BIJVOEGSEL
Amersfoortsch Dagblad.
Gemeenteraad
AMERSFOORT.
BIJ HET
VAN
Openbare vergadering van den gemeente
raad van Amersfoort op Dinsdag 2 Januari
1912, des namiddags te drie ure.
Voorzitter de heer burgemeester, jhr.
.1. \V. A. Barchman Wuytiers.
Tegenwoordig: de heeren wethouders
\V. 11. Kam, H. W. Van Esveld en H. G. Rij-
kens; de heeren N. Veis Heyn, II. Koning, A.
Eysink, P. C. II. Briët, F. M. lloubaer, J. v.
d. Wal Kzn., W. Salomons, A. II. Van Kalken,
D. Buys, J. C. Rolandus Hagedoorn, J. W. Jo-
rissen, S. .1. Van Duinen, A. M. Tromp van
Holst, M. R. N. Oosterveen, D. Gerritsen en H.
Kroes en de secretaris mr. dr. J. G. Stenfert
Kroese.
De Voorzitter. Mijne Heeren! liet ver
heugt mij, dal reeds de tweede dag in het
nieuwe jaar ons samenbrengt, want daardoor
ben ik in de gelegenheid, u bij de wisseling
des jaars mijn hartelijke gelukwenschen aan
te bieden. Ik hoop, Mijne Heeren, dat het u
in alle opzichten wel zal mogen gaan, en dat
geluk en voorspoed, in uw gezin zoowel als in
uw werkkring, u in hel nieuwe jaar in ruime
male moge ten deel vallen.
Het valt mij moeilijk, de wederwaardighe
den in het huishouden der gemeente in het
afgeloopen jaar in het kort te schetsen, niet
uit vrees voor den stenograaf die heden
voor de eerste maal als verslaggever zijn in
trede in onze vergaderzaal gemaakt heeft,
maar omdat er zooveel is geschied, omdat
zooveel gewichtige besluiten door uw verga
dering zijn genomen, dat het inderdaad moei
lijk valt dit alles in weinige woorden samen
te vatten.
Ik wil er alleen dit van zeggen: het ver
heugt mij te mogen constatecren, dat er in
het huishouden der gemeente in het afgeloo
pen jaar een opgewekte activiteit, een bedrij
vig leven heeft gehcerscht. Daarvan, Mijne
Heeren, verwacht ik het eerstkomende jaar
en in de volgende jaren veel vruchten. Aan
u, leden van den gemeenteraad, daarvoor
mijn dank. Gij hebt daartoe het voorbeeld ge
geven, zijt daarin voorgegaan/ maar ook de
ambtenaren onzer gemeente hebben zich niet
onbetuigd gelaten. Zij hebben als het ware ge
wedijverd in activiteit en in nauwgezette
plichtsbetrachting. Ik'dank de leden van den
raad, den secretaris en alle ambtenaren der
gemeente, voor de wijze waarop Amersfoort
in het afgeloopen jaar heeft gewerkt. Ik
breng hun daarvoor mijn oprechte hulde en
ik hoop, Mijne Heeren, dat wij in het nieuwe
jaar aangenaam zullen mogen samenwerken
dat Gods zegen op onzen arbeid moge rusten!
Ik heb gezegd! (Teekenen van instemming).
De heer Van Kalken: Mijnheer de Voor
zitter. Mij valt, als oudste lid van den gemeen
teraad de eer te beurt, uw hartelijke woor
den namens den raad te beantwoorden.
Ik vertrouw, de tolk te zijn van alle leden
van den raad, wanneer ik u mededeel dat ge
immer op onzen steun zult kunnen rekenen,
van alle leden, zonder uitzondering, wanneer
het geldt de belangen van de gemeente.
Ik hoop dat God u de kracht moge schen
ken, om nog in lengte van dagen met lust en
vrucht te mogen arbeiden als hoofd van deze
gemeente.
Ik hoop, geachte voorzitter, dat de leden
van den raad in de ernstige aangelegenheden,
die ons spoedig zullen bereiken, zooals door
u werd aangestipt, tooiden zullen, dat de be
langen van de gemeente Amersfoort hun
nauw ter harte gaan.
Ik hoop dat 1912 voor u, mevrouw en de
familie zal mogen zijn een zeer gelukkig jaar!
Dat is de wensch, niet alleen van mijn per
soon, maar van alle leden van den raad! (Tee
kenen van instemming).
De Voorzitter. Ik dank u voor deze
vriendelijke woorden en de leden van den gc-
'meenteraad voor hun instemming.
De notulen van de vorige vergadering wor
den goedgekeurd.
Ingekomen zijn de volgende stukken.
a. Van heeren Gedeputeerde Staten van
Utrecht het besluit van 18 December 1911, 3e
afdceling, no. 1991 3627 tot goedkeuring van
het raadsbesluit van 28 November 1911, no.
154 tot wijziging van de begrooting voor het
'dienstjaar 1911.
Voor kennisgeving aangenomen.
b. Van heeren Gedeputeerde Staten van
Utrecht het besluit van 27 December 1911, 3e
afdeeling, no. 5255 3725 tot goedkeuring van
het raadsbesluit van 31 October 1911, no. 408
tot vaststelling van de gemeentebegrooting
dienstjaar 1912.
Als voren.
c. Van heeren Gedeputeerde Staten van
Utrecht het besluit van 27 December 1911, 3e
afdeeling, no. 5298 3675 tol goedkeuring van
het raadsbesluit van 19 December 1911 no. 188
tot vaststelling van het 5e aanvullingskohier
der inkomstenbelasting dienstjaar 1911.
Als voren.
d. Van Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort het proces-verbaal van kasopna
me bij den Gemeente-ontvanger op 22 Decem
ber 1911.
Ter visie gelegd voor de leden van den
raad.
e. Van ds. W. J. Meiners een bericht dat hij
zijne benoeming tot curator van het Gymna
sium aanvaardt.
Voor kennisgeving aangenomen.
Van T. Van Daal een bericht, dat hij zijne
benoeming tot adviseerend lid van de com
missie van bijstand in het beheer der Ge-
meentereiniging aanvaardt.
Alsvoren.
7. Van G. Bersma een bericht, dat hij on
der dankzegging voor het in hem gestelde
vertrouwen de benoeming tot lid der commis
sie van toezicht op het lager onderwijs aan
vaardt.
Als voren.
g. Van mej. M. Van Iloogcvest eene dank
betuiging voor hare benoeming tot onderwij
zeres in de nuttige handwerken aan de open
bare lagere school 3e soort en de Puntenbun-
gerlaan.
Als voren.
De Voorzitter. Mijne Heeren! Ik stel
thans aan de orde het eerste en eenige punt
van de agenda, t. w.:
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
betreffende het besluit van de Gedeputeerde
Staten van Utrecht tot niet-goedkeuring van
het Raadsbesluit betreffende den aankoop van
„Nimmerdor".
De vraag doet zich hierbij voor, of de ge
meenteraad wenscht te berusten in het be
sluit van Gedeputeerde Staten, volgens het
voorstel van de minderheid van het college
van B. en W., of wel, daarvan voorziening
wenscht te vragen bij II. M. de Koningin.
De heer Gerritsen. Mijnheer de Voor
zitter. Ik kan zeer kort zijn, daar het voor
stel om in hooger beroep te gaan mijn volle
goedkeuring wegdraagt. Het is echter noodig,
dat ik nog enkele onjuistheden van Gedepu
teerde Staten nader in het licht stel.
De opmerking, die Gedeputeerde Staten
maken met betrekking tot het aantal zielen is
niet juist, daar het aantal miliciens niet wordt
medegerekend bij de officieele telling. Boven
dien hebben wij het gelukkig verschijnsel in
de laatste jaren gezien, dat een groot aantal
min gegoeden en paupers uit de gemeente
zijn vertrokken en wij daarvoor belasting
schuldigen in de plaats hebben gekregen. Met
andere woorden, de conclusie van Gedepu
teerde Staten, dat de bevolking niet erg voor
uitgaande is, kunnen we naar mijn gevoelen
buiten volkomen beschouwing laten.
Wil Amersfoort groot worden welke il
lusie wij allen voor de toekomst hebben
dan moet de uitbreiding naar meer dan één
kant kunnen geschieden.
Bovendien, ik heb het reeds herhaaldelijk
opgemerkt, niet iedereen wil op den Berg wo
nen. Men zoekt rustiger plekjes met boomen
en prachtiger omgeving.
Waarom wordt èn de „Herlekop" èn „Oud-
Lcusden" zoo druk des zomers door de
vreemdelingen bezocht? Zeker voor een groot
gedeelte door het prachtige „Nimmerdor".
Een and.ere onjuistheid wil ik aanwijzen in
de overwegingen van Gedeputeerden: „Nim
merdor" ligt geen half uur gaans van de stad;
nog niet de helft, vanaf het Juliana-plein ge
rekend.
Ten slotte de koopprijs:
Deze is wel zeer billijk te achten, daar bij
slooping van boomen en gebouwen, de op
brengst op circa f60000 is getaxeerd; de
grond zal dus niet meer dan 11,5 cent per
vierkanten meter kosten en niet, zooals Gede
puteerde Staten uitrekenen, 17 cent.
De lieer Veis He vn: Mijnheer de Voor
zitter. Met zeer veel belangstelling, echter met
andere gevoelens dan de heer Gerritsen, heb
ik kennis genomen van het besluiten van Ge
deputeerde Staten tegenover hel raadsbesluit.
Het ligt niet in mijn bedoeling, de discussies,
op 1 September van hel vorig jaar over „Nim
merdor" in deze vergaderzaal gehouden, te
herhalen, maar ik wensch alleen te verkla
ren, dat ik mij bij de meening van Gedepu
teerden volkomen kan neerleggen. Ik zal dus
stemmen voor het advies van de miifdcrhcid
van B. en W. om niet in hooger beroep te
gaan bij H. M. de Koningin. Ik zal mijn slem
uitbrengen tegen het voorstel van do meer
derheid van het Dagelijksch Bestuur, en dit
wel op de gronden, door mij in de vergade
ring van 1 September uiteengezet.
De heer Jorisscn. Mijnheer de Voorzit
ter. Op de gronden, door mij in de vergade
ring van 1 September ontwikkeld, heb ik er
thans niets tegen, dat wij ons neerleggen bij
het besluit van Gedeputeerden, want dit be
sluit strookt met de meening, die'ik toen heb
uiteengezet.
Maar er zijn nog enkele andere redenen,
waarom ik geloof, dal de raad zich moeilijk
legen dit besluit kan verzetten. Wil men die
redenen een naam geven, laat men dan spre
ken van „ethische, redenen" ik heb er vre
de mee! Men weet dat een combinatie van in
gezetenen '„Nimmerdor" in handen had. Men
kan met die combinatie van meening ver
schillen, over de vraag, of de aankoop rente-
gevend was of niet. Maar het is een feit, dat
die combinatie zoo welwillend was, de ge
meente de voorkeur te gunnen, hetgeen valt
te prijzen. Zou de gemeente nu niet onbe
scheiden worden, wanneer zij nog eens van
de welwillendheid van die combinatie ge
bruik maakte ik zou haast zeggen m i s-
bruik maakte? Moeten wij nu niet die combi
natie de gelegenheid laten, de winsten die zij
uit „Nimmerdor" denkt te trekken in mijn
obgen zijn zij denkbeeldig, maar misschien
vergis ik mij te erlangen?
Mijn tweede bezwaar tegen het voorstel
van B. en W. is dit:
Er is hier uitdrukkelijk door den voorzitter
verklaard, dat de heer Van Boetselaer op
spoed aandrong. Men mag niet veronderstel
len, dat hij dit zoo maar gezegd heeft. Daar
voor staat de heer Van Boetselaer veel te
hoog en was de verklaring van onzen voor
zitter te duidelijk. Er was inderdaad haast
bij zooveel haast, dat wij niet vier dagen
hebben kunnen wachten, totdat de nieuwe le
den zouden zijn geinstalleerd, zoodat de oude
raad het besluit nog heeft genomen. Nu zijn
er reeds vier maanden verloopen. Dat is niet