Buitenland.
Binnenland.
Uit de Omgeving.
achtenswaardig menscli kan zijn, wien
de opvoeding zijner kinderen ter harte
gaat. En ons artikel over kinderlectuur
was niet alleen geschreven voor afschaf
fers van sterken drank, maar ook voor
anderen, zoodat in zooverre ons voorbeeld
niet misplaatst is. Maar dit daargelaten,
stel dat „een kind van een jaar of tien",
thuis nimmer alcohol ziet gebruiken,
maar hij ziet het bij de ouders van oen
vriendje, wat zal dan op een vraag a an
den tienjarige, of hij ook eens een bitter
tje krijgt, een afschaffer van sterken
drank, in asu den heer Van 't Yccr
den tienjarige ten antwoord geven Wij
zouden zeggen bijv.: .longen, 't is voor
jou niet goed en jo mag "t niet gebrui
ken." Nu zal, en in zooverre geven we
toe, dat het voorbeeld niet zoo goed
gekozen was, nu zal 't niet zoo lie lit
voorkomen, dat een jong kind in de ge
legenheid gesteld wordt alcohol te ge
bruiken, maar dat neemt niets weg van
de hoofdtrekking van ons voorbeeld
Op jeugdigen leeftijd kunnen we den
kinderen in vele gevallen niet duidelijk
maken, waarom zij zus of zoo moeten
handelen of niet mogen handelen dus
dan moet zoo'n kind dat doen, omdat
wij zijn ouders, het hem geboden of
verboden hebben.
Zou onze inzender in het gegeven
geval niet optreden als wij, of zou hij
misschien tot het kind zeggen
Waarde zoon je hebt door oudere
„menschen alcohol zien gebruiken, maar
„ik raad u sterk aan, dit niet te doen
„en wel op de volgende gronden, die
„zelfs het zeer matig gebruik van alco
hol verbieden
„Ten eerste
De matige drinker vergroot, mede
door zijn bezoek aan sociëteiten enz. liet
alcoholproduceerende kapitaal dat daar
door eGn macht in den staat wordt,
welke elke ernstige bestrijding belet.
Ten tweede:
Het matig drinken voert tot een be
ker „tegenkunnen," drijft tot grooter
productie, tot goedkoopere verkrijgbaar
heid en dus tot vernietiging van het fa
milieleven.
Ten derdeten vierde enz,
En dan zou de heer van 't. Veer er
zeker bijvoegen
Maar mijn zoon, ik wil niet, dat gij
u over die kwestie een oordeel laat op
dringen, dus eerlijkheidshalve hen ik
ook verplicht u mede te deelen, wat
door de voornaamste tegenstanders van
de afschaffingsbeweging wordt in het
midden gebrachtl)r. .Snijders, die al
leen liet misbruik wil bestrijden zegt
er vanen le Engelschmau Owen
beweert - - - 'enz.
Did is immers onzin. De heer van
't Veer zal, als een dergelijk geval voor
komt, toch met een jong kind niet gaan
redeneéi'en? En toegegeven voor
een oogenblik, dat het unomstootelijk
vaststaat, dat het de redelijke plicht is
van den opvoeder geen alcoholhouden
den drank te gebruiken, dan neemt dat
toch niets weg van het algemééne feit,
dat kinderen sommige dingen moeten
laten, die ze herhaaldelijk van groote
menschen zien, zonder dat ze het „waar
om" kunnen begrijpen en die hun dus
eenvoudig verboden moeten worden? En
dit was de algemeene strekking van
ons voorbeeld, de welwillende lezer zal
dif begrepen hebben. Of mag men
ook niet rooken, ook niet een glas licht
bier drinken (daar is de inzender in
principe toch niet tegen?), niet later
naar bed gaan dan zijn kinderen, kort
om moot men alles nalaten, wat men
ook niet aan zijne kinderen kan veroor
loven? Neen immers. Wij blijven van
meening, dat kinderen verschillende din
gen moeten laten, zonder dat zij er do
reden van begrijpen.
Ze moeten leeren gehoorzamen. Laat
ze er aan wennen het goede te (loen.
goede voorbeelden te zien.
Wat de inzender schrijft omtrent het
„kweeken van een waar en oprecht
kind" heeft rnet de zaak uiets te ma
ken. ieder zal dat natuurlijk met hem eens
ziJn-
Iemand die van zijn kinderen gehoor
zaamheid eiselit, zult ge toch zeker wel
geen „tiran" noemen? Wat't beteekent:
„dat altijd gezag en brute macht boven
de moraal wordt geplaatst" in dit ver
band, 't is ons een raadsel.
Wilt ge dan de „gehoorzaamheid uit
de opvoeding verbannen? Als ouders,
in 't waarachtig, zedelijk en lichamelijk
belang van hunne kinderen, hun gezag
laten gelden, in de heilige overtuiging
zoodoende het geluk van hunne kinderen
te bevorderen, durft ge dat dan noemen:
„Brutemacht, hoven de moraal geplaatst."
Zelfs, al bekleedt gehoorzaamheid gèèn
plaats in Uw opvoedingsysteem, dan
kan het argumenteeren met zulke dikke
woorden alleen aan fanatisme geweten
worden. Heb toch ook respect voor de
meening van menschen, die het niét
met u eens zijn.
Ge zijt een voorstander van vrij e op
voeding, maar verstaat dan vermoedelijk
door vrije opvoeding geheel iets anders
dan wij er mee bedoelden, uit ons arti
kel bleek duidelijk op welk soort yan
vrije opvoeding w ij 't oog hadden.
We schreven toch:
„Er is een tijd geweest waarin veel
gebazeld werd over een g. vrije
opvoeding, waarmee men dan bedoelde:
„dat de ouders zich zoo min mo
gelijk met hunne kinderen moes
ten bemoeien en alles wat naar
o p z e 11 e 1 ij k c i 11 w e r k i n g o p d e v o r-
ming van den wil geleek ach ter we-
ge moesten laten.
Wanneer ge onze meening overeen
zoogenaamde vrije opvoeding wilt
bestrijden dan moet gij U ook aan onze
definitie houden en niet tegen bewe
ringen gaan vechten, die niet van ons zijn.
Ge zijt een tegenstander van „het
onder den duim houden", maar ook van
„onbeperkte" vrijheid.
Dus ge zijt er toch voor om de vrij
heid eenigermate te beperken? D. w. z.
in sommige gevallen zoudt ge ook ge
bruik maken van 't gebod en verbod?
Dus dan komt ge in ons schuitje, al
blijft gc heel voorzichtig op 't randje
zitten?
Maar hoe zult ge dan gedaan weten
te krijgen, dat uw kinderen u gehoor
zamen in die heel enkele gevallen, als
ze er niet aan gewend zijn?
En in welke gevallen zult ge hun
vrijheid van handelen beperken, dus
„brute" macht in plaats van moraal(?)
gebruiken? Misschien in die gevallen,
dat de kinderen niet kunnen beoordee-
len of 't ecu of ander goed voor hen
is! En als uwe kinderen eens niet
gehoorzamen? Toch niet straffen? of
zult ge dan misschien 't eigenlijk toch
met ons eens zijn, waar we schreven dat
„het tijdstip, waarin men de kinderen
aan zich zelf kan overlaten, afhangt van
de (moreele en intellectueele) ontwikke
ling van den patient". Zoudt ge ons mis
schien eens duidelijk willen maken, wat
gij eigenlijk onder: „vrije opvoeding"
waar ge v r zegt te zijn, verstaat?
Dat het in sommige huishoudens
raar toegaat, en dat men maar
heel ongemotiveerd kinderen iets ver
biedt, en dat men soms heel ruw tegen
de kinderen is en dat dit geen op
voeden is mijn wraarde heer van 't
Veer we zijn dit volkomen met u
eens, en we hebben nimmer het tegen
deel beweerd. Ge schrijft: „als men dat
nu opvoeden noemt! weet ik liet niet."
We willen daarop gaarne antwoorden,
dat wij dit geen opvoeden noemen, en
dat we niet weten, of gij het weet. We
vinden 't een noodzakelijkheid, dat kin
deren gehoorzamen, maar zijn het vol
komen met u eens „dat daarin niet
'le zedelijke waarde schuilt."
't Is ons alleen een der middelen, om
tot het doel te geraken en een middel,
dat wij in onze bescheidenheid niet
meenon te kunnen missen. Een andere
kwestie is, hoe die gehoorzaamheid ver
kregen moet worden, jtvanneer en hoe
gestraft moet wordeif enz. enz. Zaken,
die wij in ons opstel niet aanroerden,
omdat we die voor de hoofdzaak van
ons betoog: dat de ouders moeten toe
zien op dc lectuur van hunne kinderen,
niet noodig hadden. Over die hooi dzaak
zw ijgt ge geheel. Als uw kinderen door
een toeval eens een boek in handen
krijgen, dat bepaald verderfelijk is, voor
hen, die moreel en intellectueel] nog niet
vast in hun schoenen staan, wat doet
ge dan?
Laat ge dit uw kinderen maar lezen?
Of gaat ge hun uitleggen waarom zoo'n
werk verkeerd voor hén is? En zult ge
dan met eischen, dat uw kinderen hun
lectuur aan uw goedkeuring onderwer
pen? Of vindt ge dat tien- en twaalf
jarigen maaralles moeten lezen? Neen,
toch?
„.flicef het kind. wat des
kinds is.-'
Gij zijt voorzitter, van dc afdeeling
der S. D. A. P. alhier en dus zeker
op de hoogte van de meening uwer par-
tijgenooten bij het lager onderwijs, die
altijd en volkomen terecht vol
houden, dat een sociaal-dcmokraat zeer
goed onderwijs kan geven aan kinderen
van niet-partijgenooten, omdat allerlei
kwesties, van godsdienst onpolitiek niet:
„des kinds" zijn.
Wij stonden in ons hoofdartikel vol
komen op hetzelfde standpunt, dat men
de kinderen niet moet geven, wat niet
„des kinds" is.
En wanneer dit, langs anderen
weg toch tot hen komt, dat we ze dit
dan moeten ontnemen.
M. a. w. zien w e, dat ze slechte boe
ken lezen dan ontnemen we ze die en
we verbieden ze, die te lezen en rede
neeren daar niet over, omdat de inhoud
niet: „des kinds" is.
Maar, liever dan het zoover te laten
komen trachten wijdden smaak van on
ze kinderen te leiden door te zorgen
voor goede en prettige boeken, zoodat
ze later niet naar de onzinnige lectuur
zullen grijpen, waarover we schreven.
We mcenen ons in ons artikel over
kinderlectuur geheel op practisch gebied
bewogen te hebben. Onze inzender is
louter theoreticus, doch naar we meenen
aangetoond te hebben niet zeer logisch,
wat nog in hooge mate blijkt uit den
verderen inhoud van zijn schrijven.
Of de onderwijzers hier ter stede, „pro
testeeren" zooals de inzender schrijft,
tegen liet te groote aantal leerlingen
per klasse is ons niet bekend. Wel we
ten we, en dat bedoelt de heer van 't
Veer waarschijnlijk, dat indertijd door
een onderwijzersvereémging om opvoed
kundige redenen vermindering van het
aantal leerlingen per klasse aan den
Ka ad gevraagd is.
Nu is het mogelijk, dat in het adres,
(dat wij niet tot onze beschikking heb
ben), er niet op gewezen is, dat het
orde-houden in een overbevolkte klasse
meer inspanning van den onderwijzer
eischt, dan in een klasse, waarin het
aantal leerlingen normaal is, en dat die
meerdere inspanning beter kan besteed
worden om het peil van het onderwijs
te verhoogen. Doch hoewel het dus
best mogelijk is, dat dit argument in
bedoeld adres niet is gebezigd, we mee-
nen den inzender te kunnen verzekeren
dat het wel degelijk wordt aangevoerd in
den strijd voor kleiner klassebevolking.
Elk onderw ijzer. ?al dunkt ons, boven
dien wel er van doordrongen zijn, dat
orde en gehoorzaamheid zijner leerlin
gen een noodzakelijke voorwaarde is
tot het verkrijgen van resultaten. In
dat opzicht is het voorbeeld van inzen
der, om zijn minachting voor „dwang
voor gehoorzaamheid" in de opvoeding
en bij het onderwijs van jonge kinderen
te kennen te geven niet gelukkig. In
de school is het noodzakelijk, de vrijheid
der kinderen nog veel en veel meer aan
banden te leggen dan in huis.
We geven den lieer van 't Veer den
raad eens te informeeren bij een vak
man. In het. slot van zijn schrijven be
toogt de inzender, als wij hem goed
begrijpen, dat het geleerde op school
vaak gedeeltelijk vervliegt, niettegen
staande er bij het onderwijs gezag en
orde en gehoorzaamheid was? Hij kan
toch niet bedoelen, dat, zonder orde enz.
de schoolkennis later zou beklijven?
Begrijpe, wie het begrijpen kan.
Al schrijvende zijn we in ons ant
woord veel uitvoeriger geweest, dan we
aanvankelijk van plan waren, temeer
daar het ingezonden stukje allerlei zaken
aanroert, die buiten het onderwerp om
gaan. We meenen hiermee het bewijs
gegeven te hebben, dat we bereid zijn,
gaarne bereid zijn zelfs, onzen tegen
standers in ons blad het woord te ver-
leenen. Maar toch moeten wij er op
aandringen, dat cventueele inzenders
zich zooveel mogelijk bepalen bij het
onderwerp, dat ze wensche, te bespre
ken en niet als in het besproken stukje
zich op zoovele zijpaden te begeven.
Men bedenke dat de ruimte in ons
blad beperkt is.
Red.
Do oorlog. Dc verrader
lijke aanval en een histori
sche herinnering.
Dc Japanners zijn niet als eerlijke
vijanden te beschouwen zeggen de Rus
sen, want na een maandenlange veinzerij
\an óók den vrede te willen, hebben zij
zonder voorafgaande formeele oorlogs
verklaring de vijandelijkheden geopend
en dat hebben ze nog wel gedaan met
een verraderlijken aanval. Een ieder
voelt hoe slecht de Japanners toch wel
moeten zijn, en hun verdorvenheid is
niet te verontschuldigen door er op te
wijzen, dat ze zoo'n slecht voorbeeld
aan Rusland hebben gehad. Toch kan
het zijn nut hebben eens te zien waar
zij die .streken" kunnen geleerd hebben.
iiij den vrede van Tilsit (Juli 18(17)
had Napoleon aan Rusland gevraagd
om Zweden te dwingen zich van Enge
land los te maken en zich bij het con
tinentale stelsel aan te sluiten. Aan Tsaar
Alexander werd op Finland als een
welverdiende belooning voor de te nemen
moeite gewezen. Toen de Fransche ge
zant den Tsaar eenige maanden later
vroeg of hij nu wilde of niet, antwoordde
Alexander, dat hij eenigen tijd noodighad
om zijn troepen samen te trekken en
dat hij Zweden in December of Januari
zou aanvallen. Intusschen waren er be
sprekingen op touw gezet tusschen Stock
holm en St. Petersburg. De Zwecdschc
gezant Stedingk voelde niettemin wel,
dat er valsch spel werd gespeeld, of
schoon de Tsaar en diens ministers de
meest geruststellende verklaringen afleg
den. Jn November nog werd hem ver
teld, dat de concentratie van Russische
troepen op de Finschc grens slechts ten
doel had eeneventucelelandingdcrEiigel-
schen te beletten. Dc Tsaar was wars
van veroveringen en deed alles om den
algeinecncn vrede te bewaren. Tegelijker
tijd het echter diezelfde Tsaar den Fran-
sclien gezant weten, dat binnen zeven
of acht dagen zijn laatste divisie zou
ziju aangekomen. Met wachten, voegde
hij er bij, is niets verloren, wantin den
winter zijn de havens door het ijs on
toegankelijk, .wat voor ons een dub
bel voordeel is."
Einde November had Rusland ongeveer
60.000 man aan de Finsche grens staan.
Stedingk's vermoedens werden nagemoeg
zekerheid en hij waarschuwde zijn land-
genooten zich in hot geheim te wapenen.
Niettemin verklaarden zelfs in Januari
1808 de Russische ministers en generaals
hem nog, dat ,de Keizer tegen den oorlog
was en het volk den krijg ook niet.
wilde".
Den 11 Januari stelde de koning van
Zweden, om het gevaar te bezweren,
den Tsaar voor, de Oostzee onzijdig
te verklaren. Rusland antwoordde daarop
niet. Den 13. Februari kreeg Stedingk
een brief, waarin nogmaals bet nut van
een dergelijken maatregel werd betoogd.
Den 16. ging dc gezant op audiëntie
bij don Tsaar en deze verzekerde hem
nog eens, dat Zweden niets had te vree-
zen. Hij riep God als getuige aan, dat
hij .geen enkele Zweedsclie stad" be
geerde, maar gaf ten aanzien der ver
langde onzijdigverklaring een ontwijkend
antwoord.
I) i e nzelfden il a g was een ultimatum
door Rusland opgesteldHet werd ander
daags naar Zweden verzonden. Na een
partijdig overzicht der voorafgaande on
derhandelingen verklaarde de Tsaar
daarin, dat hij op het voorstel van on
zijdigverklaring niet kon ingaan en dat
de beslissing over den toestand verder
afhing van don koning van Zweden.
Ondertusschen was Rusland klaar met
zijn militaire toebereidselen. A'óór dat
er antwoord uit Stockhobn was ontvangen
ja, zelfs voor het Russische ultima
tum redelijkerwijs geacht kon worden
daar aangekomen te zijn en zonder
voorafgaande oorlogsverklaring trokken
de Russen de Finsche grens over op
den '21 Februari en rukten aan op Hel-
singfors.
Eerst den 2 Maart kreeg men te Stock
holm door een brief vau den opperbe
velhebber in Finland, generaal Klcrcker,
kennis Tan den aanval der Kussen. De
koning gaf toen last den koerier, die
liet ultimatum overbracht (en nog niet
eens te Stockholm was gearriveerd!) aan
te houden. Eerst 7 Maart kwam bedoelde
koerier te Hernoesand aan, zoodat men
per slot van rekening eerst veertien dagen
na den inval der Russen van het ulti
matum kennis kreeg.
Aldus het antwoord van den geschied
schrijver op d« verzekering van liet diep
verontwaardigde Nowoje AN'rem ja en
andere Russische bladen, dat de geschie
denis van den verradeiijken aanval der
Japanners geen tweede voorbeeld kent.
Laatste berichten.
NAGASAKI, 1 Maart. Zeven gewonde
machinisten van de voor Port Arthur
gezonken schepen zijn Maandag te Sa-
sebo aangekomen. Zij vertellen, dat men
de schepen heeft laten springen en zin
ken door middel van geleiddraden, ver
bonden aan torpedojagers.
SJANGHAI, 1 Maart. Er is hier een
officieel bericht uit Port Arthur ontvan
gen, meldende, dat er bij laag water
een Japanschc torpedoboot in de haven
gezonken is gevonden.
PORT SAID, 1 Maart. A'ijf Russische
torpedobooten zijn naar Algiers vertrok
ken. A'olgens gerucht moeten zij in dc
Middcllandsche Zee jaclit maken op
schepen en schepen op contrabande on
derzoeken. De Aurora zal ze volgen.
TOKIO, 1 Maart. Overeenkomstig de
bepalingen van het protocol heeft de
Japansche gezant te Sëoel de Koreaan-
sche regeering kennis gegeven, dat Ja
pan voor gèÜruik van liet leger aan
stonds een spoor gaat aanleggen van
Sëoel naar AVi-tsjoe. De ingenieurs en
opnemers zijn reeds uit Sëoel vertrok
ken. N. It C.
Afschaffing der kerinis te
Gouda.
Clerieale actie
Door een drietal leden van den Raad
der gemeente Gouda is een voorstel in
gediend tot algeheele afschaffing dei-
kermis. Burgemeester en Wethouders,
die op dit voorstel afwijzend advisee-
ren zeggen in hun rapport o. a. dat
deze zaak reeds herhaaldelijk in den
Raad aan de orde is geweest, doch tel
kens werd besloten om niet tot afschaf
fing van de kermis, deze oud-vaderland-
sche gewoonte, over te gaan. B. en AA',
stemmen volmondig toe, dat ter gele
genheid van de kermis nog al eens
misbruiken en onzedelijkheid plaats heb
ben, doch de voorstelling daarvan wordt
vaak Jin niet geringe mate vergroot.
Bovendien wijzen zij er op, dat elke
andere openbare feestviering aan het
zelfde euvel lijdt, zooodat de meerder
heid van B. en AAI dan ook 't liefst
van zelf de kermis zou zien uitsterven.
De moeste nadruk wordt evenwel
gelegd op het financieel bezwaar. Behal
ve toch de indirecte voordeelen der
kermis, die in hoofdzaak den gemeen-
teuaren ten goede komen, geeft de ker
mis als directe inkomst in de kas der
gemeente een gemiddeld bedrag van
f 4500 aan staangeld en pl. m. f 700 aan
gasverbruik, zoodat gerekend kan wor
den, dat een bedrag van f5000 recht
streeks der gemeente ten goede komt.
A'oor deze bate, die door afschaffing
van de kermis zou vervallen, is moei
lijk een equivalent te vinden.
De bestaande belastingen zijn toch
niet liooger op te voeren, en liet equi
valent zou dus moeten gevonden wor
den ol door bet in het leven roepen
van een nieuwe belasting óf door een
verhooging der directe inkomstenbelas
ting. De meerderheid van B. en AV.
kan om de aangevoerde redenen geen
vrijheid vinden, de aanneming van het
ingediende voorstel aan te bevelen.
Door het bestuur van den Prov:
Bond van R. K. kiesvereenigi n-
gen in Zuid-IIolland is een circulaire
ver-preid, waarin bijdragen worden ver
zocht, tot bestrijding van dc groote ver-
kiezingskosten, welke zullen moeten
worden gemaakt tot het behouden der
anti-liberale meerderheid in dc Prov.
Staten van Zuid-Holland.
Het Bestuur wil op die wijze een
speciale verkiezingskas vormen, en geen
beroep doen op dc kassen der aange
sloten kicsvereenigingen, daar deze hunne
geldmiddelen in de aanstaande verkie-
kiezingscampagne niet kunnen missen.
Nagegaan zal worden in welk district
financiëele hulp het meest noodig is en
tot welk bedrag een bijdrage behoort te
worden verleend.
A'oorts zal tooi- de verkiezingen voor
de Prov. Staten door de algemeene
vergadering aan de aangesloten kiesver-
eenigingen een algemeen advies worden
gegeven voc de te volgen politieke
gedragslijn, waaromtrent een bestuurs
voorstel aan de aangesloten kiesvereeni-
gingen is gezonden.
In de circulaire wordt gewezen op
het groote gewicht der Statenverkie
zingen voor de samenstelling van het
college van Gedeputeerde Staten en
voor de samenstelling van de Eerste
Kamer, daar het van de meerderheid
in de Zuid-IIoll. Staten afhangt of deze
liberaal of anti-liberaal zal zijn.
De Anti-revolutionnaire kiesver-
cenigingen in de provincie Groningen
beginnen nu reeds met de voorbereiding
voor de Kamerverkiezingscampagne in
19 )5. Tot dat doel is eene buitengewone
vergadering van afgevaardigden van
anti-revolutionnaire kiesvereenigingen in
deze provincie gehouden. De voorzitter,
de heer J. C. AVirtz Czn. leidde in het
onderwerp: Onze organisatie. Achtereen
volgens kwamen daarbij ter sprake: 1°.
Hoe de antirev. organisatie volgens de
statuten bedoeld is. 2". AA'at in 1904 en
1905 van die organisatie verwacht wordt.
3°. AA'at de beste wijze van werken zal
ziju. Bij dit laatste punt werd gesproken
over: a. sprekers en debaters; b. debat
materiaal; c. onderwerpen voor de vol
gende wintel-campagne; d. mogelijke
samenwerking; e. geldmiddelen.
Men ziet liet, in het clsricale kamp
mobiliseert men reeds. De vrijzinnigen
blijven daar tegenover nog merkbaar
stil. Het zij een waarschuwing voor onze
geestverwanten om niet te talmen met
het doen van do noodige stappen, ten
einde op tijd volkomen gereed te ziju tot
het aanvaarden van den strijd.
Barueveld. Op de Maandag alhier
gehouden paardenmarkt waren niet min
der dan 495 stuks aangevoerd, waaruit,
blijkt, dat deze markt nog altijd meer
en meer in trek komt. Een groot aan
tal vreemde kooplieden merkten we op
die veel paarden kochten. De prijzen
varieerden van f80 tot f550.
Yrijdag zalprof.Baltini, prestidigita-
teur, eene voorstelling houden, voor kin
deren gratis toegankelijk, waar hij hun
vergasten zal op goochel- en tooverkun-
de. De seance wordt gehouden te 4 uur
en hall 6 in het spaarbankgebouw, ter
wijl het geld hiervoor bij gegoede en
menschenvrienden in ons dorp is opge
haald.
Harderwijk. Maandagmorgen von
den eenige visschers aan de haven, in
de buurt van de Gasfabriek het lijk
liggen van een vakgenoot. De man lag
aan den kant van 't water in de nabij
heid van zijn schuit. Hoe hij gevallen
is, weet men niet, doch het vermoeden
is gewettigd, dat hij terwijl hij over een
der vonders zijn schip trachtte te berei
ken is misgestapt. De steigerpalen staan
op de plaats van het onheil op een