N°.
183.
9ae Jaargaag.
Maandag 28 November 1Q10-
BUITENLAND.
FEUILLETON.
ANNIE'S VERLOF.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden roor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Dezo Courant rerschgnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentittnmededeenngen enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Talephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENT1ËN:
Van 1—5 regela y t 9*®®"
Elke regel meer - O.IO.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents bij vooruitbetaling.
Grooto letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeligo bopalixifee.i tvl
het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eeixe
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
Een spoorweg door Perzië
Opnieuw word' ha' plan eener spoorweg
verbinding tusschen Europa en Emgelsoh-
Indië met eirnst en als iets bereikbaars be
sproken. Het denkbeeld hiervan is namelijk
nie» nieuw. Reeds voor vijf en twintig jaren
had de Russische regeering een ontwerp ge
reed van een doorgaande spoorwegverbin
ding Moskou—Bombay. Doch de betrekkin
gen tusschen Rusland en Engeland waren
toenmaals zoo, dat aan een uitvoering van
di' grootscho plan niet te denken viel. Intus-
sehen heeft Rusland zich in Perzië bijna on
merkbaar vooruil weten te schuiven en de
overeenkomst, welke sinds 1907 met Engeland,
bestaat, stel' het in de gelegenheid plannen
die vroeger op zich zelf als vijandig golden,
een vriendschappelijken schijn te geven. In
de eerste plaats hoeft zich thans in Peters
burg een vereeiiiging tot bestudeering van
hel vraagstuk gevormd, welke reeds om de
persoonlijkheden, die er deel van uitmaken,
de opmerkzaamheid verdient Men treft er
onder aan den oud-minister Timirjasew, de
doema-afgevaardigden Chomjakof en Swegin-
zew en nog een paar voorname bank- en
spoorwegdirecteuren. De bedoelde spoorweg
zou in Bakoe, het zuidelijkste Russische
spoorwegstation beginnenvandaar over
Resjl, Teheran en Kirman, in Zuid-Oostelijke
richting Perzië doorkruisen, om door Be-
loedsjistan zich aan te sluiten aan bet Noor
delijkste station van den Engelsch-Indischen
spoorweg, Roesjka. De maatschappij lot be-
studeeriug van dit spoorwegplan zou zich
later vervormen tot een internationale spoor
wegmaatschappij, waarin naast Russisch en
Bngelsch ook Duiitsch, Fransch en aarder ka
pitaal vertegenwoordigd zou kunnen zijn.
Daar echter Rusland het op zijn gebied lig
gende traject van Bakoe tot aan Resjt op
eigen kosten zou aanleggen, en verder het
zuidelijkste gedeelte van de Perzische grens
tot aan Roesjka in Indlë natuurlijk aan de
Engelschen zou voorbehouden blijven, zoo is
liet duidelijk dat het geheele ontwerp een
overwegend Russisch-Engelsch belangenge
meenschap vormt. Een afgevaardigde dier
Russische plannenmakers heeft reeds met En
geland voeling gezocht en Renter's agent
schap te Londen wist te meidein, dial men
in Londen, in tegenstelling met de vroegere
afwijzende houding tegenover dergelijke ont
werpen, een alleszins tegemoetkomende hou
ding aan den dag heeft gelegd. Het ligt voor
de hand, dat een spoorwegplan als hiet hier
besprokene, welles verwezenlijking op het
wereldverkeer een merkbaren invloed zou
uitoefenen, geen voortgang kan hebben zon
der rekening te houden met de belangen van
Duitschland, vooral daar Duitschland door
den Bagdadspoorweg bij Perzië, het door den
Russisch-Indischen spoorweg blootgelegde
land, sterk is geïnteresseerd.
Nu wordt gezegd, dat Duitschland bij ge
legenheid van het onderhond te Potsdam,
waarbij ook besprekingen zijn gevoerd tus
schen de Duitse he en Russische ministers
van buitenlandsche zaken, door de concessie
van een verbinding tusschen den Bagdad
spoorweg mei de Russisch-PerzisCh-Indisclie
lijn voor hot grootsche ontwerp, waarvan
elke politieke strekking wordt ontkend, is
gewonnen. Met zekerheid is daarover even
wel niets bekend, want de voorzichtige
uitingen van minister Sasonow in een ge
sprek met don vertegenwoordiger van het
Nouvje Vremja, die ook door ons in
dertijd werd aangenomen, laten maar niet
zoo zonder meer toe aan het onder
houd te Potsdam ecne zoo nauwkeurig afge
bakende en 'tevens zoo wijdigaamde strekking
te geven. Men heeft daarom voorinopig het
spoorwegplan als een interessant onderwerp
van studie te beschouwen, te meer wijl, naar
onder onze politieke berichten in een vorig
nununer werd gemeld, in de kringen der
Russische industnieelc- en handelswereld
het instinct wakker schijnt om Duitschland
niet te veel invloed te geven. Ook de Parij-
sche Temps, die voor zoover de Russische en
Engelsche belangen er mede gediiend kunnen
worden, het plan sympathiek bespreekt, laat
bedenkingen gelden tegen het er in betrekken
der desiderata, welke met den Duitschen
Bagdadspoorweg verband houden. Men ziet
dus al in hel aanvangstadium hoe moeilijk
hel is de internationale belangen met elkaar
te verzoenen, gelijk dit naar men beweert in
het plan der onderneming ligt. Op grond van
dit alles bestaat er vborloopig alle reden om
tegenover hel spoorwegplan eene sceptische
houding aan te nemen.
Wa' wel het merkwaardigste van deze ge
schiedenis vormt is, dat men nergens vindt
gesproken over de goedkeuring van
Perzië zelf!
Duitschland.
B c r 1 ij n, 2 6 N o v. Aan de orde was
heden de interpellatie der sociaal-democraten
over de laatste redevoeringen des Keizers.
Ledebour, sociaal-democraat, zcide o. a.:
„Wij verlangen door de wetgevende macht
er tegen beschermd te worden, dat de Kei
zer zijne individu-ede opvatting over zijne
staatsrechterlijke positie door autocratisch in
grijpen in de politiek des lands bevestigt. De
eer en de veiligheid van Duitschland worden
daardoor in gevaar gebracht. Bülow kwalifi
ceerde indertijd deze deelneming des Keizers
aan de politiek als een ramp. Wanneer de
Keizer slechts in de krijgstoerustingen een
waarborg voor den vrede ziet, dan dwars
boomt hij de bemoeiingen zijner eigen regee
ring, welke Ie zanten niet andere regeerin
gen in den Ilaag er naar gestreefd heeft den
vrede door wederzijdsche overeenkomsten te
bevorderen. De socialistische staats- en maat
schappelijke orde zijn slechts bij een rcpubli-
keinschen staatsvorm mogelijk. Ook Duitsch
land bewandelt den weg van den vooruit
gang. Wij zullen den strijd tot het einde
voeren, al ware de wereld vol duivels".
De rijkskanselier antwoordde hierop o. a.:
„De afgevaardigde Ledebour heeft heden na
mens zijn partij duidelijk te kennen gegeven
aanhanger te zijn van den republikeinschen
staatsvorm. Dat is zelden zoo onomwonden in
het openbaar geschied. D. vooronderstelling
dat de Keizer in strijd i> gekomen met de
verklaringen, welke hij November 1908
door Bulow in den rijksdag heeft doen af
leggen is valsch. De rede, welke de Keizer
te Koningsbergen liccfl gehouden, heeft niet
de beteekenis van eene belijdenis van absolu-
tische met de grondwet onvereenigbare nei
gingen, wel echter heeft de Keizer sterk den
nadruk gelegd op liet monarchistisch begin
sel, dal een der grondslagen van liet Pruisi
sche staatsrecht is, verhonden met de uiting
van diep' godsdienstige overtuigingen. De
Pruisische koningen ontvingen het koning
schap niet van het volk, doch door den bijna
voorbeeldeloozen arbeid der heerschers uit
het Huis Hohenzollern, gesteund door de taai
heid "en flinkheid der bevolking ontstonden
het Pruisische volk en de Pruisische staat.
Op grond van dezen ontwikkelingsgang
kent de Pruisische gror.dwel het begrip van
•volkssoevereiniteit niet. Krachtens de per
soonlijke onschendbaarheid des Konings, de
zelfstandigheid en oorspronkelijkheid van het
monarchale recht en de grondgedachten van
ons staatsleven, bezigde de Koning in de oud-
Pruisische kroningsslad de overgeleverde
heilige formule van de gratie Gods en be
riep hij zich in tegenstelling met de roeenin-
gen van den dag op zijn geweten als richt
snoer voor zijn handelen. Zoo geschiedt dit
ia de volle bewustheid van zijn rechten zoo
wel als van zijn plichten. (Instemming aan de
rechterzijde).
In deze opvatting van de positie van onzen
Keizer en Koning bevind ik mij op constitu-
lioneelen bodem, welken ik zal verdedigen,
getrouw aan de mij opgelegde verantwoor
delijkheid, waarbij ik mij uitsluitend door
mijn ambt en door mijn staatkundige over
tuiging laat leiden". (Levendige bijval).
(Men zie verder onder de laatste berich
ten).
B e r 1 ij n, 2 6 Nov. Na de redevoering
van den rijkskanselier verklaarde de afge
vaardigde Hertling, van hot centrum: „Wij
wenschen de onverkwikkelijke debatten van
November 1908 niet te vernieuwen. Van een
verbreken der toon door Von Bülow gegeven
belofte ka-n niet worden gesproken. De uit
spraak des Keizers omtrent het koningschap
hij de gratie Gods en hot werktuig zijn des
Ileeren is geen inbreuk op de grondwet,
evenmin als de overige uitingen des Kei
zers."
De conservatieve afgevaardigde Iïeyde-
brand verklaarde: „Met de uiteenzettingen
van den rijkskanselier ben ik het eens. In
1908 werd geen belofte verlangd of gegeven,
die met het standpunt des Keizers in con
trast is."
De afgevaardigde Bassermann van de na-
tionaal-liberale partij zette uiteen dat het on
juist zou zijn de beteekenis der gebeurtenis
sen van November 1908 te verkleinen. De te
genwoordige kanselier heeft de progromme-
tische beteekenis van het toenmalige ant
woord van von Bulow erkend. „Wij leunnen"
zeide Bassermann, „in de uitingen des Kei
zers geen belijdenis van absolutisme ont
dekken."
Payen, van de vooruitstrevende volkspartij,
zeide o. a.: „Feitelijk is de leidende gedachte
der rede te Koningsbergen in tegenspraak
met de grondwet. Zoo iets verhinderd allen
politieken vooruitgang in Pruisen.
B e r 1 ij n, 2 6 Nov. De afgevaardigde
Dirksen, van de rijkspartij, betoogde, dal
de vrijzinnigen openlijk aan de zijde der
sociaal-democraten staan. De Keizer moet,
even goed als ieder ander, het recht hebben
zijn oordeel te zeggen, onafhankelijk van de
•wisseling der meeningen van den dag.
Liebermann Sonnenberg (economische ver-
eeniging) protesteerde tegen de internationa
le opruiing tegen den Keizer. Daarna werd
het debat gesloten.
Naar aanleiding van de in den Rijksdag
behandelde interpellaties over den vleesch-
nood, schrijft de Frankfurter Zeitung o. a.:
„Drie dagen lang heeft men in den Rijks
dag gedebatteerd, het resultaat evenwel is
gelijk nul. Er zal niets, absoluut niets aan
gedaan worden. De agrarische meerderheid
en de agrarische regeering wijzen alles van
de hand, wat aan tijdelijke maatregelen tot
oogenblikkelijke kening van don nood wordt
voorgesteld. Het Fransche vee heeft men in
Baden, Beieren, Wurtcmberg, Hessen en
Elzas Lotharingen toegelaten en niemand zal
tie rrgceringen deze bondsstaten het verwijt
durven doen, dat ze niet ijverig genoeg er op
bedacht zijn den binnenlandschen veestapel
gezond te houden doch in Pruisen mogen
de Fransche runderen niet komen. Het En
gelsche volk keft goedkoop en gezond van
vleesch uit Argentinië voor den Duitschen
arbeider en den Duitschen middenstander
evenwel zou deze voeding nadeclig voor de
gezondheid zijn; b<jter is het dat ze heelemaal
geen vleesch kunnen eten. Het llollandsche
vee is naar officieel wordt geconstateerd,
gezond, maar het wordt toch niet over
de grenzen gelaten. Zoo mag dan de
nood aanhouden, tot hij vanzelf gaat slijten,
maar hulp wordt niet verleend. En met nog
grooter heftigheid verzet zich dc agrarische
meerderheid en de agrarische regeering na
tuurlijk tegen alles wat tot een duurzame ver
betering in den vleeschaanvoer zou kunnen
leiden. Het meest gewichtige middel daarvoor
is de bevordering der binr.enlandschc veeteelt.
Maar wat geschiedt voor die bevordering,
waarbij toch de boerenstand en de groole
massa der verbruikers in gelijke male belang
hebben? Niets, in 't geheel niets. Onze tot dus
ver gehuldigde tolpolilick gaat dwars tegen
deze noodzakelijkheid in; ze draagt bij tol een
kunstmatige handhaving van den graan
bouw in het groot ten koste der veeteelt".
België.
Brussel, 26 Nov. liet bulletin omtrent
den toestand der Koningin van 9 uur heden
morgen luidt: De nacht was kalm, de koorts
houdt binnen bepaalde perken aan. De ge
druktheid, aan de ziekte eigen, draagt geen
buitengewoon karakter.
Frankryk.
Een delegatie van de Kamerfractie tot be
hartiging der belangen van liet spoorweg
personeel heeft hij dien minister-president de
weder in-dienst-neming bepleit van de bij de
laatste spoorwegstaking ontslagen spoorweg
beambten. Briand antwoordde, dat van eene
algemeene in dienstname, die mei een am
nestie gelijk zou staan, geen sp: i Lkon zijn.
Wel zal de regeering bij de spoorwegmaat
schappijen er op aandringen, dat de vraag
van opnieuw-aanstelling met de meeste hu
maniteit wordt onderzocht. Evenwel wordt
deze stap der regeering zeer moeilijk ge
maakt, doordat bijna dagelijks nog sabotage
gepleegd wordt en meerdere spoorwegbe
ambten dagelijks toonon verkeerd te willen.
Brussel, 26 Nov. Het om 5 u. 30 uit
gegeven bulletin luidde, dat de Koningin in
den loop van den dag eenige rust genoten
had. Er heeft zieh geen enkel nieuw ver
schijnsel voorgedaan.
Brussel, 26 Nov. Machtiging wordt
verleend te verklaren, dat de verontrustende
geruchten, die over den gezondheidstoestand
der Koningin in omloop zijn gebracht, van
allen grond ontbloot zijn en dat de toestand
integendeel zeer bevredigend blijft.
Brussel, 27 Nov. Het bulletin over den
toestand der Koningin van hedenmorgen y
uur meldt: De nacht was goed; de toestand
blijft hetzelfde.
Brussel, 27 Nov. Het bulletin van
hedenavond 6 uur luidt: De dag ging bevre
digend voorbij, in weerwil van de vermoeid
heid, veroorzaakt door het vele hoes-ten. liet
verloop van de koorts blijft regelmatig.
Engeland.
L o n id e n, 2 6 N o v. In een redevoering
te Edinburg verklaard Lloyd George, dat er
lal van erfelijke webgevers zijn, die nooit hun
brood hebben verdiend in eenig bedrijf of
beroep, dat geestelijke inspanning verwseht.
Toch zijn deze mannen geroepend dagelijks
te oordeelen over de gekozen vertegenwoor
digers van 45 miliioen menschen.
Welken grond heeft de bewering, dat het
Lagerhuis uit wilde revolutionairen bestaat?
Er schuilt geen gevaar in de moderne bescha
ving. In Portugal kwam het tot revolutie en
hel eigendomsrecht is er in het geheel niet
geschonden, zelfs aan de eigendommen van
den atgezetten koning is «iet geraakt.En toch
wanneer we een halven stuiver belasting
heffen, spreken Zij over het einde van alles.
Londen, 2 7 Nov. Balfour zegt in een
verkiezingsmanifest aan zijn Londensche Kie
zers Aan die regeering is haar politiek op
gedrongen door lersche nationalisten en so
cialisten, die weten dat hun plannen niet in
overeenstemming zijn n>et dien veronderstel
den will des volks. Zij dringen aan op de af
schaffing van den eenigen grondwettige»
waarborg, die in kritieke oogcnblikken kan
zorgen dat de wil des volks overheersohend
is. Achter de kwestie van een enkele kamer
loert een samenspanning tod socialisme sn
home-rule.
In de provincie Ulster in Ierland hebben
de unionisten een oproep uitgevaardigd,
waarin ze verklaren diat wanneer een lersch
parlement lot stand mocht komen, zij des-
zells besluiten niet zullen opvolgen en de be
lastingen, welke het zal invoeren, niet zul
len betalen.
Londen, 27 Nov. Winston Churchill
werd gisterenavond, toen hij van een verga
dering te Bradford naar Londen terugkeerde,
in den trein door een maunelijken voorstan
der van het vrouwenkiesrecht met een hon-
dezweep aangevallen onder den uitroep:
„Neem dat, houdt" Twee detectives, die den
minister vergezelden, weerden den slag af en
overmeesterden den aanvaller na een hevige
worsteling.
Aan het station te Londen trachtten drie
vrouwen Churchill aan te vallen, doch de po
litie belette dit.
Spanje.
San Sebastian, 27Nov. Volgens tele
grammen uit Bordeaux heeft dl*. Mowze aan
Koning Alfonso een kleine operatie doen on
dergaan. Het resultaat moei bevredigend ge
weest zijn.
Bordeaux, 27 Nov. De Koning van
Spanje is naar Madrid vertrokken.
Portufal.
O p o r t o, 2 7 Nov. De beambten van de
Minko- en Dourospoorwcgen hebben het werk
gestaakt. Er loopen nog eenige treinen.
De vrees dat, nu door de voorloopigc re
geering het stakingsrecht is erkend, ook wel
dra de spoorwegbeambten door de algemee
ne stakingsmanie zouden worden aangegre
pen, begint zich al te verwezenlijken. Eerst
hadden de spoorwegbeambten op den spoor
weg van Pavoa naar Tamalirao gestaakt.
Deze staking eindigde met de inwilliging vau
alle eischen der beambten. Thans is echter
2 Roman door
Mevrouw M. C. E. OVINK-SOER.
o—
Oom keek Annd-e meewarig aan. ,,'k Ben
beng, dait Hólène's toestand je erg zal tegen
vallen, Annie. De arme meid gaat hard ach
teruit. Zie herkent niemand meer van die fa
milie, vraagt ook nooit naar jou of mij".
„Is ze weêr lastig en onhandelbaar gewer
den, zooals heel in 't begin? Zou ik haar
niet meer mee uit wandelen mogen nemen,
zooals vroeger?" vroeg Annie angstig en be
droefd.
„Wat zou je er aan hebben, nu zie niet eens
weel wie je bent?" meende tante. „Ze heeft
den la aisle n keer, toen oom er was, geen
woord tegen hem willen zeggen, niet waar,
Karei?"
„Ja, ja, maar toen was ze ziek. Zoo erg
is 't niet, Annie, 't Arme schepsel is in 't
geheel niet ondeugend of gevaarlijk.
Maar je zult haar wel erg veranderd vin
den. 'k Zou zoo zeggen dat ze langzamer
hand versuft, haar geest gaat al meer ach
teruit
,,'k Wil zoo gauw mogelijk naar haar toe.
Misschien dat Hélène haar eigen zus wel
herkent," sprak Annie hoopvol. ,Als 't mag,
wou ik haar van den zomer mee naar bui
ten nemen op een stil, mooi plekje in Gelder
land of Utrecht, waar we goedkoop onder
jlak kunnen komen".
Tante Line haalde even de schouders op.
„Dat is mijn eerste en voornaamste plan.
Dan zou 'k heel graag een poosje naar 't
buitenland gaan, naar Parijs b.v-, om mijn
Fransch wat op te frisschen. Dat kan me
naderhand in Indic goed te pas komen."
„Nou, als je wilt gaan reizen," merkte
tante schamper op, „dan zal je niet ver ko
men met je twaalf honderd 's jaars."
„Van eigenlijk reizen is ook geen kwestie,
tante; waar zou 'k 't geld van daan moeten
halen0 'k Dacht er over, een poosje in Pa
rijs „en pension" te gaan. Aan boord lore eg
ik 't adres van een famiiiepension midden in
de stad, waar 't billijk en heel goed moet
wezen."
„Maar vooreerst, blijf je bij ons," drong
oom, Annic hartelijk op den schouder klop
pend. „En nu zullen we je overige plannen
morgen bespreken, want je ziet er moe uit,
Nie, en verlangt zeker naar bed."
„Wil Annie niet eerst een boterham heb
ben?" vroeg tante. „Wij gebruiken 's avonds
niets meer, omdat we laat eten, maar 't is
in 't geheel geen moeite even klaar te zet
ten."
„Neen, dank u, ik heb ook laat gegeten en
heusch geen trek," verzekerde nichtje, een
geeuw bedwingend. „Oom heeft gelijk, ik ga
gauw naar bed."
Annie bleef echter lang wakker liggen in
't korte, smalle bedje, op de kleine logeerka
mer. Ze voelde zich terneergeslagen en ge-
désillusionecrd. Dc eerste indrukken waren
verre beneden hare verwachting gebleven en
de kennismaking mei tante Line was haar
niets meegevallen. „Een echt nóar mensch,
èl hard en stug wat er aan is," critiseerde
Annic bij zich zelf. „En zoo streng voor de
kinderen 1" Bijna al 't lekkers, dat Annie had
uitgedeeld, werd- hun weêr afgenomen en
opgeborgen. Misschien erg verstandig, maar
tochZe had nog een goed woordje voor
Hans gedaan, die bijna niets gesnoept had
van zijn chocolade, maar met een „Morgen
is er weêr een dag," deed tante vastberaden
den trommel dicht en zette die boven in de
kast.
Oom en tante schenen vreeselijk zuinig te
moeien leven. Een dagmeid, die om vier
uur naar huis ging! Geen looper op de bo
ventrap!Ze had duidelijk gehoord, dat
Maxje om een boterham zeurde, vóór hij
naar bed ging, en die niet kreegAls ze
maur geen overlast aandeed! Oom zou niets
willen hoeren van vergoeding voor kost en
inwoning, dit wist ze zeker, anders
Goddank, dal oom niets veranderd was,
haar lief, hartelijk plecgvadertje was geble
ven. Neen, hij en zij waren niet van elkaar
vervreemd, hadden elkaar weêrgevonden
zooals zc elkander vóór tien jaar verlieten.
En met een dankbaar hart voor die groote,
trouwe liefde in haar leven, trachtte Anniie
alle onplezierige gedachten van zich af te
zeilen en in slaap te raken. Maar dit wilde
niet lukken. Ze hoorde oom en tante naar
bed gaan, 't werd stil in huis, nog steeds lag
ze te tobben en heen en weêr te woelen zon-
d :r rust te kunnen vinden.
n.
Als klein driejarig kindje was Annie bij
oom en tante de Clerck in huis gekomen, da
delijk na 't vreeselijk spoorwegongeluk,
waarbij Ilénène en zij haar beide ouders ver
loren. Ilólèae, Annie's acht jaar ouder zusje,
dat er bij was toen 't gebeurde, bleef onge
deerd, doch de teêre hersens hadden don
schok niet kunnen weerstaan, 't Kind werd
abnormaal, kon al spoedig niet meer thuis
verpleegd worden. De rente van het kleine
kapitaal, dat vader en moeder nalieten, was
maar even toereikend voor bare opname in
een goedkoope inrichting voor zenuwzieken.
Annic vond bij oom en tante een plaatsje
in huis en hart. In die liefderijke omgeving
genoot ze een blije, zonnige jeugd, voeldie 't
gemis niet van hare eigen ouders.
Maar oom en tante konden niet blijven zor
gen voor 't pleegkind. Dat had Annie van
klein meisje af al geweten en 't was haar
een spoorslag geweest op school flink haar
best te doen. Leerde Amvie niet bizonder
gemakkelijk, ze kon volharding en energie
daartegenover stellen. Op haar achttiende
jaar had ze de hulpactie in den zak, haalde
ze nog een taalactc bij, en was toen, op aan
raden van hare pleegouders, naar ürtdië ge
gaan. Nog juist bijtijds, want een half jaar
later liet 't gouvernement onderwijzeressen
zonder hoofdacle niet meer uitkomen. En
Annie wist zeker, dat ze die zware acte
inoo't zou kunnen halen.
Hoe hoopvol en vol illlusic had zc de toe
komst tegemoet gezien. Welk een voorrecht,
naar dat verre* moodc land te gaan, waar
haar positie als onderwijzeres zooveel aan
genamer zou wezen dan in Holland, en waar
zij zooveel meer verdienen kon. Wat zou zc
al niet kunnen doen van haar mooi salaris!
't Leven van arme Iiélène zooveel mogelijk
verhelderen, oom en tante verblijden met al
lerlei nuttige, noodigc zaakjes, die zij zich
zelvcn niet konden aanschaffen
„Nu, die illusie had zc ien minste bereikt.
Ilénène zat nu reeds jaren lang 1ste klasse,
kreeg alles wat ze noodig had, en over de
dankbare brieven van oom Karei had ze
meer dan eens gelukkige tranen gestort.
Doch overigens? Hoe leeg was haar leven ge
bleven. Hoe bitter weinig had zc voor zich
arsll bereikt. Op afgelegen plaatsjes, diep in
Java's binnenland, had ze die tien jaren zoo'n
beetje doorgesoest, niet doorleefd.
Steeds 't zelfde wenk op school, dag in dag
uit, onder donkergekleurde kinderen, kleine
njo's en nonita's, willig en gehoorzaam ge
noeg, maar aan wie weinig eer viel te be
halen. een enkele snuggere niet te na gespro
ken. Met de moedelooze overtuiging, dat 't
bijna al vergeefse he moeite was, en dc er zoo
moeilijk ingestampte kennis hij de meesten
nooit vrucht zou dragen.
Dan haar leven thuis (op éón kamer met
waranda) in 't kleine logement, waar 't be
nauwd en warm was, en ze veel moest be
talen voor (schralen) kost en inwoning. Tot
afleiding nu en dan een spoel- of dansavond
in de Soos. Ze hield van dansen noch spe
len, doch deed 't liever dan con boelen avond
luisteren naar de vervelende, kleinzielige
conversatie van menschen op oen kleine bin
nenplaats, die elkander allen kennen, en zich
voortdurend met 't doen en laten van den
buurman bezig houden. Al was zie nooit ziek,
al kon ze de warmte goed verdragen, zc ont
kwam toch niet geheel aan den invloed van
't klimaat, voelde zich dikwijls lui on moe,
te afgemat en futloos om naar boek of pen
te grijpen, als de schooltaak was afgedaan.
Twee keer liad Annie 't in haar hand gehad
haar leven een andore richting te geven. Dc
eerste maal door huwelijksaanzoek van 't
Hoof 1 barer school, een weduwnaar met
tw~e kinderen. Ze trok zich J«ap en Marietje
nog al aan. Del had hun vader zeker op de
gedachte gebracht haar moederliefde en
moederzorg voor zijn kleintjes te vragen.
Wordt verrolgd.