S04.
Vrijdag 26 Januari 1912.
BÜITËNLANJ).
FEUILLETON.
VOORHOF DER LIEFDE.
IOd* Jaargang.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
8 maand*n roor Amersfoort f l.OO.
l«m franso per poet1.30.
onderlijk© nummer»- 0.03.
ie Courant verschgnt dagelyke, behalve op Zon- en Veeet*
Éigen.
vertontita, mededeelingen enz., gelieve men róór 11 «ar
I morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgever»: VALKHOFF C«.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels f 0.50.
Ellco regel moor - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 23 cents by vooruitbetaling.
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeor voordeolige bepalingen tot
het herhaald advcrtoeren in dit Blad, by abonnement. Eeno
circulairebevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgevingen.
jtfgemcester en Wethouders van Amersfoort
|gcn ter openbare kennis, dat b\j hun besluit
heden aan roej. de wed. A. Smink ingevolge
|8 der Hinderwet- onder voorwaarden vergiln-
is verleend tot het uitbreid-en barer blik-
erij door plaatsing van een gasmotor van 5 P K.
jet perceel Krankeledenstrant no. 20, kads raai
led gemeente Amersfoort, sectie E, no. 5096.
persfoort, 25 Januari 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
STEN PERT- KROESE. WUÜTÏERS.
Politiek Overzicht.
Sraaf Aehrenthal en zijne
vijanden.
iraaf Aehrenthal, de minister van buiten-
tlkehe zaken van Ooslenrijk-Ilongarije, is
k en zal wel niet lang meer aan hel hoofd
liet departement blijven. Maar zijne vijan-
i loonen zich uiterst ongeduldig; 't schijnt,
zij het oogenblik niet kunnen fwacinen,
arop zij hun wcnsch bevredigd zullen
ii. Schier dagelijks begraven zij den minis-
Nu eens verkondigen zij in de organen,
hun ten dienste staan, dal hij zijn ont
ij heeft ingediend, dan weer zal hij het
dienen, den eenen dag is zijn opvolger
ds aangewezen, den volgcnuen dag wordt
naar dezen gezoem. Het is alsof er een
rnieclc drijfjacht tegen den minister wordt
houden.
Op de vraag wie de lieden zijn, die abso-
ut niet kunnen wachten tol een ernstig
cke man zich van zijn ambt ontdoet, om
cli terug te trekken in het ambtelooze leven,
ïtwoordt de correspondent te Wecnen van
Frankf. Ztg., dat di't een zeer gemengd
ezelschap is. ,,De clericalen staan aan de
lits. Bij hen werkt een dubbel motief. Yoor-
ersl meenen zij den troonopvolger in T ge
lei le komen, dien zij voor den bitterslen
genst ander van Aehrenthal houden. Dan is
het nieuwste YaWcaansche plan, de chris-
•lijk-socialcn in Oostenrijk met het centrum
an het Duitsche rijk in zoo nauw mogelijke
erbinding te brengen om eene katholiek-
luhsehe garde in t leven te roepen. Met
Fit doel moeten de Oostenrijksche clericalen
ich zoo Duitsch mogelijk voordoen en de
tederste bezorgdheid voor het Duitsch-Oos-
enrijksche bondgenootschap aan den dag leg-
jen, dat door Aehrenthal heet bedreigd le
lijn. Zij ontwikkelen een ijver en tooncn eene
volharding in den strijd, alsof achter den
ral van Aehrenthal de directe vervulling van
ïunne vurigste wenschen stond.
,Ue volgende groep is de militaire. Ook daar
speelt natuurlijk de wensch om zich aange
naam te maken bij den troonsopvolger eene
hoofdrol, buitendien echter de toorn over de
overwinning van den burger Aehrenthal, die
den held van liet leger ten val heeft gebracht,
en eindelijk het oprechte geloof, dat Italië
werkelijk aanvalsplannen tegen Oostenrijk
koestert, die Oostenrijk moet voorkomen.
Deze lieden hebben intusschcn in de politiek
weinig invloed; maar hunne relatiên reiken,
evenals die van de clericalen, tot in de hoog
ste kringen en de uitwerking van hun ondcr-
mijningsarbcid is niet te onderschatten. Dan
heeft men nog de Hongaarsche oppositie, die
niet ten onrechte in AelTrenthal een bondge
noot van graaf Khuen-Ilcdervary ziet en bei
den tegelijk ten val zou willen brengen.
„Achter alle drie groepen echter stuit men
steeds op de tnoonsopvolger, wiens dank zij
meenen te verwerven, door te hakken op den
minister Aehrenthal. Niemand weet of deze
berekening juist is. Na den val van Conrad
von Hölzendorf als chef van den grooten ge-
neralen staf wend verhaald, dat e>r een lang
durig onderhoud had plaats gehad tusschen
den troonsopvolger en Aehrenthal. waarin de
minister er in was geslaagd den aartshertog
geheel aan zijne zijde te brengen. Betrouw
bare inlichtingen waren daarover niet te krij
gen. De houding van de zoogenaamde troon
opvolgerspers zou nog geen bewijs van het
tegendeel zijn, want deze zweert bij soms
zeer verouderde leuzen. Direct beleedigend
voor den troonopvolger echter is liet motief,
waarmee zijn beweerde weerzin legen Italië
cn Aehrenthal's vredespolitiek tn de inschik
kelijkheid jegens Yatieaansohe wenschen, die
hem wordt toegeschreven, in deze kringen
worden verklaard. Deze praatjes verdienen
niet de eer van de vermelding. Voor den ver
staander is de Moote zinspeling voldoende.
„De campagne zal niets bereiken. Al zou
graaf Aehrenthal als ziek man, zich willen
onttrekken aan den sloop enden dienst, hij zou
nat nu niet kunnen, want zijn heengaan zou
in de gansche wereld worden aangeduid als
dc triomf van eene oorlogspolitiek, die in
deze monarchie niemand wil op een hand
vol geestdrijvers na, die hun hoofd kwijt zijn.
Wanneer dit drijven ophoudt en graaf Aeh
renthal -na dc zitting van de delegaliên in den
loop van het voorjaar of van den zomer zijne
plaats afstaat, dan zal zijn opvolger, wie hij
ook moge zijn, niet kunnen nalaten van Aeh
renthal's politiek juist dat deel als erfenis
over te nemen ter wille waarvan de minister
nu liet meest wordt aangevallen: de verzoe
ningspolitiek tegenover Italië."
Italië en Turkije
Het bericht uil Konstanlinopel over den
strijd bij Gargaresh vindt eene bevestiging
in hetgeen uit liet Turksche hoofdkwartier
aan de Frankf. Ztg. wordt bericht. Dit be
richt luidt: Den 18cn Januari stuitten de Turk
sche troepen op eene Italiaansche colonne,
die van Gargaresh in de richting van Zan-
zocr marcheerde. Fr ontspon zicli een hevi-
gen strijd, die acht uren duurde. Daarin
waren eerst een Italiaansch infanterie- en
een kavalerie-rcgimeni betrokken, die terug
geworpen werden. 'J'ocn daarop de Italianen
versterkingen van genietroepen, artillerie en
de regimenten 118, 40, 51, 52, 76 cn 89 had
den ontboden, konden zij zich weder hand
haven, maar moesten van den verderen tocht
tegen Zanzoer afzien. Dc Turken hadden 5
dooden en 25 gewonden. De verliezen van
de Italianen zijn veel aanzienlijker.
De Frankf. Ztg. leekent hierbij aan, dat
dit bericht de officicuse Italiaansche berich
ten in belangrijke mate corrigeert. Men heeft
niet te doen gehad, zooals de Italianen hel
voorstelden, met een Turkschen aanval tegen
Gargaresh, die is afgeslagen, maar de Ita
lianen hebben een poging beproefd om voor
uit le rukken en hebben daarvan moeten af
zien. Eerst in den loop van dezen strijd wer
den de Turken en dc Arabieren de aanval
lende partij, die toen natuurlijk de blijkbaar
veel sterkere Italiaansche strijdkrachten ook
niet uit lninnc stelling voor Garagresh kon
den verdringen en ten slotte moesten aftrek
ken. Dit tweede beeld van den strijd hebben
de Italianen uitvoerig geschetst, maar zij
Hebben verzwegen, dat hunne oorspronke
lijke bedoeling niet was de verdediging van
de stelling voor Gargaresh, maar een op-
ma rseli naar Zanzoer, en dat zij dit voorne
men niet hebben kunnen uitvoeren.
Darijs, 25 Jan. Eene nota vaai Havas
bericht, dat minister-president Poinoaré he
den avond om 1Ü uur van hot Fransdhe ge
zantschap te Rome mededeeliiigen heeft ont
vangen over den stand der tusschen den ge-
ant Rarrère cn dc Italiaansche regeer ing
aangeknoopte overleggingen tot regeling van»
hel incident niet de Carthage on om te ko
men tot de uitlevering van dc Turksche pas
sagiert, die op de Manoutxa waren inge
scheept. De kwestie was no(g niet volledig
°f gelost. Poincaré zal terstond aam Barrère
de instruction goven, die noodig zijn om het
overleg te vervolgen.
In Parijs bëgint men ontstemd te worden
over het lange uitblijven van een definitief
antwoord uit Home. Men had bepaald ver
wacht, dat Woensdag de Turksche reizigers
zouden zijn vrijgelaten. Er kwam echter
niets dan een lang rapport van den gezant
Barrère, over welks inhoud men aan de
Quai d'Orsay het stilzwijgen bewaarde. Een
dedl van de pers trachtte de vertraging
daardoor te verontschuldigen, dat het op
stellen van eeno nota, waarin het geheele
incident behandeld wordt, veel tijd vordert.
Andere bladen geven als hun indruk weer,
dat Italië de zaak opzettelijk uitstelt om te
kunnen zeggen, dat liet ten slotte de Turken
heeft vrijgelaten, omdat het zich zelf er van
heeft overtuigd, dal zij leden van de Roode
halve maan zijn.
Uit Rome wordt bericht, dat de Turksche
gevangenen door hoogleeraren van de uni
versiteit zijn onderzocht. Het onderzoek
heeft 'tResultaat gehad, dat een deel van de
reizigers genees herren en de and-eren zieken
verplegers en commissarissen van de Rood©
halve maan zijn.
In eene beschouwing over het Manouba-
incideiil drukt do Temps de meening uit,
dat het volstrekt niet verkeerd is, dat d©
Fransch-Italiaansche vriendschap zulk een©
proef heeft door te 6taan, waaruit zij onver
minderd te voorschijn zal komen. Het ie ook
niet verkeerd, dat aan de beide volken en
ook aan derden het bewijs geleverd wordt,
da' de Fransch-Italiaaneche solidariteit van
zulke verrassingen, zooals dc oorlogstoe
stand maar al te gemakkelijk meebrengt,
niets heeft te vreczen.
De Neue Frei© Prcssc is zeer verbolgen Over
de aanhouding van de Oostenrijksche Lloyd-
sloombool Bregenz in de Roode zee. Zij ©uscht
in naam van Oostenrijk-IIongarije, dat Oos
tenrijksche schepen, die werkelijk geene ver
denking kunnen inboezemen, verschoond
blijven van nuttclooze maatregelen en dat
Italië het blokkaderccht en -het oorlogsrecht
ter ze© voorzichtig ©n genereus zal handha
ven.
Duitschland.
Over de voordrachten tot versterking van
hel leger en de vloot, die zijn te verwachten,
bericht de Köln. Ztg., dat zij op alle hoofd
punten in de departementen, die daarvoor in
de eerste plaats in aanmerking komen, zijn
gereed gemaakt. De definitieve vaststelling
is echter nog niet geschied en ook is nog niet
bepaald hoe de kosten zullen worden gedekt,
Mededeeliiigen daarover zullen waarschijnlijk
eerst worden gedaan als de voordrachten den
gehcelcn weg hebben doorloopen, die daar
voor is voorgeschreven, cn door den rijks
kanselier en dén bondsraad zijh goedgekeurd.
Wat de dekking van de kosten betreft, ligt hel
eenigszins in de lucht, dat men zal trachten
die op te brengen door eene belasting op de
erfenissen. De rechtmatigheid en billijkheid
van deze belasting is in brcedc kringen er
kend. Wel is het nog niet zeker, dal de con
servatieven hun tegenzin tegen deze belasting
hebben laten varen; maar zij zullen lot hei
inzicht moeten komen, dat in den nieuwen
rijksdag nieuwe indirecte belastingen weinig
kans op aanneming hebben cn dat men, goed
schiks of kwaadschiks, gedwongen zal zijn
ct-ne belasting op hel vermogen in den eenen
of anderen vorm te kiezen.
Berlijn, 25 Jan. Te tien uur was de
uitslag bekend van 14 der 33 herstemmingen,
die heden hebben plaats gehad.
Gekozen zijn: 1 conservatief, 1 centrum, 4
nationaal-liberalen, 3 vrijzinnigen en 5 so-
ci aal-democraten.
Herkozen zijn: Ablas (Vrijzinnige, Giesberts
(Centrum).
Niet herkozen zijn: Wiemer, Eickhoff en
Linz (vrijzinnig).
26 Jan. Na afloop van de 33 herstemmin
gen van gisteren is de samenstelling van den
rijksdag aldus:
11 conservatieven, 11 rijksparlij, 10 wirt-
schafliiche Ycreinigung, 3 Reformpartei, 18
Polen, 93 centrum. 5 Welfen, 3 Bciersche
boerenbond, 45 nationaal-liberalen, 2 boeren
bond, 1 Beiersche boerenbond, 41 fortschritt-
lithe Yolkspartci (vrijzinnigen), 110 sociaal
democraten, 5 Klzassers, 2 Lotharingei's, 1
Deen, 2 wilden.
De winst- en vcrl-ieslijst van de partijen is1
conservatieven winst 6, verlies 23; rijksparuj
winst 5, verlies 16; wirtschaftliche Ycreini
gung winst 3, verlies 10; Beiersche boeren
bond winst 3; centrum winst 5, verlies 13;
Polen verlies 2; nationaal-liberalen winst 26,
verlies 30; fortschrittliehe Yolkspartci winst
11, verlies 21; sociaal-democraten winst 69,
verlies 12; Welfen winst 5, verlies 1; Elzas-
sers winst 2:, verlies 2; Lotharingers verlies
1; wilden winst 2, verlies 5.
Frankrijk.
P a r ij s, 2 5 J a n. De commissie van den
Senaat voor dc Fransch-I)uit.salie overeen
komst heefit besloten lot goedkeuring te ad-
viseeren met 15 logen 2 stemmen. Vier leden
van -de commissie onthielden zich van stem
men.
Uit Parijs wordt bericht, dat de Franschc
gezant in Spanje, die lhan6 daar vertoeft,
met nieuwe instruction naar Madrid zal ver
trekken. Dez© voorstellen zullen niet belang
rijk afwijken van de vorige, maar in d©n
vorm duidelijker en verzoeniijkcr zijn.
Engeland.
P a r ij <s, 2 5 J a n. De Koning van Engeland
heeft aan president Fallières zijn dank ge
seind voor de eer, hem bewezen door het
zenden van een eskader tot zijne begroe
ting.
De strijd om honierulc neemt ernstige vor
men aan in Belfast, hel centrale punt van
Ulster. Eenerzijds volhardt men bij hel plan,
dut minister Winston Churchill den 8cn
Februari in de Ulster Hall de aangekondigde
rerlp Ln gunste van homerule zal houden, ter
wijl de andere zijde even hardnekkig blijft
bij het besluit om bet houden van deze rede
met alle middelen le verhinderen. liet voor
nemen van de unionistische strijd-organisa-
lie moet zijn, de Ulster Hall vóórdat de ver
gadering begint, met potige partijgangers te
bezetten en bovendien een lijdelijk verzot te
or ga niseeren, in dezer voege, dat 100,1)00 man
de toegangen tot de Ulster Hall versperren.
Door dc liberalen worden plannen beraamd
om uit Icrsgezinde streken versterkingen naar
Belfast te zenden. Naar verluidt, zal het gar
nizoen van Belfast met drie infant er ie-regi-
menten en cenige afdeelingen kavalleric ver
sterkt worden.
In Engeland is de unionistische partij den
strijd tegen homerule op krachtdadige wijze
begonnen. In Lancashire en Cheshire wer
den op één avond 60 vergaderingen gehou
den, waarin Sir E. Carson, Austen Cham
berlain, Walter Long, F. E. Smith en andere
conservatieve leiders het woord voerden.
Spanje.
De verwachting, dat de Kamerzitting op
heldering zou brengen over de laatste
krisisgeruehten, <is niet vervuld. Dc republi-
keinschc leider Azcarate interpelleerde de
regeering en vroeg of er eene krisis was ge
weest. Minister-president Canalejas sprak,
hel 'bestaan van eene krisis legen cn de con
servatieve leider Maura sloot zich daarbij
aan, terwijl dc socialist Iglesias beweerde,
dal de Kroon wel degelijk was opgetreden.
De uitkomst van de interpellatie wordt over
't algemeen als onbevredigend beschouwd.
Portugal.
Lissabon, 25 Jan. Tengevolge van
meeningsverschillen iu den Portugee«chcn
ministerraad, heeft de minister van marine
zijn ontslagaanvrage ingediend. Hij zal wor
den vervangen door den minister van justi
tie.
Lissabon, 2 5 J a n. Niet de minister
van marine, maar de minister van koloniën
heeft zijn onts...genomen.
Het Portugeesche gezantschap le Londen
verklaart liet bericht van den aanstaanden
verkoop van Portugeesche koloniën voor on
juist. De republikeinsche regeering is voor
nemens de koloniën zelve te ontginnen. Mei
het oog hierop is besloten tot dc oprichting
van eene koloniale bank.
Oostenrijk-Hongarije.
Budapest, 25 Jan. Aartshertog Jozef
is geopereerd van eene blindedarmontste
king. Dt toestand van den patiënt is Ixsvre-
digen hij is echter noig niet buiten gevaar.
Wc enen, 25 Jan. Men meldt uit Bu
dapest, dat de presidenten van den Oosten-
rijkschen ©n van den Hongaarechen minis
terraad gisteren een onderhoud hebben ge
had, in den loop waarvan zij zijn overeen
gekomen, dat in geval dei- ontslagaanvrage
van Aehrenthal, diens politiek moet word©n
voortgezet.
De gezondheidstoestand van den minister
van buitenlandsche zaken graal Aehrenthal
wordt gezegd zoo ongunstig te zijn, dat zijne
familie haar best doet om hem te bewegen
een langen lijd ontspanning ie nemen. Do
Neue Freie Presse deelt mede, dat zijn toe
stand, na zijne terugkomst van de Sémmc-
ring, niet verbeterd is; daarom zal misschien
de behoefte blijken om hem de mogelijkheid
te bieden, zich binnen zeer korten tijd' dc
noodige rust te gunnen.
Aan <le Frankf. Ztg. wordt bericht, dat lidt
aftreden van den minister werkelijk alleen
om gezondheidsredenen zal geschieden. ,,Men
moet dat mededeelen, opdat niet de gedachte
zal ontstaan, dat de tegenstanders van den
minister er in geslaagd zijn, hem ten val te
ROMAN DOOR
ANNA WA1ILENBEKG.
Maar deze band was niet sterk genoeg om
haar tegen te houden. Op een morgen, een
jaar nadat haar man haar had verlaten, lag
ze stijf en wit in baar bed, en het werd nooit
opgelost of ook chloraal een rol gespeeld
had bij haar plotselingen dood.
Op denzelfden dag werd Stefaan naar het
huis aan de straat gebracht om daar »e blij
ven. En hij dacht niet aan zijn moeder vóór
hel avond werd en hij ging slapen.
Maar toen wilde hij naar huis toe. Hij kon
nic't gclooven aan liet wonderlijk verhaal,
dat men hem deed, dat ze weg was. Nooit
ging ze vroeger weg van huis.
Met geweld moest men hem in bed tegen
houden, en hij sliep in onder diep gesnik.
Deze scène herhaalde zich daarna avond na
avond, ofschoon met afnemende heftigheid,
tot dit ten slotte wegbleef en men begon 'e
gelooven dat de overledene uit zijn gedach
ten was gewischt. Maar toen bleek hel, dat
de lierinnering voortsmeulde onder de asch.
De bewoners van hel achterhuis werden op
een morgen tot hun verwondering gestoord
door geklop en geroep in het voorportaal
van Iljalm's leege woning, en toen ze zich
daarheen haastten, zagen ze Stefaan met dc
vuisten slaan op de deuren. Zijn gezicht was
vuurrood, en de tranen rolden langs zijn
heete wangen.
,,Mama", schreeuwde hij. „ik wil binnen
Ik wil binnen." En toen niemand hem open
deed, schopte hij woedend tegen de deur
,,Mama, dc jongens zijn zoo gemeen. Ze
hebben me geslagen."
De buurdames trachtten hem te overtui
gen dat zijn moeder niet meer daar binnen
was, maar hot gelukte haar niet Iiij bleef
voortrocpcn en kloppen, in de vaste overtui
ging dal ze hem ten slotte zou binnenlaten.
Er was geen andere raad op dan mevrouw
Harder te roepen, en ook voor haar was het
geen gemakkelijke taak hem te kalmeeren.
Toen ze hem eindelijk mee naar huis kreeg,
nam ze hem op haar schoot, cn droogde zacht
zijn natte wangen.
Stefaan was nauwelijks vier jaar, en hoe
moest men zulk een klein kind duidelijk ma
ken dat hij geen moeder meer had
,,Ik zal je eens wat vertellen, Stefaan,"
zei ze, ,,je moeder is niet hier en ze kom
ook niet meer terug. Ze is ver, ver weg.
„\Yaar is zc dan," vroeg Stefaan.
,,In het hemelrijk."
Stefaan bleef even nadenken, 't Hemelrijk?
Ja, dat kende hij. Daar was hel heerlijk en
mooi, dat hadden de meisjes in de keuken
hem verteld. En daar kwamen alleen goede
en deugdzame menschcn. Hij kon dus heel
goed begrijpen dat zijn moeder daar geko
men was.
,,En als jij een zoete jongen bent, kom
er ook eens," zei zijn tante.
Kijk, tante kende het hemelrijk even goed
als de meisjes. Ze wist ook dat men zoet
moest zijn om daar te komen.
Stefaan begon meer vertrouwen in haar
woorden te stellen, nu ze overeenkwamen
met die van dc dienstmeisjes.
,,Ja," zei hij ,,ik zal heel zoet zijn."
„En oindat je Ma nu niet meer hier is,
moet je mij Ma noemen en oom Karl Göran
Pa," zei tante zacht, terwijl ze hem over hel
haar streek. ,\Vit jc dat?"
„Nee," antwoordde Stefaan norsch, en
gleed van haar knieën, want hij had het katje
in 't oog gekregen, dat naar zijn eigen staart
greep, en dat spelletje wilde hij meespelen.
Het voorstel om menschen, die niet vader
en moeder waren, pa en ma tc noemen', vond
hij al te gék om er een gedachte aan le wij
den. "Maar daarentegen peinsde hij veel over
hetgeen tante gezegd had, dat hij en moeder
elkaar eens zouden ontmoeten.
Op een dag nam mevrouw Harder hem ineo
op een wandeling, en zc hadden nog slechts
een paar stappen gedaan, toen Stefaan Ibleef
staan en met ongewonen ernst zijn oogen op
sloeg naar zijn begeleidster.
„Tante Charlotte," vroeg hij „laten we nu
naar het hemelrijk gaan."
En toen mevrouw Harder verbaasd naar
een passend antwoord zocht, (klemde Ihij zijn
handje vaster in de hare.
„Ik ben zoo zoet geweest, tante Charlotte,"
smeekte hij dringend. „En ik zal niet moe
worden, en ik zal niet vragen om gedragen
te worden."
Ilij zoiu zoo lief en gehoorzaam zijn, als
tante Charlotte maar niet nee zei. (Maar tante
boog zich naar hem toe cn kuste zijn handje.
„Nu niet, kleine Stefaan," zei ze, „nu niet."
's Avonds, toen zij en haar man bij het bedje
van den slapende» jongen stonden, vertelde
zc hem Stefaan's vraag, n Karl Göran be
schouwde geroerd het rozige gezichtje op het
kussen.
„Hij heeft een trouw, warm hartje," zei hij.
„Ik hoop, dat hij het ons zal geven,"
II.
Langzamerhand kwam er een verandering
in het groote huis aan dc straal, den tuin, de
binnenplaats, ja inde geheele fabriek. En dat
kwam nu niet omdat de meubelen in de ka
mer, de boomen, de muren van de plaats of
de huizen zelve veranderden. Het kwam al
leen omdat Stefaan meende, dat alles hem be
hoorde. Ze behoorden bij hem, en hij bij hen,
en dat had hij niet gevoeld toen hij nog met
zijn moeder in het kleine huis woonde
En ook tante Charlotte cn oom Karl Göran
hadden dezelfde verandering ondergaan. Ze
waren veel meer van hem geworden en hij
\an hen dan vroeger, en hij begon vaag tc
begrijpen, dat juist het bij hen zijn maakte,
dat hij alles als het zijne beschouwde.
Langzamerhand was ook hel verschil tus
schen tante Charlotte cn zijn moeder, en tus
schen zijn vader, die op reis was, en oom
Karl Göran veel minder duidelijk geworden.
Als tante Charlotte hem liefkoosde, en 'hem
vroeg „mama" een kus te geven, dan begreep
hij. dat zij zich zelf meende met mama. En
z- kroeg den kus.
En als oom Karl Göran riep: Jcom eens bij
papa", dan holde hij naar hem toe. Nu en dan
gaf hij hun ook van zelf dc nieuwe namen, tot
dit vaste regel werd. Hij had geheel vergelen
dat ze niet zijn echte moeder cn vader wa
ren.
Charlotte en Karl Göran Harder hadden
ook bijna vergeten, dat hij niet hun eigen
kind was. Zc waren verscheiden jaren ge
trouwd, zonder ooit con nakomeling gehad te
hebben, cn de hoop daarop was zoo goed als
vervlogen.
Stefaan kwam dus heel gelegen om hun
verlangen naar vader- en moederschap te be
vredigen, en hij groeide spoedig zoo vast in
hun gezinsleven, alsof hij hun echte zoon was.
Toch gebeurde het nu en dan, dat hij, Karl
Göran, moest denken aan Cecilia, en. eens toen
Charlotte tegenwoordig was, vergat hij zich
zoo, dat hij deze gedachte uitsprak.
.,llij lijkt precies op zijn moeder," zei hij.
„Cecilia," nee, dat vind ik niet."
Charlotte's toon was kortaf, en snibbig,
zoodat Harder dadelijk uit zijn droom ont
waakte. Ilij begreep zelf niet hoe hij zoo dom
kon zijn, Charlotte er aan tc herinneren,
niet alleen dat Slofaan het kind van een an
der was, maar ook dat hij de trekken droeg
van haar mans eerste liefde.
Ilij zweeg, maar zijn natuur was nu een
maal zoo, dat hij nooit rustte vóór hij onaan
gename woorden weer goed had gemaakt.
En het duurde niet lang vóór hij weer met
Charlotte sprak over het uiterlijk van klei
nen Stefaan.
Dezen keer was hij niet in droomen ver
diept, maar hij keek zijn vrouw met een on-
schukligen, helderen Wik aan.
„Weet je, dal ik vind dat je gelijk hebt,"
zei hij, Stefaan's wang streclcnd. „Ilij lijkt
niet op Cecilia, maar op jou!" Stefaan leek
niet het minste op Charlotte, maar ze lachte
tevreden en gelukkig.
„Ja," antwoordde zc, „dat vind ik ook."
Wordt vervolgd.