No. 20. Zaterdag 11 Maart 1905. 2e Jaargang Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". et zoekende Lieht. Demagogie. FEUILLETON. EEMLANDER. Verschyut |Woens«lags esi Zaterdags. Bureau Hendrik van Viandenstraat 28, Abonnementsprijs Per jaarf 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der advertentiën Van 1 tot 5 regels 0.40 voor iederen regel meer0.08 Bij abonnement aanmerkelijke korting.) Zooals onze lezers weten, heeft de heer N. Oosterbaan Maandagavond alhier in een openbare vergadering gesproken over: „De practijk der vrijzinnigheid". Getrouw aan de traditie hebben wij van die vergadering een zoo uitvoerig moge lijk verslag opgenomen, te veel andere copie noodzaakte ons ovenwei de repliek van den hoer Oosterbaan weg te laten. Wij meenen, dat dit aan do objectiviteit van een verslag trouwens niets afdoet, daar een repliek gewoonlijk, en dit was hij den heer Oosterbaan thans in 't bij zonder het geval, in vele opzichten her halingen geeft van het eerst gesprokene. Wij zouden dan ook geen reden hebben hierop terug te komen, ware er niet iets voorgevallen, waarop wij even de aan- dacnt willen vestigen. Tijdens het debat van de heeren Duys en Moerman, had de heer Kuyper, de ecnig aanwezige verslaggever, meermalen blijken van instemming gegeven. OI wij dit al dan niet wenschelijk of goed achten kunnen we buiten bespreking laten, maar de heer OosterbaijyarWenschte er vooral op te wijzen, dat het usance is, dat verslaggevers zich bujten de ver gadering houden. Dif sluit natuurlijk nog niet in, dat ook de heer Kuyper verplicht was dit te doen, echter in zooverre is de opmerking o. i. weinig beteekenend. Nu knoopte de heerOoster- badn er evenwel een beschouwing aan vast, die voir iederj 'die eenigszins op de hoogte is der anti-revolutionaire teri mirlologic, veel had van een insinuatie aan hot adres der Amersfoortsche pers. Hij hoopte n.l. dat de verslagen niet zouden worden beïnvloed door de over tuiging van de verslaggevers, en dat de noodige objectiviteit er niet onder zou lijden, wat voeral met de kleine neutrale pers nog al ëens het geval is. De heer Kuyper verdedigde zich, vol gens het verslag van de Nieuwe Amers foortsche Courant, als volgt: „Ten opzichte der anti-revolutionaire vergaderingen was het vele verslagge vers een gewoonte geworden zich behoor lijk en het bestuur weet zulks van ccntreekaarten te voorzien. Door oen samenloop van omstandigheden was dit door hem voor dezen avond verzuimd. In zooverre is hij van deze usance afge weken. Doch wal de verslagen betreft De liefelijkste scherpzinnigheid is de scherp zinnigheid der liefde. Lauiullard. Uit het Du its cl ERNST VAN WILDENBRUCH. 4). Hij week een halve schrede terug; are schuchtere verlegenheid hield hij oor angst; ook zij was dus bang voor em. locri hij zoo plotseling verstomde, ief zij onwillekeurig het hoofd op. Zij zag, oe terneergeslagen hij er weer uitzag. „Ik weet waarlijk niet begon ij hakkelend. „U is waarlijk al te oed voor mij." Als herleefd trad hij weer naderbij. „O, als ge het wildet aannemen," uisterde hij; „als u eens wist, hoe eerlijk ik het zou vinden." Nu kon zij niet meer „neen" zeggen tart hij den heer Oosterbaan te bewijzen dat gedurende de laatste vier jaren dooi de pers uitgenomen de Stichtsehe Courant, die bewezen heeft nooit objec tieve verslagen te geven eenige sub jectiviteit is gepleegd. Alvorens een dergelijke perfide insinu atie te gebruiken had de heer Oosterbaan zich van feiten op de hoogte moeten stellen. Nimmer is hier ter stede de klacht geuit over gemis aan onpartijdigheid in de verslagen." De heer Oosterbaan maakte hierop een soort van excuus, dat het niet zijn bedoeling was geweest een beschuldiging uit te spreken, maar ondertusschen had hij het er uitgeHapt en deed het zijn werking bij de „mannen broeders". Daarop is het, dat wij vooral willen wijzen. Het is hier reeds meer voor gekomen bij anti-revolutionaire sprekers, dat zij een dergelijke nietigheid aan grijpen, met geen andere bedoeling dan om stemming te maken. Dat is dema gogie van de ergste soort en daartegen wenschcn wij met nadruk te protesteeren. Maar vooral ook komen wij er tegen op, omdat de Amersfoortsche verslag- gevaf van de Stichtsehe courant, die medé aan de bestuurstafel zat en naar wij meenen secretaris is der Anti-Rev. Propaganda-Club „.Groen van Frinsterer", de eenigste Amersfoortsche verslaggever is, die steeds subjectieve vprslagen geeft. Wijhebben o. a. voor ons de „Stichtsehe Courant van Yrijdag 9 December 1904. Daarin komt een verslag(!) voor van de lezing van Mr. J. A. Levy, gehouden alhier in Amicitia op 3 December 1904. De geheele rede van den heer Levy wordt weergegeven in 12 regels, terwijl aan het debat(?) van den heer Wijnia niet minder dan 54 regels worden ge wijd, zoodat de eenvoudige man, die niet op de hoogte is met de tactiek der anti-revolutionaire persmannen den indruk krijgt, dat de heer Wynia gesproken heeft en Mr. Levy ook een woordje heeft gezegd. En dat van iemand als de heer Wynia, die èn tegenover Mr. Levy èn tegenover den heer Zelvcldcr zoo schitterend bewezen heeft, dat hij beter deed maar thuis te blijven daar hij absoluut onmachtig is, om iets te zeg gen dat op den uaam van debat aan spraak mag maken. Gelukkig dan ook voor de anti-revolutionaire partij, dat ze betere verdedigers harcr beginselen heeft met een zachte beweging liet zij het hoofd zinken. Haastig wendde de baron zich om. Achter hem stond de oude Johann met den pelsmantel van zijn heer in de han den, onbewegelijk als een standbeeld, met zonderling starende oogen op den baron en het jonge meisje blikkend. „Is het rijtuig voor?" vroeg de baron. De oude neeg met waardigheid zon der een woord te spreken. Vlug schoot de baron zijn mantel aandan bood hij Anna von Glassner zijn arm. „Mag ik u naar het rijtuig brengen?" Onder zijn geleide daalde het jonge meisje de trap afhet dienstmeisje volgde hen onmiddelijk. Voor de huisdeur stond een dichte coupé met een krachtig paard bespan nen; twee sierlijke rijtuiglantaarns wier pen hun licht over de straat. Anna week bijna terug in zulk een elegant rijtuig zou zij plaats nemen? De baron had echter het portier reeds geopend en bood haar de hand, om haar te helpen instappen. Hij bracht haar kleine hand aan zijne lippen en zij voelde, hoe hij één-, tweemaal een harts tochtelijken kus daarop drukte. „Goeden nacht," zei hij teeder, „goe den nacht; wij zien elkander weer. Niet waar, wij zien elkander weer?" Anna kon geen antwoord geven. Als bedwelmd steeg zij het rijtuig in en liet zich in een hoek vallen. Na haar kwam dan den heer Wynia, anders was het zeker zeer treurig met haar gesteld. Wanneer dus van anti-revolutionaire zijde een verwijt wordt gemaakt, zij liet dan ook in den vorm van een verzoek, als boven aangehaald, dan wijzen wij ze hier in Amersfoort in de eerste plaats naar hun eigen verslaggever. En boven dien komen we ernstig tegen de aan tijging van den heer Oosterbaan op, omdat wij een dergelijke manier fan doen beneden de waardigheid van een ernstig spreker achten. Laten zij hun beginselen verdedigen met zooveel gloed en vuur als in hen is, maar htten zij geen gebruik maken yaii dergelijke demagogische trucjes» Voor het oogen- blik mogen ze er succes mee hebben bij hun „kleine luyden", op den duur zal ieder ernstig, nadenkend man den neus ophalen voor zoo'n manier van strijdvoeren. Het ontwaakte Japan. Zeker schrijven we niets nieuws door te beweren dat de jongste gebeurtenissen in het Ycrre Oosten eene verrassing zijn geweest voor de Wcstersche natiën in het. algemeen en van onborekenbaren invloed zullen blijken op den loop der wereld geschiedenis. Maar geenszins allen geven zich voldoende rekenschap van hare groote beteekenis; zij zijn er zich niet van bewust dat wij staan op den drempel van een nieuw tijdperk, in belangrijk heid niet onderdoende voor dat hetwelk dagteekent van de ontdekking van Amerika; als toen wordt ook thans een nieuwe wereld geopend voor de Wcs tersche beschaving. Want hoe zonderling het klinke, de zege van Japan over Rusland is eene overwinning voor de beschaving van het Westen. Niet Rusland, maar Japan strijdt in het teeken van de beschaving en den vooruitgang; van den uitslag van den thans gevoerden strijd zal het afhangen of in de naaste toekomst de vaan van het moderne denken zal wapperen in hot Oosten, dan wel of de geest van reactie en verzet tegen de Westersche vrijheden, belichaamd in de ikon-ver- eering en de autocratie, zal zegevieren ook buiten het eigenlijke Rusland. Japan strijdt in de Mantsjoerijsche vlakten en bergen voor de vrijheid van Finland, voor de moderne staatsinstel lingen in Rusland, voor oen mensch- waardig bestaan van het onwetende, de keukenmeid, die zich eenigszins ach teraf had gehouden en eerst op een „vooruit maar" van den baron durfde in stappen. De baron liet zich straat en huis nummer opgeven, gaf den koetsier zijne bevelen, en in het volgende oogenblik schoot het rijtuig vooruit. In haren mantel gewikkeld staarde Anna voor zich heen en vroeg zich af, of zij waakte of droomde. In gewone omstandigheden stelden hare middelen haar slechts in staat tot hot doen van een rit met de paarden tram en thans werd zij door de straten van Breslau gereden, dat het plaveisel onder de raderen knetterde! De keukenmeid, die het eerste oogen blik eveneens sprakeloos van verbazing was, begon met tastende handen de stof der kussens te onderzoeken, waarop zij zat. In bewondering barstte zij uit: „Heinel, mijn beste lieve juffrouw, 'tis alles zijde!" De vrouwelijke nieuwsgierigheid won liet van Anna's bevangenheid. Ze trok een handschoen uit en liet eveneens haar vingers over de kussens glijden. De keukenmeid had gelijk: de kussens, de wanden van het rijtuig alles was van zijde. In gedachten zonk zij in haar hoekje terug. Wat had dat alles te be duiden en waar moest dat toe leiden Zij, het arme, eenvoudige meisje, dat met veel hoofdbreken een toonbaar ja- uitgezogen Russische volk. Doch het kampt mede voor de mogelijkheid om op den stam eencr oude, eeuwenheugende beschaving, de loten te enten van die van het Westen, zoowel in eigen land als in China en in andere rijken van het Verre Oosten. Dit wordt uit. het oog verloren door lien, die in de cindelijke, beslissende overwinning van het ontwaakte Japan slechts zien liet „gele Gevaar" dat in de toekomst Europa zal bedreigen, als gevolg van de overmacht vanhetEilan den-Rijk in het Verre Oosten. Japan dankt zijne overwinningen in de voor naamste plaats niet aan de uitnemende eigenschappen zijner bevolking, bue be- wonderingswaardig ook gebleken, maar aan de toepassing van de westersche wetenschap op 't gebied der krijgskunst. Wat voor Port-Arthur, te Liaojang, aan de Shnho, bij Moekden den strijd be sliste was de Europeesche krijgsweten schap. En de Japanners weten, erkennen zulks. Hoe kan men nu vreezeu dat zij die wetenschap aan Europa ontleend zullen gebruiken om de westersche be schaving, waaraan zij zooveel danken cn die zij ook in de toekomst niet kun nen ontberen, te vernietigen? De vrees voor hot „Gele Gevaar" kan slechts bestaan bij lien, die nimmer be proefd hebben het antwoord te vinden op de vraag, hoe het nieuwe Japan, zooals wij het thans loeren bewonderen, met zijn sterk sprekende vaderlands liefde, zijn vrijzinnige staatsinstellingen, zijn wetenschappelijke oorlogsvoering, zich heeft ontpopt uit het feudale Japan van voor oen halve eeuw. Die ontwikkelingsgang wordt beschre ven in een werk van den Japanschen schrijver Okakura, getiteld Het ontwa ken van Japan", waarin hij het wonder verklaart, waarvan wij de getuigen zijn, van het opbloeien eener nieuwe Wester sche op de bouwvallen eencr Oostersche beschaving. Men leze daarin o.m. wat hij schrijft over den invloed, dien de Westersche begrippen omtrent de plaats der vrouw in de maatschappij en huis gezin hebben uitgeoefend. Een der schoonste lessen «elke het Christendom ons geleerd heeft zoo schrijft hij is do eerbied voor de vrouw cn heel ons streven is er op gericht dat voor beeld te volgen. Wij zijn overtuigd dat de verheffing der vrouw beteekent de verheffing van ons volk. Zij is de be- ponnetje in elkaar flanste, om niet al te zeer bij den haar omringenden rijkdom af te steken plotseling, als door de hand van een goede fee, omringd door weelde en pracht. Haar wie de menschen op straat als een „niets" voorbijgingen, die men op bals in een hoek liet zitten, wijl het niet de moeite loonde met haar te dansen of slechts ook maar een gesprek aan te knoopen haar naderde plotseling een man, een der rijkste van geheel Silozië, cn verzocht haar schuchter en deemoedig, hem te veroorloven zijn rijk dom in haar dienst te. stellen. Zij sloot de oogen; was dat alles werkelijkheid? Dan echter schrikte zij eensklaps op: maar die man was immers een waan zinnige; iedereen zei het immers! En dus was het. slechts de fantasie zijner kranke hersens, die do oorzaak was van wat hij hedenavond had gedaan. Een oogenblik overviel haar een gevoel van huivering, maar dan herinnerde zij zich weer den toon van de item, die tot haar gesproken had als nog uooit iemand te voren. Noen, het was niet mogelijkhet was niet mogelijk! En terwijl Anna onder afwisselende gewaarwordingen hare woning in de veraf gelegen voorstad naderde, ging de baron Eberhard von Fahrenwald te voet naar huis. Zijn hoofd, dat gewoonlijk gebukt op zijn schouders rustte, droeg hij fier op- krooning van het verleden en don hoek steen der toekomst en het nieuwe maat schappelijk leven dat thans daagt in 't gebied der Zonnegodin van weleer kan slechts door haar tot volle rijpheid ko men. Daarom hebben wij haar na de Re stauratie gelijke rechten verleend voor de. wet en dien eerbied gewaarborgd, welke haar Westersche zuster geniet. Zij bezit nu alle rechten van deze, ook al maakt zij er geen gebruik van, wijl zij haar huis en niet de maatschappij als de haar aangewezen sfeer beschouwt. De Japan- sclie vrouw dient haren echtgenoot, om dat dienen is de hoogste uiting van liefde en deze meer genot smaakt in geven dan in ontvangen. De man dient zijn land, het kind zijne oudere, de vrouw haren echtgenoot. Hel wil ons voorkomen dat een volk, waarin dergelijke ideeën worden gekoe sterd, geen gevaar kan opleveren voor de beschaving. liet Gele Gevaar bestaat ongetwijfeld, doch in geheel anderen zin dan waarin er gemeenlijk op gedoeld wordt. Het bestaat voor die natiën, welke tot heden het gele ras enkel beschouwd hebben als materiaal voor het voort brengen van rijkdom, die steunend op hunne vermeende meerderheid als blan ken, in 'lnin verkeer met het gele ras slechts rechten, geen plichten kenden. Japan heeft aan de geheele wereld, maar in 't bijzonder aan de volken van Oost-Azië geleerd, dat de hoogste sport op den ladder der Westersche bescha ving ook voor hen bereikbaar is; dat hunne minwaardigheid slechts schijn is, een gevolg van eigen schuld, dat ook zij aanspraak er op hebben moer te zijn dan de slavende werkbijen die de blanke darren voeden en verrijken. Deze les, men kan er van verzekerd zijn, zal niet tevergeefs gegeven zijn, en wee de Westeische volken, die er niet bijtijds hun voordeel mee doen. Do tijd kan komen waarin Japan zich geroepen zal achten do Westersche be schaving ook ingang te doen vindeipbij die gele volken, welke wel de wrange, maar niet de rijpe vruchten dier bescha ving leerden kenden. geheven; zijn geheele houding drukte iets blijmoedigs uit; zijn borst scheon verruimd; nog nooit had hij zich zoo gelukkig gevoeld als hedenavond. Hoe heerlijk dat dit meisje arm was! Telkens haalde fiij zich het oogenblik voer den geest waarin zij in hare be scheidenheid getwijfeld had haar voetje op de trede van hot prachtige rijtuig te zetten en dat rijtuig was het zijne! Al de behagelijkheid, al de weeke weel derigheid, die haar thans omgaven, kwam van hem! Een gelukzalig lachje speelde om zijne lippen. Al zijn denken en doen bepaalde zich tot een voortdurend mijmeren over ziehzelven, over zijn toe stand en over het noodlot, dat op hem rustte voor de eerste maal kon hij aan iets anders denken, aan een ander wezen; en dit andore, lieve wezen kon gelukkig worden door hem! Gelukkig door hem die zich voor het ongeluk geboren, een last voor de menschheid waande! Had -hij niet die dankbaar ver raste uitdrukking op haar gezichtje ge zien en hadden hare oogen hem niet gezegd, dat ook hij den menschen geluk kon brengen? Ja, ja, zoo was het, en terwijl zijne gedachten dien loop namen, stiekte hij onwillekeurig de armen uit, als wilde hij uitdrukking geven aan zijn gevoel van kracht, van de levenskracht, die hem de aderen doorstroomde Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 1