r. *is.
19'* JMrfABf.
Vrijdag 9 Februari 1912.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
VOORHOF DER LIEFDE.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
P«r 8 aiAAnden roor Amersfoort f l.OO.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Doze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zoi.- en Feest*
dagen.
Advertentiënmededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
'«morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C».
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en Aanvragen 35 cents b\j vooruitbetaling.
Uroote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeline bepalingen tot
het herhaald adverteeron in dit Blad, by abonnement. Bene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politick Ovaralcht
De revolutie in China.
Dc berichten uit China blijven vol kleur
cn afwisseling. Zij verdienen onze volle be
langstelling, maar moeten steeds met een kri
tisch oog en met groot wantrouwen in hunne
juistheid en betrouwbaarheid bekeken wor
den. De Duitsche Kabclgrammgescllschaft
heelt in een telegram uit Sjanghai als een feit
vernield, dat de dynastie tot het besluit ge
komen was om afstand te doen van hare
macht; alleen zou er nog eenige dagen mee
gewacht worden om dal feit ter kennis te
brengen van het groote publiek, hel publiek
in China wel te verstaan, want buiten China
mocht men 'l alvast welen. Dat „feit" blijkt
echter vooralsnog geen feit te zijn; de ver
spreiden- van liet bericht heeft eene geduchte
afstraffing voor zijne voorbarigheid ontvan
gen. Zoo meldde de Pekingsche correspondent
van de Daily Telegraph: „Onjuiste berichten
schijnen door lieden, die inet het werkelijke
China niet vertrouwd zijn, naar Europa te
zijn gezonden. Het is zotheid aan te nemen,
dat de Kroon plotseling aan de Nankingscht
regeering, welker strijdkrachten in iedere
ontmoeting nog geslagen zijn, hare blinde on
derwerping zou aankondigen. Even dwaas is
liet te gclooven, dal de militair onmachtige
Soenjatscn aan Poking zijne voorwaarden op
dringt. Joeaiisjikai heeft door zijn schitte
rend spel de uiterste Mandsjoes zoowel
als de uiterste republikeinen overwonnen en
bouwt nu eene middenpartij op om eene zui
ver Chincesche oplossing te krijgen".
In overeenstemming hiermee schrijft de
Frankf. Zlg., dat de opvatting, dat dc repu
bliek is uitgeroepen, de gebeurtenissen voor
uit loopt, en dal er twijfel bestaal of dc abdi
catie van de Mandsjoc-dynastie als een vol
dongen feit kan worden aangemerkt. „Wat
voorshands schijnt vast te slaan is dit, dat
de verschillende factoren van de keizerlijke
partij eindelijk 'l er over eens zijn geworden
hoeveel zij de republikeinen kunnen toestaan
«'li hoeveel zij van hen willen eischcn. Deze
factoren zijn de Keizerin-weduwe, de Mand-
sjoe-grooten en generaals cn Joeansjikai. Zij
zijn onder elkaar tol overeenstemming ge
komen, maar nog niet mei de republikeinen
„Het is echter in dc tweede plaats ook
aan twijfel onderhevig of men datgene, waar
over zij het eens zijn geworden, al6 de Chi-
nc&sche republiek mag aanduiden. Want als
de tot dusver ontvangen berichten niet vol
komen misleidend zijn, dan wordt voor den
Keizer het behoud, nóel alleen van den titel,
maar van eene zeer groote nTachtssfeer als
godsdienstig hoofd van het rijk verlangd
Over de plaats van zijne toekomstige resi
dentie zegt een bericht, dat hij bereid is zich
naar Jehol terug te trekken, terwijl hij vol
gens een ander bericht in Peking zal blijven
reisdeeren. Nu sfcelie men zich deze toekom
stige „republiek China" voor Het parlement
en de hetzij door het .parlementh hetzij door
het volk gekozen president benoemen den pre
sident. Naast hem echter zit een Keizer, die
zijn titel niet alleen verder voert ate uiter
lijk sieraad, zooals Napoleon III den zijnen
na 1871 heeft behouden, of zooais de jeug
digc Dom Manuel voortgaal Koning genoemd
te worden. Deze Chin«eschc Keizer zou zijne
residentie behouden, zijne rijkdommen, zijn
recht om titels te verleenen en bovenal de
geheele godsdienstige opperheerschappij en
macht, die wij Europeanen na meer dan dui
zend jaren van pauselijke geschiedenis niet
gering kunnen schatten.
„Men kan, zooak is gezegd, twijfel koeste
ren of zulk eene verdeeling van macht staats
rechtelijk als republiek of als eigenaardige
vorm van constitutioneele monarchie zou zijn
aan te duiden. Maar dat is eene meer theo
retische kwestie. Van meer gewicht is de
vraag of zulk een stelsel op cenigszins houd
bare voeten zou staan, en dat is zeer twij
felachtig. Het keizerlijke huis zou zóóveel
latente macht behouden, dat het misschien
dc groot-s te, zeker echter een van de groot
ste en invloedrijkste factoren in de Chinee-
sche politiek bleef. Ook zou het gevaar van
eene tegenomwenteling dan nooit buiten re
kening kunnen worden gelaten. Zulk eene
regeling van den toestand in China zou zoo
wel voor Chincozen als voor Europeanen
het groote no deel hebben, dat zij weinig
vertrouwen kan inboezemen in hare houd
baarheid. Tot dusver is intus-schen de keizer
lijke partij nog volstrekt niet tot overeen
stemming met de republikeinen gekomen om
trent deze voorstellen."
Italië en Turkije.
K o n 6 I a n t i no pel, 8 F ebr. De mi
nister van oorlog iieefl bericht ontvangen.
dat de Italianen gedurende drie dagen Kon-
foeda hebben gebombardeerd.' De kazerne,
dc konak, het gebouw van den quarantaine-
dienst en een gedeelte van de stad zijn ver
woest. Menschen zijn niet getroffen.
De Italianen hebben wapenen gezonden
naar Seid Idriss en stelden voor hem te hel
pen. De stammen in den omtrek zijn echter
tegen Idriss opgestaan.
Volgens een telegram van den bevelhebber
in Benghazi aan den miester van oorlog,
hebben de Italianen ernstige nederlagen ge
leden in de nachten van 25, 2»> cn 27 Januari
Zij zouden meer dan 13CH» dooden hebben ge
had. Do stad is met gewonden gevuld. De
Turken cn Arabieren hadden 37 dooden en
89 gewonden.
(Eene offici&usc Jtaliaanschc nota van
Februari heeft tegengesproken, dat er ge
vechten in Benghazi hebben plaats gehad).
Generaal Caneva is bij zijne aankomst te
Rome door den minister van oorlog ©n door
den chef van den generales staf aan het sta
tion begroet. Hij reed onder de levendige
toejuichingen van de menigte in een auto
mobiel naar het ministerie van oorlog.
Naar aanleiding van de commentaren in de
pers over deze reis van den opperbevelheb
ber, schrijft de Nuc Freie Presse: Het heet,
dat Caneva voor hel begin van den groote-n
niarsch in het binnenland nog ruggespraak
wil voeren met de regeering te Rome. Aan
den anderen kant verhaalt men in Italië, dat
Canpva's terugroeping voor de deur staat,
liet heeft wel is waar niet aan stemmen
ontbroken, die eene krachtiger 'leiding van
de opera tién verlangden en den opperbevel
hebber al te groote voorzichtigheid cn be
dachtzaamheid vei weten. Of deze voorvech
ters van eene impulsievere strategie de zaak
beter zouden en konden maken, wanneer zij
op dc plaats zelve tol handelen worden ge
roepen en met de verantwoordelijkheid voor
elk échec werden belast, kan men daarlaten.
Wanneer men wil komen tot eene billijke
kritiek van den arbeid van generaal Caneva,
dan zouden vóór alles de vragen beantwoord
moeten worden, in hoever de Tripoli-onder
neming militair voorbereid was en hoeveel
Caneva eerst na ter plaatse verkregen ken
nis van wat noodig was hee<fl moeten in het
leven roepen, welke regelingen hij moest
treffen en welken omvang hij moest geven
aan de materieel© maatregelen en voorzor
gen. Men heeft in Italië indertijd in Abeseynië
aan generaal Baratieri het verwijt van na
latigheid en al te groote voorzichtigheid ge
daan, hetgeen Baratieri aanleiding gaf den
slag bij Adua te wagen.
Volgens de Turijnschc Stampa bestaat er
voor de reie een reden, die gedeeltelijk ligt
op het gebied van de binncnlandsche poli
tiek. De oppositie schijnt aan het kabinet-
Giolitti geen verderen steun meer te willen
verleenen, maar het kabinet ten val te wil
len brengen. Zij wil daarom, als de Kamer
weer bijeen is gekomen, eene dnscuesie over
dc militaire en politieke leiding van den
oorlog uitlokken. GioKtti wil wel is waar
dit debat beperken, maar aan den anderen
kant de noodige gegevens voor het ingrijpen
van de regeering in dit debat zoo volledig
mogelijk verzamelen; ook daarom heeft hij
generaal Caneva laten komen.
Dc te Milaan verschijnende Resto del
Carlino bericht uit Rome, dat daar alge
meen de overtuiging heerscht, dat generaal
Caneva niet meer naar Tripoli zal terug
keer en en dat waarschijnlijk generaal Ca-
dorna hem zal vervangen.
De afgevaardigde de Marinis, die als rap
porteur over de begrooting van bni/tenland-
scbe zaken tot de welingelichten behoort,
heeft, verklaard, dat de ontevredenheid van
verscheidene vaui het oorlogstooneel terug
gekeerde parlementsleden aanleiding gege
ven heeft om generaal Caneva naar Rome
te roepen. Hij drukte den wensdh uit, dat
de opvolger van Caneva in Tripoli zijne
werkzaamheid zoo zal inrichten, dwt de te
genstelling tusschen de heldhaftige houding
van de soldaten en officieren en de missla
gen van liet opperbevel verdwijnt. Overigens
meent hij, <l<at men de oplossing van
het vraagstuk van den Afrikaanschen oor
log niet moet zoeken in de gevechten aan
de noordkust van het donkere werelddeel,
maar in de diplomatUke actie of in de werk
zaamheid van de vloot.
De Temps constateert, dat de officieelc in
lichtingen over het gebeurde in Hodeida deze
zaak tot zeer geringe afmetingen terug bren
gen. Alleen dc stad Djebana is gebombar
deerd, maar de werkplaatsen en magazijnen
van de Fransche maatschappij, die den
spoorweg Ras Ketit—Sanaa aanlegt, zijn niet
beschadigd. De Temps voegt hieraan een
woord van strenge afkeuring toe voor hen,
die er bijna in geslaagd waren de vorige, nu
gelukkig .geregelde incidenten nog ingewik
kelder t'e maken door een imaginair inci
dent.
Duitschland.
Berlijn, 8 F ebr. Op voorstel van den
nationaaUibena'len leider Bassermain werd
de rijksdag onmiddellijk bij het begin der
zitting tot morgen 2 uur \erdaagd, omdat
de vóórberaodelagingen tot de presidents
verkiezing zulke groote moeielijkheden op
leveren, dot deze op hel o ogenblik nog niet
bunnen worden opgelost.
Uit Munohen wordt bericht, dat men daar
verwacht het optreden van een clericaal-
feodaal ministerie. Er worden namen ge
noemd van candidaten voor het minister
ambt. Als minister-president zou optreden
het bekende lid van den Dujtseben rijks
dag baron von Hertling, als minister van
buitenlandschc zaken de rijksraad baron
von "Würtzburg, als minister van financiën
bankdirecteur Pechmaan. De Köln. Ztg. ver
neemt, dot dit gerucht missohiwi slechts
voortkomt uit hot feit, dat eene feodnal-
clericale groep in de laatste dagen vóór de
verkiezingen ernstig werkzaam is geweest
om aan liet hof eene verandering van stem
ming teweeg te brengen.
Een bericht van de Frankf. Zlg. opent
hot uitzicht op nog andere gevolgen van
het politieke conflict, dat in November jJ.
leidde tot ontbinding van den Landdag en
op den dag der verkiezingen voor den nieu
wen landdag het gezamenlijk verzoek om
ontslag van alle ministers tengevolge had.
De prins-regent, die op deze ontslag-aanvra
ge heeft geantwoord, cia,t hij zich zijn be
sluit nog voorbehield, heeft sedert mot zijn
o-udsten zoon, prins Ludwig, bij herhaling
geconfereerd. Hij koestert den wensch, met
het oog op zijn hoogen leeftijd, het regent
schap, dat hij gedurende 25 jaren iheeflt ver
vuld, over te dragen aan zijn oudsten zoon
en erfgenaam. Die wensch schijnt spoedig
dn vervulling te zullen gaan.
Berlijn,, 8 F ebr. De koning van Dene
marken is beden avond naar Petersburg ver
trokken.
Berlijn, 8 F ebr. Lord Maltinne, de
Engelsche minister van oorlog, die hier is
aangekomen, heeft in een gesprek bevestigd,
dat hij slechts als particulier hier verblijf
houdt.
Londen, 9 F e b r. De Daily Telegraph
is door het Foreign Office gemachtigd om
te berichten, dat lord Haldane als voor
zitter van de koninklijke cotnmifesie voor
de universitaire opleiding in Londen zich
naar Berlijn heeft begeven om een onder
zoek in te. stellen naar dc wetenschappe
lijke opleiding aan de Duitsche universitei-
ten. Daar hij echter met vele mannen van
aanzien in Duitschland bekend is, zal hij on
getwijfeld algemeene gesprekken voeren over
den politieker toestand en dc betrekkingen
tusschen de heide landen.
De reis van den minister van oorlog lord
Haldane naar Berlijn geschiedt volgens de
Daily Chronicle om redenen van zuiver pri
vaten aard.
De Engelsche gezant te Berlijn, Sir Ed
ward Goschen, is naar Londen ontboden,
van waar hij spoedig wordt terug verwacht.
In sommige politieke kringen wordt dit be
zoek in verband gebracht met de onderstelde
onderhandelingen tusschen Groot-Brittannie
en Duitschland. Waarschijnlijker is echter,
dat dc reis van den gezant betrekking heeft
op de schikkingen voor het aanstaande be
zoek van den Korting aan Berlijn.
B e r 1 ij n, 8 F e b r. Hedennamiddag is die
gene raai - v eldmaa rscha Ik Von Hahrfke over
leden.
België.
Brussel. 9 F e b r. De Chronique be
richt, dat de Mei-vergadering van de Neder-
landsch-Belgische commissie is uitgesteld tot
einde Juni.
Frankryic.
P a r ij s 8 F e b r In het voortgezette
debat over de Fransch-Duitsche Marokko-
overeenkomst verklaarde Pichon, dat de
overeenkomst van 19t>9 in geen enkel op
zicht de deelneming uitsloot van andere sta
ten aan de ontsluiting van Marokko; de mede
werking van Engclsohcn en Spanjaarden was
zelfs voorzien. Het is hem intussehen bekend,
dal er ook eene tegenovergestelde opvatting
bestond. Hij zou voor de aanspraken van
Duitschland niet gezwicht zijn Hij zal niet
het verdrag votecren, dat voortvloeit uit het
gesprek te Kissingen.
Voor spreker was dc Congokwcstic niet
voor discussie vatbaar. Sedert Mei was er
sprake van den afstand van Congogebied.
Spr. gelooft, dat het eerste denkbeeld van den
afstand dateert van 1905 en kwam van
Duitschland. Wij deden verkeerd ons te lec-
nen tot onderbandelen; volgende op dc zaak
van Agadir. Rijkskanselier von Bethmann
wilde zich met Frankrijk alleen verslaan,
maar men verheelde aan de Fransche open-
hare meening de voorwaarden der entente,
want als zij ze had geweten, zou ze er tegen
zijn opgestaan. De regeering deed verkeerd
met niet genoeg vertrouwen te hebben in dc
stoffelijke en zedelijke krachten van de natie
Om tot het verdrag met Duitschland te
komen, hebben wij de eenheid van ons equa
toriaal rijk verbroken. Het land moet weten
wat het protectoraat aan geld en aan men-
sehcu zul kosten
Spr. wenseht, dat Frankrijk de vriend
schap met Italië nauwer zal toehalen
De wijziging van onze Marokkaansche po
litiek heeft een erhstlgcn inbreuk gemaakt
op onze betrekkingen met andere groote sta
ten. Er zullen nieuwe overleggingen met
Duitschland noodig zijn om den vrede te
kunnen handhaven. Wij moeten alles doen
wat met onze rechten en belangen overeen»-
komt. Spr. zal niet zijne medewerking Ont
houden aan eene regeering, die de algemee
ne richtingslijn van de Fransche politiek niet
zal veranderen en de vriendschapsbetrek
kingen cn bondgenootschappen zal behou
den en versterken. Het Russische bondge
nootschap is hel onderpand voor de veilig
heid van Frankrijk en de rust van Europa;
de entente met Engeland zal zich moeten ont
wikkelen als waarborg voor het Europeesdhe
evenwicht.
Morgen voorzetting.
Engeland.
Belfast, 8 Februari. Aan minister
Churchill werd door een groote menigte een
vijandige ontvangst bereid toen hij van tzijn
hotel naar het voetbalveld vertrok waar een
meeting was belegd. Zijn automobiel werd
tegen gehouden door bütoogers tegen het
home-rule doch met hulp der politie kan
Churchill voorwaarts gaan.
Belfast. 8 F ebr. Minister Churchill
zette in groote trekken het hoincrule-plah van
cle regeering uiteen, dat een onderdeel zal
zijn van een plan van parlementaire verdee
ling, dat gevorderd wordt door den steeds
drukkender wordenden last van de werk-
lamheden van het rijksparlcmcnt.
De belangen der minderheden, zoowel als
die van de meerderheid zouden in het ler-
sche parlement en den Ierschen Senaat ver
tegenwoordigd worden. De godsdienstvrijheid
zal worden beveiligd door het recht van
de Kroon om sanctie te weigeren aan een
onrechtvaardige wet en de bevoegdheid van
het rijksparlcmcnt om zulk een wet 'e her
roepen.
Wat de financiën betreft, verklaarde Chur-
.'hill, dat aan Ierland een bedrag als subsi
die moet worden verleend-, groot genoeg om
het land in staat te stellen zich zelf te regee-
ren.
18 ROMAN DOOR
ANNA WAHLEMBEB0.
Zijn ceniig verlangen was dat de Janson'e
heen zouden gaan En daar hij den prijs
kende, waarvoor ze hem met rust zouden
laten, cn hij begreep dat hij toch nooit iets
over de zaak met zijn pleegvader zou spre
ken, besloot hij hen gerust te stellen.
„Jelui behoeft niet bang te zijn, dat het
uit zal komen."
De belofte was gegeven, cn op liet zelfde
oogenblik herkreeg de koperslager zijn ze
kerheid van optreden, hij gaf Stctaan dc
hand en zei, dat hij hoopte, dat ze nu. weer
even goede vrienden als vroeger zouden zijn
Daarna boog hij et» ging heen, gevolgd door
zijn zoon.
Maar toen Stefaan alleen was, dacht hij er
nog niet aan zich te wasschen en le klee-
den. Hij bleef zitten peinzen zooals zooeven.
en de tijd verstreek. Dc boot, waarmede hij
naar buiten zou varen, was al lang geleden
vertrokken, cn nog bleef hij zitten. Het
etensuur brak aan, cn nog zat hij precies
zoo. Maar daar helde de telefoon, en hij
moest antwoorden.
Van buiten werd er gevraagd, waarom hij
niet met de boot gekomen was, en hij ant
woordde, dat hij verhinderd was, maar la
ter zou komen
Toen hij den hoorn opgehangen had, liep
hij heen en weer door de kamer, zonder zich
te kunnen dwingen, tollet te maken en uit
te gaan llij wilde geen menschen zien. Ze
stonden hem tegen, tot welke klasse ze ook
behoorden, 't Was hem of hel woord „die
venbende" dat hij de arbeiders toegevoegd
had, op hem zelf was blijven hangen.
En het was waar, het kon evengoed op
zijn klasse toegepast worden als-op een an
dere.
Misschien was de aanklacht van den ko
perslager niet zoo ongegrond. Ze kwam im
mers uit den mond van dSh boekhouder, en
die moest de zaak toch geweten hebben.
Waarom ook zou zijn pleegvader een uit
zondering zijn? Bestonden er wel uitzonde
ringen? De menschen die hij het best kende?
waren zijn schoolkameraden, en hoe waren
die?
Over brutale leugens lachten ze alsof het
geestigheden waren en ze bedachten allerlei
wijzen ui'l om te knoeien, en dat werd als
zoo'n natuurlijke zaak beschouwd, dat ook
hij er wel eens aan meegedaan had. Zouden
die wel ooit eerlijk kunnen worden? En zou
den hun ouders op de schoolbanken wel ooit
heter geweest zijn? Of zouden hun ouders
zich later bekeerd hebben, zooals ze zich nu
altijd voordeden?
Hij geloofd© nie£ aan zulk een merkwaar
dige verandering. Hij geloofde aan niets.
Had thij wel ooit zoo duidelijk als vandaag
gcaien, 'hoe dc menschen eigenlijk waren
onder hun uiterlijkcn schijn. Hij verachtte
hen zonder uitzondering. Zich zelf ook. Hij
lxad immers ook geknoeid, en knoeide nog,
nu hij verborg wat hij wist.
Terwijl hij daar zoo liep te peinzen, was
hij niet zoo eenzaam in huis, als hij dacht.
Hij hoorde niet, hoe de voordeur zacht
geopend werd. zag niet, hoe iemand keek of
zijn jas nog aan den stander hing en wist
ook niet <kit iemand naar zijn schreden luis
terde, cn tenslotte weer ©ven stil wegsloop.
Evenmin hoorde hij hoe een tijdje daarna
de deur opnieuw geopend werd, en dezelf
de persoon stond te luisteren of hij er nog
was.
Eerst toen, cr op de deur van zijn eigen
kamer geklopt werd, werd hij bewust van
de tegenwoordigheid van een tweede.
„Kom binnen," zei hij achteloos, terwijl hij
bij de schrijftafel ging zitten, met den rug
naar de deur. llij sloeg een boek open en
deed alsof hij las.
Het kon immers niemand anders zijn dan
dc werkvrouw, die dc kamers schoon hield.
En zij moest maar denken, dat zijn vlijt hem
tegenhield, nu hij eigenlijk buiten behoorde
te zijn.
De deur ging open, en hij verwachtte
„goeden avond" te hooier zeggen op lagen
toon, waarop hij evenzoo geantwoord zou
hebben, zonder op te kijken. Maar hij hoorde
niets, en toen hij verbaasd het hoofd op
hief, zag hij een heel ander gezicht dan hij
verwachtte. Op den drempel stond een jong
meisje met lichtbruine schitterende oogen,
cn weelderig krullend haar.
Het was Iiibna, die op hetzelfde oogenblik
vroolijk begon te lachen
„Ja, ik ben het," zei ze, voordat Stefaan
nog iets gezegd had „Vrouw Englund had
zooveel te doen, dat ik haar wat wilde hel
pen. Maar hoe komt het dat je nog niet weg
bent?"
„Ik wilde juist heengaan," zei hij, terwijl
hij opstond cn het boek weglegde.
„Maar je hebt zeker nog niet gegeten, nu
je je nog niet aangekleed hebt."
„ik eet als ik thuis kom.''
„Als je thuis komt, ja! Is dat een manier
om /oo hongerig rond te loopéb? Dan heb
ik 't toch goed geraden, toen ik zoo pas de
jas in de vestibule zag hangen. En ik dacht,
iets is toch altijd beter dan niets."
Terwijl zc sprak, was ze naar de tafel
gegaan en had een pakje uitgepakt, dat ze
meegenomen had. En op het papier lagen
drie lekkere boterhammen, klaarblijkelijk
juist uit den winkel. Want ze waren doorge
sneden, gesmeerd en 'belegd 'met tong, ham
en kalfsvlcesch.
„Als je blieft," zei ze buigend.
Haar jong, frisch gezicht, haar vroolijk-
lieid, en vooral haar vriendelijkheid om aan
hem te denken, en voor hem te zorgen,
beurden hem op. Af aar op hetzelfde oogen
blik onderdrukte hij dat gevoel.
„Nee, dank je wel," zei hij. ,,'t Is heel
vriendelijk van je, maar ik heb werkelijk
geen honger."
En ofschoon de drie lekkere boterhammen
een woestcn honger in hein wekten, schoof
liij ze van zich, als met tegenzin,
Maar iHilma liet zich niet zoo gemakkelijk
om den tuin leiden.
„Kom, eet nu," noodde zc. „Kom, je moei
je die ruzie van zooeven niet zoo aantrek
ken. Aan hun woorden moet je jc niet sto
ren."
Hij zonk weer in zijn stoel, legde zijn ar
men op de tafel, en verborg zijn gezicht in
beide handen.
„De wereld is zoo slecht," zei hij.
Ze stond stil naast hem, cn beschouwde
het donkere hoofd cn den gehrnnden, kTach
tigen hals. Dat wekte een ontembare be
geerte In haar, om troosteaid haar hand te
leggen op dit hoofd. En daar ze zelden met
succes streed tegen haar verlangen, kwam
dc hand daar ook, en gaf hem een paar
vriendelijke tikjes op het glanzende, kort af
geknipte haar.
Stefaan schrikte en keek op. In het eerste
oogenblik was hij boos om haar vrijmoedig
heid, maar zijn boosheid hield het niet uit,
toen hij in haar glinsterende bruine oogen
zag, die hem onvervaard aankeken.
„Dat is niet zoo vrecselyk,'* zei ze. „Soms
vind ik ook dat alles zwart is, cn alle menr
sehen even slecht cn akelig, maar dat gaat
over, jc weet immers toch, dat eük mensch
zijn fouten heeft. Lieve hemel, waar zou het
heen, als ik verdrietig en boos geweest zou
zijn, telkens als mijn vader en moeder on
aardig tegen me waren, en net deden of ik
niet hun eigen kind was. Nee, men moet on
verschillig zijn, den neus in den wind steken
en zich er door slaan, dan wordt alles goed.
Nu ik vesten thuis naai, cn een hoop geld
verdien, weten zc niet hoe lief ze tegen me
zullen zijn, cn we zijn zulke «goede vrienden,
en alles is even best op de wereld."
Stefaan luisterde. Haar wereldbeschou
wing leek hem wat kras.
„Ik geloof, Hilma, dat het jou hetzelfde is
hoe dc mensdhen zijn, als ze maar aardig te
gen jou zijn," zei hij.
Wordt \+rvolfd.