S'. 802. Tweede Blad. 9" Jaargang. Zaterdag 25 Maart 1911. BINNENLAND. FEUILLETON. DE NEDER-RIJNERS. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: r 1.00. - 1.50. - 0.05. Per 3 maanden voor Amersfoort Idem franco per post Aftonderlijko nummere Dezo Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiênmecledeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur idvertentien mededeel ingen enz.gelieve '■morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgever»: VALKHOPF ft O. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 60. PRUS DER ADVERTBNTIËN: Van 1—6 ragela f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 05 eenU by vooruitbetaling. Groote lettere naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kameroverzicht. Tffftd. K».r Dc behandeling van de Arbeidswet was Vrijdag gevorderd tot artikel VII van het wij<7igingsontwerp (art. 6 der wet.) De heer Schaper verdedigt een amen dement om den minimum-rusttijd voor het gebruiken van maaltijden op H uur te bren gen. De heer Ketelaar wil de regeling aan locale toestanden overlaten. De Minister van L., N. en H. (de heer Tahna) verdedigt de door hem ontwor pen regeling van de rusttijden, waarop de heer Schaper zijn amendement intrekt. Art. VII wordt dan na een redactie-wijzi ging aangenomen, zoodat met art. VIII (tot wijziging van art. 7 der Arbeidswet) het verbod van Zondagsarbeid voor beschermde personen aan de orde komt. Hierop verdedigt de heer de Visser een amendement, om de uitzondering op dit verbod, voor de bloembindcrijen voorgesteld, te laten vervallen. Hij ontkent de noodzake lijkheid van zulk een exceptie en wil dus het bloemenbinden op Zondag voor vrouwen verboden zien. 'Nadat de Minister dit amendement hooit overgenomen, wordt het artikel goed gekeurd en volgt de behandeling van artikel IX der wijzigingswet (art. 8 der Arbeidswet) houdende voorschrift van een rusttijd van 4 weken na bevalling. De heer H e 1 s d i n g c n verdedigt een amendement om die rust in het geheel op 8 weken tc brengen, waarvan (i weken na de bevalling. Tegen het nadeel van langere loonderving wil Spr. de invoering van de moederschapsverzekering. De Minister vreest van dit amende ment een nieuwen last voor de gehuwde vrouw en ontraadt (toarom het amendement. Nadat de heer II e^s d ingen het amen dement nogmaals verdedigd heeft, wordt het nog door den heer Schaper bepleit- De heer Aalberse zegt, (fitl alles wat tegen zijn amendement om den gehuwden vrouwen geregelden fabrieksarbeid te ver bieden werd aangevoerd, ook tegen het amendement, dat thans in debat is, geldt. Spr. vreest ontduikingen van een gedwongen rusttijd van 6 weken na de bevalling. De Minister ontraadt het amende ment nogmaals, dat dan met 40 tegen 30 stemmen verworpen wordt, waarna het ar tikel goedgekeurd wordt. Een amendcment-D r u c k c r om een nieuw artikel 9bis in te voegen, ten einde jeugdige personen na 5 uur in de gelegen heid te stellen lessen te volgen, wordt door den voorsteller verdedigd met een beroep op het buitenland. Spr. noemt zijn amendement een be schei den stap iu de richting van verplichting van schoolbezoek. De heer Verhey lioht het amendement nader toe en wijsrt op de noodzakelijkheid van herhalingsonderwijs. De Minister neemt het amendement over, verzoend door dc bepaling, die het amendement inhoudt, waarbij voor bepaalde ondernemingen de bevoegdheid verleend wordt tot vrijstelling van het gelegenheid ge ven tot schoolbezoek. Bij art. XIII van het ontwerp (verplichting van den ondernemer te zorgen voor de na leving van de wet) verdedigt de heer Troelstra het amendement om de volle verantwoordelijkheid bij den ondernemer te brengen. Hij beroept zich daarvoor op de Stoomwel. De heer V an II a in e 1 had de aanspra kelijkheid liever geformuleerd willen zien door de woorden: ,.hij, door wiens schuld", doch wil zich ook wel aansluiten bij 's mi nisters terminologie: „de ondernemer is ver plicht zorg te dragen." Een bepaalde rege ling van faits d'excuse is daarbij onnoodig. De Minister laat de beslissing over de woorden van dit artikel geheel aan de Ka mer. Hij acht den opzet van zijn voorschrift doeltreffend en hecht aan de opneming van een uitzonderingsbepaling voor faits d'exousp als richtsnoer voor den rechter. De Minister wil een redactiewijziging aan brengen. Na replieken van de heeren Troelstra en Van II a m e 1, spreken de heeren Van Sasse van Ysselt en de Savor- n i n L o li m a n vóór het artikel, omdat door het amendement de bewijslast van den ondernemer afgewenteld zou worden op het O M. De heer Troelstra handhaaft zijn amendement tegen dit bezwaar. De door den minister aangebrachte redac tiewijziging wordt door den heer S c h a- p e r namens de Comm. van Rapp. afgekeurd en evenzoo door den heer Loh m a n. De Minister neemt dan de redactie wijziging weer terug. Het amendement wordt verworpen met 40 tegen 25 stemmen en hel artikel aange nomen. De heer Schaper verdedigt dan een amendement, om na tweemaal herhaalde overtreding binnen vier jaren principale hechtenis voor te schrijven. De heer Ter Laan verdedigt een amen dement om de voorgestelde uitzondering op het arbeidsverbod voor kinderen te schrap pen, in verband met de gelegenheid tot het genieten van onderwijs. Na bestrijding door den Minister trekt de heer S c h a ,p e r zijn amendement in. Het amendement van den heer Ter Laan wordt verworpen met 45 tegen 20 stemmen. In artikel XXIII (wijziging van art. 24, werkzaamheden waarop dc wet niet van toe passing is) brengt de Minister eene wijziging, waardoor de. wet niet slaat op „werk ver richt door militairen in dienst". De heer De Visser geeft in overweging de wet ook niet toepasselijk te verklaren op werkzaamheden, verricht in opvoedingsge stichten, door de Kroon gelijkgesteld met rijksopvoedingsgestichten. De Minister verklaart veel voor deze toevoeging te voelen. De heeren Schaper en Ketelaar bfc strijden die wijziging. De heer Schaper protesteert uitdrukke lijk tegen de wijze, waarop hier op het laat ste oogenbük eene dergelijke ingrijpende wijziging wordt aangebracht. Hot gewijzigde artikel wordt goedgekeurd. De eindstemming zal gehouden worden 5 April, 's middags om bah vier. Zonder stemming worden alsnog verschil lende kleine wetsontwerpen aangenomen. De Kamer gaat daarna op recès tot nadere bijeenroeping. Berichten. - l>e Staatscourant van Zaterdag 25 Maart beval o. n. dc volgende Koninklijke beslui ten: benoemd tot lecraar aan de R. II. B. S. te Hoorn dr. II. Bouwman, thans te Sappemeer. bij de infanterie bij het Uk- regiment be noemd tot kapitein de le luitenant J. J. lk-ijennan, adjudant bij «Ie grenadiers en ja gers; bij hun tegenwoordig korps gevorderd lot le luitenant de 2e luitenants J. \V. Le Ileux, van het le en V. E. Wilman van het 2e regiment veldartillerie, II. de Groot van hel le, C. Grosjcan en 1'. 11. Schouten van het 2c regiment vesting-artillerie, en G. 11. A. Errümans van het torpedistencorps; gepensionneerd op aanvrage de dirigeeren de officier van gezondheid le klasse L. van Lier, met den rang van gcneraal-majoor en die der 2e klasse J. S. C. Pichal. goedgekeurd, dat aan J. A. Verbrugh, burgmees ter der gemeente Licndcn, op zijn verzoek, met in gang van 1 April a. s., eervol ontslag is verleend als secretaris dier gemeente locstemming verleend om tot 1 Mei 1914 le Deven ter te woucn, aan Abbema, benoemd secretaris der gemeente Diepenveen. Stoffelijk overschot van do. Prinses Pauline van Oranje- Nassau. Don Ten April a. s. zal, in op dracht van II. M. de Koningin, liet stoffelijk overblijfsel van Prinses Pauline van Oranje- Nassau, door den eersten kamerheer jhr. van den Bosoli worden overgebracht van hel kerkhof vail Preien-walde in Brandenburg naar Delft, ter bijzetting in den koninklijken grafkelder in die Nieuwe Kerk aldaar. Deze Prinses Pauline, geboren 1 Maart 1800, te Berlijn, was de dochter van onzen lateren Koning Willem I en van diens Gema lin Prinses I'rcdierika Louise "Wilheimüinic van Pruisen. Zij overleed roods 22 Decem ber 1806 op het aan den Koning van Pruisen toCbehoorende lan/digoed FredenwtóWie, w-eliko bezitting, waarin het kerkhof is gelegen, in eigendom aan do opvoigentde Koningin is verbleven, totdat helt kort geleden werd ver kocht en daarbij in particuliere haniden is overgegaan. Naar aanleiding daarvan word tot de overbrenging beslaten. V r ij spoorwegvervoer voor Kamerlede n. De Haagsche correspon dent der „Tel." meldt: Men weet, wat er in en builen de Tweede Kamer te doen is geweest over het aanne men van vrijkaarten, door Kamerleden, van spoorwegmaatschappijen. Meer dan eens is er door de leden op aan gedrongen, dat de regeering trachten zou. vrij vervoer voor afgevaardigden te verkrijgen Nu deze echter bleef weigeren daartoe mede le werken, hebben onlangs c enige Kamer leden zelf getracht tot een collectief verzoek aan de spoorwegmaatschappijen te komen. Een vrij groot aantal leden uit verschillende f ra olies heeft een desbetreffend verzoek ge- teekend, maar hot aanla'l bleef toch beneden de verwachting, en omdat velen hun mede werking weigerden, is de zaak verder blijven rusten. Er zal dus nu wel niets meer van komen. Wij kunnen hier echter op grond van be trouwbare gegevens aan toevoegen, dat de kwestie van het vrij vervoer ook behandeld is in de staatscommissie voor de grondwets herziening, doch dat deze gemeend heeft aan een verhooging van het traatement der Ka merloden de voorkeur te geven. De 1 a n d v c r h u i z e r s k w e s t i e. Met de Balavierlyn zijn Donderdag 181 land verhuizers aangekomen en in de richting van Duitschlaivd vertrokken. Thans verneemt dc N. R. Ct, dal onder die 181 landverhuizers 2U Russen waren, en dat van deze 20 er 12 van Emmerik zijn teruggestuurd wijl hun den doortocht is geweigerd. Deze menschel» had den voldoende geld bij zich, en geldige spoor kaartjes tot in Rusland. Zij zijn echter terug gezonden, omdat hun passen volgens de Duitsehe. autoriteiten „ongeldig" waren. Men ziet hieruit opnieuw schrijft ,1e N. R. Ct. dat de belemmering van het r- keer niet alleen de reizigers van de Uranium- Mij. treft, gelijk het onlangs nog in de Duit sehe bladen is voorgesteld. lu tegeusteJliihg met de in NederLamd ge opperde verwijten jegens dc Duitsehe regee ring «net betrekking tot lml niet verkenen van eene concessie van laud verhuizers ver voer aan Ncdcrlandschc scheepvaartmaat schappijen, verneemt de (officieuse) Noaxl- deirtsohe Attgcmeinc Zeütung van welinge lichte zijde, dat de zaak aldus is, dat twee N e de r lands ch e s cheep va arfcma atsc happ ijem voorstelden in Duitlsehlaiiid te worden toe gelaten tot hel vervoor van landverhuizers. Hel onderzoek dezer voorstellen, is nog niet afgeïoopen en hel laat zich nog niet met zekerheid voorzien hoe de beslissing zal uit vallen. Ongerechtvaardigd is editor, dat de nog le treffen beslissing im verband wordt gebracht mot overwegingen omtrent üe be langen der Duitsehe lijnon, eu dat van do Duvlsehe regearjnig wordt verondersteld als zou ze deze aangelegenheid aan andere tus- sehen Duitse bland eu Nederland hangende kwesties vastlcnpopen en de beslissing op houden om op de Nedcrlandsalie regeering druk uit te oefenen- Dat bij het Wlecwon v«n laudverhidzensdomoessias protedtioinisli- sohe overwegingen wiet dien doorslag geven, blijkt uit het feit, dal naast de Duitsohe lij nen eefli groot aantal buitenkandsehe scheep - va a rtina a t scliapp ij en in Duitsohkvnd als on dernemers van iandverhuizorsvorvo'CT reeds concessies hebben verkregen. Nurks o n de ontwakende Lent e. Dat de Leute gekomen is zei de onsterfelijke Roberfcus Nurks, merk ik aan verschillende dingen. Vooreerst aan het liefelijk gebrul van een aantal kooplui in „blonupe", die zich blijk baar in dal opzicht „herauten der Lente" gevoelen, dat zij zich geroepen achten haar komst door bet afschuwelijkste geschreeuw in te luiden. Verder is in dc heele buurt ik woon aan den Westkant van do stad de lucht „bezwangerd" met zekere voorjaarsgeuren, die in substanticelen vorm in tonnetjes of in lekkende hotskarren worden aangevoerd naar ver-afgelegen landerijen, van waar de „zefirs" evenwel de essence naar ons over vieren. 's Nachts word ik in mijn slaap gestoord door de serenades, die verliefde katers aan smachtende katjes brengen, dc proloog van ,,Iin wundcrschönen Monat Mai". In huis is het to warm om te stoken en tc koud om de kachel uit tc laten gaan. Buiten heb je in de zon last van je winter- kleeren, en in de schaduw word-je bibberig en koud. De boomen dragen toerkwakken.in plaats van groent- blaadjes. De dokters geraken „overwerkt" cu dc couranten „amuseeren" je door reeksen van doodsberichten en advertenties met zwarte randen. Dat is het verleden eu het heden; dc toekomst is de „voorjaarsschoonmaak". Zoo gevoel ik, Nurks, hel ontwaken der l*entc. (Vad.) G c in e e l e b e b o s s c hi n g me t Staatshulp. Van d« Vol uwe wordt aam de N. R. Qrt. geschreven Sedert eenogen tijd is ei" teven ©u bewe ging op tic Vehiwsche heidegronden onder lie ei" de. De gemeente Zwolle, die indertijd ten behoeve barer driuikwa-tci-voorzien mg deze gronden aankocht, en ze wcuiflohte te. o-nitgiuaien, was hiervan tol dusverre terug- gesolurikt door de groote kosten, dóe dit werk met zich kon brengen, terwijl zij op; de rente nog jaren kan, moeten wachten. Nu echter dc Staart eoin go meenten, die hare] woeste gronden wonsclion te bobossohon op gemakkelijke voorwaarden nmteloo- ze voorschotten <m iteohmisohe lnilp verstrekt, heeft dc gemeente Zwolle zich -tol de roge-öriiivg gewend om] hiervoor ook in aanmerking tc komen- Zijl volgde hierbij het voorbeeld van aiBo gc-j meenten in lvet Zuiden van ons land, die met staatshulp hare woeste gronden produc tief maken men is zoo langzaam aan tot het besef gekomen, dat boscbbezil, hoewel geen rijke, toch een regelmatig vloeiende, niet onbelangrijke bron van 'inkomsten en verre to verkiezen bp ven verkoop (ter gronden, hoe schijnbaar voordeelig, die o soms moge zijn. Zwolle is de eerste, die op de Veluwe het] voorbeeld geeft, hot ontginningswerk is thans druk aan (ten gang. Zulten de oude Vehiwsolu bossehen weer verrijzen? Op o ogenblik ziet het er nog ntet naar uit, liggen nog zoovele uitgestrekte woeste hoi devflldicfli, maar wie weet! *-r Ooievaar s. Op een nest onder] Rhoon zijn Donderdag de ooievaars terug-! gekeerd, da' is 41 dagen la'er dan in 1910. Uit Abcoude wordt ons bericht, dal oo daar de ooievaar weer verschenen is. In verband (hiermede de volgende anec-1 d<rie: Op een meisjeskostschool komt dc leeraa" voor natuurlijke historie binnen voor z'n woon wekclij.vsch lesuur. Op ecu vraag aan ce-ti der leerlinge», war hij de vorige week gebleven was, luidde het] antwoord: bij de indeding der vogels. Hij vraagt aan een der bakvischjes, t' welke groep de ooievaar behoort. Overal n moeite onderdrukte lachgelui-djes. Dc leeraa merkt, <lat er iets broeit, doch doorgrolt" het miert. Intusschon begint bel hem tc velen en als hij nogmaals dezelfde vraag d* antwoordt ze met een hoogroode kleur: „Di bestaat uiert." Een pestvogel. Door iemand I Nunspeet werd dezer dagen hier een zcl(i zaam voorkomende vogel geschoten eer zoogenaamde pestvogel. De grootte is on geveer als die van een gewoucn lijster, voor dc borst zijn de vecren bruinachtig rood, op' den rug eenigszins groen of blauwachtig aan de einden der vleugels heeft hij eenigr zwart-gecl- en wit-gost reepte vecren, me 4 of 5 helroode, harde uitwa&jes, vlak uaas elkaar aan den bovenkant. Dc staart eindige in oen zijdeachtig geelen rand, de Duit schors nocuien hou» ook wel Scidenschwan* Hij heeft een kuif op en ecu zwart plekje onder den kop. (Zw. Ct.) 16 TAK RUDOLF .Hl R ZOG. „Luisrter niet naar dezen liebtzinnigen. man!" lachte de schilder. „Zijn levenswijs heid is afhankelijk van den wijn, echt en onvervalscht een Rijnlandsohe natuur. Als do bowl wenkt, zijn alle mensohen broeders." vMijn zoon overdrijft schandelijk," weer legde dc oude heer vol waardigheid. „Hij was het, die om een bowl riep; ik echter trad slechts rustig binnen om zakelijk te ver konden de boodschap hoor ik wel, maar..." „Maar?" herhaalde Springe junior. „De wijn ontbreekt, eindigde Springe senior zijn zin en haalde spijtig de schouders op. De bedde Springes zagen elkaar in de oogen. ^,'Betscltermer mijner teedeire jeugd," zei ten slotte de jonge Springe, „gij geeft mij een slecht voorbeeld." „Mijn zoon," zei de oude, „ik heb je tol nu »oe steeds langs het pad1 der deugd geleid. Slechte wijn of heelemaal geen wijn is geen deugd." „Do wijsheid uwer jaren is 'bewonderens waardig," antwoordde de jongere, „en ik 'buig mij vol eerbied. Maar i-k begin te gc- looven;" en hij ging vlak voor den ouden heer staan, ,.u -hebt die deugd weer alleen uitgeoefend. Mijnheer Friedrich Leopold von Springe, ik verdenk er u ernstig van, dat ge in het geheim een glaasje pakt. Dat is egoïsme, mijn vader. Met zulke grondbe ginselen wordt men niet oud." Het gelaal van den zeventig-jarigen, kras sen man straalde van pret. „Heinrich," zei hij, „hoe zou ik mijn jeugd zoo lichtzinnig op hel spel durven zet ten! Buitendien om te beminnen en te drinken is één mensch niet voldoende. Leer dat Van je ouden vader." „Bemint ge mij dan niet meer," zuchtte de schilder, „dat ge mij dc gelegenheid ont neemt, met u te drinken?" „Het is mijn schuld niet." verdedigde de oude heer zich. „Ik ben vanmorgen zelf naar Scheufgen geweest, om een paar fles- schen goed belegen „iMosel" tc bestellen. En daar komt me na bet eten zoo'n gega lonneerde kerel en sleept een heele mand Niersteiner naar binnen. Ik heb hem eens 1 even de huid schoon gewasschen. Rijnwijn? Mosel wil ik!" heb ik tegen hem uitgeva- ren, „voor den duivel, ik ben toch een Rijnlander! En wat denk je dat bij doet? Die onbeschaamde kerel pakt rustig zijn mand uit en zegt nijdig„Mevrouw heeft het zoo bevolen! Mevrouw! Die dikke Scheufgen!" Nu, toen werd het me toch te kras. Ik heb den brutale» kerel bij zijn lurven gepakt en hem met Niersteiner en al de deur uitgezet. „Mevrouw moet im het vervolg haar ooren heter openzetten," helt ik hem toegesnauwd, „of i-k zoek een an dere 'zaak. Zeg dat maar tegen je me vrouw!" De oude heer veegde met zijn rood zijden zakdoek over hel voorhoofd. „Zoo komt het, mijn zoon, dat wc wijnloos zijn." Heinrich von Springe had met bijzonder veel belangstelling geluisterd. Hij greep zijn vaders hand en schudde die krachtig e» lang. „U hebt goed, zeer goed gehandeld. Papa." „Niet waar?" zei de oude heer; maar hij vroeg het toch een weinig .schuchter, want de hartelijkheid, waarmee hij bedankt werd, scheen hem niet in evenredigheid mei dc weinig gewichtige gebeurtenis. „Natuurlijk. Je moet je niets laten wel gevallen. Dat volk wil je altijd hun slechten smaak opdringen. Het is waar, dat het be slist Mosel moest zijn..." „Maar ik heb het die oude tante duidelijk genoeg gezegd." „Neen oudje, gezegd hebt u het niet, en dat van die oude tante is ook niet juist. Integendeel ze is een bizonder charmante dame. Toen ze gisteren in mijn atelier was, om de „Herfstpracht" op den ezel te zien, die zij, tussohen haakjes, koopen wil..." „Wat," riep dc oude hoer en sperde de heldere oogCn wijd open. „Scheufgen wil schilderijen koopen?" „Neen, pa palief," zei dc schilder vrien delijk, „mevrouw Tonder», dc presidents vrouw. Toen ze „Herfst" zag, -vond ze, dat ik, omdat ik de studies ervoor verleden jaar gemaakt had, ook den wijn moest proeven van dat gezegend jaar. De wijn was nog wel jong, maar toch al zeer smakelijk. Ze heb ben nl. groote wijngaarden. 'En nu zond ze vandaag dien Niersteiner. Prachtig vader, dat u dat ongeluk hobt afgewend. Zulke omgang bederft onae eenvoudige -zeden." De kin van den ouden heer was met een ruk naar heneden gezakt, de mond \stond j wijd open, en de oogen deden denken aan die van Ven verschrikten vogel Met de eene hand tastte hij naar die van zijn zoon, ter wijl hij met de andere zijn zakdoek aan de oogen bracht. Met het gelaal afgewend, be dekte ook de schilder zijn gezicht. Zoo stonden ze eenige oogenhlikken en er ont stond een stilzwijgen, dat voor den er bui ten staanden gast dubbel pijnlijk was. Toe» ging er een siddering door bun lichamen, hun schouders begonnen te schokken, steeds heftiger uitten zich de gevoelens van vader en zoon... tot ze plotseling in eikaars armen lagen en lachten, lachten, dat de muren dreigden te barsten. Of de zaak onaange name gevolgen zou kunnen hebben, daaraan dacht noch het kind van den vader, noch de vader van den zoon. Zelfs Hans werd er door aangestoken, en zijn jeugdige lach schalde mee in het duet der beide zonnige mensohen. Burcht Springe herbergde drie waarlijk gelukkige menscheu... Er werd gebeld. „Bezoek," zei de oude heer en droogde zich dc betraande oogen af. „Dat komt goed te pas." Hij giug zelf open doen. Na eenige oogen hlikken stak hij het hoofd door dc deurope- niug. „Nu," riep hij, „is liet de echte Scheuf gen! Ik zal den bowl dadelijk oj ijs zetten. Verder moet ik professor Schack aandienen. Het schijnt mij toe, dat hij evenveel behoefte aan een bowl heeft als om eens opgekalefa terd te worden." „Schack?" zei de schilder snel. „Wel zoo! Te voorschijn met zijn professorale hoog heid." Een man van in de dertig trad haastig e opgewonden bel atelier binnen- Zijn gelaal was bleek, maar sprekend eit intelligent. Zijn onrustige oogen verrieden een groote .mat» van zenuwachtigheid. „Goeden avond, Springe. Kan ik je «p ken of stoor ik? O, vergeef me, ik zie dal je bezoek hobt." „Goeden avond, Schack. „O, pardon, mei moet nu zeker professor zeggen. Ja, als jt do lucht hier niet te revolutionnair is! Zoo'i nieuwbakken professor moet daar wel evei veel hekel aan hebben, als een hofdame aan de sociaal-democraten. Mijnheer Steinherr- Profossor Schack." Verstrooid beantwoordde do nieuwe zoeker de buiging van den jongen man. „O," zei hij driftig, ,,ik kan ook wel wee heengaan. Ik daoht alleen, een mensch al jij zou gevoel hebben voor de beweegrede non waarom ik de plaats aan de acadcmi heb aangenomen." „Beste Schack, ik heb al als kleine jonge nooit van di© verhaten gehouden, waart» een moraal In poézie of proza achteras kwam. Als het verhaal zelf -niot voldoend spreekt, helpen alle verklaringen niets. Tei minste niet bij mij. Je bent omgevallen. Wal mij echter niet weerhouden kan, met je, mensch, een glas te drinken. In je eigen b< lang stel ik je voor laten wc op het terra gaan. Daar is zelfs voor een professor vai d© academie oen atmosfeer, die zich z©c neutraal «n behoorlijk gedraagt. Avnuti signore." W »rd( ver i :J,4.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1911 | | pagina 1