wijziging, van
waarde voor een reglement voor eene ge
meentelijke school kunnen zijn.
In de artt. 10—13 is thans eene regeling
voor verplichte schoolvergaderingen onlt-
worpen. In de practijk zijn deze reeds ja
ren gehouden en hebben blijkbaar hun goed
recht van beslaan aangetoond. Het is daar
om wcnschelijk aan deze vergaderingen een
wettclijiken grondslag te gevein. Aangezien
aan tide vergaderingen volgens net regle
ment cene uitdrukkelijke bevoegdheid tol het
nemen van besluiten wordt gegeven (artt. 5
on 13) is hot wenscholijk, dat een afschrift
van dc notulen van die vergaderingen aan
het gemeentebestuur en aan de Commissie
van Toezicht worde medegedeeld.
In verschillende opzichten is voorts de be
voegdheid van den directeur uitgebreid.
De groote verantwoordelijkheid, welke op
dien hoofdambtenaar rust, maakt het noo
dig, hem eene daarmede overeenstemmende
bevoegdheid te geven. Zoo is dc beoordee
ling van de vraag of leerlingen voldoende
kennis en ontwikkeling bezitten, hetzij voor
toelating tot dc school, hetzij voor bevorde
ring tot cene hoogerc klasse, thans, in plaats
van aan de Commissie van Toezicht, opge
dragen aan den directeur der school na be
handeling in de leeraarsvergadering. De
wet laat hier meerdere vrijheid dan bij het
hooger onderwijs; terwijl toch voor toela
ting tot het gymnasium een examen ver-