Buitenlandsch beleid
BLACK CAP
MEMORIE VAN
ANTWOORD
DE EERLIJKHEID
BEZUINIGINGS-
ONTWERP
OLD SCOTCH WHISKY p. n. f.3 75
J. A. SCHOTERMAN Zn.
UTRECHTSCHESTR. 17 Ao 1878 - Tel. 14S
Stagnatie in afkoop
tollen
van
Firma Schaap biedt
accoord aan
3c BLAB PAG. f.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DONDERDAG 14 NOVEMBER 1935
Nederlands houding te Genève.
Géén opzegging van het
huwelijkstractaat met
Duitschland
De economische voor
lichtingsdienst
Verschenen is de Memorie van Ant
woord op het Voorloopig Verslas: der
Tweede Kamer over Hoofdstuk III der
Riiksbegrooting (Buitenlandsche Za
ken).
De indruk, als zou de Reeeering bij
haar buitenlandsch beleid eerst doen
wat zij zelf meent te moeten doen en
dan achteraf de commissie daarvan
mededeelinsr doen. acht de minister in
zijn algemeenheid bepaald minder
juist.
Wat de houding van Nederland te
Genève betreft, verklaart de minister,
dat hit van Nederlands rancr in de rij
der mogendheden en van Nederlands
nationale" waardigheid blijkbaar een
andere opvatting heeft dan zij. die
meenen. dat, indien het geldt ter Ver
gadering te Genève rechtsopvattingen
tot uiting te brengen. Nederland eerst
de andere Staten moet laten voorgaan,
om zich dan daarachter bescheidenlijk
aan te sluiten. Een dusdanige klein
moedige verloochening van Nederlands
tradities, in scherp contrast met de
houding door de voorgangers van den
minister steeds te Genève aangenomen,
is van hem niet te verwachten. Maar
anderzijds ontkent hij ten stelligste,
dat het op den weg van Nederland
zou hebben gelegen om in het eerste
stadium van het tusschcn Italië en
Ethiopië gerezen conflict tot een actie
tegen Italië aan te sporen.
De Duitsche huwelijks*
wetgeving
Zooals de minister van Justitie reeds
In het antwoord op de schriftelijke vra
gen van den heer Boon nopens de
nieuwe Duitsche huwelijkswetgeving
heeft medegedeeld, is verschil van
meening over de beteekenis en draag
wijdte van deze recente Duitsche bepa
lingen en dientengevolge over de wer
king dier wet hier te lande alleszins
mogelijk.
Intusschen zij opgemerkt, dat naar
het oordeel van den minister geens
zins als vaststaande moet worden aan
genomen. rkit de Duitsche huwelijks
wet ook betrekking heeft on huwelii- j
ken tusschen Nederlanders en Duit-
schcrs. wanneer de zoogenaamd niet-
Arische afstamming een eigenschap is
van de Duitsche partij.
De minister meent. dat. het niet
gewenscht is het Huwelijkstractaat
van 12 Juni 1902, dat op initiatief
van de toenmalige Nederlandsche
Regeering te 's-Gravenhage is ge
sloten en waaraan ook thans nog
groote waarde wordt gehecht, op
te zeggen, te meer daar door eene
opzegging tegelijkertijd de verdrags
band met alle andere verdragssta
ten zou worden verbroken. Tot
dusverre heeft trouwens geen en
kel ander land op grond van de
nieuwe Duitsche bepalingen het
Verdrag opgezegd.
De Minister bereidt zich voor om,
zoodra de eventueele bezwaren van de
werking h. t. 1. van de Duitsche huwe
lijkswetgeving meer vasten vorm heb
ben aangenomen door een uitspraak
van den Nederlandschen rechter of
anderszins, te trachten de ontstane
moeilijkheden zoo mogelijk binnen het
kader van het bestaande verdrag tot-
een oplossing te brengen.
Het goudblok
Naar aanleiding van den aandrang,
die werd geoefend tot het openen van
besprekingen, om te bereiken, dat de
Staten behoorend tot het zoogenaamde
goudblok. die niet gehinderd worden
door valuta-depreciatie, onderling hun
tarieven van invoer verlagen en tot een
vrijer goederen- en geldverkeer over
gaan. wijst de minister er op. dat de.
tijdens de in den loop van het vorige
jaar te Brussel gehouden conferentie,
met betrekking tot dit onderwerp, ge
maakte afspraken niet in werking zijn
getreden.
De hoopvolle verwachtingen, waar
toe bedoelde conferentie aanvankelijk
aanleiding gaf. zijn niet verwezenlijkt.
Van een heropening van de besprekin
gen der conferentie is onder de hui
dige omstandigheden geen resultaat
te verwachten.
De berichtgeving door
den diplomatieken en
consulairen dienst
De berichtgeving door den Nederland
schen diplomatieken en consulairen
dienst moet meer dan vroeger worden
ingesteld op de mogelijkheden voor ex
port, terwijl daarnaast de distributie
van de binnenkomende berichten onder
de kringen van de direct belangheb
benden dient verbeterd te worden.
Wat het laatste onderdeel betreft, is
de minister van Handel. Nijverheid en
Scheepvaart doende een betere organi
satie tot stand te brengen. Wat de be
richtgeving door de Nederlandsche di
plomatieke en consulaire ambtenaren
betreft, is de minister voortdurend met
hen in contact om zooveel mogelijk te
bevorderen, dat die berichtgeving snel
en doeltreffend zij.
.Daarnaast heeft hij aan de diplo
matieke en consulaire ambtenaren
opgedragen om van hun daarvoor
in aanmerking komende berichtge
ving, nopens onderwerpen van eco-
nomischen aard, terstond recht
streeks afschriften te doen toeko
men aan de departementen van
Handel, Nijverheid en Scheepvaart,
van Landbouw en Visscherij en van
Koloniën, dan wel tevens aan de
Indische regeering, zulks om de
snelle informatie van belangheb
benden door het uitschakelen van
een deel van den voorgeschreven
ambtelijken weg zooveel mogelijk
te bevorderen.
De minister wijst er nog op, dat het
hem, ondanks het zeer beperkte raam
der toegemeten gelden, toch mogelijk
is gebleven om nog eenige uitbreidin
gen aan den dienst te geven door de
plaatsing van een beroepsambtenaar te
Helsingfors, waar deze optreedt als tij
delijk zaakgelastigde, terwijl hem te
vens onder leiding van Ilr. Ms. gezant
te Kopenhagen de behartiging van de
economische belangen in de Randsta
ten is toevertrouwd.
De beperking op de dienstuitgaven,
waarop de hier aan het woord zijnde
leden doelen, is eveneens een door den
nood der tijden geboden maatregel.
De hierbcdoelde beperking van de
dienstuitgaven met ƒ63.000 zal in
hoofdzaak gevonden moeten worden in
bezuiniging op de kosten der kansela
rijen, als huur, personeel en bureau
kosten.
Dat deze bezuiniging het werk van
de diplomatieke en consulaire ambte
naren op economisch terrein eenigszins
zal bemoeilijken, moet worden toege
geven; dat echter hun werkzaamheden
daardoor ten deele onmogelijk zouden
worden, moet do minister ontkennen.
Om een meer doeltreffende berichtge
ving te verkrijgen, zal in nog sterker
mate dan thans reeds het geval is door
de diplomatieke en consulaire ambte
naren medewerking moeten worden
verleend.
De minister heeft met zijn ambtge
noot van Financiën overleg gepleegd
over de mogelijkheid om, ter bestrijding
van de kosten van uitbreiding van den
consulairen dienst, een verhooging van
het bestaande statistiekrecht in te voe
ren. Dit heeft echter uitgewezen, dat
zoodanige verhooging in de huidige
tijdsomstandigheden niet geraden is;
ONZE BETREKKINGEN
MET BELGIE
„Hartelijke wederzijdsche
waardeering"
Dat in weerwil van een hartelijke
wederzijdsche waardeering, die gaande
weg de betrekkingen tusschen Neder
land en België heeft verhelderd en deze
thans kenmerkt, nog steeds de vraag
stukken die verband houden met de
herziening van de verdragen van 1839
niet tot een oplossing konden worden
gebracht, betreurt de minister het
behoeft wel nauwelijks te worden ge
zegd ten zeerste, aldus merkt hij op
in de Memorie van Antwoord aan do
Tweede Kamer inzake de begrooting
van buitenlandsche zaken. Dusver ble
ken op enkele hoofdpunten de weder
zijdsche wenschen nog te ver uiteen
te liggen om, niettegenstaande ernstige
en telkens vernieuwde gemeenschap
pelijke pogingen, tot overeenstemming
te komen.
Intusschen, het is geen leeg woord,
wanneer de minister verklaart geen ge
legenheid ongebruikt te hebben gela
ten noch te zullen laten, om zich ervan
te vergewissen of een waarlijk bruik-
NEDERL. K. v. K. VOOR
DUITSCHLAND
Gegevens uit het maand*
verslag over Octo*
ber 1935
's-GRAVENHAGE, 13 November.
Aan het maandverslag van de Neder
landsche Kamer van Koophandel voor
Duitschland te 's-Gravenhage over de
maand October 1935 ontleenen wij het
volgende:
De Kamer zal, om aan den wensch
der leden te voldoen, het tijdschrift we
derom vervangen door „Vertrouwelijke
Mededeelingen" als weleer verstrekt.
Deze zullen voor hare leden in Neder
land en die in Duitschland in overeen
stemming met de belangen dezer beider
groepen, afzonderlijk worden geredi
geerd.
De Kamer kon bij enkele compensa
tiezaken haar leden behulpzaam zijn.
Verder heeft zij het Nederlandsch Clea-
ringinstituut ten aanzien van twee tak
ken van handel om tegemoetkoming
verzocht. Het betreft hier twee takken
van handel, welke door de formeele toe
passing van bestaande bepalingen
waarschijnlijk te niet zouden gaan.
In verscheidene gevallen betreffende
betalingen uit Duitschland kon de Ka
mer wederom voor haar leden met
succes optreden, speciaal ook in geval
len, waar de Duitsche „Übcrwachungs-
stellen" bezwaren maakten tegen de
voor de Ncderlandscho producten ge-
noleerde prijzen.
Het steeds gecompliceerder worden
van de bepalingen heeft tot gevolg, dat
sommige kooplieden daarmede onvol
doende bekend zijn. Zoo behandelde de
Kamer een geval, waarin een bone-fide
Nederlandsche koopman door te veel
betaalde invoerrechten groote verliezen
leed, doordat hem een Duitsche bepa
ling niet bekend was. De Kamer heeft
zich belast met de aanvrage om resti
tutie van het teveel betaalde.
Rapporten werden verstrekt over: de
inklaring van huwelijksgoederen naar
Duitschland; de inklaring van machi-
ne-onderdeelen bij bedrijfsverl egging
van Duitschland naar Nederland; over
de afschrijving van in Nederland in
entrepot liggende goederen van het in
voercontingent; over de verdiscontee
ring van vorderingen op de Clearing;
over den jongsten bij K.B. ingevoerde
toeslag op het Nederlandsche compen-
seerend invoerrecht; over de economi
sche beteekenis voor Duitschland van
een bepaald geval van emigratie.
AANGETEEKENDE BRIEF
VERMIST
ROTTERDAM, 13 Nov. De architect
P. H., die zijn bureau heeft aan de
Wijnhaven alhier, heeft bij de politic
aangifte gedaan van de vermissing van
een aangeteekenden brief, waarin zich
o:a. een bankbiljet van ƒ500 merk A A
050393 bevond. De aangeteekende brief
zou door een bediende van hem in een
brievenbus zijn gestopt. De brief is ech
ter niet op de plaats van bestemming
aangekomen.
De commissaris van het politiebureau
Groote Pauwensteeg tc Rotterdam ver
zoekt hun, die dit bankbiljet in han
den krijgen, zich tot genoemd bureau
te willen wenden.
bare grondslag kan worden bereikt tot
het uitwerken eener in beide landen
aanvaardbare regeling. In de overtui
ging dat de oplossing van elke moeilijk
heid een stap vooruit beteekent, staat
hij tegenover regeling van afzonderlijke
quaesties niet afwijzend, echter slechts
op den grondslag van wederkeerigheid
van concessies. Dusver bleek ook voor
bevredigende particele oplossing geen
mogelijkheid te bestaan.
De minister is in beginsel voorstan
der van het gebruik der Nederlandsche
taal in het diplomatiek verkeer met
België, in tegenstelling tot dat met de
Unie van Zuid-Afrika, grootendeels de
andere landstaal wordt gebruikt, dan
geschiedt dat om practische redenen.
IN DEN HANDEL
Vergadering te 's»Gra*
venhage
s-GRAVENHAGE, 13 Nov. Ter be
spreking van enkele artikelen uit het
gewijzigd ontwerp: „Voorschriften be
treffende de hoedanigheid en aandui
ding van waren", ter vervanging van
de warenwet 1919, is heden in Amicitia
te 's-Gravenhage een bijeenkomst ge
houden, uitgaande van een commissie
uit den handel, betrokken bij de waren
wet, in verband met het feit. dat in
het laatst gewijzigde wetsontwerp de
„eerlijkheid in den handel" uit de be
palingen is gelicht. Bij alg. maatregel
van bestuur vast te stellen aanduidin
gen zullen n.l. volgens dat ontwerp
slechts op het belang der volksgezond
heid mogen berusten en niet meer
zooals tol dusverre ook op de eerlijk
heid in den handel.
De vergadering stond onder leiding
van den heer P. van de Linde uit Rot
terdam. voorzitter van den Ned. Krui-
deniersbond, namens het comité uit do
drie samenwerkende bonden in dat be
drijf, welke comité na overleg met ver
tegenwoordigers van groot- en klein
handelaren de bovengenoemde commis
sie had samengesteld.
Vertegenwoordigd waren eenige Ka
mers van Koophmandei, Waren keu
ringsdiensten, Ned. Ver. v. Huisvrou
wen, Handelskamer, Verbond van Ned.
Werkgevers, diverse grossiersbonden en
middenstandsvereenigingen, o.a. de Kon
Ned. Middenstandsbond, ook was aan
wezig dr. J. D. Filippo, secretaris van
de commissie ingevolge art. 17 der Wa
renwet.
De voorzitter lichtte toe, dat een com
missie voor bestudeering van het wets
ontwerp was aangewezen, die bereids
haar taak had aangevangen, doch door
den gang van zaken met het onderha
vige wetsontwerp in de afdcelingen der
Kamer stond geen andere weg meer
open, dan het beleggen van een spoed
vergadering om een adres aan de Ka
mer vast te stellen. Het voorloopig ver
slag, dat 13 October j.l. verscheen, gaf
hiertoe nog geen aanleiding, doch wel
werd deze aanleiding gevonden in de
memorie van antwoord (29 October).
Een ontwerp-adres aan de Regeering
is opgesteld, waar aan het volgende
wordt ontleend;
Erkennend, dat blijkens het eerste
ontwerp en de memorie van antwoord
de mogelijkheid geopend wordt, de keu
ringsdiensten van waren te handhaven,
zij het met eenige beperking ter wille
van de noodzakelijk geachte bezuini
ging zijn adressanten van oordeel, dat
art. 13 (oud art. 14) het. geheele controle
stelsel grondig zal bederven. Door het
vervallen van de woorden „op het be
lang van de volksgezondheid" wordt
n.l. de geheele controle op waren aan
het wankelen gebracht. Aangedrongen
wordt daarom op het alsnog toevoegen
van die woorden. Voorts vertrouwen
adressanten erop, dat de keuringsdien
sten niet zoodanig zullen worden be
perkt, dat naleving der wet in gevaar
wordt gebracht.
Afgevaardigden van de Ver. van Wijn
importeurs, Chr. Middenstandsbond,
Chocolade- en Suikerbewerkers pa
troonsorganisaties, Ver. van Huisvrou
wen e.a. betuigden hun instemming met
het ontwerp-adres. Enkele andere orga
nisaties, zoonis Verbond van Werkge
vers, Kon. Ned. Middenstandsbond enz.
zullen zelfstandig adresseeren in gelij
ken geest.
Nog werd besloten aan te dringen op
nieuw onderzoek van het wetsontwerp
in de afdeelingen der Kamer.
DE OUDSTE INWOONSTER VAN
DEN HAAG
De oudste inwoonster van Den Haag,
mej. W. J. van Ravesteijn, is heden 103
jaar geworden.
Opmerkingen in de
Eerste Kamer
Het voorloopig verslag
Verschenen is het Voorloopig Ver
slag der Eerste Kamer over het ont
werp van wet tot verlaging van de
openbare uitgaven.
Aan dit verslag wordt het volgende
ontleend:
Verscheidene leden, ten volle erken
nende de moeilijkheden, voor welker
oplossing de regeering zich gesteld ziet,
betreurden niettemin, dat de indiening
van dit wetsontwerp zoolang op zich
heeft doen wachten. Dit, alsook enkele
andere feiten, o.a. de aankondiging,
niet zoo lang geleden, van verlaging
van belasting, onlangs gevolgd door de
mededeeling in de Troonrede van daar
aan tegengestelde voornemens, en die
deels reeds genomen, deels in voorbe
reiding zijnde maatregelen tot vermin
dering van de zoogenaamde vaste las
ten, hadden bij deze leden twijfel doen
rijzen, of do Regeering den toestand
wel juist inziet. Zij betoogden, dat een
en ander onrust bad gewekt in de krin
gen derccncn, die zich steeds bereid
hebben getoond en het nog zijn, de
Overheid bij een doelbewust en door
tastend beleid te steunen.
Verscheidene leden waren van oor
deel dat. indien dit ontwerp tot wet
zal worden verheven, slechts geringe
reëele bezuiniging zal ziin bereikt. liet
te bezuinigen bedrag zou ten hoogste
twaalf miilioen guldens heloopen; ver
wezenliiking van de overige voorstellen
ZOU slechts een verschuiving van uitga
ven of besparing in ver verschiet bctee-
kenen
Vele leden betreurden, dat in breede
kringen de noodzakelijkheid van een
diep ingrijpende besparing op de
Staatshuishouding te weinig wordt in
gezien.
Indien men dit wetsontwerp afwijst,
zou h.i. de eenige oplossing tot voor
ziening in het budgetaire tekort liggen
in het aangaan eener leening, een op
lossing, welke zij niet konden toe
juichen.
Tegenover de industrialisatie ver
klaarden sommige leden uiterst scep
tisch te staan. Indien deze werkelijk
een toekomst had, zou h.i. het particu
lier initiatief reeds lang begonnen zijn
met de stichting van nieuwe indus
trieën.
Stabilisatie van de
ruilmiddelen
Leden, van devaluatie afkeerig, wa
ren van oordeel, dat de politiek der
Regeering vooral er op gericht moet
zijn om, voorzooverre- dit harerzijds
mogelijk is. de facto stabilisatie van de
ruilmiddelen cn daarmede meerdere ze
kerheid in het handelsverkeer te be
vorderen.
Verscheidene leden hadden ernstig
bezwaar tegen de voornemens der Re-
gecring wat betreft de verlaging van
de salarissen der ambtenaren.
Gevraagd werd, of het in de bedoeling
ligt, zoolang geen sluitende begrooting
op andore wijze is te bereiken, elk jaar
5 pet. te korten
Andere leden verklaarden, zich met
de voorgenomen korting te kunnen ver
eenigen, gezien de noodzakelijkheid
van aanzienlijke besparing op de Rijks
uitgaven. Zij, die do salarisverminde-
ring bestrijden, plegen, naar de mee
ning van de hier aan het woord zijnde
leden, een te somber beeld tc geven
van den toestand waarin de ambtena
ren zich zouden bevinden.
Enkele leden maakten de opmerking,
dat h.i. de werkelijke drang tot bezui
niging bij de departementen van alge
meen bestuur ontbreekt. Naar aanlei
ding hiervan vestigen zij er de aan
dacht op fiat, naar uit betrouwbare
bron verluidt, de inrichting van de
werkkamer van den minister van Land
bouw en Visscherij 6000 zou hebhen
gekost.
Vele leden hebben ernstig bezwaar
tegen de overbrenging van het grootste
deel van de werkzaamheden der deur
waarders in strafzaken naar de Poste
rijen.
Vele leden drongen er op aan, dat
met groote omzichtigheid zou worden
te werk gegaan wat betreft de ophef
fing van Armenraden.
Het bankgeheim
Nogmaals werd het bankgeheim ter
sprake gebracht. Opheffing daarvan
dient volgens den minister in interna
tionaal overleg te geschieden met het
oog op het gevaar voor kapitaal vlucht.
De leden, hier aan het woord, achtten
dit argument niet afdoende. Zij wezen
op het groote ideëcle voordeel, aan die
opheffing verhonden, t.w. billijkere ver
deeling van belastingen, doordat de
ontduiking zou worden bemoeilijkt, het
geen veler rechtsgevoel zou bevredigen.
Deze leden waren van mecning, dat
zulks ruimschoots opweegt tegen het
bezwaar, dat de voordeelen, verbonden
aan het admjnistrecren van enkele ka
pitalen, voortaan aan buitenlandsche
bankinstellingen ten goede zou komen.
Andere leden achtten het gevaar, dat
veel geld naar elders zou afvloeien, zóó
groot, dat zij opheffing van het bank
geheim ten sterkste meenden te moeten
ontraden.
Verkeersvraagstuk
Bij verscheiden leden bleven bezwa
ren bestaan tegen het geven van een
zóó groote bevoegdheid aan de Regee
ring als ten aanzien van de coördina
tie van het verkeer wordt gevraagd.
De verwachting, dat het spoorweg-
tekort spoedig zal verminderen, achtten
enkele leden niet gemotiveerd, daar de
ontvangsten ongetwijfeld nog meer zul
len terugloopen. Deze leden hadden
den indruk, dat het beleid van de di
reet ie der Ned. Spoorwegen in vele ge
vallen eenigszins passief is cn dat deze
directie met hare bezuinigingen steeds
te Iaat komt.
Enkele leden betreurden, dat de Re
geering nog geen vaste plannen heeft
ter vereenvoudiging en coördinecring
van de onderscheidene sociale verzeke
ringen.
99
99
Sole Importers:
MELKSTEUNREGELING
Het ontworpen stelsel niet
gehandhaafd
Andere maatregelen
overwogen
De Regeeringsdienst meldt:
De maatregelen van de Regeering om
te komen tot de noodige vermindering
der zuivelproductie zijn van drieërlei
aard. Vooreerst geldt reeds eenige jaren
een beperking in den aanfok van rund
vee door een beperking van de teelt
van kalveren. Bovendien is tweemaal
op groote schaal tot afslachting overge
gaan, om ook onder het oudere rundvee
de beperking der melkproductie te be
vorderen. Als laatste maatregel is daar
het vorige jaar bijgekomen het besluit
om slechts een deel van de melk te
steunen, teneinde den boeren een ster
ken prikkel tot inkrimping van
melkproductie te geven.
De uitvoering van de regeling van
den beperkten mèlksteun is thans tot in
do détails voorbereid. Gelijk bekend,
was aanvankelijk liet voornemen om 1
Juni 1.1. tot invoering over tc gaan.
Het toekennen van een individueel cop-
tingent gesteunde melk aan eenige hon
derdduizenden veehouders bleek meer
tijd te kosten dan aanvankelijk kon
worden voorzien. Vandaar, dat de m|-
nister van Landbouw en Visscherij hij
de behandeling van de begrooting van
het. Landbouw-Crisisfonds in de Eerste
Kamer onlangs mededeelde, dat de uit
voering naar 1 Januari wordt verscho
ven, maar dan ook zal worden doorge
voerd.
Intusschen is een nieuwe ernstige
complicatie ingetreden, doordat de
minister van Landbouw cn Vis
scherij van de drie Centrale Land
bouworganisaties en den Alg. Ned.
Zuivelbond een brief heeft.ontvan
gen, waarin zij mededcelcn, dat zij,
zich op dit oogenblik niet uitspre
kende over de al dan niet juistheid
van de beslissing der Regeering om
de melkproductie te beperken, ter
kennis van den minister meenen te
moeten brengen, dat de genomen
maatregel om tot melksteunbeper-
king te komen, onuitvoerbaar moet
worden geacht en in ieder geval
niet tot het beoogde doel zal leiden.
De minister heeft met teleurstelling
van dit bericht kennis genomen, omdat
de minister, evenals het College van
Regeeringscommissarissen, de voorge
stelde regeling wcnschelijk en uitvoer
baar acht. Door de mededeeling van de
drie Landbouworganisaties en den Alg.
Ned. Zuivelbond wordt de geheele melk-
steunregeling op losse schroeven gezet:
in ieder geval wordt het gevaar, dat het
doel niet zal worden bereikt, zeer sterk
vergroot. De kans is immers niet ge
ring, dat een voldoende werkelijke be
perking van dc melkproductie niet tot
stand zal komen, wanneer bij de land-
houwers door dc bovengenoemde mede
deeling de gedachte, dat dc maatregel
niet kan worden doorgevoerd en in geen
geval den gewenschtcn uitslag kan op
leveren, zoozeer is versterkt.
Daar dc melkproductie in ieder geval
beperkt moet worden, wil de minister,
in overeenstemming met het College
van Regeeringscommissarissen. niet het
risico aanvaarden, dat zij niet of niet
spoedig genoeg zal worden bereikt bij
handhaving van hot ontworpen stelsel,
aan welks deugdelijkheid door zoovele»
wordt getwijfeld. Daarom worden thans
andere maatregelen overwogen, welke
zoo spoedig mogelijk zullen worden be
kend gemaakt.
WIJZIGING PENSIOENWET VOOR
SPOORWEGAMBTENAREN.
De heer van Braamheek heeft op het
betreffende wetsontwerpen twee amen-
d'Muenten ingediend.
De bedoeling van het eerste amen
dement is de verlaging der pensioenen
te beperken tot 10 zooals dc regee
ring ook voornemens schijnt bij de her-
berekening der pensioenen van het
overheidspersoneel de vermindering
10 niet te boven te doen gaan.
Het tweede amendement beoogt niet
aan de Kroon, doch aan de wetgevende
macht over tc laten om te bepalen, of
cn wanneer pensioenen van spoorweg
ambtenaren zullen worden gewijzigd
DE „OEHOE" NAAR DE WEST"
Den 19en Nov. wordt met het s.s
Alkmaar der Kon. Ned. Stoomboot-Mij.
de romp van de Kokker F 18 „Oehoe"
naar Curasao verscheept. De „Oehoe"
heeft hij den technischen dienst op
Schiphol een nieuwe neus cn een nieu
wen naam gekregen. Als „Orioï" (de
•Spaanschc naam van den vogel Wiele
waal) zal hij opnieuw zijn intrede doen
in dc West.
VERHOOGING DER SCHOENPRIJZEN
TILBURG, 13 Nov. Naar wordt
medegedeeld, zijn de leden van de Fe
deratie van Nederlandsche Schoenfa
brikanten opgeroepen tot bijwoning
eener algemeene vergadering, waarin
als voornaamste punt aan de orde zal
worden gesteld een gedachtewisseling
over de mogelijkheid om opnieuw tot
een uniforme verhoogin# van de schoen-
prijzen te komen.
In twee en een half jaar
écn tol afgekocht
De K.N.A.C. heeft zich met een adres
tot den minister van Waterstaat cn Bin
nenlandsche Zaken gericht, waarin er
op wordt aangedrongen om het afkoo-
pen van tollen, zoowel van de gemeen»
telijke belaftingtollen als van de tol
len waar golden worden geheven krach
tens beslaande concessies en octrooien»
met kracht te willen bevorderen.
In het uitvoerige adres wordt naar
voren gebracht, dat sinds 1927 op do
verschillende hegrootingen in totaal
17.520.00U werd uitgetrokken, welke
zouden moeten worden besteed voor
het afkoopen van Jollen.
In den loop der jaren werd echter
slechts 502.830.32 dus nog geen derde
gedeelte van de beschikbaar gestelde
gelden voor dit doel benut. Vooral de
laatste jarep is er in het afkoopen van
tollen ee.n ernstige stagnatie ontsta.n.
In het tijdvak van 1 Mei 19:13 tot 1 No
vember 1935 werd slechts één tol afge
kocht. terwijl de beschikbaar gestelde
gelden bij lange na niet werden vei^
werkt.
De K.N.A.C. is van mecning, dat se
dert de invoering van de wegenbelas-
tingvvet in 1927 de tolheffingen op we
gen cn bruggen niet alleen een onbillij-
ken en eenzijdigen druk leggen op be
paalde streken van het land, maar ook
op het motorwegverkeer, dat misschien
voor 90 of 95 procent in de opbrengst
van de heffingen bijdraagt. Deze onbil
lijkheid springt des te sterker in het
oog nu het motorwegverkeer door ver
hoogde wegen- (motorrijtuigen) belas
ting. verhoogde invoerrechten op benzi
ne, verhoogde opcenten op de personee-
le belasting, parkeerheffingen enz. zoo
danig is belast, dat het in zijn ontwik
keling is gestuit. De statistische cijfers
toch, wijzen uit, dat het aantal motor
rijtuigen gedurende het laatste jaar sta-
tionnair is gebleven.
Voorts zijn er ta| van tollen waarbij
naar de mecning van de K.N.A.C. zou
blijken, dal het doorgaande (dus niet
uitsluitend hot plaatselijke) verkeer een
beduidend percentage van dc opbrengst
voor haar rekening neemt. En juist is
o.a. om deze reden afgezien van de hef
fing van tolgelden op de bruggen over
de groote rivieren, waardoor de onbil
lijkheid der heffing nog wordt geaccen
tueerd.
I)e K.N.A.C. is bovendien van mee
ning. dat de afkoopsommen der tollen,
zullen stijgen (en reeds sinds 1927 sterk
gestegen zijn) door de meerdere irjkom-
sten verkregen uit het toenemende weg
verkeer. Om deze en nog andere rede
nen verzocht de K.N.A.C. in haar adres
dan ook de opheffing van de nog be
staande tollen in het belang van het
motorwegverkeer zooveel mogelijk te
willen doen besnoedigert.
Ongeveer 20 pet. uitkee»
ring verwacht
AMSTERDAM. 13 November. Door
de firma J. Schaap Lzn. te Wormerveer
is aan haar schuldeischers een accoord
aangeboden.
De raadslieden der firma, de accoun
tant J. H. M. H. de Rode en mr. J. de
Vrieze te Amsterdam, hebben aan de
schuldeischers een ontuerp-accoord toe
gezonden en het ter griffie van de
rechtbank ie Haarlem gedeponeerd.
Volgens het aangeboden accoord zul
len de huidige bewindvoerders, de hee-
ren mr. L. V. Hoog en dc accountant J.
v. d. Kreeke te Haarlem, de zaak li
quideeren, alsof er een faillissement
ware. De schoonvader van den firmant
L. Schaap Jzn.. doet afstand van de
hem toekomende ultkeering terzake
van zijn vordering ad 123.000 cn stort
bovendien een bedrag van 150.000 ten
bate van de crediteuren. Dit alles onder
de uitdrukkelijke voorwaarde, dat van
alle crediteuren volledige kwijting cn
décharge wordt verkregen. Dc recht
bank zal nu een dag vaststellen, waar
op de stemming over het accoord plaats
vindt.
Als tweederde van het aantal schuld
eischers, vertegenwoordigende drievier
de van de totale schuld, vóór het aan
geboden accoord stemt, is het aangeno
men en zijn alle crediteuren er aan go-
bonden.
Men vermoedt, dat de uitkeering on
geveer 20 procent zal bedragen. Het aan
crediteuren toegezonden ontwerp is ver
gezeld van een schrijven, onderteekend
door de heeren J. de Rode en mr. J. de
Vrieze. Daarin wordt het ontwerpac-
coord toegelicht; er wordt op gewezen,
•lat de familie niet verplicht is om fi
nancier! bij Ie springen en dat de cre
diteuren in hun eigen belang handelen,
door vóór het accoord tc stemmen aan
gezien dc toegezegde hulp niet wordt
verleend, als het accoord wordt afge
stemd en omdat de Nederlandsche wet
voorschriften bevat ten bate van de
echtgenoot© van den firmant, welke het
mogelijk maken om gelden, die later
aan genoemde echtgenoote bij erfenis
mochten ten deel vallen, aan de credi
teuren van de firma Schaap te onthou
den.
Men zal zich herinneren, dat de firma
J. .Schaap Lzn. surséance van betaling
is verleend tot 3 Januari 1930.