Jo. 34.
Zaterdag 29 April 1905.
2e Jaargang
ht
Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
Wees U Zelf!
ei
Het zoekende Licht.
e
*n
Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER".
Onze Neven".
n
FEUILLETON.
Allerlei.
868
1. 80
4s
35
35
35
35
35
DE EEMLANDER.
Verschijnt
Voensdags en Zaterdags.
Bureau
Hendrik van Viandenstraat 28.
Abonnementsprijs
Per jaarf 3.00
Franco per post- 3.50
Per 3 maanden- 0.75
Franco per post- 0.90
Pry s der advertentiën
Van 1 tot 5 regels0.40
vooi iederen regel meer0.08
(Bij abonnement aanmerkelijke korting.)
ii
nde
ort,
hoo-
reel
8.
110
De organen der rechterzijde en hunne
ipraters op vergaderingen en meetings
nden er blijkbaar iets erg geestigs in,
in de socialisten te gewagen als „de
der vrijzinnigen.
Dit is natuurlijk oen onschuldig ver
aak en daar er voor de vrijzinnigen
:eu enkele reden bestaat zich die ver-
antschap te schamen, zou men er het
ijgen toe doen, als niet de eerbied
aor de historische waarheid dwong,
are onjuistheid aan te toonen.
De geestelijke voorouders der socialis-
van allerlei kleur waren, zoo wordt
in rechts beweerd, de Jacobijnen, de
vulutionaire elementen der Fransche
.evolutie. En deze zouden de naaste
loedverwanteu zijn van de Girondijnen,
igevolge dezelfde rechtsche autoriteiten
stamvaders der tegenwoordige vrij-
nnigen, die èn uit beginsel èn door de
aad de besliste tegenstanders waren van
Danton's en Robespierre's!
Neen, een weinig dieper ingaan in de
istorie zoowel als in de afstammings-
er, zou de lieeren spoedig overtuigen,
de gemeenschappelijke wortel elders
zocht moet worden en wel in eigen
in.
In hare „Gedachten eener Koningin"
luijft C'armen Sylva: „Kinderen der
efde zijn over 't geheel mooi en iutel-
gont. Deze regel is de scherpste ver-
lordeeling van vele huwelijken".
Welnu, zoo'n „kind der liefde" is het
ocialisinc. Het is de buitenechtelijke
'tucht van kerkelijke overheersching,
'an reactie, van burgerlijk egoïsme, van
uaatschappelijk onrecht. Overal waar een
erkelijke dogmatiek de vrije gedachte
banden knelt, waar de staatkundige
n maatschappelijke vrijheden worden
nthouden en belaagd, waar de zwakke
onder bescherming staat tegenover den
terke, waar sociale rechtvaardigheid een
;lank is, het recht op een menschwaardig
estaan niet erkend wordt, waar onrecht
icerscht in naam van het recht, daar
rordt het socialisme geboren, kind der
efde, dat zijn vader niet kent, doch
iet de moedermelk haat heeft ingezogen
egen hem, die de schuld draagt van den
'look zijner geboorte.
Wie de geschiedenis kent, weet dat
iet zaad van het socialisme slechts daar
Het geluk is als de echo: het antwoordt
li, maar komt nimmer.
Uit het Duitsch
van
ERNST VAN WILDENBRUCII.
18).
Hij was zoo gelukkig, bijna uitgelaten,
lat bij het geliefde wezen weer bij zich
ïad. oo moest zij hem naar een
estaurant volgen, en het was natuurlijk
aiet het slechtste van Breslau. Daar
léjeuneorden ze.
Toen ze weder op straat kwamen en
in het rijtuig stapten, gloeide Anna's
ïezicht en haar hoofd zonk zwaar op
le kussens.
„Maar, Eberhard," zeide zij, „je hebt
ne waarlijk beschonken gemaakt met
al dien champagne."
Zij lachte; hare oogen hadden een
vochtigen glans.
een vruchtbaren bodem vindt, waar de
vrijzinnige denkbeelden het minst door
drongen, de vrijzinnige denkbeelden niet
of onvoldoende toegepast worden. Waar
ontevredenheid heerscht over staatkun
dige of maatschappelijke achteruitstelling,
waar voor den arbeider geen plaats is
aan den zonnekant van 't leven, de
arbeid niet geëerd wordt, maar als min
waardig beschouwd; overmatige arbeids
duur bij onvoldoend loon de levenssappen
van een volk uitdroogt en de ontevredene
getroost wordt met een wissel op het
hiernamaals, waarvan de betaling onzeker
is. Overal waar in naam van de indivi-
dueele vrijheid, onvrijheid heerscht voor
den zwakke, waar het onrecht het recht
verdringt, daar wast het socialisme welig
op uit den maatschappelijken bodem, daar
lokt het de besten, de edelsten tot zich
door zijn gemoed en hart bekorende
schoonheid.
Wij zouden de woorden van prof. Van
der Vlugt kunnen aanhalen: „Waar ooit
uit wanverhoudingen het socialisme zich
verhief, steeds was het een spruit van
edelen bloede, en nooit verloochende
het zijnen adeldom geheel."
„Kind der liefde" geboren uit de ver
krachte menschelijkheid, vergat het nooit
geheel den schoot die het baarde, ook
waar het te dikwerf luisterde naar de
stem van den haat tegen de oorzaak van
zijn bestaan. Men moge dit afkeuren,
doch blijve ook, bij die veroordeeling,
rekening houden met de nobele drijf-
veeren, welke zoovele edele, hoogstaande
mannen en vrouwen bezielden bij hun
stroven naar hervorming, zij 't ook soms
langs geweldadigen en omwettigen weg,
van het bestaande.
Daarom, ook al mogen wjj do ver
wantschap met de socialisten niet aan
vaarden en al moeten wij daarvoor
verwijzen naar hen, die van het verbod
betreffende hst onderzoek naar het vader
schap gebruik maken om hun vrucht te
verloochenen, toch dienen ook wij niet
te vergeten, dat terwijl we alle onwettige
daden van geweld afkeuren, geen enkele
partij, zonder eenig onderscheid, bij een
onderzoek van haar verleden vrij uitgaat;
dat zij allen: Calvinisten, Katholieken,
Liberalen, Conservatieven daden van
geweld hebben gepleegd, welke niet
immer te verklaren zijn uit edele drijf-
veeren. Alvorens dus den steen te wer
pen, onderzoeke men eerst of het „wie
zonder zonde is" voor de steenwerpers
Terwijl zij daar zoo achterover in het
rijtuig leunde was er iets in haar gezicht,
dat hij nooit had opgemerkt. Hij sloeg
den arm om haar heen en kuste haar
hartstochtelijk.
„Dat is kostelijk," zeide hij. „Zoo
zullen we het nu alle dagen doen; zoo
bekoorlijk als nu heb ik je nog nooit
gezien."
Den volgenden dag bezochten ze ver
schillende meubelmagazijnen en eindelijk
hadden ze een meubilair voor de beide
kamern bijeen, zoo lief, sierlijk en fijn,
als waren de vertrekken voor een fee
bestemd. Het déjeuner mocht natuurlijk
ook nu niet ontbreken, en zoo ging het
den eenen dag na den anderen.
De baron was onuitputtelijk in het
vinden van noodzakelijke bestellingen.
Aan tapijten was nog niet gedacht, en
toen ook deze uitgezocht waren viel
het hem nog in, dat er nog portieres
aan deuren en vensters ontbraken.
Anna begon genoegen te vinden in
die dagelijksche rijtoertjes en het doen
van inkoopen. Het was alsof zij het
sprookje van: „Tafeltje, dek u!" in
eigen persoon beleefde. Nauwelijks had
zij iets gedacht, of haar wensch werd
vervuld. En terwijl haar bloed sneller
begon te stroomen ouder de vurige
kussen van haar verloofde, scheen het, alsof
hare persoonlijkheid grooter werd; uit
het onbeduidende kleine meisje werd
een bloeiende maagd.
geldt.
Dus geen „neven", geen bloedver
want8Chap, dan voorzoover ook liberale
theoriën men denke hier aan de
konsekwente, of wil men liever, valsche
toepassing van de leer der Manchester
School mede schuld dragen aan het
ontstaan van het socialisme, een ver
antwoordelijkheid welke wij allerminst
afwerpen.
Geen „neven" eu nog minder bondge-
nooten.
Ook al mocht de vrijzinnige partij
een dergelijk bondgenootschap wenschen,
zoo heeft de houding der socialisten en
dor sociaal-democraten zoowel elders als
hier te lande, iedere gedachte daaraan
onmogelijk gemaakt. De sociaal-demo
cratie in haar tegenwoordig stadium
heeft slechts spot en hoon voor de
vrijzinnige, door haar als „burgerlijke"
gestempelde partijen. Zij heeft deze
steeds en overal bestreden en zich zoo
doende de bondgenoot betoond van hare
werkelijke bloedverwanten, de reacti
onaire, kerkelijke partijen.
En dit is volkomen begrijpelijk.
Tusschen vrijzinnigen en socialisten van
allo kleur toch gaapt een klove, welke
vooralsnog niet is te overbruggen; zoo
lang en waar de vrijzinnige denkbeelden
overhcerschond zijn, vormen deze den
sterksten slagboom voor de verwezen
lijking bunner revolutionaire theoriën.
Ook desociaal-democratie toch, ondanks
zichzelve, Btaat nog altijd in het toeken
der revolutie, van de geweldadige
ommekeer. Eigenlijk, buiten eenige
heethoofden, gelooft niemand er meer
aan; geen hunner vele wetenschappelijke,
ontwikkelde, helder denkende koppen
denkt aan de mogelijkheid der
vestiging van den sociabstischen heil
staat, allerminst langs den weg van geweld,
Zij allen erkennen dat het einddoel
geen ander kan zijn, dan door het
deelnemen van de democratie aan het
staatsbestuur gaandeweg het ideaal der
volksverheffing de verwezenlijking nader
te brengen.
Doch het teeken, waarin de eerste
strijd werd gevoerd, de eerste over
winningen werden behaald, durft men
terwille van de taktiek niet ontrouw
worden; nog altijd heeft het voor de
minder ontwikkelden iets van zijne oude
tooverkracht behouden.
En toch, hoo verder de maatschappij
voortschrijdt langs een historischen weg
Een dezer dagen toen ze bloemen- en
zaadwinkels bezocht hadden om het
noodige voor den tuin te koopen en
weder in het rijtuig zaten, sloeg de
baron den arm om haar en trok haar
naar zich toe. „Weet je," fluisterde
hij haar in het oor, „nu zou ik je wel
een verzoek willen doen."
Zij glimlachte; zij wist toch, dat zij,
om hem iets te geven, slechts behoefde
te nemen.
„Wat dan?" vroeg zij.
„Zie je, ik heb het mij in mijn ver
beelding zóó voorgesteldwanneer ik je
zoo in de armen houd, kom ik mij
voor als een tuinman, die eene bloem
kweekt. Den winter door heeft mijne
bloem haar oud, onooglijk kleed ge
dragen, maar nu wordt het lente, en
dan is het volgens de wetten der natuur
dat zij zich anders en rijker en mooier
kleedt, niet waar?"
Anna sloeg de oogen neer en zweeg.
Ja werkelijk, zij was armelijk genoeg
gekleed.
„En, zie je," vervolgde hij, „wat ik
je nu verzoeken wilde isdat we morgen
naar een modemagazijn gaan en daar
stoffen uitzoeken voor de kleederen, die
je bevallen en die je het best zullen
staan."
Zij kleurde van verlegenheid.
„Maar Eberhard," sprak zij zacht,
„voor haar uitzet moet toch ieder meisje
zelve zorgen!"
der ontwikkeling, hoe meer het oude
en verouderde revolutie-idee een be
lemmering zal worden voor de sociaal
democratie; voorheen een deel van haar
kracht, zal het weldra een oorzaak van
zwakheid worden, als dat niet reeds
thans het geval is. Kan zij, na verloop
van tijd, besluiten zich van die belem
mering te ontdoen, dan zal er geen
sprake meer behoeven te zijn van bond
genootschap, omdat dan de scheidsmuur
tusschen de vrijzinnigen en haar zal
zijn gevallen, en beide zullen oplossen
in een partij: de groote democratische,
dte met alle wettelijke middelen arbeidt
aan de zege der democratie.
Tot zoolang geen bondgenootschap,
hoogstens een tijdelijk, taktisch samen
gaan ter bestrijding van eenzelfden
vijand, om daarna weder uiteen te gaan.
Reeds meermalen had ik het twijfel
achtige genoegen mijn lezers in kennis
te brengen met dames, die „pit in den
mouw", en „haar op de tanden" had
den, en haar ongewone kracht soms op
comische wijze aan haar echtvrienden
demonstreerden.
Nu weet echter het N. v. d. D. een
geval te verhalen van een bijzonder kor
daat „fietstertje", dat haar zedelijk
overwicht aan een paar schrikachtige
paarden deed gevoelen, 't Gebeurde
op het Spui, bij het Rokin te Amster
dam.
Aan den eenen kant een reusachtige
verhuiswagen en aan den anderen kant
bij Arti was een stofzuiger aan het
poefen en zuchten. Toen kwam er van
de Kalverstraat zoo'n zware bierkar aan
met twee dikke paarden er voor.
Die schrokken hevig van „le nettoy-
age par le vide" en begonnen gewel
dig te stampen en te springen, zoodat
iedereen de wijk nam. Op dit oogenblik
kwam er een fietsend juffertje aan, heel
jong en tenger. Fluks wipte ze van haar
rijwiel, zette het tegen een muur en
zonder een oogenblik te aarzelen ging
zij naar de groote trappelende paarden,
pakte ze kalm en bedaard bij een riem
en onmiddellijk bedaarden de dieren en
reden met den zwaren wagen Rokin-
waarts.
Wip zat het juffertje weer op haar
fiets en verdween, 't Was in een oogen
blik afgeloopen en de omstanders zagen
Terwijl zij dit zeide, vroeg zij zich
zelve echter af, wie voor haar uitzet
zou zorgen. Haar oom wellicht, of
bare tante? Of zij zelve, uit haar eigen
vermogen? Ja, waar was haar oigen
vermogen?
„Neen, zie je," begon hij weder, „dat
is met ons heel iets anders. Ik heb je
immers gezegd, dat je het licht in mijn
leven zijt, en een licht, zie je, moet
men zelf aansteken. En zijn geluk moet
men zich zeiven verschaffen, wanneer
het echt geluk zal zijn, dat ons kracht
en moed moet schenken. En daarom,
wanneer ik je zoo geheel kleed in stof
fen, dien ik je zelf heb geschonken,
dan zal het mij zijn als had ik die
geheele lieve gestalte, die dan voor mij
staat, zelf geschapen; dat zal mij dan
zulk een kracht en geluk en zaligheid
geven, dat zul je mij toch niet weigeren,
niet waar?"
Zij kon niet antwoorden. In den
beginne, toen zij slechts medelijden ge
voelde met den man, die om hare liefde
mieekte, had slechts haar hart gesproken;
nu hij sterk en vroolijk was en haar
aan zijn kloppend hart drukte, waren
ook hare zinnen ontwaakt. Zij was be
gonnen hem lief te hebben, en in den
stroom van dat zoet, onbestemd gevoel
dreef zij willoos dien man tegemoet.
Zij drukte haar gloeiend gezicht aan
zijn hals en fluisterde:
„Doe, wat je wilt."
het sprakeloos aan, maar een kruier
vertolkte die verbazing met den uitroep:
„Nou, die mot een ekipaose hebben!"
Als de kruier gelijk had, eu dat zal
hij zeker wel, ontneemt dit natuurlijk
niets aan de waarde van dit kranig
optreden, maar is het voorval veeleer te
beschouwen als een van de weinige
gebeurtenissen, die het nut van equipage
houders zouden kunnen illustreeren.
Men zou er zelfs toekomen het denk
beeld te opperen, of het voor onze
groote steden met hun druk verkeer
niet wonschelijk was do politieagenten
te recruteeren uit de gelukkige bezitters
van een eigen paard en rijtuig, al zou
men misschien met volleerde koetsiers
ook kunnen volstaan. Voor het vervoer
van misdadigers zou het althans in elk
geval aanbeveling verdienen het paard
weer in zijn eer te herstellen. Want dat
het vervoer per trein nog al gevaren
oplevert, leert ons het volgende feit:
Een veldwachter moest een zwaar
misdadiger Bastian naar Hagen in
Duitschland brengen. Zwaar geboeid
werd Bastian in den trein gebracht.
Doch onderweg wist hij zijn boeien los
te peuteren en zonder zich een oogenblik
te bedenken sprong hij uit den in
vollen vaart zijnden trein. De veldwach
ter wilde hem wel naspringen, doch kon
dat niet, omdat juist een goederentrein
passeerde. Zelfs kon hij zich niet zoo
spoedig in de coupé terugtrekken, dat
een lichte verwonding te voorkomen
was. De veldwachter trok nu aan de
noodrem en de jacht op Bastian begon.
Het duurde niet lang of de veldwachter
vond Bastian tot aan de schouders toe
in een moeras gezakt zitten. Bij zijn
pogingen den kerel te redden, zakte de
politieman er bijna zelf in.
Op zijn hulpgeroep kwamen er moii-
sohen, die hem er uit hielpen; doch ook
de misdadiger kwam vrij en vluchtte
naar Hamm. Daar deed de veldwachter
aangifte van het geval en een algemee-
ne drijfjacht begon. Eindelijk vond men
hem in de buurt van Hamm krankzin
nig op den weg liggen.
En voor den misdadiger én voor den
politieman een treurig slot van deze
menschenjacht.
Meer succes had de bekende kolonel
Harrisson, die te Khartoem aan de Nijl
met zes dwergen uit het Itoeni- of Stan-
ley-woud is aangekomen. Hot zijn vier
mannen en twee vrouwen. Zrj zijn tus-
En nu was het, als waren al die be
stellingen slechts voorbereidingen lot
het eigenlijke, het ware geweest. De
modemagazijnen werden om zoo te
zeggen geplunderd, en toen ze daar
mede gereed waren, wilde hij haar naar
linnenwinkels begeleiden. Daar verzette
zij zich echter tegen.
„Ik zou mij doodschamen, als een
man uiij daarbij begeleidde," sprak zij.
Hij voegde zich naar haren wil, doch
zij moe6t beloven, dat zij van alles het
boste, het mooiste en het sierlijkste zou
koopen; de rekeningen zouden op haar
naam gezet en bij haar thuis bezorgd
worden, doch hij moost alles betalen.
Zoo zij niet had geweten, dat hij rijk
was, had zij hem voor een razenden
verkwister moeten houden.
Geheele pakken zijden stoffen en
linnen werden nu bij Anna bezorgd;
veertien dagen lang werd er gepast en
gemeten en gewerkt. Oom en tante
liepen met verbluft gezicht rond en
wisten niet, wat ze zeggen zouden.
Anna wist het zelve nauwelijks; de
wereld was niet meer de wereld zooals
zij die kende.
Wordt vervolgd.