N°. 183. 9ae Jaargaag. Maandag 28 November 1Q10- BUITENLAND. FEUILLETON. ANNIE'S VERLOF. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden roor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post- 1.50. Afzonderlijke nummers- 0.05. Dezo Courant rerschgnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentittnmededeenngen enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Talephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENT1ËN: Van 1—5 regela y t 9*®®" Elke regel meer - O.IO. Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents bij vooruitbetaling. Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeligo bopalixifee.i tvl het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eeixe circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Een spoorweg door Perzië Opnieuw word' ha' plan eener spoorweg verbinding tusschen Europa en Emgelsoh- Indië met eirnst en als iets bereikbaars be sproken. Het denkbeeld hiervan is namelijk nie» nieuw. Reeds voor vijf en twintig jaren had de Russische regeering een ontwerp ge reed van een doorgaande spoorwegverbin ding Moskou—Bombay. Doch de betrekkin gen tusschen Rusland en Engeland waren toenmaals zoo, dat aan een uitvoering van di' grootscho plan niet te denken viel. Intus- sehen heeft Rusland zich in Perzië bijna on merkbaar vooruil weten te schuiven en de overeenkomst, welke sinds 1907 met Engeland, bestaat, stel' het in de gelegenheid plannen die vroeger op zich zelf als vijandig golden, een vriendschappelijken schijn te geven. In de eerste plaats hoeft zich thans in Peters burg een vereeiiiging tot bestudeering van hel vraagstuk gevormd, welke reeds om de persoonlijkheden, die er deel van uitmaken, de opmerkzaamheid verdient Men treft er onder aan den oud-minister Timirjasew, de doema-afgevaardigden Chomjakof en Swegin- zew en nog een paar voorname bank- en spoorwegdirecteuren. De bedoelde spoorweg zou in Bakoe, het zuidelijkste Russische spoorwegstation beginnenvandaar over Resjl, Teheran en Kirman, in Zuid-Oostelijke richting Perzië doorkruisen, om door Be- loedsjistan zich aan te sluiten aan bet Noor delijkste station van den Engelsch-Indischen spoorweg, Roesjka. De maatschappij lot be- studeeriug van dit spoorwegplan zou zich later vervormen tot een internationale spoor wegmaatschappij, waarin naast Russisch en Bngelsch ook Duiitsch, Fransch en aarder ka pitaal vertegenwoordigd zou kunnen zijn. Daar echter Rusland het op zijn gebied lig gende traject van Bakoe tot aan Resjt op eigen kosten zou aanleggen, en verder het zuidelijkste gedeelte van de Perzische grens tot aan Roesjka in Indlë natuurlijk aan de Engelschen zou voorbehouden blijven, zoo is liet duidelijk dat het geheele ontwerp een overwegend Russisch-Engelsch belangenge meenschap vormt. Een afgevaardigde dier Russische plannenmakers heeft reeds met En geland voeling gezocht en Renter's agent schap te Londen wist te meidein, dial men in Londen, in tegenstelling met de vroegere afwijzende houding tegenover dergelijke ont werpen, een alleszins tegemoetkomende hou ding aan den dag heeft gelegd. Het ligt voor de hand, dat een spoorwegplan als hiet hier besprokene, welles verwezenlijking op het wereldverkeer een merkbaren invloed zou uitoefenen, geen voortgang kan hebben zon der rekening te houden met de belangen van Duitschland, vooral daar Duitschland door den Bagdadspoorweg bij Perzië, het door den Russisch-Indischen spoorweg blootgelegde land, sterk is geïnteresseerd. Nu wordt gezegd, dat Duitschland bij ge legenheid van het onderhond te Potsdam, waarbij ook besprekingen zijn gevoerd tus schen de Duitse he en Russische ministers van buitenlandsche zaken, door de concessie van een verbinding tusschen den Bagdad spoorweg mei de Russisch-PerzisCh-Indisclie lijn voor hot grootsche ontwerp, waarvan elke politieke strekking wordt ontkend, is gewonnen. Met zekerheid is daarover even wel niets bekend, want de voorzichtige uitingen van minister Sasonow in een ge sprek met don vertegenwoordiger van het Nouvje Vremja, die ook door ons in dertijd werd aangenomen, laten maar niet zoo zonder meer toe aan het onder houd te Potsdam ecne zoo nauwkeurig afge bakende en 'tevens zoo wijdigaamde strekking te geven. Men heeft daarom voorinopig het spoorwegplan als een interessant onderwerp van studie te beschouwen, te meer wijl, naar onder onze politieke berichten in een vorig nununer werd gemeld, in de kringen der Russische industnieelc- en handelswereld het instinct wakker schijnt om Duitschland niet te veel invloed te geven. Ook de Parij- sche Temps, die voor zoover de Russische en Engelsche belangen er mede gediiend kunnen worden, het plan sympathiek bespreekt, laat bedenkingen gelden tegen het er in betrekken der desiderata, welke met den Duitschen Bagdadspoorweg verband houden. Men ziet dus al in hel aanvangstadium hoe moeilijk hel is de internationale belangen met elkaar te verzoenen, gelijk dit naar men beweert in het plan der onderneming ligt. Op grond van dit alles bestaat er vborloopig alle reden om tegenover hel spoorwegplan eene sceptische houding aan te nemen. Wa' wel het merkwaardigste van deze ge schiedenis vormt is, dat men nergens vindt gesproken over de goedkeuring van Perzië zelf! Duitschland. B c r 1 ij n, 2 6 N o v. Aan de orde was heden de interpellatie der sociaal-democraten over de laatste redevoeringen des Keizers. Ledebour, sociaal-democraat, zcide o. a.: „Wij verlangen door de wetgevende macht er tegen beschermd te worden, dat de Kei zer zijne individu-ede opvatting over zijne staatsrechterlijke positie door autocratisch in grijpen in de politiek des lands bevestigt. De eer en de veiligheid van Duitschland worden daardoor in gevaar gebracht. Bülow kwalifi ceerde indertijd deze deelneming des Keizers aan de politiek als een ramp. Wanneer de Keizer slechts in de krijgstoerustingen een waarborg voor den vrede ziet, dan dwars boomt hij de bemoeiingen zijner eigen regee ring, welke Ie zanten niet andere regeerin gen in den Ilaag er naar gestreefd heeft den vrede door wederzijdsche overeenkomsten te bevorderen. De socialistische staats- en maat schappelijke orde zijn slechts bij een rcpubli- keinschen staatsvorm mogelijk. Ook Duitsch land bewandelt den weg van den vooruit gang. Wij zullen den strijd tot het einde voeren, al ware de wereld vol duivels". De rijkskanselier antwoordde hierop o. a.: „De afgevaardigde Ledebour heeft heden na mens zijn partij duidelijk te kennen gegeven aanhanger te zijn van den republikeinschen staatsvorm. Dat is zelden zoo onomwonden in het openbaar geschied. D. vooronderstelling dat de Keizer in strijd i> gekomen met de verklaringen, welke hij November 1908 door Bulow in den rijksdag heeft doen af leggen is valsch. De rede, welke de Keizer te Koningsbergen liccfl gehouden, heeft niet de beteekenis van eene belijdenis van absolu- tische met de grondwet onvereenigbare nei gingen, wel echter heeft de Keizer sterk den nadruk gelegd op liet monarchistisch begin sel, dal een der grondslagen van liet Pruisi sche staatsrecht is, verhonden met de uiting van diep' godsdienstige overtuigingen. De Pruisische koningen ontvingen het koning schap niet van het volk, doch door den bijna voorbeeldeloozen arbeid der heerschers uit het Huis Hohenzollern, gesteund door de taai heid "en flinkheid der bevolking ontstonden het Pruisische volk en de Pruisische staat. Op grond van dezen ontwikkelingsgang kent de Pruisische gror.dwel het begrip van •volkssoevereiniteit niet. Krachtens de per soonlijke onschendbaarheid des Konings, de zelfstandigheid en oorspronkelijkheid van het monarchale recht en de grondgedachten van ons staatsleven, bezigde de Koning in de oud- Pruisische kroningsslad de overgeleverde heilige formule van de gratie Gods en be riep hij zich in tegenstelling met de roeenin- gen van den dag op zijn geweten als richt snoer voor zijn handelen. Zoo geschiedt dit ia de volle bewustheid van zijn rechten zoo wel als van zijn plichten. (Instemming aan de rechterzijde). In deze opvatting van de positie van onzen Keizer en Koning bevind ik mij op constitu- lioneelen bodem, welken ik zal verdedigen, getrouw aan de mij opgelegde verantwoor delijkheid, waarbij ik mij uitsluitend door mijn ambt en door mijn staatkundige over tuiging laat leiden". (Levendige bijval). (Men zie verder onder de laatste berich ten). B e r 1 ij n, 2 6 Nov. Na de redevoering van den rijkskanselier verklaarde de afge vaardigde Hertling, van hot centrum: „Wij wenschen de onverkwikkelijke debatten van November 1908 niet te vernieuwen. Van een verbreken der toon door Von Bülow gegeven belofte ka-n niet worden gesproken. De uit spraak des Keizers omtrent het koningschap hij de gratie Gods en hot werktuig zijn des Ileeren is geen inbreuk op de grondwet, evenmin als de overige uitingen des Kei zers." De conservatieve afgevaardigde Iïeyde- brand verklaarde: „Met de uiteenzettingen van den rijkskanselier ben ik het eens. In 1908 werd geen belofte verlangd of gegeven, die met het standpunt des Keizers in con trast is." De afgevaardigde Bassermann van de na- tionaal-liberale partij zette uiteen dat het on juist zou zijn de beteekenis der gebeurtenis sen van November 1908 te verkleinen. De te genwoordige kanselier heeft de progromme- tische beteekenis van het toenmalige ant woord van von Bulow erkend. „Wij leunnen" zeide Bassermann, „in de uitingen des Kei zers geen belijdenis van absolutisme ont dekken." Payen, van de vooruitstrevende volkspartij, zeide o. a.: „Feitelijk is de leidende gedachte der rede te Koningsbergen in tegenspraak met de grondwet. Zoo iets verhinderd allen politieken vooruitgang in Pruisen. B e r 1 ij n, 2 6 Nov. De afgevaardigde Dirksen, van de rijkspartij, betoogde, dal de vrijzinnigen openlijk aan de zijde der sociaal-democraten staan. De Keizer moet, even goed als ieder ander, het recht hebben zijn oordeel te zeggen, onafhankelijk van de •wisseling der meeningen van den dag. Liebermann Sonnenberg (economische ver- eeniging) protesteerde tegen de internationa le opruiing tegen den Keizer. Daarna werd het debat gesloten. Naar aanleiding van de in den Rijksdag behandelde interpellaties over den vleesch- nood, schrijft de Frankfurter Zeitung o. a.: „Drie dagen lang heeft men in den Rijks dag gedebatteerd, het resultaat evenwel is gelijk nul. Er zal niets, absoluut niets aan gedaan worden. De agrarische meerderheid en de agrarische regeering wijzen alles van de hand, wat aan tijdelijke maatregelen tot oogenblikkelijke kening van don nood wordt voorgesteld. Het Fransche vee heeft men in Baden, Beieren, Wurtcmberg, Hessen en Elzas Lotharingen toegelaten en niemand zal tie rrgceringen deze bondsstaten het verwijt durven doen, dat ze niet ijverig genoeg er op bedacht zijn den binnenlandschen veestapel gezond te houden doch in Pruisen mogen de Fransche runderen niet komen. Het En gelsche volk keft goedkoop en gezond van vleesch uit Argentinië voor den Duitschen arbeider en den Duitschen middenstander evenwel zou deze voeding nadeclig voor de gezondheid zijn; b<jter is het dat ze heelemaal geen vleesch kunnen eten. Het llollandsche vee is naar officieel wordt geconstateerd, gezond, maar het wordt toch niet over de grenzen gelaten. Zoo mag dan de nood aanhouden, tot hij vanzelf gaat slijten, maar hulp wordt niet verleend. En met nog grooter heftigheid verzet zich dc agrarische meerderheid en de agrarische regeering na tuurlijk tegen alles wat tot een duurzame ver betering in den vleeschaanvoer zou kunnen leiden. Het meest gewichtige middel daarvoor is de bevordering der binr.enlandschc veeteelt. Maar wat geschiedt voor die bevordering, waarbij toch de boerenstand en de groole massa der verbruikers in gelijke male belang hebben? Niets, in 't geheel niets. Onze tot dus ver gehuldigde tolpolilick gaat dwars tegen deze noodzakelijkheid in; ze draagt bij tol een kunstmatige handhaving van den graan bouw in het groot ten koste der veeteelt". België. Brussel, 26 Nov. liet bulletin omtrent den toestand der Koningin van 9 uur heden morgen luidt: De nacht was kalm, de koorts houdt binnen bepaalde perken aan. De ge druktheid, aan de ziekte eigen, draagt geen buitengewoon karakter. Frankryk. Een delegatie van de Kamerfractie tot be hartiging der belangen van liet spoorweg personeel heeft hij dien minister-president de weder in-dienst-neming bepleit van de bij de laatste spoorwegstaking ontslagen spoorweg beambten. Briand antwoordde, dat van eene algemeene in dienstname, die mei een am nestie gelijk zou staan, geen sp: i Lkon zijn. Wel zal de regeering bij de spoorwegmaat schappijen er op aandringen, dat de vraag van opnieuw-aanstelling met de meeste hu maniteit wordt onderzocht. Evenwel wordt deze stap der regeering zeer moeilijk ge maakt, doordat bijna dagelijks nog sabotage gepleegd wordt en meerdere spoorwegbe ambten dagelijks toonon verkeerd te willen. Brussel, 26 Nov. Het om 5 u. 30 uit gegeven bulletin luidde, dat de Koningin in den loop van den dag eenige rust genoten had. Er heeft zieh geen enkel nieuw ver schijnsel voorgedaan. Brussel, 26 Nov. Machtiging wordt verleend te verklaren, dat de verontrustende geruchten, die over den gezondheidstoestand der Koningin in omloop zijn gebracht, van allen grond ontbloot zijn en dat de toestand integendeel zeer bevredigend blijft. Brussel, 27 Nov. Het bulletin over den toestand der Koningin van hedenmorgen y uur meldt: De nacht was goed; de toestand blijft hetzelfde. Brussel, 27 Nov. Het bulletin van hedenavond 6 uur luidt: De dag ging bevre digend voorbij, in weerwil van de vermoeid heid, veroorzaakt door het vele hoes-ten. liet verloop van de koorts blijft regelmatig. Engeland. L o n id e n, 2 6 N o v. In een redevoering te Edinburg verklaard Lloyd George, dat er lal van erfelijke webgevers zijn, die nooit hun brood hebben verdiend in eenig bedrijf of beroep, dat geestelijke inspanning verwseht. Toch zijn deze mannen geroepend dagelijks te oordeelen over de gekozen vertegenwoor digers van 45 miliioen menschen. Welken grond heeft de bewering, dat het Lagerhuis uit wilde revolutionairen bestaat? Er schuilt geen gevaar in de moderne bescha ving. In Portugal kwam het tot revolutie en hel eigendomsrecht is er in het geheel niet geschonden, zelfs aan de eigendommen van den atgezetten koning is «iet geraakt.En toch wanneer we een halven stuiver belasting heffen, spreken Zij over het einde van alles. Londen, 2 7 Nov. Balfour zegt in een verkiezingsmanifest aan zijn Londensche Kie zers Aan die regeering is haar politiek op gedrongen door lersche nationalisten en so cialisten, die weten dat hun plannen niet in overeenstemming zijn n>et dien veronderstel den will des volks. Zij dringen aan op de af schaffing van den eenigen grondwettige» waarborg, die in kritieke oogcnblikken kan zorgen dat de wil des volks overheersohend is. Achter de kwestie van een enkele kamer loert een samenspanning tod socialisme sn home-rule. In de provincie Ulster in Ierland hebben de unionisten een oproep uitgevaardigd, waarin ze verklaren diat wanneer een lersch parlement lot stand mocht komen, zij des- zells besluiten niet zullen opvolgen en de be lastingen, welke het zal invoeren, niet zul len betalen. Londen, 27 Nov. Winston Churchill werd gisterenavond, toen hij van een verga dering te Bradford naar Londen terugkeerde, in den trein door een maunelijken voorstan der van het vrouwenkiesrecht met een hon- dezweep aangevallen onder den uitroep: „Neem dat, houdt" Twee detectives, die den minister vergezelden, weerden den slag af en overmeesterden den aanvaller na een hevige worsteling. Aan het station te Londen trachtten drie vrouwen Churchill aan te vallen, doch de po litie belette dit. Spanje. San Sebastian, 27Nov. Volgens tele grammen uit Bordeaux heeft dl*. Mowze aan Koning Alfonso een kleine operatie doen on dergaan. Het resultaat moei bevredigend ge weest zijn. Bordeaux, 27 Nov. De Koning van Spanje is naar Madrid vertrokken. Portufal. O p o r t o, 2 7 Nov. De beambten van de Minko- en Dourospoorwcgen hebben het werk gestaakt. Er loopen nog eenige treinen. De vrees dat, nu door de voorloopigc re geering het stakingsrecht is erkend, ook wel dra de spoorwegbeambten door de algemee ne stakingsmanie zouden worden aangegre pen, begint zich al te verwezenlijken. Eerst hadden de spoorwegbeambten op den spoor weg van Pavoa naar Tamalirao gestaakt. Deze staking eindigde met de inwilliging vau alle eischen der beambten. Thans is echter 2 Roman door Mevrouw M. C. E. OVINK-SOER. o— Oom keek Annd-e meewarig aan. ,,'k Ben beng, dait Hólène's toestand je erg zal tegen vallen, Annie. De arme meid gaat hard ach teruit. Zie herkent niemand meer van die fa milie, vraagt ook nooit naar jou of mij". „Is ze weêr lastig en onhandelbaar gewer den, zooals heel in 't begin? Zou ik haar niet meer mee uit wandelen mogen nemen, zooals vroeger?" vroeg Annie angstig en be droefd. „Wat zou je er aan hebben, nu zie niet eens weel wie je bent?" meende tante. „Ze heeft den la aisle n keer, toen oom er was, geen woord tegen hem willen zeggen, niet waar, Karei?" „Ja, ja, maar toen was ze ziek. Zoo erg is 't niet, Annie, 't Arme schepsel is in 't geheel niet ondeugend of gevaarlijk. Maar je zult haar wel erg veranderd vin den. 'k Zou zoo zeggen dat ze langzamer hand versuft, haar geest gaat al meer ach teruit ,,'k Wil zoo gauw mogelijk naar haar toe. Misschien dat Hélène haar eigen zus wel herkent," sprak Annie hoopvol. ,Als 't mag, wou ik haar van den zomer mee naar bui ten nemen op een stil, mooi plekje in Gelder land of Utrecht, waar we goedkoop onder jlak kunnen komen". Tante Line haalde even de schouders op. „Dat is mijn eerste en voornaamste plan. Dan zou 'k heel graag een poosje naar 't buitenland gaan, naar Parijs b.v-, om mijn Fransch wat op te frisschen. Dat kan me naderhand in Indic goed te pas komen." „Nou, als je wilt gaan reizen," merkte tante schamper op, „dan zal je niet ver ko men met je twaalf honderd 's jaars." „Van eigenlijk reizen is ook geen kwestie, tante; waar zou 'k 't geld van daan moeten halen0 'k Dacht er over, een poosje in Pa rijs „en pension" te gaan. Aan boord lore eg ik 't adres van een famiiiepension midden in de stad, waar 't billijk en heel goed moet wezen." „Maar vooreerst, blijf je bij ons," drong oom, Annic hartelijk op den schouder klop pend. „En nu zullen we je overige plannen morgen bespreken, want je ziet er moe uit, Nie, en verlangt zeker naar bed." „Wil Annie niet eerst een boterham heb ben?" vroeg tante. „Wij gebruiken 's avonds niets meer, omdat we laat eten, maar 't is in 't geheel geen moeite even klaar te zet ten." „Neen, dank u, ik heb ook laat gegeten en heusch geen trek," verzekerde nichtje, een geeuw bedwingend. „Oom heeft gelijk, ik ga gauw naar bed." Annie bleef echter lang wakker liggen in 't korte, smalle bedje, op de kleine logeerka mer. Ze voelde zich terneergeslagen en ge- désillusionecrd. Dc eerste indrukken waren verre beneden hare verwachting gebleven en de kennismaking mei tante Line was haar niets meegevallen. „Een echt nóar mensch, èl hard en stug wat er aan is," critiseerde Annic bij zich zelf. „En zoo streng voor de kinderen 1" Bijna al 't lekkers, dat Annie had uitgedeeld, werd- hun weêr afgenomen en opgeborgen. Misschien erg verstandig, maar tochZe had nog een goed woordje voor Hans gedaan, die bijna niets gesnoept had van zijn chocolade, maar met een „Morgen is er weêr een dag," deed tante vastberaden den trommel dicht en zette die boven in de kast. Oom en tante schenen vreeselijk zuinig te moeien leven. Een dagmeid, die om vier uur naar huis ging! Geen looper op de bo ventrap!Ze had duidelijk gehoord, dat Maxje om een boterham zeurde, vóór hij naar bed ging, en die niet kreegAls ze maur geen overlast aandeed! Oom zou niets willen hoeren van vergoeding voor kost en inwoning, dit wist ze zeker, anders Goddank, dal oom niets veranderd was, haar lief, hartelijk plecgvadertje was geble ven. Neen, hij en zij waren niet van elkaar vervreemd, hadden elkaar weêrgevonden zooals zc elkander vóór tien jaar verlieten. En met een dankbaar hart voor die groote, trouwe liefde in haar leven, trachtte Anniie alle onplezierige gedachten van zich af te zeilen en in slaap te raken. Maar dit wilde niet lukken. Ze hoorde oom en tante naar bed gaan, 't werd stil in huis, nog steeds lag ze te tobben en heen en weêr te woelen zon- d :r rust te kunnen vinden. n. Als klein driejarig kindje was Annie bij oom en tante de Clerck in huis gekomen, da delijk na 't vreeselijk spoorwegongeluk, waarbij Ilénène en zij haar beide ouders ver loren. Ilólèae, Annie's acht jaar ouder zusje, dat er bij was toen 't gebeurde, bleef onge deerd, doch de teêre hersens hadden don schok niet kunnen weerstaan, 't Kind werd abnormaal, kon al spoedig niet meer thuis verpleegd worden. De rente van het kleine kapitaal, dat vader en moeder nalieten, was maar even toereikend voor bare opname in een goedkoope inrichting voor zenuwzieken. Annic vond bij oom en tante een plaatsje in huis en hart. In die liefderijke omgeving genoot ze een blije, zonnige jeugd, voeldie 't gemis niet van hare eigen ouders. Maar oom en tante konden niet blijven zor gen voor 't pleegkind. Dat had Annie van klein meisje af al geweten en 't was haar een spoorslag geweest op school flink haar best te doen. Leerde Amvie niet bizonder gemakkelijk, ze kon volharding en energie daartegenover stellen. Op haar achttiende jaar had ze de hulpactie in den zak, haalde ze nog een taalactc bij, en was toen, op aan raden van hare pleegouders, naar ürtdië ge gaan. Nog juist bijtijds, want een half jaar later liet 't gouvernement onderwijzeressen zonder hoofdacle niet meer uitkomen. En Annie wist zeker, dat ze die zware acte inoo't zou kunnen halen. Hoe hoopvol en vol illlusic had zc de toe komst tegemoet gezien. Welk een voorrecht, naar dat verre* moodc land te gaan, waar haar positie als onderwijzeres zooveel aan genamer zou wezen dan in Holland, en waar zij zooveel meer verdienen kon. Wat zou zc al niet kunnen doen van haar mooi salaris! 't Leven van arme Iiélène zooveel mogelijk verhelderen, oom en tante verblijden met al lerlei nuttige, noodigc zaakjes, die zij zich zelvcn niet konden aanschaffen „Nu, die illusie had zc ien minste bereikt. Ilénène zat nu reeds jaren lang 1ste klasse, kreeg alles wat ze noodig had, en over de dankbare brieven van oom Karei had ze meer dan eens gelukkige tranen gestort. Doch overigens? Hoe leeg was haar leven ge bleven. Hoe bitter weinig had zc voor zich arsll bereikt. Op afgelegen plaatsjes, diep in Java's binnenland, had ze die tien jaren zoo'n beetje doorgesoest, niet doorleefd. Steeds 't zelfde wenk op school, dag in dag uit, onder donkergekleurde kinderen, kleine njo's en nonita's, willig en gehoorzaam ge noeg, maar aan wie weinig eer viel te be halen. een enkele snuggere niet te na gespro ken. Met de moedelooze overtuiging, dat 't bijna al vergeefse he moeite was, en dc er zoo moeilijk ingestampte kennis hij de meesten nooit vrucht zou dragen. Dan haar leven thuis (op éón kamer met waranda) in 't kleine logement, waar 't be nauwd en warm was, en ze veel moest be talen voor (schralen) kost en inwoning. Tot afleiding nu en dan een spoel- of dansavond in de Soos. Ze hield van dansen noch spe len, doch deed 't liever dan con boelen avond luisteren naar de vervelende, kleinzielige conversatie van menschen op oen kleine bin nenplaats, die elkander allen kennen, en zich voortdurend met 't doen en laten van den buurman bezig houden. Al was zie nooit ziek, al kon ze de warmte goed verdragen, zc ont kwam toch niet geheel aan den invloed van 't klimaat, voelde zich dikwijls lui on moe, te afgemat en futloos om naar boek of pen te grijpen, als de schooltaak was afgedaan. Twee keer liad Annie 't in haar hand gehad haar leven een andore richting te geven. Dc eerste maal door huwelijksaanzoek van 't Hoof 1 barer school, een weduwnaar met tw~e kinderen. Ze trok zich J«ap en Marietje nog al aan. Del had hun vader zeker op de gedachte gebracht haar moederliefde en moederzorg voor zijn kleintjes te vragen. Wordt verrolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1910 | | pagina 1