No. 12. Woensdag 10 Februari 1904. ie Jaargang Wees U Zelf! Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging <}DE EEMLANDER". Achter gesloten deuren. FEUILLETON. Mijn Reismakker. De thuisblijvers zijn de Liberalen. -j> DE EEMLANDER Verschijnt Woensdags en Zaterdags. Redacteur: P. van der Meer Jzn. Bureau (voorloopig) Beekesteinsehe Laan 32. Abonnementsprijs Per jaarf 3.00 Franco per post - 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.00 Het wordt japgsamcrhand de meer en meer gebrnikefijke' weg, dat de leden van de Twéqfle Kamer optreden voor de Kiezers van hijn district. \Vij vinden dat optL. uitstekende gcwóoirtei De leden van Óe'- Tw/ede Kamer wonen om zoo te zeggen ;in Ddn Haag in een glazen huis. Dè -kiezer^.kunnen met hun dag blad in de hand, in het hoekje van den haard, nagjSri, hoe .hun" afgevaardigde gestemd heeft, wat hij gesproken heeft en wat hij niet gesproken heeft. Maar hiervan houdt ieder rechtgeaard kiezer zich overtuigd, dat een afgevaardigde voor alles zijn goede redenen heeft. Toch kan het zich voordoen, dat de kiezers en hun afgevaardigde elkaar niet geheel verstaan. En wat is zulk eene vergadering dan niet oen schoone gele genheid, om alle misverstand uit den weg te ruimen. De lezers van het hovenstaande zullen zich thans eenigszins een denkbeeld kun nen vormen van het genoegen, waarmede we kennis namen van het bericht, dat de afgevaardigde voor Amersfoort, de heer jhr. Mr. if. M. van Asch van "Wijck te Arnhem, zou optreden in ons district en wel te Zeist. Te meer waren we daarover verheugd, omdat de heer v. Asch v. Wijck zelden of nooit in de Kamer spreekt en in het uitbrengen van zijn stem steeds getrouw is aan de Coalitie. Wc hadden reeds do ruimte voor een uitvoerig verslag van deze voor ons dis trict zoo belangrijke vergadering gereser veerd, terwijl de verslaggever reisvaardig was, om naar Zeist te trekken, toen een bericht, uit de beste bron, ons wreedelijk kwam teleurstellen, n.l. het bericht, dat de heer v. Asch v. Wijck zou optreden in een besloten vergadering van de Anti revolutionaire Kiesvereeniging, ta Zeist en dat er niet zou mogen worden gede batteerd. Achter gesloten deuren dus. Wij komen er rond voor uit, dat wij hierin niet anders dan een sterk sprekend bewijs van zwakheid kunnen zien. De antirevolutionnaire partij is overigens toch niet zoo afkeerig_van openbare vergader ringen met debat. Maar weinige dagen geleden trad hier immers nog de heer Oosterbaan op met het onderwerp: Socialisme en Stofvergoding, waarbij Na een poosje stond Hans op en wenschte ons goeden nacht; de Majoor ging nog even een luchtje scheppen de kapelaan en ik bleven alleen. „U leeft hier erg eenzaam," zei ik, en hij knikte langzaam, toestemmend. „Het is onze roeping, mijn goede heer, maar de vrede wordt niet zonder strijd verkregen." „Een zware strijd „Dien de kinderen der wereld niet zouden winnen, want zij hebben d e vrije keus." „Vergeef mij één vraagis die jonge dame Uw verloofde ?'t „Neen," antwoordde ik glimlachend, „ze is mijn aardige reismakker." „Ja," hervatte hij droomerig, „ik ken het sprookje van den Deenschen dich ter het is in onze bergen doorgedron gen, dat van een Engel, die ons voor een gevaar behoedt en daarna zijn -vleu gelen ontplooit. Nu moet ik luiden voor het gebed. Goeden nacht." Ik lag, in mijn reisdeken gehuld, op de harde bank en kon niet slapen. Door liet lage venster zag ik de besneeuwde duchtig op de groote trom geslagen werd tegen socialismeboemen revo lutie boem boem En door dat lawaai denken de anti- revolutionnaircn de aandacht af te leiden van de hoofdzaak: de daden van het christelijk ministerie getoetst aan hun woorden, getoetst aan hun program van beginselen, maar vooral aan hun program van urgen tie bij de stembus van 1901. Als het daarom, als het 0111 de hoofd zaak gaat, dan vergaderen zijachter gesloten «leuren. Deopenbare vergaderingen zijn goed om door geschetter tegen de socialisten hun politiek geweten tot zwijgen te brengen. Doch uit hun eigen rijen worden tal rijker en luider de aanklachten tegen liet verzaken van hun program. Zoo 0. a. schreef reeds in September van liet vorige jaar de antirev. „Ylaardingsche Courant" liet volgende: Is het dan te veel gezegd, dat wij ons, neen geheel ons Christelijk volksdeel zich verblijdde, toen daar achter de groene tafel in 's lands raadzaal plaats namen mannen, die Christelijk wilden regeeren Toen er, ja een koalitic tot stand kwam, maar dan toch een Christelijke Koalitio, die juist in haar Christelijk karakter zich zou onderscheiden van haar voorgangster Immers neenSchier onafgebroken hadden „vrijzinnige" handen het scheepke gostuurd in liberale richting. Thans nam als stuurman bij het roer plaats een man, van wieu verwacht kon en mocht worden, dat hij met vaste hand het roer zou wenden. Onder Christelijke vlag zouden we gaan zeilen. Een nieuwe koers zou worden ingeslagen die ons uit het liberale in Christelijk vaar water zou brengen. E11 binnen niet te lan gen tijd hoopten we een haven te bereiken, waar gelegenheid zou bestaan waren te kno pen, op welker bezit de Christenen prijs stellon en die velen zeer welkom zijn. Reikhalzend werd uitgezien naar de finale oplossing der onderwijskwestie en naar een pensioenregeling, die recht zou doen aan den ouden arbeider. El* waren nog wel vele andere zaken, evenzeer begeerlijken noodig. Maar deze werden tijdelijk op den achter grond gedrongen door die twee: de onder- wijsregeling en arbeiderspensioen. In het vertrouwen, deze urgente zaken in de komende wetgevende periode tot afdoe ning gebracht te zien, werd met blijdschap van de koersverandering kennis genomen bergtoppen in het maanlicht schitteren cn hoorde het bruisen van den water val in bet woud, maar wat mijn oogen open hield was niet dit eenige sterke geluid, hetwelk de stilte verbrak, maar mijn stille overdenking. „De kinderen der wereld hebben de vrije keus" steek uw hand uit! dat was de eene gedachte, die het vallen der wateren op het gesteente met ge weld in mij deed opkomen. En dan zwierven mijn oogen over de stralende, eeuwige, onbereikbare gletschers. „Een Engel die ons voor een gevaar behoedt en daarna zijn vleugelen ont plooit." Zoo zal zij van mij gaan dat was de tweede gedachte. Ik wist dat zoo het einde zou wezen, maar een voorgevoel zeide mij dat, vóór wij scheidden, er een of andere gebeur tenis zou plaats vinden, die den vrede zou vernietigen, gelijk eens de rust van het dal door het neerstorten der lawine zou worden gestoord. Eindelijk viel ik in slaap en ik had een wonderlijken, ver warden droom. Eensklaps sprong ik overeind, het morgenlicht scheen dooi de ruiten en de Majoor stond vóór mij. „Het wordt tijd dat wij opbreken," zeide hij, „mijn dochter is kant en klaar. Ik geloof zelfs dat ze al vooruit is ge gaan." En inderdaad was zij reeds een eindje van het huis Verwijderd, moedig den morgennevel tegemoet stappende. En Prijs der advertentie» Van 1 tot 5 regels0.40 voor iederen regel meer0.08 (By abonnement aanmerkelyke korting eu werd met gejuich de Christelijke vlaj iu top gehescheu. Twee jaren ziju we al zeilende met ons Ko- ali tie-vaar tuig, 011 zeg, buurman! we zijn toch als anti-revolutionnaire partij, als Chris ten-Demoeraten niet „onder zeil gegaan" in dien tijd? Wakker blijven, als 't u belieft! Wakker blijven, dat is noodig, want het koalitie-gevaar dat ons dreigt, is werkelijk niet denkbeeldig. Er zal iu de korte spanne tijds, die ons nog scheidt van de steinbusaktie van 1905, heel wat moeten gebeuren, wlilen wij, man nen van de Rechterzijde het hoofd vrijmoe dig kunnen opheffen, wanneer wij voor de kiezers komen. Met de grootspraak van de revolutie te heb ben bezworen, zullen wij niet kunnen volstaan, Hoort gij het, mijne hceren: Mot de grootspraak van de revolutie te hebben bezworen zullen w ij anti-revolutionnairen) niet kunnen volstaan! Hoort gij het: Er zal in de korte spanne t ij d s, die ons nog scheidt van 19 05, heel wat 1110eten gobcur cn, willen wij, mannen van de Rech terzijde het hoofd vrijmoedig kunnen opheffen, wanneer wij voorde kiezers komen. Maar wij zijn nu een paar maanden verder. Misschien, datmaar leggen wij het oor te luisteren bij het blad van de lib. dc Vries en Staalman (van 3 Febr. 1904): Moesten we, naar het woord van Dr. Kuy- per, niet allereerst in de demokratisehe pe riode zijn gekomen door invoering van het huismanskiesrecht, voor en aleer van eeii gezonde, wetgeving op het terrein van den arbeid sprake kon zijn? Twee zaken, zoo zeide Minister Kuyper, beschouwt dit Ministerie als zijn hoofdtaak dc schoolkwestie en de ouderdomsverzeke- ring. En nu Eén jaar voor de stembus van 1905, hebben wij nog zelfs geen letter daar van onder de oogen gekregen. En het zoo gehekelde Ministerie Mackay- Lohman Het had ons de schoolwet bezorgd in het Staatsblad, anderhalf jaar slechts 11azijn op treden. En dat onder zooveel ongunstiger omstan digheden en bij zooveel hardnekkiger tegen stand als dit Kabinet heeft te duchten. Waarlijk, niet ten onrechte stijgt hoe lan- toen wij haar wilden volgen, hield de geestelijke ons nog een oogenblik op, om te zeggen „Den eersten zijweg rechts, Heerenhet pad links wordt een holle weg en is zeer gevaarlijk." Toen wij op het punt kwamen, waai de wegen zich scheidden trok de nevel op, maar van Ilans zagen wij niets. Een groote angst overviel ons want ze kon licht verdwaald zijn. Wij riepen haar flanw klonk haar antwoord in de verte, van den linkerkant, dus nit den hollen weg, waarvoor de kapelaan ons had ge waarschuwd. Zoo vlug mogelijk liepen wij het pad opin liet eerst ging het heel gemakkelijk. En toen zagen wij wat cr gebeurd was. Misschien leek het gevaar grooter dan liet werkelijk was, ofschoon het mij, die een oud klouteraar ben, akelig te moede werd'dc jonge dame was verkeerd geloopen, heelemaal verkeerd. Het pad was verraderlijk, het hield niet plotseling bij een steile, on toegankelijke plek op, maar hep lang zamerhand uit iu losse steenbrokken; dit had de voet der onkundige reizigster eerst bemerkt, toen de steenen begon nen te rollen en opeens in een gapen den afgrond verdwenen. Daar beneden bruiste het water zóó geweldig dat het iemand van streek bracht; en zoo was het mogelijk dat onze dappere en vlugge Hans zich als een verschrikt duifje to gen dc rots drukte. Tot haar geluk kon zij een jongen, vooruitstekenden pijn- ger zoo meer de bezorgdheid en vermeer dert de teleurstelling. Van Minister Kuyper's Christelijk-demo- kratisehen zin blijkt tot lieden bitter weinig zoo min als van zijn voortvaren. Lobman had hot niet trager kunnen doen. Wij wagen zelfs de veronderstelling dat, waro Mr. Lobman als hoofd van dit Kabi net opgetreden, de schoolkwestie reeds liaar beslag zou hebben gekregen. Vergaderingen, waarin do Antirevolu tionnaire partij poseert als de partij des Gezags zijn openbaar. Vergaderingen evenwel, waarin de kiezers rekenschap kunnen vragen aan hun afgevaardigden, hebben plaats, om het nog eens te herhalen: achter gesloten deuren. Het verraadt zwakheid. Doch erger nog. En hier zullen wij ons bedienen van de woorden van pastoor Thissen uit „de Limburger Koerier": Het vestigt de meening, dat het cr in de politiek met beloften en programma's zoo maar niet op aan komt dat men vandaag geruste- lijk kan afzweren, wat men gis teren aanbad 1) Alsof het gezag ouder hot liberale be wind, dat bijna onafgebroken een halve eeuw duurde, niet steeds behoorlijk gehandhaafd is geweest! Bij elke verkiezing in stad en land blijft steeds een aanzienlijk deel der kiezers thuis. Ef zijn er, die met geen stok naar de- stembus te drijven zijn. De geringste verhindering is anderen voldoende voorwendsel, öiii dezen bur gerplicht -té verzakeh. Wanneer bij "e'en of andere gelegenheid een liberaal het tegenover een roomsch- katholiek of anti-revolutionair heeft moe ten afleggen in eon district, dat vroeger door een vrijzinnige werd vertegenwoor digd, dan kan men van alle kanten hooren, in alle kranten lezen: „de thuis blijvers waren liberalen." Ieder slikt deze bewering zonder be wijs en het staat bij allen vast als een rots: „de onverschilligen vindt men onder de liberalen." En toch is deze bewering te cenen male onjuist en 't wordt tijd dat deze legende de wereld uit komt. boom stevig vasthouden. Zij riep niet 0111 hulp, maar wendde haar oogen van de diepte af. Een erge duizeling had haar bevangen, ieder oogenblik kon zij haar handen loslaten. Het was hoog tijd Je weet dat ik niets 0111 steilten en afgronden geefwat ik deed was volstrekt niet verdienstelijk 't was iets heel een voudigs. Den Majoor schoof ik zachtjes op zij, want hij zou stellig den hals hebben gebroken. En toen ging ik Hans halen Wij moesten langzaam en voorzichtig te werk gaanhet is zeker een vree- selijk gezicht geweest. Ik zelf heb van die oogenblikken slechts een duistere, onbestemde herinnering, niet omdat ik aan de wreede diepte beneden ons dacht, maar wel, draag eens zoo'n beeld van een meisje aan je borst, voel haar armen om je hals, en zie dan of je daarbij, zoo koud als een kikvorsch kimt blijven. Eindelijk stondeu wij op vasten grond, buiten adem, een beetje warm, een beetje in de war. En toen kwam het, ach ik had er al zoo lang een voor gevoel van gehad, het einde van onzen goeden reiskamcraadschap, een plot seling en zonderling einde De Majoor was hevig aangedaan on getwijfeld had hij mij de heele geschie denis te hoog aangerekend, want hij sprak Hans, onze vriend heeft je het leven gered bedank hem daarvoor Wy willen niet ontkennen, dat er onder degenen, die niet ter stembus opgaan, liberalen zijn: ziekte en andere dwin gende oorzaken kunnen er enkelen weer houden ter stembus op tc gaan; boven dien kan 't geval zich voordoen, dat sommigen zich door redenen van per soonlijken aard bij een bepaalde gele genheid van stemming onthouden. Doch dit is ook met andere partijen liet geval en wc blijven volhouden: de meerderheid der politiek-onverschilligen is niet liberaal. Men zou ze evengoed roomsch-katho- liek of anti-revolutionnair of christelijk- histori8ch kunnen noemen. Iemand, die de liberale partij op geen enkele wijze steunt, nóch ter stembus, nóch op een andere wijze, heeft niet het recht zich liberaal te noemen. Zoo iemand is doodeenvoudig niets, 't Zijn onverschilligen, die alleen oog hebben voor den kleinen kring van hun persoonlijk belang en dezulken zijn niet liberaal, maar, indien we hen tot een bepaalde groep moesten brengen, we Zouden ze noemen: „partij-loozen." 't Wordt tijd dat de liberalen er tegen protesteeren, dat ieder, die zich niet heeft aangesloten bij één der anti-liberale par tijen, maar eenvoudig gerekend wordt te behooren tot de liberalen. 't Is een onwaardige, verlammende troost, om, wanneer een van onze kan didaten het tegen een tegenstander heeft mocter. afleggen, ons zelf maar wijs tc maken, dat we tóch eigenlijk nog de meerderheid in zoo'n verloren district hebben. Liever erkend, onze partij is d&ér in de minderheid, dan de logge massa der onverschilligen en egoïsten geschoven te zien in de gelederen onzer geestverwanten. Die erkenning kan heil zaam werken. Ze kan aansporen tot rustelooze propaganda. Propaganda, die begint niet 2 of 3 dagen voor dc verkiezingen, doch lang voor deze in het zicht zijn. Propaganda, door woord en geschrift. Dat dit hier in Amersfoort broodnoodig is, de laatste verkiezingen voor den ge meenteraad mogen het getuigen, doch niet alleen hier, in het gansche land moet er meer gepropageerd worden voor het goed recht der liberale idée. Wij moeten les gaan nemen bij onze tegen standers, doch beginnen met ons krachtig te verzetten de inerte massa der onver schilligen ons als onze partijgenooten te doen opdringen. Zij stak mij haar beide handen toe, ze kon nog nauwelijks adem scheppen. Maar nu gleed een sombere schaduw over het gelaat van den ouden lieer. „Ilans," zeide hij, voor een filippine geeft men de hand mij dunkt het leven verdient waarlijk iets meer Toen draaide hij zich half 0111 en, ik zweer het je, ik zag hem met de oogen pin ken, 0111 zijn toenemende ontroering te verbergen. Het was een wonderlijke inval van den Majoor, voor onzen tijd, op zijn zachtst uitgedrukt, iets ongewoons. Maai ik begrijp wel hoe hij er toe kwam. De oude, ridderlijke soldaat stamde uit een tijd die den kus niet alleen als een bewijs van liefde beschouwde, maar dien ook als hoogste belooning schonk voor diensten die wij slechts met holle woorden betalen zijn vurige aard overschreed de grenzen, welke het maat schappelijk gebruik heeft gesteld. E11 wat stak er ook in, onder het oog van den vader? E11 toch wenschte ik dat hij het niet had gezegd, want dan had ik mijn goeden reismakker niet verloren. Hans stond vlak vóói mij en één oogenblik keken haar blauwe kinder- oogen mij weifelend aan. Het was dui delijk dat zij verlegen was niet zoozeer over den wenk baars vaders, maar om dat zij niet zeker wras of i k liet zoo bij zonder aangenaam zou vinden. Ilct duurde maar één korte seconde, toen

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1904 | | pagina 1