Stadsnieuws. weken, behoorlijk gestaafd met bewij zen hebben aangevoerd, Over 't ge heel heeft de behandeling van de wet door regeering en rechterzijde een slechten indruk gegeven. Van eenige bereidwilligheid om behoorlijke waar borgen te stellen voor goed onderwijs was geen spoor, hoezeer de heeren der rechterzijde steeds beweerden daartoe bereid te zijn. Xoodra even wel die waarborgen in den vorm van amendementen werden ingediend, was het mis. Tiet is te verwachten dat deze partij- wetgeving aan de rechterzijde nog leelijk zal opbreken. Aan de stemming over deze wet was voorafgegaan die over de pensi oenwetten, welke werden aangenomen zonder hoofdelijke stemming. Bedenkt men dat daarin ook reeds eene aan zienlijke bevoordeeling lag van het bijzonder onderwijs dan blijkt het toch wel dat de linkerzijde zich waar lijk niet aan een eenzijdig politiek schuldig maakte. De Kamer is verder rondgedwaald in verschillende kleinere maar daar om nog niet onbelangrijke wetten. De Brabanders krijgen een kanaal, waarvan deBosscheafgevaardigdeSasse van Vssclt evenwel een tegenstander is. Van alle zijden kreeg deze, toch al niet bijzonder slagvaardige, afge vaardigde er van langs, zoodat hij met moeite zijn figuur kon redden en maar geen stemming vroeg. Belangrijk ook was het wetje tot verbetering van den toestand dei- lagere ambtenaren bij de posterijen. De langdurige aandrang uitgeoefend vooral door de heeren Ketelaar, Nolting en de Klerk heeft ten slotte succes gehad. De positie van de lagere postambtenaren is eindelijk onderzocht en het gevolg is geweest een aan merkelijke verbetering. Opmerkelijk was het dat de soci aal-democratische Kamerfractie die zich eerst veel later dan de bovenge noemde afgevaardigden met het lot der postambtenaren heeft bezig ge houden, vol ijver ten slotte een amendement had ingediend om de verhooging drie maanden eerder te doen ingaan. Dit amendement, dat voor de hand lag en ook ongeveer in denzelfden vorm door de commissie van rapporteurs was ingediend, werd door den minister van Waterstaat overgenomen, zoodat daarmede de zaak aan een eind is. Natuurlijk is nog niet alles zooals het behoort te wezen, maar dat is bij een dergelijk groot corps niet wel mogelijk, de toestand is evenwel veel beter. Nadat Deventer een nieuw station was toegezegd, bij welke gelegenheid de heer de Stuers den minister eens weer ongenadig te lijf ging daar deze weigerachtig bleef behoorlijke inlich tingen te geven, ging de Kamer aan de behandeling van het loterijwetje, waarbij straf wordt bedreigd tegen het houden van loterijen zonder toe stemming hetzij van de Koningin hetzij, voor de kleinere, van den burgemeester. Do regeering had dit vrij onschul dige maar goede wetje hoog opgevij zeld. Men had het voorgesteld als een christelijke wet van beteekenis. Beteugeling van de speelzucht, intoo ming van de speelhartstocht. Echte Kuyperiaansche taal in 1901 bij de Troonrede gebezigdvoor het aankon digen van het christelijk beginsel. Daarop kwam de heer Drucker in een helder betoog wat koud water gieten. Zeker, het wetje zou het volk wat meer dan thans beveiligen tegen bedrog van de zijde dergenen, die van het houden van loterijen, dikwijls zwendelloterijen, een bedrijf maakten. Maar beteugeling van speel hartstocht? Och, dat lijkt er weinig op, waar de beurszwendel, die heel wat meer gezinnen ongelukkig maakt, onaangeroerd wordt gelaten. De heeren Heemskerk, de minister en de heer De Waal Malefijt trachtten nog het wetsontwerpje wat op te blazen, maar de Kamer bleef onder den indruk dat we hier een klein zaakje, dat op zichzelf niet zonder nut is, weer heel onchristelijk hadden opgehemeld. Met de christelijke nederigheid wil het nog niet recht vlotten. Eenige amendementen tot verscher ping en verbetering van de wet, door de heeren Drucker, "Van Raalte, Fock en Van der Vlugt ingediend, werden door de regeering overgenomen. De heer Drucker vond bij de verdediging nog de gelegenheid te wijzen op schandelijke misbruiken, waarbij hij terecht vroeg hoe het mogelijk is dat nog altijd zoovele mooie namen wor den geleend voor leelijke zaken. Nog een weekje en dan gaat de Kamer uiteen. 't Wordt tijd. Gisterenavond werd in de Keizers kroon een openbare vergadering gehou den, waarin mr. G. J. Sybrandy van Almelo als spreker optrad met het onder werp Het ministerieKuyper en de concentratie der vrij- z i n n i g e n. Nadat de voorzitter de vergadering geopend had, sprak mr. Sybrandy ongeveer als volgt: Ik zal moeten beginnen met de mede werking in te roepen de vergadeving voor de aandacht, daar mijn stem niet normaal is. Als wij in deze dagen een onderwerp moeten zoeken, is dat nietmoelijk. Dat onderwerp ligt voor de hand, d. i. de hedendaagsche politiek. De belangstel ling daarin is groot en dat is een bewijs van het hooge belang dat er in gelegen is te weten hoe ons land bestuurd wordt. Dr. Brocx heeft gezegd, dat Dr. Kuypcr de volkseenheid zou hebben verscheurd. Dat geloof ik niet. De belangstelling zie ik hierin, dat we hebben een christelijk kabinet, dat echt nationaal is. De poli tieke hartstocht wordt aan beide zijden ontketend. Dat is goed want ook in do politiek is hartstocht noodig. De groote vraag iszal de regeerings- meerderheid worden bestendigd of niet. Daar gaat het om en wc behoeven ons niet wijs te maken dat we stemmen voor of tegen protectie e. m. d. maai de hoofdvraag die alles beheerscht is deze: zijt ge het eens met de richting van dit kabinet. Alle andere vragen verdwijnen daarbij op den achtergrond. Als ik nu spreek over die groote vraag, dan zal ik reeds terstond beginnen met veel dingen, die anders door de debaters zullen worden gezegd. Wanneer ik spreek over het kabinet Kuyper dan zeg ik daarvan het goede maar eerst wil ik eenige beschuldigingen onder de oogen zijn. Het groote hoofdbezwaar is de anti these. Vroeger ging het om de Hooger- onderwijswet, die een gevaar heette voor het doordringen van het dogma in de wetenschap. Maar dat hoort men nu niet meer. Die kwestie is van de baan. Ook dure klompen en petten zullen geen opgeld meer doen, maar het be zwaar heeft men ergens anders gevonden. Dr. Kuyper heeft gesproken van de antithese rechts het geloof en links het ongeloof. Oclach Nu vraag ik als ik heb gesproken van christenen en paganisten of ik dan bespottelijk ben, dan zal ik irachten het later juister te zeggen, maar laten we toch niet al te hartstochtelijk zijn. Want de kwestie is niet gemakkelijk. Men spreekt van paganisten en men schuilt ons die beschuldiging in de schoenen. Een sigarenfabrikant heefts zelf sigaren onder dat merk in den handel gebracht Ook is een blaadje verschenen onder den naam van Paganist. Dat is de comiSche zijde. De lieer Duys. Het wordt een eeretitel. De kwestie is een wijsgeerige. De roep allo vrijzinnigen op om te zeggen waar het staat dat Kuyper alle vrijzin nigen paganisten noemde. Dat kan men niet. Dr. K. heeft gezegd, dat er paga- nistische factoren schuilen. Is dat niet zoo? Als S. van Houten zegt dat de zelfmoord in eere moet worden hersteld, is dat dan niet hcidensch? Dat hoort thuis bij Seneca en Cicero maar niet in dezen tijd. Het christelijk beginsel ver zet zich tegen den zelfmoord als een aanranding van het schepsel Gods. Ook hetRieuw-Maltiisianisme, de verzwakking van de eed zijn paganistische verschijn selen. Die verschijn iclen zijn in strijd met de christelijke opvatting van onze wijsbegeerte en daarom heidensch. Dat heeft Dr. K. er mee bedoeld en toen men zich er aan ergerde heeft Dr. K. het veranderd in modern. Welke roeping heeft nu de overheid van een cliristelijken staat? Die roeping is zegt Dr. K., dat die beginselen worden tegengegaan. Ik verzeker u dat niets anders bedoeld is. Maar nu die scheidingslijn. Prof. Treub zegt dat Dr. Kuyper die verdec- deeling zou hebben uitgevonden. Dat is niet waar, want reeds vroeger heeft men die grenslijnen aangewezen maar met dit verschil dat het vroeger ge beurde door de vrijzinnigen en nu dooi de mannen van rechts. Door het stellen van de antithese hebben de vrijzinnigen hun voordeel gedaan door een groot deel van ons christelijk volksdeel te houden van po litiek terrein. En dat gelukte. Men heeft gezegd uw politieke overtuiging staat buiten uw godsdienstige. Maar Groen, Keuchcnius en Kuyper niet het minst hebben an ders geleerd dat het christelijke ook geldt voor het leven in den staat. Dat was zoo waar, dat ook de liberalen dat gezegd hebben maar in hun voor deel. En nu het christelijk volksdeel zijn roeping bewust wordt komen de vrijzinnigen er tegen op. En nu de vraag: moet de godsdienst ook overwegend zijn op politiek ter rein? Prof. Treub zegt, dat er een groot principieel verschil is iu wereldbeschou wing. Maar nu zegt Treub, dat moogt ge niet toepassen op politiek en staat kunde. Wij zeggen echter dat moet ge wel, ook op liet gebied van den staat moet ge zeggen: wat zegt het Woord? Is dat niet het juiste? In onze wereld beschouwing trekken we het geheele leven samen, en daaronder valt elke wetenschap. Maar dan moet ook het staatsrecht, de staatkunde er onder vallen. Uw levensbeschouwing geldt op alle terrein en dat hebben ook de liberalen in hun tijdperk gezegd. En wanneer Dr. Kuyper de scheidingslijn trekt dan doet hij niets anders dan wat Prof Buijs reeds in 1869 zeide. E11 vroeger in 1854 erkende mr. de Bosch Kcniper het verband tusschcn godsdienst en staatkunde. Ook mr. Op- zoomer komt tot die conclusie. En nu Samuel van Houten. Die zei in 1880 in zijn boek: „Het recht van de meer derheid", dat het verschil tusschen protestant en katholiek wegviel bij liet groote verschil tusschen vrijzinnigen cn rechtzinnigen. Ook wees hij er op dat de gisting tusschen de wereldbe schouwingen van invloed was op de staatkunde. Die tegenstelling wordt in deze da gen scherper, omdat eenerzijds liet christelijk deel des volks zich zijn roe ping meer bewust wordt en anderzijds wordt meer levendig de roeping om dat moderne beginsel toe te passen op de staatkunde. Het zwaartepunt der vrij zinnigheid is verlegd. Tegen dat zwaar tepunt waait de consequentie van het revolutiebeginsel en dat waait altijd naar links. Het is de vraag of het zwaartepunt al niet ligt bij de vrijzin nig democraten. Ik kom uit het district Appingendam waar vroeger Schepel zat, maar nu zit Schaper er vrij vast. Een stem. Bravo. Meneer Duys ik verzoek u beleefd uw fatsoen te houden. De heer Duys. Ik zeg niets. Mijnheer Duys, U moet niet interrom- peeron, wacht daar mee. De heer Duys. Maar ik zeg niets. U moet geen stemming maken. Met liegen moet u wachten tot de repliek. De heer S. Zoo gaat het in andere districten, Assen, Briclle enz. waar overal een zwenking naar links valt waar te nemen. Dat zien wij en daar organiscercn wij ons krachtig tegen. Er is een bin dende kracht uitgegaan van het minis terie Kuyper waar we meer de natuur lijke verhouding krijgen van de partijen. Nu een andere beschuldiging, d. i. die der reactie. De tegenwoordige poli tiek ia reactionair. Alles wat van dit ministerie komt is reactionair. Ik zal deze beschuldiging onder de oogen zien ert dan kom ik al dadelijk hiermee: dat de daden van het ministerie niet reactionair zijn. Keactie beteekent tegen iets in gaan. Men moet altijd vragenWat is de actie geweest, waartegen de reac tie ingaat. Nu zegt men, er is vooruit gang. Dat is waar. We gaan vooruit, maar de vraag moet zijn of de mcnsch zedelijk en economisch vooruit gaat, het is niets, als de arbeider zelf niet vooruit gaat. De vraag is: Hoe denkt ge over de reactie? En daarop kan ik niet ant woorden. Een reactie is niet altijd verkeerd, en met de bewering, dat de regeering reactio nair is komt ge niet verder als ge niet aantoont, dat waartegen de regecring ingaat een goede actie is. Nu noemt men de Stakingswetten. De regeering ging en die stakingsdagen een reactionaire daad aan. Maar nu uioet ge vragen was de actie van de stakers een actie die was goed te keuren en te prijzen. Als go een antwoord daar op wilt geven, dan hangt dat af van uw levens beschouwing of tot welke politieke partij ge behoort. Die actie was van ons standpunt ver keerd, de reactie van de regeering was dus goed. En als ge dus hier het mini sterie reactionair noemt, dan prijst ge mannon als Kuypcr, Loef en Bergansius. Een stem. Bah. De heer Duys. Ik ben het niet mijnheer Sybrandy. Als een kleine jongen iets doet, dan zegt hij: meester ik doe het niet. {gelach Nu de Spestwet. Ik durf daar best over te spreken, want in die speetwet- geving zie ik vooruitgang. De toestand was zoo, dat de nachtarbeid voor vrouwen was verboden. Maar die wet hield geen rekening met de practijk, vandaar dat dat artikel gedurig werd ontdoken, wat oogluikend werd toegelaten. En daaraan maakte Dr. Kuyper een eind door den nachtarbeid voor vrouwen te veroorloven. Dr. Kuyper zei: er is een leugen inde wet, dat wil ik niet, de wet moet ge handhaafd worden maar zooals die wet is kan ze niet gehandhaafd worden en daarom zal ik ze veranderen, zoodat de wet op het leven past. Dat is een ge zonde wetgeving. Vroeger mocht de vrouw tot 5, 6 uur blijven en nu mag hot niet langer dan tot '2 uur. Bovendien moot de werkgever er bij tegenwoordig zijn en mag het slechts een gedeelte des jaars. Zijn we dan niet vooruitgegaan? Vorig jaar is er een congres gehouden te Bazel en daar kwam men tot de conclusie, dat nachtarbeid voor vrouwen moest worden afgeschaft, behalve in het zeebedrijf. Ook Millerand, de Fransche socialist Mijnheer Duys U schudt het hoofd maar toen was Millerand nog lid van de partij, en die zag er ook niets in. Nu de Postwet was van de Marez Oyens. Ongesloten stukken, strijdig met de zeden of de veiligheid van den staat mogen worden gewcigeid. Men noemt die bepaling Russisch, draconisch enz. Maar het gaat daarmee als met de Stakingswet. In Telephoonwet een Telegraafwet staat trouwens al zoo'n bepaling, waarom zou dat dau in de Postwet niet mogen? Is dat reactionair? Neen dat is vooruit gang op zedelijk gebied. En als ge dan toch wilt, stuur het dan als brief. De Duitsche- Zwitschersche- Fransche- Bel gische en Engclsche postwet hebben ook die bepaling. Ik zie er niets Russisch in. Nu zegt men wel, dat zoo'n post directeur biljetten onder zich kan houden. Maar ik geloof niet, dat zoo iets zal gebeuren. Laat men liet dan onder dak brengen bij den kantonrechter. Men schudt het hoofd en bedoelt daarmee dat dan de verkiezing al afgeloopen is als de kantonrechter uitspraak doet. Men kan veel verstand hebben van onderwijs, en van de administratie aan de Rijks verzekeringsbank, maar niet van de juris dictie. In sommige gevallen heeft men snelle rechtshandeling cn dat kan ook hierbij. Ik zie iu de Postwet dan ook niets reactionairs. Als deze regeering was reactionair, dan zou zich dat moeten openbaren in de sociale wetten. En als ik nu do vele sociale wetten naga, dan zie ik daarin niets reactionairs. Spreker gaat nu in 't kort na de Arbeidswet, de wet op het Arbeidscon tract, de wet tot opneming van het Landbouwbedrijf en de zeevisschers in de ongevallenwet de wet op het ouderdomspensioen en de ziekte ver zekering Ook in [die wetten ziet spreker vooruitgang. Ook voor de onderwijzcrsheeftDr.Kuy per gezorgd zoowel dan de bijzondere als aan de openbare heeft hij een pensioen verzekerd. En aan het caisson wetje, dat nog geen enkel laad heeft. De wetgeving is niet goed en vol maakt maar over de ziekteverzeke ring hebben de oud-liberalen het hoofd al geschud. Ik stap nu van de reactie af. Over de school zal ik niet veel zeggen. Kuypcr is de man die een goed inzicht, heeft iu liet technische onderwijs en op zijn voorschrift zal de technische hooge- school komen. En de incenscliakelings- commissie is het werk van Dr. Kuyper. En nu het lager onderwijs. De openbare school wordt niet belaagd. Ieder minister ook een a.r. minister moet de openbare school krachtens de grondwet handhaven. Dat de Openbare school leeg loopt, dat kunnen wij toch niet helpen. Wij handhaven de openbare school en Dr. K. is voor ons het bewijs, dat het onderwijs op peil zal blijven. Nu de verzekerings wetten. De oogst daarvan zal men in de volgende vier jaar binnen halen. Yan dit ministerie zal die oogst beter zijn dan van een vrijzinnig bewind, waarbij de oud-libe ralen zoo'n invloed hebben. Een armenwet heeft ook Borgcsius gemaakt. Van een liberale wet kan men niet veel verwachten als men aan de draconische wet van Thorbecke denkt van 1851. De wet van Borgesius lijkt daar wel wat op, men zal er door onder politiezorg worden gesteld. En nu een volksleger. Alle om ringende landen verhoogen hun oorlogs uitgaven. Dat is ook vooruitgang, maar een betreurenswaardige vooruitgang. De vraag behoeft niet te zijn of we Duitschland of Engeland zullen ver overen, maar of we ons kunnen be schermen tegen binneulandsche machten die onze vrijheid belagen. De meerdere uitgaven voor leger en vloot danken we aan de wetgeving van minister Eland. Men kan op verschil lend standpunt ten opzichte van deze zaak staan. Maar hebben we een leger zorg dan dat het goed gewapend is. De concentreerende liberalen willen bezuiniging maar dat is te laat. Dan hadden ze de militiewetten niet moeten maken. In Zwitserland zijn ze tot luin 44ste jaar aan den dienst gebonden en in ons land maar tot het 35ste. Is dan een volksleger beter? Ik weet het niet, laten dat militaire deskundigen zeggen. Is het goedkooper? Ik i het niet maar in Zwitserland bei men f 7 per hoofd en in ons land Nu de financieele politiek. In hier rondgezonden blaadje heeft i gezet dat de boeren door de tarit meer zullen betalen. Dat is waai. de „Vragen des Tijds" heeft Ti uitgewerkt, waar de gelden vani moeten komen, en daarbij zullen landbouwers ook moeten betalen, t; algemeene bedrijfs- en iukomsta lasting, die Treub wil. De financ politiek van de regecring voert on. meer welvaart. Ten slotte het blanco-artikel, dal volgens Treub het algemeen kiest zal brengen. Dat is onoprecht, Borgesius zegt tot de oud-liberalen kau zelfs leiden tot beperking van kiesrecht. 1 De vrijz. dem. partij is geborj de urgentie van het algemeen kiei In 1901 hebben zij goede, e politiek gedreven, maar dat doen niet meer, zij laten de eisch vi algemeen kiesrecht vallen, en lat sociale wetgeving voorgaan. De dem. partij heeft door deze lu haar juiste standpunt vorlatei krabbelt men terug en gaat sanu de mannen die van kiesrechtuitbi niets willen weten. Maar er i lioogere leuze: Weg met Kuyper men dat maar eerlijk gezegd, willeu wij niet, wij willen geen naj maar een positieve leuze. Hoe de stembus zal spreken we niet, maar dit hoop ik, da regecring zal worden bestendigd ook Amersfoort zal toonen te zi vast distriet voor de a. r. partij. Debat. Voor debat wordt gegeven oe Hieraan nemen deel de heeren: Moerman en Eggink. De heer Eggink, met h ontvangen zegt: Ik zal kort zijn. schroom heb ik het woord gev want toen ik vorig keer gesproke heeft een blad geschreven dat d< Eggink weer kwam met de rechts van den handelsagent. tGelaeh). Er zijn duizenden personen, dii mee brood verdienen, het is een k vau recht, dat ook hun positie ge wordt. Vorig keer heb ik daarove sproken en zou de heer Sybram erover schrijven. Ik heb een bric van hem ontvangen, waarop hij dat onderwijzers en handelsagent! bij het arbeidscontract zijn uitgi en z. i. terecht, daar die niet eigenlijke arbeiders belmoren. Da mij verwonderd daar hij gezeg< dat ze wol tot de arbeiders beh Verder heb ik gesproken v commissie van enquête. Mr. Syl heeft mij geschreven dat hij da resultaat uog niet van wist. D kom ik nu weer niet mijn vraag, (gi De heer Sybrandy. Het me genoegen dat de heer Egginl houdt aan zijn zaak. Ik kan t over oordeelen, maar als het bl woorden verkeerd weergeeft, is d te verdedigen. (De heer Kuyper verslaggever w hierover verdedigen, wat hem niet toegestaan). De rechtspositie van den handels is niet bij de wet geregeld. En nu ik hebben gezegd, dat de ban reizigers wel tot de arbeiders zo behooreu en daarna weer van nie kan best zijn, maar ik boud vol i rechtspositie moet geregeld worde beste weg daarvoor is organisatie Nu de enquête. Ik bob er een i zoek naar ingesteld. Maar ik h gegevens nog niet. Ik zal mijn l gestand doen en een onderzoek instellen en daarvan bet resultaat b maken. De heer Moerman. Ik wil terugkomen op de vorige vergad waar ik gezegd heb, dat Schaepn Kolkman voor de Leerplichtwet h gestemd uit politieke berekening, wil ik thans intrekken. Ik wil in de eerste plaats wijz de eigenaardige manier van spi van mr. Sybrandy, waar hij zeg hij de critiek tegen het ministerie de oogen wil zien. En dan k den leeuw direct aanvallen in zij waar mr. S. spreekt over de bei antithese. Ik weet niet, waar K daarover gesproken heeft maar e( is het dat de volgelingen er wel over gesproken hebben. Ik wij Ds. Talma, die in Den Ilaag w gezinspeeld heeft door te zeggen, men vaak wel denken zou, dat liberalen komen van de heide. En een ander zeide, de heidf loopen naakt en de liberalen gekl wat op verschil wijst. Maar mr. S. zelf: wij, die in God gelooven, wa toch direct volgt, gij, die niet in gelooft. Ik wil u vragen: wat verstaal onder geloof. Verstaat gij daaroi

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 2